818936
82
Verklein
Vergroot
Pagina terug
1/86
Pagina verder
GEBRUIKERSGIDS
Oorspronkelijke gebruikersinstructies
Robotmaaier
RK1000, RK1000 Pro, RK2000,
RK2000 Pro, RK3000 Pro, RK4000 Pro
2 3
Veiligheid eerst
BELANGRIJK!
LEES DEZE GEBRUIKSAANWIJZING MET ALLE
VEILIGHEIDSINSTRUCTIES AANDACHTIG DOOR VÓÓR
GEBRUIK. BEWAAR HEM VOOR LATER GEBRUIK
Dit product is een autonome robotmaaier die via een
oplaadbare Li-ion-accu wordt aangedreven en beschikt over
een laadstation.
De maaier zal automatisch uit zijn laadstation vertrekken, het
gazon maaien en naar het station terugkeren om op te laden.
Een vooraf geïnstalleerde perimeterdraad die is aangesloten op
het laadstation bepaalt de grenzen (een “virtuele omheining”)
voor de maaier. Hij wordt langs de rand van het gazon gelegd
en rond de objecten die de maaier moet vermijden.
De maaier beweegt willekeurig binnen de door de
perimeterdraad afgebakende werkzone.
De maaier bevat een bluetooth- en een gsm-radiomodule (bij
bepaalde modellen).
Instructies voor veilig gebruik
Def inities van de symbolen
Veiligheidsfuncties
Laat de maaier niet door kinderen gebruiken of
bedienen. Kinderen moeten altijd onder toezicht staan.
1
2
3
Bijlage A - Instructies voor het
vervangen van de accu
2 3
Deze gebruiksaanwijzing bevat de originele instructies van de fabrikant m.b.t.
de Richtlijnen 2006/42/EG en 2014/53/EU. Het kan modellen beschrijven die
niet beschikbaar zijn in uw land.
Let tijdens het gebruik van deze gebruiksaanwijzing op de
volgende terminologie.
Voor- en achterkant van de maaier:
De voorkant is de kant tegenover de (rode) STOP-knop. Het is de rijrichting
van de maaier en daar bevinden zich de passieve wielen.
Aan de achterkant bevinden zich de (rode) STOP-knop en de aandrijfwielen.
De rijrichtingen Links en Rechts worden bepaald wanneer u achter de
achterkant van de maaier staat en naar voren kijkt.
Veiligheidsinstructies
Informeert over het juiste gebruik van het product en het
voorkomen van mogelijke bedrijfsstoringen.
i
Beschrijft situaties die licht letsel of materiële schade en/of
beschadigingen aan het product kunnen veroorzaken als het
risico niet wordt vermeden.
OPGELET
Beschrijft situaties die tot de dood of ernstig letsel leiden als het
risico niet wordt vermeden.
GEVAAR
Beschrijft situaties tot de dood of ernstig letsel kunnen leiden als
het risico niet wordt vermeden.
WAARSCHUWING
4 5
Belangrijke veiligheidsinformatie
Bij onweer moet u de perimeterdraad afkoppelen van het
laadstation en de voeding uit het stopcontact trekken.
OPGELET
Sluit de voeding altijd aan op een stopcontact binnenshuis,
beschermd tegen het weer en beveiligd met een aardlekschakelaar
met een activeringsstroom van maximaal 30 mA. Volg de
plaatselijke voorschriften voor de elektrische installaties op.
GEVAAR
De stroomkabel mag niet worden vervangen! Als de kabel
beschadigd is, moet de volledige voeding worden vervangen. Sluit
geen beschadigde stroomkabel aan op de stroomvoorziening en
raak deze niet aan want het kan een elektrische schok veroorzaken.
Zorg ervoor dat er zich geen kabels onder de maaier bevinden, om
schade te voorkomen.
GEVAAR
Zorg ervoor dat de messen volledig tot stilstand zijn gekomen voordat u
de maaier optilt of kantelt of voordat u het maaimechanisme aanraakt.
WAARSCHUWING
Het is uw verantwoordelijkheid om:
het gebruik van deze maaier te beperken tot mensen die de
waarschuwingen en instructies in deze gebruiksaanwijzing en
op de maaier hebben gelezen en begrepen en opvolgen
uw buren te informeren dat u een robotmaaier in gebruik heeft
en dat zij letsel kunnen oplopen als ze op uw gazon komen
tijdens de werking
WAARSCHUWING
4 5
Instructies voor
veilig gebruik
A. Algemene informatie
1. Lees, begrijp en volg alle instructies op de maaier en in de handleidingen voordat u de
maaier assembleert en gebruikt. Bewaar deze handleiding op een veilige plaats zodat u
deze later regelmatig kunt raadplegen en voor het bestellen van vervangingsonderdelen.
2. Maak u vertrouwd met alle besturingen en hun correcte bediening.
3. Het is uw verantwoordelijkheid om uw buren te informeren dat u een robotmaaier in gebruik
heeft en dat zij letsel kunnen oplopen als ze op uw gazon komen tijdens de werking.
4. Als uw gazon in open verbinding staat met de straat en/of de grond van de buren, moet u
tijdens het maaien aanwezig zijn om te verhinderen dat derden de maaier tijdens de werking
aanraken. Anders moet u uw gazon omheinen zodat mensen niet op het gazon kunnen
komen tijdens het maaien.
5. Laat nooit kinderen onder de 14 jaar de maaier in gebruik nemen met de afstandsbediening-
app. Kinderen van 14 jaar of ouder moeten de instructies en de veilige werkpraktijken in
deze handleiding en op de maaier lezen en begrijpen, en moeten door een volwassene
worden geïnstrueerd en onder toezicht worden gehouden.
6. Laat deze machine nooit gebruiken door kinderen, personen met een fysieke, zintuiglijke of
geestelijke beperking, of personen die niet vertrouwd zijn met deze instructies.
7. Als situaties zich voordoen die niet in deze handleiding worden behandeld, gaat u naar beste
weten te werk. Wendt u tot uw vertegenwoordiger van de klantendienst als u vragen heeft.
8. Deze maaier is door een motor aangedreven elektrisch precisiemachine, geen speelgoed.
Wees dus altijd uiterst voorzichtig. Deze maaier is voor één doel ontworpen: gazons maaien.
Gebruik hem niet voor andere doeleinden.
B. Voorbereiding van
de ingebruikneming
LAAD HET PRODUCT VOOR HET EERSTE GEBRUIK GEDURENDE
48 UREN ZONDER ONDERBREKING OP.
i
1. Zorg voor de juiste plaatsing van de perimeterdraad, conform de instructies in de handleiding.
2. Inspecteer de zone waar de maaier zal worden gebruikt zorgvuldig. Verwijder alle stenen,
stokken, kabels, speelgoed en andere voorwerpen die het maaimechanisme zouden
kunnen beschadigen of door het maaimechanisme zouden kunnen worden gegrepen en
weggeslingerd. Weggeslingerde voorwerpen kunnen ernstig letsel veroorzaken.
3. Houd omstanders, kinderen en huisdieren uit de buurt wanneer de maaier aan het werk is.
Stop de maaier als iemand het gazon betreedt.
4. Bewaar de maaier bij onweer op een veilige plaats en koppel de voeding los.
1
6 7
C. Werking
Laat de maaier niet zonder toezicht werken als u weet dat er
huisdieren, kinderen of mensen in de buurt zijn.
WAARSCHUWING
1. Uw robotmaaier is een gevaarlijke elektrische machine. Wees voorzichtig wanneer u met de
machine werkt en volg alle veiligheidsinstructies en waarschuwingen.
2. In het geval van een ongeluk of een defect tijdens de werking moet u onmiddellijk op de
rode STOP-knop drukken.
3. Gebruik de maaier niet wanneer een veiligheidsvoorziening of een onderdeel beschadigd,
versleten of defect is.
4. Alvorens de maaier op te tillen, verstoppingen op de messen en/of aandrijfwielen te
verwijderen of instellingen uit te voeren, altijd de maaier uitschakelen door de vergrendeling
te verwijderen. Door het activeren van de vergrendeling wordt de stroomtoevoer naar het
aandrijfwiel en het maaimechanisme onderbroken.
5. Neem de maaier nooit op en draag hem nooit terwijl de motor draait of het maaimes nog
draait. Raak het maaimes niet aan voor het volledig tot stilstand is gekomen.
6. Gebruik de maaier alleen voor het maaien van gras.
7. Probeer nooit een veiligheidsvoorziening te omzeilen of een beschermvoorziening of
afdekking te verwijderen. Dit kan letsel veroorzaken door contact met het draaiende
maaimes. De sensors zijn veiligheidsvoorzieningen.
8. De maaimessen blijven na de activering van een veiligheidssensor of het indrukken van de
rode STOP-knop tot twee (2) seconden draaien. Raak het maaimechanisme pas aan als u
zeker weet dat het maaimes niet meer draait.
9. Als de maaier abnormaal begint te trillen, moet u onmiddellijk de motor uitschakelen en de
oorzaak opsporen. Trillingen wijzen meestal op een probleem. Trek de startbeveiliging uit
om te voorkomen dat de maaier ongewild start.
10. Draag tijdens de bediening op afstand en het afstellen of bij reparaties altijd een
veiligheidsbril om uw ogen te beschermen. Voorwerpen die worden weggeslingerd, kunnen
ernstig oogletsel veroorzaken.
11. Gebruik de maaier nooit met een beschadigde veiligheidsvoorziening, beschermvoorziening
of afdekking. Het negeren van deze waarschuwing kan tot letsel leiden.
12. Houd uw handen en voeten ver van draaiende onderdelen en niet onder het maaidek.
Contact met een maaimes of maaimessen kan tot amputatie van handen of voeten leiden.
13. Let op kuilen, voren, oneffenheden, stenen of andere verborgen zaken. Ongelijkmatig
terrein of verborgen voorwerpen kunnen een ongeval veroorzaken. Hoog gras kan
obstakels verbergen.
14. Uw maaier is ontworpen om normaal gazongras met een hoogte van maximaal 15 cm te
maaien. Probeer geen ongewoon hoog gras (zoals een weiland) te maaien.
15. Bedien de maaier alleen bij een gesloten afdekklep.
16. Programmeer de wekelijkse maaibeurten zo in ttellen dat de maaier zijn werk doet als er
niemand op het gazon is. Volg de eenmalige instelprocedure op het scherm van de maaier
