287641
21
Verklein
Vergroot
Pagina terug
1/60
Pagina verder
Digitale Camera
C-5050ZOOM
BEKNOPTE HANDLEIDING
NL
2 NL
INHOUD
VOORBEREIDINGEN. . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 4
MENUFUNCTIES. . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 19
FUNCTIEKNOP EN DIRECT WERKENDE FUNCTIEKNOPPEN26
BASISHANDELINGEN. . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 32
GEAVANCEERDE FOTOGRAFISCHE TECHNIEKEN. . . . . . . 37
BEELDEN WEERGEVEN . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 39
AFDRUKINSTELLINGEN. . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 44
BEELDEN OVERBRENGEN NAAR EEN COMPUTER . . . . . . 45
FOUTCODES . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 47
TECHNISCHE GEGEVENS . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 49
VEILIGHEIDSMAATREGELEN . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 51
xD-PICTURE CARD . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 58
Deze beknopte handleiding dient als eerste kennismaking met uw
camera. Een meer gedetailleerde beschrijving van de hier beschreven
functies vindt u in de „Reference Manual“ op de bij de camera
geleverde CD-ROM.
NL 3
Lees voordat u de camera gaat gebruiken deze handleiding aandachtig door om u van het juiste
gebruik ervan te verzekeren.
Voordat u belangrijke opnamen gaat maken, doet er goed aan eerst enkele testopnamen te maken.
Deze beknopte handleiding dient als eerste kennismaking met uw camera. Een meer gedetailleerde
beschrijving van de hier beschreven functies vindt u op de bij de camera geleverde CD-ROM. Voor
de details van de wijze waarop u de camera aansluit op een PC en het installeren van de
meegeleverde software raadpleegt u de „Software Installation Guide“ die deel uitmaakt van het
CD-ROM pakket.
Voor klanten in de Ver. Staten van Noord- en Zuid-Amerika
Voor klanten in USA
Overeenstemmingsverklaring
Typenummer: : C-5050ZOOM
Handelsnaam : OLYMPUS
Verantwoordelijke partij : Olympus America Inc.
Adres : 2 Corporate Center Drive, Melville, New York
11747-3157 USA
Telefoon : 1-631-844-5000
Getest en gebleken te voldoen aan de FCC-normen
VOOR HUIS OF KANTOORGEBRUIK
Dit apparaat voldoet aan Part 15 van de FCC Rules.
Het apparaat werd getest op de volgende aspecten:
(1) Het apparaat mag geen schadelijke stoorsignalen afgeven.
(2) Het apparaat moet ongevoelig zijn voor eventuele ontvangen stoorsignalen, met
inbegrip van stoorsignalen die aanleiding kunnen geven tot ongewenste werking.
Voor klanten in Canada
Dit digitale apparaat volgens Class B voldoet aan alle eisen zoals die zijn vastgelegd in
de Canadian Interference Causing Equipment Regulations.
Voor klanten in Europa
Handelsmerken
IBM is een wettig gedeponeerd handelsmerk van International Business Machines
Corporation.
Microsoft en Windows zijn geregistreerde handelsmerken van Microsoft Corporation.
Macintosh is een handelsmerk van Apple Computer Inc.
Alle andere genoemde bedrijfs- en productnamen zijn wettig gedeponeerde handelsmerken
en/of handelsmerken van de betreffende firma's.
De in deze handleiding genoemde normen voor camera bestandssystemen zijn de door de
Japan Electronics and Information Technology Industries Association (JEITA) opgestelde
„Design Rule for Camera File System / DCF“-normen.
Belangrijk
Geachte Koper/Koopster, Zorg ervoor dat het Nederlandse garantiebewijs geheel is ingevuld
en afgestempeld door uw leverancier. Bewaar de aankoopbon zeer zorgvuldig. Als u
onverhoopt gebruik moet maken van de garantievoorwaarden, dient u deze bescheiden te
overleggen.
Het waarmerk „CE“ garandeert dat dit product voldoet aan de richtlijnen van
de Europese Unie voor wat betreft veiligheid, gezondheid, milieubehoud en
persoonlijke veiligheid van de gebruiker. Camera's met het waarmerk „CE“
zijn bedoeld voor de Europese markt.
4 NL
VOORBEREIDINGEN
DE VERSCHILLENDE ONDERDELEN
Lens
AF-hulpverlichting
Bevestigingspunt camerariem
Sensor afstandsbediening
Indicatie-LED Zelfontspanner / Afstandsbediening
LCD-venster
Accessoireschoentje met middencontact
Microfoon
Klepje over de connectors
Flitser
Gelijkspanningsconnector
DC-IN
USB-connector
Connector A/V OUT (MONO)
NL 5
Zoeker
AF-teken
Groene LED
Oranje LED
AEL-knop (AEL)
Wisknop ( )
Cameraschakelaar
Instelknop
Monitorknop (Quick View
[Snelweergave] )
Luidspreker
Klepje over de kaartsleuf
Indicatie-LED Dataverkeer
Pendelknop ( )
OK/MENU-knop ( )
Kaartknop (CF/xD•SM)
Monitor
Sleuf voor xD-kaartje / SmartMedia
Sleuf voor CompactFlash / Microdrive
Uitwerperknop
6 NL
Lichtmeetfunctieknop ( )
Knop Beveiligen ( )
Belichtingscompensatieknop ( )
AF / Macro / MF-knop ( )
Flitserfunctieknop ( )
Oogcorrectieknop
Functieknop
Knop Zelfontspanner /
Afstandsbediening ( )
Knop Beeld draaien ( )
Zoomknop (T/W· )
Ontspanknop
Voorkeursfunctieknop ( )
Afdrukknop ( )
Deksel batterijcompartiment
Sluiting batterijcompartiment
Statiefaansluiting
NL 7
INDICATIES IN HET LCD-VENSTER
Functie Indicaties
1 Batterijcontrole ,
2 Sluitertijd 2000 (1/2000 s); 2.5"
3 Diafragmawaarde F1.8
4 Belichtingscompensatie
Lichtopbrengst flitser
+2.0; +1.0; 0.0; –1.0; –2.0
5 Macro-functie
Hand scherpstelling
Supermacro functie
Supermacro Hand scherpstelling
(Brandt)
MF (Brandt)
(Knippert)
MF
(Knippert)
6 Flitserfunctie , , , SLOW, SLOW
7 Lichtopbrengst flitser
8 Repeterende opnamen , , , BKT
9 Afstandsbediening
10 Zelfontspanner
11 Geluidsopname
12 Opslagfunctie RAW, TIFF, SHQ, HQ, SQ (SQ1, SQ2)
13 Ruisonderdrukking NR
14 AE-lock
AE geheugen
AEL
AEL
15 Lichtmeting ,
8 NL
Functie Indicaties
16 ISO ISO
17 Witbalans WB
18 Geselecteerd kaartje , ,
19 Aantal beelden dat nog opgeslagen
kan worden /
Nog resterende seconden
Foutcode
30
-E-
NL 9
INDICATIES IN DE LCD-MONITOR
Stand Fotograferen
Functie Indicaties
1 Functie Fotograferen , , , , , , , , ,
,
2 Sluitertijd 16 – 1/2000
3 Diafragmawaarde F1.8 – F8.0
4 Belichtingscompensatie
Belichtingsafwijking
–2.0 – +2.0
–3.0 – +3.0
5 Batterijcontrole ,
6 Groene LED
7 Flitser paraat / Waarschuwing tegen
bewegen van de camera /
Flitser wordt opgeladen
(Brandt)
(Knippert)
8 Macro functie
Supermacro functie
Hand scherpstelling
MF
9 Ruisonderdrukking
10 Flitserfunctie , , , SLOW 1, SLOW 2,
SLOW
11 Lichtopbrengst flitser –2.0 – +2.0
12 Sluiterfunctie , , , , BKT
13 Zelfontspanner
Afstandsbediening
Stilstaande beelden
Filmbeelden
10 NL
Functie Indicaties
14 Geluidsopname
15 Opslagfunctie RAW, TIFF, SHQ, HQ, SQ1, SQ2
16 Resolutie 2560 × 1920, 2560 × 1696, 1280 × 960,
640 × 480, 320 × 240
17 AF-teken [ ]
18 Aantal beelden dat nog opgeslagen
kan worden /
Nog resterende seconden
30
36''
19 AE-lock
AE geheugen
20 Spotmeting
21 ISO-equivalente gevoeligheid ISO 64; ISO 100; ISO 200; ISO 400
22 Witbalans , , , , , , ,
,
AWB, CWB
23 Witbalans compensatie B1 – B7; R1 – R7
24 Verzadiging –5 – +5
25 Scherpte –5 – +5
26 Contrast –5 – +5
27 Voorinstelling motiefprogramma's , ,
28 Geheugenindicator , , ,
29 Geselecteerd kaartje [xD], [SM], [CF]
Stilstaande beelden
Filmbeelden
NL 11
Stand Weergeven
Bij de hieronder getoonde beelden is de informatieweergave ingeschakeld (stand ON).
Functie Indicaties
1 Batterijcontrole ,
2 Geselecteerd kaartje [xD], [SM], [CF]
3 Afdrukwachtrij
Aantal afdrukken
Filmbeelden
x 10
4 Geluidsopname
5 Beveiligd beeld
6 Opslagfunctie RAW, TIFF, SHQ, HQ, SQ1, SQ2
7 Aantal pixels 2560 × 1920; 2560 × 1696; 1280 × 960;
640 × 480; 320 × 240
8 Diafragmawaarde F1.8 – F8.0
9 Sluitertijd 16 – 1/2000
10 Belichtingscompensatie –2.0 – +2.0
11 Witbalans WB AUTO, , , , , ,
,
,
, AWB, CWB
12 ISO-equivalente gevoeligheid ISO 64; ISO 100; ISO 200; ISO 400
13 Datum en tijd '02.10.17 15:30
14 Bestandsnummer
Afspeeltijd / Totale opnametijd
FILE: 100 – 0030
0'' / 20''
Stilstaande beelden Filmbeelden
12 NL
Geheugenindicator
Als u een stilstaand beeld fotografeert, licht de geheugenindicator op. Als de geheugen-
indicator in de monitor zichtbaar is, is de camera bezig het beeld op te slaan op het
geheugenkaartje. Afhankelijk van de opnamestatus veranderen de indicaties in de
geheugenindicator als hieronder afgebeeld. Tijdens het opslaan van filmbeelden verschijnt de
geheugenindicator niet.
Batterijcontrole
Wordt de camera ingeschakeld of is de camera in gebruik en is de nog beschikbare
batterijlading gering, dan verandert in de monitor de indicatie van de batterijlading als volgt:
Batterij-
controle
LCD-venster LCD-monitor Status
Brandt Brandt (groen)
(Dooft na een ogenblik)
Nog beschikbare batterijlading:
Hoog
Knippert Knippert (rood) Nog beschikbare batterijlading:
Gering
Vervang de batterijen door
nieuwe.
Geen indicatie
Naast de zoeker knipperen de
groene LED en de oranje LED.
(Het LCD-venster wordt automatisch
uitgeschakeld.)
Nog beschikbare batterijlading:
Uitgeput
Vervang de batterijen door
nieuwe.
Vóór de opname.
(Indicator is gedoofd)
U kunt geen opnamen
meer maken.
(Licht helemaal op)
Voordat u de volgende
opname kunt maken moet
u enkele ogenblikken
wachten.
Eén opname
gemaakt.
(Brandt)
Meer dan twee
opnamen
gemaakt.
(Brandt)
Fotograferen Fotograferen Fotograferen
Wachten
NL 13
BEVESTIGEN VAN DE CAMERARIEM EN LENSDOP
1
Steek het koordje van de lensdop door het
gaatje in de lensdop.
2
Bevestig de camerariem, als afgebeeld,
aan het bevestigingspunt voor de
camerariem.
3
Maak de camerariem op lengte. Steek de
camerariem door de gesp ( ) en overtuig
u ervan dat u de riem stevig bevestigd heef.
4
Bevestig de camerariem op dezelfde wijze
aan het andere bevestigingspunt.
BATTERIJEN IN DE CAMERA ZETTEN
1
Overtuig u ervan dat de camera uitgeschakeld is,
dat wil zeggen dat de cameraschakelaar in de
stand OFF (Uit) staat.
2
Schuif de sluiting van het batterijcompartiment
vanuit de stand in de stand
.
3
Leg uw vinger op het symbool en schuif
het deksel van het batterijcompartiment in de
richting en klap het open in de richting .
Schuif het deksel open met uw vingertoppen. Gebruik
niet uw vingernagel omdat u zich dan kunt bezeren.
Bevestigingspunt camerariem
14 NL
4
Steek de batterijen, als afgebeeld, in de juiste stand in de camera.
5
Klap het deksel van het batterijcompartiment
dicht, druk het deksel vervolgens omlaag en
schuif het in de richting van de pijl .
Druk bij het sluiten van het deksel vooral op het midden
van het deksel. Drukt u op de rand ervan, dan is het
deksel moeilijker te sluiten.
Overtuig u ervan dat het deksel volledig gesloten is.
6
Schuif de sluiting van het batterijcompartiment vanuit de stand in de
stand .
GEHEUGENKAARTJE IN DE CAMERA ZETTEN
Overal waar in deze handleiding de uitdrukking „kaartje“ gebruikt wordt, wordt een
xD-Picture Card, SmartMedia, CompactFlash of een Microdrive bedoeld. Deze camera slaat
de gefotografeerde beelden op op een geheugenkaartje.
1
Overtuig u ervan dat de camera uitgeschakeld is,
dat wil zeggen dat de cameraschakelaar in de stand
OFF (Uit) staat.
2
Open het klepje over de kaartsleuf.
Bij gebruik van AA-formaat (R6) batterijen.
Stand
van de
batterijen
De juiste stand van de AA-formaat batterijen is
aan de onderzijde de camera aangegeven.
Bij gebruik van lithium batterijblokken
van het
type
CR-V3
NL 15
3
Steek een kaartje in de camera.
xD-Picture Card / SmartMedia
Houd het kaartje recht voor de kaartsleuf en steek het in de juiste
stand in de sleuf voor een xD-Picture Card / SmartMedia.
De afbeelding naast de kaartsleuf laat zien hoe u het kaartje in
de sleuf moet steken.
Attention: xD-Picture Card – refer to page 58.
Compact Flash/Microdrive
Houd het kaartje recht voor de kaartsleuf en steek het in de sleuf tot het stuit.
4
Sluit het klepje over de kaartsleuf tot het hoorbaar dichtklikt.
Geheugenkaartje uit de camera nemen
xD-Picture Card
Ontgrendel het kaartje door het iets verder naar binnen te drukken en laat het dan
voorzichtig los. Het kaartje veert iets naar buiten en stopt dan. Trek het kaartje recht uit de
kaartsleuf.
SmartMedia
Druk het kaartje iets verder naar binnen en laat het dan los. Het kaartje veert dan iets naar
buiten zodat u het uit de sleuf kunt trekken.
Compact Flash/Microdrive
Druk de uitwerperknop rustig in zodat die omhoog veert en druk hem vervolgens helemaal
in. Het kaartje veert dan iets naar buiten zodat u het uit de sleuf kunt trekken.
Van geheugenkaartje wisselen
De gefotografeerde beelden worden opgeslagen op het kaartje waarvan in het LCD-venster
of in de LCD-monitor het functiepictogram wordt aangegeven. Voordat u gaat fotograferen
moet u het soort geheugenkaartje kiezen waarop u de beelden wilt opslaan. De standaard-
instelling af fabriek is dat de sleuf voor een xD-Picture Card / SmartMedia wordt gebruikt.
Steekt u maar één kaartje in de camera, dan wordt automatisch dat kaartje gebruikt. Het
kaartje dat u wilt gebruiken kunt u ook selecteren vanuit de stand Weergeven.
Laat u het kaartje plotseling los, dan bestaat de kans dat het uit de kaartsleuf springt.
Opmerking
16 NL
CAMERA IN EN UITSCHAKELEN
Tijdens fotograferen
1
Verwijder, voordat u de camera inschakelt, de
lensdop door de beide nokken naar elkaar toe te
knijpen.
2
Draai de functieknop zo dat de gewenste
fotofunctie tegenover de rode instelstreep komt
te staan. U kunt kiezen uit: / / / /
//////.
3
Draai de cameraschakelaar zo dat de indicatie
ON (Aan) tegenover de witte instelstreep komt
te staan.
De camera wordt ingeschakeld en de lens schuift
naar voren.
4
Om de camera uit te schakelen draait u de
cameraschakelaar zo dat de indicatie OFF (Uit)
tegenover de witte instelstreep komt te staan.
Tijdens weergegeven
1
Draai de functieknop zo dat het
functiepictogram tegenover de rode instelstreep komt te staan.
2
Draai de cameraschakelaar zo dat de indicatie ON (Aan) tegenover de witte
instelstreep komt te staan.
Daarmee wordt de LCD-monitor ingeschakeld.
3
Om de camera uit te schakelen draait u de cameraschakelaar zo dat de
indicatie OFF (Uit) tegenover de witte instelstreep komt te staan.
