In het hoofdmenu van de butterfly-mixer worden op de
bekende manier de mixrates ingevoerd. Afhankelijk van het
model-resp vleugeltype kunnen er tot vier aileron- en flapsrvo’s
geprogrammeerd worden. Door nu het veld ‘butterfly AFR’ te
markeren en met EDIT te bevestigen komt men in het instel-
menu BUTTERFLY AFR (D/R) curve voor deze mixer (display 4)
en in het programmeermenu voor de bijbehorende hoogte-
roer-uitslagen (display 5). Met de toets S1 wordt weer terugge-
keerd naar de beide submenu’s (display 2 en 3).
In het tweede venster moet nu in de regel ACT/INA de butterfly
mixer geactiveerd worden. Eerst het veld markeren,met EDIT
bevestigen en met de 3Dhotkey de keuze maken en bevesti-
gen met EDIT. In het veld wordt nu, afhankelijk van de stand
van de schakelaar ‘AAN’of ‘U IT’weergegeven
Ook de werkingen en de invoer voor de mogelijke programme-
ring van de “comb”of van de apart”mode zijn reeds beschre-
ven. Ze worden in de regel ‘mode’ingevoerd. In de regel
“schak” kan zoals bekend een schakelaar en de werkrichting
gekozen worden. De standaardinstelling staat op ‘0’, d.w.z. de
mixer is ingeschakeld. In de regel ‘offset’ kan een referentie-
punt als %-waarde ingevoerd worden. Kies het betreffende
punt uit voor deze mixer en bevestig dit met de EDIT-toets.
In dit tweede venster kan ook , zoals reeds beschreven, de
snelheid individueel voor de aileron-en flapservo’s voor de
heen- en terugloop ingevoerd worden. In het derde displayven-
ster kan de %-waarde voor de ailerondifferentiëring ingesteld
en een vertragingstijd geprogrammeerd worden..
De AFR-resp. de D/R- mixcurve kan op de reeds beschreven
manier gekozen worden en de mixrates, gescheiden voor
beide zijden, ingevoerd worden.(zie display 4). Om het onge-
wenste draaimoment om de dwars-as op te heffen, is er de
mogelijkheid om in het laatste menu een overeenkomstige
hoogteroeruitslag te programmeren. Ook kan de snelheid voor
max. twee hoogteroerservo’s ingesteld worden.
Ter afsluiting wordt erop gewezen dat de programmeermogelij-
kheden en de displayvoorstellingen afhankelijk zijn van het
gekozen modeltype en vleugeltype.
14.11 TRIM MIXER 1 EN 2
In dit menu kun-
nen de instellin-
gen voor alle
vleugel-en
hoogteroerklep-
pen voor
bepaalde vlieg-
fasen doorge-
voerd worden.
Desoftware van
de FX-30
beschikt over
twee vliegfase-
mixers. (TRIM
MIX 1 en 2) De
beide mixers
worden op
dezelfde manier geprogrammeerd. Daarom wordt hier de pro-
cedure van de eerste mixer beschreven.
Zo kan b.v. voor een zwever met de eerste mixer (TRIM MIX1)
de roeren optimaal afgesteld worden voor de hoogstartfase.
Daarbij slaan de ailerons en de kleppen iets naar beneden uit,
om het model een maximale lift te geven. Om een stabiele lig-
ging te waarborgen, bestaat de mogelijkheid om met het
hoogteroer een draaimoment om de dwars-as, een offset in te
voeren.
Met de tweede mixer (TRIM MIX 2) kunnen b.v. voor een zwe-
ver de roeren optimaal afgesteld worden voor een speedfase.
De beide ailerons en kleppen worden dan iets naar boven uit-
geslagen, om het model zo weinig mogelijk weerstand te
geven.
Met behulp van deze functie wordt zeker gesteld, dat er gedu-
rende deze vliegfasen steeds weer reproduceerbare roeruitsla-
gen ingesteld kunnen worden. De instellingen zijn via een vrij
te kiezen schakelaar afroepbaar.
Voor alle kleppen aan de vleugel,tot vier aileron- en vier flap-
kleppen, kan individueel een offset afgestemd worden (dis-
play ).Verder kan voor de fijnafstemming een extra gever inge-
steld worden. Dan kan er voor alle kleppen een voorinstelling
voor de fijnafstemming ingesteld worden. Zoals bij alle mixers,
kan een ‘apart’- of een ‘comb’mode ingevoerd worden.
Bovendien kan er een schakelaar toegewezen worden, waar-
mee de instellingen voor de vliegfase geactiveerd worden.
Bovendien kan ingesteld worden of de schakeling met een
schakelaar (handbed) of via een stuurknuppel (auto) gescha-
keld wordt.
Voor alle servo’s voor aileron, welfkleppen en hoogteroer(en)
kan de snelheid ,gescheiden voor heen en terug (in en uit) ,
ingesteld worden. Bovendien kan een vertraging ingevoerd
worden, zodat bij de omschakeling alles soepel verloopt.
Markeer in het model-menu met de 3Dhotkey de optie ‘TRIM
MIX1 of TRIM MIX 2’ en bevestig dit met EDIT. Het display
heeft 5 vensters die er als volgt uitzien:
bestell nr.
2,4 GHz: F 8050
FX-30
55
Chip-
aileron
(AIL3)
aileron.
(AIL)
welf-
klepp
(WELF)
welf-
klepp
(WELF2)
rem-
kleppen
(REM3 u. 4)
aileron
(AIL2)
Chip-
aileron
(AIL3)
V-staart Ailvator
RICHT
HOOG
HOOG
HOOG2