27
Programma kiezen en instellen
Zoek eerst het geschikte programma uit de programmatabel.
Het voorbeeld in de afbeelding: Instelling voor gestoofd
rundvlees, programma 7, gewicht van het vlees 1,3 kg.
1. De toets
X indrukken.
In de temperatuurindicatie verschijnt het eerste
programmanummer en het draaisymbool
Î
2. Met de draaiknop het gewenste programmanummer instellen.
3. De toets ‚ indrukken.
Op het tijdsdisplay verschijnt een voorgesteld gewicht.
4. Met de draaiknop het gewicht instellen.
5. De toets
† indrukken.
Het programma start. Op het display kunt u het verloop van
de tijdsduur aflezen.
Het programma is afgerond
Er klinkt een signaal. De oven warmt niet meer op. U kunt het
signaal vroegtijdig met de toets
0 wissen.
Programmaduur wijzigen
De tijdsduur kan niet worden gewijzigd.
Programma wijzigen
Na de start kan het programma niet meer worden gewijzigd.
Ovendeur openen
De werking wordt onderbroken. De toets
† knippert.Na het
sluiten van de deur wordt de werking weer voortgezet.
Functie pauzeren
De toets
† kort indrukken. De oven bevindt zich nu in de
pauzestand. De toets
† knippert. Om de pauze te beëindigen,
opnieuw op
† drukken. De toets † is verlicht.De werking
wordt voortgezet.
Programma afbreken
De toets
† ingedrukt houden tot het symbool : voor 3D-
hetelucht en 160 °C verschijnen. U kunt opnieuw instellen.
De eindtijd op een later tijdstip zetten
Zie het hoofdstuk Tijdfuncties, de eindtijd op een later tijdstip
zetten.
Tips voor de automatische programma's
Ham, vers, gepekeld, garen P39 1,0-4,0 wat Gewicht van het
vlees
Ham, vers, gepekeld, gratineren P40* 1,0-4,0 nee Gewicht van het
vlees
Programma's Programmanum-
mer
Gewichtsbereik in kg Vloeistof toevoe-
gen
Instelgewicht
Het gewicht van het vlees of gevogelte
ligt boven het aangegeven gewichtsbe-
reik.
Het gewichtsbereik is bewust beperkt. Voor zeer grote braadstukken is vaak geen vol-
doende grote braadslede voorhanden. Bereid grote stukken vlees met boven- en
onderwarmte
% of circulatiegrillen 4.
Het vlees is goed, maar de jus is te don-
ker.
Neem een kleinere vorm of gebruik meer vloeistof.
Het vlees is goed, maar de jus is te licht
en te waterig.
Neem een grotere vorm of gebruik minder vloeistof.
Het gerecht is te droog aan de boven-
kant.
Gebruik een vorm met een goed sluitend deksel. Mager vlees blijft malser door er
spekreepjes op te leggen.
Tijdens het braden ruikt het vlees aan-
gebrand, maar het ziet er goed uit.
Het deksel van de braadslede sluit niet goed of het vlees is groter geworden en heeft het
deksel opgetild. Gebruik altijd een passend deksel. Let erop dat er tenminste 3 cm
afstand zit tussen het vlees en het deksel.