of via de mobiele app om geschikte gebruiksuren te plannen.
6 7
17. Sluit geen beschadigde stroomkabel aan op de stroomvoorziening en raak deze niet aan
voordat deze van de stroomvoorziening is losgekoppeld, zodat er geen elektrische schok
kan volgen.
18. Zorg ervoor dat er zich geen kabels onder de maaier bevinden, om schade te voorkomen.
Een beschadigde stroomkabel kan een elektrische schok veroorzaken. Neem de
voedingsstekker uit het stopcontact als de kabel beschadigd is of in de war is.
RAAK DE KABEL NIET AAN VOORDAT DE STROOMTOEVOER IS UITGESCHAKELD.
Als de voeding buiten geïnstalleerd is, mag u deze niet gebruiken of loskoppelen bij
temperaturen onder 0 C of boven 40°C, om het risico van brand te voorkomen.
19. Bedien de maaier alleen met de hand als deze binnen zichtafstand is. Blijf op maximaal 6
meter afstand van de maaier als u hem met de hand bedient.
20. Reik niet te ver, bewaar altijd uw evenwicht en let altijd op de grond op hellingen; beweeg
altijd langzaam en loop nooit als de machine in werking is.
D. Kinderen
1. Zorg er altijd voor dat er zich geen kinderen op het gazon bevinden om ernstige ongevallen
te voorkomen. Kinderen worden vaak aangetrokken door de maaier en zijn activiteit. Ze
kennen het gevaar niet. Veronderstel nooit dat kinderen op de plaats zullen blijven waar u
ze het laatst hebt gezien. Veronderstel nooit dat kinderen uit de buurt van de maaier zullen
blijven terwijl deze aan het werk is.
2. Houd omstanders, kinderen en huisdieren uit de buurt wanneer de maaier aan het
werk is en zorg voor toezicht door een volwassene. Schakel de maaier uit als iemand de
maaizone betreedt.
3. Wees op uw hoede en schakel de maaier uit wanneer een kind of een ander de
maaizone betreedt.
4. Kinderen mogen nooit op de maaier gaan zitten. Het is geen speelgoed.
5. Laat kinderen nooit op het gazon spelen als de maaier aan het werk is. Leer uw kinderen
dat de maaier gevaarlijk is en ze uit de buurt ervan moeten blijven.
6. Laat nooit kinderen onder de 14 jaar de maaier in gebruik nemen met de afstandsbediening-
app. Kinderen van 14 jaar of ouder moeten de instructies en de veilige werkpraktijken in
deze handleiding en op de maaier lezen en begrijpen, en moeten door een volwassene
worden geïnstrueerd en onder toezicht worden gehouden.
E. Transport
Voer de volgende stappen uit voordat u de maaier verplaatst of vervoert:
1. Druk op de rode STOP-knop of trek eraan om de maaier te stoppen.
2. U kunt de afstandsbediening gebruiken (via de mobiele app) om uw maaier van de ene naar
de andere plaats te rijden.
3. Als u de maaier liever draagt:
Schakel de maaier uit door op de “UIT”-knop onder de afdekklep boven op de maaier
te drukken. De rode STOP-knop wordt zo een draaggreep.
4. Houd de maaimessen altijd ver van u vandaan. Zorg dat u de scherpe rand van het maaimes
niet raakt wanneer u de maaier optilt of draagt.
8 9
F. Afstandsbediening
1. Raadpleeg de afzonderlijke gebruikershandleiding die met de te downloaden app
beschikbaar is. Houd u aan alle waarschuwingen en instructies.
2. Gebruik de maaier altijd volgens de instructies in de app en blijf daarbij uit de buurt van
de maaier.
3. Blijf tijdens het maaien op een veilige afstand van de maaier. Stop het maaien altijd voordat
u de maaier nadert, wat de reden ook mag zijn.
4. Wees uiterst voorzichtig wanneer de maaier in uw richting rijdt.
5. Gebruik de afstandsbediening van de maaier alleen bij daglicht of bij voldoende kunstlicht
en vermijd werken in nat gras.
6. Gebruik de afstandsbediening van de maaier nooit op blote voeten, met sandalen of gladde
schoenen (bijv. linnen schoenen). Draag altijd stevig schoeisel en een lange broek; zorg dat
u altijd stabiel staat als u op hellingen maait.
G. Accu’s
1. Gebruik uitsluitend door de fabrikant geleverde originele accu’s of door de fabrikant
goedgekeurde accu’s. U vindt het artikelnummer van de accu’s in de brochure
“Extra informatie”.
2. Open het verzegelde accupak niet, laat het niet vallen en beschadig het niet. Gebruik de accu’s
niet als ze zichtbare defecten vertonen of als ze vervormd, beschadigd of gebarsten zijn.
3. PROBEER EEN ACCU NIET TE REPAREREN OF TE WIJZIGEN! Pogingen om een accu te
repareren kunnen ernstig letsel veroorzaken als gevolg van een explosie of een elektrische
schok. Bij een lek zijn de vrijgekomen elektrolyten corrosief en giftig.
4. Probeer nooit delen van de accu te verwijderen of te vernietigen.
5. Het accupak bevat elektrolyten. Als elektrolyt uit het accupak lekt, moeten de volgende
maatregelen worden genomen:
Contact met de huid: spoel de plekken die in contact geweest zijn onmiddellijk met
water en zeep.
Contact met de ogen: gedurende 15 minuten met veel zuiver water uitspoelen.
Niet wrijven.
Zoek medische hulp.
6. Gooi het accupak niet weg in het vuur. De cel kan ontploffen.
7. De accu wordt opgeladen als deze in de maaier correct aangesloten is. Gebruik altijd de bij de
maaier geleverde voeding. Een verkeerd gebruik kan een elektrische schok, oververhitting
of brand veroorzaken.
8. Gebruik de accu niet voor een ander doel dan als stroomvoorziening voor de specifieke
robotmaaier. De accu aanpassen om als stroomvoorziening voor een ander product te
gebruiken, is uiterst gevaarlijk.
9. Neem de wetten en voorschriften in acht voor de correcte afvoer van accu’s om het
milieu te beschermen. Raadpleeg het hoofdstuk “De oplaadbare accu opruimen” in deze
gebruikershandleiding voor meer informatie.
10. Zorg dat u de accustekker juist aanbrengt wanneer u de accu vervangt. Een omgekeerde
polariteit kan de accu en de maaier beschadigen.
8 9
H. Gebruik op hellingen
1. Op hellingen is extra voorzichtigheid geboden. Als u merkt dat de maaier te weinig tractie
op de helling heeft, is deze te steil om te maaien. Nat gras zal de tractie verminderen,
zodat de maaier op de helling heen en weer slipt. Dit kan ernstig letsel en materiële
schade veroorzaken.
2. Meet voor de veiligheid elke helling voor u de maaier op hellend terrein gebruikt. Gebruik
een meetinstrument voor de hellingsgraad voor u de maaizones afbakent of deze maaier
op hellend of heuvelachtig terrein gebruikt. De maaier kan uit het maaigebied glijden als de
helling aan de rand van het gazon groter is dan 11° (20%).
3. Maai niet op hellingen die groter zijn dan de volgende:
Binnen het gazon - 24° (45%)
Rand van het gazon - 11° (20%)
4. Gebruik de maaier in geen enkele situatie waarin de tractie of de stabiliteit onzeker is. Let
altijd op de geschiktheid van het te maaien terrein. Een maaier die kantelt of over de kop
gaat, kan ernstig persoonlijk letsel of materiële schade veroorzaken.
5. Houd ten minste 1,2 meter afstand van steile hellingen, greppels, hellingen of oevers, om
ervoor te zorgen dat de maaier de maaizone niet verlaat. Dat kan de maaier beschadigen of
ernstig letsel veroorzaken.
I. Onderhoud en speciale instructies
1. Houd de maaier in goede staat van werking. Vervang versleten, beschadigde of defecte
onderdelen. U vindt de artikelnummers van de accu’s, messen en voedingen in het boekje
“Extra informatie”.
2. Wijzig niets aan de maaier, om ernstig letsel te voorkomen.
3. De maaimessen zijn zeer scherp. Omwikkel het mes of draag handschoenen en wees extra
voorzichtig wanneer u het mes vervangt.
4. Schakel altijd de maaier uit en verwijder de uitschakelinrichting voordat u onderhoud
uitvoert aan of de verstopping van het maaiblad of de maaibladen en/of de aandrijfwielen
verwijdert of de maaier inspecteert. Probeer nooit onderhouds- of afstelwerkzaamheden
aan de maaier uit te voeren terwijl deze in werking is. Controleer of het maaimes en alle
bewegende onderdelen tot stilstand zijn gekomen voor u de maaier reinigt, repareert
of inspecteert.
5. Het maaimes moet binnen twee (2) seconden na het indrukken van de rode STOP-knop
volledig tot stilstand komen. Als u niet binnen twee (2) seconden hoort dat het mes tot
stilstand is gekomen, moet de maaier door een erkende dealer worden gecontroleerd vóór
verder gebruik.
6. Gebruik nooit een hogedrukreiniger of de tuinslang om de maaier te reinigen. Water kan
onderdelen en de programmeerbare controller beschadigen. Gebruik een vochtige doek om
het display te reinigen.
7. Inspecteer het mes visueel op schade (bijv. abnormale slijtage, verbuigingen, barsten).
Vervang het mes alleen door een origineel, door de fabrikant goedgekeurd mes (OEM). Niet-
originele, door de fabrikant goedgekeurde messen passen niet goed en kunnen potentieel
gevaarlijk zijn.
8. Het gebruik van reserveonderdelen die niet voldoen aan de oorspronkelijke specificaties
van de apparatuur kan leiden tot onjuiste prestaties en de veiligheid in gevaar brengen. Uw
garantie vervalt dan ook.
9. Bij het raken van een vreemd voorwerp of wanneer de maaier komt vast te zitten, moet de
maaier worden gestopt en de startbeveiliging worden uitgetrokken. Inspecteer de maaier
zorgvuldig op schade. Repareer de schade voor u de maaier weer start en bedient.
10 11
10. In zones dichtbij een plaats waar kinderen spelen, waterpartijen, steile hellingen of de
