530456
6
Verklein
Vergroot
Pagina terug
1/23
Pagina verder
www.skoda-auto.com
Bolero: Superb, Octavia, Yeti
Rádio holandsky 05.2012
S00.5610.88.32
1Z0 012 095 JA
SIMPL CLEVER
Radio Bolero
Instructieboekje
Inhoudsopgave
Algemene aanwijzingen
Instructieboekje 2
Tekens in de tekst van het instructieboekje 2
Overzicht apparaat 2
Belangrijke aanwijzingen 2
Diefstalbeveiliging 3
Bediening - algemeen 4
Basisinstelling
Apparaat in- en uitschakelen 5
Klankinstellingen 5
RADIO-functie 5
MEDIA-functie 7
SETUP 11
Telefoonfunctie 13
1
Inhoudsopgave
Algemene aanwijzingen
Instructieboekje
In dit instructieboekje worden altijd alle uitrustingsvarianten beschreven, zonder
dat deze als meeruitvoering, modelvariant of marktafhankelijke uitrusting worden
aangegeven.
Hierdoor kan het voorkomen dat in uw wagen niet alle uitrustingscomponenten
aanwezig zijn die in dit instructieboekje worden beschreven.
De uitrustingsomvang van uw wagen wordt beschreven in de verkoopdocumen-
tatie die u bij de aanschaf van de wagen hebt ontvangen. Meer informatie krijgt u
bij uw ŠKODA Servicepartner.
Ð
Tekens in de tekst van het instructieboekje
Verklaring van symbolen
Ð Einde van een paragraaf.
De paragraaf gaat op de volgende pagina verder.
Ð
Overzicht apparaat
In-/uitschakelen: Bedieningsknop voor het in-/uitschakelen (druk-
ken) van het systeem en volumeregelaar (draaien)
Stelknop
RADIO operatie - draaien voor handmatige zenderinstelling;
kort drukken om het zoekmechanisme (scan) te starten of te
stoppen
MEDIA-functie – Draaien om van titel te wisselen; kort indruk-
ken om de scanfunctie te starten of te stoppen.
RADIO
– schakelt de radiofunctie in en verwisselt het frequentie-
bereik van de radio
MEDIA
– Wisselt naar de laatst gebruikte mediabron of selecteert
een andere mediabron
PHONE
– Telefoonfunctie – Geluidsonderdrukking van de actuele
audiobron
1
2
3
4
5
TIM
- TIM functie (verkeersinformatie geheugen) genoteerde ver-
keersmeldingen kunnen worden weergegeven. Na het ingeven
van max. twee verschillende TIM-opnametijden in het SETUP-me-
nu kunnen ook bij uitgeschakeld apparaat verkeersberichten wor-
den opgenomen
TP
- Verkeersradio functie (Verkeersprogramma) in- of uitschake-
len of weergave van actuele opgenomen verkeersmeldingen on-
derbreken
SETUP
- maakt instellingen voor het gekozen bereik mogelijk
- Opent het menu voor klank- en volume-instellingen
Touch-screen (aanraakbeeldscherm): gekleurd omkaderde delen
op het beeldscherm zijn momenteel "actief" en worden bediend
door het beeldscherm aan te raken
Cd-opening
Ejectie toets
/
- kort drukken, om een ingelegde CD voor uit-
nemen in de uitneempositie te stellen
Geheugenkaartopening: Er worden sd-geheugenkaarten, sdhc-
geheugenkaarten met een grootte van 32 mm x 24 mm x 2,1 mm
en een capaciteit van max. 32 GB ondersteund (FAT 32).
Ð
Belangrijke aanwijzingen
Garantie
Voor het apparaat gelden dezelfde garantievoorwaarden als voor nieuwe wa-
gens.
Na afloop van de garantie wordt een defect apparaat vervangen door een volledig
gecontroleerd en zo goed als nieuw apparaat met ruildeelgarantie. Voorwaarde is
echter dat de behuizing niet is beschadigd en onbevoegden geen reparatiepogin-
gen hebben ondernomen.
Let op
Een schade in het kader van de garantie mag niet door ondeskundige behande-
ling van het systeem of door ondeskundige reparatiepogingen zijn ontstaan. Bo-
vendien mag geen uiterlijke schade aanwezig zijn.
Ð
6
7
8
9
10
11
12
13
2
Algemene aanwijzingen
Bediening van het apparaat
De radio mag alleen worden bediend als de verkeerssituatie dit toelaat.
De volume-instellingen moeten zodanig worden gekozen dat akoestische signa-
len van buiten, bijvoorbeeld de sirene van de politie en de brandweer, altijd goed
hoorbaar zijn.
ATTENTIE
Houd uw aandacht in de eerste plaats bij het autorijden! Als bestuurder
draagt u de volledige verantwoordelijkheid voor een veilig verkeersgedrag. De
functies van de radio alleen zodanig gebruiken dat u in alle verkeerssituaties
volledige controle over uw wagen behoudt!
VOORZICHTIG
Het erin schuiven van een tweede cd op het moment dat een aanwezige cd
wordt uitgeschoven, kan de cd-speler in het apparaat beschadigen. Houd er reke-
ning mee dat het na het drukken op de uitschuiftoets
/
enkele seconden
duurt voordat de cd eruit wordt geschoven.. Gedurende deze tijd is de blokkering
van de cd-opening geopend. Beslist wachten tot de cd is uitgeschoven, voordat
een nieuwe cd wordt geplaatst.
Niet hard op de knoppen en toetsen van het apparaat drukken om beschadigin-
gen te voorkomen. Een lichte druk op de toets is voldoende om de apparatuur te
bedienen. Houd er rekening mee dat de bedieningsknoppen zijn voorzien van
voorgeschreven breukplaatsen om het risico op letsel te verminderen.
Voor het bedienen van het touchscreen geen puntige of scherpe voorwerpen
gebruiken. Licht drukken met een vinger is voldoende om de apparatuur te bedie-
nen. Een weergave op het beeldscherm die door aanraken niet kan worden opge-
roepen, is op dat moment ook niet oproepbaar.
Ð
Reiniging van het beeldscherm
VOORZICHTIG
Geen oplosmiddelen zoals benzine of terpentine gebruiken, omdat dit het dis-
playoppervlak aantast.
Het beeldscherm voorzichtig behandelen, omdat door hard drukken of contact
met scherpe voorwerpen deuken en krassen kunnen ontstaan.
Let op
Vingerafdrukken op het beeldscherm kunnen met een zachte doek en eventueel
met zuivere alcohol worden verwijderd.
Ð
Diefstalbeveiliging
Antidiefstalcode
Uw radio is van een comfortcodering voorzien. Bij de eerste ingebruikname wordt
de beveiligingscode niet alleen in de radio, maar ook in de wagen opgeslagen.
Na het losmaken en weer aansluiten van de accukabels eerst het contact inscha-
kelen en daarna pas de radio.
Indien de radio in een andere wagen moet worden ingebouwd, moet de beveili-
gingscode worden ingegeven. In dit geval contact opnemen met een ŠKODA Ser-
vicepartner of een ŠKODA-importeur.
Omdat het apparaat alleen functioneert na het ingeven van de beveiligingscode,
is het gebruik na diefstal praktisch uitgesloten - een belangrijke bijdrage aan de
diefstalbeveiliging.
Let op
De code is in het instrumentenpaneel opgeslagen. Hierdoor vindt een automati-
sche decodering plaats (comfortcodering). Daarom is het handmatig ingeven van
de code normaal gesproken niet nodig.
Ð
Code ingeven
Als na het inschakelen van het apparaat een toetsenbord verschijnt met de vraag
om de code in te geven, moet het apparaat door het ingeven van het juiste 4-cij-
ferige codenummer worden gedeblokkeerd.
Rechtstreeks op het beeldscherm een cijfer typen in het cijferblok
0
t/m
9
.
Het cijfer wordt in de ingaveregel overgenomen.
Na het ingeven van het 4-cijferige codenummer wordt het cijferblok grijs (inac-
tief) en kunnen geen verdere cijfers meer in de ingaveregel worden overgeno-
men.
Om de ingave zo nodig te corrigeren op het beeldscherm op
drukken om cij-
fers in de ingaveregel van rechts naar links te wissen.
3
Algemene aanwijzingen
Als de juiste code in de ingaveregel staat op
OK
drukken.
Code
De code kan alleen "online" via het ŠKODA-systeem worden afgevraagd om zo
een nog effectievere diefstalbeveiliging te garanderen. Zo nodig contact opne-
men met een geautoriseerde ŠKODA Servicepartner.
Onjuiste code
Indien bij het ingeven van de code een onjuiste code wordt bevestigd, kan de pro-
cedure nog eenmaal worden herhaald. Het aantal pogingen wordt op de tweede
beeldschermregel weergegeven.
Indien de code een tweede maal verkeerd wordt ingegeven, wordt het apparaat
gedurende ca. een uur geblokkeerd. Na het verloop van een uur, terwijl het appa-
raat en het contact ingeschakeld zijn, is het mogelijk om de invoer van de veilig-
heidscode te herhalen.
Indien vervolgens weer tweemaal een onjuiste code wordt ingegeven, wordt het
systeem weer gedurende een uur geblokkeerd.
De cyclus - twee pogingen, één uur geblokkeerd - blijft van toepassing.
Let op
De code is normaliter in het instrumentenpaneel opgeslagen. Hierdoor vindt een
automatische decodering plaats (comfortcodering). Daarom is het handmatig in-
geven van de code normaal gesproken niet nodig.
Ð
Bediening - algemeen
