685543
108
Verklein
Vergroot
Pagina terug
1/126
Pagina verder
Handleiding
Gebruiksaanwijzing
Bloedglucosesysteem
AW 06990202A
1
Handleiding
Bloedglucosesysteem
Select Plus Flex
2
Wij stellen het op prijs dat u
OneTouch® hebt gekozen!
Het OneTouchSelect Plus Flex™ bloedglucosesysteem is een
van de nieuwste productinnovaties van OneTouch®.
Uw OneTouchSelect Plus Flex™ meter is bedoeld om
verbinding te kunnen maken (synchroniseren) met een
aantal verschillende apparaten die softwaretoepassingen
uitvoeren waarmee u uw resultaten kunt bekijken en grafisch
kunt weergeven en waarmee u trends kunt identificeren. De
meterresultaten worden via BLUETOOTH® Smart (draadloos)
of via een aangesloten USB-kabel naar compatibele apparaten
gestuurd.
Elke OneTouch® meter is bedoeld om u te helpen uw
bloedglucose te testen en uw diabetes onder controle te
houden.
Deze handleiding biedt een volledige uitleg over het gebruik
van uw nieuwe meter en testtoebehoren. Hierin wordt
beschreven wat u wel en niet moet doen bij het testen van uw
bloedglucose. Bewaar deze handleiding op een veilige plek; u
kunt deze in de toekomst nog nodig hebben.
Wij hopen dat u de producten en diensten van OneTouch® lang
met plezier zult gebruiken.
3
Metersymbolen en -pictogrammen
Stroomvoorziening van de meter
Batterij bijna leeg
Batterij leeg
Controlevloeistof
Bezig met synchroniseren
Functie BLUETOOTH® Smart ingeschakeld
Geschiedenismodus (eerdere resultaten)
Druppel aanbrengen
Pijl van bereikindicator
Instellingsmodus
Compatibele draadloze apparaten
Bezoek www.LifeScan.be voor informatie over draadloze
apparaten die compatibel zijn met uw OneTouchSelect Plus
Flex™ meter en waar/hoe u de softwaretoepassing op uw
compatibele draadloze apparaat kunt downloaden.
4
Andere symbolen en pictogrammen
Aandachtspunten en waarschuwingen: Raadpleeg
de handleiding en de bijsluiters die met het
systeem zijn meegeleverd voor informatie over
veiligheid.
Gelijkstroom
Raadpleeg de gebruiksaanwijzing
Fabrikant
Lotnummer
Serienummer
Temperatuurgrenzen voor opslag
Medisch hulpmiddel voor in-vitrodiagnostiek
Niet opnieuw gebruiken
Gesteriliseerd door middel van straling
Niet voor normaal huisvuil
Uiterste gebruiksdatum
Bevat voldoende voor n tests
Certificering door Underwriters Laboratories
5
Voordat u begint
Lees voordat u dit product gaat gebruiken om uw
bloedglucose te testen eerst deze handleiding en de
bijsluiters die zijn meegeleverd met de OneTouchSelect®
Plus-teststrips, OneTouchSelect® Plus-controlevloeistof en de
OneTouch®Delica® prikpen goed door.
BELANGRIJKE VEILIGHEIDSINFORMATIE:
• Deze meter en de prikpen zijn uitsluitend voor gebruik bij
één patiënt. U mag ze niet met anderen delen, ook niet met
familieleden! Niet bij meerdere patiënten gebruiken!
• Na gebruik en blootstelling aan bloed moeten alle
onderdelen van deze verpakking worden beschouwd als
biologisch gevaarlijk afval. Gebruikte verpakkingen kunnen
mogelijk besmettelijke ziektes overdragen, zelfs nadat u
deze gereinigd en gedesinfecteerd hebt.
6
Beoogd gebruik
Het OneTouchSelect Plus Flex™ bloedglucosesysteem is
bedoeld om te worden gebruikt voor de kwantitatieve meting
van glucose (suiker) een druppel vers capillair vol bloed uit de
vingertoppen. Het systeem is bedoeld voor gebruik bij slechts
één patiënt en mag niet gedeeld worden.
Het OneTouchSelect Plus Flex™ bloedglucosesysteem is
bedoeld om door mensen met diabetes thuis buiten het
lichaam voor zelftests (in-vitro diagnostisch gebruik) te
worden gebruikt en om in een klinische omgeving door artsen/
diabetesverpleegkundigen te worden gebruikt als hulpmiddel
bij het controleren of de diabetes eectief onder controle wordt
gehouden.
Het OneTouchSelect Plus Flex™ bloedglucosesysteem mag niet
gebruikt worden voor de diagnose of opsporing van diabetes
en evenmin bij pasgeborenen.
Het OneTouchSelect Plus Flex™ bloedglucosesysteem mag niet
gebruikt worden bij ernstig zieke patiënten, patiënten die in
shock of uitgedroogd zijn of bij hyperosmolaire patiënten.
7
Testprincipe
Glucose in de bloeddruppel wordt vermengd met het enzym
glucose-oxidase (zie pagina105) in de teststrip. Hierdoor
wordt een zwakke elektrische stroom geproduceerd. De sterkte
van deze stroom is afhankelijk van de hoeveelheid glucose in
de bloeddruppel. Uw meter meet de stroomsterkte, berekent
uw bloedglucosewaarde, geeft het resultaat weer en slaat het
resultaat op in het geheugen.
Gebruik uitsluitend OneTouchSelect® Plus-controlevloeistof en
-teststrips met de OneTouchSelect Plus Flex™ meter.
BLUETOOTH® Smart draadloze
technologie
Sommige smartphones en veel andere apparaten
gebruiken de BLUETOOTH® Smart draadloze technologie.
Uw OneTouchSelect Plus Flex™ meter gebruikt draadloze
BLUETOOTH® Smart-technologie om met compatibele
draadloze apparaten te koppelen en deze uw glucoseresultaten
te sturen.
De OneTouchSelect Plus Flex™ meter is ontworpen om te
werken met de OneTouchReveal® mobiele app en veel andere
diabetestoepassingen op compatibele draadloze apparaten.
8
OPMERKING: Het is mogelijk dat sommige apps voor
diabetesbeheer, inclusief de mobiele OneTouchReveal® app,
niet in uw land verkrijgbaar zijn. Ga naar www.LifeScan.be
om te zien of de mobiele OneTouchReveal® app in uw land
verkrijgbaar is.
Bezoek www.LifeScan.be voor informatie over draadloze
apparaten die compatibel zijn met uw OneTouchSelect Plus
Flex™ meter en waar/hoe u de softwaretoepassing op uw
compatibele draadloze apparaat kunt downloaden.
Wanneer u het OneTouchSelect Plus Flex™ systeem gebruikt,
adviseren we u om uw OneTouchSelect Plus Flex™ meter
te koppelen met een compatibel draadloos apparaat
om uw resultaten bij te houden. Zie pagina29 voor
koppelingsinstructies.
Uw meter is onderworpen aan en voldoet aan de toepasselijke
regels en richtlijnen inzake wereldwijde radioverordeningen.
In het algemeen bevatten deze richtlijnen twee specifieke
voorwaarden met betrekking tot de werking van het apparaat:
1. Dit apparaat mag geen schadelijke storingen veroorzaken.
2. Dit apparaat moet alle ontvangen storingen accepteren,
inclusief storingen waardoor het mogelijk niet naar behoren
werkt.
9
Deze richtlijnen helpen verzekeren dat uw meter de werking
van elektronische apparatuur in de nabijheid niet beïnvloedt.
Bovendien mogen andere elektronische apparaten het gebruik
van uw meter niet beïnvloeden.
Als u storingsproblemen hebt met de meter, kunt u proberen
de meter bij de storingsbron vandaan te halen. U kunt ook het
elektronische apparaat of de antenne ervan verplaatsen om het
probleem op te lossen.
WAARSCHUWING: De BLUETOOTH® Smart-functie op uw
meter stuurt testresultaten naar uw compatibele draadloze
apparaat. Om te voorkomen dat de resultaten van andere
mensen naar uw compatibele draadloze apparaat worden
gestuurd, mag u niemand anders uw meter laten gebruiken
om zijn of haar bloedglucose te testen. Deze meter is
uitsluitend bestemd voor gebruik bij één patiënt.
WAARSCHUWING: Op plaatsen waar het gebruik van
mobiele telefoons niet is toegestaan, zoals in ziekenhuizen,
de praktijk van sommige artsen/diabetesverpleegkundigen
en in het vliegtuig, moet u de BLUETOOTH® Smart-functie
uitschakelen. Zie pagina27 voor meer informatie.
BLUETOOTH® Smart-handelsmerk
Het BLUETOOTH® Smart-woordmerk en de logo's zijn
eigendom van Bluetooth SIG, Inc. en eventueel gebruik van
dergelijke merken door LifeScan Scotland Ltd. is onder licentie.
Andere handelsmerken en handelsnamen zijn eigendom van
hun respectieve eigenaren.
10
Inhoud
 1 Het systeem leren kennen ............................................12
 2 Het systeem instellen ..................................................22
De meter instellen ........................................................................22
Verbinding maken met een compatibel draadloos
apparaat .................................................................................... 27
De meter uitschakelen .................................................................33
 3 Een test uitvoeren .......................................................34
Uw bloedglucose testen ............................................................ 34
Met controlevloeistof testen...................................................... 62
 4 Eerdere resultaten bekijken .......................................72
11
 5 Uw instellingen wijzigen .............................................76
Tijd en datum wijzigen ................................................................76
Uw bereikgrenzen wijzigen ........................................................ 77
 6 Onderhoud van het systeem ......................................80
 7 Batterij .........................................................................84
 8 Problemen met het systeem oplossen ....................... 88
 9 Gedetailleerde informatie over het systeem ...........100
10 Index ..........................................................................120
12
 1 Het systeem leren kennen
Uw OneTouchSelect Plus Flex™
bloedglucosesysteem
De verpakking bevat:
OneTouchSelect Plus Flex™
meter (CR2032 lithium
knoopcelbatterij
meegeleverd)
Prikpen
Lancetten OneTouchSelect® Plus-
teststrips*
13
1
Het systeem leren kennen
OPMERKING: Als iets in de verpakking ontbreekt of defect is,
neemt u contact op met de klantenservice. Neem contact op via
onze gratis OneTouch® lijn op 0800-15325 (België) of ga naar
onze website www.LifeScan.be.
OPMERKING: Als een ander type prikpen is meegeleverd,
raadpleegt u de instructies die bij die prikpen horen.
14
1
Het systeem leren kennen
OneTouchSelect® Plus
Mid-controlevloeistof*
OneTouchSelect®
Plus-teststrips*
*OneTouchSelect® Plus-controlevloeistof en -teststrips zijn
afzonderlijk verkrijgbaar. Neem contact op met uw arts/
diabetesverpleegkundige voor informatie over waar u teststrips
en controlevloeistof kunt krijgen.
Afzonderlijk verkrijgbaar:
De artikelen die hieronder worden vermeld, hebt u
wel nodig, maar zijn mogelijk niet in de verpakking
meegeleverd:
Ze worden afzonderlijk verkocht. Raadpleeg de doos van uw
meter om te zien wat de inhoud is.
15
1
Het systeem leren kennen
WAARSCHUWING: Bewaar de meter en de testtoebehoren
buiten het bereik van jonge kinderen. Kleine onderdelen
zoals het batterijklepje, de batterijen, de teststrips, de
lancetten, de beschermdopjes van de lancetten en de dop
van het flesje controlevloeistof kunnen verstikkingsgevaar
opleveren. Geen van de onderdelen innemen of inslikken.
16
1
Het systeem leren kennen
Meter
Uw OneTouchSelect Plus Flex™
bloedglucosesysteem leren kennen
17
1
Het systeem leren kennen
18
1
Het systeem leren kennen
Teststrip
De OneTouchSelect® Plus-teststrip
leren kennen
19
1
Het systeem leren kennen
De bereikindicatorfunctie
De OneTouchSelect Plus Flex™ meter laat u automatisch
weten of uw huidige resultaat onder, boven of binnen uw
