25
NL
F GB D
Nederlands
E I P S DK N FIN GR H CZ RUS RO PL
ALGEMENE VEILIGHEIDSVOORSCHRIFTEN
■
Houd uw apparaten in goede staat van werking.
Houd uw snijgereedschap altijd scherp en schoon voor
betere resultaten en optimale veiligheid. Controleer
regelmatig de goede staat van het netsnoer en als het
beschadigd is, laat het dan repareren door een ter zake
kundig technicus in een Erkend Ryobi Servicecentrum.
Controleer regelmatig de goede staat van de
verlengsnoeren en vervang ze onmiddellijk als ze
beschadigd zijn. Zorg dat de handgrepen altijd droog,
schoon en vrij van olie of vet zijn.
■
Verwijder stel- en moersleutels. Maak er een
gewoonte van om te controleren of alle stelsleutels wel
uit het gereedschap verwijderd zijn voordat u dit in
werking stelt.
■
Zorg dat het apparaat niet ongewild in werking kan
treden. Verplaats het apparaat nooit als u uw vinger op
de schakelaar hebt en de stroom nog is aangesloten.
Controleer of het apparaat op UIT staat, voordat u het
op de stroom aansluit.
■
Gebruik geschikte verlengsnoeren. Als u uw apparaat
buitenshuis gebruikt, moeten de verlengsnoeren
geschikt zijn voor een dergelijk gebruik.
■
Blijf waakzaam. Kijk goed naar wat u doet. Gebruik uw
gezonde verstand. Gebruik uw gereedschap nooit
wanneer u moe bent.
■
Controleer het apparaat op eventuele beschadigingen.
Controleer, voordat u doorgaat met het gebruiken van uw
gereedschap, of een eventueel beschadigd onderdeel kan
blijven werken of zijn functie kan blijven vervullen.
Controleer de uitlijning en de staat van de bewegende
delen, de montage en alle andere elementen die de
werking van het gereedschap kunnen beïnvloeden.
Laat een defecte schakelaar vervangen door een erkend
Ryobi servicecentrum. Gebruik het apparaat niet als u het
niet met de schakelaar aan en uit kunt zetten.
■
Controleer of de netspanning overeenkomt met de
aanduidingen op het kenplaatje van het apparaat.
■
Gebruik uw apparaat nooit zonder de behuizing of als er
bouten ontbreken. Als de behuizing of bouten zijn
weggenomen, breng deze dan weer terug aan voordat u
het apparaat gaat gebruiken. Houd alle onderdelen in
goede staat van werking.
■
Zorg dat u stevig greep hebt op het apparaat wanneer u
hoog werkt.
■
Raak nooit het zaagblad, de boor, de slijpschijf of
andere bewegende delen aan tijdens gebruik.
■
Start de machine nooit als het draaiende deel in
aanraking is met het werkstuk.
■
Leg de machine nooit neer voordat alle bewegende
delen volledig tot stilstand zijn gekomen.
■
ACCESSOIRES: Het gebruik van andere accessoires
en hulpstukken dan die welke in deze handleiding
worden aanbevolen kan gevaar opleveren.
■
RESERVEONDERDELEN: Gebruik uitsluitend originele
reserveonderdelen.
SPECIFIEKE VEILIGHEIDSVOORSCHRIFTEN
VOOR BANDSCHUURMACHINES
■
Houd het apparaat stevig met twee handen vast.
■
Houd het netsnoer uit de buurt van de draaiende
schuurband.
■
Houd uw handen uit de buurt van de draaiende
onderdelen.
■
Leg de schuurmachine nergens op als de band nog
steeds draait. Hierdoor zou u verwondingen kunnen
oplopen en/of de schuurmachine kunnen beschadigen.
■
Gebruik dit apparaat alleen voor het schuren van droge
oppervlakken.
■
Gebruik de schuurmachine niet als de schuurband
versleten of ingescheurd is.
■
Als het werkstuk erg licht is, dient u het vast te zetten in
een bankschroef.
■
Zet de schuurmachine vast aan voordat u het tegen het
werkstuk drukt.
■
Uw schuurmachine mag niet meer met het werkstuk in
aanraking zijn als u de machine stopzet.
STANDAARD ACCESSOIRES
Stofzak, schuurband.
OPTIONELE ACCESSOIRES
Schroefklem, schuurframe.
TOEPASSINGEN
Gebruik uw schuurmachine uitsluitend voor de hieronder
vermelde toepassingen:
1.
Schuren van hout.
2.
Schuren van verroeste vlakken en polijsten van metalen.