Het beeldscherm van het apparaat is een zogenaamd "Touch-screen" (aanraak-
scherm). Gekleurd omkaderde delen op het beeldscherm zijn momenteel "actief"
en worden door het aanraken van het beeldscherm bediend. Actieve delen die
een functie of een menu oproepen, worden "functietoetsen" genoemd.
Objecten of regelaar verschuiven
Een vinger op het beeldscherm op een beweegbaar object leggen, bijvoorbeeld
de "schuifknop" in een "scrollbalk".
De vinger zonder los te laten over het beeldscherm bewegen. Het object volgt
de bewegingen en kan alleen binnen het vooraf gedefinieerde gebied worden
bewogen.
Op de gewenste positie de vinger van het beeldscherm nemen.
Voor het bekijken van het weergegeven menugedeelte beweegt u de rechter
schuifregelaar in de scrolbalk helemaal naar beneden.
De schuifregelaar kan ook door het aanraken van de functietoetsen
en
op
het beeldscherm naar beneden en naar boven worden bewogen.
Een schuifregelaar in een instellingsbalk kan ook worden bewogen door op
-
of
+
te drukken.
"Terug naar het vorige menupunt"
U kunt naar het vorige menu terugkeren door op de
-knop te drukken.
"Scrollbalken"
Een loodrechte balk aan de rechtse kant van het display met een schuifregelaar
tussen de pijltoetsen
en
wordt "scroll balk" genoemd. De scrollbalk geeft
aan dat meer menu-items zichtbaar worden als de schuifregelaar volledig naar
beneden wordt bewogen.
"Waarde instellen"
In een instellingsmenu wordt een instelling of een waarde traploos gewijzigd.
Schuif de schuifregelaar of druk
+
of
-
, om een instelling te veranderen.
"Pop-upvenster"
Een functietoets met een pijl achter een andere functietoets toont de momen-
teel gekozen instelling, bijv.
Bevestigingstoon
Uit
.
Tik de functie toets
Uit
op het display wordt een zogenoemd "pop-up raam"
geopend, waarin alle instellings opties vertoond worden.
Kort op de gewenste instellingsoptie drukken. Het pop-upvenster wordt gesloten
en de gekozen instelling wordt weergegeven. Om het pop-upvenster te sluiten
zonder de instelling te wijzigen in het pop-upvenster op functietoets
drukken.
"Checkbox"
Voor een functie die alleen kan worden in- of uitgeschakeld, bevindt zich een zo-
genaamde "checkbox". Een vinkje in de checkbox geeft aan dat de functie is
geactiveerd, een lege checkbox geeft aan dat de functie is gedeactiveerd.
Voor het activeren of deactiveren eenmaal kort op de betreffende functietoets
drukken.
Ð
4
Algemene aanwijzingen
Basisinstelling
Apparaat in- en uitschakelen
Door het kang indrukken van de draai-/drukknop
1
wordt het systeem in- en
respectievelijk uitgeschakeld.
Na het inschakelen van het apparaat wordt de audiobron weergegeven die vóór
het uitschakelen het laatst actief was.
Als de sleutel bij ingeschakeld apparaat uit het contactslot wordt verwijderd,
schakelt het apparaat automatisch uit. Het apparaat kan dan weer worden inge-
schakeld. Bij uitgeschakeld contact schakelt het apparaat (ontladingsbeveiliging
van de accu) na ca. een uur automatisch uit. Deze procedure kan onbeperkt wor-
den herhaald.
Ð
Klankinstellingen
Door op de toets
te drukken, kunnen de volgende parameters worden geko-
zen:
Treble - Mid - Bass
- Instelling van hoge tonen, middentonen en lage tonen;
Balance - Fader
- Volumeverhouding (links en rechts = Balance), (voor en achter =
Fader);
Volume
-
Maximaal inschakelvolume
,
Verkeersberichten
en
Parkeerhulp: audiovolume
- In-
schakelvolume, volume bij verkeersberichten en volume bij het parkeren;
Snelheidsafhankelijke volumeregeling
- De autoradio verhoogt het volume bij toene-
mende rijsnelheid (hogere waarden betekenen een sterkere toename van het
volume);
Bevestigingstoon
- In- of uitschakelen van het geluidssignaal bij het opslaan van
radiozenders;
EQ-instellingen
- Instelling van de equalizer (lineair, spraak, rock, klassiek,.....);
Dance
- Surround-instelling.
Volumeverlaging bij het activeren van de parkeerhulp (PDC)
Indien de wagen met een parkeerhulp is uitgerust, wordt het volume automatisch
verlaagd tot een gedefinieerde waarde als de parkeerhulp actief is.
Ð
RADIO-functie
Radiozender kiezen
Hoofdmenu RADIO oproepen en frequentiebereik kiezen
Op
RADIO
drukken om het hoofdmenu RADIO te openen. De momenteel beluis-
terde radiozender wordt boven in het beeldscherm weergegeven.
Om het frequentiebereik te wijzigen op
RADIO
of de functietoets
Band
drukken
en in het verschijnende pop-upvenster op
FM
of
AM
drukken. Het huidige fre-
quentiebereik wordt linksboven in het beeldscherm weergegeven.
Radiozender kiezen
Door de pijltoetsen op het display van het hoofdmenu RADIO in te drukken wis-
selt u naar de vorige of volgende zender.
Radiozender uit de zenderlijst selecteren
Op de functietoets
Zenderlijst
drukken om alle momenteel ontvangbare radio-
zenders in een lijst weer te geven. De lijst "springt" direct naar de weergave van
de momenteel beluisterde radiozender.
De gewenste zender selecteren door hierop te drukken. Na ca. 20 seconden
zonder bediening wordt de weergave van de zenderlijst automatisch gesloten.
Functietoetsen in het hoofdmenu Radio
1...
tot
...42
- Stationstoetsen om op te slaan of om de opgeslagen radiozender op
te roepen.
Band
- Toets voor het kiezen van het gewenste frequentiebereik.
Zenderlijst
- Opent de lijst met radiozenders die op dat moment te ontvangen zijn.
Geheugen
- opent de lijst van de opgeslagen radiozenders.
Extra's
- Toets voor het oproepen van de scanfunctie
Scan
of voor het weergeven
van de radiotekst
Tekst
.
Hand.
– Opent de frequentieband van het ingestelde frequentiebereik.
Ð
Zoeken en opslaan van radiozenders
Handmatig zoeken
Draai in het hoofdmenu RADIO de instelknop aan
2
of tik de functie toets
Hand.
. Aan onderzijde van het beeldscherm wordt de frequentieband van het
gekozen frequentiebereik weergegeven.
5
Basisinstelling
Stelknop kort indrukken om het handmatig kiezen van de frequentie te beëin-
digen en de functietoetsen weer weer te geven.
Radiozender onder een getoonde voorkeuzetoets opslaan
Een van de zes in het hoofdmenu RADIO getoonde voorkeuzetoetsen
1 ...
t/m
6 ...
ingedrukt houden tot een signaaltoon klinkt. De actuele beluisterde radio-
zender wordt dan opgeslagen iop deze zendertoets.
Radiozender uit de geheugenlijst wissen
Tik in het hoofdmenu RADIO de functietoets
Geheugen
, om de opslaglijst te
openen.
Achter de zender die u wilt wissen op de functietoets
Wissen
drukken.
Bevestig de volgende zekerheidsvraag door het aantikken van functietoets
Wissen
, om de zender definitief uit de opslaglijst te verwijderen.
Indien de actuele radiozender reeds in de opslaglijst is opgeslagen, wordt na de
indicatie van het frequentie beriek (FM of AM) het opslagplaatsnummer aangege-
ven.
Welke van de zes stationstoetsen in het hoofmenu RADIO aangeduid worden,
legt u vast in het menu Setup radio.
Ð
Functie SCAN
De radiozenders op een frequentiebereik kunnen na elkaar kort (gedurende 10
seconden) worden afgespeeld.
Op de stelknop
2
drukken, de radio zoekt automatisch alle beschikbare radio-
zenders op het actuele frequentiebereik.
Als alternatief op de functietoets
Extra's
drukken en in het verschijnende pop-
upvenster op
Scan
drukken.
Als de scanfunctie actief is, verandert de functietoets
Extra's
in
Scan
.
Opnieuw op knop
2
of op de functietoets
Scan
drukken om de scanfunctie te
stoppen op de momenteel beluisterde radiozender.
Ð
RDS-functies
Radiotekst in- en uitschakelen
In het hoofdmenu RADIO op de functietoets
Extra's
drukken en vervolgens op
de functietoets
Tekst
. In plaats van de zes stations toetsen wordt nu, in de on-
derste helft van het display, het raam voor de aanduiding van de radio tekst ge-
opend.
Om de stations toetsen weer aan te wijzen, moet het raam met de aanduiding
van de radio tekst opnieuw worden afgesloten worden. Tik kort in het aandui-
dingsraam van de radio tekst.
U kunt ook op de functietoets
Extra's
drukken en in het verschijnende pop-up-
venster op de geaccentueerd weergegeven functietoets
Tekst
drukken.
RDS ("Radio Data System") dient voor de overdracht van programmakenmerken
en aanvullende diensten waardoor onder andere automatisch een zender kan
worden gevolgd.
Bij voldoende ontvangstkwaliteit wordt bij radiozenders die RDS ondersteunen in