bereikgrenzen ligt. Uw huidige resultaat wordt weergegeven
met een bereikindicatorpijl die naar de overeenkomstige
kleur op de kleurenbalk van de bereikindicator onderaan
het meterscherm wijst. Gebruik de bereikindicatorpijl en de
kleurenbalk samen om uw resultaten te interpreteren.
20
1
Het systeem leren kennen
3 mogelijke weergaven van de
bereikindicator
Na elke test wordt direct onder uw
resultaat een bereikindicatorpijl
weergegeven, afhankelijk van de
onder- en bovengrenzen van het
bereik die u op de meter hebt
ingesteld.
Het is belangrijk om het volgende
te onthouden voordat u de
bereikindicatorfunctie gebruikt:
• De meter wordt geleverd met
vooraf ingestelde bereikgrenzen.
De vooraf ingestelde ondergrens
van het bereik is 70mg/dL en de
vooraf ingestelde bovengrens
van het bereik is 180mg/dL. U
kunt deze grenzen wijzigen zoals
voor u nodig is. Zie pagina77
voor details over de vooraf
ingestelde bereikgrenzen en
over hoe u uw bereikgrenzen
kunt wijzigen.
Voorbeeld
Resultaat onder bereik
Voorbeeld
Resultaat binnen bereik
Voorbeeld
Resultaat boven bereik
21
1
Het systeem leren kennen
• Als u besluit om uw bereikgrenzen te wijzigen, worden
de bereikindicatorpijlen die in het metergeheugen bij
eerdere resultaten zijn opgeslagen, niet gewijzigd. Nieuwe
tests geven echter bereikindicatorpijlen weer volgens uw
wijzigingen.
22
 2 Het systeem instellen
De meter instellen
De meter inschakelen
Om uw meter in te schakelen
houdt u ingedrukt tot
het opstartscherm wordt
weergegeven. Zodra het
apparaat is ingeschakeld, laat
u los. U kunt de meter ook
inschakelen door een teststrip
te plaatsen.
LET OP:
Als u ziet dat segmenten ontbreken op het opstartscherm, kan
er een probleem zijn met de meter. Neem contact op met de
gratis OneTouch® lijn via 0800-15325 (België).
OPMERKING: Als u bij het eerste gebruik van uw meter een
teststrip hebt geplaatst in plaats van op
te drukken, kunt u
geen glucosetest uitvoeren tot u de aanvangsinstellingen hebt
ingevoerd.
Iedere keer dat u uw meter inschakelt, wordt gedurende enkele
seconden een opstartscherm weergegeven. Alle segmenten
van het scherm worden heel even weergegeven, om aan te
geven dat uw meter goed werkt. Als de meter niet inschakelt,
moet u de batterij controleren.
23
2
Het systeem instellen
Aanvangsinstellingen
Schakel uw meter in door
ingedrukt te houden tot het
opstartscherm wordt weergegeven. Zodra het apparaat is
ingeschakeld, laat u los. De meter geeft u nu automatisch
opdracht om de tijd en de datum in te stellen. Het pictogram
SET wordt op het scherm weergegeven om aan te geven dat de
meter in de instellingsmodus staat.
De tijd instellen
Het uur knippert.
• Als het juiste uur wordt
weergegeven, drukt u op
om het uur te bevestigen.
• Als niet het juiste uur
wordt weergegeven, drukt u op
of om het
uur te wijzigen; druk vervolgens op om het uur te
bevestigen.
De minuten knipperen.
• Als de juiste minuten worden
weergegeven, drukt u op
om de minuten te bevestigen.
• Als niet de juiste minuten
worden weergegeven, drukt u op
of om de
minuten te wijzigen; druk vervolgens op om de
minuten te bevestigen.
24
2
Het systeem instellen
De datum instellen
Nadat de tijd is ingesteld, gaat de meter automatisch door naar
de datuminstelling.
De maand knippert.
• Als de juiste maand wordt
weergegeven, drukt u
op
om de maand te
bevestigen.
• Als niet de juiste maand
wordt weergegeven, drukt u
op
of om de maand
te wijzigen; druk vervolgens
op om de maand te
bevestigen.
Het jaar knippert.
• Als het juiste jaar wordt
weergegeven, drukt u op
om het jaar te bevestigen.
• Als niet het juiste jaar wordt
weergegeven, drukt u op
of om het jaar te
wijzigen; druk vervolgens
op om het jaar te
bevestigen.
25
2
Het systeem instellen
De dag knippert.
• Als de juiste dag wordt
weergegeven, drukt u op
om de dag te bevestigen.
• Als niet de juiste dag wordt
weergegeven, drukt u op
of om de dag te wijzigen;
druk vervolgens op om
de dag te bevestigen.
U bent nu klaar om een test
uit te voeren. Zie het deel
Uw bloedglucose testen in
hoofdstuk 3.
OPMERKING: Nadat u de aanvangsinstellingen hebt
ingevoerd, wordt een scherm met drie streepjes weergegeven.
Zodra u met de test begint, wordt in plaats van de drie
streepjes uw laatste resultaat weergegeven, evenals de datum
en tijd van die test.
26
2
Het systeem instellen
De instellingen voor datum en tijd wijzigen
na de aanvangsinstellingen
Nadat u de aanvangsinstellingen in de meter hebt ingevoerd,
kunt u de datum en tijd nog wijzigen. Houd
ingedrukt om
de meter in te schakelen en houd vervolgens en tegelijk
ingedrukt. Het scherm SET wordt weergegeven. Zie pagina76.
Nadat u de instellingen hebt aangepast, sluit de meter de
instellingsmodus af en wordt uw laatste resultaatscherm
weergegeven.
27
2
Het systeem instellen
Verbinding maken met een compatibel
draadloos apparaat
De BLUETOOTH® Smart-functie in- en
uitschakelen
Om uw meter en uw compatibele draadloze apparaat met
elkaar te verbinden, moet de BLUETOOTH® Smart-functie
ingeschakeld zijn. Het symbool
wordt op het meterscherm
weergegeven wanneer de BLUETOOTH® Smart-functie is
ingeschakeld. Wanneer het symbool niet op het meterscherm
wordt weergegeven, is de BLUETOOTH® Smart-functie
uitgeschakeld.
• Om de BLUETOOTH® Smart-functie in te schakelen, houdt u
tegelijk
en ingedrukt.
• Om de BLUETOOTH® Smart-functie uit te schakelen, houdt u
tegelijk
en ingedrukt.
Het symbool
geeft aan
dat de BLUETOOTH® Smart
is ingeschakeld.
OPMERKING: De BLUETOOTH® Smart-functie wordt tijdens
een bloedglucosetest UITgeschakeld.
28
2
Het systeem instellen
Het koppelen van uw meter
Door uw OneTouchSelect Plus Flex™ meter te koppelen kan de
meter met compatibele draadloze apparaten communiceren.
De apparaten moeten zich op een afstand van maximaal
8meter van elkaar bevinden om de koppeling tot stand te
kunnen brengen en te kunnen synchroniseren. Download
de OneTouchReveal® mobiele app van de juiste app-winkel
voordat u uw meter en compatibele draadloze apparaat met
elkaar gaat koppelen.
OPMERKING: Het is mogelijk dat sommige apps voor
diabetesbeheer, inclusief de mobiele OneTouchReveal® app,
niet in uw land verkrijgbaar zijn. Ga naar www.LifeScan.be
om te zien of de mobiele OneTouchReveal® app in uw land
verkrijgbaar is.
Er kunnen meerdere OneTouchSelect Plus Flex™ meters met
uw compatibele draadloze apparaat worden gekoppeld. Uw
compatibele draadloze apparaat kan bijvoorbeeld worden
gekoppeld met een meter thuis en met een andere meter op
uw werk. Om meerdere meters te koppelen, herhaalt u de
koppelingsinstructies voor elke meter. Zie pagina29 voor
koppelingsinstructies.
Uw OneTouchSelect Plus Flex™ meter kan worden gekoppeld
met meerdere compatibele draadloze apparaten. Om de meter
met meerdere compatibele draadloze apparaten te koppelen,
herhaalt u de koppelingsinstructies voor elk compatibel
draadloos apparaat.
29
2
Het systeem instellen
Koppelingsinstructies
1. Schakel eerst uw meter in met behulp van de knop
.
2. De BLUETOOTH® Smart-functie wordt ingeschakeld door
en tegelijk in te drukken.
Het symbool
wordt
weergegeven om aan te geven
dat de BLUETOOTH® Smart is
ingeschakeld.
3. Open de mobiele OneTouchReveal® app en volg de
instructies om uw meter en uw compatibele draadloze
apparaat met elkaar te koppelen.
30
2
Het systeem instellen
4. Kijk of u het woord OneTouch en de laatste 4 tekens van
het meterserienummer ziet op uw compatibele draadloze
apparaat om uw meter correct te identificeren.
31
2
Het systeem instellen
5. Wanneer de mobiele OneTouchReveal® app dit vraagt,
geeft de meter een PIN-nummer van zes cijfers weer.
Voer het PIN-nummer in uw compatibele draadloze apparaat in
met behulp van het toetsenblok van uw compatibele draadloze
apparaat.
Voorbeeld van een
PIN-nummer op het scherm
van de meter
LET OP:
Zorg dat de PIN die u op uw compatibele draadloze apparaat
invoert, precies overeenkomt met de PIN op het scherm van
uw meter. Als onverwacht een PIN-nummer op het scherm van
uw meter wordt weergegeven, annuleert u het verzoek om de
PIN door een teststrip te plaatsen om een test uit te voeren, of
drukt u op de knop
om de geschiedenismodus te openen.
6. Wacht tot uw compatibele draadloze apparaat aangeeft
dat uw meter en uw compatibele draadloze apparaat met
elkaar zijn gekoppeld.
32
2
Het systeem instellen
Synchroniseren om resultaten draadloos
naar de mobiele OneTouchReveal® app te
sturen
Nadat u de meter en uw compatibele draadloze apparaat met
elkaar hebt gekoppeld, kunt u resultaten naar de mobiele
OneTouchReveal® app sturen.
1. Open de mobiele OneTouchReveal® app op uw
compatibele draadloze apparaat.
2. Houd
ingedrukt en controleer of de BLUETOOTH®
Smart-functie is INGESCHAKELD zoals wordt aangegeven
met ( ).
Druk zo nodig
en tegelijk in om de BLUETOOTH® Smart-
functie in te schakelen.
Het synchronisatiesymbool
(
) knippert op het
meterscherm. In the app wordt
een melding weergegeven dat de
meter met de app communiceert.
Bezig met gegevens
synchroniseren
Na het synchroniseren verdwijnt het synchronisatiesymbool,
het bericht verdwijnt van de app en de app geeft een lijst met
nieuwe resultaten weer die vanuit de meter zijn verzonden.
OPMERKING: Als u tijdens de gegevensoverdracht een
teststrip plaatst, wordt de overdracht van alle resultaten
geannuleerd. Het symbool knippert op het scherm en u kunt
doorgaan met testen.
33
2
Het systeem instellen
De meter uitschakelen
Er zijn drie manieren om de meter uit te schakelen:
• Houd
een aantal seconden ingedrukt tot de meter wordt
uitgeschakeld.
• Verwijder de teststrip.
• Na twee minuten zonder gebruik schakelt de meter vanzelf
uit.
OPMERKING: Na de glucosetest is de verbinding van
de meter via BLUETOOTH® Smart nog maximaal 4uur
beschikbaar. Zie pagina57 voor meer details.
34
Uw bloedglucose testen
Test uw bloedglucose
OPMERKING: Veel mensen vinden het nuttig om de
testprocedure eerst te oefenen met controlevloeistof in plaats
van met bloed. Zie pagina62.
Een test voorbereiden
Leg het volgende klaar als u gaat testen:
OneTouchSelect Plus Flex™ meter
OneTouchSelect® Plus-teststrips
Prikpen
Steriele lancetten
 3 Een test uitvoeren
OPMERKING:
• Gebruik uitsluitend OneTouchSelect® Plus-teststrips.
• Zorg dat de meter en de teststrips ongeveer dezelfde
temperatuur hebben voordat u begint met testen.
• Niet testen als u condenswater op uw meter ziet. Breng uw
meter en strips naar een koele, droge plaats en wacht tot
het oppervlak van de meter is opgedroogd voordat u gaat
testen.
• Bewaar de teststrips op een koele, droge plaats tussen 5°C
en 30°C.
35
3
Een test uitvoeren
• Open het buisje met teststrips pas als u klaar bent om er
een teststrip uit te halen en een test uit te voeren. Gebruik
de teststrip onmiddellijk nadat u hem uit het buisje hebt
verwijderd, met name in een heel vochtige omgeving,
