5
3.2.2
DISPLAY
Het display wordt bediend met knoppen en de gashendel aan de linkerkant van het stuur. Het display
is gemonteerd in de midden van het stuur. Lees meer in deze handleiding voor informatie over
weergave-, funtionaliteit en fietsinformatie.
WEERGAVE-INDELING
Ondersteuningsfuncties
Het systeem heeft twee opties voor ondersteuningsfuncties (ook assist genoemd) De assist functie
wordt weergegeven op het display, wanneer deze is geselecteerd:
• Assist niveau 1–5. Selecteer met behulp van de knoppen "Omhoog" en "Omlaag"
• De functie "Walk-Assist" wordt geactiveerd door de omlaagknop ingedrukt te houden of door de shifter
te gebruiken zonder te trappen. Wanneer "Walk assist" is geactiveerd, rijdt de fiets met 6 km/u.
"Walk-Assist" is bruikbaar als je de fiets lopende een heuvel op moet trekken.
Opmerking! " Walk-Assist" is niet beschikbaar op fietsen uitgerust met middenmotor.
3.2.3
INFORMATIE WEERGAVE
Schakel tussen het volgende in het display "Fietsinformatie" met de knop "Menu":
• Totale afstand (Total Distance)
• Reisafstand (Trip Distance)
• Reistijd (Trip Time)
• Resterende rijafstand (Remaining Distance)
• De kracht van ondersteuning van de fiets (Power)
• Klok (Clock)