plaats van de zenderfrequentie de zendernaam weergegeven.
Indien een radiozender aanvullende informatie via de RDS-functie verstuurd ter-
wijl een zender wordt opgeslagen, kan het voorkomen dat de naam van de radio-
zender vervolgens niet correct in de geheugenlijst wordt weergegeven.
Ð
Functie verkeersinformatie
Druk op de toets
TP
, om de verkeersradio functie in- of uit te schakelen.
De aanduiding "TP" in combinatie met een zendernaam (bijvoorbeeld in de zen-
der- of geheugenlijst) geeft een zender aan die verkeersinformatie uitzendt.
Onafhankelijk van welke radiozender wordt beluisterd, zorgt een extra ontvanger
in het apparaat ervoor dat er altijd een verkeersinformatiezender wordt ontvan-
gen, zolang de verkeersinformatiefunctie is ingeschakeld.
De paraatheid van de verkeersradio functie wordt door "TP" rechtsboven in het
display getoond.
Als er geen verkeersinformatiezender kan worden ontvangen, omdat bijvoorbeeld
de radio-ontvangst in zijn geheel gestoord is, wordt in plaats van "TP", "No TP"
weergegeven. Houd er rekening mee dat parkeergarages, tunnels, hoge gebou-
wen of bergen het radiosignaal kunnen storen.
Binnenkomend verkeersbericht
Als een verkeersbericht wordt weergegeven, verschijnt een pop-upvenster.
Indien u de weergave van verkeersberichten wilt onderbreken, drukt u in het pop-
upvenster Verkeersbericht op de functietoets
Annuleren
. De verkeersinformatie-
functie blijft hierbij gewoon beschikbaar en een volgend verkeersbericht wordt
weer in de actieve audiofunctie weergegeven. Door op de functietoets
TP deact.
te drukken, wordt de verkeersinformatiefunctie blijvend uitgeschakeld.
Ð
6
Basisinstelling
Verkeersinformatiegeheugen
Verkeersberichten automatisch opnemen
Indien de verkeersinformatiefunctie is ingeschakeld en een verkeersinformatie-
zender gereed is voor ontvangst, worden binnenkomende verkeersberichten op-
genomen zolang het contact is ingeschakeld. Op deze wijze bent u altijd op de
hoogte van de actuele verkeerssituatie, ook als u de radio tijdens de rit geduren-
de langere tijd hebt uitgeschakeld.
Als de wagen wordt geparkeerd (contact uit), terwijl een verkeersinformatiezen-
der gereed is voor ontvangst, worden 2 uur lang binnenkomende verkeersmeldin-
gen van deze zender opgenomen.
Bij het uitschakelen van het contact wordt gedurende ca. 5 seconden de actuele
verkeersinformatiezender weergegeven waarvan de komende 2 uur verkeersbe-
richten worden opgenomen. Gedurende deze 5 seconden durende weergave kan
met de pijltoetsen op het apparaat een andere verkeersinformatiezender worden
geselecteerd waarvan moet worden opgenomen.
Als de ontvangst van de ingestelde verkeersinformatiezender bij een geparkeer-
de wagen door invloeden van buitenaf te slecht wordt, wordt automatisch een
andere verkeersinformatiezender gezocht.
Er kunnen maximaal 9 verkeersberichten met een totale lengte van max. 4 minu-
ten worden opgenomen. Wanneer het spraakgeheugen vol is, wordt altijd het
oudste verkeersbericht overschreven.
TIM-opnametijden
U heeft bovendien de mogelijkheid twee TIM-opnametijden in te stellen waarbij
het apparaat, ook bij geparkeerde wagen, verkeersberichten moet opnemen. De
radio begint dan, overeenkomstig de ingestelde TIM-opnametijd, met het opne-
men van alle bij de ingestelde verkeersinformatiezender binnenkomende ver-
keersberichten.
Indien u bijvoorbeeld iedere dag om een bepaalde tijd met uw wagen naar het
werk rijdt, hoeft u alleen de geschatte vertrektijd in te voeren. De radio begint
met de opname 90 minten voor de ingestelde starttijd en eindigt de opname 30
minuten daarna. U kunt, voordat u wegrijdt, de laatste verkeersberichten beluis-
teren en uw route op de actuele verkeerssituatie afstemmen.
Let op
Bij een melding van meer dan vier minuten lang, wordt het begin van de mel-
ding overschreven.
Indien het voertuig langer dan drie dagen niet wordt gebruikt, worden er geen
verdere verkeersmeldingen opgeslagen, om de batterij van het voertuig te be-
schermen.
Ð
Verkeersberichten afspelen
Op de toets
TIM
drukken om de opgeslagen verkeersberichten te beluisteren.
De weergave start met het laatst opgenomen verkeersbericht en loopt terug
naar het oudste verkeersbericht.
Tik de toets
, om naar het begin van de actuele gehoorde verkeersmelding
over te schakelen.
Om naar een volgende verkeersmelding te gaan, tik op de toets
.
De weergave onderbreken door op toets
te drukken. De toets verandert in
. Door op toets
te drukken, wordt de weergave op de actuele positie voort-
gezet.
Ð
MEDIA-functie
Hoofdmenu MEDIA
Hoofdmenu MEDIA openen en andere mediabron kiezen
Door op de toets
MEDIA
te drukken, wordt de weergave van de laatst afge-
speelde audiobron voortgezet.
Zijn er op deze tijd op de uitrusting audiobronnen verkiezbaar, veranderd u met
de bereik toets
MEDIA
tussen de laatste audiobronnen.
Als een voorheen afgespeelde mediabron opnieuw wordt gekozen, wordt de
weergave vervolgd op de plek waar deze is gestopt.
lndien er geen audiobron kan worden gekozen, omdat op dat moment geen infor-
matiedrager (bijvoorbeeld geen geheugenkaart) is geplaatst, wordt de functie-
toets grijs weergegeven.
7
Basisinstelling
Functietoetsen voor het bedienen van de actuele audiobronnen
- Door kort drukken wordt gewisseld naar het begin van de actuele titel of het
begin van het actuele hoofdstuk, door opnieuw te drukken wordt gewisseld naar
het begin van de vorige titel of het begin van het vorige hoofdstuk.
- Door kort drukken wordt gewisseld naar het begin van de volgende titel of
het begin van het volgende hoofdstuk.
- Pauze: De weergave wordt op de huidige locatie stopgezet en het symbool
verandert naar
- het aantikken van
zet de weergave vanaf deze locatie
voort.
Selecteerbare audiobronnen in het menu MEDIA
CD
- veranderd naar de laatst gespeelde CD in de interne CD wisselaar.
Sd-kaart
- wisselt naar een ingestoken geheugenkaart.
AUX
- Wisselt naar een aangesloten externe audiobron. De bediening van een ex-
tern aangesloten audiobron is slechts beperkt mogelijk en is sterk afhankelijk van
het soort aansluiting.
BT-Audio
- Wisselt naar de telefoon - draadloze mp3-overdracht vanuit de tele-
foonvoorbereiding.
Extra functietoetsen in het hoofdmenu MEDIA
Scan
- Start de scanfunctie Scan. Is er in de functietoets reeds
Scan
aangege-
ven, wordt het zoekmechanisme gestart - om te beëindigen de functietoets tik-
ken.
Mix
- Start het afspelen in willekeurige volgorde Mix. Is er in de functietoets
reeds
Mix
aangegeven, wordt het zoekmechanisme gestart - om te beëindigen
de functietoets tikken.
Repeat
- Opent het pop-upvenster voor het inschakelen van de herhaalfunctie.
Bovendien wordt vastgelegd of alleen de actuele
Titel
of de actuele
Cd
resp. voor
de mp3-functie de actuele
Map
moet worden herhaald.
Selectie
- Opent de titellijst van de actuele mediabron om een andere titel of een
andere bron te selecteren.
Ð
Cd plaatsen of verwijderen
Cd plaatsen
Op
/
drukken.
1
....
6
kiezen om de cd in de interne cd-wisselaar te plaatsen. Wachten tot "Cd
invoeren a.u.b." wordt weergegeven.
Een cd met het opschrift naar boven zo ver in de cd-opening schuiven tot deze
zelfstandig naar binnen wordt getrokken. De weergave start automatisch.
Cd verwijderen
Op de toets
/
drukken, de cd wordt uitgeschoven.
Wordt een CD in de uitwerppositie niet verwijderd, dan wordt om veiligheidsrede-
nen na ongeveer 10 seconden terug naar binnen getrokken.
Wma-bestanden (Windows Media Audio)
Audiobestanden die via Windows Media Audio zijn gecomprimeerd, kunnen te-
vens door middel van de DRM-techniek (Digital Rights Management) auteursrech-
telijk zijn beschermd. Dergelijke wma-bestanden worden door het apparaat niet
ondersteund.
Ð
Geheugenkaart erin schuiven of verwijderen
Geheugenkaart erin schuiven
De geheugenkaart met de afgesneden hoek naar voren en naar rechts gericht
in de geheugenkaartopening schuiven tot deze vastklikt. De weergave start au-
tomatisch.
Geheugenkaart verwijderen
Als u tegen de veerweerstand op de ingeschoven geheugenkaart drukt,
"springt" de geheugenkaart terug in de uitwerkpositie.
Alleen mp3-bestanden en onbeveiligde wma-bestanden kunnen van de sd-kaart
