door op de START-toets te drukken. Aan het einde van de instelling heeft u de mogelijkheid om sensoren
zoals een hartslagborstband aan te sluiten, volg hiervoor de instructies in het hoofdstuk .
Als alle instellingen zijn gemaakt, kunt u het apparaat gebruiken. Volg de stappen in het hoofdstuk
MONTAGE
om het apparaat in elkaar te zetten.
Elke keer dat je het apparaat inschakelt, start de ROX 4.0 in het trainingsscherm om je zo snel mogelijk te
laten beginnen met trainen. Om het apparaat aan te zetten, houd je de START-knop 3 seconden
ingedrukt.
De ROX 4.0 begint direct na het inschakelen naar GPS-satellieten te zoeken.
Om de ROX 4.0 zo snel mogelijk met GPS / GLONASS te verbinden, volgt u deze instructies:
› Zoek een veld dat zo open mogelijk is (geen bomen, huizen enz. Die de ontvangst verstoren)
› Beweeg indien mogelijk niet totdat u de melding GPS OK heeft ontvangen of het GPS-pictogram niet
meer knippert
› Synchroniseer de ROX 4.0 zo regelmatig mogelijk met de SIGMA RIDE-app zodat de meest actuele gps-
gegevens altijd op het apparaat beschikbaar zijn.
Als je GPS wilt gebruiken, wacht dan tot de melding GPS OK. Druk dan eenmaal op de START-knop om
de training te starten. Will geen gegevens geregistreerd, de training is in automatische pauze of gestopt. In
dit geval kunt u de trainingsstatus in het display zien (cirkelelement).
Als je nog niet aan de training bent begonnen, maar je beweegt met meer dan 2,2 km / u, ontvang je een
terugkerend verzoek om de training te starten. Gegevens worden pas geregistreerd als ze zijn gestart.
Op elk moment tijdens de training kun je de trainingsweergaven voor het actuele sportprofiel wijzigen, de
SIGMA RIDE-app gebruiken en de instructies volgen in het hoofdstuk
TRAININGSWEERGAVEN INSTELLEN
.
Als u tijdens de training andere instellingen wilt kalibreren, bijvoorbeeld automatische pauze, tonen of de
hoogte, houdt u de START-knop ingedrukt om het snelmenu te openen.
Als u de training wilt beëindigen, drukt u eenmaal op de START-knop. U kunt de training nu opnieuw
starten door op de START-knop te drukken, of u kunt de training verlaten en de trainingssessie opslaan.
Houd hiervoor de toets “+” ingedrukt.
De trainingsgegevens worden na de training gesynchroniseerd met de SIGMA RIDE-app. Je kunt de
trainingsgegevens ook via een USB-verbinding synchroniseren met de pc en het SIGMA DATA CENTER.
U heeft ook de mogelijkheid om de gegevens te synchroniseren met de SIGMA RIDE-app in portals van
derden. Instructies hiervoor vindt u in het hoofdstuk
TRAININGSGEGEVENS SYNCHRONISEREN MET SOFTWARE
van derden.
TRAINEN MET DE ROX 4.0
GPS-FIX
OPLEIDINGSPROCES
DE TRAINING OPSLAAN EN EVALUEREN