Daarmee wordt ook de LCD-monitor uitgeschakeld.
Functie-
knop
Camera-
schakelaar
NL 17
TAAL INSTELLEN
1
Zet de functieknop in de stand en schakel de camera in.
Vergeet vooral niet de lensdop te verwijderen voordat u de camera inschakelt.
De taal kunt u vanuit alle functies instellen.
2
Open het hoofdmenu door op de knop
te drukken.
3
Selecteer de functie MODE MENU (Functiemenu) door op van de
pendelknop te drukken.
4
Selecteer het tabblad SETUP (Instellen) door op
of op
te drukken en
druk dan op de knop .
5
Selecteer de functie door op
of op
te drukken en druk dan
op de knop .
6
Selecteer de gewenste taal door op
of op
te drukken en druk dan op
de knop .
7
Sluit het menu door opnieuw op de knop te drukken.
8
Schakel de camera uit door de cameraschakelaar in de stand OFF (Uit) te zetten.
DATUM EN TIJD INSTELLEN
1
Zet de functieknop in de stand en schakel de camera in.
Vergeet vooral niet de lensdop te verwijderen voordat u de camera inschakelt.
Datum en tijd kunt u vanuit alle functies instellen.
2
Open het hoofdmenu door op de knop
te drukken
.
3
Selecteer de functie MODE MENU (Functiemenu) door op van de
pendelknop te drukken.
4
Selecteer het tabblad SETUP (Instellen) door op of op te drukken en
druk dan op
.
5
Selecteer de functie door op of op te drukken en druk dan op
.
De geselecteerde functie wordt gemarkeerd door een groen kader.
6
Selecteer een van de volgende datumnotaties: Y-M-D (Jaar/Maand/Dag),
M-D-Y (Maand/Dag/Jaar) of D-M-Y (Dag/Maand/Jaar) door op of op
te drukken en druk dan op .
Kies de cijfergroep van het jaartal (Y).
Deze en de volgende stappen, laten zien hoe u datum en tijd instelt wanneer als
datumnotatie Y-M-D (Jaar/Maand/Dag) geselecteerd is.
18 NL
7
Stel het jaartal in door op of op te drukken. Nadat u het jaartal
ingesteld heeft, kiest u de cijfergroep voor de maand (M) door op te
drukken.
Wilt u naar de voorgaande instelling terugkeren, dan drukt u op de knop .
De eerste twee cijfers van het jaartal kunt u niet instellen.
8
Herhaal deze procedure tot u de cijfergroepen voor datum en tijd allemaal
ingesteld heeft.
9
Druk op de knop .
Wilt u de klok van de camera nauwkeurig gelijkzetten, dan drukt u op de knop
op het moment dat de klok 00 seconden aanwijst. De klok gaat pas lopen op het
moment dat u de knop indrukt.
10
Wilt u de camera uitschakelen, dan zet u de cameraschakelaar in de stand
OFF (Uit).
Laat u de camera langer dan circa één uur zonder batterijen, dan gaan de
ingestelde datum en tijd verloren.
Opmerking
NL 19
MENUFUNCTIES
GEBRUIK VAN MENU'S EN TABBLADEN
Schakelt u de camera in en drukt u op de OK/MENU-knop , dan verschijnt het
zogenaamde hoofdmenu in de monitor. De functies van deze camera stelt u in vanuit de menu's.
Dit hoofdstuk beschrijft hoe u de menu's gebruikt. Daarbij wordt verondersteld dat de camera
in de stand (Programmagestuurd fotograferen) staat.
Gebruik van menu's
1
Open het hoofdmenu door op de OK/MENU-knop te drukken en druk
dan op .
2
Selecteer een tabblad door op of op te drukken, en druk dan op .
3
Selecteer de functie die u wilt gebruiken door op of op te drukken,
en druk dan op .
4
Selecteer de gewenste instelling door op of op te drukken en
bevestig de gemaakte instelling door op de knop te drukken. Om het
menu te sluiten en terug te keren naar de stand Fotograferen, drukt u
opnieuw op de knop .
De snelmenu's openen onmiddellijk het
instelscherm voor de betreffende functie.
Bij de snelmenu's verschijnen functieknop-
pen langs de onderrand van het scherm.
De functies in de snelmenu's kunt u ook
instellen vanuit het MODE MENU
(Functiemenu).
Met uitzondering van de functies en
kunt u de inhoud van de snelmenu's
wijzigen.
Selecteer het gewenste
menu met de pijlknoppen
van de pendelknop.
Druk op de
OK/
MENU-knop .
Hoofdmenu
Snelmenu's
Het hoofdmenu wordt geopend.
WB
DRIVE
MODE MENU
Hier opent u de menu's voor het instellen van
de ISO-equivalente gevoeligheid, Scherpte,
enzovoort.
De instellingen zijn verdeeld over vier tabbladen.
Het hoofdmenu bestaat uit de tabbladen:
CAMERA, PICTURE (Beeld), CARD (Ge-
heugenkaartje) en SETUP (Instellen). Deze
functies selecteert u met de tabs aan de
linkerkant van het scherm door op of op
te drukken.
20 NL
Snelmenu's
Stand Fotograferen
Stand Weergeven
Hiermee kiest u voor de fotografische functie uit: (Enkelbeeld opname),
(Zeer snelle repeterende opnamen), (Repeterende opnamen),
(Repeterende opnamen met autofocus) of BKT (Automatische proefbelichting).
Met deze functie kunt u tijdens het fotograferen van filmbeelden geluid opnemen.
Met deze functie kunt u de beeldkwaliteit en de resolutie instellen.
Stilstaande beelden :RAW, TIFF, SHQ, HQ, SQ1, SQ2
Filmbeelden : HQ, SQ
Met deze functie brengt u de witbalans in overeenstemming met de lichtbron.
Deze functie geeft alle op het kaartje opgeslagen beelden achter elkaar weer.
MOVIE PLAYBACK Voor het weergeven van filmbeelden.
INDEX Voor het samenstellen van een indexbeeld van negen
filmbeelden.
EDIT Voor het bewerken van filmbeelden.
Voor het weergeven van alle fotografische informatie in de LCD-monitor.
De functie geeft de helderheidsverdeling van stilstaande beelden weer in de vorm van een
histogram.
DRIVE (Sluiterfuncties)
(Filmbeelden)
WB
MOVIE PLAY (Filmbeelden)
INFO
NL 21
Functiemenu's
Het functiemenu MODE MENU bestaat uit vier tabbladen. Om een tabblad te selecteren en
de daarbij behorende menuopties weer te geven, drukt u op of .
Stand Fotograferen
Tabblad CAMERA
DRIVE (Sluiterfuncties) Met deze functie stelt u de wijze in waarop repeterende
opnamen gemaakt worden: (Enkelbeeld opname),
(Zeer snelle repeterende opnamen),
(Repeterende opnamen), (Repeterende
opnamen met autofocus) of BKT (Automatische
proefbelichting.
ISO Met deze functie kiest u de ISO-equivalente gevoeligheid:
AUTO, ISO 64, ISO 100, ISO 200 of ISO 400.
MY MODE Hiermee kiest u de functie die geactiveerd moet worden
wanneer u fotografeert met de camera in de stand .
FLASH (Flitser) Bij gebruik van een losse flitser kunt u kiezen uit de
volgende functies: In + , en SLAVE (Slaafflitser).
Selecteert u de functie „SLAVE", dan wordt de
lichtopbrengst van de hoofdflitser ingesteld.
SLOW (Lange sluitertijd) Met de camera ingesteld op SLOW (Synchronisatie
met lange sluitertijd) kunt u met deze functie kiezen uit
SLOW 1 (Eerste gordijn), SLOW (Eerste
gordijn met onderdrukken van rode ogen) en SLOW 2
(Tweede gordijn).
NOISE REDUCTION
(Ruisonderdrukking)
Door deze functie in te schakelen vermindert u de ruis in
beelden die met lange belichtingen gemaakt worden.
DIGITAL ZOOM
(Digitaal zoomen)
Het maximale optische zoombereik kan door digitaal te
zoomen worden vergroot tot circa 10x.
FULLTIME AF
(Continu AF)
Deze functie houdt het beeld voortdurend scherp zonder
dat u daarvoor de ontspanknop half hoeft in te drukken.
Voor meer details van de hier beschreven functies raadpleegt u de Reference Manual
op de bij de camera geleverde CD-ROM.
CARDSEt PIC
CAMERA
DRIVE
ISO
MY MODE
FLASH
IN+
IN+
SLOW
SLOW1
SLOW1
Tabblad CAMERA
Tabblad PICTURE (Beeld)
Tabblad CARD (Kaartje)
Tabblad SETUP (Instellen)
22 NL
AF MODE
(Autofocusmethode)
Met deze functie selecteert u de autofocusmethode
(iESP of SPOT).
Records sound when taking a still picture.
PANORAMA Met deze functie en met een kaartje van het merk Olympus
CAMEDIA kunt u panorama-opnamen maken.
2 IN 1 Deze functie combineert twee achtereenvolgens
gemaakte opnamen en slaat de beelden als een enkel
beeld op.
FUNCTION Met deze functie kunt u speciale effecten in uw foto's
aanbrengen – ZWART-WIT, SEPIA, WHITE BOARD of
BLACK BOARD.
Geeft de helderheidsverdeling van stilstaande beelden
weer in de vorm van een histogram.
Tabblad PICTURE
Met deze functie stelt u de beeldkwaliteit en de resolutie in.
Stilstaande beelden: RAW, TIFF, SHQ, HQ, SQ1, SQ2
Filmbeelden :HQ, SQ
WB
(White balance – witbalans)
Met deze functie brengt u de witbalans in
overeenstemming met de lichtbron.
Met deze functie kunt u de witbalans met de hand
fijninstellen.
CUSTOM WB (Voorkeurswitbal.) Met deze functie slaat u uw voorkeurswitbalans op.
SCENE MODES
(Motiefprogramma's)
Met deze functie fotografeert u met specifieke instellingen
om het gewenste effect te bereiken ( , , ).
SHARPNESS (Scherpte) Met deze functie stelt u de beeldscherpte in.
CONTRAST (Contrast) Met deze functie stelt u het beeldcontrast in.
SATURATION
(Verzadiging)
Met deze functie stelt u de kleurdiepte in zonder dat dit de
kleurtint wijzigt.
Tabblad CARD
CARD SETUP (Kaartje instellen) Met deze functie formatteert u kaartjes.
Tabblad SETUP
ALL RESET (Alles in de
uitgangsstand zetten)
Met deze functie bepaalt u of bij het uitschakelen van de
camera de huidige camera-instellingen wel of niet
opgeslagen worden.
Met deze functie selecteert u de in de monitor gebruikte
voertaal.
NL 23
PW ON SETUP Met deze functie stelt u het beeld in dat bij het inschakelen
van de camera in de monitor verschijnt.
PW OFF SETUP Met deze functie stelt u het beeld in dat bij het
uitschakelen van de camera in de monitor verschijnt.
REC VIEW
(Opgeslagen beeld weergeven)
Met deze functie specificeert u of beelden tijdens het
opslaan op het geheugenkaartje getoond worden in de
monitor.
Met deze functie stelt u het voor waarschuwingen,
enzovoort gebruikte akoestische signaal en het volume
ervan in.
BEEP
(Pieptoontje)
Met deze functie stelt u het pieptoontje in dat klinkt
wanneer een knop wordt ingedrukt en stelt u het volume
ervan in.
SHUTTER SOUND
(Sluitergeluid)
Met deze functie stelt u het pieptoontje in dat de camera
produceert als de ontspanknop wordt ingedrukt en stelt u
het volume ervan in.
MY MODE SETUP
(Voorkeursinstellingen)
Met deze functie legt u uw voorkeursinstellingen vast die
geactiveerd moeten worden als u de camera in de stand
zet.
FILE NAME
(Bestandsnaam)
Met deze functie specificeert u hoe bestanden en mappen
benoemd worden.
PIXEL MAPPING
(Pixelcontrole)
Met deze functie controleert u de CCD en de
beeldbewerkingschakelingen op fouten.
Met deze functie stelt u de helderheid van de monitor in.
Met deze functie stelt u datum en tijd in.
m/ft Met deze functie stelt u de maateenheid in die bij met de
hand scherpstellen gebruikt wordt.
VIDEO OUT
(Video-uitgang)
Met deze functie selecteert u de kleurentelevisienorm –
NTSC of PAL – van de door u gebruikte TV-ontvanger.
De gebruikte norm kan per land verschillen.
SHORT CUT
(Snelmenu)
Met deze functie kunt u veel gebruikte functies als
snelmenu's aan het hoofdmenu toevoegen.
CUSTOM BUTTON
(Voorkeursfunctieknop)
Met deze functie kunt u een veel gebruikte functie
toekennen aan de Voorkeursfunctieknop van de camera.
DUAL CONTROL PANEL
(Dubbel LCD-venster)
Als de LCD-monitor niet gebruikt wordt, geeft het LCD-
venster dezelfde informatie weer als de LCD-monitor.
AF ILLUMINATOR
(AF hulpverlichting)
Met deze functie schakelt u de AF hulpverlichting in om
een donker onderwerp te verlichten.
24 NL
Stand Weergeven
Tabblad PLAY
Met deze functie kunt u geluid toevoegen aan reeds
gefotografeerde beelden.
* The PLAY tab is not displayed during movie playback.
Tabblad EDIT
RAW DATA EDIT
(Ruw beeldmateriaal bewerken)
Met deze functie stelt u de beeldkwaliteit, witbalans,
enzovoort in van beelden die opgeslagen werden in het
bestandstype RAW en slaat ze op als nieuwe bestanden.
Met deze functie maakt u het beeldbestand kleiner en
slaat het op in de vorm van een nieuw bestand.
Met deze functie maakt u een uitsnede van het beeld en
slaat die op in de vorm van een nieuw bestand.
COPY
(Kopiëren)
Met deze functie kopieert u beelden van en naar
kaartjes. Hierbij kunt u kiezen of u alle beelden of maar
een enkel, geselecteerd beeld wilt kopiëren.
Tabblad CARD
CARD SETUP (Kaartje instellen) Met deze functie formatteert u kaartjes.
Wist alle op het kaartje opgeslagen beelden.
Tabblad SETUP
ALL RESET
(Alles in de uitgangsstand zetten)
Met deze functie bepaalt u of bij het uitschakelen van de
camera de huidige camera-instellingen wel of niet
opgeslagen worden.
Met deze functie selecteert u de in de monitor gebruikte
voertaal.
PW ON SETUP Met deze functie stelt u het beeld in dat bij het
inschakelen van de camera in de monitor verschijnt.
CARDSEt EDIt
PLAY
Tabblad PLAY (Weergeven)
Tabblad EDIT (Bewerken)
Tabblad CARD (Kaartje)
Tabblad SETUP (Instellen)
NL 25
PW OFF SETUP Met deze functie stelt u het beeld in dat bij het
uitschakelen van de camera in de monitor verschijnt.
SCREEN SETUP
(Scherm instellen)
Met deze functie registreert u een opgeslagen beeld
zodat u dat kunt selecteren met PW ON SETUP en / of
PW OFF SETUP.
VOLUME Met deze functie stelt u het volume van het afgespeelde
geluid in. Ook kunt u er het volume mee instellen van het
geluid dat tijdens PW ON SETUP en / of PW OFF SETUP
wordt afgespeeld.
Met deze functie stelt u het voor waarschuwingen,
enzovoort gebruikte akoestische signaal en het volume
ervan in.
BEEP
(Pieptoontje)
Met deze functie stelt u het pieptoontje in dat klinkt
wanneer een knop wordt ingedrukt en stelt het volume
ervan in.
Met deze functie stelt u de helderheid van de monitor in.
Met deze functie stelt u datum en tijd in.
VIDEO OUT
(Video-uitgang)
Met deze functie selecteert u de kleurentelevisienorm –
NTSC of PAL – van de door u gebruikte TV-ontvanger. De
gebruikte norm kan per land verschillen.
Met deze functie stelt u het aantal beelden in waaruit een
indexbeeld moet bestaan.
26 NL
FUNCTIEKNOP EN DIRECT WERKENDE
FUNCTIEKNOPPEN
Functieknop
Met de functieknop kiest u een fotofunctie of een weergavefunctie. De fotofuncties bestaan uit
functies waarmee voor de gegeven situatie automatisch de optimale instellingen worden
geselecteerd en uit functies waarbij u de instellingen kiest die het best geschikt zijn voor de
fotografische condities en voor het effect dat u wilt bereiken.
Programmagestuurd fotograferen