worden gelezen. Andere bestanden worden genegeerd.
Geheugenkaart leeg of bestanden niet leesbaar
Als er een geheugenkaart wordt ingeschoven waarop geen audiobestanden zijn
opgeslagen, wordt na het laden niet naar de functie van de geheugenkaart om-
geschakeld. In het menu MEDIA blijft de functie toets
Sd-kaart
in het bovenste ge-
deelte van het display inactief en de functie kan niet gekozen worden.
Ð
8
Basisinstelling
Cd uit de cd-wisselaar selecteren
Op de toets
MEDIA
drukken om het hoofdmenu MEDIA te openen.
Bevindt de uitrusting zich niet in de CD operatie, tikt op de functietoets
Cd
in
het bovenste gedeelte van het display.
Op de functietoets
Selectie
drukken om de titellijst van de momenteel afge-
speelde cd weer te geven.
De functietoets
zo vaak indrukken tot het cd-keuzemenu wordt weergege-
ven.
Op
CD 1:
t/m
CD 6:
drukken om de weergave van de betreffende cd te star-
ten.
Wordt in het CD keuze menu de actuele gespeelde CD door het aantikken geko-
zen, dan wordt de titel lijst geopend.
Een CD vak, waarin zich geen CD bevindt, wordt dooe "Leeg" aangeduid en de
functie toets wordt op inactief gesteld.
Welke CD actueel wordt afgespeeld wordt, wordt vertoond in het hoofdmenu ME-
DIA links boven in het display.
Mix
- In willekeurige volgorde afspelen; titels worden in willekeurige volgorde af-
gespeeld.
Scan
– Doorzoeken van de cd. Van iedere titel worden de eerste 10 seconden af-
gespeeld.
Let op
Cd's die door de cd-wisselaar niet kunnen worden gelezen, zijn ook niet selec-
teerbaar in het cd-keuzemenu van de radio (weergave: "Leeg").
Ð
Titel selecteren
Op de toets
MEDIA
drukken om het hoofdmenu MEDIA te openen.
Audio-cd: Titel selecteren
Tik de functie toets
Selectie
, om de titels van de huidige CD te vertonen. De mo-
menteel beluisterde titel is gemarkeerd.
In de titellijst een titel selecteren door op de functietoets
Titel
te drukken.
Mp3-bestanden: Titel selecteren
Tik op de functietoets
Selectie
, om de titellijst met de huidig gespeelde titel en
indien nodig de in deze map opgeslage sub mappen weer te geven. De momen-
teel beluisterde titel is gemarkeerd.
Een andere titel selecteren door hierop te drukken. Indien de gezochte titel in
een andere map staat, moet eerst de mapstructuur worden doorzocht.
Op een bestandsmap drukken om deze te openen (afgebeeld:
F1.1.1
).
Op de functietoets
drukken om de bovenliggende map te openen.
Titel herhalen
Op de functietoets
Repeat
drukken.
In het verschijnende pop-upvenster op de toets
Titel
drukken om de momen-
teel beluisterde titel aan het einde automatisch te herhalen.
Indien u in het verschijnende pop-upvenster op de toets
Cd
(audio-cd-functie)
of de toets
Map
(mp3-functie) drukt, worden de titels van de actuele cd of van
de actuele map automatisch herhaald.
Let op
In het menu MEDIA kunt u titels door het draaien van de instelknop
8
verande-
ren.
Wordt een data medium afgespeeld op het interne CD apparaat, dan wordt "CD
int." links boven op het display aangetoond.
Gedurende de weergave van MP3 data kan de naam van de artiest, van de al-
bum en van de titels aangetoond worden, als deze informatie als ID3-Tag voor-
handig is.
Enkele audio-cd's ondersteunen "cd-tekst". Bij deze cd's wordt in plaats van
"Titel" de titelnaam weergegeven.
Ð
Algemene aanwijzingen over de mp3-functie
Eisen aan mp3-bestanden en -gegevensdragers
CD-ROM, CD-R, CD-RW met een capaciteit van 650
Mb en 700 Mb.
De cd's moeten voldoen aan de ISO 9660-Level 2 standaard en het Joliet-be-
standssysteem (single session en multisession).
Bestandsnamen mogen niet meer dan 64 tekens bevatten.
De mapstructuur mag niet meer dan 8 niveaus bevatten.
De naam van de uitvoerende artiest, het album en de titel van het weergegeven
mp3-bestand kunnen worden weergegeven indien deze informatie als ID3-tag
aanwezig is. Indien geen ID3-tag aanwezig is, wordt de map- of bestandsnaam
weergegeven.
9
Basisinstelling
Afspeellijsten worden niet ondersteund.
Wma-bestanden (Windows Media Audio) kunnen eveneens worden afgespeeld,
indien ze niet door de DRM-techniek (Digital Rights Management) auteursrech-
telijk zijn beschermd. Dergelijke wma-bestanden worden door het apparaat niet
ondersteund.
Bitrate (datastroom per tijdseenheid)
Het apparaat ondersteunt mp3-bestanden met bitrates van 32 tot 320 kbit/s en
mp3-bestanden met variabele bitrate.
Bij bestanden met variabele bitrate kan de weergave van de speeltijd onnauw-
keurig zijn.
Ð
Aanwijzingen over de omgang met cd's
Overslaan
Op een slecht wegdek en bij heftige trillingen kan de cd-speler bij het afspelen
overslaan.
Condensvorming
Bij koude weersomstandigheden en na regenbuien kan vocht in de cd-speler
neerslaan (condensatie). Dit kan leiden tot overslaan of de weergave verhinderen.
In dergelijke gevallen moet u wachten tot het vocht is verdwenen.
Aanwijzingen over de verzorging van cd's
Indien een cd is vervuild, deze nooit in een cirkelvormige beweging schoonmaken,
maar altijd van binnen naar buiten met een zachte pluisvrije doek. Bij sterke ver-
vuiling adviseren wij de cd met een universele cd-reiniger schoon te maken. Ook
in dit geval de cd niet in een cirkelvormige beweging schoonmaken, maar van bin-
nen naar buiten en de cd vervolgens laten drogen.
ATTENTIE
De cd-speler is een laserproduct van de klasse 1. Indien de cd-speler wordt
geopend, bestaat gevaar voor verwondingen door niet-zichtbare laserstralen.
De cd-speler bevat geen componenten die onderhoud behoeven of die u
kunt repareren. Indien er sprake is van een defect de cd-speler alleen door
een specialist laten repareren.
VOORZICHTIG
Gebruik nooit vloeistoffen zoals benzine, verfverdunner of LP-reiniger, omdat
anders het oppervlak van de cd kan worden beschadigd!
De cd nooit blootstellen aan direct zonlicht!
De cd nooit beschrijven of beplakken!
Let op
Elke verontreiniging of beschadiging van een cd kan tot problemen leiden bij het
"lezen" van de informatie. De omvang van de leesfout is afhankelijk van de ver-
vuiling resp. van de ernst van de mechanische beschadiging. Sterke krassen ver-
oorzaken leesfouten waardoor de cd kan overslaan of kan "blijven hangen". Alle
cd's dienen zorgvuldig te worden behandeld en altijd in een beschermende hoes
te worden bewaard.
Ð
Externe bronnen
AUX-ingang
De ingang voor externe audiobronnen AUX bevindt zich onder de armsteun
van de voorstoelen.
De AUX - ingang kan worden geactiveerd door op de toets
MEDIA
en vervol-
gens op de functietoets
AUX
te drukken.
Externe audiobronnen die op de AUX-ingang zijn aangesloten, kunnen niet
via de radio worden bediend.
MDI ingang - Multimediabus (MEDIA)
De ingang voor externe audiobronnen MDI bevindt zich onder de armsteun van
de voorstoelen, in het opbergvak aan bijrijderszijde of in een opbergvak van de
middenconsole (afhankelijk van het model).
De MDI-ingang kan worden geactiveerd door op de toets
MEDIA
en vervolgens
op de functietoets
MDI
te drukken.
Audiobestanden van op de MDI-ingang aangesloten externe datadragers kan in
MP3-, WMA-, OGG-Vorbis- en AAC-formaat via de radio worden afgespeeld.
Externe audiobronnen die op de MDI-ingang zijn aangesloten, kunnen via de
radio worden bediend.
Het is mogelijk externe audiobronnen in de wagen via de luidsprekers van de ra-
dio weer te geven.
U kunt altijd op de radio een andere audiobron selecteren. Zolang de externe au-
diobron niet wordt uitgeschakeld, blijft deze altijd op de achtergrond actief.
10
Basisinstelling
De bediening van de externe audiobron staat beschreven in de handleiding van
de betreffende fabrikant.
Indien tevens een MEDIA-bus aanwezig is, wordt in het Audio-menu in plaats
van de functietoets
AUX
de toets
MDI
weergegeven. Houd er rekening mee dat
een op de AUX-bus aangesloten audiobron alleen kan worden weergegeven
indien op dat moment geen informatiedrager op de MDI-ingang is aangesloten.
Voor de AUX-bus wordt een standaard 3,5-mm-jackplugstekker gebruikt. In-
dien de externe audiobron niet voorzien is van deze jackplugstekker moet een
adapter worden gebruikt.
Weergavevolume van de externe audiobron aanpassen
Het weergavevolume van de externe audiobron kan via de volumeregelaar op de
radio worden gewijzigd.
