103279
4
Verklein
Vergroot
Pagina terug
1/80
Pagina verder
/
(
Wij zijn u erkentelijk voor de aanschaf van deze digitale Olympus-camera. Lees voordat u uw nieuwe camera
gaat gebruiken deze handleiding aandachtig door om u van optimale prestaties en van een lange
gebruiksduur van de camera te verzekeren. Bewaar deze handleiding op een veilige plaats zodat u hem ook
later nog eens kunt raadplegen.
(
Voordat u belangrijke opnamen gaat maken, doet u er goed aan eerst enkele proefopnamen te maken om
vertrouwd te raken met uw camera.
(
In het belang van voortdurende verbeteringen van het product behoudt Olympus zich het recht voor de in
deze handleiding gepubliceerde informatie bij te werken of aan te passen.
(
De afbeeldingen van het scherm en de camera zijn tijdens de ontwikkeling van het toestel vervaardigd en
kunnen op kleine punten afwijken van het toestel dat u in handen hebt.
Handleiding
DIGITALE CAMERA
NL
Leer uw camera
beter kennen
Knopfuncties
Menufuncties
Beelden printen
Gebruik van OLYMPUS Master
Appendix
Quick Start-gebruiksaanwijzing
Meteen aan de slag met uw camera.
2 NL
Inhoud
Test de functies van de knoppen van de
camera door de afbeedlingen op te volgen.
Leer hoe u gemaakte foto's kunt printen.
Leer hoe u beelden naar een computer
kunt overbrengen en opslaan.
Ontdek meer over camerafuncties en over
hoe u betere foto's kunt maken.
Lees over handige functies en
veiligheidsmaatregelen voor effectiever
gebruik van uw camera.
Leer over de menu's die de basisfuncties
en -instellingen bevatten. Menufuncties
kunnen alleen in de normale stand worden
uitgevoerd.
Knopfuncties
Menufuncties
Beelden printen
Uw camera beter leren kennen
Appendix
blz. 11
blz. 18
blz. 38
blz. 53
blz. 63
Gebruik van OLYMPUS Master
blz. 44
Quick Start-gebruiksaanwijzing
blz. 3
NL 3
Quick Start-gebruiksaanwijzing
Uitpakken van de doos
Trek de camerariem zo strak dat deze niet los kan raken.
Digitale camera Camerariem LI-42B
Lithium-ionbatterij
LI-40C batterijlader USB-kabeltje AV-kabeltje CD-ROM met
OLYMPUS Master software
Niet weergegeven artikelen: Handleiding (deze handleiding), Basishandleiding en garantiekaart.
De inhoud kan variëren naar plaats van aankoop.
Camerariem bevestigen
De camerariem kan ook door het oogje
voor de camerariem aan de onderkant
worden geleid.
4 NL
Quick Start-gebruiksaanwijzing
Batterij voorbereiden
a. Batterij opladen.
Bij levering is de batterij gedeeltelijk opgeladen.
b. Batterij in de camera plaatsen.
Indicator voor
Lampje aan (rood): laadt op
Lampje uit: opladen voltooid
(laadtijd: ca. 5 uur)
Stopcontact
2
1
Netsnoer
Batterijlader
Lithium-ionbatterij
3
1
2
3
Schuif het vergrendelknopje
voor de batterij in de richting
van de pijl om de batterij te
verwijderen.
3
Plaats de batterij met de
-kant naar beneden.
Vergrendelknopje voor batterij
NL 5
Quick Start-gebruiksaanwijzing
Informatie over het plaatsen van een optionele xD-Picture Card™ (hierna “het
kaartje“ genoemd), vindt u onder “Kaartje erin steken en verwijderen“ (blz. 64).
a. Druk op de
o
-knop.
Om de camera uit te schakelen, drukt u nog een keer op de
o
-knop.
Als de datum en tijd nog niet
zijn ingesteld, verschijnt dit
scherm.
4
De camera inschakelen
o
-knop
MENU
CANCEL
X
Y/M/D
Y / M / D
Y
Y M
D
D
TIME
T I M E
----.--.-- --:--
----.--.-- --:--
1
2
34
Tip
De richting van de pendelknop (
1243
) wordt aangeduid met
1243
in de meegeleverde handleiding.
Batterij voorbereiden
6 NL
Quick Start-gebruiksaanwijzing
Datum en tijd instellen
a. Druk op de
1F
-knop en de
2Y
-knop om [Y] te selecteren.
De eerste twee cijfers van het jaartal zijn vast ingesteld.
b. Druk op de
3#
-knop.
c. Druk op de
1F
-knop en de
2Y
-knop om
[M] te selecteren.
d. Druk op de
3#
-knop.
Over het instelmenu voor datum en tijd
MENU
CANCEL
X
Y/M/D
Y / M / D
Y
Y M
D
D
TIME
T I M E
----.--.-- --:--
----.--.-- --:--
Y-M-D (Jaar-Maand-Dag)
Verlaat een instelling.
Minuten
Datumformaten (Y-M-D, M-D-Y, D-M-Y)
Uur
2Y
-knop
1F
-knop
CANCEL
MENU
2006
2006
.--.-- --:--
.--.-- --:--
X
Y
Y M
D
D
TIME
T I M E
Y/M/D
Y / M / D
3#
-knop
2006
2006
.
11
11
.-- --:--
.-- --:--
CANCEL
MENU
X
Y
Y M
D
D
TIME
T I M E
Y/M/D
Y / M / D
NL 7
Quick Start-gebruiksaanwijzing
e. Druk op de
1F
-knop en de
2Y
-knop
om [D] te selecteren.
f. Druk op de
3#
-knop.
g. Druk op de
1F
-knop en de
2Y
-knop
om “uur“, “minuten“ te selecteren.
De tijd verschijnt in 24-uurs formaat.
h. Druk op de
3#
-knop.
i. Druk op de
1F
-knop en de
2Y
-knop
om [Y/M/D] te selecteren.
j. Nadat alle functies zijn ingesteld, drukt
u op de
-knop.
Voor een nauwkeurige tijdinstelling drukt u op de
-knop op het moment dat de klok 00
seconden aanwijst.
2006
2006
.
11
11
.
26
26
--:--
--:--
CANCEL
MENU
X
Y
Y M
D
D
TIME
T I M E
Y/M/D
Y / M / D
CANCEL
MENU
OK
SET
2006
2006
.
11
11
.
26
26
12
12
:
30
30
X
Y
Y M
D
D
TIME
T I M E
Y/M/D
Y / M / D
CANCEL
MENU
OK
SET
2006
2006
.
11
11
.
26
26
12
12
:
30
30
X
Y/M/D
Y / M / D
Y
Y M
D
D
TIME
T I M E
-knop
P
HQ
HQ
3072
3072
×
2304
2304
[
IN
IN
]
4
4
[ ]
Datum en tijd instellen
8 NL
Quick Start-gebruiksaanwijzing
Een foto maken
a. Vasthouden van de camera.
c. Fotograferen.
Horizontale stand Verticale stand
b. Stel scherp.
De
K
-knop knippert.
(half ingedrukt)
Ontspan
-knop
[
[ ]
P
HQ
HQ
3072
3072
×
2304
2304
[
IN
IN
]
4
4
De groene LED geeft aan dat de camera de
scherpstelling en belichting vasthoudt.
Het resterende aantal
stilstaande beelden wordt
weergegeven.
Plaats deze markering op uw
onderwerp.
(geheel ingedrukt)
Ontspan
-knop
NL 9
Quick Start-gebruiksaanwijzing
Uw beelden bekijken
a. Druk op de
q
-knop.
a. Geef het beeld weer dat u wilt wissen zoals beschreven onder a.
hierboven.
b. Druk op de
S
-knop.
c. Druk op de
1F
-knop om [YES] te selecteren en druk op de
-knop
om het beeld te wissen.
12:30
12:30
'06.11.26
'0 6.11.26
100-0001
1 0 0- 00 0 1
1
HQ
HQ
[
IN
IN
]
q
-knop
Pendelknop
Volgende foto
Vorige foto
Beelden wissen
S
-knop
OK
SET
MENU
BACK
YES
NO
ERASE [IN]
1F
-knop
OK
SET
MENU
BACK
YES
NO
ERASE
10 NL
Quick Start-gebruiksaanwijzing
Eenvoudige stand en normale stand
De eenvoudige stand stelt u in staat foto's te maken terwijl u alleen de basisfuncties gebruikt.
Deze stand is ideaal voor beginners of personen die nog niet vertrouwd zijn met het gebruik van
digitale camera's.
Kenmerken van de eenvoudige modus:
Stilstaande beelden fotograferen
g
“Ontspanknop“ (blz. 11)
De stand Fotograferen instellen
g
K
-knop (SHOOT)“ (blz. 12)
Uw selectie bevestigen
g
-knop (OK/FUNC)“ (blz. 13)
De tijd instellen
g
m
-knop (MENU)“ (blz. 13) / “
X
De datum en de tijd instellen“ (blz. 35)
De flitser gebruiken
g
3#
-knop“ (blz. 14)
Dicht bij het onderwerp fotograferen
g
4&
-knop“ (blz. 15)
Fotograferen met de zelfontspanner
g
2Y
-knop“ (blz. 15)
Helderheid van de foto wijzigen
g
1F
-knop“ (blz. 16)
Beelden bewerken
g
h
/
/
P
-knop“ (blz. 16)
Standaardinstellingen af fabriek herstellen
g
“RESET-knop“ (blz. 17)
Beelden wissen
g
S
-knop“ (blz. 17)
De normale stand stelt u in staat foto's te maken met verschillende instellingen.
Dat is nuttig voor mensen die gewend zijn aan het gebruik van digitale camera's en die
geavanceerde foto's willen maken.
U kunt de beelden die u heeft gemaakt ook op verschillende manieren bewerken.
a. Druk op de MODE-knop
De stand wordt elke keer omgeschakeld als u op de knop drukt en de huidige stand wordt op het
scherm aangegeven.
Over de eenvoudige stand
Over de normale stand
Tussen eenvoudige en normale stand wisselen
SWITCHED TO SIMPLE MODE SWITCHED TO NORMAL MODE
MODE-knop
NL 11
Knopfuncties
Knopfuncties
Stilstaande beelden fotograferen
Normale stand
Druk op
K
om [
K
STILL PICTURE], [
SCENE MODE] of [
GUIDE] te selecteren.
Eenvoudige stand
Druk op
K
om om te schakelen naar de stand voor het fotograferen van stilstaande beelden.
Druk de ontspanknop licht (half) in.
De groene LED gaat branden zodra de camera de scherpstelling en belichting vasthoudt
(scherpstelgeheugen). Maak de opname door de ontspanknop helemaal in te drukken.
Scherpstelgeheugen – De scherpstelling vasthouden terwijl
u de foto samenstelt
Stel uw beeld samen met vastgehouden scherpstelling en druk dan
de ontspanknop geheel in om een foto te maken.
Knippert de groene LED, dan is de scherpstelling niet goed
aangepast. Probeer de scherpstelling opnieuw vast te leggen.
1
POWER-knop
De camera aan en uit zetten
Power aan: De camera wordt ingeschakeld in de stand Fotograferen.
Monitor gaat aan
Lenskap gaat open.
2
Ontspanknop
Fotograferen
3
0
7
9
4
6
f
a
b
12
8
c
e
d
IN
4
HQ
3072
×
2304
[
IN
IN
]
Stand Fotograferen
Flitserfunctie
Stand macro /
Stand supermacro
Plaats deze markering
op uw onderwerp.
Zelfontspanner
Flitserfunctie
Zelfontspanner
Macro
Normale stand Eenvoudige stand
5
P
HQ
HQ
3072
3072
×
2304
2304
[
IN
IN
]
4
4
[ ]
Groene LED
12 NL
Knopfuncties
Videobeelden opnemen
Normale stand
Druk op
K
en selecteer [
n
MOVIE] en druk de ontspanknop licht in om de scherpstelling vast te
leggen. Druk de ontspanknop dan geheel in om te beginnen met opnemen. Om het opnemen van
videobeelden te stoppen, drukt u de ontspanknop opnieuw in.
Eenvoudige stand
U kunt geen videobeelden opnemen.
Schakelt tussen de standen en de knop gaat branden.
Normale stand
Druk op
K
om het scherm weer te geven en selecteer een stand Fotograferen. Druk op
om in
te stellen.
De camera bepaalt de optimale instellingen voor de lichtomstandigheden automatisch.
Neemt een video op. Het geluid wordt samen met de videobeelden opgenomen. Druk de
ontspanknop licht in om de scherpstelling vast te zetten en druk hem dan helemaal in om het
opnemen te starten. Om het opnemen van videobeelden te stoppen, drukt u de ontspanknop
opnieuw in.
Zet [DIGITAL ZOOM] op [ON] om de zoomfunctie voor fotograferen mogelijk te maken.
g
“DIGITAL ZOOM Inzoomen op uw onderwerp“ (blz. 23)
Met deze functie kunt u fotograferen door een motiefprogramma te selecteren afhankelijk van de
lichtomstandigheden.
Naar een ander motiefprogramma wisselen
Druk op
m
om in het hoofdmenu
s
te selecteren om naar een ander motiefprogramma te
wisselen.
Door naar de ander motiefprogramma om te schakelen worden de meeste instellingen gewijzigd
naar de standaardinstellingen van elk motiefprogramma.
g
s
(
Scene
) Een motiefprogramma selecteren afhankelijk van de fotografeersituatie“
(blz. 22)
Met deze functie kunt u de focusinstellingen instellen door de
fotogids op het scherm te volgen.
Druk op
m
om de fotogids opnieuw weer te geven.
Om de instelling te veranderen zonder de fotografeergids te
gebruiken, drukt u op
K
om naar een andere stand om te
schakelen.
Instellingen van de fotogids kunnen op hun standaardwaarden
worden teruggezet door op
m
te drukken, de stand om te
schakelen of op RESET te drukken
Eenvoudige stand
Schakelt naar de stand Fotograferen.
[
n
MOVIE], [
SCENE MODE], en [
GUIDE] kunnen in de eenvoudige stand niet
worden geselecteerd. Deze is vastgezet op [
K
STILL PICTURE].
3 K
-knop (SHOOT)
Stand Fotograferen instellen /
Tussen fotografeerstanden omschakelen
K
STILL PICTURES
................................................................ Stilstaande beelden fotograferen
n
MOVIE
.....................................................................................................Videobeelden opnemen
SCENE MODE
................................. Fotograferen door een motiefprogramma te selecteren
afhankelijk van de situatie
GUIDE
...............................................De fotogids volgen voor het maken van betere foto's
Dit pictogram brandt rood tijdens video-opname.
A
00:36
00:36
00:36
De resterende opnametijd wordt weergegeven.
Als de resterende opnametijd 0 bereikt, wordt het opnemen automatisch
gestopt.
OK
SET
4
Set particular lighting.
5
Shooting into backlight.
Brightening subject.
Blurring background.
Adjusting area in focus.
3
2
1
SHOOTING GUIDE 1/ 3
NL 13
Knopfuncties
Schakelt naar de stand Weergeven en de knop gaat branden. Het laatst gefotografeerde beeld
wordt weergegeven.
Druk op de pendelknop om andere foto's te bekijken.
Gebruik de zoomknop om om te schakelen tussen close-up weergave, indexweergave en
kalenderweergave.
g
Videobeelden weergeven “MOVIE PLAY Weergeven van videobeelden“ (blz. 26)
Druk in de stand Fotograferen op
q
om naar de stand Weergeven om te schakelen.
Gebruik de pendelknop om motiefprogramma's, foto weergave en de menuopties te selecteren.
Normale stand
Geeft het functiemenu weer, dat de functies en instellingen bevat die tijdens het fotograferen
worden gebruikt. Deze knop wordt ook gebruikt om uw selectie te bevestigen.
Functies die u met het functiemenu kunt instellen
Bij het maken van stilstaande beelden omschakelen tussen stand P (programmagestuurd
automatisch) en AUTO (volautomatisch).
Eenvoudige stand
Dit wordt gebruikt om de instellingen van menufuncties te bevestigen.
Geeft het hoofdmenu weer / Tijd instellen
Normale stand
Geeft het hoofdmenu weer.
Eenvoudige stand
Geeft [
X
] weer.
g
X
Datum en tijd instellen“ (blz. 35)
Tijd controleren
Druk, terwijl de camera uit staat, op
m
om de huidige tijd en de ingestelde alarmtijd (als [ALARM
CLOCK] is ingesteld) 3 seconden weer te geven.
4 q
-knop (VIEW)
Stilstaande beelden bekijken / Stand Weergeven selecteren
5
Pendelknop (
1243
)
6
-knop (OK/FUNC)
P / AUTO
..................................................................... Fotograferen met automatische instellingen
P (programmage-
stuurd automatisch)
De camera stelt aan de hand van de helderheid van het object automatisch de
optimale diafragmawaarde en sluitertijd in.
AUTO
(volautomatisch)
De camera stelt behalve diafragma en sluitertijd, automatisch de witbalans en
de ISO-gevoeligheid in.
7 m
-knop (MENU)
De menugids weergeven / De tijd instellen en controleren
P
P
P
P
WB
AUTO
ISO
AUTO
o
h
P/AUTO
P/AUTO
ESP
43
: Selecteer een instelling en druk op
.
12
: Selecteer de functie die u wilt instellen.
Functiemenu
Overige functies die u met het functiemenu kunt instellen
g
“WB Kleur van een foto aanpassen“ (blz. 22)
“ISO De ISO-gevoeligheid wijzigen“ (blz. 23)
“DRIVE Repeterend (continu) fotograferen“ (blz. 23)
“ESP /
n
Een ander vlak kiezen voor het meten van de
helderheid van een onderwerp“ (blz. 23)
14 NL
Knopfuncties
Stand Fotograferen: In- en uitzoomen op uw object
Optische zoom: 3×
Stand Weergeven: De beeldweergave wijzigen
Normale stand
Druk op
3#
in de stand Fotograferen om de flitserinstelling te selecteren.
Druk op
om uw keuze te bevestigen.
8
Zoomknop
Inzoomen tijdens het fotograferen / Gezoomd weergeven
9 3#
-knop
Gebruik van de flitser
AUTO Autoflitsen Bij weinig licht of tegenlicht ontsteekt de flitser automatisch.
!
Flitsen met onderdrukken
van rode ogen
De flitser geeft inleidende flitsen af om rode ogen op uw foto's te
onderdukken.
P
P
[
IN
IN
]
4
4
[ ]
HQ
HQ
3072
3072
×
2304
2304
P
P
[
IN
IN
]
4
4
[ ]
HQ
HQ
3072
3072
×
2304
2304
Uitzoomen:
Druk de zoomknop naar
de W-kant.
Inzoomen:
Trek de zoomknop naar
de T-kant.
1
1 2
4
3
[
IN
IN
]
12:30
12 :3 0
'06.11 . 26
'06 . 11.2 6
100- 0004
1 0 0 - 0 0 0 4
4
HQ
HQ
[
IN
IN
]
1
1 2 3
4 5 6
7 8 9
[
IN
IN
]
[
[
IN
IN
]
]
[
[
IN
IN
]
Gezoomd weergeven
Trek de zoomknop naar de
T
-kant om de foto
stapsgewijs te vergroten tot maximaal 10 keer
de oorspronkelijke grootte.
Duw naar de
W
-kant om het formaat te
verkleinen.
Gebruik de pendelknop tijdens gezoomd
weergeven om in de foto heen en weer te
schuiven.
Druk op
om terug te keren naar de
enkelbeeldweergave.
Indexweergave
Gebruik de pendelknop
om een beeld voor
weergave te selecteren
en druk op
om het
geselecteerde enkele
beeld weer te geven.
Kalenderweergave
Gebruik de pendelknop om de datum te
selecteren en trek
of de zoomknop naar de
T
-kant om het beeld op de geselecteerde datum
weer te geven.
Enkelbeeldweergave
Gebruik de pendelknop om in de beelden te bladeren.
W
TW
W
T
W
W
T
W
T
T
NL 15
Knopfuncties
Eenvoudige stand
Druk op
3#
in de stand Fotograferen om de flitserfunctie te selecteren of te deselecteren.
Druk op
om in te stellen en om het display uit te schakelen.
Normale stand
Druk op
4&
in de stand Fotograferen om de stand macro te selecteren.
Druk op
om uw keuze te bevestigen.
Zoom en flitser kunnen niet worden gebruikt in [
%
].