Met deze functie fotografeert u stilstaande beelden. Daarbij stelt de camera diafragma en
sluitertijd in. Alle andere functies, zoals de flitserfunctie en de sluiterfuncties kunt u met de hand
instellen.
Diafragmavoorkeuze
Met deze functie stelt u zelf het diafragma in en de camera kiest daar automatisch de sluitertijd bij.
Het diafragma stelt u in door verdraaien van de instelknop.
Voor een lagere diafragmawaarde (F-getal) draait u de knop linksom.
Voor een hogere diafragmawaarde (F-getal) draait u de knop rechtsom.
Sluitertijdvoorkeuze
Met deze functie stelt u zelf de sluitertijd in en de camera kiest daar automatisch het diafragma bij.
De sluitertijd stelt u in door verdraaien van de instelknop.
Voor een langere sluitertijd draait u de knop linksom.
Voor een kortere sluitertijd draait u de knop rechtsom.
Handinstelling
Met deze functie stelt u zowel het diafragma als de sluitertijd zelf in.
Functie
Weergeven
Fotofuncties
NL 27
Het diafragma stelt u in door verdraaien van de instelknop .
Voor een lagere diafragmawaarde (F-getal) draait u de knop linksom.
Voor een hogere diafragmawaarde (F-getal) draait u de knop rechtsom.
De sluitertijd stelt u in door verdraaien van de instelknop.
Voor een langere sluitertijd draait u de knop linksom.
Voor een kortere sluitertijd draait u de knop rechtsom.
My Mode – Voorkeursinstellingen
In de stand MY MODE SETUP kunt u uw favoriete instellingen opslaan waarna u deze
voorkeursinstellingen tijdens het fotograferen kunt gebruiken. Zo kunt u ook de huidige
instellingen opslaan om die later met deze functie te activeren.
Filmbeelden fotograferen
Met deze functie kunt u filmbeelden fotograferen. De camera stelt diafragma en sluitertijd
automatisch in. Ook als de afstand tussen uw onderwerp en de camera verandert, handhaaft
de camera de juiste scherpstelling.
Nachtscène
Deze functie gebruikt u wanneer u 's avonds of 's nachts wilt fotograferen. De camera stelt een
langere sluitertijd in dan bij normale opnamen gebruikelijk is. Fotografeert u bijvoorbeeld 's
nachts een straat met de camera in de stand , dan wordt het beeld door gebrek aan licht
te donker en zijn daarin alleen de lichtpuntjes van bijvoorbeeld de straatverlichting zichtbaar.
Met de camera in de stand Nachtscène, daarentegen legt u het ware aanzien van de straat
vast. De camera kiest automatisch de optimale instellingen voor dit soort opnamen. Omdat de
camera met een lange sluitertijd werkt, moet u de camera stabiliseren door hem op een statief
te zetten.
Landschap
Deze functie is bijzonder geschikt voor het fotograferen van landschappen en andere scènes
buitenshuis. Zowel de voorgrond als de achtergrond worden scherp afgebeeld. Omdat deze
functie blauwtinten en groentinten levendig reproduceert, is deze functie bij uitstek geschikt
voor het fotograferen van natuurlijke decors. De camera kiest automatisch de optimale
instellingen.
Landschap + portret
Dit is een functie waarmee u zowel uw onderwerp als de achtergrond daarvan vastlegt. In de
opname die u maakt, worden zowel de achtergrond als het onderwerp op de voorgrond
scherp afgebeeld. Zo kunt u bijvoorbeeld uw onderwerp afgetekend tegen een fraaie lucht of
landschap fotograferen. De camera kiest bij deze functie automatisch de optimale
fotografische instellingen.
Sport
Met deze functie legt u snel verlopende acties (bijvoorbeeld sportscènes) vast zonder dat
daarbij bewegingsonscherpte optreedt. De camera kiest bij deze functie automatisch
de optimale fotografische instellingen.
28 NL
Portret
Dit is een functie voor het maken van portretopnamen van personen. Met deze functie wordt
het onderwerp scherp afgebeeld tegen een wazige achtergrond. De camera kiest bij de
functie automatisch de optimale fotografische instellingen.
Weergeven
Met deze functie kunt u zowel stilstaande beelden als filmbeelden weergeven. Ook kunt u
vanuit deze functie beelden bewerken en beelden in de wachtrij voor het afdrukken zetten.
Ook heeft u deze functie nodig als u de camera op een PC aansluit.
Welke instellingen beschikbaar zijn, is afhankelijk van de ingestelde functie.
Attention: RECORDING MOVIES
The explanations given in Reference Manual (CD-ROM) pages 48, 49, 61, 97 and 218 may
create confusion. Please read the following most carefully for proper operation of the camera.
Filmbeelden fotograferen
In de stand (Filmbeelden) is de standaardinstelling af fabriek voor « (Filmbeelden)»
is ON (Aan). Om scherp te stellen wordt de ontspanknop half ingedrukt en daarna helemaal
om optisch zoomen vast te zetten en de opname te starten. Tijdens het fotograferen wordt
de scherpstelling vastgehouden ook wanneer FULLTIME AF (Continu AF) ingeschakeld (ON)
is. Zet FULLTIME AF op ON en « (Filmbeelden)» op OFF (Uit) om tijdens het fotograferen
het onderwerp scherp te houden. Zet bij gebruik van de zoomfunctie digitaal zoomen op
ON. Als gevolg van bovenstaande wijzigingen moeten de volgende correcties worden
aangebracht. Reference Manual (CD-ROM) blz. 48.
Tijdens het fotograferen van filmbeelden, wordt geluid opgenomen. Scherpstelling en
zoomstand worden vast ingesteld. Als de afstand tot het onderwerp verandert, kan dat
de scherpstelling nadelig beïnvloeden.
TIP: De standaardinstelling af fabriek voor « (Filmbeelden)» is ingeschakeld (ON).
Reference Manual (CD-ROM) blz. 49.
Filmbeelden fotograferen
Tijdens het fotograferen van filmbeelden worden diafragma en sluitertijd door de camera
automatisch ingesteld en neemt de camera geluid op. Scherpstelling en zoomstand
worden vast ingesteld. Als de afstand tot het onderwerp verandert, kan dat de
scherpstelling nadelig beïnvloeden. Reference Manual (CD-ROM) blz. 61.
Is in de stand de functie « (Filmbeelden)» ingeschakeld (ON) dan werkt FULLTIME
AF (Continu AF) niet.
Reference Manual (CD-ROM) blz. 97.
Standaardinstellingen af fabriek FULLTIME AF OFF (Uit) Reference Manual
(Filmbeelden) ON (Aan) (CD-ROM) blz. 218.
Opmerking
NL 29
Direct werkende knoppen
De camera is ten behoeve van een snelle bediening en het instellen van diverse foto- en
weergavefuncties uitgerust met direct werkende knoppen. In de standen Fotograferen en
Weergeven hebben de direct werkende knoppen uiteenlopende functies. Door een of twee
direct werkende knoppen ingedrukt te houden en de instelknop te verdraaien kunt u de functies
instellen.
Instellen van de direct werkende knoppen
De procedure voor het maken van instellingen met de direct werkende knoppen en de
instelknop is hieronder geschetst. Omdat het instelscherm in de monitor verschijnt wanneer u
de direct werkende knop indrukt, kunt u de instellingen maken door gewoon de richtlijnen te
volgen die onder in het scherm verschijnen.
Voorbeeld: Gebruik van de flitserfunctieknop
1
Selecteer de flitserfunctie door de instelknop te verdraaien terwijl u de knop
ingedrukt houdt.
De monitor wordt ingeschakeld met daarin het instelscherm.
De instelling wordt geactiveerd op het moment dat u de direct werkende knop loslaat.
Daarbij wordt tevens de monitor uitgeschakeld.
2
Open het menu door op de knop
te drukken terwijl u de knop
ingedrukt houdt. Als het menu
verschijnt, laat u de direct werkende
knop los.
3
Selecteer de gewenste optie door op
of te drukken en druk daarna
op de knop .
FLASH MODE
AUtO
SEt
Richtlijn:
Deze verschijnt wanneer verdere opties
beschikbaar zi
n.
GO
SELECt
SLOW
SLOW1
SLOW
SLOW2
CANCEL
Richtlijn:
De beschikbare opties worden getoond.
30 NL
Direct werkende knoppen
Door een of twee direct werkende knoppen ingedrukt te houden en de instelknop te
verdraaien, kunt u alle functies instellen.
Stand Fotograferen
Knop (Belichtingscompensatie)
Wijzigt de belichtingscompensatiewaarde.
Knop (Flitserfunctie)
Hier kiest u een flitserfunctie uit Auto (Geen functiepictogram), Onderdrukken van
rode ogen ( ), Invulflitsen ( ), Synchronisatie met lange sluitertijd
( SLOW/ SLOW) en Flitser uit ( ).
+
Tegelijk
indrukken
Knop (Lichtopbrengst flitser)
Met deze functie stelt u de door de flitser afgegeven hoeveelheid licht in.
Knop (Lichtmeetfunctie)
Hier kiest u de lichtmeetfunctie uit ESP (Geen functiediagram), Spotmeting ( )
en Multimeting ( ).
Knop (AF/Macro/MF)
Hier kiest u de scherpstelfunctie uit Autofocus (Geen functiediagram), Macro
( ), en Handscherpstelling (MF), Supermacro ( knippert) en Supermacro
MF (MF knippert).
11
Instelknop
NL 31
Stand Weergeven
Knop (Zelfontspanner / Afstandbediening)
Met deze functie activeert u de Zelfontspanner ( ) of de Afstandbediening
( ).
Knop (Voorkeursfunctie)
Met deze functie activeert u de functie die u aan de Voorkeursfunctieknop
toegekend heeft.
Knop AEL (AE lock)
Met deze functie houdt u de gemeten belichting vast. Bij elke druk op de knop
AEL activeert / deactiveert u afwisselend de geheugenfunctie.
Knop (Beveiligen)
Met deze functie beveiligt u belangrijk beeldmateriaal tegen abusievelijk wissen.
Knop (Draaien)
Met deze functie draait u beelden 90° met de wijzers van de klok mee of tegen
de wijzers van de klok in.
Knop (Afdrukken)
Met deze functie slaat u de data van de afdrukwachtrij op op het kaartje.
+
Tegelijk
indrukken
Knop RESET (Herstellen)
Wanneer u beide knoppen gedurende ten minste drie seconden ingedrukt houdt,
worden de fabrieksinstellingen van de camera hersteld.
Knop (Wissen)
Met deze functie wist u een geselecteerd beeld.
11
32 NL
BASISHANDELINGEN
STILSTAANDE BEELDEN FOTOGRAFEREN
U kunt stilstaande beelden met behulp van de zoeker of de LCD-monitor fotograferen. Beide
methoden zijn bijzonder handig omdat u alleen maar de ontspanknop hoeft in te drukken.
Stilstaande beelden fotograferen met de zoeker
1
Zet de functieknop in de stand of
en schakel de camera in.
2
Richt het AF-teken in de zoeker op uw onderwerp.
3
Druk de ontspanknop rustig half in zodat de camera zich kan scherpstellen.
Als de groene LED brandt, houdt de camera de gemeten scherpstelling en belichting
vast.
Als de oranje LED brandt, ontsteekt de flitser automatisch.
4
Druk de ontspanknop helemaal in.
De camera maakt de opname.
De indicatie-LED Dataverkeer knippert ten teken dat het beeld wordt opgeslagen op
het kaartje.
Als de groene LED ophoudt met knipperen, kunt u de volgende opname maken.
Stilstaande beelden fotograferen met de monitor
1
Zet de functieknop in de stand of
en schakel de camera in.
2
Schakel de monitor in door op de knop te drukken.
Tijdens het fotograferen kunt u de hoek van de monitor wijzigen.
3
Richt, terwijl u naar het beeld in de monitor kijkt, het AF-teken op uw
onderwerp. Kader het beeld af.
4
Maak de opname op dezelfde wijze als wanneer u met de zoeker
fotografeert.
Houdt u de scherpstelling vast door de ontspanknop half in te drukken, dan licht de
groene LED in de monitor op. Het AF-teken verplaatst zich naar het punt waarop de
camera zich heeft scherpgesteld.
Welke instellingen beschikbaar zijn, is afhankelijk van de ingestelde functie.
Opmerking
NL 33
ALS GOED SCHERPSTELLEN VAN DE CAMERA NIET
LUKT (FOCUSGEHEUGEN)
Staat het onderwerp waarop u wilt scherpstellen niet in het midden van het beeld en lukt het
niet het AF-teken er op te richten, dan stelt u de camera scherp op een ander punt, op
ongeveer dezelfde afstand (focusgeheugen) en maakt u uw opname zoals dat hieronder
beschreven is.
1
Zet de functieknop in de stand of
en schakel de camera in.
2
Richt het AF-teken op het onderwerp
waarop u wilt scherpstellen.
Wilt u een onderwerp fotograferen waarop
de camera zich moeilijk kan scherpstellen, of
wilt u een snel bewegend onderwerp
fotograferen, dan richt u de camera op een
onderwerp op ongeveer dezelfde afstand als
het gewenste onderwerp.
3
Druk de ontspanknop half in zodat de
groene LED oplicht.
Op het moment dat de gemeten scherpstelling en belichting vastgehouden worden,
licht de groene LED op.
Is de monitor ingeschakeld, dan verplaatst het AF-teken zich naar het punt waarop de
camera zich heeft scherpgesteld.
Begint de groene LED te knipperen, dan is de camera er niet in geslaagd de gemeten
scherpstelling en belichting vast te houden. In dat geval laat u de ontspanknop los,
richt de camera weer op uw onderwerp en drukt u de ontspanknop opnieuw half in.
4
Houd de ontspanknop half ingedrukt en
kader uw opname opnieuw af.
5
Druk de ontspanknop helemaal in.
Groene LEDAF-teken
34 NL
FILMBEELDEN FOTOGRAFEREN
1
Zet de functieknop in de stand en schakel de camera in.
In de monitor die ingeschakeld wordt, wordt de beschikbare opnametijd van het door
u gebruikte kaartje aangegeven.
2
Kader uw opname af terwijl u naar het beeld in de monitor kijk.
3
Start het fotograferen van filmbeelden door de ontspanknop helemaal in te
drukken.
De oranje LED rechts van de zoeker gaat branden.
Tijdens het fotograferen van filmbeelden brandt het functiepictogram rood.
4
Om het fotograferen van filmbeelden te stoppen, drukt u opnieuw op de
ontspanknop.
De indicatie-LED Dataverkeer begint te knipperen en het beeldmateriaal wordt
opgeslagen op het kaartje.
Is de nog beschikbare opnametijd verbruikt, dan wordt het fotograferen van
filmbeelden automatisch gestopt.
Is er nog ruimte vrij op het geheugenkaartje, dan wordt in de monitor de nog
beschikbare tijd aangegeven en is de camera weer gereed voor een volgende
opname.
Tijdens het fotograferen van filmbeelden is de flitser uitgeschakeld.
Het opslaan van filmbeelden duurt iets langer dan van stilstaande beelden.
De nog beschikbare opnametijd (in seconden) is afhankelijk van de
opslagfunctie en de op het kaartje beschikbare ruimte.
INZOOMEN OP EEN ONDERWERP (OPTISCH
ZOOMEN)
Tele- en groothoek-opnamen zijn mogelijk met een vergrotingsfactor van 3x (de grens van het
optische zoombereik, komt overeen met die van een 35 mm – 105 mm zoomlens van een
kleinbeeldcamera). Door optisch zoomen te combineren met digitaal zoomen is een totale
vergroting van maximaal circa 10x mogelijk.
1
Zet de functieknop in de stand of
