POWPB30400 NL
Copyright © 2021 VARO P a g i n a | www.varo.com
11 ALGEMENE BEDIENINGSINSTRUCTIES
▪ Schuif een volledig opgeladen batterijpack op de onderkant van de handgreep en zorg
ervoor dat u een klik hoort. Ga na of het batterijpack goed vastzit op de handgreep zodat
het niet van de zaag valt wanneer u ze gebruikt.
▪ Houd de reciprozaag stevig vast met beide handen. Breng het zaagblad in de buurt van
het werkstuk, duw de vergrendelknop (4) naar links of naar rechts en houd de AAN/UIT-
trekkerschakelaar (5) ingedrukt
▪ Laat de vergrendelknop los zodra het gereedschap gevoed wordt met elektriciteit. Laat de
zaag op volle snelheid komen vóór u begint te zagen.
BELANGRIJK: start de zaag niet wanneer het zaagblad iets anders raakt. Til
het gereedschap indien nodig weg van het werkstuk vóór u de AAN/UIT-
trekkerschakelaar indrukt.
▪ Plaats, vóór u begint met zagen, eerst de schoen(1) op het oppervlak waarin u wilt zagen.
Breng het zaagblad in de gewenste zaagrichting en laat het zaagblad langzaam zakken
naar de zaaglijn om te beginnen met zagen. Probeer niet te zagen met de tip van het
zaagblad. Dat kan leiden tot een terugslag en beschadiging van het zaagblad.
▪ Laat, wanneer u klaar bent met zagen, de AAN/UIT-trekkerschakelaar los om het
gereedschap tot stilstand te brengen.
▪ Verwijder het batterijpack en het zaagblad.
▪ Reinig de zaag en berg ze vervolgens binnen op, buiten het bereik van kinderen.
11.1 Algemeen zaagwerk
Klem uw werkstuk vast wanneer het niet vastzit, laat de voorkant van de zaagvoet op het
werkstuk rusten (zorg ervoor dat het zaagblad niet met het werkstuk in contact komt) en start
de zaag. Oefen genoeg druk uit in de richting van de zaagsnede om ervoor te zorgen dat de
zaagvoet altijd tegen het werkstuk blijft aangedrukt. Probeer niet de zaag te forceren of te
laten vastlopen. Buig of tors het zaagblad niet: laat het gereedschap en het zaagblad hun
werk doen.
In het algemeen zijn grovere bladen voor hout, plastic en samengestelde materialen. Fijnere
bladen zijn voor het zagen van metaal. Ratelen of trillen kan erop wijzen dat u een fijner blad
of een hogere snelheid moet gebruiken. Wanneer het blad oververhit raakt of wanneer er zich
afvalmateriaal op afzet, dan kan het zijn dat u een grover blad moet gebruiken. Vervang
stompe zaagbladen, ze produceren slechte resultaten en kunnen de zaag oververhitten.
11.2 Invalzagen
Markeer duidelijk de zaaglijn. Begin vanaf een makkelijk startpunt binnen het uit te zagen
gebied. Plaats de punt van het zaagblad boven dat punt, met de zaag parallel aan de zaaglijn.
Laat de zaag langzaam neer tot de onderkant van de zaagvoet op het werkstuk rust en het
zaagblad het werkstuk niet raakt. Start de zaag en laat ze op volle snelheid komen. Laat de
zaag op de voet rusten en kantel ze langzaam naar voor om het blad op de zaaglijn neer te
laten. Voer deze beweging verder uit tot het zaagblad loodrecht op het werkstuk staat.
11.3 Zagen van metaal
Voor dit doel moeten zaagbladen gebruikt worden die speciaal voor het zagen van metaal
werden ontworpen. U kunt bij het zagen van metaal een lichte olie gebruiken als koelmiddel;
dit voorkomt oververhitting van het zaagblad, het helpt het blad om sneller te zagen en het
verlengt de levensduur van het blad.