Afhankelijk van de aangesloten audiobron kan het uitgangsvolume van de exter-
ne audiobron worden gewijzigd.
U kunt bovendien de ontvangstgevoeligheid van de externe radiobron verande-
ren, om zodoende het weergavevolume van de externee radiobron aan te passen
aan de andere audiobronnen of om vervormingen te vermijden.
Adapter
Voor het aansluiten van audiobronnen via de MDI-ingang is een speciale adapter
nodig.
Wij adviseren u, voor het aansluiten van USB-apparaten, apparaten met mini-
USB-uitgang of een iPod een adapter bij een geautoriseerde ŠKODA Servicepart-
ner aan te schaffen.
Voorwaarden voor het correct aansluiten
Er kunnen alleen apparaten met USB 2.0 specificatie worden aangesloten.
De versie van de tabel voor de toewijzing van de bestanden, de FAT (File Alloca-
tion Table) van het aangesloten apparaat moet FAT16 (< 2 GB) of FAT32 (> 2 GB)
zijn.
Bij de weergave van een apparaat met een harde schijf (HDD) waarop zich een
zeer grote hoeveelheid data bevindt, kan een tijdsvertraging optreden bij het
inlezen van het overzicht van de muziekbestanden.
Bij de weergave van een apparaat waarop zich een gecompliceerde mapstruc-
tuur bevindt, kan een tijdsvertraging optreden bij het inlezen van het overzicht
van de muziekbestanden.
De mapstructuur op het aangesloten apparaat mag niet meer dan 8 niveaus be-
vatten. Een map mag niet meer dan 1.000 bestanden bevatten.
Voor het aansluiten van het apparaat mag geen USB-verlengkabel of USB-hub
worden gebruikt.
ATTENTIE
De externe audiobron in geen geval op het dashboard leggen. Deze kan bij
een plotselinge manoeuvre in het interieur worden geslingerd en de inzitten-
den ernstige verwondingen toebrengen.
Externe audiobronnen in geen geval in de buurt van de airbags leggen. Ze
kunnen bij het activeren van de airbag in het interieur worden teruggeslingerd
en de inzittenden ernstige verwondingen toebrengen.
Tijdens het rijden mag de externe audiobron niet in de hand worden gehou-
den of op de knieën worden gelegd. Deze kan bij een plotselinge manoeuvre
in het interieur worden geslingerd en de inzittenden ernstige verwondingen
toebrengen.
De aansluitkabel van de externe audiobron altijd zodanig leggen dat deze bij
het rijden geen belemmering vormt.
VOORZICHTIG
De AUX-bus mag alleen voor audiobronnen worden gebruikt!
Let op
De externe audiobron die op de aux-ingang is aangesloten, kan alleen worden
gebruikt wanneer op dat moment geen apparaat op de MDI-ingang is aangeslo-
ten.
Indien via de AUX een externe audiobron is aangesloten die met een adapter
voor een externe voeding is uitgerust, kan het voorkomen dat het audiosignaal
wordt gestoord. Dit hangt van de kwaliteit van de gebruikte adapter af.
De luidsprekers in de wagen zijn afgestemd op een uitgangsvermogen van de
radio van 4x20 W.
Bij de uitrusting soundsysteem zijn de luidsprekers afgestemd op een uitgangs-
vermogen van de versterker van 4x40 W + 6x20 W.
Ð
SETUP
Hoofdmenu Instellingen (Setup)
Op de toets
SETUP
drukken om het hoofdmenu Setup te openen.
Door te drukken de functie selecteren waarvan u de instellingen wilt wijzigen.
Op de functietoets
drukken om naar het laatst gekozen menu terug te gaan.
11
Basisinstelling
Overzicht van de instellingenmenu's
Radio
- Instellingen voor de functie van de pijltoetsen in de radio operatie voor de
aangewezen oplagtoetsen om de opslaglijst en de verkeersmeldingen op te
slaan.
Media
- Instellingen voor het afspelen en de aanduiding van MP3 data opslaan en
externe audiobronnen activeren of deactiveren.
Systeem
- Systeem instellingen zoals taal en tijd veranderingen en in individuele
bereiken vooraf opgenomem en opgeslagen instellingen terug nemen, respectie-
velijk verwijderen.
Verkeersinformatie
– Favoriete TMC-zender selecteren en gebied voor TMC-meldin-
gen vastleggen.
Display
– helderheid van het beeldscherm instellen, dag-/nachtuitvoering van de
kaartweergave en de bevestigingstoon bij het indrukken van de toets kiezen/niet
kiezen.
Telefoon
- Telefoonboek in het apparaat updaten, alle oproeplijsten wissen en de
bezetting van de sneltoetsen bewerken.
Ð
Instellingen radio
Het menu Setup radio openen door op de toets
SETUP
en de functietoets
Radio
te drukken.
AF inschakelen
De functie alternatieve frequentie (AF) zorgt ervoor dat automatisch wordt over-
geschakeld naar de best te ontvangen frequentie van de ingestelde zender. Het
geluid van de radioweergave kan tijdens het zoeken naar de best te ontvangen
frequentie gedurende zeer korte tijd worden onderdrukt. Indien geen alternatie-
ve frequentie van de ingestelde zender kan worden gevonden en de ontvangst-
kwaliteit van de zender niet goed meer is, een andere zender kiezen.
RDS Regionaal
Enkele programma's van de radio-omroepen worden op bepaalde tijden in regio-
nale programma's opgedeeld. Daarom kunnen in afzonderlijke regio's regionale
programma's van een zender een verschillende inhoud hebben.
Het apparaat probeert eerst alleen alternatieve frequenties van de gekozen zen-
der in te stellen.
Indien de kwaliteit echter zo slecht wordt dat een "programmaverlies" dreigt, ac-
cepteert het apparaat "aanverwante" frequenties.
Zoekmodus
Instelling van de bron van waaruit in de radiofunctie de zenders moeten worden
geselecteerd.
Zenderlijst
- Opent de lijst met radiozenders die op dat moment te ontvangen
zijn.
Geheugenlijst
- toont alleen de zenders die in het zendergeheugen staan.
Geheugenlijst
Voorkeuzetoetsen voor weergave kiezen.
Geheugenlijst wissen
Geheugenlijst wissen.
Favoriete TMC-zender
Indien de "favoriete" TMC-zender niet meer kan worden ontvangen, wordt auto-
matisch de TMC-zender gezocht die momenteel de beste ontvangst biedt. Van
welke TMC-zender momenteel meldingen worden weergeven, wordt in de Setup
radio weergegeven.
Ð
Instellingen verkeerszender
Het menu Setup TIM openen door op de toets
SETUP
en de functietoets
Verkeersinformatie
te drukken.
Aan linkerzijde op de weergave van een TIM-opnametijd drukken om het menu
Setup opnametijd te openen.
In het menu Setup opnametijd kort op de pijltoetsen
of
op het beeld-
scherm drukken om de betreffende tijdseenheid stapsgewijs naar beneden of
naar boven te wijzigen.
De betreffende pijltoets ingedrukt houden om de tijdseenheid doorlopend te
wijzigen. De toets loslaten als de gewenste waarde is bereikt.
Op de functietoets
drukken om de weergegeven TIM-opnametijd over te ne-
men en het menu Setup opnametijd te verlaten.
Op deze wijze kunnen de beide gewenste TIM-opnametijden worden ingesteld.
De gewenste TIM-opnametijd activeren of deactiveren door op de functietoets
Actief
te drukken. Als de checkbox is geactiveerd, is de nevenstaande TIM-
opnametijd geactiveerd.
De uitrusting begint met de opname 90 minten voor de ingestelde starttijd en
eindigt de opname 30 minuten daarna.
Ð
12
Basisinstelling
Setup media
Het menu Setup media openen door op de toets
SETUP
en de functietoets
Media
te drukken.
Functietoetsen in het menu - Setup media
AUX-ingang activeren
- voor weergave van een externe audiobron.
BT-audio autoplay
- Maakt het mogelijk om een draadloze overdraging van MP3 data
in de telefoon voorbereiding te maken.
ID3-tag deactiveren
- Overeenkomstig de instellingen wordt bij audio-cd's met cd-
tekst en in de mp3-functie de titel- en artiestnaam of alleen de bestands- en
mapnaam weergegeven.
Scan/Mix/Repeat inclusief submap
- Speelt aan de hand van de volgorde op het afge-
speelde medium alle mp3-bestanden na elkaar af die in mappen en submappen
zijn opgeslagen.
Aux ingangslevel
- Invoergevoeligheid van de AUX-IN stekker voor het aanpassen
van het volume van de weergave van een aangesloten externe audiobron kan in
drie stappen voor de andere audiobronnen aangepast worden. Tik de functietoets
Aux ingangslevel
en kies in het geopende Pop-up raam de gewenste invoergevoe-
ligheid. Is er reeds een multi-media stekker MEDIA-IN ingebouwd, is deze instel-
ling ook geldig voor audiobronnen aangesloten op de multi-media stekker.
Ð
Setup system
Roep het menu Setup system op door het drukken op de bereik keuze toets
SETUP
en de functie toets
Systeem
.
Systeemtaal handmatig wijzigen
Op de functietoets
Taal / Language
drukken en in het verschijnende pop-upven-