en schakel de camera in.
2
Verdraai de zoomknop.
3
Maak uw opname terwijl u door de zoeker kijkt.
Met digitaal zoomen gefotografeerde beelden kunnen er korrelig uitzien.
Opmerking
Opmerking
NL 35
GEBRUIK VAN DE FLITSER
1
Stel de gewenste flitserfunctie in door de instelknop te verdraaien terwijl u
de flitserfunctieknop ingedrukt houdt.
De flitserfuncties veranderen in de hieronder afgebeelde volgorde en worden
aangegeven in het LCD-venster (mits alle flitserfuncties beschikbaar zijn):
2
Druk de ontspanknop half in.
Als de flitser gebruiksklaar is, brandt de oranje LED constant.
3
Druk de ontspanknop helemaal in.
TIPS:
Flitsbereik:
W (max.): Circa 0,8 m – 5,6 m
T (max.): Circa 0,2 m – 3,8 m
Autoflitsen (Geen functiepictogram)
Bij weinig licht en tegenlicht ontsteekt de flitser automatisch.
Flitsen met onderdrukken van rode ogen ( )
Deze flitserfunctie zorgt voor een aanzienlijke vermindering van het verschijnsel „rode ogen“
door voordat de hoofdflits ontsteekt, een reeks inleidende flitsen af te geven.
Invulflitsen ( )
De flitser ontsteekt altijd, ongeacht de verlichtingscondities.
Flitser uit ( )
De flitser ontsteekt nooit, ook niet bij weinig licht.
Synchronisatie met lange sluitertijd SLOW1, SLOW2, SLOW:
1st Curtain (voorste gordijn) SLOW1 (standaardinstelling af fabriek):
Stelt de flitser in op lange sluitertijden.
2nd Curtain (achterste gordijn) SLOW2:
In tegenstelling tot 1st Curtain zorgt 2nd Curtain ervoor dat de flitser ontsteekt vlak voordat de
sluiter dicht gaat.
1st Curtain met onderdrukken van rode ogen SLOW:
Stelt de flitser in op lange sluitertijden en vermindert het rode-ogeneffect.
(Flitser uit) SLOW of SLOW (Synchronisatie met lange sluitertijd).
(Onderdrukken van
rode ogen)
Geen functiepictogram
(Auto-flitsen)
(Invuflitsen)
36 NL
GEBRUIK VAN DE ZELFONTSPANNER
Deze functie is handig als u foto’s maakt waarbij u ook zelf in beeld wilt verschijnen. Zet bij
opnamen met de zelfontspanner de camera op een statief of op een andere stevige
ondergrond.
1
Stel de zelfontspannerfunctie in door de instelknop te verdraaien terwijl u de
knop ingedrukt houdt.
2
Start de zelfontspanner door de ontspanknop helemaal in te drukken.
De indicatie-LED Zelfontspanner / Afstandsbediening brandt circa 10 seconden en
knippert dan nog eens circa twee seconden. Daarna wordt de opname gemaakt.
Om de zelfontspanner uit te schakelen, drukt u op de knop
.
Na elke opname met de zelfontspanner wordt de zelfontspannerfunctie automatisch
uitgeschakeld.
NL 37
GEAVANCEERDE FOTOGRAFISCHE
TECHNIEKEN
REPETERENDE OPNAMEN
De camera heeft vier functies voor repeterende opnamen die u instelt vanuit de functie DRIVE
(Sluiterfuncties): Zeer snelle repeterende opnamen, Repeterende opnamen, Repeterende
opnamen met autofocus en Automatische proefbelichting.
Het maken van repeterende opnamen is niet mogelijk wanneer u als opslagfunctie TIFF
ingesteld heeft.
DRIVE-functie
Enkelbeeld opname: Met deze functie maakt u. telkens wanneer u de
ontspanknop helemaal indrukt, één opname (normale fotografie).
Zeer snelle repeterende opnamen: De repeterende opnamen worden met een
hogere snelheid gemaakt dan normale repeterende opnamen. De snelheid is
afhankelijk van de ingestelde opslagfunctie.
4 beelden met een snelheid van 3,3 beelden/s (3 beelden in de stand
SHQ ENLARGE SIZE).
Repeterende opnamen: Hiermee maakt u een reeks opnamen achter elkaar.
Scherpstelling, belichting en witbalans van de eerste opname worden vastge-
houden. Circa 11 beelden met een snelheid van 1,7 beelden/s. (in de stand HQ).
Repeterende opnamen met AF: Elke afzonderlijke opname wordt automatisch
scherpgesteld. De snelheid van repeterende opnamen met autofocus is geringer
dan van normale repeterende opnamen.
BKT
Automatische proefbelichting: Hiermee maakt u meerdere opnamen van hetzelfde
beeld, maar telkens met een andere belichtingswaarde. De belichtingsafwijking en
het aantal opnamen van de proefbelichting worden ingesteld vanuit de menu’s.
Scherpstelling en witbalans van de eerste opname worden vastgehouden.
MENU FUNCTIES – Mode menu’s
LICHTMEETMETHODEN
De camera kan de helderheid van een onderwerp op drie verschillende manieren meten:
Digitale ESP-meting:De belichting wordt bepaald door de lichtmeting te verrichten aan het
beeldmidden en het omringende vlak.
Spotmeting : De belichting wordt bepaald door de lichtmeting te verrichten aan het
vlak binnen het autofocusteken. Met deze functie kunnen optimaal
belichte opnamen worden gemaakt, ongeacht de achtergrondverlichting.
Multimeting : Deze functie meet de helderheid van het onderwerp aan maximaal acht
verschillende punten zodat de optimale belichting kan worden ingesteld
aan de hand van de gemiddelde helderheid. Deze methode is vooral van
belang voor onderwerpen met sterke contrasten.
FUNCTIEKNOP EN DIRECT WERKENDE FUNCTIEKNOPPEN – Direct werkende knoppen
38 NL
AE-GEHEUGEN
Deze functie is geschikt voor situaties waarin een optimale belichting moeilijk te realiseren is,
zoals bij overmatig contrast tussen het object en de omgeving ervan.
FUNCTIEKNOP EN DIRECT WERKENDE FUNCTIEKNOPPEN – Direct werkende knoppen
MACRO-OPNAME
Met de camera in de stand (Macro) kunt u objecten van dichtbij (0,2 m–0,8 m)
fotograferen.
FUNCTIEKNOP EN DIRECT WERKENDE FUNCTIEKNOPPEN – Direct werkende knoppen
SUPERMACRO-OPNAME
Met deze functie kunt u onderwerpen op slechts 3 cm afstand fotograferen.
Met de camera in de stand is normaal fotograferen eveneens mogelijk, maar de
zoomstand van de lens wordt automatisch ingesteld en kunt u niet wijzigen.
FUNCTIEKNOP EN DIRECT WERKENDE FUNCTIEKNOPPEN – Direct werkende knoppen
MET HAND SCHERPSTELLEN
Slaagt het autofocusmechanisme er niet in de camera scherp te stellen, dan stelt u met de hand
scherp.
FUNCTIEKNOP EN DIRECT WERKENDE FUNCTIEKNOPPEN – Direct werkende knoppen
NL 39
BEELDEN WEERGEVEN
STILSTAANDE BEELDEN WEERGEVEN
1
Zet de functieknop in de stand (Weergeven) en schakel de camera in.
De monitor wordt ingeschakeld met daarin het laatst gefotografeerde beeld
(Enkelbeeldweergave).
2
Wilt u andere beelden weergeven, dan kiest u die met de pendelknop of
met de instelknop.
Snelweergave (Dubbelklik weergave)
Met deze functie kunt u beelden weergeven terwijl de camera in de stand Fotograferen staat.
Dit is vooral handig wanneer u het resultaat van het fotograferen wilt controleren en het
fotograferen snel wilt hervatten.
1
Druk met de camera in de stand Fotograferen tweemaal snel achter elkaar
(dubbelklik) op de knop .
2
Om de camera weer in de stand Fotograferen te zetten, drukt u de
ontspanknop half in.
Gezoomd weergeven
Het in de monitor getoonde beeld kunt u 1,5x; 2x; 2,5x; 3x; 3,5x of 4x vergroot weergeven.
Deze functie is vooral handig wanneer u de details van een beeld wilt bekijken.
Geeft het volgende
beeld weer
Geeft het voorgaande
beeld weer
Springt naar
h
et tien
d
e
b
ee
ld
vóór het huidige beeld
Springt naar het tiende beeld na
het huidige beeld
• Met de pendelknop
Toont het volgende
beeld.
Toont het voorgaande
beeld.
• Met de instelknop
40 NL
1
Selecteer het stilstaande beeld dat u vergroot wilt weergeven.
Beelden die gemarkeerd zijn met het functiepictogram (Filmbeelden) kunt u niet
vergroot weergeven.
2
Draai de zoomknop naar de T-stand.
Om weer het oorspronkelijke formaat (vergroting: 1x) van het beeld te herstellen,
draait u de zoomknop naar de W-stand.
Indexweergave
Met deze functie kunt u meer beelden tegelijk in de monitor bekijken. Dit is vooral een handige
methode om een beeld dat u wilt bekijken terug te vinden. Het indexbeeld kan uit 4, 9 of 16
beelden bestaan.
1
Draai de zoomknop, met de camera in de stand Enkelbeeldweergave, naar
de W-stand.
Wilt u een bepaald beeld in het indexbeeld selecteren, dan doet u dat met de
pendelknop.
Om naar Enkelbeeldweergave teug te keren, draait u de zoomknop naar de T-stand.
FILMBEELDEN WEERGEVEN
1
Zet de functieknop in de stand (Weergeven) en schakel de camera in.
De monitor wordt ingeschakeld.
2
Zet met de pendelknop of de instelknop het met het functiepictogram
gemarkeerde beeld in de monitor.
3
Open het hoofdmenu door op de knop
te drukken.
4
Selecteer de functie MOVIE PLAY (Filmbeelden weergeven) door op de knop
te drukken.
5
Selecteer MOVIE PLAYBACK (Filmbeelden weergave) door op of te
drukken en druk dan op de knop .
Nu worden de filmbeelden weergegeven. Aan het einde van de reeks filmbeelden
wordt weer automatisch het eerste beeld weergegeven.
Open aan het einde van de reeks filmbeelden het menu door op de knop te
drukken.
PLAYBACK (Weergeven) : Geeft de hele reeks filmbeelden opnieuw weer.
FRAME BY FRAME : Geeft de reeks filmbeelden, met de hand
(Beeld voor beeld) bediend, beeld voor beeld weer.
EXIT (Afsluiten) : Hiermee sluit u de functie Filmbeelden weergeven af.
Selecteer de gewenste functie door op of te drukken en druk dan op de
knop .
NL 41
Als u de functie FRAME BY FRAME (Beeld voor beeld) selecteert
: Toont het eerste beeld van de reeks filmbeelden.
: Toont het laatste beeld van de reeks filmbeelden.
: Toont het volgende beeld. Door deze knop ingedrukte houden kunt u de filmbeelden
ononderbroken laten weergeven.
: Toont het voorgaande beeld. Door deze knop ingedrukte houden kunt u de
filmbeelden ononderbroken achteruit laten weergeven.
: Opent het menu MOVIE PLAYBACK (Filmbeelden weergave).
BEELDEN BEVEILIGEN
U doet er goed aan belangrijke beelden tegen abusievelijk wissen te beveiligen.
1
Zet de functieknop in de stand (Weergeven) en schakel de camera in.
De monitor wordt ingeschakeld.
2
Zet met de pendelknop of de instelknop het beeld dat u wilt beveiligen in de
monitor.
3
Druk op de knop (Beveiligen).
Om de beveiliging van een beeld op te heffen, drukt u opnieuw op de knop .
Hoewel u beveiligde beelden met de functies Enkelbeeld wissen / Alle
beelden wissen niet kunt wissen, is dat met de functie Formatteren wel
mogelijk.
BEELDEN WISSEN
Met deze functie kunt u opgeslagen beelden weer wissen. Dat kunt u beeld voor beeld doen,
maar u kunt ook alle op het kaartje opgeslagen beelden in één keer wissen.
Eenmaal gewiste beelden kunt u niet meer herstellen. Controleer elk beeld
zorgvuldig voordat u het wist, om te voorkomen dat u per ongeluk beelden
wist die u had willen bewaren.
Een enkel beeld wissen
1
Zet de functieknop in de stand (Weergeven) en schakel de camera in.
De monitor wordt ingeschakeld.
2
Zet met de pendelknop of de instelknop het beeld dat u wilt wissen in de
monitor.
3
Open het scherm ERASE (Wissen) door op de knop (Wissen) te
drukken.
Opmerking
Opmerking
42 NL
4
Selecteer de optie YES (Ja) door op of te drukken en druk dan op
de knop .
Het beeld wordt gewist en het menu gesloten.
Alle beelden wissen
1
Selecteer in het hoofdmenu MODE MENU
CARD
CARD SETUP (Kaartje
instellen) en druk dan op de knop w .
2
Selecteer de functie ALL ERASE (Alles wissen) door op of te
drukken en druk dan op de knop .
3
Selecteer de optie YES (Ja) door op te drukken en druk dan op de
knop .
Nu worden alle beelden gewist.
FORMATTEREN (KAARTJE INSTELLEN)
Met deze functie kunt u een kaartje formatteren. Door te formatteren bereidt u geheugenkaartjes
voor op het opslaan van beeldmateriaal. Wilt u kaartjes gebruiken van een ander merk dan
OLYMPUS of kaartjes die met andere apparatuur, bijvoorbeeld een computer geformatteerd
werden, dan moet u die kaartjes eerst met deze camera formatteren voordat u ze kunt gebruiken.
Tijdens het formatteren wordt alle beeldmateriaal, inclusief beveiligde beelden,
gewist. Eenmaal gewiste beelden kunt u niet meer herstellen. Overtuig u er dan
ook eerst van dat u geen belangrijk beeldmateriaal wist. Breng, voordat u het
kaartje formatteert, belangrijk beeldmateriaal over naar een PC.
1
Selecteer in het hoofdmenu MODE MENU
CARD
CARD SETUP en druk
dan op w .
Met de camera in de stand of
verschijnt het scherm FORMAT.
Met de camera in de stand (Weergeven) verschijnt het scherm CARD SETUP.
2
Staat de functieknop op of dan
selecteert u FORMAT door op te drukken.
Staat de functieknop in de stand (Weergeven), dan selecteert u de
functie FORMAT (Formatteren) door op te drukken en drukt dan
op de knop . Daarmee opent u het menu FORMAT en selecteert dan
de optie YES (Ja) door op te drukken.
3
Druk op de knop .
Nu verschijnt een voortgangsbalk en wordt het kaartje geformatteerd.
Opmerking
NL 43
BEELDEN WEERGEVEN OP EEN TV-ONTVANGER
Met het bij de camera geleverde AV-kabeltje kunt u op het kaartje opgeslagen beelden op uw
TV weergeven.
1
Overtuig u ervan dat TV-ontvanger en camera uitgeschakeld zijn.
Sluit met het AV-kabeltje de connector A/V OUT van de camera aan op de
video-ingangsconnector van de TV-ontvanger.
2
Schakel de TV-ontvanger in en zet de TV in de stand Video-ingang.
Raadpleeg voor de wijze waarop u de ontvanger in de stand Video-ingang zet de
gebruiksaanwijzing van de TV-ontvanger.
3
Schakel de camera in en zet de functieknop in de stand
(Weergeven).
Op het TV-scherm verschijnt nu de laatst gemaakte opname. Wilt u een ander beeld
weergeven, dan selecteert u dat met de pendelknop.
Tijdens het weergeven op het TV-scherm kunt u ook de functies Gezoomd weergeven,
Indexweergave en Diavertoning gebruiken.
Sluit u de camera aan op een TV-ontvanger, dan doet u er goed aan de
optionele lichtnetadapter te gebruiken.
Overtuig u ervan dat het videouitgangssignaal van de camera van hetzelfde
type (PAL of NTSC) is als het videosignaal van de TV-ontvanger.
Sluit het videokabeltje aan op de
video-ingang (geel) en de audio-
ingang (wit) van de TV-ontvanger.
AV-kabeltje
Connector A/V OUT (Mono)
Opmerking
44 NL
AFDRUKINSTELLINGEN
Door van elk op het kaartje opgeslagen beeld het gewenste aantal afdrukken te specificeren
en of datum en tijd al of niet afgedrukt moeten worden, kunt u aan de hand van deze
