23
nHet elektronische stabilisatie-
controlesysteem is in werking getreden.
Het wasgoed wordt, doordat de draairichting
van de trommel gewijzigd wordt, losgemaakt,
beter verdeeld en er wordt opnieuw met
centrifugeren begonnen. Dit kan
herhaaldelijk het geval zijn, totdat de
onbalans opgeheven is en het centrifugeren
definitief afgewerkt kan worden.
Indien het wasgoed na 10 minuten niet
losgemaakt is, wordt het niet
gecentrifugeerd. In dit geval moet u zelf het
wasgoed beter in de trommel verdelen en
opnieuw het centrifugeerprogramma kiezen.
nHet centrifugeren begint traag of
helemaal niet:
nModerne wasmachines werken heel zuinig
met lage waterniveaus. Was- en
spoelresultaat zijn desondanks uitstekend.
nIn de trommel is geen water te
zien:
nHet wasresultaat is niet als
gewoonlijk:
nMisschien hebt u te weinig of te veel
wasmiddel gedoseerd.
Onderdosering leidt tot vergrauwing van het
wasgoed en tot kalkaanslag in het toestel.
Nauwkeuriger doseren!
nHebt u bijzondere vlekken voorbehandeld?
nHebt u het juiste programma en de juiste
temperatuur gekozen?
nIs de machine overbeladen?
Storingen Mogelijke oorzaaken
Kunt u de storing niet zelf opsporen of
verhelpen, raadpleegt u dan de servicedienst.
Noteer, voor u gaat telefoneren, even merk,
modelnummer en aankoopdatum van uw
machine; de servicedienst zal u er om vragen.
nNa beëindiging van het
programma zijn op het wasgoed
witte wasmiddelresten te zien:
nNa de laatste spoelgang is nog
schuim zichtbaar:
nHierbij gaat het meestal om onoplosbare
bestanddelen van moderne wasmiddelen.
Ze zijn niet het gevolg van een onvoldoende
spoeleffect.
Mogelijke oplossingen: uitborstelen of
uitschudden, evt. ook het wasgoed binnenste
buiten wassen.
nModerne wasmiddelen kunnen ook in het
laatste spoelwater nog schuim veroorzaken,
wat echter geen invloed op het spoelresultaat
heeft.