Eenvoudige stand
Druk op
4&
in de stand Fotograferen om de stand macro te selecteren of te deselecteren.
Druk op
om het display uit te schakelen.
Normale stand
Druk op
2Y
in de stand Fotograferen om de zelfontspanner in en uit te schakelen.
Druk op
om uw keuze te bevestigen.
Eenvoudige stand
Druk op
2Y
in de stand Fotograferen om de zelfontspanner in en uit te schakelen.
Druk op
om in te stellen en het display uit te schakelen.
Nadat de ontspanknop geheel is ingedrukt, brandt de zelfontspanner-LED ongeveer
10 seconden, knippert dan ongeveer 2 seconden en daarna wordt de foto gemaakt.
Druk op
2Y
om de zelfontspanner te annuleren.
Na elke opname die met de zelfontspanner gemaakt wordt, wordt de stand Zelfontspanner
automatisch uitgeschakeld.
#
Invulflitsen De flitser ontsteekt altijd, ongeacht het beschikbare licht.
$
Flitser uit De flitser ontsteekt niet.
AUTO Bij weinig licht of tegenlicht ontsteekt de flitser automatisch.
$
FLASH OFF De flitser ontsteekt niet.
0 4&
-knop
Dicht bij het onderwerp fotograferen
OFF Stand macro uit Stand macro is gedeactiveerd.
&
Stand macro Met deze stand kunt u fotograferen op een afstand van maar 20 cm
(groothoek) en 30 cm (tele) tot het object.
%
Stand supermacro Met deze stand kunt u foto's maken op een afstand van maar 7 cm
tot het object.
&
MACRO ON Met deze stand kunt u fotograferen op een afstand van slechts
20 cm (met de zoomlens in de uiterste groothoekstand) of 30 cm
(met de zoomlens in de uiterste telestand) tot het onderwerp.
MACRO OFF Stand macro is gedeactiveerd.
a 2Y
-knop
Fotograferen met de zelfontspanner
Y
AAN Stel de zelfontspanner in.
Y
UIT Annuleer de zelfontspanner.
Y
SELFTIMER ON Stel de zelfontspanner in.
SELFTIMER OFF Annuleert de zelfontspanner.
16 NL
Knopfuncties
Normale stand
Druk op
1F
in de stand Fotograferen om de belichting aan te passen.
Aan te passen van –2,0 EV tot +2,0 EV
Eenvoudige stand
Druk in de stand Fotograferen op
1F
om de belichtingscorrectie te selecteren of te deselecteren.
Druk op
om in te stellen en de indicator verdwijnt.
Druk op de MODE-knop om te wisselen tussen eenvoudige en normale stand.
g
“Eenvoudige stand en normale stand“ (blz. 10)
Druk op
h
/
/
<
in de stand Fotograferen om de beeldstabilisator in en uit te schakelen.
Druk op
om in te stellen.
Normale stand
(
Stand voor het fotograferen van
(
stilstaande beelden
................................................ Fotograferen met digitale beeldstabilisatie
Deze functie corrigeert de onscherpte die ontstaat doordat het object of de camera beweegt.
Bij fotograferen in een donkere omgeving wordt de ISO-waarde automatisch verhoogd, waardoor
eventueel de elektrische ruis vergroot wordt, met als gevolg een grove foto.
(
Stand Video-opname
...................... Fotograferen in de stand Digitale beeldstabilisatie video
Fotograferen met digitale beeldstabilisator
Asl dit is ingesteld op [
h
ON], worden de beelden iets vergroot.
Het is mogelijk dat beelden niet kunnen worden gecorrigeerd als de camera heftig wordt geschud
of als het object extreem beweegt.
Selecteer [
h
OFF] als u video-opnames maakt terwijl de camera fysiek is gestabiliseerd. Indien
u dat niet doet, kan het zijn dat de video-opname die u maakt meeschudt met het object.
Eenvoudige stand
Digitale beeldstabilisatie is niet beschikbaar in de videostand.
b 1F
-knop
Helderheid van de foto wijzigen
BACKLIGHT ADJ. ON De belichting wordt aangepast tot +1,0 EV om het beeld helderder te
maken.
BACKLIGHT ADJ. OFF De belichting wordt niet bijgesteld.
c
MODE-knop Tussen eenvoudige en normale stand wisselen
d h
/
/
<
-knop
Fotograferen met de beeldstabilisator /
Beelden bewerken / Beelden printen
h
Fotograferen met digitale beeldstabilisatie
h
OFF Beeldstabilisator is gedeactiveerd.
h
ON Beeldstabilisator is geactiveerd.
h
OFF Beeldstabilisator is gedeactiveerd.
h
ON Beeldstabilisator is geactiveerd.
+
+
2.0
2.0
OK
SET
P
+
2.0
3
: Lichter maken
4
: Donkerder maken
De instellingen activeren.
NL 17
Knopfuncties
Het opgenomen beeld wordt gecorrigeerd en als nieuw beeld opgeslagen.
Videobeelden, foto's die met andere camera's zijn gemaakt en eerder gecorrigeerde of bewerkte
foto's kunnen niet worden gecorrigeerd.
Het bewerken van een beeld kan een licht verlies in kwaliteit betekenen.
Normale stand
Druk in de stand Weergeven op
h
/
/
<
. Selecteer een bewerkingsfunctie met de
12
-knop
en druk op
.
Eenvoudige stand
[
h
DIS EDIT], [
LIGHTING FIX] en [
!
REDEYE FIX] worden tegelijk gedaan en het beeld
wordt als een nieuw beeld opgeslagen. Druk in de stand Weergeven op
h
/
/
<
en druk op
.
Als de printer op de camera aangesloten is, geef dan een foto weer die in de stand Weergeven
geprint moet worden en druk op
h
/
/
<
.
g
“EASY PRINT“ (blz. 38)
Druk op RESET om het reset-bevestigingsscherm weer te geven. Selecteer [YES] en druk op
.
Functies met hun oorspronkelijke instelling, waarnaar ze terugkeren als de
herstelfunctie wordt uitgevoerd
Door op RESET te drukken in de stand Weergeven wisselt u naar de stand Fotograferen van
stilstaande beelden.
Selecteer het beeld dat gewist moet worden in de stand Weergeven en druk op
S
. Selecteer [YES]
en druk op
.
Eenmaal gewiste beelden kunt u niet meer herstellen. Controleer alle beelden voor deze gewist
worden, zodat niet onbedoeld beelden gewist worden die u had willen bewaren.
g
0
Beelden beveiligen“ (blz. 29)
Beelden bewerken
<
Beelden printen
e
RESET-knop
Standaardinstellingen af fabriek herstellen
NO Reset wordt niet uitgevoerd.
YES Reset wordt uitgevoerd.
Functie
Standaard-
instelling af
fabriek
Zie blz. Functie
Standaard-
instelling af
fabriek
Zie blz.
SHOOTING MODE
K
STILL
PICTURE
blz. 12 P/AUTO P blz. 13
Flitser AUTO blz. 14 WB AUTO blz. 22
&
OFF blz. 15 ISO AUTO blz. 23
YY
OFF blz. 15 DRIVE
o
blz. 23
F
0.0 blz. 16 ESP/
n
ESP blz. 23
h
OFF blz. 16 FINE ZOOM OFF blz. 23
IMAGE QUALITY HQ blz. 20 DIGITAL ZOOM OFF blz. 23
PANORAMA OFF blz. 21 AF MODE iESP blz. 24
MULTI-SHOT OFF blz. 25
R
OFF blz. 24
COMPARE & SHOOT
(vergelijken & fotograferen)
OFF blz. 20 LABEL SHOT OFF blz. 24
f S
-knop
Beelden wissen
OK
SET
MENU
BACK
PERFECT FIX
ALL
h DIS EDIT
LIGHTING FIX
! REDEYE FIX
[
IN
]
ALL Beeldstabilisatie, helderheidscorrectie en rode-
ogencorrectie worden allemaal tegelijk gedaan.
h
DIS EDIT Retoucheert beelden met onvoorziene
bewegingsonscherpte.
LIGHTING FIX Alleen het donkere gebied van een beeld wordt
gecorrigeerd. Het onderbelichte deel van een beeld
wordt lichter gemaakt.
!
REDEYE FIX Alleen rode-ogencorrectie is geactiveerd.
18 NL
Menufuncties
Menufuncties
Menufuncties kunnen alleen in de normale stand worden uitgevoerd.
Druk op
m
om het hoofdmenu op de monitor weer te geven.
De onderdelen die in het hoofdmenu worden weergegeven variëren, afhankelijk van de functie.
Als [CAMERA MENU], [PLAYBACK MENU], [EDIT], [ERASE], of [SETUP] is geselecteerd, wordt
het menu van de desbetreffende functie weergegeven.
Als uw camera is ingesteld volgens de fotogids met de stand Fotograferen op
, drukt u op
m
om de fotogids weer te geven.
Tijdens bediening van het menu worden de te gebruiken knoppen en hun functie onderaan het
scherm weergegeven. Volg deze gidsen om door de menu's te navigeren.
Dit verklaart hoe de menu's gebruikt kunnen worden aan de hand van de [AF MODE]-instelling.
1
Stel de stand Fotograferen van stilstaande beelden in.
Over de menu's
Bedieningsaanwijzingen
Gebruik van de menu’s
m
-knop
-knop
Pendelknop (
1243
)
OK
MENU
SET
EXIT
SETUP
SETUP
SCN
SCN
COMPARE
COMPARE
& SHOOT
& SHOOT
IMAGE
IMAGE
QUALITY
QUALITY
PANORAMA
PANORAMA
SCN
SCN
CAMERA
CAMERA
MENU
MENU
SILENT
SILENT
MODE
MODE
MULTI-
MULTI-
SHOT
SHOT
OK
SET
MENU
BACK
1
2
CAME R A MENU
WB
AUTO
ISO AUTO
FINE ZOOM
DRIVE
o
ESP
OFF
Hoofdmenu (in stand voor het fotograferen van
stilstaande beelden)
OK
MENU
SET
EXIT
SETUP
SETUP
SCN
SCN
COMPARE
COMPARE
& SHOOT
& SHOOT
IMAGE
IMAGE
QUALITY
QUALITY
PANORAMA
PANORAMA
SCN
SCN
CAMERA
CAMERA
MENU
MENU
SILENT
SILENT
MODE
MODE
MULTI-
MULTI-
SHOT
SHOT
Bedienings-
aanwijzingen
m
-knop
1243
op de pendelknop
BACK
y
m
: Gaat terug naar het vorige menu.
EXIT
y
m
: Verlaat het menu.
:
Druk op
1243
om een instelling te
selecteren.
SET
y
: Stelt het geselecteerde item in.
NL 19
Menufuncties
2
Druk op MENU om het hoofdmenu weer te
geven. Selecteer [CAMERA MENU] en druk
op
om uw keuze te bevestigen.
[AF MODE] is een van de selecties in het [CAMERA MENU].
Druk op
om uw keuze te bevestigen.
3
Gebruik de pendelknop
12
om [AF MODE] te
selecteren en druk op
.
Het kan zijn dat niet alle instellingen beschikbaar zijn,
afhankelijk van de stand Fotograferen / het motief-
programma.
Druk op
4
op dit scherm, zodat de cursor naar de
paginaweergave beweegt. Druk op
12
om van pagina te
veranderen. Om een item te selecteren, drukt u op
3
of
.
4
Gebruik de pendelknop
12
om [iESP] of
[SPOT] te selecteren en druk op
om uw keuze
te bevestigen.
De menufunctie wordt ingesteld en het vorige menu wordt
weergegeven. Druk meermaals op
m
om het menu te
verlaten.
Voor het annuleren van wijzigingen en om verder te gaan
met de bediening van het menu, drukt u op
m
voordat
u op
drukt.
Sommige functies zijn in bepaalde standen niet beschikbaar.
g
“Beschikbare functies in de fotofuncties en bij motiefprogramma's“ (blz. 61)
g
“SETUP menu's“ (instelmenu's) (blz. 32)
De standaardinstellingen af fabriek worden weergegeven in ( ).
Menu stand Fotograferen
K
OK
MENU
SET
EXIT
SETUP
SETUP
SCN
SCN
COMPARE
COMPARE
& SHOOT
& SHOOT
IMAGE
IMAGE
QUALITY
QUALITY
PANORAMA
PANORAMA
SCN
SCN
CAMERA
CAMERA
MENU
MENU
SILENT
SILENT
MODE
MODE
MULTI-
MULTI-
SHOT
SHOT
OK
SET
MENU
BACK
1
2
CA M E RA M E N U
WB
AUTO
ISO AUTO
FINE ZOOM
DRIVE
o
ESP
OFF
OK
SET
MENU
BACK
2
1
CA M E RA M E N U
DIGITAL ZOOM OFF
AF MODE iESP
OFF
R
LABEL SHOT
FRAME
De geselecteerde functie wordt weergegeven in een andere kleur.
Paginaweergave:
Het paginaweergaveteken wordt weergegeven als er
op de volgende pagina nog meer menufuncties staan.
OK
SET
MENU
BACK
2
1
CA M E RA M E N U
AF MODE
R
DIGITAL ZOOM
LABEL SHOT
FRAME
SPOT
iESP
OK
MENU
SET
EXIT
SETUP
SETUP
SCN
SCN
COMPARE
COMPARE
& SHOOT
& SHOOT
IMAGE
IMAGE
QUALITY
QUALITY
PANORAMA
PANORAMA
SCN
SCN
CAMERA
CAMERA
MENU
MENU
SILENT
SILENT
MODE
MODE
MULTI-
MULTI-
SHOT
SHOT
3
6
CAMERA MENU
WB
ISO
DRIVE
ESP/
n
FINE ZOOM
DIGITAL ZOOM
AF MODE
R
LABEL SHOT
FRAME
*
1 U hebt een xD-Picture Card nodig.
6
4
1
5
2 7
*1
20 NL
Menufuncties
Beeldkwaliteit van stilstaande beelden en de toepassing ervan
Beeldkwaliteit video
De vier laatste foto's worden aan de linkerkant weergegeven. U kunt fotograferen terwijl u de vorige
foto's vergelijkt.
Als u een nieuwe foto maakt, verschijnt de zojuist gemaakte foto linksboven, de vier beelden
schuiven elk een plek omlaag en de onderste foto verdwijnt.
De links weergegeven beelden kunnen worden geselecteerd. Als een foto in de stand Weergeven
wordt geselecteerd en de camera daarna op de stand Fotograferen wordt gezet, is de foto
linksboven degene die in de stand Weergeven is geselecteerd. In dit geval verschijnt de volgende
foto die wordt gemaakt linksboven, en de vier foto's die links worden getoond, worden niet
gewijzigd.
1
IMAGE QUALITY
Beeldkwaliteit wijzigen
Beeldkwaliteit/Resolutie Compressie-
factor
Toepassing
SHQ 3072 × 2304 Lage
compressie-
factor
Dit is handig voor het printen van grote beelden op
A3-formaat.
Dit is handig voor het het bewerken van foto's op
de computer, zoals aanpassen van contrast en
onderdrukken van rode ogen.
HQ 3072 × 2304 Standaardcom
pressiefactor
SQ1 2560 × 1920 Standaardcom
pressiefactor
Dit is handig voor het printen op A3/A4-formaat.
Dit is handig voor computerbewerkingen als
draaien of het toevoegen van tekst aan een foto.
2304 × 1728
2048 × 1536
SQ2 1600 × 1200 Standaard-
compressie-
factor
Dit is handig voor afdrukken op
ansichtkaartformaat.
Dit is handig voor het bekijken van foto's op een
computer.
1280 × 960
1024 × 768
Deze beeldkwaliteit is vooral praktisch om
beelden als bijlagen bij e-mail te verzenden.
640 × 480 Lage
compressie-
factor
16:9 1920 × 1080 Standaard-
compressie-
factor
Dit is nuttig om de weidsheid van een object, zoals
een landschap, te benadrukken en voor het
bekijken van beelden op een breedbeeldtelevisie.
Beeldkwaliteit/Resolutie
SHQ 640 × 480
HQ 320 × 240
SQ 160 × 120
2
COMPARE & SHOOT
Fotograferen tijdens het bekijken van de vorige beelden
OFF / ON
P
P
[
IN
IN
]
4
[ ]
HQ
HQ
3072
3072
×
2304
2304
Foto's verdwijnen onderaan.
Foto's die gemaakt worden
Direct ervoor genmaakte foto
NL 21
Menufuncties
Maak foto's voor een panoramisch beeld en combineer de foto's met behulp van uw camera tot een
enkel panoramisch beeld. Alleen gecombineerde beelden worden opgeslagen. Een Olympus
xD-Picture card is vereist voor panoramaopnamen.
Een panoramafoto maken met behulp van de OLYMPUS Mastersoftware van de meegeleverde
CD-ROM. Een Olympus xD-Picture card is vereist voor panoramaopnamen.
Gebruik de pendelknop om aan te geven aan welke rand u de foto's wilt aansluiten en maak uw
foto's zo dat de randen overlappen.
Fotograferen is mogelijk tot maximaal 10 beelden. Druk op
om de functie Panoramaopnamen
te verlaten.
Tips voor het maken van panoramische beelden
In [COMBINE IN CAMERA] blijft het vorige beeld op het scherm om u te helpen bij het
positioneren van uw volgende foto. Stel de foto zo samen dat de randen van de vorige foto op het
scherm overlappen met de volgende foto.
In [COMBINE IN PC] blijft de vorige foto niet zichtbaar voor het positioneren. Onthoud het op de
monitor weergegeven beeld als een ruwe indicatie, stel dan de foto zo samen dat de randen van
de vorige foto in het beeld met de volgende foto overlappen.
Bij alle foto's wordt de scherpstelling, de belichting, de witbalans en de zoom van de eerst opname
aangehouden.
3
PANORAMA
Panoramische beelden maken en combineren /
Foto's maken voor de uitgebreide panoramafunctie
COMBINE IN CAMERA
....................................... Panoramische beelden maken en combineren
COMBINE IN PC
..........................................Foto's maken voor de uitgebreide panoramafunctie
3
: Het volgende beeld wordt aangesloten op de rechterrand.
4
: Het volgende beeld wordt aangesloten op de linkerrand.
Sluit de beelden aan van links
naar rechts
Gebruik
43
om aan te geven aan welke rand u de foto's wilt aansluiten
en maak uw foto's zo dat de randen overlappen.
U kunt maximaal 3 foto's maken, de foto's worden automatisch
gecombineerd en dan wordt de gecombineerde foto weergegeven.
Om slechts twee foto's te combineren, drukt u op
voordat u de
derde foto maakt.
Als de opslagcapaciteit van het kaartje onvoldoende is, kan
[COMBINE IN CAMERA] niet worden geselecteerd.
Sluit de beelden van links naar rechts op elkaar aan
Sluit de beelden van beneden naar boven op elkaar aan
3
: Het volgende beeld wordt aangesloten op de
rechterrand.
4
: Het volgende beeld wordt aangesloten op de
linkerrand.
1
: Het volgende beeld wordt aangesloten
op de bovenrand.
2
: Het volgende beeld wordt aangesloten
op de onderrand.
1e 2e 3e
22 NL
Menufuncties
Het scherm voor het selecteren van een motiefprogramma laat
voorbeelden zien en een beschrijving van de fotografeersituatie
waar het voor bedoeld is. Dit kan alleen worden ingesteld als de
stand Fotograferen op
s
staat.
Door naar een ander motiefprogramma om te schakelen worden
de meeste instellingen gewijzigd naar de standaardinstellingen
van elk motiefprogramma.
*1 Als het object donker is, wordt ruisonderdrukking automatisch
geactiveerd. Dit verdubbelt ongeveer de tijd van fotograferen
waarna de volgende foto kan worden gemaakt.
*2 De scherpstelling van het eerste beeld wordt vastgehouden.
*3 De camera stelt voor elk beeld scherp.
[
e
SHOOT & SELECT1] / [
f
SHOOT & SELECT2]
Deze motiefprogramma's stellen u in staat repeterende beelden te maken door de ontspanknop
ingedrukt te houden. Na het fotograferen selecteert u de beelden die u wilt wissen door er een
R
bij te zetten en drukt u op
S
om ze te wissen.