afdrukwachtrij het gewenste aantal met een DPOF-compatibele printer afdrukken of dat laten
doen door een fotospeciaalzaak die daarvoor ingericht is.
Wat is DPOF?
DPOF is de afkorting van Digital Print Order Format (Afdrukken digitaal bestellen). DPOF is
een bestandstype dat gebruikt wordt voor het met de camera opslaan van automatische
afdrukgegevens.
Door te specificeren welke beelden afgedrukt moeten worden, kunnen de beelden op
eenvoudige wijze worden afgedrukt door DPOF-compatibele fotospeciaalzaken of op een
eigen DPOF-compatibele printer.
Alle beelden in de wachtrij plaatsen
Deze functie gebruikt u als u alle op het kaartje opgeslagen beelden wilt laten afdrukken.
U kunt het gewenste aantal afdrukken specificeren en of de datum en tijd afgedrukt moeten
worden.
Een enkel beeld in de afdrukwachtrij plaatsen
Deze functie gebruikt u als u uitsluitend een selectie van de beelden wilt afdrukken. Daarvoor
geeft u het beeld weer in de monitor en specificeert u het gewenste aantal afdrukken.
Uitsnede instellena
Het is mogelijk een deel van een opgeslagen beeld te vergroten en alleen het vergrote deel
af te laten drukken.
Op nul stellen van de afdrukwachtrij
Met deze functie kunt u de op het kaartje vastgelegde afdrukgegevens van de beelden
terugzetten op nul.
Raadpleeg voor meer details de „Reference Manual“ op de CD-ROM.
NL 45
BEELDEN OVERBRENGEN NAAR EEN
COMPUTER
Door uw camera met het bij de camera geleverde USB-kabeltje aan te sluiten op een computer
kunt u de op een geheugenkaartje opgeslagen beelden overbrengen naar een computer. Bij
sommige besturingssystemen heeft u een speciale instelling nodig wanneer u de camera voor
het eerst op een computer aansluit. Om te bepalen wat voor uw situatie van toepassing is,
raadpleegt u onderstaand schema. Voor details over de in het schema geschetste procedures
raadpleegt u de „Reference Manual“ op de CD-ROM en de „Software Installation Guide“
(bijgesloten in het CD-ROM pakket).
* Ook wanneer uw computer over een USB-connector beschikt, is het toch nog mogelijk dat
de dataoverdracht niet goed functioneert als u met een van de hieronder opgesomde
besturingssystemen werkt of een losse USB uitbreidingskaart gebruikt.
Windows 95/NT 4.0
Windows 98/98 SE opgewaardeerd vanuit Windows 95
Mac OS 8.6 of lager (met uitzondering van Mac OS 8.6 uitgerust met een door de
fabriek geïnstalleerde USB MASS Storage 1.3.5)
Dataoverdracht wordt ook niet gegarandeerd voor zelf gebouwde PC’s of PC’s waarvan
het besturingssysteem niet door de fabrikant geïnstalleerd werd.
U kunt de beelden bekijken met: Grafische toepassingen die het bestandstype
JPEG ondersteunen (Paint Shop Pro, Photoshop, enzovoort); Internet browsers
(Netscape Communicator, Microsoft Internet Explorer, enzovoort); CAMEDIA
Master software; of andere software. Voor de details van het gebruik van
commerciële grafische toepassingen, raadpleegt u de daarbij behorende
handleidingen.
Vaststellen van het gebruikte besturingssysteem
Windows 98/
98 SE (Second Edition)
Windows Me/2000/XP
Mac OS 9.0 – 9.1/
OSX (10.0)
Voor *OS 8.6, zie hieronder
Installeer de USB-driver
voor Windows 98
Sluit de camera aan op de computer met het meegeleverde USB-kabeltje
Controleer of de computer de camera herkent.
Breng beeldbestanden over.
Koppel het USB-kabeltje af.
Opmerking
46 NL
Voor het weergeven van filmbeelden heeft u het programma QuickTime nodig,
dat u vindt op de bij de camera geleverde software CD.
Wilt u de beelden bewerken, dan moet u die eerst naar uw computer
overbrengen. Afhankelijk van de software is het mogelijk dat beeldbestanden
die tijdens het bewerken (draaien, enzovoort) nog op het kaartje opgeslagen
zijn, verminkt worden.
VOOR GEBRUIKERS VAN ANDERE
BESTURINGSSYSTEMEN
Gebruikers van andere besturingssystemen kunnen de camera niet rechtstreeks op een
computer aansluiten.
Windows 95 Windows NT Mac OS vóór OS 9
Met een optionele diskette-adapter of met een PC-kaartadapter kunt u beelden rechtstreeks
naar uw computer overbrengen.
Sluit de camera met het meegele-
verde USB-kabeltje rechtstreeks aan
op uw computer.
Is uw computer voorzien van een USB-connector?
Heeft uw computer een poort die gemerkt is met ?
Is uw computer voorzien van een ingebouwde PC-kaartsleuf?
Raadpleeg de dichtstbijzijnde Olympus-dealer.
Werkt u met een van
de onderstaande
besturingssystemen?
Windows 98
Windows 2000
Windows Me
Windows XP
Mac OS 9/X
Nee
Nee
Gebruik de optionele USB
SmartMedia Reader / Writer
•Bepaalde kaartreaders zijn moge-
lijk niet compatibel met Mac OS X.
Raadpleeg de Olympus website
voor de meest recente informatie
over de compatibiliteit.
Gebruik de optionele PC-kaartadapter
•Niet ondersteund door Windows NT 4.0 of
lager.
Is uw computer voorzien van een ingebouwd diskettestation?
Nee
Gebruik de optionele FlashPath
diskette-adapter.
Nee
Voor meer details van de in deze handleiding beschreven camerafuncties raadpleegt u
de Reference Manual van de camera op de bij het camera pakket bijgesloten CD-ROM.
Voor meer details van het aansluiten van de camera op een PC raadpleegt u de
„Software Installation Guide“ (bijgesloten in het CD-ROM pakket).
Ja
Ja
Ja
Ja
NL 47
FOUTCODES
LCD-venster Indicatie in de
monitor
Mogelijke oorzaak Oplossing
NO CARD
Geen kaartje in de
camera gezet of het
kaartje wordt niet
herkend.
Steek het kaartje op de juiste wijze
in de camera of steek een ander
kaartje in de camera.
CARD ERROR
Op dit kaartje kunt
u verder geen
beelden meer
opslaan,
weergeven of
wissen.
Reinig de contacten met in de
handel verkrijgbaar reinigings-
papier en steek het kaartje weer in
de camera. Blijft het probleem
bestaan, dan moet u het kaartje
formatteren. Lukt het niet het
kaartje te formatteren, dan kunt u
het kaartje niet meer gebruiken.
WRITE-PROTECT
Beelden opslaan op
het kaartje is niet
toegestaan.
Als u toch foto’s wilt opslaan, moet
u de zelfklevende wisbeveiligings-
sticker verwijderen. Voor details
raadpleegt u de bij het kaartje
geleverde handleiding.
CARD FULL
Het kaartje is vol.
U kunt er geen
beelden of andere
informatie, zoals
afdrukgegevens,
meer op opslaan.
Vervang het kaartje of wis
overbodig geworden beelden.
Voordat u beelden wist, moet u
belangrijke beelden overbrengen
naar een PC.
NO PICTURE
Op dit kaartje zijn
geen beelden
opgeslagen.
Het kaartje bevat geen beelden.
Maak wat foto’s en sla die op.
Nee indicatie
PICTURE ERROR
Het geselecteerde
beeld kan met deze
camera niet worden
weergegeven.
Bekijk het beeld op een PC met
beeldbewerking software. Lukt dat
niet, dan is het beeldbestand
beschadigd.
CARD COVER
OPEN
Het klepje over de
kaartsleuf staat
open.
Sluit het klepje over de kaartsleuf.
- - -
- E -
- P -
0
0 0 0
- O -
48 NL
Het kaartje is niet
geformatteerd.
Formatteer het kaartje.
- F -
POWER%OFF
FORMAt
CARD%SEtUP
SELECt
GO
NL 49
TECHNISCHE GEGEVENS
Soort camera : Digitale camera voor fotograferen en weergeven.
Opslagsysteem
Stilstaande beelden : Digitaal opslagsysteem, TIFF (niet gecomprimeerd),
JPEG (in overeenstemming met Design Rule for Camera File
system [DCF]), Exif 2.2 compatibel, Digital Print Order
Format (DPOF), RAW data.
Stilstaande beelden
met geluid
: Bestandstype: WAVE
Filmbeelden : QuickTime Motion, JPEG ondersteund
Opslagmedium : xD-Picture Card (16 MB – 128 MB)
SmartMedia-kaartjes (4 MB, 8 MB, 16 MB, 32 MB, 64 MB,
128 MB)
*1
CompactFlash, Microdrive
*2
*1
De camera is niet geschikt voor 2 MB en 5 V
SmartMedia-kaartjes.
*2
De camera is niet geschikt voor 340 MB Microdrive.
Resolutie opgeslagen
beeld
: ENLARGE SIZE SHQ, HQ: 3200 x 2400 pixels
RAW, TIFF, SHQ, HQ: 2560 x 1920 pixels
3:2 TIFF, SHQ, HQ: 2560 x 1696 pixels
TIFF, SQ1: 2288 x 1712 pixels
TIFF, SQ1: 2048 x 1536 pixels
TIFF, SQ1: 1600 x 1200 pixels
TIFF, SQ2: 1280 x 960 pixels
TIFF, SQ2: 1024 x 768 pixels
TIFF, SQ2: 640 x 480 pixels
Aantal beelden dat op een
32 MB kaartje
opgeslagen kan worden
(zonder geluid)
RAW (2560 x 1920 pixels): circa 4 beelden.
TIFF (2560 x 1920 pixels): circa 2 beelden
SHQ (2560 x 1920 pixels): circa 8 beelden
HQ (2560 x 1920 pixels): circa 26 beelden
SQ1 (1600 x 1200 pixels NORMAL): circa 64 beelden
SQ2 (640 x 480 pixels NORMAL): circa 331 beelden
Aantal effectieve pixels : 5.000.000 pixels
Beeldopneemelement : 14 mm vastestof CCD beeldopneemelement,
5.260.000 pixels (bruto).
Lens : Olympus-lens 7,1 mm tot 21,3 mm; F1,8 tot F2,6;
8 elementen in 6 groepen (komt overeen met een 35 mm tot
105 mm lens op een kleinbeeldcamera).
Lichtmeetsysteem : Digitaal ESP-lichtmeetsysteem, Spotmeetsysteem.
Diafragma : F1,8 tot F8,0
:
50 NL
Sluitertijd : 16 s tot 1/2000 s
Scherpstelbereik : Normaal: 0,8 m tot (oneindig)
Macro: 0,2 m tot 0,8 m
Zoeker : Optische reëelbeeld zoeker (met AF-teken)
Monitor : 45 mm TFT LCD-kleurenmonitor, 114.000 pixels.
Autofocus : DDL autofocussysteem, Contrastdetectiesysteem / Brandpunt
instelbereik.
Connectors : Gelijkspanningsconnector DC-IN, USB-connector,
uitgangsconnector A/V OUT.
Automatische
kalendersysteem
: Tot en met het jaar 2099.
Bedrijfscondities
Temperatuur : Tijdens bedrijf: 0 °C tot 40 °C
Tijdens opslag: – 20 °C tot 60 °C
Relatieve vochtigheid : Tijdens bedrijf: 30% tot 90%
Tijdens opslag: 10% tot 90%
Voeding : Batterijen: 2 stuks CR-V3 lithium batterijblokken of 4 stuks
AA-formaat (R6) alkalinebatterijen, lithiumbatterijen, NiMH-
batterijen of NiCd-batterijen.
Lichtnetadapter (optioneel).
De camera is niet geschikt voor mangaan (zinkkoolstof)
batterijen.
Afmetingen : 113,5 mm x 79,5 mm x 69,5 mm (b x h x d).
Niet gemeten over uitstekende delen.
Massa (gewicht) : 375 g (zonder batterijen of geheugenkaartje)
WIJZIGINGEN IN TECHNISCHE GEGEVENS EN UITVOERING VOORBEHOUDEN
ZONDER VOORAFGAANDE KENNISGEVING OF ENIGE VERPLICHTING VAN DE ZIJDE
VAN DE LEVERANCIER.
NL
51
VEILIGHEIDSMAATREGELEN
Voor uw eigen veiligheid
Om u van jarenlange betrouwbare en plezierige werking van uw nieuwe camera te verzekeren,
leest u deze handleiding aandachtig door. Berg deze handleiding op een zodanige plaats op,
dat u hem later altijd nog eens kunt raadplegen.
In het geval van problemen
• Gebruik de camera niet meer als deze niet correct werkt. Haal de batterijen er onmiddellijk uit of trek
de lichtnetadapter uit het stopcontact en neem contact op met uw leverancier of een erkend Olympus
Service Center.
• Wijzigingen in deze publicatie voorbehouden zonder voorafgaande kennisgeving.
• Heeft u vragen of treft u fouten of weglatingen aan, aarzel dan niet contact met ons op te nemen.
Juridische en andere kanttekeningen
• Olympus aanvaardt geen enkele aansprakelijkheid betreffende enigerlei schade of derving van
verwachte inkomsten uit het gebruik van dit product conform de wet, of verzoeken van derden,
welke voortvloeien uit oneigenlijk gebruik van dit product.
• Olympus aanvaardt geen enkele aansprakelijkheid betreffende enigerlei schade of derving van
verwachte inkomsten uit het gebruik van dit product conform de wet, welke voortvloeien uit het
verloren gaan van beeldmateriaal.
Garantiebepalingen
• Olympus aanvaardt geen enkele aansprakelijkheid, noch uitdrukkelijk noch stilzwijgend, voor of
betreffende enig deel van de inhoud van deze tekst of van de software, en kan op generlei wijze
aansprakelijk worden gesteld voor enige daarin veronderstelde garantie voor wat betreft de
verkoopbaarheid of de geschiktheid voor enig specifiek doel of voor enige daaruit voortvloeiende,
bijkomende of indirecte schade (met inbegrip van maar niet beperkt tot derving van zakelijke
inkomsten, onderbreking van zakelijke activiteiten en verlies van zakelijke informatie) die zouden
kunnen voortvloeien uit het gebruik van of niet kunnen gebruiken van deze teksten, van software of
apparatuur. Bepaalde landen aanvaarden niet de uitsluiting of beperking van de aansprakelijkheid
voor volgschade of bijkomstige schade zodat de hierboven genoemde beperkingen daar niet van
toepassing zijn.
• Alle rechten op deze handleiding voorbehouden door Olympus.
Waarschuwing
Zonder vooraf verkregen toestemming fotograferen of gebruiken van materiaal waarop het auteursrecht
van toepassing is, kan schending van het auteursrecht tot gevolg hebben. Olympus aanvaardt geen
enkele aansprakelijkheid voor zonder vooraf verkregen toestemming fotograferen, gebruiken of van
andere handelingen die de rechten van de houders van het auteursrecht schenden.
Iets over het auteursrecht
Alle rechten voorbehouden. Niets van deze handleiding of van de software mag zonder vooraf
verkregen schriftelijke toestemming van Olympus op enigerlei wijze of langs welke elektronische of
mechanische weg dan ook, met inbegrip van fotokopiëren, het langs elektronische weg vastleggen
en het gebruik van informatieopslag en informatiezoeksystemen, worden gebruikt of gereproduceerd.
Olympus aanvaardt geen enkele aansprakelijkheid voor de in deze handleiding of in de software
besloten informatie, of voor schade die kan voortvloeien uit het gebruik van de in deze handleiding
of in de software besloten informatie. Olympus behoudt zich het recht voor de uitvoering en de inhoud
van deze handleiding te wijzigen zonder voorafgaande kennisgeving of enige verplichting.
Voor klanten in Europa
Het waarmerk „CE“ garandeert dat dit product voldoet aan de richtlijnen van de Europese Unie voor
wat betreft veiligheid, gezondheid, milieubehoud en persoonlijke veiligheid van de gebruiker.
52
NL
Algemene voorzorgsmaatregelen
Lees de hele handleiding – Lees voordat u het apparaat gaat gebruiken, de hele handleiding door.
Voor meer informatie over accessoires zoals de lithium-ion batterij, laadapparaat en lichtnetadapter
raadpleegt u de bij deze producten geleverde gebruiksaanwijzingen.
Bewaar de handleiding – Bewaar de veiligheidsinstructies en gebruiksaanwijzingen, zodat u ze later
nog eens kunt raadplegen.
Besteed aandacht aan waarschuwingen – Lees alle waarschuwingsstickers op het apparaat en volg de
