bestell nr.
2,4 GHz: F 8050
FX-30
16. GEVER / SCHAKELAARKEUZE-MENU
De software van de T-30 beschikt over een omvangrijk gever-
keuzemenu Voor bijna alle functies kan de gever vrij gekozen
worden Zowel als gever voor een schakelfunctie alsook als
gever voor een stuurfunctie. Het beeld van het keuzemenu dat
weergegeven wordt is altijd hetzelfde en wordt plaatsvervan-
gend voor beide beschreven. Zodra bij een functie het veld
voor gever en schakelaarkeuze gemarkeerd is en met EDIT
bevestigd , verschijnt het volgende keuze-menu.Er wordt op
gewezen dat dit menu van functie tot functie telkens iets kan
verschillen, afhankelijk van gebruik verandert de weergave en
keuze.
Het nu volgende voorbeeld laat een schakelaar-keuzemenu
zien voor de functie ‘programmeerbare mixer’ Alle schakelaars
en gevers en de rotary trimmers zijn opgevoerd en aangeduid.
J1...J4 = stuurknuppel 1...4
SA...SH = schakelaar A...H
SI...SJ = stickschakelaar rechts en links
LD...RD = linker- en rechterdraaiknop
LS...RS = linker- en rechter lineairschuiver
AAN/UIT = schakelpositie
T1...T6 = rotarytrimmer
Markeer de gewenste schakelaar of gever en bevestig dit met
de EDIT toets. Nadat de schakelaar gekozen is , met de cur-
sor naar het veld AAN/UIT gaan en de schakelpositie vastleg-
gen.
Er verschijnt nu een submenu voor de bepaling van de scha-
kelpositie, in het voorbeeld voor schakelaar ‘G’.
• De pijl wijst de actuele mechanische positie van de schake-
laar aan. Met de 3Dhotkey kan door veranderen van de
‘AAN’ resp. ‘UIT’positie , de gewenste schakelrichting vast-
gelegd worden.
• In het onderste deel van het displayvenster wordt de soort
van schakelaar vastgelegd. ‘NORMAL’ is een schakelaar
die blijft staan in de laatste stand na het schakelen. Memory
is een schakelaar die terugveert na gebruik.
• In het bovenste deel van het displayvenster wordt de
actuele vliegtoestand weergegeven.
Als de functie in verscheidene vliegtoestanden met ver-
schillende schakelaars resp. gevers bediend moet worden,
dan moet deze op ‘apart’geschakeld worden. Verder kan in
dit menu de vliegtoestand omgeschakeld worden en kan er
een andere schakelaar resp. gever voor de betreffende
vliegtoestand gekozen worden. Als er een stuurknuppel of
een proportionele gever gekozen wordt, kan in het vol-
gende display het schakelpunt ingesteld worden.
• SET
Om de schakelpositie in te stellen, moet de gekozen gever
in de gewenste schakelpositie gebracht worden, de cursor
op SET zetten en de EDIT toets indrukken.Het schakelpunt
wordt als %-waarde en als balkgrafiek weergegeven.
• AAN/UIT
In dit menupunt wordt de schakelrichting vastgelegd NORMAL
of omgekeerd = REVERSE.
• MODE
LINEAIR
In deze instelling is het stuurgever-bereik in een AAN- resp UIT
zone onderverdeeld ( zie de grafiek hierboven). Afhankelijk van
de stand van de stuurgever , is de functie aan- resp. uitge-
schakeld.
SYMMETRISCH
De beide schakelpunten in deze instelling liggen symmetrisch
om het neutraalpunt van de stuurknuppel. De schakelfunctie
wordt actief zodra de geverwaarde het schakelpunt aan het
boven- of ondereind passeert.
MEMORY
In het onderste deel van het displayvenster wordt de wijze van
schakelen, terugveer- (memory) of rustschakelaar (normaal)
vastgelegd.
• Logic functies
Bepaalde functies, zoals vliegtoestanden kunnen ook met een
logische verbinding van twee schakelaars zogenaamde logic-
functie geschakeld worden. Schakelaar MODE (SINGLE) of
met een logische verbinding (LOGIC) kiezen.
De volgende functies zijn beschikbaar:
• AND: verbinding van in serie liggende schakelaars
• OR: verbinding van parallel liggende schakelaars
• EX-OR: gerichte verbinding en aansluiting van bepaalde
schakelaars.
71