• Sluit het buisje onmiddellijk na gebruik stevig met de dop
om besmetting en beschadiging te voorkomen.
• Bewaar de ongebruikte teststrips uitsluitend in het
oorspronkelijke buisje.
• Plaats de gebruikte teststrip niet terug in het buisje nadat u
de test hebt uitgevoerd.
• Gebruik een teststrip niet opnieuw als u er al eerder bloed
of controlevloeistof op hebt aangebracht. De teststrips zijn
uitsluitend bedoeld voor eenmalig gebruik.
• Test niet met een teststrip die verbogen of beschadigd is.
• Als uw handen schoon en droog zijn, kunt u de teststrip
overal aanraken. U mag de teststrip op geen enkele manier
buigen, inknippen of wijzigen.
BELANGRIJK: Als iemand u helpt bij het testen, moeten de
meter, de prikpen en de dop altijd gereinigd en gedesinfecteerd
worden voordat die andere persoon ze gaat gebruiken. Zie
pagina80.
36
3
Een test uitvoeren
OPMERKING: Vergelijking van de bloedglucoseresultaten die
met deze meter zijn verkregen, met die van andere meters
wordt niet aanbevolen. De resultaten van de twee meters zullen
waarschijnlijk verschillen, en kunnen niet worden gebruikt om
de werking van uw meter te verifiëren. Om de nauwkeurigheid
van uw meter te verifiëren, moet u van tijd tot tijd de
resultaten van uw meter vergelijken met de resultaten van een
laboratorium. Zie pagina100 voor meer informatie.
LET OP:
• Het OneTouchSelect Plus Flex™ systeem mag niet
worden gebruikt als bekend is of vermoed wordt dat het
volbloedmonster van de patiënt PAM (pralidoxime) bevat.
Dit kan onnauwkeurige resultaten veroorzaken.
• Gebruik uw teststrips niet als het buisje beschadigd is
of heeft opengestaan. Dit kan leiden tot foutmeldingen
of onnauwkeurige resultaten. Bel onmiddellijk de
klantenservice als het teststripbuisje beschadigd is. Gratis
OneTouch® lijn via 0800-15325 (België).
• Als u geen test kunt uitvoeren vanwege een probleem
met uw testtoebehoren, neemt u contact op met uw arts/
diabetesverpleegkundige. Als u geen tests uitvoert, kan dit
beslissingen omtrent behandeling vertragen en leiden tot
een ernstige medische aandoening.
37
3
Een test uitvoeren
• Het buisje met teststrips bevat droogmiddelen die
schadelijk zijn bij inademen of inslikken en die irritatie van
de huid of de ogen kunnen veroorzaken.
• Gebruik de teststrips niet na de vervaldatum die op het
buisje staat gedrukt.
38
3
Een test uitvoeren
Uw OneTouch®Delica® prikpen leren
kennen
39
3
Een test uitvoeren
OPMERKING:
• Met de OneTouch®Delica® prikpen kunt u UITSLUITEND
OneTouch®Delica® lancetten gebruiken.
• Als een ander type prikpen is meegeleverd, raadpleegt u de
instructies die bij die prikpen horen.
• Het OneTouchSelect Plus Flex™ bloedglucosesysteem is
niet geëvalueerd voor testen op een andere plaats (AST).
Gebruik alleen de vingertoppen bij het testen met het
systeem.
• Met het OneTouch®Delica® prikpensysteem worden
geen materialen meegeleverd voor testen op een andere
plaats (AST). Het OneTouch®Delica® prikpensysteem
mag bij gebruik van het OneTouchSelect Plus Flex™
bloedglucosesysteem niet worden gebruikt op de onderarm
of handpalm.
40
3
Een test uitvoeren
Voorzorgsmaatregelen bij het prikken
LET OP:
Ga als volgt te werk om de kans op infecties en ziekten die
door bloed worden verspreid te verkleinen:
• Was de prikplaats met warm water en zeep en spoel en
droog hem voordat u een bloeddruppel afneemt.
• De prikpen is bedoeld voor gebruik door één persoon. Deel
nooit een lancet of een prikpen met iemand anders.
• Gebruik voor elke test altijd een nieuw, steriel lancet.
• Zorg dat uw meter en prikpen altijd schoon zijn (zie
pagina80).
• De meter en de prikpen zijn uitsluitend voor gebruik bij
één patiënt. Deel ze met niemand anders, ook niet met
familieleden! Niet bij meerdere patiënten gebruiken!
• Na gebruik en blootstelling aan bloed moeten alle
onderdelen van deze verpakking worden beschouwd als
biologisch gevaarlijk afval. Gebruikte verpakkingen kunnen,
zelfs na reiniging en desinfectie, besmettelijke ziektes
overdragen.
41
3
Een test uitvoeren
De prikpen gereedmaken
1. De dop van de prikpen verwijderen
Verwijder de dop door
deze linksom te draaien en
vervolgens recht van de pen af
te trekken.
42
3
Een test uitvoeren
2. Een steriel lancet in de prikpen plaatsen
Breng het lancet in de juiste
positie ten opzichte van de
prikpen, zoals hier afgebeeld,
zodat het lancet in de
lancethouder past. Druk het
lancet in de prikpen tot het op
zijn plaats klikt en volledig in de
houder is geplaatst.
Draai het beschermdopje
één keer helemaal rond tot
het loskomt van het lancet.
Bewaar het beschermdopje -
u hebt het nog nodig om het
lancet te verwijderen en weg
te gooien. Zie pagina59.
43
3
Een test uitvoeren
3. De dop weer op de prikpen plaatsen
Plaats de dop weer op de prikpen en draai hem rechtsom vast.
Niet te vast aandraaien.
44
3
Een test uitvoeren
4. De diepte instellen
De prikpen heeft zeven standen
voor de prikdiepte, van 1 t/m
7. Lagere nummers zijn voor
ondiepe prikken en hogere
nummers voor diepe prikken.
Bij kinderen en de meeste
volwassenen volstaan ondiepe
prikken. Bij mensen met een
dikke huid of eeltplekken zijn
diepere prikken nodig. Draai aan het dieptewieltje om de
instelling te kiezen.
OPMERKING: Een ondiepe prik in de vingertop is mogelijk
minder pijnlijk. Probeer eerst een ondiepe instelling en prik
dieper tot u een instelling vindt waarbij u een druppel bloed
van de juiste omvang kunt afnemen.
5. De prikpen aanspannen
Schuif het spanmechanisme
naar achteren tot u een klik
hoort. Als u geen klik hoort,
was de prikpen misschien al
aangespannen toen het lancet
werd geplaatst.
45
3
Een test uitvoeren
De meter gereedmaken
1. Plaats een teststrip om de meter in te schakelen
Schuif een teststrip in de teststrippoort met de contactstaafjes
naar u toe gericht.
OPMERKING: Er is geen
aparte stap nodig om de meter
te coderen.
Op het scherm wordt
het knipperende
bloeddruppelpictogram
(
) weergegeven. U kunt
nu uw bloeddruppel op de
teststrip aanbrengen.
46
3
Een test uitvoeren
Een bloeddruppel uit de vingertop
afnemen
Kies voor elke test een andere prikplaats.
Herhaald prikken op dezelfde plaats kan pijnlijk zijn en
littekenweefsel veroorzaken.
Was uw handen grondig met warm water en zeep voordat u
een test uitvoert. Spoel en droog goed af.
1. Prik in uw vinger.
Houd de prikpen stevig tegen
de zijkant van uw vinger. Druk
op de ontspanknop. Neem de
prikpen van uw vinger.
47
3
Een test uitvoeren
2. Krijg een ronde druppel
bloed.
Knijp voorzichtig in uw
vingertop en/of masseer deze
een beetje totdat zich een
ronde druppel bloed op de
vingertop heeft gevormd.
OPMERKING: Als de
bloeddruppel uitsmeert of
uitloopt, is die niet bruikbaar.
Droog de plek af en knijp
voorzichtig tot er nog een druppel
bloed wordt gevormd of prik op
een andere plaats.
48
3
Een test uitvoeren
Bloed aanbrengen en resultaten aflezen
Maak u gereed om de bloeddruppel aan te brengen.
Breng de meter met de teststrip
naar de druppel bloed en houd
daarbij uw vinger uitgestrekt
en stil.
Breng het bloed niet aan op de
bovenkant van de teststrip.
Houd de meter met de teststrip niet
onder de bloeddruppel. Hierdoor kan
het bloed in de teststrippoort lopen en
kan de meter beschadigd raken.
Laat het bloed niet in de
gegevenspoort lopen.
49
3
Een test uitvoeren
De bloeddruppel aanbrengen
Houd de teststrip zodanig dat het smalle kanaaltje aan de rand
van de teststrip bijna de bloeddruppel raakt.
Raak met het kanaaltje
voorzichtig de bloeddruppel
aan.
50
3
Een test uitvoeren
• Druk de teststrip niet te stevig tegen de prikplaats; hierdoor
kan het kanaaltje afgesloten worden waardoor het mogelijk
niet goed wordt gevuld.
• Smeer of schraap de bloeddruppel
niet met de teststrip.
• Breng niet méér bloed aan op de
teststrip nadat u de strip van de
bloeddruppel hebt verwijderd.
• Beweeg de teststrip niet in de
meter tijdens een test; u kunt
daardoor een foutmelding krijgen
of de meter kan uitgeschakeld worden.
• Verwijder de teststrip niet uit de meter voordat het resultaat
wordt weergegeven; de meter kan daardoor uitgeschakeld
worden.
51
3
Een test uitvoeren
Wacht tot het bevestigingsvenster volledig is gevuld.
De bloeddruppel wordt in het smalle kanaaltje gezogen en het
bevestigingsvenster moet zich volledig vullen.
52
3
Een test uitvoeren
LET OP:
U kunt een foutmelding of een onnauwkeurig resultaat krijgen
als het bevestigingsvenster niet volledig door de bloeddruppel
wordt gevuld. Gooi de gebruikte teststrip weg en begin de test
opnieuw met een nieuwe teststrip.
Wanneer het bevestigingsvenster helemaal vol is,
betekent dit dat u voldoende bloed hebt aangebracht. Het
aftelscherm wordt weergegeven. Nu kunt u de teststrip van
de bloeddruppel verwijderen; wacht terwijl de meter aftelt
(ongeveer 5seconden).
Aftelscherm
53
3
Een test uitvoeren
Uw resultaat bekijken
Uw resultaat wordt op het scherm
weergegeven, evenals de maateenheid
en de datum en tijd van de test.
Nadat uw glucoseresultaat wordt
weergegeven, wordt op het scherm,
onder uw glucoseresultaat, ook een
bereikindicatorpijl weergegeven die
aangeeft of uw resultaat onder, boven
of binnen uw bereikgrenzen ligt (zie
pagina19). De pijl wijst op de meter
naar de overeenkomstige kleur op de
kleurenbalk van de bereikindicator, als
zichtbare herinnering.
Voorbeeld
Resultaat onder
bereik
Voorbeeld
Resultaat binnen
bereik
Voorbeeld
Resultaat boven
bereik
LET OP:
Neem op basis van de
bereikindicatorfunctie niet onmiddellijk
een beslissing over uw behandeling.
Beslissingen over uw behandeling
moet worden gebaseerd op numerieke
resultaten en advies van een arts/
diabetesverpleegkundige, en niet
uitsluitend op waar uw resultaat ten
opzichte van uw bereikgrenzen valt.
WAARSCHUWING: Controleer of de maateenheid
mg/dL wordt weergegeven. Als op uw scherm de
maateenheid mmol/L wordt weergegeven in plaats
van mg/dL, moet u het gebruik van de meter stoppen
en contact opnemen met de klantenservice.
54
3
Een test uitvoeren
Onverwachte resultaten interpreteren
Raadpleeg de volgende aandachtspunten wanneer uw
resultaten hoger of lager dan verwacht zijn.
LET OP:
Lage resultaten
Als uw resultaat lager is dan
70mg/dL of de meter geeft
LO weer (dit betekent dat het
resultaat lager is dan 20mg/dL),
kan dit op hypoglykemie wijzen.
Hiervoor kan onmiddellijk behandeling nodig zijn, volgens
het advies van uw arts/diabetesverpleegkundige. Hoewel dit
resultaat het gevolg kan zijn van een testfout, is het veiliger
eerst te behandelen en vervolgens opnieuw te testen.
OPMERKING: Wanneer uw glucoseresultaat lager is dan
20mg/dL, knipperen de melding LO en de bereikindicatorpijl
op het meterscherm.
LET OP:
Uitdroging en lage resultaten
U kunt foutief lage resultaten krijgen als u ernstig bent
uitgedroogd. Neem onmiddellijk contact op met een arts/
diabetesverpleegkundige als u denkt dat u ernstig bent
uitgedroogd.
55
3
