12 Power 105 Assist
NNEEDDEERRLLAANNDDSS
Indien de rolstoel met anti-tip buizen wordt gebruikt, of wanneer de
lengte van de buizen korter is dan de "standaardlengte”, bestaat de
kans op kantelen. Vertrek nooit zonder de juiste bijstellingen te
hebben gecontroleerd.
Inspectie en instellen (9)
1. Kies een goede plaats om de batterij
te laden
Kies voor het laden een plaats die aan
de volgende vereisten voldoet:
• met normale kamertemperatuur
(ongeveer 10-30º Celsius) en niet
onderhevig aan zware temperatuurs-
schommelingen.
• met een horizontale en stabiele
vloer.
Vermijd de volgende omgevingen bij het laden:
• kamers met een hoge temperatuur, vb. waar het
zonlicht rechtstreeks binnenvalt of waar een kachel
dichtbij is, evenals kamers waar de temperatuur
onder het vriespunt is, vb. onverwarmde kamers in de
winter (Fig. 1).
Het laden kan niet starten wanneer de batterijtempera-
tuur te hoog of te laag is.
• Vochtige plaatsen, vb. buiten in de regen of in de
nabijheid van een wastafel.
Daar loopt u de kans op kortsluiting of
elektrische schok.
• Ruimtes waar de kans groot is dat
iemand een voorwerp op of vlakbij de
batterij plaatst (Fig. 2).
Tijdens het laden kan de lader
opwarmen en daardoor slecht func-
tioneren.
• Plaatsen waar kleine kinderen of
huisdieren met de lader in contact
kunnen komen.
Het risico bestaat dat ze zich pijn
doen en/of dat de uitrusting wordt
beschadigd.
2. Het plaatsen van de batterij in de
lader
Gebruik enkel de bestemde lader voor het opladen van
de batterij. Anders bestaat de kans dat vuur uitbreekt of
dat de batterij wordt beschadigd.
Laden van de batterij (10)
Alhoewel de batterij van de Power 105 Assist zeer compact is,
heeft hij toch een enorme capaciteit. Verkeerde behandeling van
het materiaal kan schade veroorzaken en in sommige gevallen
zelfs vuur of brandwonden.
1. Anti-tip buizen
(1) Om de buizen bij te stellen,
drukt u de pen in en past u de
lengte aan. Zorg ervoor dat de pen
weer naar buiten komt met een
hoorbare "klik”.
(2) Controleer of de afstand tussen de grond en de
opgetilde zwenkwielen 5 tot 10 cm bedraagt, wanneer
de anti-tip wielen de grond raken. Wanneer de afstand
meer of minder bedraagt, beweegt u de buis één holte
hoger of lager.
2. Bandendruk
De effectieve werking van de knieremhendel en de alge-
mene werking van de rolstoel hangt af van de banden-
druk. Indien de banden goed zijn opgeblazen en de
druk op beide banden gelijk is, zal de rolstoel efficiënter
en gemakkelijker manoeuvreren.
Voordat u vertrekt, moet u de bandendruk controleren.
De juiste druk wordt getoond op de velg en moet ten-
minste 3,5 bar op de achterwielen bedragen. De knie-
hendelremmen zijn enkel effectief wanneer de druk
correct is en wanneer ze juist zijn ingesteld (max. 5 mm
afstand, onder voorbehoud van technische wijzigingen).
Het is belangrijk dat het bandenprofiel toereikend wordt
gehouden.
3. Inspectie van het chassis en de
wielen
Onregelmatigheden in chassis of wielen van de rolstoel
kan leiden tot schade aan de rolstoel, waardoor de
rolstoel plots kan kantelen.
Controleer steeds de conditie van de onderdelen van
uw rolstoel. Indien u onregelmatigheden aantreft, breng
de rolstoel naar uw dealer voor inspectie of herstelling.
• Scheur in het chassis.
• Losrakende aansluitingen of onderdelen.
• Losse of gebroken spaken.
• Effectieve werking van de remmen.
• Vervorming van de zwenkwielen.
• Versleten banden.
1 Verbindingssnoer
2 Laaddisplay (groen LED of indicatie)
3 Refresh display (geel LED)
4 Refresh knop
5 Batterijruimte
6 Aansluitingen