aanwijzingen en die in de handleiding ook daadwerkelijk op.
Volg de aanwijzingen op – Volg alle bij het apparaat gegeven aanwijzingen op.
Reinigen – Trek altijd de stekker van het apparaat uit het stopcontact voordat u het apparaat
schoonmaakt. Reinig het apparaat uitsluitend met een vochtige doek. Gebruik nooit vloeistoffen,
spuitbussen of organische oplosmiddelen om het apparaat te reinigen.
Accessoires – Gebruik voor uw eigen veiligheid en om beschadiging van het apparaat te voorkomen,
uitsluitend de door Olympus geadviseerde accessoires.
Water en vocht – Gebruik dit apparaat nooit in de buurt van water (in de buurt van het bad,
het keukenaanrecht, de wasmachine, in vochtige kelders, bij het zwembad of in de regen).
Plaats – Plaat het apparaat, om beschadiging ervan en persoonlijk letsel te voorkomen, nooit op een
instabiel vlak, statief, schap, tafel of wagentje. Gebruik uitsluitend een stevig statief, vlak of schap.
Volg de aanwijzingen op die beschrijven hoe het apparaat moet worden opgesteld en gebruik
uitsluitend het door de fabrikant geadviseerde bevestigingsmateriaal.
Voedingsbronnen – Sluit dit apparaat uitsluitend aan op de voor dit apparaat beschreven
voedingsspanning. Kent u de voedingsspanning bij u thuis niet, raadpleeg dan de elektriciteits-
maatschappij. Raadpleeg de handleiding als u het apparaat op batterijen wilt laten werken.
Aarde, polarisatie – Als dit apparaat met een optionele lichtnetadapter kan worden gebruikt, dan is
die adapter mogelijk voorzien van een gepolariseerde netstekker (een stekker waarvan een pen iets
dikker of breder is dan de andere). Een dergelijke stekker past maar op één manier in het
stopcontact. Lukt het niet de stekker in het stopcontact te steken, dan keert u de stekker om en
probeert het nog eens. Lukt het ook dan niet, neem dan contact op met een elektromonteur en laat
het stopcontact vervangen.
LET OP
GEVAARLIJKE ELEKTRISCHE SPANNING
NIET OPENEN
LET OP: VERWIJDER, OM HET GEVAAR VAN EEN ELEKTRISCHE SCHOL TE VERMIJDEN NIET
DE KAP (OF DE ACHTERWAND). IN HET INWENDIGE BEVINDEN ZICH GEEN ONDERDELEN
DIE DE GEBRUIKER KAN REPAREREN. RAADPLEEG ERKEND OLYMPUS SERVICE PERSONEEL,
VOOR HET UITVOEREN VAN ONDERHOUDSWERKZAAMHEDEN.
Een driehoek met daarin een bliksemschicht met pijlpunt,
wijst de gebruiker op de aanwezigheid van „gevaarlijke open
spanningen“ die zo hoog kunnen zijn dat ze gevaarlijke
elektrische schokken veroorzaken.
Een driehoek met daarin een uitroepteken wijst de gebruiker op
de aanwezigheid van belangrijke bedienings- en onderhouds-
instructies (service) in de bij dit apparaat behorende litteratuur.
WAARSCHUWING:
STEL HET APPARAAT, OM HET GEVAAR VAN BRAND ELEKTRISCHE SCHOK
TE VERMIJDEN, NOOT BLOOT AAN WATER EN GEBRUIK HET OOK NIET
IN EEN VOCHTIGE OMGEVING.
VEILIGHEIDSMAATREGELEN
NL
53
Bescherming van het netsnoer – Leg het netsnoer zo dat er niet overheen gelopen kan worden.
Zet nooit zware voorwerpen op het netsnoer en wikkel het snoer ook niet om de poot van een stoel
of tafel. Houd de ruimte rond het stopcontact en rond de netaansluiting van het apparaat vrij van
andere lichtnetadapters en andere netsnoeren.
Onweer – Begint het te onweren terwijl u de lichtnetadapter gebruikt, trek dan de lichtnetadapter
onmiddellijk uit het stopcontact. Trek om beschadiging van de lichtnetadapter door onverwachte
spanningspieken te voorkomen, altijd de lichtnetadapter uit het stopcontact en koppel hem ook af
van de camera als die niet wordt gebruikt.
Overbelasting – Zorg ervoor dat u nooit stopcontacten, verlengsnoeren, verdeeldozen of andere
aansluitpunten overbelast door er te veel apparaten op aan te sluiten.
Vreemde voorwerpen, gemorste vloeistoffen – Om persoonlijk letsel als gevolg van brand of elektrische
schokken als gevolg van aanraking van interne hoge spanningen te voorkomen, mogen nooit
metalen voorwerpen in het apparaat worden gestoken. Gebruik het apparaat ook niet als de kans
bestaat dat er vloeistof over gemorst wordt.
Warmte – Gebruik en berg het apparaat niet op in de buurt van warmtebronnen zoals radiotoren,
warmtebuffers, kachels of andere soorten apparatuur of huishoudelijke apparaten, waaronder ook
stereoversterkers, die warmte produceren.
Service – Laat servicewerkzaamheden uitsluitend verrichten door erkend servicepersoneel. Door het huis
van het apparaat te openen of het te demonteren, stelt u zich mogelijk bloot aan gevaarlijke hoge
spanningen.
Schade die service nodig maakt – Gebruikt u de optionele lichtnetadapter en constateert u een van
de hieronder vermelde situaties, trek dan de lichtnetadapter uit het stopcontact en laat de vereiste
service verrichten door erkend servicepersoneel:
a) Als vloeistof over het apparaat is gemorst of als er een of ander voorwerp op is gevallen.
b) Het apparaat is blootgesteld geweest aan water.
c) In weerwil van het feit dat de gebruiksaanwijzingen nauwgezet werden opgevolgd,
werkt het apparaat niet normaal. Gebruik uitsluitend de in de gebruiksaanwijzing beschreven
bedieningsorganen omdat onjuist instellen van andere bedieningsorganen het apparaat kan
beschadigen en ingrijpende reparaties door een erkend service technicus nodig kunnen maken.
d) Het apparaat is gevallen of op een of andere manier beschadigd geraakt.
e) Het apparaat vertoont een duidelijk afwijkende werking.
Vervangende onderdelen – Zijn vervangende onderdelen nodig, overtuig u er dan van dan het
servicecenter uitsluitend onderdelen gebruikt met dezelfde karakteristieke eigenschappen als de
originele en door de fabrikant aanbevolen onderdelen.
Veiligheidscontrole – Vraag de servicetechnicus die de service of reparatie heeft uitgevoerd een
veiligheidscontrole uit te voeren, teneinde vast te stellen dat het apparaat weer naar behoren
functioneert.
Wordt dit apparaat gebruikt zonder acht te slaan op de onder dit
pictogram verstrekte informatie, dan kan dat ernstig letsel of de dood
tot gevolg hebben.
GEVAAR
Wordt dit apparaat gebruikt zonder acht te slaan op de onder dit
pictogram verstrekte informatie, dan kan dat letsel, of de dood tot
gevolg hebben.
WAARSCHUWING
Wordt dit apparaat gebruikt zonder acht te slaan op de onder dit pictogram
verstrekte informatie, dan kan dat licht persoonlijk letsel, beschadiging van
de apparatuur of verlies van waardevol beeldmateriaal tot gevolg hebben.
LET OP
54
NL
Stop het gebruik van de camera onmiddellijk als u bemerkt dat die een ongewone geur verspreidt,
een ongewoon geluid maakt of als er rook uit komt.
• Als u tijdens gebruik van de camera een ongewone geur of een ongewoon geluid bemerkt of dat
er rook uit komt, schakel de camera dan onmiddellijk uit en koppel de lichtnetadapter af (als die is
aangesloten). Laat de camera enige tijd afkoelen. Neem hem mee naar buiten, uit de buurt van
brandbare objecten, en haal de batterij er voorzichtig uit. Haal de batterij in dat geval nooit met
de blote hand uit de camera, omdat u in het geval van brand uw handen kunt branden.
Neem onmiddellijk contact op met het dichtstbijzijnde Olympus Service Center.
Gebruik de camera niet met natte handen.
• Om gevaarlijke elektrische schokken te vermijden, pakt u de camera nooit vast en bedient u hem niet
met natte handen.
LET OP
Gebruik de camera niet in de buurt van brandbare of explosieve gassen.
• Gebruik, om brand of explosies te voorkomen, de camera niet in de buurt van brandbare of
explosieve gassen.
Maak geen flitsopnamen van personen (kinderen, kleine kinderen, enzovoort) van dichtbij.
• Let op als u flitsopnamen van dichtbij maakt. Bij het maken van flitsopnamen moet u een afstand tot
het gelaat van de gefotografeerde persoon van minstens 1 meter aanhouden, zeker wanneer u baby’s
en kleine kinderen fotografeert. De flitser te dicht bij de ogen van de gefotografeerde persoon
ontsteken, kan tijdelijk verlies van het gezichtsvermogen tot gevolg hebben.
Houd de camera uit het bereik van kleine kinderen.
• Gebruik en berg de camera altijd op buiten het bereik van kleine kinderen, teneinde onderstaande
gevaarlijke situaties en mogelijk ernstig letsel te voorkomen:
– Verstrikt raken in de camerariem, wat verstikking tot gevolg kan hebben.
– Onbedoeld inslikken van een batterij of van andere kleine onderdelen.
– Onbedoeld ontsteken van de flitser voor de eigen ogen of van die van andere kinderen.
– Verwond raken door bewegende delen van de camera.
Kijk niet door de zoeker naar de zon of naar andere sterke lichtbronnen.
• Richt de camera, om beschadiging van uw ogen te voorkomen, nooit direct op de zon of op andere
extreem heldere lichtbronnen.
Raak de batterij of het laadapparaat tijdens het opladen niet eerder aan dan wanneer het laden
voltooid is en de batterij afgekoeld is.
• Tijdens het opladen worden batterij en laadapparaat heet. Ook de voorgeschreven lichtnetadapter wordt
tijdens langdurig gebruik warm. Is dat het geval, dan kunt u oppervlakkige brandplekken oplopen.
Gebruik en berg de camera niet op in stoffige of vochtige ruimten.
• Gebruiken en opbergen van de camera in stoffige of vochtige ruimten kan brand veroorzaken of
het gevaar van een elektrische schok opleveren.
Dek de flitser op het moment van ontsteken niet af met de hand.
• Dek de flitser op het moment van ontsteken niet af met de hand en raak hem ook vlak na het
ontsteken niet aan. De flitser kan heet zijn en lichte verbrandingen veroorzaken. Vermijd langdurig
ononderbroken gebruik van de flitser.
Demonteer de flitser nooit zelf een probeer ook niet de camera aan te passen.
• Probeer nooit de camera te demonteren. In het inwendige ervan bevinden zich hoogspannings-
schakelingen die ernstige verbrandingen en elektrische schokken kunnen veroorzaken.
Zorg dat geen water of vreemde voorwerpen in de camera binnendringen.
• Heeft u de camera per ongeluk in het water laten vallen of is er water over gemorst, gebruik de
camera dan niet meer, maar laat hem eerst drogen en haal dan pas de batterij eruit. Neem contact
op met het dichtstbijzijnde erkende Olympus Service Center.
WAARSCHUWING
Omgang met de camera
VEILIGHEIDSMAATREGELEN
NL
55
Laat de camera niet achter op plaatsen waar hij blootgesteld kan worden aan extreem hoge
temperaturen.
• Doet u dat toch, dan kunnen onderdelen vervormd raken wat onder bepaalde omstandigheden tot
gevolg kan hebben dat de camera in brand vliegt. Gebruik het laadapparaat of de lichtnetadapter
niet als die afgedekt is, bijvoorbeeld met een deken. Daardoor kan oververhitting en brand ontstaan.
Behandel de camera met zorg om te voorkomen dat u oppervlakkige brandplekken oploopt.
• Bevat de camera metalen onderdelen, dan kan oververhitting tot gevolg hebben dat u oppervlakkige
brandplekken oploopt. Let ook op de volgende punten:
– Bij langdurig ononderbroken gebruik wordt de camera warm. Pakt u de camera in deze toestand
vast, dan kunt u oppervlakkige brandplekken oplopen.
– In ruimten met extreem lage temperaturen kan de temperatuur van het camerahuis lager zijn dan de
omgevingstemperatuur. Draag waar mogelijk handschoenen als u de camera bij lage temperaturen
hanteert.
Wees voorzichtig met de camerariem.
• Wees voorzichtig met de camerariem als u de camera met u meedraagt. De riem kan makkelijk
ergens achter blijven haken en ernstige schade veroorzaken.
Gebruik uitsluitend de door Olympus voorgeschreven lichtnetadapter.
• Gebruik nooit een willekeurige lichtnetadapter, maar altijd de door Olympus voorgeschreven
lichtnetadapter. Gebruik van een afwijkend type lichtnetadapter kan de camera of de voedingsschake-
lingen ervan beschadigen of brand veroorzaken. Overtuig u ervan dat de te gebruiken lichtnetadapter
geschikt is voor de in uw land gebruikte netspanning. Neem voor meer informatie contact op met het
dichtstbijzijnde Olympus Service Center of met de leverancier van uw camera. Olympus aanvaardt
geen enkele aansprakelijkheid voor schade die voortvloeit uit het gebruik van andere dan door
Olympus voorgeschreven lichtnetadapters.
Beschadig niet het netsnoer van de lichtnetadapter
• Trek nooit aan het netsnoer van de lichtnetadapter of van andere accessoires, en pas het snoer ook
niet aan. Trek altijd aan de stekker en niet aan het snoer als u de lichtnetadapter uit het stopcontact
trekt. Gebruik de camera onmiddellijk niet meer en neem contact op met het dichtstbijzijnde Olympus
Service Center of de leverancier van uw camera:
– Het netsnoer heet wordt of rook of een ongewone geur verspreidt.
– Het netsnoer doorgesneden of beschadigd is, of de stekkerpennen beschadigd zijn.
• Verdraai een op een statief geplaatste camera alleen met het balhoofd van het statief.
Draai niet aan de camera zelf.
• Richt de camera niet recht op de zon. Dat kan de lens beschadigen of kleurafwijkingen of
nevenbeelden van de CCD opleveren.
• Laat de camera niet vallen en stel hem niet bloot aan zware schokken of trillingen.
• Raak nooit de elektrische contacten van de camera aan.
• Oefen geen overmatig grote druk- of trekkrachten op de lens uit.
• Om de hoogtechnologische componenten in deze camera te beschermen, laat u de camera niet
achter op onderstaande plaatsen, niet tijdens gebruik van de camera, maar ook niet tijdens opslag.
– Plaatsen waar hoge temperaturen en vochtigheden optreden of waar extreme schommelingen
optreden. In het volle zonlicht, aan het strand, in afgesloten auto’s of in de buurt van andere
warmtebronnen (kachels, radiatoren, enzovoort) of luchtbevochtigers.
– In zandige of stoffige omgevingen.
– In de buurt van brandbare voorwerpen of explosieven.
– In natte ruimten, zoals badkamers of in de regen.
– Op plaatsen waar sterke trillingen optreden.
• Voordat u de camera voor langere tijd opbergt, haalt u de batterij er uit. Berg de camera op
een koele droge plaats op om condens- en schimmelvorming in het inwendige van de camera te