openbare weg, moet u de perimeterdraad aanvullen met een harde begrenzing (hout/steen)
van ten minste 15 cm hoogte, om te vermijden dat de maaier de maaizone verlaat.
11. Als uw maaier in een open tuin of op een openbare plaats is geïnstalleerd en wordt
gebruikt, moet u rond de maaizone waarschuwingsborden plaatsen met de volgende tekst:
Automatische grasmaaier! Blijf uit de buurt van de machine! Houd toezicht op kinderen!”
12. Reinig of vervang de veiligheids- en instructiestickers zo nodig.
J. Opslag in de winter
De maaier
Laad de maaier ten minste 24 uur volledig op in het basisstation. Schakel de machine uit.
Reinig de maaier en bewaar hem in een droge omgeving met een temperatuur boven 0°C.
Laadstation
Voor het laadstation gelden geen bijzondere instructies voor de opslag in de winter. Het mag
in de winter op het gazon blijven.
Het wordt aanbevolen dat u in de winter de voeding van het stroomnet loskoppelt.
Jaarlijks onderhoud
Voor een goede conditie van uw maaier wordt het aanbevolen dat u hem naar een erkende
dealer brengt voor onderhoud, voor en na de opslag in de winter.
Het jaarlijkse onderhoud kan van dienstverlener tot dienstverlener verschillen en omvat een of
meer van het volgende: de onderdelen van de maaier en het maaimechanisme schoonmaken,
controleren op versleten onderdelen en ze indien nodig vervangen (messen, wielen en
andere bewegende onderdelen), de functies van de maaier en de veiligheidscomponenten
testen, de accu controleren, de meest recente softwareversie laden, mogelijk met nieuw
toegevoegde functies.
K. Einde van de levensduur
1. De maaier en zijn accessoires moeten op het einde van hun levenscyclus correct worden
afgevoerd om te voorkomen dat elektrisch en elektronisch afval niet op vuilnishopen
belanden en zo het milieu beschermd wordt. Informeer bij uw plaatselijke vuilnisdienst of
gemeente naar de regels voor afvoer. Veel gemeenten hebben speciale inzamelpunten voor
afval zoals accu’s en elektronische apparaten.
2. Gooi het accupak of de maaier niet bij het niet-gesorteerde huishoudelijke afval weg.
3. Gooi het accupak niet weg in het vuur.
4. Raadpleeg de plaatselijke en wettelijke voorschriften voor informatie over specifieke
wetten en voorschriften inzake afvalverwijdering of recycling. Informatie over
afvalverwijderingsinstructies vindt u aan het eind van het hoofdstuk Kort overzicht.
5. De maaier moet van het laadstation losgekoppeld zijn voor u de accu verwijdert.
6. Verwijder de accu uit het toestel voor het wordt opgeruimd. Volg de instructies voor het
verwijderen van de accu zoals beschreven in Bijlage A.
7. De accu moet veilig worden afgevoerd.
10 11
Symbool Beschrijving
WAARSCHUWING — LEES DE GEBRUIKERSHANDLEIDING(EN)
Lees, begrijp en volg alle veiligheidsinstructies en instructies in de handleiding(en) en
voor de maaier voordat u deze maaier gaat gebruiken. Het niet in acht nemen van deze
informatie kan leiden tot ernstig letsel of zelfs levensbedreigend zijn. Bewaar deze
handleiding op een veilige plaats, zodat u deze later regelmatig kunt raadplegen.
ALGEMENE WAARSCHUWING
Waarschuwt voor gevaren en risico's.
GEVAAR — VOORKOM AMPUTATIELETSEL
Houd uw handen en voeten niet in de buurt van het maaidek. Contact met een maaimes of
maaimessen kan tot amputatie van handen of voeten leiden.
WAARSCHUWING — VERMIJD ONGEVALLEN/LETSEL DOOR HET MAAIMECHANISME.
BLIJF TIJDENS DE WERKING OP EEN VEILIGE AFSTAND VAN DE MAAIER.
Maai niet met kinderen of andere mensen in de buurt. Om contact met het
maaimechanisme of verwonding door een uitgeworpen voorwerp te voorkomen, dient
u andere personen uit de buurt van de maaier te houden als deze in werking is. Houd
omstanders, kinderen en huisdieren uit de buurt wanneer de maaier aan het werk is.
Schakel de maaier uit als iemand de maaizone betreedt.
WAARSCHUWING — VERMIJD LETSEL DOOR WEGGESLINGERDE VOORWERPEN
Houd omstanders op ten minste 5 meter afstand van de maaier terwijl hij werkt. Verwijder
alle stenen, stokken, kabels, speelgoed en andere vreemde voorwerpen die door het
maaimechanisme gegrepen en weggeslingerd kunnen worden. Gebruik de maaier alleen
met gesloten afdekklep of met de veiligheidsvoorzieningen gereed voor gebruik.
WAARSCHUWING — VERMIJD ONGEVALLEN/LETSEL DOOR HET MAAIMECHANISME
Kinderen mogen nooit op de maaier gaan zitten. Het is geen speelgoed.
WAARSCHUWING
Schakel de maaier uit voor u onderhoud uitvoert.
WAARSCHUWING
Verwijder de vergrendeling voor u aan de maaier werkt of hem optilt.
WAARSCHUWING - GEBRUIK UITSLUITEND DE OORSPRONKELIJKE VOEDING
Wijzig de aansluiting van de voeding niet! Gebruik alleen de originele voeding die
door de fabrikant met de maaier of als reserveonderdeel is meegeleverd. Het juiste
onderdeelnummer wordt op het product aangegeven, op dit etiket. Als u geen originele
voeding gebruikt, kan dit leiden tot brand of beschadiging van het laadstation en
de maaier.
Gebruik nooit een hogedrukreiniger of de tuinslang om de maaier schoon te maken. Water
kan onderdelen en de programmeerbare controller beschadigen. Gebruik een vochtige
doek om het scherm schoon te vegen.
CORRECTE PLAATSING VAN DE HANDEN
Zorg ervoor dat hand correct zijn geplaatst en let op de richting van de mesbladen
wanneer de maaier wordt opgetild.
Definities van de
symbolen
2
12 13
Uw maaier is van verscheidene ingebouwde
veiligheidsfuncties voorzien. Niettemin is de maaier
een gevaarlijk apparaat met scherpe messen die
ernstige verwondingen kunnen veroorzaken als u
ermee in contact komt.
Daarom is het ten strengste verboden om zich tijdens
het maaien op het gazon te bevinden.
A. Kinderslot
Het kinderslot voorkomt dat de maaier onvoorzien gaat werken als toevallig een
knop wordt ingedrukt. U moet twee knoppen in de juiste volgorde indrukken om
de machine te starten. U moet het kinderslot activeren als kinderen jonger dan 6
jaar in contact kunnen komen met de maaier.
Veiligheidsfuncties
WAARSCHUWING
3
STOP-bediening/draaggreep
Vergrendeling
Displayklep
12 13
B. Diefstalbeveiliging
(vergrendeling met code)
De diefstalbeveiliging verhindert het gebruik of het verrijden van de maaier als
geen geldige code wordt ingevoerd. U zult het verzoek krijgen om een code van
vier cijfers naar keuze in te voeren als uw persoonlijke veiligheidscode (bij de
RT-modellen kan dit alleen via de mobiele app). Het is dringend aanbevolen deze
functie te activeren om te voorkomen dat kinderen of mensen die de maaier niet
kennen of niet mogen gebruiken de maaier inschakelen.
C. Tilsensor
Als de maaier wordt opgetild, zullen de maaier en het draaien van het mes na
twee (2) seconden stoppen.
D. Obstakelsensor
Als de maaier verticaal en schuin wordt opgesteld, zullen de maaier en het
draaien van het maaimes na twee (2) seconden stoppen.
E. Hellingsensor
Tijdens de werking detecteert uw maaier obstakels op zijn weg. Als de maaier
op een obstakel stoot, zal hij zijn beweging in die richting stoppen en achteruit
wegrijden van het obstakel, terwijl de maaier en het draaien van het mes binnen
twee (2) seconden stoppen.
F. Stopregeling
Als u wanneer dan ook tijdens het gebruik op de rode STOPKNOP drukt of eraan
trekt, stoppen de maaier en het blad binnen twee (2) seconden.
G. Verwijderbare vergrendeling
Het uittrekken van de vergrendeling voorkomt verder maaien. U moet de vergrendeling
verwijderen voor u de maaier optilt en voor u onderhoudswerkzaamheden uitvoert.
H. Laadstation en perimeterdraad
De maaier kan niet werken zonder dat de verbindingsdraad en het
basisstation zijn geïnstalleerd en geactiveerd. Als het signaal van de
perimeterdraad uitgeschakeld wordt, stopt de maaier met werken.
14 15
Bijlage A - Instruksjoner
for å ta ut batteriet
1. Verwijder de vergrendeling.
2. Schakel de maaier uit door de knop GO 2 seconden ingedrukt te houden.
3. Steek de meegeleverde plastic sleutel in de sleuf en draai de sleutel 90° naar links. Trek de
klep vervolgens half omhoog tot hij niet verder kan.
4. Draai de sleutel 45° terug en trek de deur volledig naar boven.
5. Koppel de accu los van het net.
6. Druk op de knip op de accubehuizing om de accu te verwijderen.
14 15
Aan de slag.
Ik kan niet
wachten om
uw gazon te
maaien.
16 17
Welkom in een
vriendelijk thuis
Prociat met uw aankoop! U staat op het punt uw beste teamspeler te
ontmoeten. U zult weldra op uw nieuwe vriend kunnen rekenen om uw
gazon perfect te maaien.
Hij zal op vooraf bepaalde dagen en uren automatisch uit zijn basisstation
vertrekken, uw gazon maaien en naar het basisstation terugkeren om zich
op te laden.
Een vooraf geïnstalleerde perimeterdraad bepaalt de grenzen (als een
"virtueel hek") voor uw maaier. Hij loopt langs de rand van het gazon en
rond voorwerpen die u wilt beschermen.
De maaier beweegt willekeurig binnen de door de perimeterdraad
afgebakende werkzone. De willekeurige beweging zorgt voor een perfecte
maaibeurt van de volledige oppervlakte van uw gazon.
16 17
Hij volgt bovendien de perimeterdraad om de randen van het gazon te
maaien en perfect af te werken.
Consistent maaien geeft een mooi, gezond gazon, en dat is net wat uw
