NL
1
VOOR EN
TIJDENS HET
KOKEN
Houd kinderen tijdens het gebruik buiten het bereik van de
snelkookpan.
Uw snelkookpan kookt onder druk. Ondeskundig gebruik
kan leiden tot ernstige brandwonden door heet water.
Verzeker u ervan dat de snelkookpan goed is gesloten
voordat u hem in werking stelt. (Zie paragraaf "Sluiten").
Let erop tijdens het koken dat het ventiel steeds fluistert.
Als er geen stoom ontsnapt, open dan de snelkookpan en
controleer of er nog voldoende vloeistof is en of de
stoomuitlaat niet geblokkeerd is. Als na deze controle nog
steeds geen stoom ontsnapt, verhoog dan zachtjes de
warmtebron.
Kook geen voedingsmiddelen die veiligheidsvoorzieningen
kunnen blokkeren:
- veenbessen
- parelgerst
- havervlokken
- spliterwten
- noedels, macaroni, spaghetti
- rabarber
- aalbessen
Bereid nooit een recept op basis van dierlijke melk in uw
snelkookpan.
Als u een snelkookpan met een roestvrijstalen pan heeft,
gebruik dan nooit grof zout in uw snelkookpan, maar voeg
fijn zout toe aan het einde van het koken. Zo vermijdt u dat
er putjes worden gevormd op de bodem van de
snelkookpan.
Gebruik uw snelkookpan niet om onder druk te braden met
olie.
Gebruik uw snelkookpan niet voor een ander doel dan
waarvoor deze is bestemd.
Plaats uw snelkookpan niet in een warme oven.
Doe nooit aluminiumfolie die niet goed vastzit in uw
snelkookpan.
Doe nooit huishoudfolie in uw snelkookpan.
Alcoholdampen zijn ontvlambaar. Breng deze aan de kook
gedurende ongeveer 2 minuten voordat u het deksel sluit.
Houd toezicht op de snelkookpan bij het bereiden van
recepten die alcohol bevatten.
Gebruik de geschikte warmtebron(nen) overeenkomstig de
gebruiksaanwijzingen.