149410
Storingen uit de omgeving (bijv. electrische
leidingen) kunnen melding van verschillende fouten
tot gevolg hebben. Als dit het geval is
- moet u het apparaat uitschakelen, een paar
minuten wachten,
- schakel het apparaat in en herhaal het
droogprogramma.
Bel de servicedienst als de fout weer optreedt.
Fouten die het gevolg zijn van storingen in
de omgeving (blikseminslag, stroomtoevoer,
natuurrampen) vallen niet onder de garantie.
19
Storing Controleer
Het apparaat werkt
niet:
• of er spanning op het stopcontact staat en of de
zekering in orde is,
• of de stekker van de aansluitkabel goed in het
stopcontact zit.
Er staat spanning
op het stopcontact,
maar de trommel
draait niet:
• of de deur goed dicht is (druk hem tegen het
apparaat),
• of u het programma aangezet heeft overeenkomstig
de gebruiksaanwijzing,
• of de condenslade vol is (alleen bij de
condensdroger),
• of de juiste droogtijd is ingesteld.
Het wasgoed is
niet droog:
• ofhetpluizenltergereinigdis,
• of de condensator gereinigd is (alleen bij een
condensdroger),
• of de ruimte voldoende geventileerd is,
• of de hoeveelheid wasgoed die u droogt niet te groot
is,
• of de luchtafvoerbuis misschien te lang is,
• of u misschien onvoldoende gecentrifugeerd wasgoed
in de droogautomaat heeft gedaan en of u de juiste
droogtijd heeft ingesteld,
• of het apparaat in een te warme ruimte staat (meer
dan 25°C - geldt voor condensdrogers).
Storingen