Robomow doet.
Nadat u de instructies voor de installatie hebt gevolgd, kunt u van uw vrije
tijd genieten terwijl uw nieuwe vriend voor uw gazon zorgt.
Het is stellig aanbevolen dat u voor de installatie de installatiegids
helemaal leest.
Om de installatie te vergemakkelijken
Is het aanbevolen het gazon een laatste keer met een traditionele maaier
te maaien en de randen van het gazon 24 uur voor de installatie van de
draad te besproeien.
18 19
Wat zit er in de doos
Het product
Uw nieuwe robotmaaier
Basisstation
Hier laadt de maaier zich op
Perimeterdraad*
Bakent het werkgebied van
de maaier af
(*) Niet bij alle modellen
inbegrepen
Haringen voor het
basisstation
Om het basisstation aan
de grond te bevestigen
x4
Voeding
De voeding voorhet
opladen van uw maaier
Verlengsnoer
15 m laagspanningsnoer
om de maaier met de
voeding te verbinden
Extra
aansluitconnector
Om de perimeterdraad
op het basisstation aan
te sluiten
Draadconnectoren
Om de perimeterdraad
te splitsen als hij
onderbroken is
x2 x2
Draadpennen*
Om de draad aan de
grond te bevestigen
(*) Niet bij alle modellen
inbegrepen
18 19
Klaar? We beginnen ...
RoboRuler
Vereist voor het instellen van de afstand van
de perimeterdraad tot de rand van het gazon
Veiligheidsinstructies
Bijkomende informatie
Startgids
Wielreinigers
Extra gereedschap vereist voor installatie
ADDITIONAL INFORMATION
Original user instructions
CS DALŠÍ INFORMACE
DA YDERLIGERE INFORMATION
DE ZUSÄTZLICHE INFORMATIONEN
ES MÁS INFORMACIÓN
FI LISÄTIEDOT
FR INFORMATIONS COMPLÉMENTAIRES
HU TOVÁBBI INFORMÁCIÓK
IT ULTERIORI INFORMAZIONI
NL BIJKOMENDE INFORMATIE
NO TILLEGGSINFORMASJON
PL INFORMACJE DODATKOWE
RU ДОПОЛНИТЕЛЬНАЯ ИНФОРМАЦИЯ
SV YTTERLIGARE INFORMATION
Sleutels voor mestip,
maaischijf, aandrijfwiel
Plastic sleutel voor batterijklep
20 21
Waar gaan we heen?
Een correcte installatie van uw maaier zal een optimaal resultaat
garanderen. U moet het volgende doen om uw maaier voor te
bereiden om perfect voor u te werken:
De plaats van het
basisstation
De plaats van het basisstation
Zachte obstakels
Hoe u zachte obstakels
beschermt
Hellingen
Welke hellingen kan de maaier aan
Aparte zone
Hoe u een aparte zone bedraadt
Plaats de draad
Bepaal de "virtuele omheining"
Harde obstakels
Wanneer moeten
ze worden uitgesloten
Smalle doorgang
Hoe u een subzone bedraadt
Afwerken
Voltooi de installatie
5
1
3
6
2
4
7
8
www.robomow.com/goto/rk_installation_video
20 21
Type A
Alleen basiszone
Uw gazon is een doorlopende zone en
overal breed genoeg om de maaier te
laten passeren (op het smalste punt ten
minste 4 m breed).
Een goed begrip van uw gazon zal onnodige vergissingen
voorkomen en de installatie gemakkelijker en eenvoudiger
maken.
Ken uw gazon
Hoofdzone
Hoofdzone
Subzone
Type B
Basiszone + subzone
Uw gazon bestaat uit meer dan één
zone. De verschillende zones zijn met
een smalle doorgang (1-2 m breed)
met elkaar verbonden. De maaier kan
tussen de zones rijden om het volledige
gazon te maaien.
In deze handleiding kunt u de secties overslaan die niet van toepassing zijn
op uw gazontype.
Hoe ziet uw gazon eruit?
22 23
Hoofdzone
Gescheiden zone
Hoofdzone
Subzone Aparte zone
Type D
Basiszone + subzone+
aparte zone
Sommige delen van uw gazon zijn met
de basiszone verbonden door een smalle
doorgang (tot 1-2 m breed) en sommige
delen zijn volledig van de basiszone
gescheiden door een omheining,
een voetpad, een pad of een andere
hindernis en de maaier kan niet van het
ene naar het andere deel rijden.
Type C
Basiszone + aparte zone
Uw gazon bestaat uit twee of meer
zones die niet met elkaar verbonden
zijn (gescheiden door een omheining,
voetpad, pad of ander obstakel). De
maaier kan niet tussen deze zones
rijden.
22 23
Het basisstation laadt uw maaier op en het begin en eind van de
perimeterdraad worden erop aangesloten. In deze stap van de
installatie bepaalt u een goede locatie voor het basisstation.
Waar moet u het basisstation
plaatsen?
Overweging A
Het is stellig aanbevolen het basisstation in de grootste zone van
uw gazon te plaatsen
Kies de locaties voor het basisstation en de voeding
Overweging B
Maximaal 15 meter van een stopcontact
Locatie
basisstation
1
24 25
TIPS
Blijf op een afstand van ten minste 1 meter van sproeiers, om
beschadiging van de interne componenten van de maaier te
voorkomen
Overweging C
Minimaal 3 m rechte draad voor het basisstation en minimaal 1 m achter het
basisstation, zodat de maaier vlot in en uit kan rijden
Min. 3 m
Min. 1 m
Overweging D
Op een plek met schaduw
24 25
Overweging E
Zorg dat de grond een en vlak is, zonder helling
Hoe installeert u het basisstation?
Plaats het basisstation zoals in de onderstaande aeelding
ORIËNTATIE
26 27
Gebruik de RoboRuler om de draad op de juiste afstand van de rand van
uw gazon te installeren.
Als het gazon op gelijk
niveau ligt met de grond,
gebruikt u de 1ste afstand
van de RoboRuler
Als het terrein
voorbij de rand lager
is, gebruikt u de
2de afstand van de
RoboRuler
Als er een ‘muur’ op de
rand van het gazon is die
hoger is dan 5 cm, moet u
de 3e afstand op de liniaal
gebruiken
AFSTAND VAN DE RAND
2
3
1
26 27
BEVESTIG DE BASIS
Na de keuze van de juiste plaats, bevestigt u het basisstation aan de
grond met de meegeleverde haringen.
Zorg dat u geen irrigatieleidingen beschadigt wanneer u de
haringen in de grond slaat.
28 29
Vooruit plannen
Wandel voor u begint langs de omtrek van uw gazon en plan hoe u de
perimeterdraad zult plaatsen. Noteer alle obstakels en hellingen.
28 29
Harde obstakels
Harde obstakels zijn verticaal, rigide
en hoger dan 15 cm, zoals bomen of
grote harde elementen waar de maaier
voorzichtig tegen kan stoten zonder
schade te veroorzaken. Het is niet nodig
om deze obstakels te beschermen met
de perimeterdraad.
Vijvers
Vijvers en andere waterpartijen
moeten met perimetereilanden worden
beschermd.
Zachte obstakels
Zachte obstakels zijn bloembedden,
vijvers of kleine bomen. Ze moeten
met perimetereilanden worden
beschermd.
OBSTAKEL
Obstakels en hellingen
Let op eventuele obstakels of hellingen voor u een pen in de grond slaat.
30 31
De helling is te steil als...
De maaier bij het beklimmen van de helling kantelt. Sluit dergelijke
hellingen uit van het maaigebied.
HELLINGEN
Hellingen langs de rand
Om te beletten dat de maaier van het gazon glijdt, zeker als het gras nat is,
moet de perimeterdraad aan de rand van het gazon hellingen van meer dan
20% (20 cm stijging per 1 m) vermijden.
TIP
Hellingen binnen het gazon
Uw maaier kan binnen het gazon zones met een helling tot 45% maaien. U kunt
hellingen langs de rand in de perimeter opnemen als het terrein naar het gazon toe
aelt, zodat er geen gevaar bestaat dat de maaier van het gazon zou glijden. Een
helling van 45% komt overeen met 45 cm hoogteverschil per 1 m.
Max. 45%
Minder dan
20 cm
Minder dan 20%
1 m
Meer dan 20%
1 m
Meer dan 20
cm
Max. 45%
30 31
Plaats de draad
2
Zorg dat u de verpakking van de maaier in de buurt hebt.
Geef het gazon nog een laatste beurt met uw oude maaier
voor u de draad plaatst. De grond moet bovendien vochtig
zijn. Dat vergemakkelijkt het aanbrengen van de draadpennen
en zorgt ervoor dat de maaier de draad niet doorsnijdt.
DIT
HEBT U
NODIG
Hamer
Combinatietang
Plaats de perimeterdraad ("virtueel hek") die het
werkgebied van de maaier aakent.
TIPS
U bent nu klaar om de perimeterdraad te installeren. We doen het
stap voor stap.
... Een zonnige dag en een zonnig humeur :)
50 cm
32 33
Leg hem losjes langs de perimeter terwijl u de rand van het gazon
volgt. Als u een gebied/object bereikt dat een bijzondere aandacht
vereist, moet u de perimeterdraad leggen zoals dat in de volgende
delen wordt beschreven.
Wikkel de draad tegen de klok in af rondom het gazon,
vertrekkend van de plaats van het basisstation.
Trek ongeveer 50 cm draad door het gat in het plastic deksel en
bevestig het begin van de draad met een pen aan de grond op de
plaats waar het basisstation zal komen.
Laten we goed beginnen
32 33
Plaats pennen op 2-3 m afstand van elkaar en op de hoeken. In
deze vroege fase gebruikt u zo weinig mogelijk pennen. Later kunt
u alle pennen die nodig zijn aanbrengen.
Trek de draad strak en hamer de pen volledig in de grond.
Zorg dat u geen irrigatieleidingen beschadigt.
TIPS
Houd voldoende afstand
De perimeterdraad wordt aan de grond bevestigd
met de pennen die bij het product worden
geleverd. Gebruik de RoboRuler om de afstand
tussen de perimeterdraad en de rand van het
gazon of obstakels te bepalen.
~ 2 m
34 35
Als de rand steil is, gebruikt u afstand 2
van de RoboRuler
Als de rand een muur is (meer dan 2
cm boven de grond) gebruikt u de 3de
afstand van de RoboRuler.
1
Als de rand vlak is, gebruikt u de korte
afstand van de RoboRuler.
2
3
34 35
Het is niet nodig om de perimeterdraad te begraven.
In blootgestelde zones, zoals betegelde zones, is het aanbevolen
dat u de draad begraaft.
Als u extra draad nodig hebt om de installatie te voltooien,
verbindt u hem met de meegeleverde waterdichte connectors
(zie bladzijde 44 “De perimeterdraad splitsen”).
TIPS
Bewaar een afstand van ten minste 1,2 meter als