4 s
(Scene)
Een motiefprogramma selecteren afhankelijk van de fotografeersituatie
PORTRAIT / LANDSCAPE / LANDSCAPE+PORTRAIT / NIGHT SCENE
*1
/
NIGHT+PORTRAIT
*1
/ SPORT / INDOOR / CANDLE
/ SELF PORTRAIT / AVAILABLE LIGHT /
SUNSET
*1
/ FIREWORKS
*1
/ MUSEUM / CUISINE / BEHIND GLASS / DOCUMENTS /
AUCTION / SHOOT & SELECT1
*2
/ SHOOT & SELECT2
*3
/ BEACH & SNOW
5
SILENT MODE
Instelling voor het uitschakelen van bedieningsgeluiden
OFF / ON Met deze functie kunt u bedieningsgeluiden tijdens het fotograferen en
weergeven, waarschuwingspiepen, sluitergeluiden enz. uitschakelen.
De functie kan niet worden ingesteld als de functieknop op
staat.
6
CAMERA MENU
WB.........................................................................................
Kleur van een foto aanpassen
AUTO De witbalans wordt voor natuurlijke kleuren automatisch
aangepast, ongeacht de lichtbron.
5
Zonnige dag Voor fotograferen bij heldere lucht.
3
Bewolkte dag Voor fotograferen bij bewolkte lucht.
1
Gloeilamplicht Voor fotograferen bij gloeilamplicht.
w
TL-lamp 1 Voor fotograferen bij daglicht-TL-licht. (Dit type lamp wordt
hoofdzakelijk binnenshuis gebruikt.)
x
TL-lamp 2 Voor fotograferen bij neutraal-wit TL-licht. (Dit type lamp wordt
hoofdzakelijk in bureaulampen gebruikt.)
y
TL-lamp 3 Voor fotograferen bij wit TL-licht. (Dit type lamp wordt hoofdzakelijk
in kantoren gebruikt.)
B
F
D
G
U
OK
SET
MENU
BACK
1 PORTRAIT
Motiefprogrammaselectie
Motiefprogramma instellen.
Geselecteerde foto
e
e
OK
S
BACK GO
MENU
Druk op
43
om door de foto's te bladeren.
Foto's die met een
R
gemarkeerd zijn, worden gewist.
Druk op
om de beelden die gewist moeten worden te markeren.
NL 23
Menufuncties
Als dit op [3200] staat, is de [IMAGE QUALITY] beperkt tot [2048
×
1536].
Door de ontspanknop ingedrukt te houden, kunt u een reeks opeenvolgende foto's maken. De
camera maakt continu foto's tot u de ontspanknop loslaat.
Bij snel repeterende opnamen is de flitserfunctie vast ingesteld op [
$
] en [IMAGE QUALITY] is
beperkt tot [2048 × 1536].
ISO
......................................................................................................... De ISO-gevoeligheid wijzigen
AUTO De gevoeligheid wordt automatisch aangepast aan de heersende belichting van
het object.
80/100/200/
400/800/1600/
3200
Een lage waarde verlaagt de gevoeligheid voor het maken van heldere, scherpe
foto's bij daglicht. Hoe hoger de waarde, hoe groter de lichtgevoeligheid van de
camera en hoe meer mogelijkheden om met een korte sluitertijd en bij weinig
licht te fotograferen. Een grote gevoeligheid veroorzaakt echter beeldruis in de
uiteindelijke opname, wat een korrelig beeld tot gevolg kan hebben.
DRIVE
............................................................................................Repeterend (continu) fotograferen
o
Maakt telkens één foto als de ontspanknop wordt ingedrukt.
j
Bij alle foto's wordt de scherpstelling, de belichting en de witbalans van de eerste
opname aangehouden. De snelheid van de repeterende opnamen is afhankelijk van de
ingestelde beeldkwaliteit.
i
De beelden worden sneller gefotografeerd dan in de normale stand voor repeterende
opnamen.
ESP/
n
................Een ander vlak kiezen voor het meten van de helderheid van een onderwerp
ESP Meet de helderheid in het beeldmidden en in het gebied eromheen afzonderlijk, om
een beeld vast te leggen waarin de helderheid in balans is. Fotografeert u bij sterk
tegenlicht, dan is het mogelijk dat het beeldmidden donker wordt afgebeeld.
n
Alleen de helderheid van het beeldmidden wordt gemeten. Aanbevolen voor het
maken van een foto met sterk tegenlicht.
FINE ZOOM
..................... Inzoomen op uw onderwerp zonder de beeldkwaliteit te verminderen
OFF / ON
Combineert optische zoom en beeld vastleggen om een hogere vergroting mogelijk
te maken (maxinmaal 5×).
[IMAGE QUALITY] wordt beperkt tot onder [1600 × 1200].
DIGITAL ZOOM
............................................................................................ Inzoomen op uw object
OFF / ON
De digitale zoom kan worden gebruikt om close-up-foto's te maken met een
sterkere vergroting dan de optische zoom. (optische zoom × digitale zoom:
het maximum ongeveer 15×)
P
P
[
IN
IN
]
4
4
[ ]
HQ
HQ
3072
3072
×
2304
2304
P
P
[
IN
IN
]
4
4
[ ]
HQ
HQ
3072
3072
×
2304
2304
Zoombalk
Wit gebied: Het optische zoombereik
Rood gebied: Het digitale zoombereik
Optische zoom Digitale zoom
24 NL
Menufuncties
Foto's voor titels maken en titelbeelden maken. Druk na het fotograferen op
.
Na het fotograferen selecteert u de beelden die u wilt wissen, zet er een
R
bij en drukt u op
S
.
Selecteer [YES] en druk op
.
Beelden die worden opgeslagen zijn monochroom. Tijdens het maken van de titels kunnen de
kleuren worden gewijzigd.
g
“LABEL Een titel toevoegen aan een foto“ (blz. 27)
Het waarschuwingsteken
g
wordt weergegeven als er geen foto's kunnen worden gemaakt,
bijvoorbeeld omdat de interne opslagcapaciteit onvoldoende is.
Combineert het te fotograferen object met een bijpassend kader, waarna het resultaat wordt
opgeslagen.
[IMAGE QUALITY] (beeldkwaliteit) wordt beperkt tot [1600 × 1200].
•Gebruik
43
om een kader te selecteren en druk op
.
Maak een foto in het kader.
Druk op
om het beeld op te slaan.
AF MODE
......................................................................................... Wijzigen van het scherpstelvlak
iESP De camera bepaalt op welk object in het beeld wordt scherpgesteld. Zelfs wanneer het
object zich niet in het midden van het scherm bevindt, is het mogelijk scherp te stellen.
SPOT Selectie van het scherpstellen is gebaseerd op het onderwerp binnen het
autofocusteken.
R
...........................................................................................Geluid opnemen bij stilstaande beelden
OFF / ON
Als de camera geactiveerd is [ON] neemt deze ongeveer 4 seconden audio op
nadat de foto is gemaakt.
Richt de microfoon van de camera tijdens de geluidsopname op de geluidsbron
die u wilt opnemen.
LABEL SHOT
.....................................................................Foto's maken om in titels te gebruiken
FRAME
......................................................................................................Fotograferen in een kader
LABEL SHOT [IN]
MENU
BACK
Beelden waarvan titels moeten worden gemaakt, worden rood
weergegeven.
12
: Past het rood weergegeven gebied aan.
U kunt continu foto's maken tot maximaal 100 foto's.
U kunt het rood weergegeven gebied aanpassen elke keer dat u een
foto maakt.
OK
S
GO
43
: Selecteer de foto's.
Wis de beelden met de
R
-markering.
Plaats de
R
-markering.
Geselecteerde foto
OK
SET
MENU
BACK
FRAME [IN]
NL 25
Menufuncties
g
“SETUP menu's“ (instelmenu's) (blz. 32)
“SILENT MODE Instelling voor het uitschakelen van bedieningsgeluiden“ (blz. 22)
De standaardinstellingen af fabriek worden weergegeven in ( ).
Stel [BGM] in op [ON] of [OFF].
Selecteer in het functiemenu [TYPE] het overgangseffect tussen
de beelden.
Van reeksen videobeelden wordt alleen het eerste beeld getoond.
Na het instellen van [BGM] en [TYPE] drukt u op
om de diashow te starten.
Druk nogmaals op
om de diashow te annuleren.
7
MULTI-SHOT
Continu fotograferen en als één nieuw beeld opslaan
OFF / ON
Foto's die worden gemaakt terwijl u de ontspanknop (max. 5 seconden) ingedrukt
houdt, worden automatisch in 9 beelden onderverdeeld en opgeslagen als een
enkel beeld.
[IMAGE QUALITY] (beeldkwaliteit) wordt vast ingesteld tot [2048×1536].
Menu stand Weergeven
q
1
SLIDESHOW
Beelden automatisch weergeven
BGM ON / OFF
TYPE
NORMAL / SCROLL / FADER / SLIDE /
ZOOM DOWN / ZOOM UP / CHECKERBOARD /
BLINDS / SWIVEL / RANDOM
5
EDIT
OK
MENU
SET
EXIT
P
ALBUM
ALBUM
ALBUM
EDIT
EDIT
EDIT
ERASE
ERASE
ERASE
SETUP
SETUP
SETUP
CALENDAR
CALENDAR
CALENDAR
PLAYBACK
PLAYBACK
MENU
MENU
PLAYBACK
MENU
PRINT
PRINT
ORDER
ORDER
PRINT
ORDER
SILENT
SILENT
MODE
MODE
SILENT
MODE
MOVIE
MOVIE
PL
PLAY
MOVIE
PLAY
OK
MENU
SET
EXIT
P
ALBUM
ALBUM
ALBUM
SLIDE-
SLIDE-
SHOW
SHOW
SLIDE-
SHOW
EDIT
EDIT
EDIT
ERASE
ERASE
ERASE
SETUP
SETUP
SETUP
CALENDAR
CALENDAR
CALENDAR
PLAYBACK
PLAYBACK
MENU
MENU
PLAYBACK
MENU
PRINT
PRINT
ORDER
ORDER
PRINT
ORDER
SILENT
SILENT
MODE
MODE
SILENT
MODE
5
8
Q
P
BLACK & WHITE
SEPIA
FRAME
LABEL
CALENDAR
LAYOUT
BRIGHTNESS
SATURATION
Als er een stilstaand beeld is geselecteerd
Als videobeelden zijn geselecteerd
5
EDIT
6
*1*3
7
0
y
*2
R
*2
ALBUM ENTRY
*1
7
PLAYBACK MENU
2
87
*1
Een kaartje is
noodzakelijk.
*2
Dit wordt niet weergegeven
als videobeelden
geselecteerd zijn.
*3
Dit wordt niet geselecteerd
als de video is
geselecteerd.
*4
Als een album geen
beelden bevat, kan het niet
geselecteerd worden.
3
3
5
INDEX
EDIT
1
4
*1*4
4
*1*4
OK
SET
MENU
BACK
SLIDESHOW
OFF
ON
BGM
TYPE
[IN]
26 NL
Menufuncties
Bedieningen tijdens het weergeven van videobeelden.
Druk op
om de weergave te pauzeren.
Mogelijkheden in de stand pauze
Om het afspelen te hervatten, drukt u op
.
Om de weergave van de videobeelden in het midden of tijdens een pauze stop te zetten, drukt u
op
m
.
Met deze functie kunt u de beelden in een kalenderformaat weergeven, gesorteerd op de datum
waarop de beelden zijn opgenomen.
2
MOVIE PLAY
Weergeven van videobeelden
3
CALENDAR
Weergeven van foto's in een kalenderformaat
4
ALBUM
Beelden bekijken in een album
OK
MOVIEPLAY
12:30
12:30
'06.11.26
'06. 11. 26
100-0004
1 0 0 -0 0 04
4
[
IN
I N
]
Selecteer in het hoofdmenu [MOVIE PLAY] en druk op
om
videobeelden af te spelen.
U kunt videobeelden ook weergeven door een beeld te selecteren
met het videopictogram (
n
) en op
te drukken.
12:30
12:30
'06.11.26
'06.11. 26
100-0004
1 0 0 -0 0 04
00:00 00:36
00:00 00:36
[
IN
I N
]
1:
Verhoogt het volume.
2:
Verlaagt het volume.
3:
Iedere keer dat de knop ingedrukt wordt, wordt de snelheid van de
weergave veranderd in de volgorde: 1×, 2×; 20× en terug naar 1×.
4:
Speelt de videobeelden in omgekeerde richting af. Iedere keer dat de
knop ingedrukt wordt, wordt de snelheid van de weergave in
omgekeerde richting veranderd in de volgorde: 1×, 2×; 20× en terug
naar 1×.
Weergavetijd/totale opnametijd
00:05 00:36
00:05 00:36
[
IN
I N
]
3:
Geeft het volgende beeld weer.
4:
Geeft het vorige beeld weer.
1:
Geeft het eerste beeld weer.
2:
Geeft het laatste beeld weer.
OK
MENU
SET
BACK
SEL. ALBUM
1
1
8
Gebruik de pendelknop om een album te
selecteren en druk op
.
Zoek met de pendelknop het beeld op dat u wilt bekijken.
g
“ALBUM ENTRY
Foto's toevoegen aan een
album“ (blz. 30)
NL 27
Menufuncties
Met deze functie kunnen stilstaande beelden die op een kaartje opgeslagen zijn, bewerkt worden
en als nieuwe foto's opgeslagen worden.
Snij een foto uit en sla de uitgesneden foto als een nieuwe foto op.
Gebruik
43
om een foto die u wilt uitsnijden te selecteren en druk
op
.
Gebruik de pendelknop en de zoomknop om de positie en het
formaat van het bereik-selectiekader aan te passen en druk op
.
Wijzigt de foto in een zwart-wit foto en slaat die op als een nieuw bestand.
Wijzigt de foto in sepia en slaat hem op als een nieuw bestand.
Met deze functie kunt u een kader selecteren, het kader met een beeld samenvoegen en dit opslaan
als een nieuw beeld.
Gebruik de pendelknop
43
om een kader te selecteren
en druk op
.
Gebruik de pendelknop
43
om het beeld te selecteren dat met het
kader moet worden samengevoegd (gebruik
12
om het beeld
rechtsom of linksom te draaien) en druk op
.
Gebruik de pendelknop en de zoomknop om de positie en het
formaat van de foto aan te passen en druk op
om te voltooien.
Met deze functie kunt u een titel selecteren, de titel met een beeld samenvoegen en dit opslaan als
een nieuw beeld.
Selecteer de foto met
43
en druk op
.
Selecteer de titel met
43
en druk op
. (Druk op
12
om de foto
90° rechtsom en 90° linksom te draaien.)
Gebruik de pendelknop en de zoomknop om de positie en het
formaat van de titel aan te passen en druk op
.
Stel de kleur van de titel in met de pendelknop en druk op
.
5
EDIT
Q
.......................................................................................
Het formaat van foto's wijzigen
640 × 480 / 320 × 240
Dit wijzigt het formaat van een foto en slaat het als een nieuw
bestand op.
P
.............................................................................................................................Een foto uitsnijden
BLACK & WHITE
..............................................................................Foto's naar zwart-wit wijzigen
SEPIA
.........................................................................................................Foto's naar sepia wijzigen
FRAME
.................................................................................................. Kader en foto samenvoegen
LABEL
............................................................................................ Een titel toevoegen aan een foto
OK
SET
O
OK
W
O
T
SETMOVE
FRAME
OK
SET
LABEL
28 NL
Menufuncties
Met deze functie kunt u een kalenderformaat selecteren, de kalender met een beeld samenvoegen
en dit opslaan als een nieuw bestand.
Selecteer de foto met
43
en druk op
.
Selecteer de kalender met
43
en druk op
. (Druk op
12
om
de foto 90° rechtsom of 90° linksom te draaien.)
Stel de datum van de kalender in en druk op
.
Druk op
43
om een bladindelingsmodel te selecteren
en druk op
.
Selecteer het type foto waarvan u de bladindeling wilt maken en
druk op
.
Selecteer de foto en druk op
. (Als [SEL. IMAGE] geselecteerd is,
druk dan op
12
om de foto 90° rechtsom of 90° linksom te
draaien.)
Deze functie stelt u in staat de helderheid van de foto aan te passen en hem als nieuwe foto op te
slaan.
Selecteer de foto met
43
en druk op
.
Pas de helderheid aan met
12
en druk op
.
Deze functie stelt u in staat de kleurintensiteit van de foto aan te passen en hem als nieuwe foto op
te slaan.
Selecteer de foto met
43
en druk op
.
Pas de kleurintensiteit aan met
12
en druk op
.
CALENDAR
...................................................................... Een kalenderafdruk met een foto maken
LAYOUT
.........Een bladindeling voor een aantal opgenomen foto's maken en ze samenvoegen
ALL IMAGES Er wordt een bladindeling gemaakt voor alle beelden die in het interne geheugen
of op het kaartje zijn opgeslagen.
ALBUM De foto waarvoor u de bladindeling wilt maken, wordt uit het album geselecteerd.
CALENDAR Een maandelijkse kalender verschijnt en de foto's waarvan u de bladindeling wilt
maken, worden op datum geselecteerd.
SEL. IMAGE Foto's waarvan u de bladindeling wilt maken, worden één voor één
gespecificeerd.
BRIGHTNESS
........................................................................... De helderheid van de foto wijzigen
SATURATION
....................................................................De kleurintensiteit van de foto wijzigen
OK
SET
CALENDAR
OK
SET
MENU
BACK
LAYOUT
ALL IMAGES
ALBUM
CALENDAR
SEL. IMAGE
OK
MENU
SET
BACK
BRIGHTNESS
OK
MENU
SET
BACK
SATURATION
NL 29
Menufuncties
Deze functie selecteert 9 beelden uit een video en slaat ze als nieuw beeld op (INDEX) met
thumbnails van elk beeld.
Gebruik
43
om een video te selecteren en druk op
.
Gebruik de pendelknop om het eerste beeld te selecteren
en druk op
. Selecteer het laatste beeld op dezelfde manier
en druk
op
.
Selecteer het deel van de video dat u wilt opslaan, overschrijf het originele bestand hiermee, of sla
het als een nieuw bestand op.
Selecteer [NEW FILE] of [OVERWRITE] en druk op
.
Gebruik de pendelknop om het eerste beeld te selecteren
en druk op
. Selecteer het laatste beeld op dezelfde manier
en druk op
.
Met deze functie kunt u bij de foto's op het kaartje ook printgegevens opslaan (het aantal prints en
de datum- en tijdinformatie).
g
“Printinstellingen (DPOF)“ (blz. 41)
Met de functies [ERASE] (wissen) / [SEL.IMAGE] (geselecteerd
beeld) / [ALL ERASE] (alle beelden wissen) kunt u beveiligde beelden
niet wissen, maar door te formatteren wist u wel alle beelden.
Selecteer de foto met
43
en beveilig hem door [ON] te selecteren
met
12
. U kunt meerdere beelden na elkaar beveiligen.
9
wordt weergegeven als de foto beveiligd is.
INDEX
......................................................................................... Van een video een indexfoto maken
EDIT
...................................................................................................... Een deel van de video snijden
6
PRINT ORDER
Printreserveringen maken (DPOF)
7
PLAYBACK MENU
0
...........................................................................................................................Beelden beveiligen
OFF / ON
OK
SET
00:00
00:00/
00:36
00:36
00:00 / 00:36
OK
SET
00:00
00:00/
00:36
00:36
00:00 / 00:36
OK
EXIT
OFF
ON
[IN]
0
30 NL
Menufuncties
Beelden die u fotografeert terwijl u de camera verticaal houdt, worden in horizontale stand
weergegeven. Met deze foto's kunt u zulke beelden draaien zodat ze verticaal op het scherm
worden weergegeven, en de gedraaide beelden blijven in hun nieuwe stand opgeslagen,
ook als de camera wordt uitgeschakeld.
Er wordt ongeveer 4 seconden geluid opgenomen.
Gebruik de pendelknop
43
om een beeld te selecteren en
selecteer [YES] om te beginnen met opnemen.
De [BUSY]-balk wordt tijdelijk weergegeven.