Een test uitvoeren
LET OP:
Hoge resultaten
• Als uw resultaat hoger is dan 180mg/dL, kan dit wijzen
op hyperglykemie (hoge bloedglucose), en moet u
overwegen om opnieuw te testen. Raadpleeg uw arts/
diabetesverpleegkundige als u zich zorgen maakt over
hyperglykemie.
• Uw meter geeft HI aan
wanneer het resultaat
hoger is dan 600mg/dL.
U kunt ernstige
hyperglykemie (zeer hoge
bloedglucose) hebben. Test
uw bloedglucose opnieuw. Als het resultaat opnieuw HI is,
wijst dit op een ernstig probleem met de controle van uw
bloedglucose. Neem onmiddellijk contact op met uw arts/
diabetesverpleegkundige en volg zijn/haar instructies op.
OPMERKING: Wanneer uw glucoseresultaat hoger is dan
600mg/dL, knipperen de melding HI en de bereikindicatorpijl
op het meterscherm.
56
3
Een test uitvoeren
LET OP:
Herhaaldelijk onverwachte resultaten
• Als u voortdurend onverwachte resultaten krijgt, moet u het
systeem met controlevloeistof controleren.
• Als u symptomen hebt die niet overeenkomen met uw
resultaten, en u hebt alle instructies in deze handleiding
opgevolgd, moet u uw arts/diabetesverpleegkundige
bellen. Negeer nooit symptomen en breng nooit belangrijke
wijzigingen in uw diabetesbehandelplan aan zonder eerst
uw arts/diabetesverpleegkundige om advies te vragen.
Ongewoon gehalte rode bloedcellen
Een hematocrietpercentage (percentage van het bloed dat
uit rode bloedcellen bestaat) dat zeer hoog (hoger dan 55%)
of zeer laag (lager dan 30%) is, kan een onjuist resultaat
veroorzaken.
57
3
Een test uitvoeren
Uw resultaten naar de app sturen
Als de BLUETOOTH® Smart-functie op de meter is ingeschakeld,
zoals wordt aangegeven met het BLUETOOTH® Smart-symbool
(
), stuurt de meter automatisch het nieuwste resultaat
naar elk gekoppeld compatibel draadloos apparaat. Op het
compatibele draadloze apparaat moet de app actief zijn en
het apparaat moet al met de meter gekoppeld zijn voordat het
resultaat wordt verzonden.
OPMERKING: Op het compatibele draadloze apparaat moet de
app actief zijn en het apparaat moet al met de meter gekoppeld
zijn voordat het resultaat wordt verzonden. Zie pagina28.
OPMERKING: Als de BLUETOOTH® Smart-functie op de
meter is uitgeschakeld, of als de meter buiten bereik is,
wordt het resultaat niet naar het compatibele draadloze
apparaat gestuurd. Het resultaat wordt met de huidige datum
en tijd in het metergeheugen opgeslagen, en wordt bij de
volgende synchronisatie naar de app gestuurd. De verzonden
resultaten worden ook in de meter opgeslagen. Om te kunnen
synchroniseren, moet de app geopend en actief zijn op uw
compatibele draadloze apparaat.
Om te verzekeren dat de testresultaten met succes naar de app
worden verzonden, schakelt u de BLUETOOTH® Smart-functie
in en controleert u het volgende:
• Het compatibele draadloze apparaat en de meter zijn beide
ingeschakeld en de app is actief.
58
3
Een test uitvoeren
• De meter is op de juiste manier gekoppeld met uw
compatibele draadloze apparaat.
• De BLUETOOTH® functie is actief op beide apparaten
(aangegeven met
) en de apparaten bevinden zich binnen
8meter van elkaar.
• De meter probeert de resultaten tot maximaal 4uur na de
test te verzenden, zelfs als de meter uitgeschakeld lijkt te
zijn. Dit wordt aangegeven met het BLUETOOTH® Smart-
symbool (
) dat op het meterscherm zichtbaar blijft.
Voorbeeld
Als u de resultaten dan nog steeds niet naar het compatibele
draadloze apparaat kunt sturen, belt u de klantenservice. Gratis
OneTouch® lijn via 0800-15325 (België).
OPMERKING: Als u tijdens de gegevensoverdracht een
teststrip plaatst, wordt de overdracht van alle resultaten
geannuleerd. Het symbool
wordt op het scherm
weergegeven en u kunt doorgaan met testen.
59
3
Een test uitvoeren
Het gebruikte lancet verwijderen
OPMERKING: Deze prikpen heeft een uitwerpfunctie, zodat u
het gebruikte lancet er niet uit hoeft te trekken.
1. De dop van de prikpen verwijderen
Verwijder de dop door
deze linksom te draaien en
vervolgens recht van de pen af
te trekken.
De meter gebruiken zonder met een app te
synchroniseren
De meter kan ook zonder compatibel draadloos apparaat of
de app gebruikt worden. U kunt nog steeds uw bloedglucose
testen en maximaal 500resultaten op de meter bekijken.
60
3
Een test uitvoeren
3. Het lancet uitwerpen
Schuif de uitwerpknop naar
voren tot het lancet uit de
prikpen springt. Schuif de
uitwerpknop terug naar zijn
oorspronkelijke positie.
Als het lancet niet goed wordt
uitgeworpen, spant u de
prikpen nogmaals en schuift de
uitwerpknop naar voren tot het
lancet naar buiten komt.
2. De punt van het blootliggende lancet afdekken
Voordat u het lancet verwijdert, plaatst u het beschermdopje
van het lancet op een hard oppervlak en duwt de punt van het
lancet in het dopje.
61
3
Een test uitvoeren
4. De dop weer op de prikpen plaatsen
Plaats de dop weer op de prikpen en draai hem rechtsom vast.
Niet te vast aandraaien.
Het is van belang dat u iedere keer dat u een bloeddruppel
afneemt, een nieuw lancet gebruikt. Laat het lancet niet in de
prikpen zitten. Hiermee voorkomt u infecties en pijn aan uw
vingertoppen.
62
3
Een test uitvoeren
Het gebruikte lancet en de gebruikte
teststrip weggooien
Wees na ieder gebruik voorzichtig bij het weggooien van het
gebruikte lancet om te voorkomen dat u zich per ongeluk aan
het lancet prikt. Gebruikte lancetten en teststrips kunnen in uw
regio beschouwd worden als biologisch gevaarlijk afval. Zorg
dat u voor de juiste manier van weggooien het advies van uw
arts/diabetesverpleegkundige opvolgt of te werk gaat volgens
de plaatselijke regelgeving.
Was uw handen grondig met water en zeep nadat u de meter,
de teststrips, de prikpen en het dopje hebt gebruikt.
Met controlevloeistof testen
Voorzorgsmaatregelen bij het testen met
controlevloeistof
De OneTouchSelect® Plus-controlevloeistof wordt
gebruikt om te controleren of de meter en de teststrips
goed samenwerken en of de test goed wordt uitgevoerd.
(Controlevloeistof is afzonderlijk verkrijgbaar.)
OPMERKING:
• Noteer de uiterste gebruiksdatum op het etiket van het
flesje wanneer u een nieuw flesje met controlevloeistof
opent. Zie de bijsluiter van de controlevloeistof of het
etiket van het flesje voor instructies met betrekking tot het
bepalen van de uiterste gebruiksdatum.
63
3
Een test uitvoeren
• Draai de dop van het flesje met controlevloeistof
onmiddellijk na gebruik stevig vast om besmetting of
beschadiging te voorkomen.
• Open het buisje met teststrips pas als u klaar bent om er
een teststrip uit te halen en een test uit te voeren. Gebruik
de teststrip onmiddellijk nadat u hem uit het buisje hebt
verwijderd, met name in een heel vochtige omgeving,
• Tests met controlevloeistof moeten worden uitgevoerd bij
kamertemperatuur (20-25°C). Zorg dat uw meter, teststrips
en controlevloeistoen op kamertemperatuur zijn voordat u
begint te testen.
LET OP:
• Controlevloeistof niet inslikken of innemen.
• Controlevloeistof niet op de huid of ogen aanbrengen; dit
kan irritatie veroorzaken.
• De controlevloeistof niet na de vervaldatum (afgedrukt
op het etiket van het flesje) of de uiterste gebruiksdatum
gebruiken (welk van beide eerder is ), of uw resultaten
kunnen onnauwkeurig zijn.
64
3
Een test uitvoeren
Voer in de volgende gevallen een test met
controlevloeistof uit:
• Wanneer u een nieuw buisje met teststrips opent.
• Als u vermoedt dat de meter of de teststrips niet goed
werken.
• Als u herhaaldelijk onverwachte bloedglucoseresultaten
krijgt.
• Als u de meter hebt laten vallen of als deze beschadigd is.
De meter klaarmaken voor een test met
controlevloeistof
1. Plaats een teststrip om de meter in te schakelen.
Steek de teststrip in de teststrippoort met de contactstaafjes
naar u toe gericht.
65
3
Een test uitvoeren
De controlevloeistof gereedmaken
1. Schud het flesje voorzichtig voordat u de dop verwijdert.
2. Verwijder de dop van het flesje en leg deze met de
bovenkant van het dopje omhoog gericht op een horizontaal
oppervlak.
3. Knijp in het flesje om de eerste
druppel weg te gooien.
2. Wacht tot op het
scherm het knipperende
bloeddruppelpictogram (
)
wordt weergegeven.
3. Druk op
of en
houd ingedrukt tot het
controlevloeistofpictogram
( ) op het scherm wordt
weergegeven.
66
3
Een test uitvoeren
4. Neem de punt van het flesje
met controlevloeistof en de
bovenkant van de dop af met een
schone, zachte, vochtige doek.
5. Knijp een druppel in het
kleine kuiltje in de bovenkant
van de dop of op een ander
schoon, niet-absorberend
oppervlak.
67
3
Een test uitvoeren
De controlevloeistof aanbrengen
1. Houd de meter zo dat het
smalle kanaaltje aan het
uiteinde van de teststrip een
hoek maakt met de druppel
controlevloeistof.
3. Wacht totdat het kanaaltje
volledig is gevuld.
2. Raak met het kanaaltje aan het uiteinde van de teststrip
de controlevloeistof aan.
68
3
Een test uitvoeren
Het resultaat van de controlevloeistof
bekijken
Nadat de controlevloeistof is
aangebracht, telt de meter af tot
de test is voltooid. Het resultaat
wordt samen met de datum en
tijd, maateenheid en
(voor
controlevloeistof) weergegeven,
en in de meter opgeslagen.
U kunt de resultaten van controlevloeistof zien, wanneer u
eerdere resultaten op de meter bekijkt.
LET OP: Druk op of en houd ingedrukt tot u het
controlevloeistofpictogram
ziet, voordat u een test
met controlevloeistof begint. Het scherm kan worden
weergegeven als u controlevloeistof op de teststrip hebt
aangebracht zonder de stappen te volgen die beginnen in
pagina64. Zie pagina97 voor meer informatie.
69
3
Een test uitvoeren
Controleren of het resultaat binnen
bereik valt
Voorbeeldbereik
Controlebereik
OneTouchSelect® Plus
Mid-controlevloeistof
102-138mg/dL
Op het etiket van elk
buisje met teststrips
staat het bereik van de
OneTouchSelect® Plus
Mid-controlevloeistof
gedrukt. Vergelijk het
resultaat dat op de meter
wordt weergegeven
met het bereik van de
OneTouchSelect® Plus Mid-
controlevloeistof dat op het
buisje met teststrips staat
gedrukt.
Als het resultaat van een
test met controlevloeistof
buiten het verwachte bereik
ligt, herhaalt u de test met
een nieuwe teststrip.
LET OP:
Het bereik van de controlevloeistof dat op het buisje
met teststrips staat gedrukt, is uitsluitend voor tests met
controlevloeistof en is geen aanbevolen bereik voor uw
bloedglucosewaarde.
70
3
Een test uitvoeren
Oorzaken van buiten bereik liggende
resultaten
• Mogelijke oorzaken wanneer resultaten buiten het bereik
liggen: De instructies voor het uitvoeren van een test met
controlevloeistof zijn niet gevolgd.
• De controlevloeistof is verontreinigd of de vervaldatum of
uiterste gebruiksdatum is verlopen.
• De teststrip of het buisje met teststrips is beschadigd of de
verval- of uiterste gebruiksdatum is verlopen.
• De meter, teststrips en/of controlevloeistof waren niet op
dezelfde temperatuur toen de test met de controlevloeistof
