3.2 Temperatuurinstelling
Druk op de + of de - toets, in het display verschijnt de gewenste boilertemperatuur, met de + en -
toetsen kan deze nu worden ingesteld tussen 40 en 70°C. Na verloop van tijd springt het display weer
terug naar de actuele boilertemperatuur. Hoe lager de boilertemperatuur des te minder is er kans op
kalkafzetting (minder onderhoud), daarnaast is het risico van verbranding bij tappen gering (denk aan
kinderen, minder-validen en bejaarden). Om de vorming van legionella-bacteriën tegen te gaan moet de
boilertemperatuur echter op tenminste 60°C zijn ingesteld.
3.3 Tijdelijke temperatuurverandering instellen
Wordt gebruik gemaakt van het programma voor tijdelijke temperatuurverandering (zie § 2.8.2) dan
wordt de tijdelijk gewenste temperatuur als volgt ingesteld.
Houd de reset-toets langer als 5 seconden ingedrukt, in het linker segment van het display verschijnt
L. In de 2 rechter segmenten wordt de tijdelijk gewenste boilertemperatuur weergegeven, met de + en
de - toets kan deze nu worden ingesteld tussen 40 en 75°C. Door de reset-toets wederom in te
drukken wordt de tijdelijk gewenste temperatuur vastgelegd, in het display verschijnt C00. Door
nogmaals op de reset-toets te drukken springt het display weer terug naar normaal menu. Wordt de
nieuw ingevoerde temperatuur niet binnen 1 minuut vastgelegd dan springt display weer terug naar
normaal menu zonder de waarde op te slaan.
Let op: bij een ingestelde temperatuur boven de 70°C functioneert het toestel alleen nog op laaglast.
11