21
Faxen & Kopiëren
2 Met u kunt u uit drie mogelijkheden kie-
zen:
CONTRAST: LAAG
CONTRAST: MIDDEL
CONTRAST: HOOG
3 Bevestig uw keuze met OK.
Verzendrapport –
foutrapport
Uw faxapparaat kan na elk verzonden document
een verzendrapport afdrukken, waarmee de ont-
vangst van uw document wordt bevestigd. Indien
het zenden niet geheel gelukt is, krijgt u hiervan
een foutrapport. U kunt het afdrukken van het
verzendrapport in- en uitschakelen, een foutrap-
port wordt echter altijd afgedrukt.
1 Druk op MENU, 28 en OK.
2 Kies met u en bevestig dit met OK.
Transmissie –
Intercontinentalfunctie
Uw faxapparaat past de overdrachtssnelheid au-
tomatisch aan de kwaliteit van de desbetreffende
telefoonlijn aan. Met name bij verzending naar
andere werelddelen kan dit proces meer tijd in
beslag nemen. Is bekend dat de kwaliteit van de
lijn slecht is, dan kunt u in functie 21 al bij voor-
baat een langzamere overdrachtssnelheid kiezen,
om de tijd en de telefoonkosten die met de au-
tomatische aanpassing gepaard zouden gaan, te
besparen.
1 Druk op MENU, 21 en OK.
2 Kies met u een langzamere overdrachts-
snelheid.
3 Bevestig dit met OK.
Compressie van het
formaat
Om er zeker van te zijn dat de ontvangen faxen
die iets langer dan het A4-formaat zijn toch op 1
pagina afgedrukt worden, worden deze pagina’ s
lichtjes vertikaal verkleind. Als u dit niet wilt, dan
kunt u de verkleining in functie 29 uitschakelen:
1 Druk op MENU, 29 en OK.
2 Kies met u en bevestig dit met OK.
Faxjournaal
Het faxjournaal is een lijst van de laatste 10 ont-
vangen en verzonden faxen.
1 Druk op MENU, 27 en OK.
2 Kies met u of en wanneer het faxjour-
naal wordt afgedrukt (na elke verzending of
na tien geslaagde transmissies).
3 Bevestig met OK.
Afroep van faxen
Met behulp van deze functie kunnen documen-
ten worden opgehaald die in de gebelde fax klaar-
liggen voor verzending.
Snel afroepen
1 Kies bij opgelegde hoorn het gewenste num-
mer.
2 Houd START lang ingedrukt.
3 Als u ook een subadres of een code wilt in-
voeren (zie hiertoe ook de volgende paragraaf
Oproepen met code), voert u eerst het tele-
foonnummer in en sluit dit af met R.
Sluit hier het gewenste subadres of de code direct
op aan en houd vervolgens START lang inge-
drukt. (bijvoorbeeld: 12345 R 17 R
Code of 12345 RR Code).
Afroepen met code
Als uw faxpartner een code heeft ingevoerd om
de op te halen documenten te beschermen tegen
onbevoegde toegang, doet u het volgende:
1 Druk op MENU, 22 en vervolgens op
OK.
2 Voer de code in en druk op OK.
3 Voer vervolgens het te kiezen nummer in en
druk op START. Als dit niet mogelijk is, dan
kunt u de desbetreffende faxen handmatig
ophalen door op DIAL / l te drukken, het
faxnummer te kiezen en op START te druk-
ken.
Verzenden op afroep
U kunt een document klaar zetten om het vanuit
uw fax op afroep te laten verzenden.