werd uitgevoerd.
• Er is een probleem met de meter.
• Vuil of besmetting in het kuiltje op het dopje van de
controlevloeistof.
LET OP:
Als de controlevloeistofresultaten die u krijgt steeds buiten het
bereik liggen dat op het buisje met teststrips staat gedrukt,
mag u de meter, de teststrips en de controlevloeistof niet
gebruiken. Neem contact op met de klantenservice. Gratis
OneTouch® lijn via 0800-15325 (België).
71
3
Een test uitvoeren
Het dopje van de controlevloeistof
reinigen
Reinig de bovenzijde van het dopje van de
controlevloeistof met een schone, vochtige tissue of doek.
72
 4 Eerdere resultaten
bekijken
2. Blader achterwaarts door uw resultaten door op te
drukken en voorwaarts door op te drukken.
Eerdere resultaten op uw meter
bekijken
Uw meter slaat uw recentste 500resultaten van
bloedglucose- en controlevloeistoftests op en geeft ze weer
in de volgorde waarin de tests zijn uitgevoerd. Wanneer de
geschiedenismodus actief is, wordt het symbool ( ) op uw
scherm weergegeven.
1. Houd met uitgeschakelde meter ingedrukt om de
geschiedenismodus in te schakelen.
Het symbool (
) geeft aan dat u uw eerdere resultaten
bekijkt.
Het symbool (
) geeft aan of het resultaat ten tijde van de
test boven, onder of binnen bereik lag, door naar de juiste kleur
op de kleurenbalk te wijzen.
73
4
Eerdere resultaten bekijken
Resultaten downloaden naar een
computer
Uw meter kan met diabetesbeheersoftware werken, waarmee
u visueel de belangrijke factoren kunt volgen die invloed
hebben op uw bloedglucose. Neem voor meer informatie over
hulpmiddelen voor diabetesbeheer die voor u verkrijgbaar zijn,
contact op met de klantenservice. Neem contact op via onze
gratis OneTouch® lijn op 0800-15325 (België) of ga naar onze
website www.LifeScan.be.
Maak alleen verbinding met een computer die de certificatie UL
60950-1 (
) heeft.
Om gegevens van de meter over te dragen, volgt u de
instructies voor het downloaden van resultaten van de meter
die bij de diabetesbeheersoftware werden geleverd. U hebt
een standaard micro-USB-interfacekabel nodig om uw
OneTouchSelect Plus Flex™ op een computer aan te sluiten om
resultaten te downloaden (niet meegeleverd).
74
4
Eerdere resultaten bekijken
Zodra de opdracht om het
downloaden te starten van
de computer naar de meter
is gestuurd, knippert het
synchronisatiesymbool op
het meterscherm (
) , wat
aangeeft dat de meter in de communicatiemodus staat.
Plaats geen teststrip terwijl de meter op een computer is
aangesloten.
Als u uw resultaten niet naar een computer kunt downloaden,
belt u de klantenservice. Gratis OneTouch® lijn via 0800-15325
(België).
75
4
Eerdere resultaten bekijken
Deze pagina is met opzet leeg gelaten.
76
 5 Uw instellingen wijzigen
Tijd en datum wijzigen
Nadat u de aanvangsinstellingen in de meter hebt ingevoerd,
kunt u de datum en tijd nog wijzigen. Houd ingedrukt om
de meter in te schakelen en houd vervolgens en tegelijk
ingedrukt. Het scherm SET wordt weergegeven en het uur
knippert.
Zie pagina23 voor instructies over het aanpassen van tijd
en datum.
Nadat u de instellingen hebt aangepast, sluit u de
instellingsmodus af en wordt uw laatste glucoseresultaat
weergegeven. Zodra een nieuwe glucosetest is uitgevoerd en
het resultaat op het scherm verschijnt, wordt de aangepaste tijd
en datum weergegeven.
OPMERKING: U kunt geen bloedglucosetest uitvoeren tot u
klaar bent met het wijzigen van de tijd en datum.
OPMERKING: Bij elke synchronisatie controleert de mobiele
OneTouchReveal® app op uw compatibele draadloze apparaat
de tijd en datum van uw meter, en werkt deze bij. Controleer
de datum en tijd op uw compatibele draadloze apparaat
heel regelmatig om te zorgen dat ze correct zijn. Zie de
gebruiksaanwijzing van de app voor meer informatie.
77
5
Uw instellingen wijzigen
Uw bereikgrenzen wijzigen
Uw meter gebruikt een onder- en een bovengrens voor het
bereik om u te laten weten wanneer uw resultaat onder, boven
of binnen uw gestelde bereik is. De meter wordt geleverd
met vooraf ingestelde bereikgrenzen die u kunt wijzigen. De
vooraf ingestelde ondergrens van het bereik is 70mg/dL en
de vooraf ingestelde bovengrens van het bereik is 180mg/dL.
Houd en tegelijk ingedrukt om de vooraf ingestelde
bereikgrenzen te kunnen wijzigen. Het scherm SET wordt
weergegeven met de huidige onderste bereikgrens en het getal
en de bereikindicatorpijl knipperen.
OPMERKING: De onder- en bovengrenzen van het bereik
dat u instelt, zijn van toepassing op alle glucosetestresultaten.
Hieronder vallen ook tests die voor of na de maaltijd of
medicatie-inname worden uitgevoerd en rondom andere
activiteiten die uw bloedglucose kunnen beïnvloeden.
LET OP:
Raadpleeg uw arts/diabetesverpleegkundige over de onder-
en bovengrenzen van het bereik die op u van toepassing zijn.
Wanneer u uw grenswaarden kiest of wijzigt, dient u daarbij
factoren als uw leefgewoontes en diabetesbehandeling
in acht te nemen. Breng nooit belangrijke wijzigingen
in uw diabetesbehandelingsplan aan zonder uw arts/
diabetesverpleegkundige om advies te vragen.
78
5
Uw instellingen wijzigen
1. Bekijk de vooraf ingestelde onderste bereikgrens op het
scherm.
• Om de vooraf ingestelde
onderste bereikgrens te
accepteren, drukt u op
.
• Om de vooraf ingestelde
onderste bereikgrens te
wijzigen, drukt u op
of
om de waarde in te stellen tussen 60mg/dL - 110mg/dL;
vervolgens drukt u op .
2. Bekijk de vooraf ingestelde bovenste bereikgrens op het
scherm.
• Om de vooraf ingestelde
bovenste bereikgrens te
accepteren, drukt u op
.
• Om de vooraf ingestelde
bovenste bereikgrens te
wijzigen, drukt u op
of
om de waarde in te stellen tussen 90mg/dL - 300mg/dL;
vervolgens drukt u op .
De meter sluit de instellingsmodus af en uw laatste
resultaatscherm wordt weergegeven.
79
5
Uw instellingen wijzigen
OPMERKING: Als u uw bereikgrenzen wijzigt, beïnvloedt dit
uitsluitend de weergave van toekomstige testresultaten als
onder, boven of binnen uw bereikgrenzen. Het wijzigen van
uw bereikgrenzen heeft geen invloed op de manier waarop uw
eerdere testresultaten worden weergegeven.
OPMERKING: U kunt geen glucosetest uitvoeren tot u klaar
bent met het wijzigen van de bereikgrenzen.
OPMERKING: U kunt de OneTouchReveal® mobiele app
op uw compatibele draadloze apparaat gebruiken om de
bereikgrenzen te wijzigen die in uw meter zijn opgeslagen. Zie
de instructies die met de app werden meegeleverd voor meer
informatie.
80
 6 Onderhoud van het
systeem
Reinigen en desinfecteren
Reinigen en desinfecteren zijn twee verschillende handelingen,
die beide uitgevoerd moeten worden. Reinigen is onderdeel
van de gebruikelijke zorg en onderhoud en moet vóór het
desinfecteren gedaan worden, maar het doodt geen bacteriën.
Alleen door desinfecteren kunt u blootstelling aan ziekten
verminderen. Zie pagina80 voor informatie over reinigen en
pagina82 voor informatie over desinfecteren.
Systeem bewaren
Bewaar de meter, de teststrips, de controlevloeistof en de
andere onderdelen in het etui. Bewaar ze op een koele, droge
plaats tussen 5°C en 30°C. Niet in de koelkast bewaren.
Bescherm de onderdelen tegen direct zonlicht en hitte.
Meter, prikpen en dop reinigen
De meter, prikpen en dop moeten worden gereinigd als ze
zichtbaar vuil zijn en voordat u ze desinfecteert. Reinig uw
meter ten minste één keer per week. Voor het reinigen hebt u
afwasmiddel van normale sterkte en een zachte doek nodig.
Maak een mild schoonmaakmiddel klaar door 2,5mL normaal
vloeibaar afwasmiddel op te lossen in 250mL water.
81
6
Onderhoud van het systeem
• Gebruik geen alcohol of ander
oplosmiddel.
• Laat geen vloeistof, vuil, stof,
bloed of controlevloeistof
in de teststrippoort of
gegevenspoort komen.
(Zie pagina16.)
• Spuit geen schoonmaakmiddel
op de meter en dompel hem niet
in vloeistof onder.
1. Houd de meter met de teststrippoort omlaag gericht
en gebruik een zachte doek die met water en een mild
schoonmaakmiddel is bevochtigd om de buitenzijde
van de meter en de prikpen af te nemen.
Zorg dat u het meeste vocht uit het
doekje knijpt voordat u de meter
afneemt. Neem de buitenkant van
de dop af.
82
6
Onderhoud van het systeem
De meter, prikpen en dop
desinfecteren
De meter, prikpen en dop moeten regelmatig gedesinfecteerd
worden. Reinig de meter, prikpen en dop voordat u ze
desinfecteert. Gebruik voor het desinfecteren normaal
huishoudbleekmiddel (dat minimaal 5,5% natriumhypochloriet
bevat als actief bestanddeel)*. Maak een oplossing van 1 deel
bleekmiddel op 9 delen water.
*Volg de aanwijzingen van de fabrikant voor het gebruiken en
bewaren van bleekmiddel.
2. Droog af met een schone,
zachte doek.
83
6
Onderhoud van het systeem
1. Houd de meter met de teststrippoort omlaag gericht.
Gebruik een zachte doek die met
deze oplossing bevochtigd is
om de buitenkant van de meter
en de prikpen af te nemen tot
het oppervlak vochtig is. Zorg
dat u het meeste vocht uit het
doekje knijpt voordat u de meter
afneemt.
2. Nadat u het te desinfecteren oppervlak hebt afgenomen,
legt u er gedurende 1minuut een zachte doek op die is
bevochtigd met de bleekmiddeloplossing.
Vervolgens neemt u het oppervlak
af met een schone, vochtige,
zachte doek.
Was uw handen grondig met
water en zeep nadat u de meter,
de prikpen en de dop hebt
aangeraakt.
Als u tekenen van slijtage ziet, neemt u contact op met de
klantenservice. Gratis OneTouch® lijn via 0800-15325 (België).
84
 7 Batterij
De batterij vervangen
Uw OneTouchSelect Plus Flex™ meter gebruikt één CR2032
lithium knoopcelbatterij.
BELANGRIJK: Gebruik slechts één CR2032 lithium
knoopcelbatterij met uw meter. Gebruik geen oplaadbare
batterijen. Als u een verkeerde batterij gebruikt, kan de meter
mogelijk minder tests uitvoeren dan normaal.
Als de meter niet inschakelt, moet u misschien de batterij
vervangen. Zie hieronder de instructies.
WAARSCHUWING: Bepaalde batterijen kunnen lekken,
waardoor de meter beschadigd kan raken of de batterij
sneller dan normaal zijn lading verliest. Vervang een
lekkende batterij onmiddellijk.
OPMERKING: Nadat u de batterij hebt vervangen, wordt u
gevraagd de tijd en datum in te stellen, net als toen u de meter
voor de eerste keer inschakelde.
1. Verwijder de oude batterij.
Begin met een uitgeschakelde
meter. Verwijder het deksel van
het batterijvakje door dit omlaag
te schuiven.
85
7
Batterij
Trek aan het batterijlintje om de
batterij uit het vakje te tillen.
Verwijder de batterij niet terwijl
de meter op een computer is
aangesloten.
2. Plaats de nieuwe batterij.
Plaats één CR2032 lithium
knoopcelbatterij met de pluszijde (+)
omhoog gericht op het batterijlintje.
Als de meter niet inschakelt nadat u de batterij van de meter
hebt vervangen, controleert u of de batterij op de juiste manier
is geïnstalleerd. Neem contact op met de klantenservice als u
de meter nog steeds niet kunt inschakelen. Gratis OneTouch®
