28
preserveer cyclus, mag het water in de
container opnieuw gebruikt worden.
∙ Plaats geen glazen poten in heet water:
eerst de potten voorverwarmen.
∙ Zodra het preserveer proces voltooid is,
moet men de container niet onmiddellijk
legen, maar laat genoeg water achter
zodat de bodem bedekt is en laat dan de
container eerst afkoelen.
∙ Flessen moeten onmiddellijk gesloten
worden nadat het steriliseer proces
voltooid is.
∙ Het is raadzaam om de glazen potten,
blikken enz. van een datum en inhoud te
voorzien voor latere referentie.
∙ De beste manier om gepreserveerd
voedsel te houden is in een droog, koel
en donker milieu.
Opwarmen van soepen
Wanneer men het apparaat gebruikt voor
het opwarmen van dikke vloeistoffen
zoals soepen moet men tijdens het gehele
opwarmproces regelmatig roeren: dit
is om te voorkomen dat het voedsel
verbrand, en ook om te voorkomen dat
de veiligheidsuitschakeling het apparaat
voortijdig uitschakeld. Wanneer de
ingestelde temperatuur bereikt is zal de
thermostaat afwisselend aan en uitschakelen
om de temperatuur te behouden. Regelmatig
roeren is nodig wanneer men zulk voedsel
warm wil houden. Waarschuwing: Gebruik
nooit het rooster inzet tijdens het opwarmen
van voedsel.
Powersnoer opbergruimte
Er is een opwindbare opbergruimte voor
het snoer onder de basis. Wikkel het snoer
geheel af voor gebruik.
Modellen uitgerust met een afvoerkraan
Dit apparaat heeft een praktische
afvoerkraan voor het uitgieten van lage
viscositeit vloeistoffen (d.w.z. bisschopswijn).
Het rooster inzet moet verwijderd worden
voordat men zulke vloeistoffen opwarmt.
Waarschuwing, dit apparaat is niet geschikt
voor het opwarmen van vloeistoffen in
commerciële standen.
Onderhoud en schoonmaken
∙ Verwijder altijd de stekker uit het
stopcontact en laat het apparaat
voldoende afkoelen voordat men het
schoonmaakt.
∙ Om elektrische schokken te voorkomen
maak de conserveer koker niet onder
lopend water schoon en dompel het nooit
onder.
∙ Gebruikt geen harde of bijtende
schoonmaakmiddelen.
∙ De binnenkant en buitenkant van
het apparaat en de deksel mogen
schoongeveegd worden met een vochtige
pluisvrije doek (gebruik een zacht
schoonmaakmiddel wanneer nodig).
∙ Het anti-aanbaklaag verwarmings gedeelte
mag alleen schoongemaakt worden met
een vochtige pluisvrije doek of een zachte
borstel.
∙ Achtergebleven kalkresten moeten van
tijd tot tijd verwijdert worden met een
commercieel beschikbare ontkalkings
agent. (Voor juist gebruik van de
ontkalkings agent, lees de informatie van
de fabrikant goed door). Kook hierna
goed met schoon water. (Het rooster
inzet moet voor het ontkalken verwijdert
worden).
