Home Connect nl
41
Wi-Fi activeren of deactiveren
Is uw apparaat al met het thuisnetwerk
verbonden, dan kunt u Wi-Fi op uw
apparaat activeren of deactiveren.
Controleer of u zich in het Home
Connect menu bevindt. ~ Blz. 38
Op WiFi drukken.
Aanwijzingen
■ Als u uw apparaat met het
thuisnetwerk verbindt, wordt Wi-Fi
automatisch geactiveerd.
■ Wanneer er Wi-Fi aan uw apparaat is
geactiveerd, dan wordt het apparaat
niet automatisch in standby gezet.
■ Als Wi-Fi aan het apparaat is
uitgeschakeld, is noch de start op
afstand, noch de afstandsbediening
van het apparaat via de Home
Connect app mogelijk.
■ Als Wi-Fi wordt uitgeschakeld en uw
apparaat voordien met uw
thuisnetwerk was verbonden, wordt
de verbinding bij het herinschakelen
van Wi-Fi automatisch opnieuw
hersteld.
■ Als u deze functie activeert, verhoogt
het energieverbruik in vergelijking
met de in de verbruikswaardentabel
aangegeven waarden.
Netwerkinstellingen resetten
U kunt alle netwerkinstellingen resetten.
Controleer of u zich in het Home
Connect menu bevindt. ~ Blz. 38
1. Op Resetten drukken.
Op het display verschijnt: Wilt u alle
netwerkinstellingen resetten?
2. Op Fabrieksinstellingen drukken.
Aanwijzing: Wilt u uw apparaat weer
via de Home Connect app gebruiken,
dan moet u het opnieuw met het
thuisnetwerk en de Home Connect app
verbinden.
Software-update
U kunt de Home Connect software op
uw apparaat updaten.Zodra een nieuwe
software-update beschikbaar is,
verschijnt een aanwijzing op het display:
Software update beschikbaar. Wilt u
de installatie starten?
Installeer de update direct via de
aanwijzing op het display of als volgt
handmatig:
1. Op à drukken.
2. Op Software update drukken.
De Home Connect software wordt nu
geactualiseerd.
3. Aanwijzing op het display
bevestigen.
Aanwijzing: Als er geen nieuwe
software-update beschikbaar is,
verschijnt op het display Uw software is
up-to-date.
Aanwijzing: Het actualiseren van de
software kan meerdere minuten duren.
Schakel het apparaat tijdens de update
niet uit.
Aanwijzing over
gegevensbescherming
Wanneer het apparaat voor de eerste
keer wordt verbonden met een Wi-Fi-
netwerk dat op het internet is
aangesloten, dan geeft het de volgende
gegevenscategorieën door aan de
Home Connect server (eerste
registratie):
■ Eenduidige identificatie van het
apparaat (bestaande uit
apparaatsleutels en het MAC-adres
van de ingebouwde Wi-
Fi communicatiemodule).
■ Veiligheidscertificaat van de Wi-Fi
communicatiemodule (voor de
informatietechnische beveiliging van
de verbinding).