ster de gewenste taal selecteren. De systeemtaal is normaal opgeslagen via de
ingestelde taal in het combi-instrument "Automatisch". Indien gewenst kan
voor de radio echter zoals beschreven een andere taal worden ingesteld.
Apparaat op fabrieksinstellingen terugzetten
Op de functietoets
Fabrieksinstellingen
drukken.
Indien de volgende controlevraag wordt bevestigd, wordt het apparaat naar de
afleveringstoestand teruggezet en wordt alle opgeslagen data gewist.
Verlichting van de bedieningsknoppen
Op de functietoets
Illuminatie
drukken.
U junt het achtergrondlicht van de bedieningsknoppen
1
en
2
van de uitrus-
ting, inschakelen
2
respectievelijk uitschakelen
1
wanneer de ontsteking is in-
geschakeld.
Weergave van de instelling voor de Climatronic-eenheid
Op de functietoets
Klimaatweergaven
drukken.
De weergave van de Climatronic-waarden kan worden in- resp. uitgeschakeld.
Ð
Setup Telefoon
Het menu Setup Telefoon openen door op de toets
SETUP
en de functietoets
Telefoon
te drukken.
Telefoonboek in het apparaat actualiseren
Op de functietoets
Telefoonboek bijwerken
drukken om alle vermeldingen te upda-
ten die sinds de laatste koppeling in het telefoonboek van de mobiele telefoon
of op de simkaart zijn gewijzigd. Dit kan enkele minuten duren.
De volgende controlevraag bevestigen. Terwijl de data geactualiseerd wordt, is
de "oude" data van de telefoongids in de uitrusting selecteerbaar.
Beschouw in deze aansluiting de gebruiksaanwijzing die geldig is voor uw voer-
tuig.
Oproeplijsten wissen
Op de functietoets
Oproeplijsten wissen
drukken.
Bevestigd u de volgende veiligheidsvraag met
Wissen
, dan worden de opgesla-
gen oproepnummers en de alle niet aangenomen oproepen verwijderd uit de
uitrusting.
Bezette sneltoetsen bewerken
Op de functietoets
Verkort kiezen
drukken om de bezette sneltoetsen te bewer-
ken.
In het volgende menu de sneltoets selecteren waarvan de bezetting moet wor-
den gewijzigd door kort hierop te drukken.
De vermelding zoals beschreven wijzigen.
Ð
Telefoonfunctie
Hoofdmenu TELEFOON
De telefoon conform het instructieboekje van de wagen koppelen met de mobie-
le-telefoonvoorbereiding.
13
Basisinstelling
Op de toets
PHONE
drukken om het hoofdmenu Telefoon te openen.
Na het verbindingsproces duurt het enkele minuten tot de telefoongids data van
de verbonden mobiele telefoon op de radio beschikbaar zijn.
Functietoetsen in hoofdmenu PHONE
- Inkomend gesprek aannemen, bellen of stoppen. In het hoofdmenu PHONE
wordt na het aantippen van deze toets de oproeplijst weergegeven.
- Gesprek beëindigen of een oproep weigeren.
SOS
- Brengt na bevestiging een verbinding met een alarmnummer tot stand. De-
ze functie is ook mogelijk zonder gekoppelde mobiele telefoon. Voorwaarde is in
ieder geval, dat via een mobiel telefoonbedrijf een verbinding kan worden ge-
maakt.
Voicemailbox
en
Geheugen 2
tot
Geheugen 6
- sneltoetsen; kunnen elk een oproep-
nummer aangewezen worden.
[:::]
- opent het cijferblok voor de ingave van een oproepnummer.
Oproepen
- Opent een pop-upvenster voor het selecteren van een oproepenlijst.
Er kunnen alleen oproeplijsten van gemiste, gedraaide of aangenomen nummers
van de mobiele telefoon voorbereiding aangetoond worden.
Extra's
en
Conferentiedetails
,
Hands-free uit
of
Mic. uitschakelen
- Schakelt tijdens een
gesprek de microfoon uit. Als de microfoon is uitgeschakeld, kunnen in de wagen
gevoerde gesprekken aan de andere kant van de lijn niet worden meebeluisterd.
- Opent het telefoonboek van de gekoppelde mobiele telefoon om een tele-
foonnummer te kiezen.
Ð
Telefoonnummer ingeven
Een nummer invoeren en draaien
Tik in het hoofdmenu PHONE op de functie toets
[:::]
, om het nummerblok voor
de invoer van een oproepnummer te openen.
Op een van de weergegeven cijfertoetsen drukken om het betreffende cijfer in
de ingaveregel over te nemen.
De tekens in de ingaveregel kunnen van links naar rechts worden gewist door
op functietoets
te drukken.
Op functietoets
drukken als het gewenste telefoonnummer in de ingavere-
gel wordt weergegeven. Er wordt een verbinding met het ingegeven telefoon-
nummer tot stand gebracht.
Bij het ingeven van een landcode kan in plaats van de eerste beide cijfers (bij-
voorbeeld "00") het teken "+" worden ingegeven. Hiertoe de functietoets
0
met
de kleine driehoek "
" ingedrukt houden tot een pop-upvenster met de functie-
toetsen
0
en
+
wordt weergegeven. Het gewenste teken overnemen door op de
ingaveregel te drukken - het pop-upvenster wordt gesloten. Indien geen ingave
plaatsvindt, sluit het pop-upvenster na enkele seconden automatisch weer.
De toetsen "sterretje"
*
en "hekje"
#
hebben dezelfde functie als die op een te-
lefoontoestel. Deze tekens zijn in de eerste plaats noodzakelijk bij de doorgifte
van geluidssignalen tijdens een gesprek.
Ð
Telefoonboek
Telefoonboek openen
Tik in het hoofdmenu PHONE op de functie toets rechts onder
, om de tele-
foongids te openen.
Telefoonnummer uit het telefoonboek selecteren
In het menu Telefoonboek beweegt u de schuifregelaar in de scrollbalk naar
beneden om u verdere invullingen te tonen.
Tikt u op de functietoets
Zoeken
, om via de zoekmogelijkheid een invulling van
het telefoonboek te selecteren.
In de linkerkolom op de weergave van een telefoonboekvermelding drukken. Er
wordt een verbinding opgebouwd met het eerste in het telefoonboek bij deze
vermelding opgeslagen telefoonnummer.
Informatie van een telefoonboekvermelding weergeven
Op de functietoets
rechts naast de telefoonboekvermelding drukken om de
gegevens hiervan weer te geven. De onder deze vermelding opgeslagen tele-
foonnummers worden weergegeven.
Tikt u op de weergave van een telefoonnummer, dan wordt er verbinding met
dit telefoonnummer gemaakt.
Ð
Vermelding in het telefoonboek zoeken
Tikt u in het menu Telefoonboek op de functietoets
Zoeken
om via een zoek-
mogelijkheid een invulling van het telefoonboek te selecteren.
In het zoekscherm op een in het toetsenbord selecteerbaar teken drukken om
deze in de ingaveregel over te nemen.
Op de functietoets
drukken om het ingavescherm voor het ingeven van ge-
tallen en speciale tekens te openen. Tik u op
A-Z
, om terug naar het invoerra-
ster voor letters te wisselen.
14
Basisinstelling
De tekens in de ingaveregel kunnen vanaf de cursorpositie van links naar
rechts worden gewist door op de functietoets
te drukken.
Door op de toets
te drukken, wordt een verbinding opgebouwd met het eer-
ste telefoonnummer dat in het telefoonboek bij de in de ingaveregel weergege-
ven naam is opgeslagen.
Hoofdletters en kleine letters zijn voor het zoeken naar een telefoonboekvermel-
ding niet van belang.
Ingaveveld: Speciale tekens weergeven
Enkele letters zijn tevens van een klein driehoekje "
" voorzien. Dit geeft aan dat
op deze letter gebaseerde speciale tekens kunnen worden geselecteerd.
De vinger op de betreffende toets houden tot een pop-upvenster met deze speci-
ale tekens wordt weergegeven. Het gewenste teken overnemen door op de inga-
veregel te drukken - het pop-upvenster wordt gesloten. Indien geen ingave
plaatsvindt, sluit het pop-upvenster na enkele seconden automatisch weer.
Ð
Telefoonnummer aanpassen
De weergave van een telefoonnummer uit het telefoonboek of een oproeplijst
openen zoals in het betreffende hoofdstuk wordt beschreven.
Op de pijltoetsen
of
drukken om de cursor in de ingaveregel te verschui-
ven.
Op een in het tekenscherm weergeven teken drukken om dit achter de cursor
in de ingaveregel over te nemen.
Door op de functietoets
te drukken wordt de verbinding met het weergege-
ven telefoonnummer tot stand gebracht.
Ð
Oproeplijsten
Er worden uitsluiten oproepnummers die met de telefoon voorbereiding in het
voertuig gemist, gedraaid of aangenomen zijn opgeslagen. De in een mobiele te-
lefoon opgeslagen oproeplijsten worden niet naar de wagen overgenomen.
Tikt u in het hoofdmenu PHONE op de functietoets
Oproepen
.
Kies uit het geopende Pop-up raam de aanroeplijst van welke u een oproep-
nummer wil draaien, door het aan te tikken De betreffende lijst wordt weerge-
geven. Telefoonnummers die in het telefoonboek staan vermeld, worden met
de bijbehorende naam weergegeven.