voorkomen. Na een langere bewaarperiode test u de camera door hem in te schakelen en de
ontspanknop in te drukken om u ervan te overtuigen dat de camera normaal werkt.
• Houd u altijd aan de bedrijfscondities zoals die gespecificeerd zijn in het handleiding van de camera.
LET OP DE WERKOMGEVING
56
NL
• Houd batterijen te allen tijde droog. Breng ze vooral niet in aanraking met zoet of zout water.
• Gebruik uitsluitend de voor dit apparaat aanbevolen batterijen, om te voorkomen dat de batterijen
gaan lekken, oververhit raken, brand veroorzaken of exploderen.
• Steek de batterijen altijd zorgvuldig in de camera, zoals dat is beschreven in de gebruiksaanwijzing.
Zet nooit de batterij verkeerd om (met de +/– polen verwisseld) in de camera. Oefen nooit overmatig
grote kracht uit als u de batterijen in het batterijcompartiment zet.
• Als de batterij niet binnen de opgegeven tijd is geladen, moet U stoppen.
• Gebruik nooit een batterij die gebarsten of gebroken is.
• Als een batterij tijdens gebruik gaat lekken, verkleurt of vervormd raakt of een of andere andere
afwijking gaat vertonen, gebruik de camera dan niet meer, maar neem contact op met uw leverancier
of een erkend Olympus Service Center. Voortgezet gebruik kan brand veroorzaken of het gevaar van
een elektrische schok opleveren.
• Is weggelekte batterijvloeistof op uw kleding terecht gekozen, dan trekt u het kledingstuk uit en spoelt
dat onder stromend, schoon water grondig uit. Komt uw huid in aanraking met batterijvloeistof,
zoek dan onmiddellijk medische hulp.
• Probeer nooit het batterijcompartiment van de camera aan te passen, steek nooit vreemde voorwerpen
(anders dan de aanbevolen batterij) in het batterijcompartiment.
• Stel batterijen nooit bloot aan zware schokken of voortdurende trillingen.
• Controleer batterijen altijd zorgvuldig op lekken, verkleuringen, vervormingen of andere afwijkingen,
voordat u ze in de camera zet.
• Olympus lithium-ion batterijen zijn uitsluitend bedoeld voor gebruik in digitale Olympus-camera’s.
Als u wilt weten of u deze batterijen in uw camera kunt gebruiken, raadpleegt u de handleiding van
de camera.
WAARSCHUWING
LET OP
• Bij deze camera heeft u de door Olympus voorgeschreven lithium-ion batterij nodig. Laad de
batterijen op met het voorgeschreven type laadapparaat. Gebruik nooit andere laadapparaten.
• Probeer nooit batterijen te verhitten of te verbanden.
• Zorg er voor dat batterijen, wanneer u die opbergt of met u meedraagt, niet in aanraking komen met
metalen voorwerpen zoals sieraden, haarpennen, paperclips, enzovoort.
• Leg batterijen nooit op plaatsen waar ze worden blootgesteld aan direct zonlicht of aan hoge
temperaturen, zoals in een afgesloten auto, in de buurt van een warmtebron, enzovoort.
• Om te voorkomen dat batterijen gaan lekken of de contacten beschadigd raken, volgt u de
aanwijzingen betreffende het gebruik van de batterijen zorgvuldig op. Probeer nooit batterijen uit
elkaar te halen of ze op een of andere manier aan te passen, bijvoorbeeld door ze aan elkaar te
solderen, enzovoort.
• Als batterijvloeistof in uw ogen terecht is gekomen, wrijf uw ogen dan niet uit maar spoel ze
onmiddellijk uit met stromend, schoon water en zoek zo snel mogelijk medische hulp.
• Houd batterijen buiten het bereik van kleine kinderen. Heeft een kind per ongeluk een batterij
doorgeslikt, zoek dan onmiddellijk medische hulp.
Voorzorgsmaatregelen bij het gebruik van batterijen
GEVAAR
Om te voorkomen dat batterijen gaan lekken, oververhit raken, ontbranden, exploderen of
elektrische schokken of verbrandingen veroorzaken, volgt u de volgende belangrijke richtlijnen op.
VEILIGHEIDSMAATREGELEN
NL
57
• Bestaat de zoeker van uw camera uit een LCD-monitor, richt hem dan niet op sterke lichtbronnen,
zoals de zon, omdat daarbij het inwendige van de zoeker beschadigd kan raken.
• Druk niet met kracht op de LCD-monitor, omdat het beeld wazig kan worden wat resulteert in
onjuiste werking tijdens Weergeven of in beschadiging van de monitor.
• Langs de bovenrand en de onderrand van de monitor kan een heldere strook verschijnen,
maar dat wijst niet op een defect.
• Wordt in de LCD-monitor van de camera een onderwerp diagonaalsgewijs bekeken, dan kunnen
de randen er getrapt uitzien. Dat wijst niet op een defect. In de stand Weergeven valt dit minder
op.
• Op plaatsen waar lage temperaturen heersen, kan het even duren voordat de achtergrond-
verlichting oplicht, ook kunnen de kleuren tijdelijk verlopen. Gebruikt u de camera op extreem
koude plaatsen, dan is het misschien een goede gedachte de camera van tijd tot tijd naar een
warme plaats over te brengen. Een achtergrondverlichting die bij lage temperaturen niet goed
presteert, herstelt zich weer als de temperatuur weer een normale waarde aanneemt.
• De in de LCD-monitor en in het LCD-venster ingebouwde achtergrondverlichting heeft een beperkte
levensduur. Neem contact op met de leverancier van uw Olympus, als de monitor donker wordt
of begint te flakkeren. Na het verstrijken van de garantieperiode worden reparaties niet gratis
uitgevoerd.
• De LCD-monitor is uitgevoerd in hoge precisie technologie. Het is mogelijk dat in de LCD-monitor
constant zwarte of lichte stipjes zichtbaar zijn. Als gevolg van de karakteristieke eigenschappen of
van de hoek waaronder de monitor bekeken wordt, is het mogelijk dat dergelijke stipjes niet
gelijkmatig van kleur en helderheid zijn. Dat wijst niet op onjuiste werking.
LCD-monitor en Achtergrondverlichting
Belangrijk
Geachte koopster/koper,
De batterijen welke in dit produkt worden gebruikt, bevatten stoffen die
schadelijk zijn voor het milieu.
Gooi daarom nooit batterijen bij het gewone huisvuil.
Laat bij voorkeur de batterijen door uw vakhandelaar vervangen of lever de
batterijen in bij de chemokar of het chemo-inleverpunt in uw gemeente indien
u de batterijen zelf verwisselt.
• Lithium-ion batterijen moet u altijd laden als u ze voor het eerst gaat gebruiken of als u ze lange tijd
achtereen niet gebruik heeft.
• Tijdens langdurig ononderbroken gebruik kan de batterij warm worden. Om oppervlakkige brand-
plekken te voorkomen haalt u ze niet onmiddellijk na gebruik uit de camera, maar wacht u even.
• Wordt de camera met batterijen als voedingsbron bij lage temperaturen gebruikt, probeer dan
de batterijen en reservebatterijen zo goed mogelijk warm te houden. Batterijen die het bij lage tem-
peraturen laten afweten, herstellen zich weer als de temperatuur weer tot kamertemperatuur stijgt.
• Gebruiken, laden of opslaan van de batterijen buiten deze temperatuurbereiken kan de levensduur
of de prestaties ervan bekorten. Haal altijd de batterijen uit de camera als u hem voor langere tijd
opbergt.
• Lees, voordat u NiMH- of NiCd-batterijen gaat gebruiken, altijd de bijgesloten aanwijzingen.
• Het aantal opnamen dat u kunt maken, is afhankelijk van de opnamecondities en van de batterij.
• Schaf u, voordat u een lange reis gaat maken of naar het buitenland gaat, een ruime voorraad,
reservebatterijen aan. Als u op reis bent kan de juiste soort batterij wel eens moeilijk verkrijgbaar
blijken.
58
NL
xD-PICTURE CARD – STANDAARD GEHEUGENKAARTJE
(met panoramafunctie)
GEBRUIKSAANWIJZING
Lees deze gebruiksaanwijzing aandachtig door voordat u het geheugenkaartje gaat
gebruiken. Het gaat hierbij om een verwisselbaar geheugenkaartje, waarop beel-
den opgeslagen en gewist en opnieuw opgeslagen kunnen worden. Dit geheugen-
kaartje, dat speciaal ontwikkeld werd voor gebruik in digitale camera’s die geschikt
zijn voor xD-kaartjes, is al geformatteerd zodat u het onmiddellijk in uw digitale
camera kunt gebruiken. Met een los verkrijgbare PC-kaartadapter kunt u het kaartje
ook als PCMCIA ATA-flashgeheugenkaart gebruiken.
Opmerkingen: • Hoewel in dit kaartje een niet-vluchtig halfgeleidergeheugen is
ingebouwd, kan het opgeslagen beeldmateriaal bij onoordeelkundig gebruik van
het kaartje verloren gaan. Dit kaartje is uitsluitend geschikt voor gebruik in voor
xD-kaartjes geschikte apparatuur. Lees vooral ook de gebruiksaanwijzing van het
apparaat waarin u dit kaartje wilt gebruiken. • Dit kaartje is niet voorzien van een
beveiliging tegen overschrijven (wisbeveiliging).
Schrijfvlak: Hier kunt u de inhoud
van het kaartje noteren.
Geheugencapaciteit: Geeft de
opslagcapaciteit van het kaartje
aan (16 / 32 / 64 / 128 MB).
De verschillende onderdelen
64
MB
1
2
3
xD-Picture Card (1) Gebruiksaanwijzing
(dit vouwblad)
Inhoud
64
MB
1
3
2
Technische gegevens
Type xD-Picture Card
Soort geheugen NAND Flash EEPROM
Geheugencapaciteit 16 MB (M-XD16P), 32 MB (M-XD32P),
64 MB (M-XD64P), 128 MB (M-XD128P)
Voedingsspanning 3V (3,3 volt)
Afmetingen (l x b x h) 20,0 mm x 25,0 mm x 1,7 mm
Veiligheidsaanwijzing
Dit pictogram wijst op een verboden handeling die, in de vorm van
een afbeelding of onderschrift, in of naast de cirkel vermeld wordt.
Dit symbool wijst op handelingen die uitgevoerd moeten worden
en die, in de vorm van afbeeldingen of onderschriften, in of naast
de cirkel vermeld worden.
Symbool Betekenis
Contactvlak: Via deze contacten leest de camera
de inhoud van het kaartje. Niet aanraken.
NL
59
WAARSCHUWING
Uit de buurt van kinderen houden.
Gevaar voor inslikken. Neem, indien een kaartje doorgeslikt werd,
onmiddellijk contact op met een arts of een eerstehulppost.
xD-kaartjes behoren tot de elektronische precisiecomponenten.
Behandel ze met zorg, buig ze niet en stel ze niet bloot aan mechani-
sche schokken. Bij onoordeelkundig gebruik kan het opgeslagen beeld-
materiaal verloren gaan, ook al is het beeldmateriaal opgeslagen in
een niet vluchtig halfgeleidergeheugen. Om abusievelijk wissen te voorkomen,
moet u het opgeslagen beeldmateriaal regelmatig naar andere media kopiëren,
bijvoorbeeld naar de harde schijf van een computer, naar een CD of naar een
magneto-optische schijf. Overtuig u er bij het formatteren van het kaartje van
dat het geen belangrijk beeldmateriaal bevat. Formatteren van het kaartje wist
alle op het kaartje opgeslagen beeldmateriaal. De panoramafunctie wordt bij
het formatteren niet gewist. Het formatteren moet in de camera gebeuren.
Stel het xD-kaartje niet bloot aan water of stof. Stel het xD-kaartje niet
bloot aan hoge temperaturen of vocht. Gebruik het xD-kaartje niet in de
buurt van brandbaar materiaal. Raak de elektrische contacten van het
xD-kaartje niet aan en breng ze niet aanraking met metalen voorwer-
pen, omdat het opgeslagen beeldmateriaal door statische elektriciteit verloren
kan gaan. Reinig het kaartje door het af te wrijven met een zachte, droge doek.
Onderbreek tijdens opslaan of lezen van beeldmateriaal nooit de voedingspan-
ning, stel het xD-kaartje niet bloot aan zware schokken en haal het kaartje niet
uit de camera. Gebeurt dat toch, dan kan het beeldmateriaal verloren gaan.
• Net als alle flashgeheugens heeft het xD-kaartje een beperkte levensduur en zal
uiteindelijk zijn eigenschappen verliezen om beeldmateriaal op te slaan en weer te
geven. Als dat punt bereikt wordt, moet u het geheugenkaartje vervangen door een
nieuw exemplaar. • Bij het opslaan of wissen van bestanden met een personal compu-
ter
(door middel van een PC-kaartadapter) kan het minimum aantal beschikbare beel-
den afnemen. Voor een optimaal gebruik van het xD-kaartje moet u het in de camera
formatteren of wissen. Daarmee herstelt u weer het juiste aantal beelden. • Gebruikt
u dit kaartje met een camera van een ander merk, dan moet u het in die camera
formatteren. Doet u dat niet, dan is het mogelijk dat de camera niet goed werkt.
• Niet opvolgen van bovenstaande aanwijzingen kan kortsluiting, rookontwikkeling
of brand tot gevolg hebben. • Olympus kan op generlei wijze aansprakelijk worden
gesteld voor verlies van op het xD-kaartje opgeslagen beeldmateriaal, of voor
beschadiging van beeldmateriaal dat is opgeslagen op andere media.
BEDRIJFSCONDITIES
Bedrijfstemperatuur 0 °C – 55 °C
Opslagtemperatuur –20 °C – 65 °C
Relatieve vochtigheid (Bedrijf / Opslag) 95 % of minder
• Stel xD-kaartjes niet bloot aan temperatuurveranderingen waarbij condensvorming
kan ontstaan, zelfs binnen het hierboven genoemde temperatuurbereik. Berg het
kaartje, bij het te vervoeren of opbergen ervan, op in het beschermende etui.
http://www.olympus.com/
2002 OLYMPUS OPTICAL CO., LTD.
Printed in Germany · OE · 4 · 11/2002 · Hab. · E0419086
San-Ei Building, 22-2, Nishi Shinjuku 1-chome, Shinjuku-ku, Tokyo, Japan
Customer support (Japanese language only): Tel. 0426-42-7499 Tokyo
OLYMPUS OPTICAL CO., LTD.
Two Corporate Center Drive, Melville, NY 11747-3157, U.S.A. Tel. 631-844-5000
Technical Support (USA)
24/7 online automated help: http://support.olympusamerica.com/
Phone customer support: Tel. 1-888-553-4448 (Toll-free)
Our phone customer support is available from 8 am to 10 pm
(Monday to Friday) ET
E-Mail: distec@olympus.com
Olympus software updates can be obtained at: http://olympus.com/digital/
Adobe [Photoshop] Support
Adobe software updates and technical information can be obtained at:
http://www.adobe.com/support/
OLYMPUS AMERICA INC.
Premises/Goods delivery: Wendenstrasse 14-18, 20097 Hamburg, Germany
Tel. 040-237730
Letters: Postfach 10 49 08, 20034 Hamburg, Germany
www.olympus-europa.com
Hotline-nummers voor klanten in Europa:
Tel. 01805-67 10 83 Duitsland
Tel. 00800-67 10 83 00 Oostenrijk, België, Denemarken, Frankrijk, Nederland,
Noorwegen, Zweden, Zwitserland en het
Ver. Koninkrijk
Tel. +49 180 5-67 10 83 Finland, Italië, Luxemburg, Portugal, Spanje en de
Tsjechische Republiek
Tel. +49 40-237 73 899 Griekenland, Kroatië, Hongarije en de rest van Europa.
Onze Hotline is van maandag tot en met vrijdag bereikbaar tussen 9 uur en 18 uur.
E-mail-adres: di.support@olympus-europa.com
OLYMPUS OPTICAL CO. (EUROPA) GMBH.
21