lijn via 0800-15325 (België).
86
7
Batterij
3. Plaats het deksel van het
batterijvakje weer terug door het
omhoog op de meter te schuiven.
5. Gooi de batterij weg.
Gooi de batterij weg volgens de plaatselijke milieuvoorschriften.
4. Controleer de instellingen van de meter.
Wanneer u de batterij van de meter verwijdert, heeft dit geen
gevolgen voor de opgeslagen resultaten. U moet echter wel de
instelling van datum en tijd controleren.
87
7
Batterij
Deze pagina is met opzet leeg gelaten.
88
 8 Problemen met het
systeem oplossen
Foutmeldingen en andere berichten
De OneTouchSelect Plus Flex™ meter geeft een melding weer
wanneer er problemen zijn met de teststrip of met de meter, of
wanneer uw glucosewaarde hoger is dan 600mg/dL of lager
dan 20mg/dL. Onjuist gebruik kan een onnauwkeurig resultaat
opleveren zonder dat er een foutmelding wordt weergegeven.
OPMERKING: Als de meter aanstaat maar niet werkt
(vastloopt), neemt u contact op met de klantenservice. Gratis
OneTouch® lijn via 0800-15325 (België).
Wat het betekent
U kunt een zeer lage
bloedglucosewaarde (ernstige
hypoglykemie) hebben: lager
dan 20mg/dL.
OPMERKING: Wanneer uw glucoseresultaat lager is dan
20mg/dL, knipperen de melding LO en de bereikindicatorpijl
op het meterscherm.
Wat u moet doen
Hiervoor kan onmiddellijk behandeling nodig zijn. Hoewel
deze melding het gevolg kan zijn van een testfout, is het
veiliger eerst te behandelen en vervolgens opnieuw te
testen. Behandel altijd volgens de aanwijzingen van uw arts/
diabetesverpleegkundige.
89
Problemen met het systeem oplossen
8
Wat het betekent
U kunt een zeer hoge
bloedglucosewaarde (ernstige
hyperglykemie) hebben: hoger
dan 600mg/dL.
OPMERKING: Wanneer uw glucoseresultaat hoger is dan
600mg/dL, knipperen de melding HI en de bereikindicatorpijl
op het meterscherm.
Wat u moet doen
Test uw bloedglucose opnieuw. Als het resultaat opnieuw
HI is, vraagt u onmiddellijk om instructies van uw arts/
diabetesverpleegkundige en volgt deze op.
90
Problemen met het systeem oplossen
8
Wat het betekent
De meter is te warm
(temperatuur hoger dan 44°C)
om een test uit te voeren.
Wat u moet doen
Breng de meter en teststrips naar een koelere plaats. Plaats een
nieuwe teststrip wanneer de meter en de teststrips binnen het
gebruiksbereik zijn (10 - 44°C). Als u niet opnieuw de melding
HI.t krijgt, kunt u doorgaan met testen.
Neem contact op met de klantenservice als deze melding blijft
verschijnen. Gratis OneTouch® lijn via 0800-15325 (België).
91
Problemen met het systeem oplossen
8
Wat het betekent
De meter is te koud (temperatuur
lager dan 10°C) om een test uit
te voeren.
Wat u moet doen
Breng de meter en teststrips naar een warmere plaats. Plaats
een nieuwe teststrip wanneer de meter en de teststrips binnen
het gebruiksbereik zijn (10 - 44°C). Als u niet opnieuw de
melding LO.t krijgt, kunt u doorgaan met testen.
Neem contact op met de klantenservice als deze melding blijft
verschijnen. Gratis OneTouch® lijn via 0800-15325 (België).
92
Problemen met het systeem oplossen
8
Voorbeeld van een code
op het foutscherm
Foutschermen
Als er een probleem met de meter is, kunnen er zes
verschillende schermen worden weergegeven. In de
linkerbovenhoek van uw meterscherm wordt behalve een
foutnummer ook een foutcode weergegeven. Als u het
probleem met de meter niet kunt oplossen, neemt u contact op
met de gratis OneTouch® lijn via 0800-15325 (België).
Zij hebben het foutnummer en de foutcode nodig om te helpen
met het oplossen van het probleem.
93
Problemen met het systeem oplossen
8
Wat het betekent
Er is een probleem met de
meter.
Wat het betekent
De foutmelding kan worden
veroorzaakt door een gebruikte
teststrip of door een probleem
met de meter of de teststrip.
Wat u moet doen
Gebruik de meter niet. Neem contact op met de klantenservice.
Gratis OneTouch® lijn via 0800-15325 (België).
Wat u moet doen
Herhaal de test met een nieuwe teststrip; zie De bloeddruppel
aanbrengen op pagina49 of De controlevloeistof
aanbrengen op pagina67. Neem contact op met de
klantenservice als deze melding blijft verschijnen. Gratis
OneTouch® lijn via 0800-15325 (België).
94
Problemen met het systeem oplossen
8
Wat het betekent
De druppel is aangebracht
voordat de meter klaar was.
Wat u moet doen
Herhaal de test met een nieuwe teststrip. Breng pas een
druppel bloed of controlevloeistof aan als het symbool
op
het scherm knippert. Neem contact op met de klantenservice
als deze melding blijft verschijnen. Gratis OneTouch® lijn via
0800-15325 (België).
95
Problemen met het systeem oplossen
8
Wat het betekent
De meter heeft een probleem
met de teststrip gevonden.
Mogelijke oorzaak is
beschadiging van de teststrip.
Wat u moet doen
Herhaal de test met een nieuwe teststrip. Zie pagina34
voor een bloedglucosetest, of pagina64 voor een test met
controlevloeistof. Neem contact op met de klantenservice
als deze foutmelding opnieuw wordt weergegeven. Gratis
OneTouch® lijn via 0800-15325 (België).
96
Problemen met het systeem oplossen
8
Wat het betekent
Een van de volgende situaties
kan van toepassing zijn:
• Er is onvoldoende bloed
of controlevloeistof
aangebracht of er is bloed of
controlevloeistof toegevoegd
nadat de meter was
begonnen met aftellen.
• De teststrip is beschadigd, of is bewogen tijdens het testen.
• De bloeddruppel is niet op de juiste wijze aangebracht.
• Mogelijk is er een probleem met de meter.
Wat u moet doen
Herhaal de test met een nieuwe teststrip. Zie pagina34
voor een bloedglucosetest, of pagina64 voor een test met
controlevloeistof. Neem contact op met de klantenservice
als deze foutmelding opnieuw wordt weergegeven. Gratis
OneTouch® lijn via 0800-15325 (België).
97
Problemen met het systeem oplossen
8
Wat het betekent
De meter heeft een probleem
met de teststrip gevonden.
De mogelijke oorzaak is dat u
niet het juiste type vloeistof op
de teststrip hebt aangebracht
toen de meter u opdracht
gaf om een druppel bloed of
controlevloeistof aan te brengen.
Wat u moet doen
Herhaal de test met een nieuwe teststrip. Zie pagina34
voor een bloedglucosetest, of pagina64 voor een test met
controlevloeistof. Neem contact op met de klantenservice
als deze foutmelding opnieuw wordt weergegeven. Gratis
OneTouch® lijn via 0800-15325 (België).
98
Problemen met het systeem oplossen
8
Wat het betekent
De batterij heeft onvoldoende
lading om een test uit te voeren.
Wat u moet doen
Vervang de batterij onmiddellijk.
Wat het betekent
De batterij van de meter is
bijna leeg, maar er is nog
voldoende lading in de batterij
om een test uit te voeren. Het
knipperende pictogram Batterij
bijna leeg (
) blijft op het
scherm staan tot de batterij is
vervangen.
Wat u moet doen
Vervang de batterij van de meter zo spoedig mogelijk.
99
Problemen met het systeem oplossen
8
Wat het betekent
Het geheugen bevat geen
resultaten; bijv. bij het eerste
gebruik, of wanneer u alle
resultaten hebt verwijderd
nadat u ze naar een computer
hebt gedownload.
Wat u moet doen
Neem contact op met de klantenservice om deze gebeurtenis
te melden, tenzij dit de eerste keer is dat u de meter gebruikt.
U kunt nog wel een bloedglucosetest of een test met
controlevloeistof uitvoeren en een accuraat resultaat krijgen.
Contacteer de gratis OneTouch® lijn via 0800-15325 (België).
100
 9 Gedetailleerde informatie
over het systeem
Meterresultaten met
laboratoriumresultaten vergelijken
Resultaten van de OneTouchSelect Plus Flex™ meter en
laboratoriumrestresultaten worden in plasma-equivalente
eenheden vermeld. De resultaten die u met de meter verkrijgt,
kunnen echter verschillen van de laboratoriumresultaten door
normale variatie. Een resultaat van uw OneTouchSelect Plus
Flex™ meter wordt als accuraat beschouwd als het niet meer
dan 15mg/dL afwijkt van een laboratoriummethode wanneer
de glucoseconcentratie lager is dan 100mg/dL en niet meer
dan 15% afwijkt van een laboratoriummethode wanneer de
glucoseconcentratie 100mg/dL of hoger is.
101
Gedetailleerde informatie
over het systeem
9
Meterresultaten kunnen worden beïnvloed door factoren
die niet dezelfde invloed op laboratoriumresultaten hebben.
Specifieke factoren waardoor uw meterresultaten kunnen
verschillen van uw laboratoriumresultaten zijn bijvoorbeeld:
• U hebt pas gegeten. Hierdoor kan het resultaat van een test
met een bloeddruppel uit de vingertop wel 70mg/dL hoger
zijn dan een laboratoriumtest waarvoor bloed is gebruikt
dat uit een ader is afgenomen.
1
• Uw hematocrietwaarde is hoger dan 55% of lager dan 30%.
• U bent sterk uitgedroogd.
Raadpleeg voor meer informatie de bijsluiter van de
OneTouchSelect® Plus-teststrips.
1
Sacks, D.B.: "Carbohydrates." Burtis, C.A., en Ashwood E.R.
(ed.), Tietz Textbook of Clinical Chemistry, Philadelphia: W.B.
Saunders Company (1994), 959.
102
Gedetailleerde informatie
over het systeem
9
Richtlijnen om een nauwkeurige
vergelijking te verkrijgen tussen
meter- en laboratoriumresultaten
Voordat u naar het laboratorium gaat:
• Voer een test met controlevloeistof uit om er zeker van
te zijn dat de meter goed werkt.
• U mag ten minste 8uur voordat u uw bloed test niets
eten.
• Neem uw meter en testtoebehoren mee naar het
laboratorium.
103
Gedetailleerde informatie
over het systeem
9
Testen in het laboratorium met uw
OneTouchSelect Plus Flex™ meter:
• Voer de test binnen 15minuten na de laboratoriumtest uit.
• Gebruik alleen een druppel vers, capillair bloed uit een
vingertop.
• Volg alle instructies in deze handleiding voor het uitvoeren
van een bloedglucosetest.
104
Gedetailleerde informatie
over het systeem
9
De resultaten van uw meter vergelijken
met die van een andere meter
Vergelijking van de bloedglucoseresultaten die met deze
meter zijn verkregen, met die van andere meters wordt
niet aanbevolen. De resultaten van de twee meters zullen
waarschijnlijk verschillen, en kunnen niet worden gebruikt om
de werking van uw meter te verifiëren.
105
Gedetailleerde informatie
over het systeem
9
Technische specificaties
Analysemethode Glucose-oxidasebiosensor
Automatische
uitschakeling
Twee minuten na de laatste handeling
Batterijspecificatie 3,0V gelijkstroom (CR2032 lithium
knoopcelbatterij)
Type batterij Eén vervangbare CR2032 lithium
knoopcelbatterij van 3,0volt
(of gelijkwaardig)
Biologische bron Aspergillus Niger
BLUETOOTH® Smart-
technologie:
Frequentiebereik: 2,4 - 2,4835GHz
Maximumvermogen: 0,4 mW
Afstand gebruiksbereik: minimaal
8meter (zonder obstructies)
Werkingskanalen: 40 kanalen
Beveiligingscodering: 128-bit AES
(Advanced Encryption Standard)
Kalibratie Plasma-equivalent
Type gegevenspoort Micro-USB, compatibel met USB 2.0
Geheugen 500testresultaten
106
Gedetailleerde informatie
over het systeem
9
Gebruiksbereik Temperatuur: 10 - 44°C
Relatieve vochtigheid: zonder
condensatie 10 - 90%
Hoogte: maximaal 3048meter
Hematocrietwaarde: 30 - 55%