Foto's die op het kaartje zijn opgeslagen, kunnen gerangschikt worden in albums. Foto's die in het
interne geheugen opgeslagen zijn, kunnen niet in albums ondergebracht worden.
g
“Menu's albumweergave“ (blz. 31)
y
................................................................................................................................. Beelden draaien
+90° / / –9
R
.......................................................................................Geluid toevoegen aan stilstaande beelden
YES / CANCEL
ALBUM ENTRY
............................................................................Foto's toevoegen aan een album
OK
EXIT
[IN]y
+90°
OK
[IN]
EXIT
y
–90°
OK
EXIT
[IN]
OK
SET
EXIT
MENU
YES
CANCEL
[IN]
R
OK
MENU
SET
BACK
SEL. ALBUM
SE L . A LB U M
SEL. ALBUM
1
OK
MENU
SET
BACK
ALBUM ENTRY
SEL. IMAGE
SET CALENDAR
SET ALL
OKOK
SET
EXIT HOLD
10
1 0
6
2
7
11
1 1
3 4
8
12
1 2
5
1
9
SEL. IMAGE
OK
MENU
SET
BACK
SET ALL
PHOTO
MOVIE
0
Selecteer de invoerwijze
voor het album
Selecteer een album om de
beelden aan toe te voegen
[SEL. IMAGE]
Selecteer voor de invoer één beeld
tegelijk
Gebruik de pendelknop om het beeld
te selecteren en druk op
om het
beeld te markeren met een
R
.
Druk nogmaals op
om de selectie
te annuleren.
Als de selectie voltooid is, drukt u
enige tijd op
.
[SET CALENDAR]
Beelden toevoegen die op dezelfde
dag zijn gemaakt
Gebruik de pendelknop om de datum te
selecteren waarvan de beelden aan het
album toegevoegd moeten worden en
druk op
.
[SET ALL]
Selecteer alle stilstaande beelden,
alle beveiligde beelden of alle
videobeelden.
NL 31
Menufuncties
Beveiligde beelden kunt u niet wissen. Hef de beveiliging op voordat u beveiligde beelden wist.
Eenmaal gewiste beelden kunt u niet meer herstellen. Controleer alle beelden voor deze gewist
worden, zodat niet onbedoeld beelden gewist worden die u had willen bewaren.
Als u de foto uit het interne geheugen wist, dient u het kaartje niet in de camera te plaatsen.
Als u het beeld van het kaartje wilt wissen, dient u het kaartje eerst in de camera te plaatsen.
Gebruik de pendelknop om een beeld te selecteren en druk op
om het beeld te markeren met een
R
.
Om de selectie te annuleren drukt u opnieuw op
.
Als alle afzonderlijke foto's die gewist moeten worden, zijn
gemarkeerd, drukt u op
S
.
Selecteer [YES] en druk op
.
Selecteer [YES] en druk op
.
U heeft een kaartje geregistreerd met een album nodig.
g
“ALBUM ENTRY
Foto's toevoegen aan een album
“ (blz. 30)
Om tussen albums te wisselen selecteert u het gewenste album uit [SEL. ALBUM].
g
“ALBUM Beelden bekijken in een album“ (blz. 26)
8
ERASE
Afzonderlijke beelden wissen
SEL. IMAGE
.................................................................Wissen door een enkel beeld te selecteren
ALL ERASE
.................................Alle beelden in het interne geheugen en op het kaartje wissen
Menu's albumweergave
1
SEL. ALBUM
Andere albums bekijken
MENU
S
SEL. IMAGE [IN]
GO
BACK
OK
P
OK
MENU
SET
EXIT
SILENT
SILENT
MODE
MODE
SILENT
MODE
EDIT
EDIT
EDIT
ERASE
ERASE
ERASE
SETUP
SETUP
SETUP
SEL.
SEL.
ALBUM
ALBUM
SEL.
ALBUM
PL
PLA
YBAC
YBACK
MENU
MENU
PLAYBACK
MENU
PRINT
PRINT
ORDER
ORDER
PRINT
ORDER
CLOSE
CLOSE
ALBUM
ALBUM
CLOSE
ALBUM
MOVIE
MOVIE
PL
PLAY
MOVIE
PLAY
P
OK
MENU
SET
EXIT
SILENT
SILENT
MODE
MODE
SILENT
MODE
SLIDE-
SLIDE-
SHOW
SHOW
SLIDE-
SHOW
EDIT
EDIT
EDIT
ERASE
ERASE
ERASE
SETUP
SETUP
SETUP
SEL.
SEL.
ALBUM
ALBUM
SEL.
ALBUM
PL
PLA
YBAC
YBACK
MENU
MENU
PLAYBACK
MENU
PRINT
PRINT
ORDER
ORDER
PRINT
ORDER
CLOSE
CLOSE
ALBUM
ALBUM
CLOSE
ALBUM
1
0
y
*1
R
*1*2
UNDO ENTRY
LABEL IMAGE
Als er een stilstaand beeld is geselecteerd
Als videobeelden zijn geselecteerd
2
PLAYBACK MENU
*1 Dit wordt niet weergegeven als de video is
geselecteerd.
*2 Deze functie is niet beschikbaar tijdens
albumweergave.
2
1
2
3
3
g
“SLIDESHOW Beelden automatisch weergeven“ (blz. 25)
“MOVIE PLAY Weergeven van videobeelden“ (blz. 26)
“Printinstellingen“ (DPOF) (blz. 41)
“Instelmenu's“ (blz. 32)
“ERASE Afzonderlijke beelden wissen“ (blz. 31)
“SILENT MODE Instelling voor het uitschakelen van
bedieningsgeluiden“ (blz. 22)
32 NL
Menufuncties
Zelfs als een foto uit een album wordt verwijderd, blijft hij op het kaartje staan.
U kunt het titelbeeld (eerste beeld in het album) dat op het
albumselectiescherm wordt weergegeven wijzigen.
Met deze functie verlaat u de albumweergave.
2
PLAYBACK MENU
UNDO ENTRY
.......................................................................Invoer in het album ongedaan maken
SEL. IMAGE Eén beeld tegelijk voor het ongedaan maken selecteren.
Gebruik de pendelknop om het beeld te selecteren en druk
op
om het beeld te markeren met een
R
.
Druk nogmaals op
om de selectie te annuleren.
Als de selectie voltooid is, drukt u enige tijd op
.
UNDO ALL Alle beelden in het album ongedaan maken
LABEL IMAGE
......................................................................... Titelbeeld selecteren (albumcover)
3
CLOSE ALBUM
Instelmenu's - SETUP
OKOK
SET
EXIT HOLD
SEL. IMAGE
6
2
7
3
5
1
8
4
12
1 2
11
1 1
10
1 09
OK
MENU
SET
BACK
SEL. ALBUM
1
1
8
Titelbeeld (eerste beeld in het album)
Andere albummenu's
g
0
Beelden beveiligen“ (blz. 29)
y
Beelden draaien“ (blz. 30)
OK
MENU
SET
EXIT
SETUP
SETUP
SCN
SCN
COMPARE
COMPARE
& SHOOT
& SHOOT
IMAGE
IMAGE
QUALITY
QUALITY
PANORAMA
PANORAMA
SCN
SCN
CAMERA
CAMERA
MENU
MENU
SILENT
SILENT
MODE
MODE
MULTI-
MULTI-
SHOT
SHOT
OK
MENU
SET
EXIT
P
ALBUM
ALBUM
ALBUM
SLIDE-
SLIDE-
SHOW
SHOW
SLIDE-
SHOW
EDIT
EDIT
EDIT
ERASE
ERASE
ERASE
SETUP
SETUP
SETUP
CALENDAR
CALENDAR
CALENDAR
PLAYBACK
PLAYBACK
MENU
MENU
PLAYBACK
MENU
PRINT
PRINT
ORDER
ORDER
PRINT
ORDER
SILENT
SILENT
MODE
MODE
SILENT
MODE
Stand Weergeven
Stand Fotograferen
*1
Een kaartje is noodzakelijk.
*2
Als [SILENT MODE] op [ON] staat, piept de camera niet,
ongeacht de instelling.
g
“SILENT MODE Instelling voor het uitschakelen van
bedieningsgeluiden“ (blz. 22)
MEMORY FORMAT
(FORMAT
*1
)
BACKUP
*1
W
PW ON SETUP
*2
SCREEN SETUP
COLOR
BEEP
*2
8
*2
SHUTTER SOUND
*2
VOLUME
*2
SETUP
REC VIEW
FILE NAME
PIXEL MAPPING
s
X
DUAL TIME
ALARM CLOCK
VIDEO OUT
INFO
POWER SAVE
NL 33
Menufuncties
Bij het formatteren van het interne geheugen of het kaartje worden alle opgeslagen beeldgegevens
gewist, ook de beveiligde beelden. Zorg ervoor dat u belangrijke beeldgegevens opslaat of naar een
computer overbrengt voordat u gaat formatteren.
Bij het formatteren van het interne geheugen moet u eerst het kaartje uit de camera verwijderen.
Als het interne geheugen wordt geformatteerd, worden de gegevens van de beelden en titels die
gedownload zijn met de meegeleverde OLYMPUS Master software verwijderd.
Zorg ervoor dat het kaartje in de camera is geplaatst terwijl u het formatteert.
Voordat u een kaartje van een andere fabrikant dan OLYMPUS, of een kaartje dat in een
computer werd geformatteerd, kunt gebruiken moet u dit eerst in deze camera formatteren.
Plaats het optionele kaartje in de camera. Bij het kopiëren van beeldmateriaal wordt de foto niet uit
het interne geheugen gewist.
Het duurt even om een back-up te maken. Controleer dat de batterij voldoende opgeladen is
voordat u met kopiëren begint of gebruik de lichtnetadapter.
De taal waarin de informatie op de monitor wordt weergegeven, kunt u zelf instellen. Welke talen
beschikbaar zijn, is afhankelijk van het land waar u deze camera heeft gekocht.
Met de bij uw camera geleverde OLYMPUS Master software kunt u uw camera van nog andere
talen voorzien.
U kunt het volume instellen en de foto selecteren die wordt weergegeven als de camera
ingeschakeld wordt. Als [SCREEN] op [OFF] staat, kan [VOLUME] niet worden ingesteld.
Stilstaande beelden in het interne geheugen of op een kaartje kunnen worden opgeslagen in
scherm [2] als [PW ON SETUP]. Indien reeds een foto geregistreerd is, wordt het scherm [IMAGE
EXISTING] weergegeven waarin gevraagd wordt of u de actueel geregistreerde foto wilt annuleren
of een nieuwe wilt registreren.
MEMORY FORMAT (FORMAT)
........................... Het interne geheugen of kaartje formatteren
BACKUP
........................................ Foto's vanuit het interne geheugen naar het kaartje kopiëren
W
................................................................................................ Een taal voor de monitor kiezen
PW ON SETUP
................................................................. Het startscherm en het volume instellen
SCREEN OFF (Er wordt geen beeld
weergegeven.)
/ 1 / 2 (De met de functie [SCREEN SETUP]
geregistreerde foto wordt weergegeven.)
VOLUME OFF (Geen geluid) / LOW / HIGH
SCREEN SETUP
..........................................................................Een foto als startscherm opslaan
COLOR
............................................................................. De kleur van de menuschermen instellen
NORMAL / BLUE / BLACK / PINK
BEEP
........................... Het volume van de pieptoon aanpassen als er een knop wordt ingedrukt
OFF (Geen geluid) / LOW / HIGH
8
......................................Het volume van het waarschuwingssignaal van de camera aanpassen
OFF (Geen geluid) / LOW / HIGH
34 NL
Menufuncties
De bestandsnamen en bijbehorende mapnamen voor opgeslagen beelden worden automatisch
aangemaakt door de camera. De bestandsnamen en mapnamen bevatten respectievelijk
bestandsnummers (0001 t/m 9999) en mapnamen (100 tot 999). Deze worden als volgt genoemd.
Met de functie Pixel Mapping kan de camera de CCD en de beeldbewerkingfuncties controleren en
bijstellen. U hoeft deze functie niet vaak uit te voeren. Wij raden u aan dit één keer per jaar te doen.
Wacht ten minste één minuut na het nemen of bekijken van foto's om de functie pixel mapping opti-
maal te laten functioneren. Als u tijdens het controleren van de beeldbewerkingsfuncties de camera
uitschakelt, dient deze procedure opnieuw uitgevoerd te worden. Selecteer [PIXEL MAPPING].
Zodra [START] verschijnt, drukt u op
.
SHUTTER SOUND
...................................................... Het geluid van de ontspanknop selecteren
OFF (Geen geluid)
1 LOW / HIGH
2 LOW / HIGH
3 LOW / HIGH
VOLUME
.......................................................................... Het volume tijdens weergeven aanpassen
OFF (Geen geluid) / 1 / 2 /
3
/ 4 / 5
REC VIEW
............................................................... Beelden bekijken direct nadat ze zijn gemaakt
OFF De foto die wordt opgeslagen, wordt niet weergegeven. Dit is nuttig als u snel klaar wilt
zijn voor de volgende foto.
ON Het opgenomen beeld verschijnt even op de monitor. Dit is handig als u de foto die u
zojuist heeft genomen even wilt controleren. U kunt doorgaan met fotograferen terwijl
de foto nog wordt weergegeven.
FILE NAME
.........................................................................Bestandsnamen van beelden herstellen
RESET
Deze methode is handig bij het groeperen van bestanden op aparte
geheugenkaartjes.
De bestandsnummers en mapnummers worden geannuleerd als er een nieuw
kaartje in de camera wordt geplaatst. Het mapnummer wordt teruggezet op [nr. 100]
en het bestandsnummer wordt teruggezet op [nr. 0001].
AUTO
Deze methode is handig als u al uw bestanden met doorlopende nummers wilt
beheren.
Zelfs als u een nieuwe geheugenkaart inzet, worden het map- en bestandsnummer
van het vorige kaartje aangehouden. Dit is handig bij het beheer van meerdere
kaartjes.
PIXEL MAPPING
.................................................................. Beeldbewerkingsfuncties controleren
\DCIM\***OLYMP\Pmdd****.jpg
Mapnr.
(100 – 999)
BestandsnaamMapnaam
Maand (1 – C)
Dag (01–31)
Bestandsnr.
(0001 – 9999)
Maand: jan. – sept. = 1 – 9, okt. = A, nov. = B, dec. = C
NL 35
Menufuncties
De datum en tijd worden samen met elk beeld opgeslagen voor gebruik in de bestandsnaam.
De eerste twee cijfers van het jaartal zijn vast ingesteld.
De tijd verschijnt in 24-uurs formaat.
Om de tijd nauwkeurig in te stellen, met de cursor op “minute“ of [Y/M/D], drukt u op
op het
moment dat de klok 00 seconden aanwijst.
Het datumformaat is hetzelfde als het formaat ingesteld met [
X
].
De eerste twee cijfers van het jaartal zijn vast ingesteld.
De tijd verschijnt in 24-uurs formaat.
s
......................................................................................... Helderheid van de monitor aanpassen
X
....................................................................................................................Datum en tijd instellen
DUALTIME
........................................................... Datum en tijd instellen voor een andere tijdzone
OFF Wisselt tussen de datum en tijd die ingesteld zijn in [
X
]. Beelden worden opgeslagen
met de datum en tijd ingesteld in [
X
].
ON Wisselt tussen de datum en tijd die ingesteld zijn in [DUALTIME]. Als u de
dubbelaanduiding instelt, selecteert u [ON] en stelt vervolgens de tijd in.
Beelden worden opgeslagen met de datum en tijd ingesteld in [DUAL TIME].
ALARM CLOCK
......................................................................................................... Alarm instellen
OFF Er is geen alarm ingesteld of het
alarm is geannuleerd.
Als [
X
] niet is ingesteld, is [ALARM
CLOCK] niet beschikbaar.
Als [SILENT MODE] op [ON] staat, gaat het
alarm niet af.
Als [DUAL TIME] is ingesteld op [ON], gaat
het alarm af volgens de dual time datum- en
tijdinstelling.
ONE TIME Alarm wordt één keer geactiveerd.
Nadat het alarm is afgegaan, wordt
de instelling geannuleerd.
DAILY Alarm wordt dagelijks op de
ingestelde tijd geactiveerd.
OK
SET
MENU
BACK
s
1
: Maakt de monitor helderder.
2
: Maakt de monitor donkerd
Druk op
om uw keuze te bevestigen.
MENU
CANCEL
X
Y/M/D
Y / M / D
Y
Y M
D
D
TIME
T I M E
----.--.-- --:--
----.--.-- --:--
Y-M-D (Jaar-Maand-Dag)
Verlaat een instelling.
Minuten
Datumformaten (Y-M-D, M-D-Y, D-M-Y)
Uur
MENU
CANCEL
DUALTIME
Y
Y M
D
D
TIME
T I M E
2006
2006
.
11
11
.
26
26
12
12
:
30
30
m
: Verlaat een instelling.
36 NL
Menufuncties
Een alarm instellen
Selecteer [ONE TIME] of [DAILY] en stel de alarmtijd in.
U kunt de sluimerfunctie, waarschuwingssignalen en
alarmvolume instellen.
Het alarm bedienen, uitzetten en controleren.
Het alarm bedienen:
Schakel de camera uit. Het alarm werkt alleen als de camera uit staat.
Het alarm uitzetten:
Druk, terwijl het alarm afgaat, op een willekeurige knop om het alarm uit te zetten en de camera
uit te schakelen. Let op: door op
POWER
te drukken gaat de camera aan.
Als [SNOOZE] op [OFF] staat, stopt het alarm automatisch en schakelt de camera uit als er 1
minuut geen bediening plaatsvindt.
De alarminstellingen controleren:
Druk, terwijl de camera is uitgeschakeld, op
m
om de actuele tijd en de ingestelde alarmtijden
weer te geven. De tijden worden 3 seconden weergegeven.
De standaardinstellingen af fabriek verschillen afhankelijk van de regio waar de camera is gekocht.
Om beelden op een televisie weer te geven, stelt u de video-uitgang in volgens het type
videosignaal van uw televisie.
Types televisie- en videosignaal van de televisie verschillen per land/regio. Controleer het type
videosignaal voordat de camera op de televisie wordt aangesloten.
NTSC: Noord Amerika, Taiwan, Korea, Japan
PAL: Europese landen, China
Foto's weergeven op een televisie
Schakel camera en televisie uit voordat u ze op elkaar aansluit.
TIME Stelt de alarmtijd.
SNOOZE OFF De sluimerfunctie staat uit.
ON
Het alarm wordt elke 5 minuten geactiveerd, tot 7 keer.
ALARM
SOUND
1 LOW / MID / HIGH
2 LOW / MID / HIGH
3 LOW / MID / HIGH
VIDEO OUT
................................................................................. Foto's weergeven op een televisie
NTSC / PAL
MOVE
ALARM CLOCK
TIME
ALARM SOUND
SNOOZE
09:00
0 9 : 0 0
OK
SET
Sluit de AV-kabel aan op de
(gele) video-ingang en de (witte)
audio-ingang.
AV-kabeltje (meegeleverd)
Klepje over de connector
Multiconnector
Instellingen op de televisie
Zet de televisie aan en stel deze in op de
videostand.
Raadpleeg de handleiding van uw televisie voor
details over het omschakelen naar de videostand.
Beelden en de informatie die op het scherm
worden weergegeven kunnen worden
afgesneden, afhankelijk van de instellingen van
de televisie.
Instellingen op de camera
Druk op
POWER
in de stand Weergeven
om de camera in te schakelen.
De televisie geeft het laatst
gefotografeerde beeld weer. Gebruik de
pendelknop om het beeld te selecteren
dat u wilt weergeven.
NL 37
Menufuncties
Normale stand
Eenvoudige stand
INFO
............................................................................................................................INFO selecteren
STANDARD / DETAIL / NO INFO
Informatie die op het scherm wordt weergegeven tijdens
fotograferen en weergeven selecteren.
POWER SAVE
.................................................................. De camera instellen op standby-modus
OFF / ON
Als standby is geactiveerd en er ongeveer 10 seconden geen bediening heeft
plaatsgevonden, gaat de monitor automatisch uit. Druk op een willekeurige knop
om de standby-modus te verlaten.
12:30
12 :30
'06.11 . 26
'06 . 11 . 2 6
100- 0004
1 0 0 - 0 0 0 4
4
HQ
HQ
[
IN
IN
]
ISO 400
ISO 400
12:30
12 :30
'06.11 . 26
'06 . 11 . 2 6
100- 0004
1 0 0 - 0 0 0 4
4
+2.0
+2.0
HQ
HQ
3072
3072
×
2304
2304
[
IN
IN
]
$
ISO 1600
ISO 1600
n
%
P
HQ
HQ
3072
3072
×
2304
2304
+2.0
+2.0
k
[
IN
IN
]
4
4
[ ]
R
l
j
[
[ ]
Als [NO INFO] wordt
geselecteerd
Als [STANDARD] of [DETAIL]
wordt geselecteerd
Stand Fotograferen
Als [STANDARD] wordt
geselecteerd
Als [DETAIL] wordt
geselecteerd
Stand Weergeven
Als [NO INFO] wordt
geselecteerd
[
IN
IN
]
'06.11 . 26
'06 . 11 . 2 6
[
IN
IN
]
Stand Fotograferen Stand Weergeven
38 NL
Beelden printen
Beelden printen
Sluit u de camera aan op een voor PictBridge geschikte printer, dan kunt u beelden rechtstreeks
printen – u heeft geen computer nodig. Selecteer de beelden die u wilt printen en het aantal
afdrukken met behulp van de printmenu's van de camera.
