57NL/BE
m WAARSCHUWING
Hogedrukreinigers mogen niet door kinderen of door niet-
geïnstrueerde personen worden gebruikt.
m WAARSCHUWING
Hogedrukslangen, fittingen en koppelingen zijn belangrijk
voor de veiligheid van machines. Gebruik uitsluitend door
de fabrikant aanbevolen hogedrukslangen, fittingen en kop-
pelingen.
m WAARSCHUWING
Gebruik voor de veiligheid van de machine uitsluitend ori-
ginele reserveonderdelen van de fabrikant of door de fabri-
kant goedgekeurde reserveonderdelen.
m WAARSCHUWING
Water dat door de terugslagklep is gestroomd, wordt als
ondrinkbaar beschouwd.
m WAARSCHUWING
Gebruik de machine niet als een netsnoer of belangrijke on-
derdelen van de machine beschadigd zijn, zoals bijv. veilig-
heidsvoorzieningen, hogedrukslangen, spuitpistolen.
m WAARSCHUWING
Machines die worden aangedreven door een verbrandings-
motor mogen niet binnenshuis worden gebruikt zonder ade-
quate ventilatiesystemen die zijn goedgekeurd door de be-
voegde nationale instanties voor gezondheid en veiligheid
op het werk.
m WAARSCHUWING
Zorg ervoor dat er geen uitlaatgassen in de buurt van lucht-
inlaten zijn.
6.3 Wateraansluiting
m GEVAAR
• De hogedrukslang mag niet beschadigd worden. Een be-
schadigde hogedrukslang moet onmiddellijk worden ver-
vangen. Alleen de door de fabrikant aanbevolen slangen
en verbindingen mogen worden gebruikt. Voor het bestel-
nummer verwijzen wij u naar de gebruikshandleiding.
• De schroefverbinding van alle aansluitslangen moet goed
dicht zijn.
LET OP
• Neem de voorschriften van uw waterleidingbedrijf in acht.
6.4 Bedrijf
m GEVAAR
• Het apparaat inclusief de werkuitrusting moet voor gebruik
worden gecontroleerd op een goede staat en bedrijfsvei-
ligheid. Gebruik het apparaat niet als een netsnoer of be-
langrijke onderdelen van het apparaat beschadigd zijn,
zoals bijv. veiligheidsvoorzieningen, hogedrukslangen,
handspuitpistolen.
• Spuit nooit met oplosmiddelhoudende vloeistoffen of on-
verdunde zuren en oplosmiddelen! Dit zijn bijv. benzine,
verfverdunner of stookolie. De spuitnevel is licht ontvlam-
baar, explosief en giftig. Gebruik geen aceton, onverdun-
de zuren en oplosmiddelen, omdat deze de in het appa-
raat gebruikte materialen kunnen beschadigen.
• Bij gebruik van het apparaat in explosiegevaarlijke omge-
vingen (bijv. tankstations) moeten de desbetreffende vei-
ligheidsvoorschriften in acht worden genomen. Gebruik
op plaatsen met ontploffingsgevaar is verboden.
• Alle onder spanning staande delen in de werkomgeving
moeten tegen waterstralen worden beschermd.
• De trekker van het handspuitpistool mag tijdens het ge-
bruik niet worden geblokkeerd.
LET OP
• Gebruik geen aceton, onverdunde zuren of oplosmidde-
len, omdat deze de in het apparaat gebruikte materialen
kunnen aantasten.
• Het apparaat moet op een vlakke en stabiele ondergrond
staan.
• Gebruik het apparaat niet bij temperaturen onder de 5 °C.
m WAARSCHUWING
• Bij het gebruik van reinigingsmiddelen moet het veilig-
heidsinformatieblad van de fabrikant van het reinigings-
middel in acht worden genomen, in het bijzonder de aan-
wijzingen over persoonlijke beschermingsmiddelen.
• Uitsluitend de door de fabrikant van de apparatuur goed-
gekeurde reinigingsmiddelen mogen worden gebruikt. Dit
apparaat is ontworpen voor gebruik met door de fabrikant
geleverde of aanbevolen reinigingsmiddelen. Het gebruik
van reinigingsmiddelen of chemicaliën kan de veiligheid
van het apparaat in gevaar brengen.
• Bewaar reinigingsmiddelen buiten het bereik van kinde-
ren.
• Open het deksel niet tijdens het gebruik.
• Schakel het apparaat uit met de hoofdschakelaar / ap-
paraatschakelaar tijdens langere bedrijfsonderbrekingen.
m WAARSCHUWING
• Asbesthoudende materialen en andere materialen, die
stoffen bevatten die schadelijk zijn voor de gezondheid,
mogen niet worden afgespoten.
• Voorafgaand aan de reiniging moet een risicobeoorde-
ling van de te reinigen oppervlakken worden uitgevoerd
om de veiligheids- en gezondheidseisen vast te stellen. Er
moeten passende voorzorgsmaatregelen worden getrof-
fen.
• Bij korte straalpijpen bestaat gevaar voor letsel, omdat
een hand onvoorzien in contact kan komen met de ho-
gedrukstraal. Als de gebruikte straalpijp korter is dan 75
cm, mag er geen puntsproeier of rotormondstuk worden
gebruikt.