TSA 230
Nederlands
278
c) Het toelaatbare toerental van het
gebruikte gereedschap moet
minstens even hoog zijn als het
voor het elektrische gereedschap
aangegeven max.toerental.
Toebehoren/slijpschijven, die
sneller draaien dan toegestaan,
kunnen breken en rondvliegen.
d) Doorslijpschijven mogen alleen
worden gebruikt voor de
geadviseerde werkzaamheden.
Voorbeeld: Slijp nooit met de zijkant
van een doorslijpschijf.
Doorslijpschijven zijn bedoeld om
het materiaal met de rand van de
schijf weg te nemen. Zijdelingse
krachten op deze doorslijpschijven
kunnen leiden tot het breken
hiervan.
e) Monteer altijd onbeschadigde
spanflenzen van de juiste
afmetingen en vorm voor de door u
geselecteerde slijpschijf. De juiste
flenzen ondersteunen de
doorslijpschijf en reduceren zo de
kans op breken van de slijpschijf.
f) Gebruik geen afgesleten
slijpschijven van zwaardere
elektrische gereedschappen.
Slijpschijven voor zwaardere
elektrische gereedschappen zijn
niet geconstrueerd voor de hogere
toerentallen van de kleinere
elektrische gereedschappen en
kunnen daardoor breken.
g) De buitendiameter en de dikte van
het te gebruiken gereedschap
moeten corresponderen met de
maatgegevens van uw elektrische
gereedschap. Gereedschap wat
niet voldoet aan de afmetingen kan
niet voldoende worden beveiligd of
gecontroleerd.
h) Slijpschijven en flenzen moeten
exact passen op de slijpspil van uw
elektrische gereedschap.
Gereedschap wat niet exact past op
de slijpspil van het elektrische
gereedschap draait onregelmatig,
trilt sterk en kan leiden tot het verlies
van de controle.
i) Gebruik geen beschadigde
slijpschijven. Controleer voor elk
begin van de werkzaamheden de
slijpschijven op breuken en
scheuren. Als het elektrische
gereedschap of de slijpschijf valt,
controleer dan of dit/deze is
beschadigd, of gebruik een
onbeschadigde doorslijpschijf. Als
de slijpschijf is gecontroleerd en
gemonteerd, houd dan in de buurt
zijnde personen buiten het vlak van
de roterende doorslijpschijf en laat
het apparaat een minuut lang met
max.toerental draaien.
Beschadigde slijpschijven breken
meestal gedurende deze
testperiode.
j) Draag persoonlijke
veiligheidsuitrusting. Draag, al
naargelang de werkzaamheden
een gelaatsbeschermer,
oogbescherming of veiligheidsbril.
Draag indien nodig een stofmasker,
gehoorbeschermer,
veiligheidshandschoenen of
speciale schoenen die bescherming
bieden tegen contact met het
slijpsel en materiaal van het door te
slijpen object. De ogen moeten
worden beschermd tegen
rondvliegende slijpdeeltjes die bij de
verschillende toepassingen kunnen
ontstaan. Een mondkapje of een
stofmasker moeten het bij de
werkzaamheden ontstane stof
filteren. Als u lang wordt
blootgesteld aan hard geluid kan
gehoorverlies optreden.
k) Let bij andere personen op een
veilige afstand ten opzichte van uw
werkplek. Een ieder die het
werkgebied betreedt moet een
persoonlijke veiligheidsuitrusting
dragen. Breukstukjes van het door
te slijpen object of gebroken
slijpschijven kunnen worden
weggeslingerd en letsel
veroorzaken, ook buiten het directe
werkgebied.
l) Houd het apparaat alleen vast aan
de geïsoleerde handgrepen, als er
werkzaamheden worden uitgevoerd
waarbij het gereedschap (de
doorslijpschijf) niet zichtbare
stroomkabels kan raken. Het
contact met een onder spanning
staande kabel kan ook de metalen
delen van het apparaat onder
spanning zetten en leiden tot een
elektrische schok.
n) Leg het elektrische gereedschap
nooit neer voordat het gereedschap
volledig tot stilstand is gekomen.
Het draaiende gereedschap kan
contact maken met het vlak waarop
dit wordt neergelegd, waardoor u de
controle over het elektrische
gereedschap kunt verliezen.