10
Batterij opladen
Op het ogenblik dat u het toestel koopt, zijn de batterijen
niet opgeladen. Plaats de handset op het basistoestel
en laad de batterijen op. Bij ingebruikneming moet u de
batterijen ongeveer 4 uur opladen.
·
De Indicator Batterijvolume ( ) brandt.
Opladen
Als “ ” knippert of als het toestel om de
15 seconden piept, moet u de batterijen opladen.
Informatie over batterijen
De Panasonic batterijen zijn helemaal opgeladen:
Instellingen
Batterijvolume
Pictogram batterij
Vol Half Laag Leeg
(knippert)
Batterijvolume
Het batterijvolume wordt aangeduid op het display.
·
De gebruiksomstandigheden kunnen de levensduur van de batterijen beïnvloeden:
— bekijken Lijst Oproepherkenning
— omgevingstemperatuur
·
Maak de contactpunten van de handset en het basistoestel elke maand schoon met een
zacht, droog doek. Maak het toestel vaker schoon als het in een vettige, stoffige of vochtige
ruimte staat. Zo niet worden de batterijen niet naar behoren opgeladen.
·
Als de batterijen helemaal opgeladen zijn, moet u de handset pas weer op het basistoestel plaatsen
als “ ” begint te knipperen. Hierdoor kunt u de levensduur van de batterijen maximaal gebruiken.
·
U kunt de batterijen niet overbelasten.
*
Ni-MH (nikkelmetaalhydride) oplaadbare batterijen (AAA) zijn beschikbaar. Als u de batterijen
vervangt, moet u de instelling voor de soort batterijen programmeren (zie p. 43).
·
Lees op pagina 44 aandachtig “Belangrijk bericht over correct gebruik en opladen van Ni-Cd (Ni-MH)
batterijen.
Functie
Levensduur Ni-MH batterij
(bij benadering) (in optie)
*
Ongeveer 12 uur
Ongeveer 130 uur
In gebruik (in gesprek)
Niet in gebruik (Stand-by)
Levensduur Ni-Cd batterij
(bij benadering) (meegeleverd)
Ongeveer 6 uur
Ongeveer 65 uur