OPGEPAST een mogelijk gevaar aan dat, als er niets aan wordt gedaan, kan
leiden tot minder ernstig letsel.
■ Lekkende, oververhitte of beschadigde batterijen kunnen leiden tot brand of letsel.
•Gebruik batterijen die geschikt zijn voor deze camera.
•Sluit batterijen niet kort, verhit ze niet en gooi ze niet in een open vuur.
•Plaats de batterijen in de juiste richting.
■ Verwijder de batterijen wanneer u de camera gedurende langere tijd niet wilt
gebruiken.
Batterijen kunnen gaan lekken en de onderdelen van de camera onherstelbaar
beschadigen.
■ Gebruik de flitser niet terwijl u deze vasthoudt met uw hand of aanraakt met een
of ander voorwerp. Raak de flitser na gebruik niet aan. Dit kan leiden tot
brandwonden.
■ Niet de camera bewegen als deze is ingeschakeld als u de oplader gebruikt.
Schakel de camera na gebruik altijd uit voordat u de adapter uit het stopcontact
verwijdert. Controleer vervolgens of alle verbindingssnoeren of kabels naar
andere apparaten zijn losgekoppeld voordat u de camera gaat vervoeren.
■ Raak de lens niet aan om te voorkomen dat u een onduidelijke opname maakt
of dat er een storing optreedt in de camera.
■ Zorg dat de lens of de flitser niet worden geblokkeerd tijdens het nemen van een foto.
■ Raadpleeg de instructies voordat u kabels of de netvoedingsadapter aansluit en
gebruik hierbij niet te veel kracht. Dit kan tot beschadiging van kabel of camera
leiden.
■ Creditcards kunnen worden gedemagnetiseerd als zij in de buurt van de
behuizing komen. Houd magneetstripkaarten uit de buurt van de behuizing.
[3]
InhoudOpgepast
●
Systeemgrafiek
5
●
Identificatie van functies
6
■
Voor- en bovenzijde
6
■
Achter-en onderzijde
7
■
Onderkant
8
■
Lampje voor zelfontspanner
8
■
Lampje voor camerastatus
8
●
Aansluiten op een voedingsbron
9
■Specificatie SLB-0837B oplaadbare
batterij
9
■De oplaadbare batterij (SLB-0837B)
opladen
10
■Laadlampje van de
wisselstroomadapter
11
●
De geheugenkaart plaatsen
11
●
Instructies voor het gebruik van de
geheugenkaart
12
●Wanneer u de camera voor het eerst
gebruikt: Smart-knop
13
●
Indicator LCD-scherm
14
●De opnamemodus starten
15
■De modus AUTO gebruiken
15
■De modus PROGRAMMA
gebruiken
15
■
De modus Speciaal effect gebruiken
16
■De modus SCÈNE gebruiken
16
■
De modus FILMCLIP gebruiken
16
■
De filmclip opnemen zonder spraak
17
■
Pauzeren tijdens het opnemen van een
filmclip (voor continu opnemen)
17
■
De modus voor geavanceerde
trillingsonderdrukking (ASR - Advanced
Shake Reduction) gebruiken
17
■
Waar u op moet letten bij het
maken van opnamen
18
●
De cameraknop gebruiken om de
camera in te stellen
19
■AAN/ UIT-knop
19
■Sluiter-knop
19
■
Zoomknop W/ T
19
■
Knop M (Modus)
21
■
Knop MENU
21
■
Type scherpstelling selecteren
22
■
Flitser
22
■
Belichtingscorrectie
23
■
Witbalans
24
■ISO
25
■
Sluitertijd / Diafragmawaarde
25
■
Speciaal effect: Fotoframe
26
■
Speciaal effect: Compositie-opnamen
maken
26
GEREED
OPNAME