Met de functietoets
kan meer informatie over het opgeslagen telefoonnum-
mer worden bekeken.
Gemiste oproepen
- Toont een lijst met oproepen die niet op de mobiele-telefoon-
voorbereiding zijn beantwoord.
Gekozen
- Toont een lijst met telefoonnummers waarmee met de mobiele-tele-
foonvoorbereiding is geprobeerd een verbinding tot stand te brengen.
Beantwoorde
- geeft een lijst van aangenomen gesprekken via de voorbereiding
voor de mobile telefoon weer.
Is het telefoonnummer uit een bellijst in het telefoonboek opgeslagen, dan wordt
in plaats van het telefoonnummer de in het telefoonboek opgeslagen naam
weergegeven.
Inkomende gesprekken die met de functietoets
geweigerd werden, worden in
de bellijst van de aangenomen gesprekken opgeslagen.
Oproeplijsten behoren tot een gebruikersprofiel en worden alleen weergegeven
indien de betreffende simkaart opnieuw met de mobiele-telefoonvoorbereiding
wordt gekoppeld.
Ð
Sneltoetsen
Na de eerste aansluiting met de SIM-kaart van uw mobile telefoon zijn, bij de eer-
ste oproep van het hoofdmenu PHONE alle snelkiestoetsen nog onbezet.
Vrije sneltoetsen toewijzen
Door kort op een vrije sneltoets te drukken, wordt het menu Verkort kiezen
voor de ingave van naam en telefoonnummer geopend.
Tikt u op de functietoets
Naam
, dan wordt de invoermogelijkheid voor het toe-
kennen van een naam geopend.
Op de functietoets
Nummer
drukken. Er verschijnt een ingavescherm voor het
ingeven van een telefoonnummer.
Tikt u op de functietoets
Oproepen
of
Telefoonboek
, om een telefoonnummer uit
de betreffende lijst over te nemen naar deze snelkiestoets.
Op de functietoets
drukken om de ingeven in alle ingaveregels na bevesti-
ging met
OK
in een keer te wissen.
Als u klaar bent met het ingeven van gegevens in het menu Verkort kiezen, op
de functietoets
OK
drukken.
De ingevoerde naam wordt in het hoofdmenu PHONE in de snelkiestoets weer-
gegeven. Het ingegeven telefoonnummer is aan de sneltoets toegewezen.
Verbinding tot stand brengen via sneltoets
Door kort op een bezette sneltoets te drukken, wordt de verbinding met het
betreffende telefoonnummer tot stand gebracht.
15
Basisinstelling
Bezette sneltoetsen bewerken
Indien de bezetting van een sneltoets moet worden gewijzigd, de betreffende
sneltoets ingedrukt houden tot het menu Verkort kiezen wordt geopend.
De bezetting van de sneltoetsen blijft in het apparaat opgeslagen, maar wordt
pas weer weergegeven als de betreffende simkaart opnieuw met de mobiele-te-
lefoonvoorbereiding wordt gekoppeld.
Snelkiestoets
Voicemailbox
ook voor de snelkiestoets
Voicemailbox
is nog geen telefoonnummer vastgelegd,
omdat deze afhankelijk is van de mobile telefoonmaatschappij en het land. De
naam van de sneltoets ligt echter vast en kan niet worden gewijzigd. U moet hier
het nummer van uw voicemailbox, voor het snel afluisteren van voicemailberich-
ten, opslaan.
Ingaveveld: verdere ingavemogelijkheden
- Wisselt tussen hoofdletters en kleine letters en omgekeerd.
- Opent het ingaveveld voor het ingeven van cijfers en speciale tekens. De
toets verandert in
A-Z
. Op
A-Z
drukken om weer naar het letter-ingavescherm
terug te keren.
- Spatiebalk, voor de ingave van een spatie.
of
- Om de cursor in de ingaveregel naar links of rechts te bewegen.
- Wissen van tekens in de ingaveregel vanaf de cursorpositie van rechts naar
links.
Ð
Telefoongesprek
Heeft u het maken van verbinding met een telefoonnummer gestart of een ge-
sprek aangenomen, dan wisselt het hoofdmenu PHONE in het beeld naar tele-
foongesprek.
Ontvangen telefoonoproep
Een ontvangen telefoonoproep wordt op het beeldscherm door "Ontvangen
oproep" en het telefoonnummer van de beller aangegeven. Is het nummer van
de beller in het telefoonboek opgeslagen, dan wordt in plaats van het telefoon-
nummer de naam van de beller getoond.
Op de functietoets
drukken om de oproep aan te nemen.
Op de functietoets
drukken om de oproep af te wijzen.
Tijdens een telefoongesprek
Door tijdens een telefoongesprek op de functietoets
te drukken, wordt het
actuele gesprek "in de wacht gezet" (weergave: "Gesprek in wacht..."). Dit bete-
kent dat de verbinding blijft bestaan, maar het gesprek niet in de wagen wordt
doorgegeven.
Door opnieuw op de functietoets
te drukken, kan het gesprek worden voort-
gezet.
Tikt u tijdens een telefoongesprek op de functietoets
, dan wordt de verbin-
ding met het huidige telefoonnummer beëindigd en het apparaat schakelt naar
het hoofdmenu PHONE.
Tweede telefoongesprek tot stand brengen
Tijdens een telefoongesprek op de functietoets
drukken om het actuele ge-
sprek "in de wacht" te zetten, zoals hierboven beschreven.
Een nieuw telefoonnummer kiezen of een opgeslagen telefoonnummer selec-
teren.
Als een tweede gesprek tot stand is gebracht, kan er tussen beide gesprekken
worden gewisseld ("wisselgesprek"), zoals hierna beschreven.
"Aankloppen" en wisselen tussen twee deelnemers (Makeln)
Indien er wordt gebeld tijdens het voeren van een telefoongesprek, verschijnt
het nummer of de naam van de beller onder het actuele gesprek in het beeld-
scherm (functie: "Aankloppen").
In de regel "Onvangen oproep" op de functietoets
drukken om de tweede
oproep af te wijzen.
In de regel "Onvangen oproep" op de functietoets
drukken om de tweede
oproep aan te nemen. De verbinding met de eerste gesprekspartner wordt on-
derbroken, maar niet beëindigd (weergave: "Gesprek in wacht...").
Door op de functietoets
in de regel "Gesprek in wacht…" te drukken, wordt
het gesprek met deze gesprekspartner voortgezet en wordt de andere ge-
sprekspartner "in de wacht gezet". Op deze wijze kan tussen beide gespreks-
partners worden gewisseld.
Op de functietoets
drukken om de verbinding met het in deze regel weerge-
geven telefoonnummer te beëindigen.
DTMF-toetsgeluiden
Elke toets van een telefoon is aan een bepaald DTMF-toetsgeluid gekoppeld.
DTMF-toetsgeluiden worden bijvoorbeeld gebruikt voor het doorgeven van een
wachtwoord via de telefoon of om een keuzemenu van bijvoorbeeld een "callcen-
ter" te doorlopen.
16
Basisinstelling
Als tijdens een gesprek om het ingeven van een DTMF-toetsgeluid wordt ge-
vraagd, het toetsenbord openen door op de functietoets linksonder te drukken
en de aanwijzingen opvolgen (bijvoorbeeld: "Kies
3
voor een persoonlijk gesprek
met een van onze medewerkers").
U kunt een langere DTMF-toetsvolgorde ook in uw mobiele telefoon opslaan. In-
dien tijdens een gesprek om het ingeven van dit DTMF-toetsgeluid wordt ge-
vraagd, de betreffende vermelding uit het telefoonboek oproepen zoals beschre-
ven.
Tikt u in de invoermogelijkheid op de functietoets
DTMF
, dan wordt de in de in-
voerregel weergegeven tekenvolgorde als DTMF-toonvolgorde afgespeeld.
Let erop dat in een DTMF-toetsgeluid het teken "+" niet mag voorkomen, aange-
zien dit teken het opslaan van een DTMF-toetsgeluid onderbreekt.
Ð
17
Basisinstelling
18
Basisinstelling
19
Basisinstelling
ŠKODA AUTO werkt voortdurend aan de verdere ontwikkeling van alle modellen
en typen. Wij vragen u om begrip, dat om deze reden wijzigingen van de leve-
ringsomvang in de vorm, uitvoering en techniek mogelijk zijn. De gegevens over
leveringsomvang, uiterlijk, maten, gewichten, brandstofverbruik, normen en func-
ties van de wagen komen overeen met de stand van de informatie op het mo-
ment van het ter perse gaan van dit instructieboekje. Het is mogelijk dat sommige
uitrustingen pas op een later tijdstip beschikbaar zijn (informatie hierover wordt
verstrekt door de lokale, geautoriseerde ŠKODA-servicepartners), of alleen in be-
paalde landen worden aangeboden. Uit de gegevens, afbeeldingen en beschrij-
vingen in dit instructieboekje kunnen geen aanspraken worden afgeleid.
Nadruk, reproductie, vertaling of andere vormen van gebruik, ook van gedeelten,
is zonder schriftelijke toestemming van ŠKODA AUTO niet toegestaan.
ŠKODA AUTO behoudt zich uitdrukkelijk alle rechten op grond van het auteurs-
recht voor.
Wijzigingen voorbehouden.
Uitgegeven door: ŠKODA AUTO a.s.
© ŠKODA AUTO a.s. 2012
www.skoda-auto.com
Bolero: Superb, Octavia, Yeti
Rádio holandsky 05.2012
S00.5610.88.32
1Z0 012 095 JA
SIMPL CLEVER
Radio Bolero
Instructieboekje
6