de rand van het gazon langs water loopt.
Of plaats een fysieke barrière bij
het water.
Min. 1,2 m
15 cm
36 37
Draden naar en van een eiland moeten met dezelfde pen worden
bevestigd
Laat de perimeterdraad
met de klok mee rond
het obstakel lopen,
want anders zal de
maaier het eiland
binnenrijden en de
zone eromheen
niet goed
maaien.
TIPS
Bescherm zachte obstakels
Objecten zoals bloembedden, vijvers of kleine bomen moeten
worden beschermd door perimetereilanden te vormen.
Zachte obstakels
3
Houd minstens 1,2 m afstand
tussen eilanden; als de obstakels
zich dichter bij elkaar bevinden,
maakt u er één eiland van.
Als de afstand tussen een eiland en de
perimeterdraad kleiner is dan 1,2 m, gebruikt
u het obstakel als een deel van de rand van
het gazon.
Positie perimeterdraad
Perimeterdraad
36 37
Harde obstakels
4
Bescherm harde obstakels
Sluit alle harde objecten die lager dan 15 cm zijn uit van het gazon.
Harde voorwerpen hoger dan 15 cm kunnen onbeschermd in het
gazon blijven.
Min. 15 cm
38 39
Hellingen
Uw maaier kan binnen het gazon elke helling tot 45% aan
Hellingen
5
1 m
45 cm
Max. 45% (24°)
Max. 45% (24°)
38 39
<20% (11°)
>20% (11°)
L = 1 m
H =20 cm
20% =
Sluit hellingen van meer dan 20% aan de rand van het gazon uit om te
voorkomen dat de maaier van het gazon glijdt (vooral als het gras nat is)
40 41
Type A
Alleen basiszone
Type B
Basiszone +
subzone
Type C
Basiszone +
aparte zone
Type D
Basiszone +
subzone+ aparte
zone
Basiszone
Aparte zone
Basiszone
Basiszone
Subzone
Basiszone
Subzone Aparte
Zone
Herinner u het type van uw gazon
Subzone
Hoofdzone
Smalle Smalle
doorgangdoorgang
Hoofdzone
Een smalle doorgang verbindt de
hoofdzone met een subzone.
Hebt u geen subzone?
Sla deze sectie over!
Hoe u een subzone bedraadt
Type B / Type D
Smalle doorgang
6
W
40 41
Een smalle doorgang verbindt de hoofdzone met een subzone.
Als de doorgang breder dan 2 m is, kan de maaier automatisch
passeren.
W
W > 2m
Min. 1,5 m
42 43
Smalle doorgangen moeten vast, een en vlak zijn.
Als de doorgang smal is, tussen 1-2 m, moeten de draden in het midden
van de doorgang worden geïnstalleerd, met afstand 1 van de RoboRuler
ertussen, zodat de maaier de draden in en uit de subzone kan volgen. Bij
het begin van de doorgang in beide richtingen moet u een hoek van 45°
vormen, zodat de maaier nauwkeurig in en uit de smalle doorgang kan
rijden.
45˚
45˚
W
1 m < B < 2 m
13 cm
5"
45˚
45˚
42 43
Verleng de perimeterdraad van uit de basiszone over het obstakel heen.
Twee draden
onder dezelfde
pen
Basisstation
Hoe u een aparte zone bedraadt
Hebt u geen aparte zone?
Sla deze sectie over!
Type C / Type D
Aparte zone
7
44 45
De perimeterdraad splitsen
(indien nodig)
Plaats de twee draadeinden in de uiterst linkse en uiterst rechtse
posities van de connector.
Controleer of de draden volledig in de connector geplaatst zijn.
Gebruik een tang om de knop op de connector neer te drukken. Druk
de knop volledig in zonder de connector te beschadigen.
TIP
44 45
Wanneer de perimeterdraad
volledig gelegd is en u weer bij
het basisstation bent, plaatst u
de laatste pen op ongeveer 5
cm voor het basisstation. Het
is erg belangrijk dat de draad
in lijn is met het midden van
het basisstation.
Voltooi het plaatsen van de draad
Wikkel de draad tot op
ongeveer 50 cm voorbij
het basisstation af en
snijd hem af.
TIPS
Voltooi de
installatie
8
30 cm
12"
50 cm
46 47
Open de achterste deur van het
basisstation.
Schuif of installeer de draad door de tunnel en leid hem door de opening
onder de laadconnectors, tot hij het basisstation langs achter verlaat
1
2
46 47
Installeer de connector op het uiteinde van de draad, zoals op de
tekeningen. Snijd het uiteinde van de draad dicht bij de connector af.
Geweldig! Het
ergste is achter
de rug!
48 49
Bevestig de draad met een pen aan de grond. Draai en wikkel de draden
zodat ze netjes in het vak van het basisstation passen. Verbind het met “A
gemerkte draadeinde aan de met “A” gemerkte connector aan de achterkant
van het basisstation. Verbind het andere uiteinde met de andere connector.
Stop de draad in het vak en sluit de deur.
Sluit de stroomkabel aan op het stopcontact
Plaats maaier in het
basisstation en zorg
ervoor dat hij de
oplaadarmen raakt
Het ledlampje van het basisstation moet nu groen knipperen (als de maaier
zich buiten het basisstation bevindt) of aanhoudend groen branden (als de
maaier zich in het basisstation bevindt). Meer gedetailleerde informatie over
de LED-indicatoren vindt u op bladzijde 64.
48 49
Continu groen
Maaier in
basisstation
Maaier buiten
basisstation
Knipperend
groen
Knipperend
rood
4 sec. oranje
Continu rood
LED
Ledlampjes
Het verlengsnoer van de voeding naar het basisstation moet
goed aan de grond worden bevestigd! Men mag er niet over
kunnen struikelen.
Het verlengsnoer mag ALLEEN over zachte oppervlakken
lopen. Het mag niet over harde oppervlakken (bijvoorbeeld
een voetpad, oprit) lopen, waar het niet goed kan worden
bevestigd.
Let op
Nog één stap...;)
4 sec.
50 51
Taal, datum en tijd instellen
Eenmalige instelling
Schakel de maaier in en volg de oorspronkelijke instellingen om hem klaar te
maken voor gebruik.
2 sec Selecteer uw
taal
Stel de
datum in
Volgende
Terug
Taal
Welkomstscherm
Datum
50 51
Installatie door ...
Selecteer wie de installatie uitvoert.
Stel de tijd in
Tijd
Wat is het type van uw
gazon?
Kies 'Hoofd+' als het gazon meer
dan 1 zone heeft.
De positie van de draad
testen
Verzekert dat de robot de draad
ongehinderd kan volgen. Uw maaier
zal de draad volgen en stoppen waar
de positie van de draad moet worden
aangepast. Volg de instructies op het
scherm van de maaier. Lees meer in
Bijlage B.
52 53
Aparte zone
Als u een aparte zone in uw gazon
hebt, moet u de schakelaar voor aparte
zones op “AAN” zetten. U kunt dan
op het hoofdscherm van de maaier
“aparte zone” selecteren om het
maaien te beginnen nadat u de maaier
met de hand in uw aparte zone hebt
geplaatst. Denk eraan uw maaier na
het werk in een aparte zone terug te
brengen naar het basisstation, zodat
hij kan opladen en het automatische
plan verder kan uitvoeren zonder een
maaibeurt over te slaan.
Grootte hoofdzone
Stel de grootte van uw hoofdzone in.
Installatie gereed
De eerste instelling is klaar. Over
enkele seconden verschijnt het
volgende scherm.
52 53
De maaihoogte instellen
U kunt de maaihoogte instellen door
de knop naar links of rechts te draaien.
Druk op Volgende als u klaar bent.
Als het gras hoog is, is het aanbevolen
dat u voor het beste resultaat hoog
begint en in de loop van enkele weken
de hoogte geleidelijk aan verlaagt.
Maaischema
De maaier berekent automatisch een
maaischema op basis van de grootte
van uw gazon. Om het automatische
schema te starten, moet u het
goedkeuren. U kunt het ook op dit
scherm wijzigen of er later naar
terugkeren om het aan te passen.
U vindt het automatische schema
op het scherm instellingen via het
hoofdscherm.
In de sectie “Automatische werking”
van deze handleiding vindt u meer
informatie over de instelopties van het
automatische schema.
Klaar om te maaien
De eenmalige instelling is voltooid :)
Uw maaier is nu klaar om te maaien.
Controleer of hij zich in het basisstation
bevindt en dat het maaischema
ingeschakeld is.
54 55
Bijlage B – De draadpositie
testen
1. Let terwijl uw maaier de draad volgt op deze mogelijke situaties:
a. De draad loopt te dicht bij obstakels
Als de maaier een obstakel ontmoet terwijl hij de draad volgt, zal hij
het omzeilen. Plaats de draad in dat geval verder van het obstakel,
zodat de maaier het kan ontwijken zonder de draad te verlaten.
b. De draad loopt te dicht bij de rand van het gazon
Als de maaier van de rand van het gazon valt terwijl hij de draad
volgt, moet u de draad verder van de rand plaatsen.
c. De draad loopt te ver van obstakels en/of de rand van het gazon
Uw maaier bezit het unieke vermogen om zeer dicht bij obstakels
en bij de rand van uw gazon te komen. Als u zones ziet waar niet zo
grondig gemaaid is als u wenst, plaatst u de draad gewoon verder
naar buiten. Let alleen op dat u situaties “a & b” vermijdt.
d. Ruw of moeilijk terrein
Als u zones ziet waar de maaier weinig tractie heeft of moeite heeft
om nauwkeurig te maneuvreren, zult u de draad op die plaatsen
waarschijnlijk moeten aanpassen. Op erg losse of zanderige grond,
rotsachtig terrein, plaatsen met veel wortels en/of zeer ongelijke
oppervlakken, bestaat er een groter risico dat de maaier vastloopt en
niet altijd naar het basisstation zal kunnen terugkeren om op te laden.
Zones die bij droog weer al erg moeilijk zijn, zullen dat na zware
regenval waarschijnlijk nog meer zijn.
54 55
2. Om aanpassingen aan de draad te testen, drukt u op de Stop-bediening
en draagt u de maaier naar een plaats op de draad op ongeveer 3 m
voor de aangepaste zone. Stuur de maaier weer naar het basisstation.
Herhaal dit zo vaak en op zoveel plaatsen als nodig is om de maaier vlot
de volledige perimeter te doen volgen.
3. Wanneer de maaier de volledige perimeter afgelegd heeft, zal hij het
basisstation binnenrijden.
56 57