Wat is PictBridge?
De norm voor het aansluiten van digitale camera's en printers van verschillende fabrikanten en voor
het direct printen van foto's.
[EASY PRINT] is de snelle en simpele oplossing voor het printen van het beeld dat op de monitor
van uw camera wordt weergegegeven.
De geselecteerde foto wordt geprint met de standaardinstellingen van uw printer. De datum en
bestandsnaam worden niet geprint.
STANDARD
Alle printers die PictBridge ondersteunen, beschikken over standaardprintinstellingen. Indien in het
instelmenu [STANDARD] geselecteerd wordt (blz. 40), worden de beelden op basis van deze
instellingen geprint. Voor de standaardinstellingen van uw printer raadpleegt u de handleiding ervan
of neemt u contact op met de fabrikant van de printer.
1
Geef de foto die u wilt printen weer op de monitor in de stand Weergeven.
2
Schakel de printer in en verbind het met de camera meegeleverde USB-
kabeltje met de multiconnector van de camera en de USB-poort van de
printer.
Het startscherm easy print wordt weergegeven.
Voor details over hoe u de printer inschakelt en over de plaats van de USB-poort, raagpleegt
u de handleiding van de printer.
Direct printen (PictBridge)
Gebruik van de functie direct printen
Beschikbare printfuncties, papierformaten, enzovoort, zijn afhankelijk van de printer die
u gebruikt. Raadpleeg de handleiding van uw printer.
Voor details over de soorten printerpapier, inktcassettes, enzovoort, raadpleegt u de
handleiding van de printer.
EASY PRINT
USB-kabeltje
Klepje over de connector
Multiconnector
NL 39
Beelden printen
3
Druk op
h
/
/
<
.
Het printen begint.
Als het printen afgesloten is, wordt het instelmenu voor het
selecteren van de foto weergegeven. Om een andere foto
te printen, drukt u op
43
om een foto te selecteren en
drukt u op
h
/
/
<
.
Als u klaar bent, koppelt u het USB-kabeltje los van de
camera die het menu voor de selectie van de foto
weergeeft.
4
Koppel het USB-kabeltje los van de camera.
5
Trek de andere plug van het USB-kabeltje uit
de printer.
1
Geef het scherm weer dat rechts wordt aangegeven volgens procedure
1 en 2 op blz. 38 en druk op
.
2
Selecteer [CUSTOM PRINT] en druk op
.
3
Ga volgens de bedieningsaanwijzingen te werk
om de printinstellingen aan te passen.
U kunt [EASY PRINT] ook gebruiken als de camera uitgeschakeld wordt of in de stand
Fotograferen gezet wordt. Sluit het USB-kabeltje aan bij uitgeschakelde camera of in de stand
Fotograferen. Het instelmenu voor de USB-aansluiting wordt weergegeven. Selecteer
[EASY PRINT].
g
“EASY PRINT“ Stap 3 (blz. 39), “CUSTOM PRINT“ Stap 2 (blz. 39)
Andere printfuncties en printinstellingen (CUSTOM PRINT)
PC / CUSTOM PRINT
EASY PRINT START
OK
PRINTEXIT
OK
SET
USB [IN]
PC
EASY PRINT
CUSTOM PRINT
EXIT
Bedieningsaanwijzingen
40 NL
Beelden printen
Opmerking
Als het scherm [PRINTPAPER] niet wordt weergegeven, dan zijn de opties [SIZE],
[BORDERLESS] en [PICS/SHEET] ingesteld op [STANDARD].
Druk op
43
om de foto te selecteren die u wilt printen. U kunt ook met de zoomknop een foto uit
de indexweergave selecteren.
Het te printen beeld selecteren
Printfunctie selecteren
Het printerpapier instellen
Het te printen beeld selecteren
OK
SET
ALL IMAGES
ALBUM
ALL IMAGES
Met deze functie kunt u alle foto's selecteren.
ALBUM
Selecteert een album en de foto's in het album om te
printen. (Alleen beschikbaar als er een kaartje in de
camera is geplaatst.)
OK
MENU
EXIT SET
PRINT MODE SELECT [IN]
PRINT
ALL PRINT
MULTI PRINT
ALL INDEX
PRINT
Met deze functie print u de geselecteerde foto.
ALL PRINT
Print alle foto's die in het interne geheugen of op het
kaartje zijn opgeslagen.
MULTI PRINT
Print een foto in meervoudige bladindeling.
ALL INDEX
Print een index van alle foto's die in het interne geheugen
of op het kaartje zijn opgeslagen.
PRINT ORDER
Print de foto's volgens de gespecificeerde
printreserveringsgegevens op het kaartje. Als er geen
printreserveringen zijn gemaakt, is deze optie niet
beschikbaar.
g
“Printinstellingen (DPOF)“ (blz. 41)
OK
SET
MENU
BACK
PRINTPAPER
SIZE
SI Z E
BORDERLESS
BORDERLESS
[IN]
SIZE
BORDERLESS
STANDARD
STANDARD
SIZE
Kies één van de beschikbare papierformaten op uw
printer.
BORDERLESS
Met of zonder randen selecteren. In de functie [MULTI
PRINT] kunt u niet met een rand printen.
OFF ( )
Het beeld wordt binnen een blanco kader geprint.
ON ( )
Het beeld wordt bladvullend geprint.
PICS / SHEET
Alleen beschikbaar in de stand [MULTI PRINT]. Het aantal
prints dat geprint kan worden, is afhankelijk van de printer.
OK
PRINT
MORE
SINGLEPRINT
100-0004
1 0 0 - 0 0 04
[
IN
IN
]
PRINT
Print één kopie van de geselecteerde foto. Als [SINGLE
PRINT] of [MORE] is geselecteerd, wordt/worden er één
kopie of meer kopieën geprint.
SINGLE PRINT
Maakt een printreservering voor de weergegeven foto.
MORE
Stelt het aantal prints en de te printen gegevens voor de
weergegeven foto in.
NL 41
Beelden printen
4
Selecteer [PRINT] en druk op
.
Het printen begint.
Als het printen voltooid is, wordt het scherm
[PRINT MODE SELECT] weergegeven.
Printen annuleren
5
Druk in het scherm [PRINT MODE SELECT] op
m
om te stoppen met printen.
Op de monitor verschijnt nu een melding.
6
Als u klaar bent met printen, koppelt u het USB-
kabeltje los van de camera en dan van de printer.
7
Trek de andere plug van het USB-kabeltje uit de
printer.
Met printreservering kunt u bij de foto's op het kaartje ook printgegevens opslaan (het aantal prints
en de datum- en tijdinformatie).
Beschikt u over een voor DPOF geschikte printer, dan kunt u met printreservering de beelden
gemakkelijk thuis printen. Maar u kunt dat ook laten doen door een fotospeciaalzaak die over
DPOF-faciliteiten beschikt. DPOF is een genormaliseerd bestandstype voor het opslaan van
printinformatie vanuit digitale camera’s.
De met printreservering opgeslagen beelden kunt u op de volgende manieren printen.
Laten printen door een voor DPOF ingerichte fotospeciaalzaak.
Hier kunnen foto’s geprint worden aan de hand van de printreserveringen.
Instellen van het aantal prints en de te printen gegevens
Printinstellingen (DPOF)
Printreserveringen specificeren
Uitsluitend de beelden die op het kaartje zijn opgeslagen, kunnen gereserveerd worden voor het
printen. Steek een kaartje met opgeslagen beelden in de camera, voordat de printreserveringen
gemaakt worden.
OK
SET
MENU
BACK
PRINT INFO
1
WITHOUT
WITHOUT
DATE
FILE NAME
P
<
x
[IN]
<
×
Met deze functie stelt u het aantal prints in. U kunt
maximaal 10 prints selecteren.
DATE ( )
Selecteert u bij deze functie de optie [WITH], dan
worden de beelden met datum geprint.
FILE NAME ( )
Selecteert u bij deze functie de optie [WITH], dan
worden de beelden met bestandsnaam geprint.
P
Gebruik de pendelknop en de zoomknop om de plaats
en het formaat van het uitsnijkader aan te passen en
druk dan op
om het uitgesneden beeld te printen.
OK
SET
MENU
BACK
PRINT [IN]
PRINT
CANCEL
TRANSFERRING
OK
CANCEL
OK
[IN]
SET
PRINT
CONTINUE
CANCEL
Monitorbeeld tijdens dataoverdracht
Druk op
Selecteer [CANCEL] en
druk op
.
OK
MENU
EXIT SET
PRINT MODE SELECT [IN]
PRINT
ALL PRINT
MULTI PRINT
ALL INDEX
42 NL
Beelden printen
Printen met een voor DPOF geschikte printer.
Het is mogelijk om rechtstreeks van het kaartje met printreserveringsgegevens te printen zonder
tussenkomst van een computer. Voor details raadpleegt u de handleiding van de printer. Het is
mogelijk dat u, om te kunnen printen, een PC-kaartadapter nodig hebt.
Opmerking
Het is mogelijk dat DPOF-reserveringen die werden ingesteld met een ander apparaat, met deze
camera niet gewijzigd kunnen worden. Eventuele wijzigingen moet u dan aanbrengen met het
oorspronkelijke apparaat. Bevat een kaartje DPOF-reserveringen die met een ander apparaat
werden ingesteld, dan wordt met deze camera over de oorspronkelijk ingestelde reserveringen
heen geschreven.
Op een en hetzelfde kaartje kunt u DPOF-printreserveringen instellen voor maximaal 999 beelden.
Het is mogelijk dat bepaalde printers of fotospeciaalzaken niet over alle functies beschikken.
Het kan zijn dat panoramische beelden niet in alle fotospeciaalzaken kunnen worden afgedrukt.
Printfuncties zonder DPOF gebruiken
Beelden die opgeslagen zijn in het interne geheugen kunnen niet in een fotospeciaalzaak geprint
worden. De foto's dienen eerst naar een kaartje gekopieerd te worden.
g
“BACKUP Foto's vanuit het interne geheugen naar het kaartje kopiëren“ (blz. 33)
Om voor een geselecteerde foto een printreservering te maken, volgt u de bedieningsaanwijzingen.
1
Druk in de stand Weergeven op
m
en geef het hoofdmenu weer.
2
Selecteer [PRINT ORDER] [
<
] en druk op
.
Het album weergeven: Hoofdmenu [PRINT ORDER] [
<
]
3
Druk op
43
om de beelden voor printreserveringen
te selecteren en druk dan op
12
om het aantal
prints in te stellen.
U kunt geen printreserveringen maken voor foto's met
A
.
Herhaal stap 3 om printreserveringen te maken voor andere
foto's.
Een foto uitsnijden
Gebruik de zoomknop om het uitsnijkader weer te geven.
Gebruik de pendelknop en de zoomknop om de positie en het formaat van het bereik-
selectiekader aan te passen en druk dan op
.
4
Druk op
als u de printreserveringen ingesteld heeft.
5
Selecteer de printinstelling voor datum en tijd en
druk op
.
NO
De foto's worden zonder datum en tijd geprint.
DATE
De geselecteerde foto's worden geprint met de datum van
het fotograferen.
TIME
De geselecteerde foto's worden geprint met het tijdstip van
het fotograferen.
6
Selecteer [SET] en druk op
.
Een enkel beeld reserveren
OK
SET
MENU
BACK
< PRINT ORDER
<
U
Bedieningsaanwijzingen
OK
SET
W
O
T
12:30
12:30
'06.11.26
'06.11. 26
100-0004
1 0 0 - 0 0 0 4
4
HQ
HQ
×
[
xD
xD
]
0
OK
SET
MENU
BACK
X
NO
DATE
TIME
OK
SET
MENU
BACK
< PRINT ORDER
SET
CANCEL
1 (
1 (
1)
1)
NL 43
Beelden printen
Alle op het kaartje opgeslagen beelden worden gereserveerd. Het aantal prints is ingesteld op één
print per foto.
1
Druk in de stand Weergeven op
m
en geef het hoofdmenu weer.
2
Selecteer [PRINT ORDER] [
U
] en druk op
.
Het album weergeven: Hoofdmenu [PRINT ORDER] [
U
]
3
Selecteer de instelling voor datum en tijd en druk op
.
NO
De foto's worden zonder datum en tijd geprint.
DATE
Alle foto's worden geprint met de datum van fotograferen.
TIME
Alle foto's worden geprint met het tijdstip van het fotograferen.
4
Selecteer [SET] en druk op
.
U kunt alle printreserveringsgegevens of alleen die voor geselecteerde foto's herstellen.
1
Selecteer hoofdmenu [PRINT ORDER] en druk op
.
Het album weergeven:
Hoofdmenu
[PRINT ORDER]
Printreserveringsgegevens van alle foto's annuleren
2
Selecteer [
<
] of [
U
] en druk dan op
.
3
Selecteer [RESET] en druk op
.
Annuleren van de printreserveringsgegevens van een geselecteerde foto
4
Selecteer [
<
] en druk op
.
5
Selecteer [KEEP] en druk op
.
6
Druk op
43
om het beeld met de printreserveringen die u wilt annuleren,
te selecteren en druk op
2
om het aantal prints op 0 in te stellen.
Herhaal stap 4 om printreserveringen voor andere foto's te annuleren.
7
Druk op
als u de printreserveringen geannuleerd heeft.
8
Selecteer de instelling voor datum en tijd en druk op
.
De instelling wordt toegepast op de resterende foto's met printreserveringen.
9
Selecteer [SET] en druk op
.
Alle beelden reserveren
Herstellen van printreserveringsgegevens
OK
SET
MENU
BACK
PRINT ORDER SETTING
RESET
KEEP
PRINT ORDERED
PRINT ORDERED
44 NL
Gebruik van OLYMPUS Master
Gebruik van OLYMPUS Master
Met het bij de camera geleverde USB-kabeltje kunt u de camera aansluiten op uw computer en
kunnen de beelden naar uw computer gedownload (overdracht) worden door de bij de camera
geleverde OLYMPUS Master software te gebruiken.
OLYMPUS Master is een softwaretoepassing voor het beheren van digitale beelden op uw
computer. Nadat u deze software hebt geïnstalleerd, kunt u de volgende bewerkingen uitvoeren:
Controleer voordat u de OLYMPUS Master software installeert of het besturingssysteem van uw
computer aan onderstaande systeemeisen voldoet.
Voor de geschiktheid van de software voor nieuwere besturingssystemen raadpleegt u de Olympus
website waarvan het adres is vermeld op het achterblad van deze handleiding.
Overzicht
Installeer OLYMPUS Master software
g
blz. 44
Sluit de camera met het meegeleverde USB-
kabeltje aan op de computer.
g
blz. 47
Activeer de OLYMPUS Master software
g
blz. 47
Download beeldbestanden naar de computer
g
blz. 48
Koppel de camera los van de computer
g
blz. 49
Gebruik van OLYMPUS Master
Wat is OLYMPUS Master?
Installeer OLYMPUS Master software
Voordat u de procedure start.
Computer uitgerust met een USB-poort
OLYMPUS Master
CD-ROM
USB-kabeltje
Beeldgegevens downloaden vanuit de
camera of andere media.
Beelden en videobeelden bekijken
U kunt een diashow vertonen en geluid
afspelen.
Beelden beheren
Met de kalenderweergave kunt u de beelden
beheren. Door gebruik te maken van datums
of trefwoorden kunt u de gewenste beelden
snel terugvinden.
Beelden bewerken
U kunt de beelden draaien, uitsneden maken
en het formaat wijzigen.
Beelden bewerken met filters en
correctiefuncties
Beelden printen
U kunt beelden printen en indexen, kalenders
en ansichtkaarten maken.
Panoramaopnamen samenstellen
Uit de beelden die u fotografeert met de
camera in de stand Panoramaopname
kunt u panoramabeelden samenstellen.
Voor details over andere functies en
bewerkingen, raadpleegt u de “Help“-gids en
OLYMPUS Master referentiehandleiding.
NL 45
Gebruik van OLYMPUS Master
Bedrijfscondities
Windows
Besturingssysteem Windows 98SE / Me / 2000 Professional / XP
CPU Pentium III, 500 MHz of later
RAM 128 MB of meer (256 MB of meer aanbevolen)
Ruimte op de harde schijf 300 MB of meer
Connector USB-poort
Monitor 1024 × 768 pixels, 65.536 of meer kleuren
Opmerking
Windows 98 wordt niet ondersteund.
Een geslaagde overdracht van beeldgegevens wordt alleen gegarandeerd voor computers
waarop het besturingssysteem af fabriek werd geïnstalleerd.
Installeert u de software terwijl u met Windows 2000 Professional / XP werkt, dan moet u zich
aanmelden als gebruiker met beheerderaccount.
Op uw computer moet Internet Explorer of QuickTime 6 of later geïnstalleerd zijn.
Van de Windows XP systemen, wordt uitsluitend Windows XP Professional / Home Edition
ondersteund.
Van de Windows 2000 systemen, wordt uitsluitend Windows 2000 Professional ondersteund.
Werkt u met Windows 98 SE, dan wordt de USB-driver automatisch geïnstalleerd.
Macintosh
Besturingssysteem Mac OS X 10.2 of later
CPU Power PC G3 500 MHz of later
RAM 128 MB of meer (256 MB of meer aanbevolen)
Ruimte op de harde schijf 300 MB of meer
Connector USB-poort
Monitor 1024 × 768 pixels, 32.000 of meer kleuren
Opmerking
Mac-versies ouder dan OS X 10.2 worden niet ondersteund.
Een geslaagde overdracht van beeldgegevens wordt alleen gegarandeerd op een Macintosh
met een ingebouwde USB-poort.
Op uw Macintosh moet QuickTime 6 of later en Safari 1.0 of later geïnstalleerd zijn.
Voordat u onderstaande handelingen uitvoert, moet u er voor zorgen dat u de geïnstalleerde
media verwijdert door die naar de prullenbak te slepen. Doet u dat niet, dan kan dat tot
instabiliteit van de computer leiden zodat u die opnieuw moet starten.
Koppel het verbindingskabeltje tussen camera en computer los.
Schakel de camera uit.
Openen van het klepje van het batterijcompartiment / het kaartje.
Windows
1
Plaats de CD-ROM in het CD-ROM-station.
Nu wordt het installatievenster voor OLYMPUS Master
geopend.
Verschijnt het installatievenster niet automatisch, dan
dubbelklikt u op het pictogram “My Computer“ (Deze
computer) op het bureaublad en klikt dan op het
pictogram van de CD-ROM.
2
Klik op “OLYMPUS Master“.
Nu wordt automatisch het installatievenster voor
QuickTime geopend.
Het programma QuickTime hebt u nodig om met
OLYMPUS Master te kunnen werken. Is op uw computer
reeds QuickTime 6, of een latere versie, geïnstalleerd,
dan verschijnt dit venster niet. In dat geval gaat u verder
met stap 4.
46 NL
Gebruik van OLYMPUS Master
3
Klik op de knop “NEXT“ (Volgende) en volg de aanwijzingen op het
scherm.
Als de licentieovereenkomst van QuickTime verschijnt, leest u die aandachtig door en klikt
dan op de knop “Agree“ (Akkoord) om door te gaan met de installatie.
Nu verschijnt het installatievenster voor OLYMPUS Master.
4
Ga te werk volgens de aanwijzingen op het scherm.
Als de licentieovereenkomst van OLYMPUS Master verschijnt,
leest u die aandachtig door en klikt dan op “Ja“ om door te gaan
met de installatie.
Als het dialoogvenster “User Information“ (Gebruikerinformatie)
verschijnt, voert u uw naam en het “OLYMPUS Master Serial
Number“ (Serienummer van OLYMPUS Master) in, selecteert uw
land en klikt dan op “NEXT“ (Volgende).
Het serienummer vindt
u op het etiket van de doos met de CD-ROM.
Als de licentieovereenkomst van DirectX verschijnt, leest u die
aandachtig door en klikt dan op “Ja“.
