brandt.
Het zout ontbreekt.
Onthardingszout bijvullen.
Sensor herkent de zouttabletten
niet.
Ander speciaal zout gebruiken.
... bij de afwas
Abnormale schuimvorming
Handafwasmiddel in het reservoir
voor glansspoelmiddel.
Gemorst glansspoelmiddel leidt
tot overmatige schuimvorming.
Daarom moet u het gemorste
glansspoelmiddel met een doekje
verwijderen.
Het programma stopt tijdens
de afwas.
Stroomtoevoer onderbroken.
Watertoevoer onderbroken.
Klappende/kletterende geluiden
tijdens de afwas.
De sproeiarm slaat tegen het
serviesgoed.
Het serviesgoed is niet goed
ingeruimd.
Klappende geluiden van
de vulventielen.
Wordt veroorzaakt door de ligging
van de waterleiding maar heeft
geen invloed op het functioneren
van het apparaat. Deze geluiden
kunnen niet verholpen worden.
... aan het serviesgoed
Etensresten op het serviesgoed.
Serviesgoed te dicht op elkaar
ingeruimd, servieskorf te vol.
Te weinig afwasmiddel.
Te zwak afwasprogramma
gekozen.
Sproeiarmen konden niet
ongehinderd ronddraaien.
Sproeiers van sproeiarmen
verstopt.
Zeven verstopt.
Zeven verkeerd ingezet.
Afvoerpomp geblokkeerd.
Bovenste servieskorf rechts en
links niet op dezelfde hoogte erin
gezet.
Er zijn resten thee of lippenstift
achtergebleven.
Het afwasmiddel heeft te weinig
bleekwerking.
Te lage afwaswatertemperatuur.
Te weinig/ongeschikt afwasmiddel
Witte vlekken op het
serviesgoed/de glazen
blijven melkkleurig.
Bij het gebruik van afwasmiddel zonder
fosfaat kan er bij hard leidingwater eerder
witte aanslag op het serviesgoed en de
binnenwanden van de machine ontstaan.
Te weinig/ongeschikt afwasmiddel.
Te zwak programma gekozen.
Geen/te weinig glansspoelmiddel.
Geen/te weinig onthardingszout.
Onthardingsinstallatie op een
verkeerde waarde ingesteld.
Deksel van het zoutreservoir niet
vastgedraaid.
Neem contact op met de fabrikant
van het reinigingsproduct, vooral als:
het serviesgoed na afloop van
het programma erg nat is.
er kalkaanslag ontstaat.