INSTALLATIE
7
Installatie
Algemeen
Wanneer het toestel niet is voorzien van een
aansluitsnoer met stekker, dan dient het
alleen door een erkend installateur op het
lichtnet te worden aangesloten.
Stekker en stopcontact moeten na installatie
van het toestel goed bereikbaar blijven.
Let op:
Op het gegevensplaatje staan de
aansluitwaarde en de vereiste netspanning
aangegeven. Het aansluiten moet gebeuren in
overeenstemming met de nationale en lokale
voorschriften.
De afdichting tussen kookplaat en aanrecht-
blad moet vochtdicht zijn. Het aanrechtblad
moet waterpas liggen, de kookplaat ook!
■ Als een aanrechtblad betegeld is, kan het
zijn dat de afdichtstrip beter vervangen kan
worden door vloeibare siliconenrubber.
■ Indien de kookplaat opgesloten ligt tussen
de achterwand en zijwand(en), moet een
minimale afstand van 40 mm tot die wanden
worden aangehouden (Fig. 7).
■ De bevestigingsklemmen gelijkmatig
aandraaien (Fig. 8).
■ Plaats een kookplaat liever niet direct
boven een onderbouw-koelkast of
onderbouw vrieskast. Indien de kookplaat
toch boven een koel- of vrieskast wordt
geplaatst, zorg dan voor een goede isolatie
van de kookplaat.
Elektrische aansluiting
230 V - 50 Hz
■ Het toestel moet altijd geaard zijn.
Gebruik voor het aansluiten een kabel van
goede kwaliteit, bijv. H05RRF,
1,5 of 2,5 mm
2
, met 3 of 5 aders, afhankelijk
van de voorschriften.
Met de volgende kleurcode:
bruin = fase L
blauw = fase N
groen/geel = aarde ( )
zwart = nul of fase
U kunt, afhankelijk van het aansluitschema,
de zwarte aders als nul- of fasedraad
gebruiken.
De kabel moet voorzien zijn van een stekker
die geschikt is voor een nominaal vermogen
van minimaal 15 A.
Wilt u een vaste aansluiting maken, zorg er
dan voor dat er een omnipolaire schakelaar
met een contactafstand van minimaal 3 mm
in de toevoerleiding wordt aangebracht.
Aansluitschema’s
■ Aan de achterzijde van het toestel bevindt
zich een etiket met daarop de aansluit-
schema’s (Fig. 6).
■ De kookplaat zonder knopbediening op de
plaat zelf is voorzien van een 12 polige
stekker welke aangesloten moet worden op
de oven of op een schakelpaneel.