De draad vastzetten
~ 2 m
~ 50 cm
Nu is het tijd om pennen aan de draad toe te voegen.
Gebruik de resterende pennen met intervallen van 0,5 m tot 1 m langs de
perimeterdraad.
56 57
Extra opties met de
mobiele App
Uw maaier is een intelligent geconnecteerd product. Dankzij een ingebouwde
Bluetooth LE (Low Energy) voorziening kunt u de maaier via uw smartphone
bedienen.
Dankzij een gratis mobiele app kunt u uw maaier op een heel nieuwe manier
ervaren!
U kunt de Robomow 3.0-app* downloaden op de Google Play Store (Android)
of de Apple AppStore (iOS). Na de download kunt u uw maaier registreren om
extra functies te gebruiken.
De App geeft u niet alleen een fascinerende ervaring maar ook extra opties en
mogelijkheden voor uw slimme kleine maaier:
Een programma voor automatisch maaien invoeren
De diefstalbeveiliging inschakelen
Gazon instellingen bepalen (formaat, max. aantal sub-zones, aparte zones)
Uw maaier met de hand besturen
Diagnose van de maaier
Vermijd storingen door het wijzigen van het signaaltype
Schakel de “Opslagmodus” in om minder stroom te verbruiken en aan de
CEC/DoE-reglementering te voldoen.
Geo-omheining en pushmelding voor modellen met gsm-module.#
*Zoek de Robomow 3.0-app in Google Play en App Store.
#
Niet beschikbaar op modellen geproduceerd vóór 2022.
58 PB
Goed
gedaan!
Ontspan u en laat uw
maaier het werk doen.
PB 59
Ken uw maaier
Menustructuur
Automatische werking
Handmatige bediening
Kenmerken – hoe
Periodiek onderhoud
Probleemoplossing
Veel gestelde vragen
1
2
3
4
5
6
7
8
60 61
Leer de verschillende onderdelen en berichten van uw maaier kennen om
hem optimaal te gebruiken. Als u begrijpt hoe de maaier werkt en zich
gedraagt, zult u hem gemakkelijk kunnen bedienen.
Externe delen
Interfacedeur
Laadcontacten
Disabling device
STOP-bediening /
Draaggreep
Aanraakgevoelige
bumper
Ken uw maaier
1
60 61
Aangedreven wiel
Accudeur
Rijmotor
Maaimotor
Veiligheidsdraden
VoorwielMesschijf
62 63
Onder de motorkap
Knop om de maaihoogte in
te stellen
Bedieningspaneel
Navigatietoetsen
Terug-knop
Aan/Uit/
Got-knop
62 63
LCD-scherm
Diefstalbeveiliging /
Kinderslot
Datum en tijd
Selecteer zone
Bluetooth/2G/3G
Accustatus
Vorige
handeling
volgende handeling
laden
status automatisch
vertrek
Maaimodus Schema
aan/uit
Randmaaien
voor maaien
Instellingen
64 65
Ledlampje basisstation
Indicatie Betekenis
Continu groen Signaal van de perimeterdraad OK; de
maaier bevindt zich in het basisstation
Knippert groen
Signaal van de perimeterdraad OK;
de maaier bevindt zich buiten het
basisstation
Continu rood Laadt niet
Knippert rood Perimeterdraad slecht aangesloten of
te lang
Oranje Signaaltype is gewijzigd A/B/C
LED
Continu
groen
Maaier in
basisstation
Maaier buiten
basisstation
Knipperend
groen
Knipperend
rood
4 sec. oranje
Continu
rood
4 sec.
64 65
Congureer de gebruikersvoorkeuren
Menustructuur
2
Maaieropties
Kinderslot
Vergrendel het toetsenbord om toevallige bediening te voorkomen
Datum en tijd
Stel de datum en tijd in
Taal
Wijzig de menutaal van de maaier
Diefstalbeveiliging
Beveiliging met pincode
Formaat
Selecteer het tijdformaat (24/12) en de meeteenheid (meter/voet)
66 67
Gazonopties
Raadpleeg het gedeelte Functies van dit document voor een volledige
beschrijving van alle menuopties. U kunt ook het aanraakscherm
gebruiken om door de menu's te navigeren met de navigatietoetsen.
Maak een selectie door op de groene knop Go te drukken.
Aan/Uitschakelen
Eilanden
Voer de grootte van uw gazon in
Formaat
Voeg tot 4 subzones aan het schema toe
Subzone toevoegen
Geluid
Schakel het geluid aan/uit
Signaltype
Wijzig het om storingen met andere robotmaaiersin
de omgeving te voorkomen
Opslagmodus
Beperkt het stroomverbruik tot het minimum in de winter
of andere lange perioden waarin niet wordt gemaaid en
de maaier in het basisstation blijft.
Bochtmodus
Maakt het maaien eciënter door meer vloeiende, continue
bochten bij de rand van het gazon mogelijk te maken.
66 67
Verhoogt de maai-intensiteit tijdelijk gedurende 7
dagen tot het maximum
Intensief maaien
Voorkomt wielsporen over hetzelfde pad door op verschillende afstanden
langs de perimeterdraad te rijden (niet gecentreerd op draad)
Hou draadafstand
Randmaaien bij automatische werking aan/uitschakelen
Randmaaien
Om de maaier in aparte zones te gebruiken
Aparte zone
68 69
Leer de automatische werking te congureren en ze indien nodig
handmatig te omzeilen/op te heen
De maaier gebruikt de instelling Formaat zone om automatisch de
vereiste maaitijd voor uw gazon te bepalen en een weekschema voor het
beste resultaat aan te bevelen.
Het schema houdt rekening met de beschikbare werkdagen en de
beschikbare aanbevolen werkperiode voor elke dag.
U kunt de werkdagen en de werkperiode volgens uw behoeften aanpassen.
Automatische
werking
3
68 69
U kunt de dagelijkse werkperiode in twee afzonderlijke periodes verdelen,
als u wenst dat de maaier tussen de twee periodes niet op het gazon
komt.
Het is belangrijk dat u de werktijd van de maaier niet te veel beperkt.
Als u het schema open houdt, kan de maaier zich beter aan wisselende
omstandigheden aanpassen om de vereiste werkuren per week te
bereiken.
De maaier zal u waarschuwen ( i) als het aantal werkdagen en/of de
duur van de werkperiodes niet volstaan om de vereiste werkuren per
week te bereiken. Raak het pictogram ‘i’ aan voor meer informatie.
Uw maaier zal stoppen met maaien wanneer hij de op de grootte
van het gazon gebaseerde vereiste uren per week heeft bereikt.
Het schema is dus niet noodzakelijk om te voorkomen dat de
maaier te veel werkt. TIP
70 71
Hoewel uw Robomow een intelligent schema berekent op basis van de
gazongrootte die u hebt ingevoerd, kan het soms nodig zijn dat u het
schema moet aanpassen.
De voor het onderhoud van uw gazon vereiste maaitijd kan variëren
volgens factoren zoals het type gras, het weer, het seizoen, de
blootstelling aan de zon, de drainage van de bodem, bemesting enz.
Daarom is het aanbevolen dat u de kwaliteit van uw gazon in de gaten
houdt en het schema indien nodig aanpast.
U kunt het automatische schema opwaarts of neerwaarts aanpassen,
zowel voor het volledige gazon als voor elke subzone.
Te veel maaien kan uw gazon beschadigen en de levensduur
van uw maaier verkorten
Te weinig maaien kan een ongelijkmatig resultaat opleveren
omdat de maaier de groei van het gras niet kan volgen TIP
Maai uren
70 71
Voor de beste resultaten is het aanbevolen het maaien niet meer dan 2
dagen over te slaan.
Wanneer hij zijn taak voor een gegeven dag voltooid heeft, blijft de
maaier in het basisstation tot de volgende werkdag begint.
De intensieve modus van de maaier is standaard ingeschakeld. In deze
modus zal de maaier tijdelijk (7 dagen) op maximale capaciteit maaien.
Dit gebeurt om uw gazon snel op gelijke hoogte te brengen voor de
maaier naar zijn automatische onderhoudsschema overschakelt.
Als de maaier tijdens het seizoen een grote achterstand op de dekking
oploopt (misschien omdat hij lange tijd uitgeschakeld was, het gras erg
snel gegroeid is, enz.) kunt u Intensief maaien weer inschakelen, zodat
hij zijn achterstand kan inlopen. De maaier zal dan weer gedurende 7
dagen op maximaal vermogen maaien en daarna terugkeren naar het
vorige schema.
Let op:
72 73
De automatische werking is standaard uitgeschakeld.
Tijdens de eenmalige instelling zal de maaier u helpen om de
grootte van uw gazon in te voeren. Daarna kunt u het voorgestelde
automatische plan beoordelen, het wijzigen en inschakelen.
Indien nodig kunt u de automatische start volledig uitschakelen door het
schema op het hoofdscherm uit te zetten.
U kunt desgewenst bij de gazoninstellingen de automatische werking
ook voor een specieke zone van het gazon uitschakelen.
Automatische werking in/uitschakelen
Schema
aan/uit
72 73
De handmatige bediening wordt gebruikt om de maaier los van het
maaischema te laten werken.
Kies tussen de twee werkingsmodi
Rand + Maaien of Maaien.
Tik op het pictogram Selecteer zone
om de zone te kiezen waar de maaier
moet maaien.
Selecteer de zone en tik op de
Maaimodus.
Let op: randmaaien is niet beschikbaar
voor subzones.
Rand + MaaienMaai
Handmatige bediening met of zonder randmaaien
Handmatige bediening starten:
Selecteer zone
Handmatige
bediening
4
74 75
De maaihoogte instellen
Open de interfacedeur bovenaan de maaier.
Stel de maaihoogte in door de knop naar links of rechts te draaien. De
maaihoogte wordt op het LCD-scherm weergegeven.
Het bereik van de maaihoogte is 20-100 mm
Kenmerken –
hoe
5
74 75
Om de vergrendelde toetsen tijdelijk vrij te geven:
Houd de knoppen Hoger en Terug gedurende 3 seconden ingedrukt.
Als u verder niets doet, worden de toetsen na 2 min. weer vergrendeld.
Kinderslot
Deze functie is standaard uitgeschakeld. Om deze functie in te schakelen:
Tik op het pictogram Instellingen en vervolgens op het maaierpictogram
.
Ga naar “Kinderslot” en schakel het in.
Wanneer het scherm of de toetsen 10 minuten lang niet worden aangeraakt,
wordt de maaier vergrendeld.
76 77
Diefstalbeveiliging / Vergrendeling
De diefstalbeveiliging verhindert het gebruik of het verrijden van de maaier,
