Videokaarten
Een kaart voorzien van een teken- of graphics-generator en videogeheugen. Een microprocessor
tast het videogeheugen af en vertaalt bitinformatie van de computer in weer te geven videosignalen
voor de monitor. Deze kaarten voldoen aan diverse normen die de aard en kwaliteit van de
afbeelding bepalen.
VGA (Video Graphics Array). Deze kaart werd in 1987 geïntroduceerd en was de eerste analoge
kaart. VGA bood een nog hogere resolutie dan EGA: 640 X 480 beeldpunten voor graphics en 720 x
400 beeldpunten voor tekst, en 256 kleuren. VGA kon tevens wedijveren met EGA en CGA.
Super VGA, die in 1989 door VESA werd ontwikkeld, biedt een resolutie van 800 x 600 beeldpunten.
Extended VGA, die in 1991 door VESA werd geïntroduceerd, biedt een topresolutie van 1024 x 768
beeldpunten (niet-geïnterlinieerd) en een iets hogere herhalingsfrequentie dan IBM's XGA 8514A.
High-end videokaarten, die de afgelopen drie jaar zijn geïntroduceerd voor professionele
werkstations, bieden topresoluties van 1280 x 1024 tot 1600 x 1280, horizontale lijnfrequenties tot 90
kHz en bandbreedtes tot 200 MHz.
VIS (Viewable Image Size)
Zie Zichtbare beelddiagonaal.
TERUG NAAR BEGIN VAN DE PAGINA
Z
Zelftestfunctie
Een monitor die voorzien is van hardware of software voor het automatisch vaststellen van de status
van de kabelverbindingen.
Zichtbare beelddiagonaal
file:///Z|/multi_manual/DUTCH/GLOSSARY/GLOSSARY.HTM (23 of 24)7/21/2004 2:30:55 PM