Er verschijnt een scherm waarin u wordt gevraagd of u Adobe
Reader al dan niet wilt installeren. Het programma Adobe Reader
hebt u nodig om de handleiding van OLYMPUS Master te kunnen
lezen. Is Adobe Reader al op uw computer geïnstalleerd, dan
verschijnt dit scherm niet. Klik op “OK“ als u Adobe Reader wilt installeren.
5
Ga te werk volgens de aanwijzingen op het scherm.
Nu verschijnt het afsluitvenster van de installatie. Klik op “Finish“ (Voltooien).
6
Als het scherm verschijnt waarin u gevraagd wordt of u de computer
opnieuw wilt starten, selecteert u de optie om onmiddellijk opnieuw te
starten en klikt dan op “OK“.
De computer wordt opnieuw gestart.
Haal de CD-ROM uit het CD-ROM-station en berg hem op.
Macintosh
1
Plaats de CD-ROM in het CD-ROM-station.
Nu wordt het CD-ROM-venster geopend.
Verschijnt het CD-ROM-venster niet, dan dubbelklikt u op het
pictogram van de CD-ROM, op het bureaublad.
2
Dubbelklik op de map met de gewenste taal.
3
Dubbelklik op het pictogram “Installer“
(Installatieprogramma).
Nu wordt het installatieprogramma van OLYMPUS Master gestart.
Ga te werk volgens de aanwijzingen op het scherm.
Als de licentieovereenkomst van OLYMPUS Master verschijnt,
leest u die aandachtig door en klikt op “Continue“ (Doorgaan) en
vervolgens op “Agree“ (Akkoord) om door te gaan met de
installatie.
Het scherm geeft een bevestiging weer van het voltooien van de installatie.
4
Klik op “Finish“ (Voltooien).
Daarmee opent u weer het eerste scherm.
5
Klik op “Restart“ (Opnieuw starten).
De computer wordt opnieuw gestart.
Haal de CD-ROM uit het CD-ROM-station en berg hem op.
NL 47
Gebruik van OLYMPUS Master
1
Controleer of de camera uitgeschakeld is.
De monitor is uitgeschakeld.
Het klepje van de lens is gesloten.
2
Verbind de multiconnector op de camera met de
USB-poort van de computer met behulp van het
meegeleverde USB-kabeltje.
Voor de plaats van de USB-poort raadpleegt u de handleiding
van de computer.
De camera wordt automatisch ingeschakeld.
De monitor van de camera wordt ingeschakeld, met daarin
het instelmenu voor de USB-aansluiting.
3
Selecteer [PC] en druk op
.
4
De computer herkent de camera als een nieuw
apparaat.
Windows
De eerste keer dat u de camera op uw computer aansluit, tracht
de computer de camera automatisch te herkennen. Sluit de
melding die verschijnt af door op “OK“ te klikken. De computer
herkent de camera nu als “Verwisselbaar opslagmedium“.
Macintosh
De beeldbestanden worden standaard beheerd met het programma iPhoto. Sluit u de camera
voor de eerste keer aan, dan wordt automatisch het applicatieprogramma iPhoto geactiveerd
zodat u dat moet afsluiten en OLYMPUS Master moet starten.
Opmerking
Sluit u de camera aan op een computer, dan worden de camerafuncties buiten bedrijf gesteld.
De camera via een USB-hub op een computer aansluiten kan leiden tot instabiele werking. Is dat
het geval, dan sluit u de camera rechtstreeks aan op de computer, zonder een USB-hub te
gebruiken.
Windows
1
Dubbelklik op het pictogram “OLYMPUS Master“ op het bureaublad.
Daarmee wordt het hoofdmenu geopend.
De eerste keer dat OLYMPUS Master na de installatie wordt gestart, verschijnt voordat het
hoofdmenu geopend wordt, het dialoogvenster “Registratie“. Daarin voert u de vereiste
informatie in volgens de aanwijzingen op het scherm.
Macintosh
1
Dubbelklik op het pictogram “OLYMPUS Master“ in de map “OLYMPUS
Master“.
Daarmee wordt het hoofdmenu geopend.
De eerste keer dat OLYMPUS Master na de installatie wordt
gestart, verschijnt voordat het hoofdmenu geopend wordt, het
dialoogvenster “User Information“ (Gebruikerinformatie). Voer
uw “Naam“ en “Serienummer van OLYMPUS Master“ in en
selecteer uw land.
Het serienummer vindt u op de sticker
van de CD-ROM-verpakking.
Na het dialoogvenster “Gebruikerinformatie“ verschijnt het
dialoogvenster “Registratie“. Daarin voert u de vereiste
informatie in volgens de aanwijzingen op het scherm.
Camera aansluiten op een computer
Activeer de OLYMPUS Master software
Multiconnector
Klepje over de connector
OK
[IN]
SET
USB
PC
EASY PRINT
CUSTOM PRINT
EXIT
48 NL
Gebruik van OLYMPUS Master
OLYMPUS Master sluiten
1
Klik in het hoofdmenu op de knop “Exit“ (Afsluiten) .
Daarmee sluit u het programma OLYMPUS Master.
1
Klik in het hoofdmenu van OLYMPUS Master op de knop “Transfer Images
(Beelden overbrengen) .
Het menu voor het selecteren van de bron wordt geopend.
2
Klik op “From Camera“ (Vanuit camera) .
Het venster voor het selecteren van de beelden die u wilt
overbrengen wordt weergegeven. In dit venster worden alle
beelden getoond die in de camera opgeslagen zijn.
3
Selecteer de beeldbestanden en klik op
“Transfer Images“ (Beelden overbrengen).
Daarna verschijnt een venster dat aangeeft dat het
downloaden voltooid is.
4
Klik op de knop “Nu in beelden bladeren“.
In het venster Bladeren worden de beelden die gedownload
zijn, weergegeven.
Om naar het hoofdmenu terug te keren, klikt u in het venster
“Browse“ (Bladeren) op de knop “Menu“.
Weergeven van gefotografeerde beelden op een computer
Beelden downloaden en opslaan
1
9
2
3
6
8
4
1
Knop “Transfer Images“
(Beelden overbrengen)
Voor het downloaden van beeldgegevens
vanuit de camera of andere media.
2
Knop “Browse Images“
(In beelden bladeren)
Het venster “Browse“ (Bladeren) verschijnt.
3
Knop “Online print“ (Online printen)
Het venster voor online printen wordt
weergegeven.
4
Knop “Print Images at Home“
(Beelden thuis printen)
Nu wordt het printmenu geopend.
5
Knop “Update Camera“
(Camera actualiseren)
De firmware van de camera kan
geactualiseerd worden tot de laatste
versie. Bovendien kan er een taal voor
de monitor worden toegevoegd.
6
Knop “Create and Share“
(Maken en delen)
Opent het bewerkingsmenu.
7
Knop “Update Software“ (Software
actualiseren)
OLYMPUS Master kan geactualiseerd
worden naar de laatste versie.
8
Knop “Backup Images“ (Beelden
reservekopiëren)
Maakt reservekopieën van de beelden.
9
Knop “Upgrade“
Opent het venster voor de optionele
upgrade naar OLYMPUS Master Plus.
Hoofdmenu van OLYMPUS Master
5
7
NL 49
Gebruik van OLYMPUS Master
Camera loskoppelen van de computer
1
Controleer dat
K
is opgehouden met knipperen.
2
Tref de volgende voorbereidingen om het
USB-kabeltje los te koppelen.
Windows 98 SE
1
Dubbelklik op het pictogram “My Computer“
(Deze computer) en open het menu door met de
rechtermuisknop op “Removable Disk“
(Verwisselbaar opslagmedium) te klikken.
2
Klik in het menu op “Eject“ (Uitwerpen).
Voor Windows Me / 2000 / XP
1
Klik op “Unplug or Eject Hardware“ (Hardware
ontkoppelen of uitwerpen) in de knoppenbalk.
2
Klik op de getoonde melding.
3
Verschijnt de melding dat u de hardware nu veilig kunt
verwijderen, dan klikt u op “OK“.
Macintosh
1
Het pictogram van de prullenbak verandert in een
verwijderpictogram als u het pictogram “Untitled“
(Zonder titel) of “NO_NAME“ (Naamloos) op het
bureaublad sleept. Sleep dit pictogram op het
verwijderpictogram en zet het daar neer.
3
Trek de plug van het USB-kabeltje uit de camera.
Opmerking
Windows Me / 2000 / XP: Als u op “Unplug or Eject Hardware“ (Hardware loskoppelen of
uitwerpen) klikt, is het mogelijk dat er een waarschuwing verschijnt. Verschijnt die melding, dan
overtuigt u zich ervan dat de camera op dat moment niet bezig is met het downloaden van
beeldgegevens en dat alle applicatiesoftware gesloten is. Klik opnieuw op “Unplug or Eject
Hardware“ (Hardware loskoppelen of uitwerpen) en koppel het kabeltje los.
K
-knop
50 NL
Gebruik van OLYMPUS Master
1
Klik in het hoofdmenu van OLYMPUS Master op “Browse Images
(In beelden bladeren) .
Het venster “Browse“ (Bladeren) verschijnt.
2
Dubbelklik op de thumbnail van het
stilstaande beeld dat u wilt bekijken.
OLYMPUS Master schakelt om naar de stand Bekijken
en het beeld wordt vergroot.
Om naar het hoofdmenu terug te keren, klikt u in het
venster “Browse“ (Bladeren) op de knop “Menu“.
Videobeelden bekijken
1
Dubbelklik in het venster “Browse“ (Bladeren) op de thumbnail van de
video die u wilt bekijken.
OLYMPUS Master wisselt nu naar de stand Weergeven en in de monitor verschijnt het eerste
beeld van de video.
2
Start het weergeven van de videobeelden door in de knoppenbalk, aan de
onderrand van het scherm, op de weergaveknop te klikken.
De knoppen van de balk hebben de volgende namen en functies.
U heeft verschillende printmogelijkheden, zoals foto printen, thumbnail printen, ansichkaart printen
en kalender.
1
Klik in het hoofdmenu van OLYMPUS Master op “Print Images at Home“
(Beelden thuis printen) .
Nu wordt het printmenu geopend.
Stilstaande beelden en video's bekijken
Functie Beschrijving
1 Weergave schuifknop Door de schuifknop te verplaatsen, kunt u een bepaald beeld
selecteren.
2 Tijdweergave Geeft tijdens het weergeven de verstreken tijd aan.
3 Weergaveknop (pauzeren) Geeft de videobeelden weer. Fungeert tijdens het weergeven als
pauzeknop.
4 Knop Terug Geeft het vorige beeld weer.
5 Knop Vooruit Geeft het volgende beeld weer.
6 Stopknop Stopt het weergeven van de videobeelden en geeft weer het eerste
beeld weer.
7 Herhaalknop Geeft de videobeelden herhaaldelijk weer.
8 Volumeregelaar Toont de schuifknop voor het volume.
Beelden printen
Miniatuurbeeld
1 2 3 4 5 6 7 8
NL 51
Gebruik van OLYMPUS Master
2
Klik op “Photo“ (Foto) .
Het venster “Photo Print“ (Foto printen) wordt geopend.
3
Klik op “Settings“ (Instellingen) in het venster
“Photo Print“ (Foto printen).
Hiermee opent u het instelmenu voor de printerfunctie. Kies
de gewenste printerinstellingen.
4
Selecteer de bladindeling en het formaat van de
te printen beelden.
Wilt u de datum en tijd van de opname op de foto’s printen,
klikt u in het keuzevakje “Print Date“ (Datum printen) en
selecteert u vervolgens de optie “Date“ (Datum) en “Date &
Time“ (Datum & tijd).
5
Selecteer de thumbnail van het beeld dat u wilt
printen en klik op de knop “Add“ (Toevoegen).
Het geselecteerde beeld wordt nu als printvoorbeeld weergeven.
6
Selecteer het aantal kopieën.
7
Klik op “Print“ (Printen).
Het printen begint.
Om naar het hoofdmenu terug te keren, klikt u in het venster “Photo Print“ (Foto printen) op
de knop “Menu“ (Menu).
Deze camera is compatibel met USB mass storage. Dat wil zeggen dat u de camera met het
meegeleverde USB-kabeltje op een computer kunt aansluiten en beelden kunt downloaden en
opslaan zonder dat u daarbij OLYMPUS Master hoeft te gebruiken. Om de camera met het
USB-kabeltje op uw computer te kunnen aansluiten, moet de werkomgeving aan de volgende eisen
voldoen.
Windows
: Windows 98SE / Me / 2000 Professional / XP
Macintosh
: Mac OS 9.0 to 9.2 / X
Opmerking
Staat uw computer onder besturing van Windows 98 SE, dan moet u de USB-driver installeren.
Voordat u de camera met het USB-kabeltje op uw computer aansluit, dubbelklikt u op de
bestanden in de volgende mappen op de meegeleverde OLYMPUS Master CD-ROM.
(Stationsnaam): \USB\INSTALL.EXE
In de volgende werkomgevingen is een geslaagde gegevensoverdracht niet gegarandeerd, ook
niet als de computer is uitgerust met een USB-poort.
Windows 95 / 98 / NT 4.0.
Windows 95 / 98 opgewaardeerd naar Windows 98 SE
Mac OS 8.6 of vroeger
Computers met nieuw geïnstalleerde USB-poort met uitbreidingskaartje, enzovoort.
Computers zonder een door de fabriek geïnstalleerd besturingssysteem en zelfgebouwde
computers.
Beelden vanuit de camera overbrengen naar en opslaan op een computer, zonder
gebruik te maken van OLYMPUS Master
52 NL
Gebruik van OLYMPUS Master
Zorg ervoor dat de batterij volledig is opgeladen!
1
Controleer of uw PC aangesloten is op
internet. Klik in het hoofdmenu van
OLYMPUS Master op de knop “Update
Camera“ (Camera actualiseren) .
Na selectie van de functie Update Camera (Camera
actualiseren) toont OLYMPUS Master een venster met
veiligheidsaanwijzingen.
2
Steek de USB-plug van het kabeltje in de
USB-poort van de computer.
3
Steek de andere USB-plug van het kabeltje in de USB-multiconnector van
de camera.
De camera wordt automatisch ingeschakeld.
De monitor van de camera wordt ingeschakeld, met daarin het instelmenu voor de USB-
aansluiting.
4
Selecteer [PC] en druk op
.
5
Klik op “OK“.
OLYMPUS Master herkent nu de
actuele versie van uw camera.
Klik op “Check for latest Version“ (Zoek
meest actuele versie) en de software
zoekt op de homepage van Olympus
naar nieuwe firmwareversies voor de
camera en naar extra talen. Vervolgens
kunt u een extra taal selecteren.
6
Nadat u op “Actualiseren“ wordt
de nieuwe taal op uw camera
gedownload. Verwijder geen
kabeltjes of batterij terwijl de
camera hiermee bezig is.
7
Na het downloaden geeft het
scherm van de camera “OK“
weer. U kunt de kabeltjes
verwijderen en de camera
uitschakelen. Na het herstarten
van de camera kunt u de nieuwe
taal bij [SET UP] kiezen.
Als u meer talen nodig heeft
NL 53
Uw camera beter leren kennen
Leer uw camera beter kennen
De batterij is niet volledig opgeladen
Laad de batterij op met het laadapparaat.
De batterij werkt tijdelijk niet wegens een te lage temperatuur
Bij lage temperatuur nemen de prestaties van de batterij af en de lading ervan is mogelijk
onvoldoende om de camera in te schakelen. Verwijder de batterij en warm deze op door hem
een tijdje in uw zak te houden.
De camera staat in de sluimerstand
Wordt de camera niet gebruikt terwijl deze is ingeschakeld (het klepje van de lens gaat open
en de monitor is aan), dan neemt camera, om de batterij te sparen, automatisch de
sluimerstand aan en de monitor gaat uit. Er wordt geen opname gemaakt in deze stand, zelfs
niet als de ontspanknop helemaal wordt ingedrukt. Bedien de zoomknop of een andere knop
om de camera uit de sluimerstand te halen, voordat u een foto maakt. Wordt de camera
15 minuten niet gebruikt, dan wordt de camera automatisch uitgeschakeld (het klepje van de
lens sluit en de monitor gaat uit). Druk op
o
om de camera in te schakelen.
De camera staat in de stand Weergeven
Dit is de stand Weergeven voor het weergeven van foto's op de monitor. Druk op
K
om om
te schakelen naar de stand Fotograferen.
De functie kan niet worden ingesteld als de stand Fotograferen op
staat
Er kunnen geen foto's worden gemaakt als de fotogids wordt weergegeven. Maak foto's nadat
u instellingen heeft uitgevoerd met behulp van de fotogids of stel de functieknop op een andere
instelling dan
in de stand Fotograferen.
De flitser wordt opgeladen
Wacht tot
#
(flitser wordt opgeladen) niet meer knippert voordat u de foto maakt.
De geheugenindicator is vol
Er kunnen geen foto's worden gemaakt als de geheugenindicator vol is. Wacht tot de
geheugenindicator weer ruimte heeft.
De camera is sinds het moment van aanschaf onder dezelfde omstandigheden gebruikt
Op het moment van aanschaf zijn in de camera geen datum en tijd ingesteld. Stel de datum en
tijd in voordat u de camera gebruikt.
g
“De camera inschakelen“ (blz. 5)
X
Datum en tijd instellen“ (blz. 35)
De batterij is uit de camera gehaald.
De datum en tijd worden naar de standaardinstellingen af fabriek hersteld als de camera
ongeveer 1 dag geen batterijen heeft. Controleer, voordat u belangrijke foto’s gaat maken,
of de juiste datum en tijd zijn ingesteld.
Fotografeertips en -informatie?
Storingen opheffen
De camera schakelt niet in, zelfs niet als een batterij geplaatst is
Er wordt geen opname gemaakt als de ontspanknop wordt ingedrukt
De datum en tijd zijn niet ingesteld.
a b c d
Vóór de opname
(Indicator is
gedoofd)
Maximale aantal
opnamen bereikt.
(Alle segmenten
lichten op)
Eén opname gemaakt
(Indicator brandt)
Twee of meer opnamen
gemaakt.
(Indicator brandt)
Fotograferen Fotograferen Fotograferen
Wachten
54 NL
Uw camera beter leren kennen
Er zijn verschillende manieren om scherp te stellen, afhankelijk van het onderwerp.
Als het onderwerp zich niet in het midden van het beeld bevindt
Neem het object in het midden van het beeld, stel scherp op het object en kader uw foto
opnieuw af.
Zet [AF MODE] op [iESP].
g
“AF MODE Wijzigen van het scherpstelgebied“ (blz. 24)
Het onderwerp beweegt snel
Stel de camera scherp op een punt met ongeveer dezelfde afstand tot het object dat u wilt
fotograferen en houd de scherpstelling vast (door de ontspanknop half in te drukken). Stel uw
foto dan opnieuw samen en druk de ontspanknop helemaal in als het object in beeld komt.
Onder bepaalde omstandigheden is het moeilijk om scherp te stellen met autofocus. De groene
LED op de monitor brandt, zodat u kunt controleren of de scherpstelling is vastgezet.
In bovenstaande situaties stelt u scherp (scherpstelgeheugen) op een contrastrijk object
op dezelfde afstand als het gewenste object, kadert uw opname opnieuw af en maakt dan
de opname. Indien het te fotograferen onderwerp geen verticale lijnen heeft, draait u de
camera verticaal en stelt u met het scherpstelgeheugen scherp op het onderwerp door de
ontspanknop half in te drukken. Vervolgens draait u de camera – met de ontspanknop nog
steeds half ingedrukt – weer horizontaal en maakt u de opname.
Zorg ervoor dat u de camera stevig met beide handen vasthoudt en druk de ontspanknop langzaam
in om te voorkomen dat de camera beweegt. Om het digitale beeld te stabiliseren, maakt u foto's
met
h
/
/
<
ingedrukt.
De digitale beelden worden niet gestabiliseerd als:
foto's worden gemaakt met een sterk vergrotende zoominstelling, d.w.z. met functies van zowel
optische zoom als digitale zoom,
het onderwerp donker en de sluitertijd lang is, of
motiefprogramma's worden gebruikt waarbij de flitser uitstaat en/of de sluitertijd lang is.
Fotografeertips
Scherpstellen op het object
Objecten waarop de camera moeilijk kan scherpstellen
Voorkom bewegingsonscherpte door beeldstabilisatie te gebruiken
De groene LED
knippert.
