21
NL
MENU-functies gebruiken
~
“Helderheid”, “Kleur”, “Beeldscherpte” en “Advanced instell.” zijn niet beschikbaar als “Beeldmodus” is ingesteld op “Levendig”
of als “Weergavemodus” is ingesteld op “Tekst”.
Ruisonderdruk.
Hiermee onderdrukt u de beeldruis (sneeuw) in het geval van een zwak
uitzendsignaal.
“Auto”: vermindert de beeldruis automatisch (alleen in analoge modus).
“Hoog/Midden/Laag”: wijzigt het effect van de ruisonderdrukking.
“Uit”: schakelt de functie “Ruisonderdruk.” uit.
z
“Auto” is niet beschikbaar voor AV3, AV4, AV5, AV7 en de PC-modus.
Advanced instell.
Hiermee past u de beeldfunctie gedetailleerder aan. Wanneer u “ Beeldmodus”
instelt op “Bioscoop” of op “Standaard”, kunt u deze instellingen bepalen of
wijzigen.
“Kleurenbereik”: wijzigt het gamma van de kleurenweergave. “Uitgebreid” geeft
een levendige kleur en “Standaard” geeft de standaardkleur.
“Live Colour”: maakt kleuren levendiger.
“Adv. contrastoptimal”: stelt “Verlicht” en “Contrast” automatisch optimaal in op
grond van de helderheid van het scherm. Deze instelling is met name effectief bij
scènes met donkere beelden. Het contrast in de scènes met donkere beelden wordt
vergroot.
~
“Live Colour” is niet beschikbaar als u “Kleurenbereik” hebt ingesteld op “Standaard”.
Reset
Hiermee zet u alle beeldinstellingen terug naar de fabrieksinstellingen, behalve de
instellingen van “ Beeldmodus” en “Weergavemodus” (alleen in pc-modus).
Vervolg