Hulp nodig? Stel uw vraag in het forum

Spelregels
1

Forum

Olympus-c-5050-zoom
  • foto's overzetten van camera naar laptop, hoe doe ik dat? Gesteld op 12-9-2016 om 15:58

    Reageer op deze vraag Misbruik melden
    • links van de camera (vanafachterzijde gezien) bovenste klepje openen. Hierin zie een aansluiting voor USB kabel.
      Sluit kabel aan.
      Klik vervolgens:
      -deze computer
      -DCIM
      -100OLYMP
      Klik op woord "beeld"en op een pictogram
      Selecteren en klik opp Ctrl+C
      open map op Laptop/PC en selecteer "afbeeldingen
      Vervolgens Ctrl+V

      Succes
      Geantwoord op 15-9-2016 om 10:28

      Waardeer dit antwoord (1) Misbruik melden
  • Heeft iemand nog een verkorte handleiding in het Nederlands (niet de Quick start). De handleiding hierboven is uitgebreid.
    jolree@xs4all.nl Gesteld op 22-12-2013 om 16:03

    Reageer op deze vraag Misbruik melden
    • Download de orginele handleiding, kopieer alleen detgene wat je hieruit hebben wil , maak daar een dokument van.
      Succes
      John Goossen Geantwoord op 22-12-2013 om 17:00

      Waardeer dit antwoord Misbruik melden
  • graag zou ik een nederlandse beschijving willen hebben want ik kom er anders niet meer uit help mij Gesteld op 9-4-2012 om 15:45

    Reageer op deze vraag Misbruik melden
  • Ik heb zeker interesse in een Nederlandse handleiding! Als u mij uw e-mailadres stuurt dan kan ik mijn adresgegevens doorgeven. n.lint@chello.nl Geantwoord op 18-2-2020 om 17:08

    Waardeer dit antwoord Misbruik melden

Misbruik melden

Gebruikershandleiding.com neemt misbruik van zijn services uitermate serieus. U kunt hieronder aangeven waarom deze vraag ongepast is. Wij controleren de vraag en zonodig wordt deze verwijderd.

Product:

Bijvoorbeeld antisemitische inhoud, racistische inhoud, of materiaal dat gewelddadige fysieke handelingen tot gevolg kan hebben.

Bijvoorbeeld een creditcardnummer, een persoonlijk identificatienummer, of een geheim adres. E-mailadressen en volledige namen worden niet als privégegevens beschouwd.

Spelregels forum

Om tot zinvolle vragen te komen hanteren wij de volgende spelregels:

Belangrijk! Als er een antwoord wordt gegeven op uw vraag, dan is het voor de gever van het antwoord nuttig om te weten als u er wel (of niet) mee geholpen bent! Wij vragen u dus ook te reageren op een antwoord.

Belangrijk! Antwoorden worden ook per e-mail naar abonnees gestuurd. Laat uw emailadres achter op deze site, zodat u op de hoogte blijft. U krijgt dan ook andere vragen en antwoorden te zien.

Abonneren

Abonneer u voor het ontvangen van emails voor uw Olympus c-5050 zoom bij:


U ontvangt een email met instructies om u voor één of beide opties in te schrijven.


Ontvang uw handleiding per email

Vul uw emailadres in en ontvang de handleiding van Olympus c-5050 zoom in de taal/talen: Nederlands als bijlage per email.

De handleiding is 1,51 mb groot.

 

U ontvangt de handleiding per email binnen enkele minuten. Als u geen email heeft ontvangen, dan heeft u waarschijnlijk een verkeerd emailadres ingevuld of is uw mailbox te vol. Daarnaast kan het zijn dat uw internetprovider een maximum heeft aan de grootte per email. Omdat hier een handleiding wordt meegestuurd, kan het voorkomen dat de email groter is dan toegestaan bij uw provider.

Stel vragen via chat aan uw handleiding

Stel uw vraag over deze PDF

Andere handleiding(en) van Olympus c-5050 zoom

Olympus c-5050 zoom Gebruiksaanwijzing - Deutsch, English, Français, Espanôl - 204 pagina's


Uw handleiding is per email verstuurd. Controleer uw email

Als u niet binnen een kwartier uw email met handleiding ontvangen heeft, kan het zijn dat u een verkeerd emailadres heeft ingevuld of dat uw emailprovider een maximum grootte per email heeft ingesteld die kleiner is dan de grootte van de handleiding.

Er is een email naar u verstuurd om uw inschrijving definitief te maken.

Controleer uw email en volg de aanwijzingen op om uw inschrijving definitief te maken

U heeft geen emailadres opgegeven

Als u de handleiding per email wilt ontvangen, vul dan een geldig emailadres in.

Uw vraag is op deze pagina toegevoegd

Wilt u een email ontvangen bij een antwoord en/of nieuwe vragen? Vul dan hier uw emailadres in.



Info