De camera kan niet
goed scherpstellen op
het object.
Object met weinig
contrast
Onderwerp met een
bijzonder helder vlak
in het midden van
het beeld
Onderwerp zonder
verticale lijnen
Onderwerpen op
verschillende
afstanden
Snel bewegende
objecten
Het object bevindt zich
niet in het midden van
het beeld
De groene LED
brandt, maar
scherpstellen op het
onderwerp lukt niet.
NL 55
Uw camera beter leren kennen
De flitser wordt automatisch geactiveerd als er onvoldoende licht is of als de camera wordt
bewogen. Om zonder flitser te fotograferen op donkere plekken, zet u de flitserfunctie op [
$
] en
voert u de volgende instelling uit:
Zet de camera in de stand
h
g
h
/
/
<
-knop Fotograferen met de beeldstabilisator / Beelden bewerken / Beelden
printen“ (blz. 16)
Kies een hogere [ISO]-instelling
g
“ISO De ISO-gevoeligheid wijzigen“ (blz. 23)
Er zijn verschillende factoren die ervoor zorgen dat het beeld korrelig wordt.
Digitale zoom gebruiken om close-ups te maken
Met de digitale zoom wordt een uitsnede van het beeld gemaakt en vergroot. Hoe sterker de
vergroting, des te korreliger het beeld.
g
“DIGITAL ZOOM Inzoomen op uw onderwerp“ (blz. 23)
Kies een hogere ISO-gevoeligheid
Als u de [ISO]-instelling verhoogt, kan er “ruis“ ontstaan, dat als puntjes met ongewenste
kleuren of als oneffenheden in de kleur verschijnt, en het beeld korrelig maken. Deze camera
is uitgerust met een functie voor fotograferen met een hoge gevoeligheid met
ruisonderdrukking. Door de ISO-gevoeligheid te verhogen kan er echter ruis ontstaan,
afhankelijk van de lichtomstandigheden.
g
“ISO De ISO-gevoeligheid wijzigen“ (blz. 23)
De oorzaak van verschillen tussen de kleuren op een foto en de werkelijke kleuren is de
lichtbron die het object verlicht. [WB] is de functie waarmee de camera de juiste kleuren kan
bepalen. In normale gevallen zorgt de [AUTO]-instelling voor de optimale witbalans, maar
afhankelijk van het object kan het beter zijn om de [WB]-instelling handmatig aan te passen.
Als het onderwerp zich op een zonnige dag in de schaduw bevindt.
Als het onderwerp wordt verlicht door zowel natuurlijk licht als verlichting binnen,
bijvoorbeeld wanneer het onderwerp zich vlakbij een raam bevindt.
Als de kleur wit niet in het midden van het beeld voorkomt.
g
“WB Kleur van een foto aanpassen“ (blz. 22)
Foto's maken met
K
in de stand
s
. Geschikt voor het maken van foto's op een zonnige
dag aan het strand of in de sneeuw.
g
s
(
Scene
) Een motiefprogramma selecteren afhankelijk van de fotografeersituatie“ (blz. 22)
Vaak worden heldere onderwerpen (bijvoorbeeld sneeuw) donkerder afgebeeld dan de
natuurlijke kleuren. Door [
F
] (belichtingscorrectie) in positieve [+] zin te corrigeren worden
dergelijke objecten in natuurlijker kleurschakeringen afgebeeld. Omgekeerd kan het goed zijn
om de belichtingscorrectie in negatieve zin [–] te corrigeren wanneer u donkere objecten
fotografeert. Soms verkrijgt u bij gebruik van de flitser niet de helderheid (belichting) die u wilde.
g
1F
-knop Helderheid van de foto wijzigen“ (blz. 16)
Met [ESP /
n
] op [
n
], kan de foto gemaakt worden op basis van de helderheid in het
beeldmidden zonder beïnvloeding van het licht op de achtergrond.
g
“ESP/
n
Een ander vlak kiezen voor het meten van de helderheid van een onderwerp“
(blz. 23)
Zet de flitser op [
#
] om de invulflitsen te activeren. U kunt een onderwerp fotograferen met
tegenlicht zonder dat het gelaat van het onderwerp donkerder lijkt. [
#
] is effectief voor het
fotograferen met tegenlicht en bij TL- en ander kunstlicht.
g
3#
-knop De flitser gebruiken“ (blz. 14)
Gestabiliseerde foto's maken zonder flitser
Het beeld is te korrelig
Foto's maken met de juiste kleur
Foto's maken van een wit strand of een sneeuwlandschap
Foto's maken van een object met tegenlicht
56 NL
Uw camera beter leren kennen
Er zijn twee manieren om de foto's die u met deze camera maakt op te slaan.
Foto's opslaan in het interne geheugen
Foto's worden in het interne geheugen opgeslagen en als het aantal stilstaande beelden dat
nog kan worden opgeslagen 0 is, dient u de camera op een computer aan te sluiten om de
foto's te downloaden en daarna de foto's uit het interne geheugen te wissen.
Gebruik van een kaartje (optioneel)
Foto's worden op het kaartje opgeslagen als het kaartje in de camera is gestoken. Als het
kaartje vol is, downloadt u de foto's op een computer en u wist de foto's van het kaartje of
u gebruikt een nieuw kaartje.
Foto's worden niet in het interne geheugen opgeslagen als er een kaartje in de camera zit.
Foto's in het interne geheugen kunnen naar het kaartje gekopieerd worden met behulp van de
[BACKUP]-functie.
g
“BACKUP Foto's vanuit het interne geheugen naar het kaartje kopiëren“ (blz. 33)
“Het kaartje“ (blz. 64)
Aantal stilstaande beelden dat kan worden opgeslagen en opnametijd van video's
Stilstaande beelden
Videobeelden
Als de [IMAGE QUALITY] op [SHQ] gezet is, is de continue opnametijd van het kaartje, als dit niet
het type H is, maximaal ca. 15 seconden.
Als u een kaartje gebruikt van een andere fabrikant dan Olympus of een kaartje dat voor een
andere toepassing werd gebruikt, zoals voor een computer, wordt de melding [CARD ERROR]
weergegeven. Om dit kaartje met deze camera te gebruiken, dient u de [FORMAT]-functie te
gebruiken om het kaartje te formatteren.
g
“MEMORY FORMAT (FORMAT) Het interne geheugen of het kaartje formatteren“ (blz. 33)
Aanvullende fotografeertips en -gegevens
Het aantal foto's dat gemaakt kan worden, verhogen
Beeldkwaliteit Resolutie
Aantal stilstaande beelden dat kan worden opgeslagen
Intern geheugen
Bij gebruik van een 512 MB
kaartje
Met
geluid
Zonder
geluid
Met
geluid
Zonder
geluid
SHQ 3072 × 2304 6 6 145 147
HQ 3072 × 2304 12 12 287 293
SQ1
2560 × 1920 17 17 409 420
2304 × 1728 21 21 499 515
2048 × 1536 26 27 626 652
SQ2
1600 × 1200 32 33 760 798
1280 × 960 48 52 1141 1228
1024 × 768 71 79 1681 1879
640 × 480 104 123 2457 2904
16:9 1920 × 1080 29 30 694 726
Beeldkwaliteit Resolutie
Resterende lengte
Intern geheugen
Kaartje
Bij gebruik van een 512 MB
kaartje
SHQ
640 × 480
(30 beelden / s)
11 sec. 4 min. 42 sec.
HQ
320 × 240
(30 beelden / s)
32 sec. 12 min. 42 sec.
SQ
160 × 120
(15 beelden / s)
4 min. 14 sec. 1 uur 40 min. 8 sec.
Gebruik van een nieuw kaartje
NL 57
Uw camera beter leren kennen
Deze camera gebruikt verschillende LED's om de status van de camera aan te geven.
Doe NOOIT een van de volgende dingen als
K
en
q
knipperen. Hierdoor worden de
beeldgegevens eventueel niet opgeslagen of zelfs het interne geheugen of het kaartje
onbruikbaar gemaakt.
Het klepje van het batterijcompartiment / kaartje openen.
De batterij verwijderen.
De lichtnetadapter aansluiten of loskoppelen.
Door uitvoering van een van de volgende handelingen terwijl u geen foto's maakt, kan de
batterijvoeding uitgeput raken.
Het herhaaldelijk half indrukken van de ontspanknop.
Herhaaldelijk zoomen.
Om het energieverbruik te minimaliseren, zet u [POWER SAVE] op [ON] en schakelt u de
camera uit als deze niet wordt gebruikt.
g
“POWER SAVE De camera instellen op standby-modus“ (blz. 37)
Het is mogelijk dat sommige functies niet geselecteerd kunnen worden vanuit de menu's als de
pendelknop gebruikt wordt.
Functies die niet ingesteld kunnen worden met de huidige stand Fotograferen.
Functies die niet ingesteld kunnen worden vanwege een functie die al is ingesteld:
[
%
], “flash“, enz.
Als u probeert beelden te bewerken die niet kunnen worden bewerkt, bijvoorbeeld als ze
met andere camera's zijn gemaakt.
Sommige functies kunnen niet worden gebruikt als er geen kaartje in de camera zit.
[PANORAMA], [PRINT ORDER], [ALBUM ENTRY], [UNDO ENTRY], [LABEL IMAGE],
[FORMAT], [BACKUP]
Beeldkwaliteit is een combinatie van gewenste resolutie en compressieniveau. Gebruik de volgende
voorbeelden om de juiste beeldkwaliteit te bepalen tijdens het fotograferen.
Voor het maken van prints van hoge kwaliteit op groot papierformaat zoals A3. Voor het bewerken van
beelden op een computer
[SHQ] of [HQ]
Voor het printen van beelden op A3/A4-formaat.
•[SQ1]
Voor het printen van beelden op ansichtkaartformaat / Voor het versturen als bijlage bij een e-mail of
voor het plaatsen op een website.
•[SQ2]
Om de weidsheid van objecten zoals bijvoorbeeld landschappen te benadrukken / om beelden op een
breedbeeldtelevisie te bekijken.
•[16:9]
g
“IMAGE QUALITY Beeldkwaliteit wijzigen“ (blz. 20)
Indicatie-LED's
LED Status
Zelfontspanner-LED De zelfontspanner-LED brandt eerst ongeveer 10 seconden continu,
knippert dan ongeveer 2 seconden en daarna wordt de foto gemaakt.
K
brandt: Stand Fotograferen
knippert: Er wordt een beeld of video opgenomen of gedownload
(als er verbinding met een computer is).
q
brandt: Stand Weergeven
knippert: Beelden lezen
Groene LED op de
monitor
brandt: De focus en belichting zijn vastgezet.
knippert: Gemeten scherpstelling en belichting worden niet vastgehouden.
In dat geval laat u de ontspanknop los, richt u het autofocusteken
weer op het object en drukt u de ontspanknop opnieuw half in.
Gebruiksduur van de batterij verlengen
Functies die niet vanuit menu's geselecteerd kunnen worden
De juiste beeldkwaliteit instellen
58 NL
Uw camera beter leren kennen
Deze camera behoudt de gewijzigde instellingen ook als de camera wordt uitgeschakeld.
Om naar de standaardinstellingen terug te keren, voert u een [RESET] uit.
g
“RESET-knop Standaardinstellingen af fabriek herstellen“ (blz. 17)
Als er bewegingsonscherpte op de weergegeven foto is, drukt u op
h
/
/
P
en corrigeert de
bewegingsonscherpte om helderder foto's te krijgen.
Pictogram
Geen pictogram: Bewegingsonscherpte kan niet worden gecorrigeerd.
: Gestabiliseerde beelden
:
U kunt de bewegingsonscherpte in de beelden corrigeren.
(In sommige beelden kan het juiste stabilisatie-effect
eventueel niet bereikt worden.)
* Het kan even duren voordat het pictogram wordt weergegeven dat de
bewegingsonscherpte op het beeld aangeeft.
(
Bewegingsonscherpte op sommige beelden kan misschien niet worden gecorrigeerd of
volledig verwijderd, zelfs niet als
h
/
/
<
wordt ingedrukt.
Het onscherpe beeld kan niet gestabiliseerd worden.
De sluitertijd is lang / het digitale beeld is erg bewogen:
De gemaakte foto kan niet gestabiliseerd worden of kan het juiste stabilisatie-effect niet
bereiken.
Bewegende objecten: Bewegingsonscherpte die is veroorzaakt doordat het object
bewoog, kan niet worden gecorrigeerd.
Rode ogen kunnen niet worden gecorrigeerd.
Afhankelijk van de foto is het mogelijk dat bepaalde rode ogen niet kunnen worden
gecorrigeerd. Ook is het mogelijk dat andere gebeiden dan de ogen verkeerd worden
gecorrigeerd.
(
Bovendien kan de modus Digitale beeldstabilisatie niet geactiveerd worden als:
het USB-kabeltje op de camera aangesloten is,
de opslagcapaciteit van het interne geheugen of van het kaartje onvoldoende is, of
het beeld uit een video is gehaald, het beeld met een andere camera is gemaakt of het
beeld eerder al is gecorrigeerd met Digitale beeldstabilisatiebewerking.
Bepaalde foto's, zoals panoramische beelden en beelden waarbij de [IMAGE QUALITY] op
[16:9] staat, kunnen niet worden samengevoegd met kaders, titels of kalenders. Sommige
andere bewerkingsfuncties kunnen niet worden toegepast.
Er kunnen maximaal 100 beelden in elk album geregistreerd worden.
Hetzelfde beeld kan niet in meerdere albums geregistreerd worden.
Standaardinstellingen af fabriek herstellen
Help bij het weergeven en tips voor het opheffen van storingen
Foto's met bewegingsonscherpte corrigeren
Het beeld kan niet worden gecorrigeerd
Beelden kunnen niet worden bewerkt
Het beeld kan niet in het album geregistreerd worden
NL 59
Uw camera beter leren kennen
Als er een kaartje in de camera zit, kan het beeld van het interne geheugen niet worden
weergegeven. Zet de camera uit en verwijder het kaartje om beelden die in het interne
geheugen van de camera zijn opgeslagen weer te geven.
Deze functie stelt u in staat de hoeveelheid informatie die bij het weergeven wordt getoond in te
stellen.
g
“INFO INFO selecteren“ (blz. 37)
Gebruik van de albumfunctie. U kunt maximaal 12 albums aanmaken en de beelden vanuit een
kaartje in de albums invoeren. Druk voor het bekijken van beelden op
m
selecteer vanuit
het hoofdmenu het album dat u wilt weergeven.
Hetzelfde beeld kan niet in meerdere albums ingevoerd worden.
g
“ALBUM ENTRY Foto's toevoegen aan een album“ (blz. 30)
“ALBUM Beelden bekijken in een album“ (blz. 26)
Druk de zoomknop naar de W-kant om de beelden als thumbnails (indexweergave) of in
kalenderformaat (kalenderweergave) te bekijken.
g
“Zoomknop Inzoomen tijdens het fotograferen / gezoomd weergeven“ (blz. 14)
Als er bij een foto eenmaal geluid is opgenomen, kunt u dit geluid niet meer wissen. Wilt u géén geluid
bij die opname, dan fotografeert u het beeld opnieuw, maar nu zonder geluid. Bij onvoldoende ruimte
in het interne geheugen of op het kaartje is het opnemen van geluid niet mogelijk.
g
R
Geluid toevoegen bij stilstaande beelden“ (blz. 30)
Het formaat van de foto die wordt weergegeven op een computerscherm verandert afhankelijk van
de computerinstellingen. Als de monitorinstelling 1024
×
768 is en u Internet Explorer gebruikt om
een foto te bekijken met een resolutie van 2048
×
1536 op 100 %, kan niet de gehele foto worden
bekeken zonder te schuiven. Er zijn meerdere manieren waarop u de gehele foto op het
computerscherm kunt bekijken.
Bekijken van de foto met software voor het bladeren in beelden
Installeer de OLYMPUS Master software van de meegeleverde CD-ROM.
Wijzigen van de monitorinstelling
Het is mogelijk dat de pictogrammen op het bureaublad van de computer anders werden
gerangschikt. Voor details over het wijzigen van de instellingen van uw computer, raadpleegt
u de handleiding van uw computer.
Weergavetips
Het beeld weergeven dat is opgeslagen in het interne geheugen
Instellingen van en andere gegevens over gemaakte foto's begrijpen
Snel een gewenst beeld weergeven
Geluid bij stilstaande beelden wissen
Bekijken van foto's op een computer
Bekijken van de gehele foto op een computerscherm
Als er een foutmelding op de camera verschijnt ...
Indicatie op
de monitor
Mogelijke oorzaak Oplossing
q
CARD ERROR
Er is een probleem met het
kaartje.
Dit kaartje kunt u niet gebruiken. Steek een
nieuw kaartje in de camera.
00q
WRITE-PROTECT
Opslaan op dit kaartje is niet
toegestaan.
Het opgeslagen beeld is op een computer
beveiligd tegen schrijven (Alleen lezen).
Download het beeld naar een computer en
hef de instelling Alleen lezen op.
60 NL
Uw camera beter leren kennen
>
MEMORY FULL
Het interne geheugen heeft
niet voldoende geheugen en
kan geen nieuwe gegevens
opnemen.
Steek een kaartje in de camera of wis onge-
wenste gegevens. Maak voor het wissen
een reservekopie van de gegevens van
belangrijke foto's op het kaartje of download
dergelijke foto's naar een computer.
q
CARD FULL
Het kaartje heeft niet voldoende
geheugen en kan geen nieuwe
gegevens opnemen.
Vervang het kaartje of wis ongewenste
gegevens. Download belangrijke foto's naar
een computer voordat u beelden gaat wissen.
L
NO PICTURE
Er zijn geen foto's in het interne
geheugen of op het kaartje
opgeslagen.
Het interne geheugen of het kaartje bevat
geen foto's.
Sla enkele foto's op.
r
PICTURE ERROR
Er heeft zich een probleem met
het geselecteerde beeld
voorgedaan waardoor dat
beeld met deze camera niet
kan worden weergegeven.
Breng het beeld over naar een computer en
bekijk het beeld met
beeldbewerkingssoftware. Lukt dat niet,
dan is het beeldbestand beschadigd.
r
THE IMAGE
CANNOT BE
EDITED
Foto's die met andere camera's
zijn gemaakt, die eerder zijn
bewerkt of gecorrigeerde foto's
kunnen niet worden bewerkt of
gecorrigeerd.
Gebruik beeldbewerkingssoftware om de
foto's te bewerken.
CARD-COVER
OPEN
Het klepje van het
batterijcompartiment /
het kaartje is open.
Sluit het klepje van het batterijcompartiment
/ het kaartje.
g
BATTERY EMPTY
De batterij is leeg. Laad de batterij op.
Het kaartje is niet geschikt voor
gebruik in deze camera of het
kaartje is niet geformatteerd.
Formatteer het kaartje.
Selecteer [POWER OFF] en druk op
.
Steek een nieuw kaartje in de camera.
Selecteer [FORMAT] [YES] en druk op
. Alle het op het kaartje opgeslagen
gegevens gaan verloren.
Er is een fout opgetreden in het
interne geheugen.
Selecteer [MEMORY FORMAT] [YES]
en druk op
. Alle gegevens in het interne
geheugen worden gewist.
NO CONNECTION
De camera is niet op de juiste
wijze op de printer
aangesloten.
Koppel de camera los en sluit hem opnieuw,
maar nu goed, aan.
NO PAPER
De papiervoorraad van de
printer is op.
Leg een nieuwe voorraad papier in de
printer.
NO INK
De inktvoorraad van de printer
is op.
Vervang de inktcassette in de printer.
JAMMED
Het papier in de printer is
vastgelopen.
Haal het papier dat de printer blokkeert uit
de printer.
SETTINGS
CHANGED
De papierla van de printer is
verwijderd of de printer werd
bediend, terwijl de instellingen
op de camera gewijzigd
werden.
Bedien de printer niet, terwijl de instellingen
op de camera gewijzigd worden.
Indicatie op
de monitor
Mogelijke oorzaak Oplossing
OK
SET
CARD SETUP
POWER OFF
FORMAT
OK
SET
MEMORY SETUP
POWER OFF
MEMORY FORMAT
[IN]
NL 61
Uw camera beter leren kennen
Sommige functies kunnen niet worden ingesteld in bepaalde standen Fotograferen. Voor meer
informatie, zie onderstaande tabel.