tenzij na het invoeren van een geldige code. Deze functie is standaard
uitgeschakeld.
Om ze voor het eerst in te schakelen:
76 77
Eiland
Als u grote eilanden (bv. vijvers of grote bloembedden) in deze zone hebt,
kunt u met de schakelaar “Eiland” de maaier helpen om het basisstation
gemakkelijker terug te vinden.
Formaat
Hier voert u de grootte van uw gazon in. De grootte is belangrijk, want u
maaier gebruikt ze om het vereiste aantal maaiuren te berekenen.
Subzones
Gebruik deze sectie om subzones toe te voegen of aan te passen. Volg de
instructies op het scherm om de grootte van de zone en haar toegangspunt te
bepalen en andere voor elke zone unieke parameters in te stellen.
78 79
Langs draad volgen
Gebruik deze functie om wielsporen te vermijden wanneer de maaier naar
het basisstation terugkeert. De maaier zal dan elke keer op verschillende
afstanden van de draad rijden, in plaats van altijd op de draad gecentreerd
te blijven.
Elk gazon is anders, zodat u wat zult moeten experimenteren om de
optimale minimum- en maximumwaarden te vinden.
Gescheiden zone
Als u een aparte zone in uw gazon hebt, moet u de schakelaar voor aparte
zones op “AAN” zetten. U kunt dan op het hoofdscherm van de maaier
“aparte zone” selecteren om het maaien te beginnen nadat u de maaier
met de hand in uw aparte zone hebt geplaatst. Denk eraan uw maaier na
het werk in een aparte zone terug te brengen naar het basisstation, zodat
hij kan opladen en het automatische plan verder kan uitvoeren zonder een
maaibeurt over te slaan.
78 79
Intensieve modus
Als de maaier tijdens het seizoen een grote achterstand op de dekking
oploopt (misschien omdat hij lange tijd uitgeschakeld was, het gras erg snel
gegroeid is, enz.) kunt u Intensief maaien weer inschakelen, zodat hij zijn
achterstand kan inlopen. De maaier zal dan weer gedurende 7 dagen op
maximaal vermogen maaien en daarna terugkeren naar het vorige schema
(automatische werking moet ingeschakeld zijn om de intensieve modus te
kunnen activeren)
Signaaltype
De maaier ondersteunt 3 signaaltypes waaruit u kunt kiezen als u
interferentie met andere robotmaaiers in de omgeving ervaart. Om het
signaaltype te wijzigen, plaatst u de maaier in het basisstation en selecteert
u een ander dan het huidige signaal. Het duurt ongeveer 5 seconden voor
de maaier op het nieuwe signaal met het basisstation synchroniseert.
80 81
A/B/C
Bochtmodus
Maakt het maaien eciënter door meer vloeiende, continue bochten bij de
rand van het gazon mogelijk te maken.
80 81
Geavanceerde
instellingen
Opslagmodus
Beperkt het stroomverbruik tot het
minimum in de winter of andere
lange perioden waarin niet wordt
gemaaid en de maaier in het
basisstation wordt opgeladen.
Fabrieksinstellingen
Zet alle instellingen terug naar de
fabrieksinstellingen. De modus voor
de eenmalige instelling zal worden
gestart.
Instellingen
terugzetten
Dit zet alle maai- en
gazoninstellingen terug, met
inbegrip van het automatische
maaischema.
i
82 83
Periodiek
onderhoud
6
Om de twee weken
Inspecteer de onderkant van de maaier. Maak hem om de twee weken
schoon indien nodig. Verwijder voorzichtig (met een stokje of een
soortgelijk voorwerp) opgehoopte grasresten van de onderzijde van het
maaidek.
Controleer de perimeterdraad en voeg pennen toe waar hij los is en de
grond niet raakt. Als het gazon in de loop van de seizoenen verandert,
moet u de draad aanpassen.
Inspecteer het basisstation en verwijder modder en vuil zodat de maaier
het station goed kan binnenrijden.
WAARSCHUWING
Gevaar op ernstige verwonding en schade!
Verwijder altijd de veiligheidssleutel en schakel de stroom van de
maaier uit voor u hem optilt. De messen zijn zeer scherp. Het kan
ernstige snijwonden of rijtwonden veroorzaken. Draag altijd stevige
werkhandschoenen wanneer u met of rond messen werkt. Gebruik
NOOIT een beschadigd of gebroken mes.
BELANGRIJK!
Gebruik NOOIT een hogedrukreiniger om de maaier
schoon te maken.
Vloeistoen kunnen onderdelen beschadigen. Gebruik
alleen een vochtige of natte doek om het oppervlak schoon
te vegen.
Na perioden van langdurige aanhoudende neerslag is het aanbevolen
de grasresten van het maaidek, de veiligheidsdraden en de wielen te
verwijderen om een ideaal maairesultaat te krijgen.
82 83
Opslag in de winter
De maaier
Schakel de planning uit en laad de maaier 24 uur lang volledig op in zijn
basis.
Verwijder het uitschakelapparaat en schakel de maaier uit.
Reinig de maaier en bewaar hem binnenshuis, in een droge omgeving
met een temperatuur boven 0°C.
Basisstation
Voor het basisstation is geen winteropslag nodig. Het mag in de winter
op het gazon blijven.
Het is aanbevolen dat u in de winter de stekker van de voeding uit het
stopcontact neemt.
Onderhoud voor de winter
Voor een beter onderhoud en een betere conditie van uw maaier is het
aanbevolen dat u hem naar een erkende dealer brengt voor service,
vooraleer u hem voor de winter opbergt. Winteronderhoud wordt centraal
in bepaalde landen aangeboden, of via partners van derden. Kijk op de
website van Robomow of neem contact met ons op voor meer informatie.
De service in de winter omvat onder meer de schoonmaak van de
onderdelen van de maaier en het maaidek, de controle op versleten
onderdelen en indien nodig hun vervanging (mes, aandrijfwielen en
andere bewegende onderdelen), het testen van de functies van de maaier
en de veiligheidscomponenten, de controle van de accu en de upload van
de recentste softwareversie, mogelijk met nieuw toegevoegde functies.
84 85
Weergegeven
bericht
Waarschijnlijke
oorzaak / Gebeurtenis Oplossing
Kruis buiten
De perimeterdraad ligt te
dicht bij de rand.
Leg de draad dichter bij de
binnenkant van het gazon.
De helling van het gazon bij
de rand is te steil, zodat de
maaier wegglijdt.
Neem geen zones met zeer steile
hellingen in de buurt van de
perimeterdraad op.
De rand van het gazon is te
hobbelig.
Vul gaten en kuilen om de grond te
egaliseren.
Vastgereden
De maaier is vastgelopen. Hij
kan niet verder rijden.
Controleer het terrein op kuilen of
niveauverschillen. Vul ze met aarde.
Controleer of de perimeterdraad niet
te dicht bij de rand ligt. Leg de draad
dichter bij de binnenkant van het
gazon.
Controleer
maaihoogte
Het maaisysteem is
overbelast omdat het gras
te hoog is of omdat een
obstakel in de weg zit of om
de messen gewikkeld is.
Schakel de maaier uit, verwijder
de veiligheidssleutel en inspecteer
de messen. Verwijder vreemde
voorwerpen of blokkeringen in het
maaidek.
Vergroot de maaihoogte.
Kijk voeding na
Er is een tijdelijke
stroomuitval.
Controleer of de stekker van de
voeding goed in het stopcontact zit.
De voeding is niet goed
aangesloten op het
stopcontact.
Controleer of de verlengkabel goed
aangesloten is op voeding en op het
basisstation.
Er wordt geen laadstroom
gedetecteerd.
Maak de laadcontacten van het
basisstation schoon en controleer
het basisstation goed op de voeding
aangesloten is.
Geen
draadsignaal /
Wacht op signaal
De voeding is niet op het
stopcontact aangesloten of er
is een tijdelijke stroomuitval.
Controleer of het basisstation
aangesloten is op het stopcontact.
De signaalgenerator moet
misschien opnieuw worden
opgestart.
Neem de stekker uit het stopcontact,
wacht 10 seconden en plaats hem
terug.
De perimeterdraad is
niet aangesloten op het
basisstation.
Controleer de aansluiting van de
perimeterdraad op het basisstation.
De perimeterdraad is
doorgesneden.
Controleer of de perimeterdraad niet
onderbroken is.
Probleemoplossing
7
84 85
De maaier rijdt het basisstation niet goed binnen en mist
soms de laadcontacten
De ingang tot het basisstation is niet vlak. Vul aan met wat aarde
om gazon rond het basisstation vlak te maken zodat het goed
bereikbaar is. Zorg dat de perimeterdraad voor en na het
basisstation recht is.
Slechte maaikwaliteit
De messen kunnen bot zijn. Schakel de maaier uit, verwijder de
veiligheidssleutel en vervang de messen indien nodig. Gebruik
zware veiligheidshandschoenen wanneer u de messen inspecteert.
Ongelijkmatig maaien
Verzeker dat de werkperiode lang genoeg is en verleng de maaitijd
via de instelling Maaiuren om de complexiteit van het gazon of de
snelle groei te compenseren
Het duurt lang voor de maaier uit het basisstation vertrekt
Tik op het maaierpictogram met de informatieballon terwijl de
maaier zich in het basisstation bevindt. De reden waarom de
maaier niet vertrekt, zal worden weergegeven. Raadpleeg ons
online helpcenter voor een gedetailleerde beschrijving van de
codes bij niet-vertrek.
Robot detecteert basisstation niet / het bericht 'Koppelen
vereist' wordt weergegeven
Haal de maaier uit het basisstation en schakel deze uit. Zorg ervoor
dat het basisstation actief is, aangesloten op een stopcontact, en
dat het groene lampje knippert. Schakel de maaier in en plaats
deze handmatig in het basisstation. Het duurt ongeveer één minuut
voordat het koppelen is voltooid.
Vaak gestelde
vragen
8
769-26587-00_nl
_nl769-26587-00
Stanley Black & Decker Outdoor GmbH | Wiesenstraße 9 | 66129 Saarbrücken | Germany
82