Gemeld resultaatbereik 20 - 600mg/dL
Bloeddruppel Vers capillair vol bloed
Volume bloeddruppel 1,0µL
Afmetingen 52(B) x 86(L) x 16(D)millimeter
Testduur Gemiddelde testduur is 5seconden
Maateenheid mg/dL
Gewicht Ongeveer 50gram
107
Gedetailleerde informatie
over het systeem
9
Systeemnauwkeurigheid
Deskundigen op het gebied van diabetes hebben gesteld dat
glucosemeters niet meer dan 15mg/dL mogen afwijken van
een laboratoriummethode wanneer de glucoseconcentratie
lager is dan 100mg/dL en niet meer dan 15% van een
laboratoriummethode wanneer de glucoseconcentratie
100mg/dL of hoger is. Er zijn bloeddruppels getest
van 100patiënten met een OneTouchSelect Plus Flex™
systeem evenals met een YSI 2300 glucose analyzer-
laboratoriuminstrument.
Nauwkeurigheidsresultaten van het
systeem voor glucoseconcentraties
<100mg/dL
Percentage (en aantal) meterresultaten dat overeenkomt met
de laboratoriumtest
Binnen
±5mg/dL
Binnen
±10mg/dL
Binnen
±15mg/dL
67,2%
(121/180)
93,3%
(168/180)
96,7%
(174/180)
108
Gedetailleerde informatie
over het systeem
9
Nauwkeurigheidsresultaten van het
systeem voor glucoseconcentraties
100mg/dL
Percentage (en aantal) meterresultaten dat overeenkomt met
de laboratoriumtest
Binnen ±5% Binnen ±10% Binnen ±15%
63,3%
(266/420)
95,5%
(401/420)
99,8%
(419/420)
Nauwkeurigheidsresultaten van het
systeem voor glucoseconcentraties
tussen 26,6mg/dL en 482,0mg/dL
Percentage (en aantal) meterresultaten dat overeenkomt met
de laboratoriumtest
Binnen ±15mg/dL of ±15%
98,8% (593/600)
OPMERKING: Waarbij 26,6mg/dL de laagste
glucosereferentiewaarde is en 482,0mg/dL de hoogste
glucosereferentiewaarde is (YSI-waarde).
109
Gedetailleerde informatie
over het systeem
9
Nauwkeurigheid van
gebruikersprestatie
Een onderzoek waarbij glucosewaarden van bloeddruppels
capillair bloed uit de vingertop van 174leken werden
geëvalueerd, leverde de volgende resultaten op:
100,0% binnen ±15mg/dL van de medisch-
laboratoriumwaarden bij lagere glucoseconcentraties
dan 100mg/dL, en 95,9% binnen ±15% van de medisch-
laboratoriumwaarden bij glucoseconcentraties van 100mg/dL
of hoger.
96,6% van het totale aantal bloeddruppels lag binnen
±15mg/dL of ±15% van de medisch-laboratoriumwaarden.
110
Gedetailleerde informatie
over het systeem
9
Regressiestatistieken
De bloeddruppels werden in tweevoud getest op elk van
de drie teststrippartijen. De resultaten geven aan dat het
OneTouchSelect Plus Flex™ systeem de vergelijking met een
laboratoriummethode goed doorstaat.
Aantal
personen
Aantal tests Richtings-
coëciënt
Intercept
(mg/dL)
100 600 0,98 -0,13
95% BI voor
Richtings-
coëciënt
95% BI voor
intercept
(mg/dL)
Stand. fout
(S
y.x
)
(mg/dL)
R
2
0,97 tot 0,98 -1,48 tot 1,21 9,02 0,99
111
Gedetailleerde informatie
over het systeem
9
Nauwkeurigheid
Binnen een meetreeks (300tests met veneuze bloeddruppels
per glucosewaarde)
Gegevens verkregen met de OneTouchSelect Plus Flex™
meter.
Doel-
glucose
(mg/dL)
Gemiddelde
glucose
(mg/dL)
Standaard-
deviatie
(mg/dL)
Variatie-
coëciënt
(%)
40 46,21 1,66 3,58
65 70,39 1,89 2,69
120 123,56 2,65 2,15
200 193,22 3,54 1,83
350 350,02 7,41 2,12
De resultaten tonen aan dat de grootste waargenomen
variabiliteit tussen teststrips bij testen met bloed 4,5mg/dL
SD of minder is bij lagere glucosewaarden dan 100mg/dL,
of 4,5% VC of minder bij glucosewaarden van 100mg/dL of
hoger.
112
Gedetailleerde informatie
over het systeem
9
Totale nauwkeurigheid (600tests met
controlevloeistof per glucosewaarde)
Gegevens verkregen met de OneTouchSelect Plus Flex™ meter.
Bereik glucose-
waarden
(mg/dL)
Gemiddelde
glucose
(mg/dL)
Standaard-
deviatie
(mg/dL)
Variatie-
coëciënt
(%)
Laag
(30-50)
45,45 1,23 2,71
Middel
(96-144)
110,44 2,01 1,82
Hoog
(280-420)
365,84 6,04 1,65
113
Gedetailleerde informatie
over het systeem
9
Software-updates
LifeScan stuurt u van tijd tot tijd bericht over updates van
software en functies van uw meter. De OneTouchSelect
Plus Flex™ metersoftware kan worden bijgewerkt door de
meter via een USB-kabel op een pc aan te sluiten en naar
www.LifeScan.be te gaan; daar volgt u de stapsgewijze
instructies. Software-updates hebben geen invloed op uw
instellingen en historische gegevens in uw meter.
Garantie
LifeScan biedt garantie op de OneTouchSelect Plus
Flex™ meter gedurende drie jaar na de aankoopdatum
(materiaal- en montagefouten). De garantie geldt
uitsluitend voor de oorspronkelijke koper en is niet
overdraagbaar.
114
Gedetailleerde informatie
over het systeem
9
Elektriciteits- en veiligheidsnormen
Deze meter voldoet aan CISPR 11: Klasse B (alleen uitstraling).
De emissie van de gebruikte energie is zo laag dat het
niet waarschijnlijk is dat deze storingen zal opleveren in
elektronische apparatuur in de nabije omgeving. De meter is
getest op immuniteit voor elektrostatische ontladingen, zoals
gespecificeerd in IEC 61326-2-6. Deze meter voldoet aan de
bepalingen voor immuniteit voor radiofrequentie-storing, zoals
gespecificeerd in IEC 61326-1 en 61326-2-6.
De meter voldoet aan de immuniteitsvereisten inzake
elektrische storingen bij het frequentiebereik en het testniveau
zoals gespecificeerd in de internationale norm ISO 15197.
Het gebruik van deze meter in de buurt van elektrische of
elektronische apparaten die een bron van elektromagnetische
straling vormen, kan de juiste werking van deze meter
hinderen. Het verdient aanbeveling om tests in de nabijheid van
magnetische stralingsbronnen te vermijden.
De apparatuur niet gebruiken in ruimten waar spuitbussen
onder druk worden gebruikt of waarin zuurstof wordt
toegediend.
115
Verklaring van overeenstemming
(RED)
1. Informatie wettelijk fabrikant:
LifeScan Europe, a Division of Cilag GmbH International,
6300Zug, Switzerland
2. Gevolmachtigde
Niet verplicht - wettelijk fabrikant gevestigd in Zwitserland
3. Verklaring
Wij verklaren bij deze en uitsluitend op eigen
verantwoordelijkheid dat de gedistribueerde, van
CE-markering voorziene producten zoals uiteengezet in
paragraaf 4 hieronder in overeenstemming zijn met de
essentiële eisen en andere relevante eisen van de Richtlijn
radioapparatuur (2014/53/EU). Deze verklaring is gebaseerd
op toepassing van conformiteitsbeoordelingsmodule A,
bijlage II van richtlijn 2014/53/EU.
LifeScan Europe
A Division of Cilag GmbH International
Gubelstrasse 34 CH-6300 Zug, Switzerland
Tel. +41 (0) 58 231 50 40 Fax +41 (0) 58 231 50 41
Documentnummer: RA-8000899 Revisie: 13
116
De producten voldoen aan de volgende normen:
Veiligheid en gezondheid
(Art. 3 (1)(a))
EN 62311:2008
EN 62479:2010
EN 62368-1:2014
EMC (Art. 3 (1)(b)) EN 301 489-1 V2.1.1
EN 301 489-17 V3.1.1
Spectrum (Art. 3 (2)) EN 300 328 V2.1.1
Overige (inclusief art. 3 (3)) N.v.t.
117
4. Beschrijving van de hulpmiddelen
• Bloedglucosemeter met BLUETOOTH® Smart
verbindingsfunctie
Beoogd gebruik:Hulpmiddel voor in vitro diagnostische
monitoring van bloedglucose
Merk:OneTouch®
Modellen:
• Verio Flex™ (serienummer met voorvoegsel ‘Z’),
• Select Plus Flex™ (serienummer met voorvoegsel ‘G’),
• Ultra Plus Flex™ (serienummer met voorvoegsel ‘F’)
Frequentieband:2,4-2,4835GHz
Maximaal vermogen:0,4mW
Type antenne:Custom PCB trace
Type modulatie:GFSK
Kanaalafstand:2 MHz
Bit rate:1000 kb/s
Technisch dossier in bewaring bij: LifeScan Europe, a Division of
Cilag GmbH International, 6300 Zug, Switzerland
118
5. Verklaring uitgegeven uit naam van
wettelijke fabrikant door:
Datum: 13/06/2017
Plaats: Zug
Handtekening:
Naam: Mariano Chiusano
Functie: Regulatory Aairs Director - EMEA
119
Gedetailleerde informatie
over het systeem
9
Deze pagina is met opzet leeg gelaten.
120
Aanvangsinstellingen 23, 28
AST 39
Batterijen 84
Batterijen, vervangen 84
Beoogd gebruik 6
Bereikgrenzen wijzigen 77
Bereikindicatorfunctie 19
Bloedglucose, testen 34
BLUETOOTH® Smart-functie 7, 9, 27, 57
Compatibele draadloze apparaten 3
Controlevloeistof 64
Controlevloeistof, testen 62, 68, 70
Controlevloeistof, uiterste gebruiks- en vervaldatum 62, 63
Datum instellen 24, 26
Datum wijzigen 76
De meter, prikpen en dop desinfecteren 82
Foutmeldingen 88
Garantie 113
Gegevenspoort 16
Hyperglykemie 55, 89
Hypoglykemie 54, 88
Infectie, kans verkleinen 40
Instelling bereikgrenzen 77
Instellingen 23, 26, 76
10 Index
121
Index
10
Knoppen op meter 16
Koppelen 28, 29
Maateenheid 16, 106
Melding EXTREEM HOGE GLUCOSE 55, 89
Melding EXTREEM LAGE GLUCOSE 54, 88
Meter inschakelen 22, 45, 64
Meter, prikpen en dop reinigen 80
Meterresultaten met laboratoriumresultaten vergelijken 100
Meter uitschakelen 33
mg/dL 16, 106
Onderdelen in de kit 12
Ongewoon aantal rode bloedcellen (hematocriet) 101, 106
Onverwachte resultaten 54, 56
Opstartscherm 22
Pictogram Batterij bijna leeg 3, 98
Pictogram Batterij leeg 3
Pictogrammen 3, 4
PIN 31
Plasmakalibratie 100, 105
Prikpen 12, 38, 41, 80
Resultaten downloaden naar een computer 73
Resultaten, eerdere bekijken 72
Schermcontrole 22
Serienummer 30
122
Index
10
Software, diabetesbeheer 73
Symbolen 3, 4
Synchroniseren 32, 57
Systeem bewaren 80
Technische specificaties 105
Temperatuur 34, 63, 70, 80, 90, 91, 106
Teststrip 18, 45, 64
Teststrip, bloeddruppel aanbrengen 48, 49
Teststrip, contactstaafjes 18
Tijd instellen 23, 26
Tijd wijzigen 76
Uitdroging 54, 101
Vingertop, een bloeddruppel nemen uit, procedure 34
Waarschuwing Batterij leeg 98
Weggooien, lancetten en teststrips 62
123
Aantekeningen
124
Aantekeningen
LifeScan Europe
Division of Cilag GmbH
International
Gubelstrasse 34
6300 Zug
Switzerland
Gedistribueerd door:
LifeScan
Division of Johnson & Johnson
Medical NV
Leonardo Da Vincilaan, 15
B-1831 Diegem
België
Revisiedatum: 02/2017
AW 06990202A
©2015-2017LifeScan, Inc.
Contacteer onze gratis
OneTouch®-lijn via 0800-15325
(België) of bezoek onze website
www.LifeScan.be.
Inhoud opgenomen in één of meerdere van de volgende VS-patenten:
5,708,247, 5,951,836, 6,241,862, 6,284,125, 7,112,265, 7,462,265, 7,807,031, en
8,398,664. Het gebruik van de hierin opgenomen controleapparatuur wordt
beschermd onder een of meer van de volgende Amerikaanse patenten:
6,413,410, 6,733,655, 7,250,105, 7,468,125, 8,066,866 en 8,093,903. Aanschaf
van dit systeem geldt niet als gebruikerslicentie volgens deze patenten.
Een dergelijke licentie wordt alleen verstrekt wanneer het systeem wordt
gebruikt in combinatie met OneTouch® Select® Plus teststrips. Geen enkele
teststripleverancier behalve LifeScan is geautoriseerd om een dergelijke
licentie te verstrekken. De nauwkeurigheid van de resultaten die door LifeScan
meters worden verkregen met gebruikmaking van teststrips die zijn gemaakt
door anderen dan LifeScan, is niet door LifeScan geëvalueerd.
De LifeScan-bloedglucosemeters
voor zelftests voldoen aan de
volgende EU-richtlijnen:
IVDD (98/79/EC):
MDD (93/42/EEC):
Bloedglucosemeter,
teststrips en
controlevloeistof
Lancetten
Prikpen
RED (2014/53/EU):
Bloedglucosemeter
108

