15
De bloeddruk meten
Waarschuwing
Indien zich tijdens de meting een vreemde situ-
atie voordoet zoals oppompen dat niet stopt, de
armmanchet verwijderen of de luchtslang uit de
bloeddrukmeter trekken.
!
Dit kan resulteren in een perifere neuropathie.
Algemeen advies
!
Houd de bloeddrukmeter buiten het bereik van de patiënt.
!
Controleer tijdens de meting of zich bij de patiënt of de
bloeddrukmeter geen abnormale verschijnselen voordoen.
Voorzichtig
In de volgende gevallen, moet u de meting met
de stethoscoop controleren.
(1) Wanneer een onregelmatige polsslag wordt
weergegeven
· De meting kan fout zijn, wanneer externe trillingen
optreden of wanneer de patiënt zijn/haar lichaam
beweegt.
(2) Wanneer een fout ontstaat of de gemeten waarde
twijfelachtig is
· De meting kan fout zijn, wanneer externe trillingen
optreden of wanneerde patiënt zijn/haar lichaam
beweegt.
· Er kan een fout ontstaan in de gemeten waarde of
de bloeddruk kan niet worden gemeten omdat de
patiënt een perifere verstoring in de bloedsomloop
heeft of een uitzonderlijke hypotensie.
· Er kan een fout ontstaan in de gemeten waarde of
de bloeddruk kan niet worden gemeten omdat de
patiënt een extreem korte variatie in de bloeddruk
heeft zoals hartritmestoornissen.
Gebruik geen mobiele telefoon in de nabijheid
van de bloeddrukmeter.
!
De functie van het product kan verstoord raken.
Gebruik de OMRON HEM-907 bloeddrukmeter
niet in een voertuig.
!
Dit kan foutieve waarden opleveren.
Lijst met de meetmodi
Enkelvoudige
meting
Drie (of twee)
metingen automa-
tisch na elkaar
Meting met
gebruik van
stethoscoop
Controleren van
de weergegeven
druk
SINGLE modus
AVG. modus
MANU. modus
CHECK modus
Zie pag.
16
Zie pag.
17
Zie pag.
18
Zie pag.
19