Hulp nodig? Stel uw vraag in het forum

Spelregels

Misbruik melden

Gebruikershandleiding.com neemt misbruik van zijn services uitermate serieus. U kunt hieronder aangeven waarom deze vraag ongepast is. Wij controleren de vraag en zonodig wordt deze verwijderd.

Product:

Bijvoorbeeld antisemitische inhoud, racistische inhoud, of materiaal dat gewelddadige fysieke handelingen tot gevolg kan hebben.

Bijvoorbeeld een creditcardnummer, een persoonlijk identificatienummer, of een geheim adres. E-mailadressen en volledige namen worden niet als privégegevens beschouwd.

Spelregels forum

Om tot zinvolle vragen te komen hanteren wij de volgende spelregels:

Belangrijk! Als er een antwoord wordt gegeven op uw vraag, dan is het voor de gever van het antwoord nuttig om te weten als u er wel (of niet) mee geholpen bent! Wij vragen u dus ook te reageren op een antwoord.

Belangrijk! Antwoorden worden ook per e-mail naar abonnees gestuurd. Laat uw emailadres achter op deze site, zodat u op de hoogte blijft. U krijgt dan ook andere vragen en antwoorden te zien.

Abonneren

Abonneer u voor het ontvangen van emails voor uw Skoda Bolero - Superb bij:


U ontvangt een email met instructies om u voor één of beide opties in te schrijven.


Ontvang uw handleiding per email

Vul uw emailadres in en ontvang de handleiding van Skoda Bolero - Superb in de taal/talen: Nederlands als bijlage per email.

De handleiding is 1,06 mb groot.

 

U ontvangt de handleiding per email binnen enkele minuten. Als u geen email heeft ontvangen, dan heeft u waarschijnlijk een verkeerd emailadres ingevuld of is uw mailbox te vol. Daarnaast kan het zijn dat uw internetprovider een maximum heeft aan de grootte per email. Omdat hier een handleiding wordt meegestuurd, kan het voorkomen dat de email groter is dan toegestaan bij uw provider.

Stel vragen via chat aan uw handleiding

Stel uw vraag over deze PDF

Andere handleiding(en) van Skoda Bolero - Superb

Skoda Bolero - Superb Gebruiksaanwijzing - Deutsch - 21 pagina's


Uw handleiding is per email verstuurd. Controleer uw email

Als u niet binnen een kwartier uw email met handleiding ontvangen heeft, kan het zijn dat u een verkeerd emailadres heeft ingevuld of dat uw emailprovider een maximum grootte per email heeft ingesteld die kleiner is dan de grootte van de handleiding.

Er is een email naar u verstuurd om uw inschrijving definitief te maken.

Controleer uw email en volg de aanwijzingen op om uw inschrijving definitief te maken

U heeft geen emailadres opgegeven

Als u de handleiding per email wilt ontvangen, vul dan een geldig emailadres in.

Uw vraag is op deze pagina toegevoegd

Wilt u een email ontvangen bij een antwoord en/of nieuwe vragen? Vul dan hier uw emailadres in.



Info