De opnametrack selecteren
Druk op [1], [2], [3] of [4] bij REC TRACK, om de opname-
track te selecteren.
Als een knop rood knippert, is deze klaar voor opname.
De status van elke knop kan worden afgeleid uit het lampje
op de knop.
Uit: Er bevindt zich geen opgenomen data op de track.
Groen: Er bevindt zich opgenomen data op de track.
Red: De track is geselecteerd voor opname.
Als een track voor een opname is geselecteerd, waar reeds
data op staat, dan zal het lampje knipperen tussen oranje en
groen.
Als INPUT SELECT [GUITAR/BASS] of
[MIC] branden
Omdat het ingangssignaal mono is, zal de opname normaal
gesproken plaatsvinden in de vorm van een mono opname,
op één track. Druk op één van de vier trackknoppen bij REC
TRACK, om de track selecteren waarop u wilt opnemen.
Wilt u echter in stereo opnemen, om het effect van de Insert
effecten te vergroten, dan kunt u tegelijkertijd de REC
TRACK knoppen[1] en [2] indrukken, of [3] en [4], voor een
stereo opname op twee tracks.
Het tempo veranderen met
Tappen
U kunt het tempo bepalen met het tempo waarin u op de
knop [TAP] drukt.
Druk vier of meer keer op [TAP] om het tempo van de
RHYTHM GUIDE te veranderen. Het nieuwe tempo is het
tempo, waarin u tapte.
33
Een Song opnemen/afspelen
Snel beginnen (Een Song opnemen/afspelen)
U stelt het tempo zo in, dat het verandert in overeenstem-
ming met de voortgang van de Song (p. 63).
Door de volgende procedure te volgen verandert u het
tempo, waardoor het ingestelde tempo van het ritme-
patroon wordt uitgeschakeld, en het nieuwe tempo te
horen zal zijn.
(6) Opnemen