Hulp nodig? Stel uw vraag in het forum

Spelregels

Misbruik melden

Gebruikershandleiding.com neemt misbruik van zijn services uitermate serieus. U kunt hieronder aangeven waarom deze vraag ongepast is. Wij controleren de vraag en zonodig wordt deze verwijderd.

Product:

Bijvoorbeeld antisemitische inhoud, racistische inhoud, of materiaal dat gewelddadige fysieke handelingen tot gevolg kan hebben.

Bijvoorbeeld een creditcardnummer, een persoonlijk identificatienummer, of een geheim adres. E-mailadressen en volledige namen worden niet als privégegevens beschouwd.

Spelregels forum

Om tot zinvolle vragen te komen hanteren wij de volgende spelregels:

Belangrijk! Als er een antwoord wordt gegeven op uw vraag, dan is het voor de gever van het antwoord nuttig om te weten als u er wel (of niet) mee geholpen bent! Wij vragen u dus ook te reageren op een antwoord.

Belangrijk! Antwoorden worden ook per e-mail naar abonnees gestuurd. Laat uw emailadres achter op deze site, zodat u op de hoogte blijft. U krijgt dan ook andere vragen en antwoorden te zien.

Abonneren

Abonneer u voor het ontvangen van emails voor uw Robomow RK2000 Pro - 2023 bij:


U ontvangt een email met instructies om u voor één of beide opties in te schrijven.


Ontvang uw handleiding per email

Vul uw emailadres in en ontvang de handleiding van Robomow RK2000 Pro - 2023 in de taal/talen: Nederlands als bijlage per email.

De handleiding is 2.79 mb groot.

 

U ontvangt de handleiding per email binnen enkele minuten. Als u geen email heeft ontvangen, dan heeft u waarschijnlijk een verkeerd emailadres ingevuld of is uw mailbox te vol. Daarnaast kan het zijn dat uw internetprovider een maximum heeft aan de grootte per email. Omdat hier een handleiding wordt meegestuurd, kan het voorkomen dat de email groter is dan toegestaan bij uw provider.

Stel vragen via chat aan uw handleiding

Stel uw vraag over deze PDF

Andere handleiding(en) van Robomow RK2000 Pro - 2023

Robomow RK2000 Pro - 2023 Gebruiksaanwijzing - Deutsch - 86 pagina's

Robomow RK2000 Pro - 2023 Gebruiksaanwijzing - English - 86 pagina's

Robomow RK2000 Pro - 2023 Gebruiksaanwijzing - Français - 86 pagina's


Uw handleiding is per email verstuurd. Controleer uw email

Als u niet binnen een kwartier uw email met handleiding ontvangen heeft, kan het zijn dat u een verkeerd emailadres heeft ingevuld of dat uw emailprovider een maximum grootte per email heeft ingesteld die kleiner is dan de grootte van de handleiding.

Er is een email naar u verstuurd om uw inschrijving definitief te maken.

Controleer uw email en volg de aanwijzingen op om uw inschrijving definitief te maken

U heeft geen emailadres opgegeven

Als u de handleiding per email wilt ontvangen, vul dan een geldig emailadres in.

Uw vraag is op deze pagina toegevoegd

Wilt u een email ontvangen bij een antwoord en/of nieuwe vragen? Vul dan hier uw emailadres in.



Info