23
NL
Optionele apparatuur gebruiken
Beelden bekijken van
apparatuur die op de
televisie is aangesloten
Schakel de aangesloten apparatuur in en
voer een van de volgende werkingen uit.
Voor apparatuur die is aangesloten op de scart-
aansluitingen met een volledige 21-pins scart-kabel
Start het afspelen op de aangesloten apparatuur.
Het beeld van de aangesloten apparatuur verschijnt op
het scherm.
Voor een automatisch geprogrammeerde
videorecorder (pagina 4)
Druk in de analoge modus op PROG +/- of de
nummertoetsen om het videokanaal te selecteren.
Voor andere aangesloten apparatuur
Druk herhaaldelijk op / totdat het juiste
ingangssymbool (zie hieronder) op het scherm
verschijnt.
Aanvullende werkingen
AV1/ AV1, AV2/ AV2:
Audio/video- of RGB-ingangssignaal via de scart-
aansluiting / 1 of 2. wordt alleen
weergegeven als een RGB-bron is aangesloten.
AV3:
Componentingangssignaal via de Y, P
B/CB, PR/CR-
aansluitingen / 3 en audio-ingangssignaal via de
L, R-aansluitingen / 3.
AV4/ AV4:
Video-ingangssignaal via de video-aansluiting 4 en
audio-ingangssignaal via de L (MONO), R-audio-
aansluitingen 4. verschijnt alleen als het
apparaat is aangesloten op de S-video-aansluiting
4 in plaats van de video-aansluiting 4 en het
S-video-ingangssignaal wordt doorgegeven via de
S-video-aansluiting 4.
5:
RGB-ingangssignaal via de pc-aansluitingen 5 en
audio-ingangssignaal via de aansluiting .
AV6/ AV7:
Het digitale audio/videosignaal wordt doorgegeven via
de HDMI IN 6, 7-aansluiting. Het audio-ingangssignaal
is alleen analoog als de apparatuur is aangesloten via de
DVI-aansluiting en de audio-uitgang.
Om Doet u dit
Terug te keren naar
normale werking van
de televisie
Druk op DIGITAL of ANALOG.
De ingangssignaal-
indextabel te
selecteren.
Druk op om de ingangssignaal-
indextabel te activeren. (Druk
vervolgens, alleen in de analoge
modus, op g.) Druk op F/f om
een ingangsbron te selecteren en
druk vervolgens op .
Om Doet u dit