[32]
Knop +/-
Een negatieve waarde voor de belichtingscorrectie resulteert in een geringere
belichting. Bij een positieve waarde voor belichtingscorrectie neemt de belichting toe en
is het LCD-scherm wit of zijn de opnamen mogelijk niet goed.
INFORMATIE
2. Gebruik de knoppen LINKS en RECHTS om de gewenste
factor voor belichtingscorrectie ( Ev) in te stellen.
3. Druk nogmaals op de knop +/-. De waarde die u hebt
ingesteld, wordt opgeslagen en de instellingsmodus voor
belichtingscorrectie wordt afgesloten. Als u de
belichtingswaarde wijzigt, wordt de belichtingsindicator
( ) onderaan het LCD-scherm weergegeven.
Witbalans
:
Met de instelling voor de witbalans kunt u de kleuren
aanpassen zodat deze er natuurlijker uitzien. De witbalans kunt
u instellen in de modus voor automatische opname ( ), de
modus HANDMATIG en de modus voor bewegende beelden
.
Een witbalans selecteren
1. Druk op de knop +/- en gebruik vervolgens de knoppen
OMHOOG en OMLAAG om het pictogram voor de witbalans ( ) te selecteren.
De menubalk voor de witbalans wordt weergegeven, zoals hierboven te zien is.
2. Gebruik de knoppen LINKS en RECHTS om de gewenste witbalans in te stellen.
De ingestelde waarde wordt weergegeven op het LCD-scherm.
- AUTO : De camera selecteert automatisch de juiste witbalans,
afhankelijk van de omgevingsverlichting.
- DAGLICHT : Voor opnamen buitenshuis.
- BEWOLKT :
Voor het maken van opnamen bij een bewolkte, donkere lucht.
- SUNSET : Voor het maken van fotos bij een fluorescerende verlichting.
- TUNGSTEN :
Voor het maken van opnamen bij kunstlicht (gewone gloeilamp).
- CUSTOM
(AANGEPAST)
: Hiermee kan de gebruiker de witbalans instellen afhankelijk
van de opnamecondities.
De kleuren van de opgenomen beelden kunnen veranderen afhankelijk van het beschikbare licht.
3. Druk nogmaals op de knop +/-. De waarde die u hebt ingesteld, wordt opgeslagen en de
instellingsmodus voor de witbalans wordt afgesloten.