16
HET GEBRUIK VAN DE WATERKOKER
Vul voordat u de waterkoker voor het eerst in gebruik neemt de kan met vers
water tot op de maximummarkering en laat het water één keer koken. Giet het
gekookte water weg en spoel de waterkoker nogmaals.
Beveiliging tegen droogkoken
Deze waterkoker is uitgerust met een beveiliging tegen droogkokend, wat
betekent dat hij automatisch uitschakelt en het indicatorlampje van de stroom
dooft wanneer de waterkoker per ongeluk wordt ingeschakeld zonder water in
de kan. Laat 15 minuten afkoelen voordat u de kan opnieuw met koud water
vult.
Zorg ervoor dat de waterkoker uitgeschakeld en de stekker uit het stopcontact
is getrokken.
1. Neem de kan van het onderstel. Vul de kan met de gewenste hoeveelheid
vers water, u kunt dit via de tuit of via het geopende deksel doen.
y De hoeveelheid water dient minimum 0,75 liter en maximum 1,7 liter
te bedragen.
y Maak het deksel open door tegen de hendel te duwen.
2. Sluit het deksel en zet de kan op het onderstel.
3. Stop de stekker in het stopcontact en druk de schakelaar onder het
handvat naar de stand “I”. Het indicatorlampje van de stroom gaat branden,
aangevend dat de waterkoker opwarmt.
4. De waterkoker schakelt automatisch uit en de schakelaar stelt zich terug
naar de stand “0” wanneer het water kookt. Het indicatorlampje dooft dan.
Opmerking: u kunt het kookproces ook eerder onderbreken door de
schakelaar naar de stand “0” te tillen, zodat het indicatorlampje dooft.
Downloaded from www.vandenborre.be