Hulp nodig? Stel uw vraag in het forum

Spelregels
1

Forum

OneTouch-Select-Plus-Flex

Misbruik melden

Gebruikershandleiding.com neemt misbruik van zijn services uitermate serieus. U kunt hieronder aangeven waarom deze vraag ongepast is. Wij controleren de vraag en zonodig wordt deze verwijderd.

Product:

Bijvoorbeeld antisemitische inhoud, racistische inhoud, of materiaal dat gewelddadige fysieke handelingen tot gevolg kan hebben.

Bijvoorbeeld een creditcardnummer, een persoonlijk identificatienummer, of een geheim adres. E-mailadressen en volledige namen worden niet als privégegevens beschouwd.

Spelregels forum

Om tot zinvolle vragen te komen hanteren wij de volgende spelregels:

Belangrijk! Als er een antwoord wordt gegeven op uw vraag, dan is het voor de gever van het antwoord nuttig om te weten als u er wel (of niet) mee geholpen bent! Wij vragen u dus ook te reageren op een antwoord.

Belangrijk! Antwoorden worden ook per e-mail naar abonnees gestuurd. Laat uw emailadres achter op deze site, zodat u op de hoogte blijft. U krijgt dan ook andere vragen en antwoorden te zien.

Abonneren

Abonneer u voor het ontvangen van emails voor uw OneTouch Select Plus Flex bij:


U ontvangt een email met instructies om u voor één of beide opties in te schrijven.


Ontvang uw handleiding per email

Vul uw emailadres in en ontvang de handleiding van OneTouch Select Plus Flex in de taal/talen: Nederlands als bijlage per email.

De handleiding is 6,26 mb groot.

 

U ontvangt de handleiding per email binnen enkele minuten. Als u geen email heeft ontvangen, dan heeft u waarschijnlijk een verkeerd emailadres ingevuld of is uw mailbox te vol. Daarnaast kan het zijn dat uw internetprovider een maximum heeft aan de grootte per email. Omdat hier een handleiding wordt meegestuurd, kan het voorkomen dat de email groter is dan toegestaan bij uw provider.

Stel vragen via chat aan uw handleiding

Stel uw vraag over deze PDF

Andere handleiding(en) van OneTouch Select Plus Flex

OneTouch Select Plus Flex Aanvulling / aanpassing - Nederlands - 2 pagina's

OneTouch Select Plus Flex Gebruiksaanwijzing - Deutsch - 143 pagina's

OneTouch Select Plus Flex Gebruiksaanwijzing - English - 124 pagina's

OneTouch Select Plus Flex Gebruiksaanwijzing - Français - 252 pagina's


Uw handleiding is per email verstuurd. Controleer uw email

Als u niet binnen een kwartier uw email met handleiding ontvangen heeft, kan het zijn dat u een verkeerd emailadres heeft ingevuld of dat uw emailprovider een maximum grootte per email heeft ingesteld die kleiner is dan de grootte van de handleiding.

Er is een email naar u verstuurd om uw inschrijving definitief te maken.

Controleer uw email en volg de aanwijzingen op om uw inschrijving definitief te maken

U heeft geen emailadres opgegeven

Als u de handleiding per email wilt ontvangen, vul dan een geldig emailadres in.

Uw vraag is op deze pagina toegevoegd

Wilt u een email ontvangen bij een antwoord en/of nieuwe vragen? Vul dan hier uw emailadres in.



Info