Wanneer de geheugenkaart uit het apparaat wordt verwijderd, de USB-kabel wordt losgekoppeld of het apparaat
wordt uitgezet tijdens het lezen of wegschrijven van gegevens.
Wanneer de geheugenkaart wordt gebruikt op plaatsen waar veel statische elektriciteit of elektrische ruis is.
Databasebestandsfout
Als u een geheugenkaart in het apparaat plaatst waarop geen beelddatabasebestand staat en vervolgens het
apparaat inschakelt, maakt het apparaat automatisch een beelddatabasebestand aan en gebruikt daarbij een deel
van de capaciteit van de geheugenkaart. Het proces kan lang duren en u kunt het apparaat niet bedienen totdat het
proces voltooid is.
Als een databasebestandsfout optreedt, exporteert u alle beelden naar uw computer en formatteert u daarna de
geheugenkaart met behulp van dit apparaat.
Bewaar/gebruik het apparaat niet op de volgende plaatsen
Op een buitengewone hete, koude of vochtige plaats
Op plaatsen zoals een in de zon geparkeerde auto, kan de camerabody door de hitte vervormen, waardoor een
storing kan optreden.
Bewaren onder rechtstreeks zonlicht of nabij een verwarmingsbron
De camerabody kan verkleuren of vervormen, waardoor een storing kan optreden.
Op plaatsen onderhevig aan trillingen
Hierdoor kan een storingen optreden en het onmogelijk worden om gegevens op te nemen. Bovendien kan het
opnamemedium onbruikbaar worden en kunnen de opgenomen gegevens beschadigd raken.
In de buurt van een sterk magnetisch veld
Op zanderige of stoffige plaatsen
Wees voorzichtig dat er geen zand of stof in het apparaat komt. Hierdoor kan in het apparaat een storing optreden,
en in sommige gevallen kan deze storing niet worden gerepareerd.
Op plaatsen met een hoge luchtvochtigheid
Hierdoor kan de lens beschimmelen.
Op plaatsen waar sterke radiogolven of straling wordt uitgezonden
Opnemen en weergeven werken mogelijk niet goed.
Condensvorming
Als het apparaat rechtstreeks vanuit een koude naar een warme omgeving wordt overgebracht, kan vocht
condenseren binnenin of op de buitenkant van het apparaat. Deze vochtcondensatie kan een storing in het apparaat
veroorzaken.
Om condensvorming te voorkomen wanneer u het apparaat rechtstreeks van een koude naar een warme plaats
overbrengt, plaatst u het eerst in een plastic zak die u goed afsluit om te voorkomen dat er lucht in kan komen.
Wacht ongeveer een uur totdat de temperatuur van het apparaat gelijk is aan de omgevingstemperatuur.
Als vocht condenseert, schakelt u het apparaat uit en wacht u ongeveer een uur om het vocht te laten verdampen.
Als u probeert om opnamen te maken terwijl er nog vocht in de lens aanwezig is, zullen de opgenomen beelden niet
helder zijn.
Voorzorgsmaatregelen bij het dragen
De volgende onderdelen van de camera (indien deze daarmee is uitgerust) mag u niet vastpakken, stoten of een
buitensporige kracht op uitoefenen:
De lens
De beweegbare monitor
De beweegbare flitser
De beweegbare zoeker
Draag de camera niet terwijl deze op een statief is bevestigd. Hierdoor kan het schroefgat voor het statief uitbreken.
Als de camera in de achterzak van uw broek of rok zit, mag u niet in een stoel of op een andere plaats gaan zitten
omdat de camera hierdoor beschadigd kan worden of defect kan raken.
Opmerkingen over het hanteren van het apparaat