Grijze velden ( ) in de kolom
s
geven functies met beperkingen aan.
g
“Functies met beperkingen wat betreft motiefprogramma's“ (blz. 62)
Beschikbare functies in standen Fotograferen
PRINT ERROR
Er heeft zich een probleem met
de printer en/of de camera
voorgedaan.
Schakel camera en printer uit. Controleer
de printer en hef eventuele storingen op
voordat u beide apparaten weer inschakelt.
r
CANNOT PRINT
Het is mogelijk dat foto's die
met andere camera's gemaakt
zijn, niet op deze camera
geprint kunnen worden.
Gebruik een computer om de foto's te
printen.
Beschikbare functies in de standen Fotograferen en bij motiefprogramma's
Fotograferen
mode
Eenvoudige
stand
Normale stand
Stilstaand beeld
K
STILL PICTURE
/
s
n
Functie P AUTO
F 9
*1
9999
Flitser AUTO
999
!
99
#
99
$ 999
& 999 9
%
99 9
Y 999
9
h
*2
9999
Optische zoom
999 9
WB
9
99
ISO
9
——
DRIVE
9
ESP /
5
9
9
IMAGE QUALITY
99 9
PANORAMA
99
MULTI-SHOT
99
——
COMPARE & SHOOT
(vergelijken & fotograferen)
9999
SILENT MODE
*3
9999
DIGITAL ZOOM
9
9
FINE ZOOM
9
AF MODE
9
R
9
LABEL SHOT
99
——
FRAME
99
MEMORY FORMAT (FORMAT)
9999
BACKUP
9999
W
*3
9999
PW ON SETUP
9999
Indicatie op
de monitor
Mogelijke oorzaak Oplossing
62 NL
Uw camera beter leren kennen
*1 Schakelt om tussen [ BACKLIGHT ADJ. ON] en [BACKLIGHT ADJ. OFF].
*2 Vastgezet op [DIS MODE].
*3 Normale-stand-instellingen zijn van toepassing.
Functies met beperkingen wat betreft motiefprogramma's
*1 Met uitzondering van [
!
].
*2 Vastgezet op [
&
].
*3 Met uitzondering van [
i
].
*4 Alleen de beeldkwaliteit onder [2048 × 1536] is beschikbaar.
*5 De beeldkwaliteit is vast ingesteld op [640 × 480].
COLOR
9999
BEEP
9999
8
9999
SHUTTER SOUND
999
REC VIEW
999
FILE NAME
*3
9999
PIXEL MAPPING
9999
s
*3
9999
X 99999
DUALTIME
9999
ALARM CLOCK
9999
VIDEO OUT
*3
9999
/
s
/
s
Functie
B
CN
V
g
FD GU
W
c
RSX
j
P
d
ief
Flitser
999
9
—————
9
*1
& 999999
9
*2
99
% 9
——
9
———
9
99
Y 99999999999
Optische zoom
9999
999999
DRIVE
9
*3
9
*3
——
9
*3
——
9
*3
———
ESP /
5 9999
999999
IMAGE QUALITY
9999
*4
9999
*5
9
*4
9
DIGITAL ZOOM
999
——
9999
9
FINE ZOOM
999
——
9999
9
AF MODE
99999999999
R 99999999
———
FRAME
99999999
———
PANORAMA
99999999
———
Fotograferen
mode
Eenvoudige
stand
Normale stand
Stilstaand beeld
K
STILL PICTURE
/
s
n
Functie P AUTO
Appendix
NL 63
Appendix
Camerahuis:
Wrijf de camera voorzichtig schoon met een zachte doek. Is de camera erg vuil, dan dompelt u
de doek in een een mild sopje en wringt u de doek goed uit. Wrijf de camera met de vochtige doek
goed af en droog hem vervolgens met een droge doek. Hebt u de camera op het strand gebruikt,
dan wrijft u hem schoon met een in schoon water gedompelde en goed uitgewrongen doek.
Monitor:
Wrijf deze voorzichtig schoon met een zachte doek.
Lens:
Verwijder stof van de lens met een in de handel verkrijgbaar blaaskwastje en wrijf de lens
vervolgens met een lensreinigingsmiddel voorzichtig schoon.
Batterij / laadapparaat:
Wrijf deze voorzichtig schoon met een zachte, droge doek.
Opmerking
Gebruik geen sterke oplosmiddelen zoals benzeen of alcohol of met chemicaliën behandelde
reinigingsdoekjes.
Laat u de camera met een vuile lens liggen, dan kan schimmelvorming op de lens optreden.
Indien de camera voor langere tijd opgeborgen wordt, haalt u de batterij, de lichtnetadapter en het
kaartje uit de camera en bergt u de camera op in een koele, droge ruimte die goed geventileerd is.
Plaats de batterij van tijd tot tijd in de camera en controleer de functies van de camera.
Opmerking
Laat de camera niet achter op plaatsen waar met chemicaliën wordt gewerkt, omdat dan corrosie
kan ontstaan.
(
Deze camera werkt met één lithium-ionbatterij (LI-42B of LI-40B) van Olympus. Er kunnen geen
andere typen batterijen gebruikt worden.
(
De door de camera verbruikte hoeveelheid energie is sterk afhankelijk van de gebruikte functies.
(
Bij omstandigheden zoals die hieronder beschreven zijn, wordt continu stroom verbruikt en raakt de
batterij snel leeg.
Door veelvuldig te zoomen.
Door in de stand Fotograferen herhaaldelijk automatisch scherp te stellen door de ontspanknop
half in te drukken.
De foto wordt gedurende een lange tijd weergegeven op de monitor.
Als de camera aangesloten is op een computer of op een printer.
(
Als een lege batterij gebruikt wordt, bestaat het gevaar dat de camera uitgeschakeld wordt zonder
dat een waarschuwing voor de ladingstoestand gegeven wordt.
(
Op het moment van aanschaf is de batterij niet volledig opgeladen. Laad de batterij voor gebruik
volledig op met het laadapparaat LI-40C.
(
Het opladen van de meegeleverde, oplaadbare batterij duurt doorgaans ongeveer 5 uur.
(
Deze camera gebruikt een door Olympus voorgeschreven laadapparaat. Gebruik geen ander type
laadapparaat.
(
Het laadapparaat is geschikt voor netspanningen tussen 100 V en 240 V (50/60 Hz). Indien het
laadapparaat in het buitenland gebruikt wordt, is het mogelijk dat u een verloopstekker nodig hebt
om de stekker compatibel te maken met het stopcontact (wisselspanning). Vraag naar de details bij
uw plaatselijke elektriciteitszaak of reisagentschap.
(
Gebruik geen spanningsomvormers voor op reis, omdat deze uw laadapparaat kunnen
beschadigen.
Onderhoud van de camera
Reinigen van de camera
Opbergen
Batterij en laadapparaat
64 NL
Appendix
Foto's kunnen opgeslagen worden op het optionele kaartje.
Het interne geheugen en het kaartje zijn de media van de camera voor het opslaan van foto's,
vergelijkbaar met een film in een conventionele analoge camera.
Foto's die opgeslagen zijn in het interne geheugen of op het kaartje kunnen eenvoudig gewist of
bewerkt worden met een computer.
In tegenstelling tot draagbare opslagmedia kan het interne geheugen niet verwijderd of vervangen
worden.
Het aantal foto's dat kan worden opgenomen, kan verhoogt worden door een kaartje met een
grotere opslagcapaciteit te gebruiken.
1
Indexvlak
Deze ruimte kan gebruikt worden om de inhoud van het kaartje
op te schrijven.
2
Contactvlak
Het gedeelte waar de gegevens worden overgedragen van de
camera naar het kaartje.
Compatibele kaartjes
xD-Picture Card (16 MB – 1 GB)
Gebruik van het interne geheugen of het kaartje.
Tijdens fotograferen en weergeven kunt u in de monitor controleren of
het interne geheugen of het kaartje in gebruik is.
1
Schakel de camera uit.
2
Het klepje van het batterijcompartment / het
kaartje openen.
Kaartje in de camera steken
3
Houd het kaartje vast zoals afgebeeld en steek
het in de kaartsleuf zoals op de afbeelding.
Steek het kaartje er recht in.
Steek het kaartje erin totdat het op zijn plaats vastklikt.
Praktisch gebruik van accessoires
Het kaartje
Kaartje erin steken en verwijderen
1
2
12:30
12:30
'06.11.26
'06.11.26
100-0004
1 0 0 - 0 0 0 4
4
HQ
HQ
[
IN
IN
]
HQ
HQ
3072
3072
×
2304
2304
[
[
P
]
[
IN
IN
]
4
4
Stand Fotograferen Stand Weergeven
Indicator voor geheugen
[IN]: Bij gebruik van het interne geheugen
[xD]: Bij gebruik van een kaartje
Batterijcompartiment / klepje van
het kaartje
1
2
Inkeping
NL 65
Appendix
Kaartje verwijderen
3
Duw het kaartje helemaal naar binnen en laat het vervolgens langzaam los.
4
Sluit het klepje van het batterijcompartiment / het kaartje.
Opmerking
K
,
q
knippert terwijl de camera opneemt / beelden leest. Het opnemen / lezen van beelden
kan enige tijd duren. Open het klepje van het batterijcompartiment / het kaartje niet als
K
,
q
knippert. Hierdoor kunnen de gegevens in het interne geheugen of op het kaartje beschadigd
raken en het interne geheugen of het kaartje onbruikbaar worden.
Een lichtnetadapter is praktisch bij het uitvoeren van tijdrovende taken zoals het downloaden van
beelden naar een computer of het lang achtereen doorgaan met het vertonen van een diashow.
Voor het gebruik van een lichtnetadapter bij deze camera, heeft u de multi-adapter (CB-MA1/
accessoire) nodig.
Gebruik geen andere lichtnetadapters voor deze camera.
Opmerking
Als de camera ingeschakeld is, mag de batterij niet verwijderd of in de camera geplaatst worden
en mag de lichtnetadapter of multi-adapter niet aangesloten of losgekoppeld worden. Doet u dat
toch, dan kan dat de interne instellingen of de functies van de camera verstoren.
De lichtnetadapter is geschikt voor netspanningen tussen 100 V en 240 V (50/60 Hz).
Bij gebruik in het buitenland is het mogelijk dat u een adapter nodig hebt om de stekker op het
afwijkende stopcontact aan te sluiten. Vraag naar de details bij uw plaatselijke elektriciteitszaak
of reisagentschap.
Gebruik geen spanningsomvormers voor op reis, omdat deze uw lichtnetadapter kunnen
beschadigen.
De camera is niet waterbestendig tijdens het gebruik van de lichtnetadapter.
Lees vooral ook de handleiding van de lichtnetadapter.
Deze camera is weerbestendig, maar kan niet onder water gebruikt worden. Olympus stelt zich niet
aansprakelijk voor defecten aan de camera die veroorzaakt zijn door binnendringend water als
gevolg van verkeerd gebruik door de gebruiker.
De camera is weerbestendig en raakt niet beschadigd door spatwater uit welke richting dan ook.
Let bij gebruik van deze camera op de volgende voorzorgsmaatregelen.
Lichtnetadapter
VEILIGHEIDSMAATREGELEN
Weerbestendigheid
Het kaartje steekt iets uit en stopt.
Pak het kaartje en haal het eruit.
(
Was de camera niet met
water.
(
Laat de camera niet in het
water vallen.
(
Maak geen foto's onder
water.
66 NL
Appendix
Er kan water in de camera geraken als het klepje van het batterijcompartiment / het kaartje
of het klepje over de connector niet goed gesloten is.
Klepje over de
connector
(
Wrijf de camera droog met een droge doek als er spetters op de camera komen.
(
De oplaadbare batterij en andere accessoires bij de camera zijn niet weerbestendig.
Klepje van het batterijcompartiment /
het kaartje
LET OP:
OM HET GEVAAR VOOR EEN ELEKTRISCHE SCHOK TE VOORKOMEN,
MAG DE BEHUIZING (OF ACHTERKANT) NIET VERWIJDERD WORDEN. IN DE
CAMERA BEVINDEN ZICH GEEN ONDERDELEN WAARAAN U ONDERHOUD
KUNT VERRICHTEN. LAAT DAT OVER AAN ERKENDE SERVICETECHNICI VAN
OLYMPUS.
Een driehoek met daarin een uitroepteken vestigt uw aandacht op
belangrijke aanwijzingen in de bij deze camera geleverde documentatie ten
aanzien van de bediening en het onderhoud ervan.
GEVAAR
Gebruikt u deze camera zonder acht te slaan op de onder dit symbool
verstrekte informatie, dan kan dat ernstig letsel of de dood tot gevolg
hebben.
WAAR-
SCHUWING
Gebruikt u deze camera zonder acht te slaan op de onder dit symbool
verstrekte informatie, dan kan dat letsel of de dood tot gevolg hebben.
LET OP
Gebruikt u deze camera zonder acht te slaan op de onder dit symbool
verstrekte informatie, dan kan dat licht persoonlijk letsel, schade aan
apparatuur, of het verlies van waardevolle gegevens tot gevolg hebben.
WAARSCHUWING!
STEL DE CAMERA, OM GEVAAR VOOR BRAND OF ELEKTRISCHE SCHOK TE VOORKOMEN, NOOIT
BLOOT AAN WATER, GEBRUIK DE CAMERA OOK NIET IN OMGEVINGEN MET ZEER HOGE
VOCHTIGHEID EN DEMONTEER HEM NIET.
LET OP
GEVAAR VOOR ELEKTRISCHE
SCHOK
NIET OPENEN
NL 67
Appendix
Lees alle gebruiksaanwijzingen –
Lees, voordat u het apparaat gaat gebruiken, alle
gebruiksaanwijzingen. Bewaar alle handleidingen en documentatie om deze later nog eens te
kunnen raadplegen.
Reinigen –
Trek voordat u het apparaat gaat reinigen altijd eerst de stekker uit het stopcontact. Gebruik
uitsluitend een vochtige doek om het apparaat te reinigen. Gebruik nooit vloeibare of aërosole
reinigingsmiddelen, of welk soort organische oplosmiddelen dan ook, om het apparaat te reinigen.
Accessoires –
Gebruik voor uw veiligheid en om beschadigingen aan dit product te voorkomen,
uitsluitend de door Olympus aanbevolen accessoires.
Water en vocht –
Voor de voorzorgsmaatregelen bij het gebruik van weerbestendig uitgevoerde
producten raadpleegt u de desbetreffende paragrafen over de weerbestendigheid.
Plaats van opstelling –
Bevestig het product op een statief, standaard of beugel om beschadigingen
te voorkomen.
Elektrische voedingsbron –
Sluit de camera uitsluitend aan op de in de technische gegevens
beschreven elektrische voedingsbron.
Bliksem –
Trek de stekker onmiddellijk uit het stopcontact als een onweer opsteekt terwijl u een
lichtnetadapter gebruikt.
Vreemde voorwerpen –
Steek om persoonlijk letsel te voorkomen, nooit een metalen voorwerp in de
camera.
Hitte –
Gebruik of berg de camera nooit op in de buurt van een warmtebron zoals een radiator,
verwarmingsrooster, kachel of enig ander apparaat of toestel dat warmte ontwikkelt, met inbegrip
van stereo-versterkers.
WAARSCHUWING
Gebruik de camera niet in de buurt van brandbare of explosieve gassen.
Maak nooit van dichtbij flitsfoto’s van personen (zuigelingen, kleine kinderen, enzovoort).
U moet zich minimaal op 1 m afstand van de gezichten van de te fotograferen personen bevinden. Het
te dichtbij de ogen van de te fotograferen personen flitsen kan tijdelijk gezichtsverlies veroorzaken.
Houd de camera uit de buurt van kleine kinderen en zuigelingen.
Gebruik en berg de camera altijd op buiten het bereik van kleine kinderen en zuigelingen omdat
anders de volgende gevaarlijke situaties kunnen ontstaan die ernstig letsel kunnen veroorzaken:
Verward raken in de camerariem kan leiden tot verstikking.
Per ongeluk inslikken van de batterij, kaartjes of andere kleine onderdelen.
Per ongeluk ontsteken van de flitser terwijl ze in de flitser kijken of vlak voor de ogen van andere
kinderen.
Per ongeluk letsel oplopen door bewegende delen van de camera.
Kijk met de camera niet recht in de zon of in het licht van sterke lichtbronnen.
Gebruik en berg de camera niet op in stoffige of vochtige ruimten.
Dek de flitser, op het moment dat die ontsteekt, niet af met uw hand.
LET OP
Bespeurt u in de buurt van de camera ongewone geuren, vreemde geluiden of rook, gebruik de
camera dan onmiddellijk niet meer.
Haal de batterijen nooit met blote handen uit de camera omdat u zich dan kunt branden.
Gebruik de camera niet met natte handen.
Laat de camera nooit achter op plaatsen waar deze aan extreem hoge temperaturen kan worden
blootgesteld.
Doet u dat toch, dan kan daardoor de kwaliteit van bepaalde onderdelen achteruit gaan en in sommige
gevallen zelfs brand worden veroorzaakt. Gebruik het laadapparaat of de lichtnetadapter niet als deze is
afgedekt (bijvoorbeeld met een deken). Hierdoor kan oververhitting en uiteindelijk zelfs brand ontstaan.
Behandel de camera met zorg om te voorkomen dat u verbrandingen oploopt.
Omdat de camera metalen onderdelen bevat, kan oververhitting ontstaan en kunt u zich branden.
Let daarom op het volgende:
Gebruikt u de camera lang achtereen, dan kan hij heet worden. Hanteert u de camera in deze
toestand, dan kan dat een verbranding veroorzaken.
Op plaatsen waar extreem lage temperaturen kunnen optreden, kan de temperatuur van het
camerahuis lager worden dan de omgevingstemperatuur. Draag waar mogelijk handschoenen als
u de camera bij lage temperaturen hanteert.
Wees voorzichtig met de camerariem.
Let op de camerariem terwijl u de camera met u meedraagt. De riem kan achter een vreemd
voorwerp blijven haken en zo ernstige schade veroorzaken.
Algemene voorzorgsmaatregelen
Hanteren van de camera
68 NL
Appendix
GEVAAR
De camera gebruikt een door Olympus voorgeschreven lithium-ionbatterij. Laad de batterij op met het
voorgeschreven laadapparaat. Gebruik geen andere laadapparaten.
Probeer nooit batterijen te verhitten en gooi ze ook niet in het vuur.
Tref voorzorgsmaatregelen bij het vervoeren of opbergen van batterijen om te voorkomen dat ze in
aanraking komen met metalen objecten, zoals sieraden, pennen, paperclips, enzovoort.
Berg batterijen nooit op op plaatsen waar ze blootgesteld kunnen worden aan direct zonlicht of aan hoge
temperaturen, zoals in een afgesloten auto in de zon, in de buurt van warmtebronnen, enzovoort.
Volg altijd alle aanwijzingen met betrekking tot het gebruik van batterijen zorgvuldig op, om te voorkomen
dat de batterijen gaan lekken of de contacten ervan beschadigd raken. Probeer nooit batterijen uit elkaar
te halen of op een of andere manier aan te passen, bijvoorbeeld door er aan te solderen, enzovoort.
Is batterijvloeistof in uw ogen terecht gekomen, spoel uw ogen dan onmiddellijk overvloedig met schoon,
stromend water en raadpleeg onmiddellijk een arts.
Berg batterijen altijd op buiten het bereik van kleine kinderen. Heeft een kind per ongeluk een batterij
doorgeslikt, raadpleeg dan onmiddellijk een arts.
WAARSCHUWING
Houd batterijen altijd droog.
Gebruik om te voorkomen dat batterijen gaan lekken, oververhit raken, brand veroorzaken of exploderen,
uitsluitend het voor dit product aanbevolen type batterijen.
Plaats de batterijen voorzichtig, zoals beschreven in de gebruiksaanwijzing, in de camera.
Indien de oplaadbare batterijen niet binnen de vastgestelde tijd opgeladen zijn, laad de batterijen dan niet
verder op en gebruik ze niet meer.
Gebruik geen batterij die gebarsten of gebroken is.
Is een batterij gaan lekken, verkleurd of vervormd, of gedraagt de batterij zich op een of andere manier
afwijkend, gebruik de camera dan niet meer.
Als er batterijvloeistof op uw kleding terecht is gekomen, trek het kledingstuk dan uit en spoel het
onmiddellijk met schoon, stromend, koud water. Raadpleeg onmiddellijk een arts wanneer de vloeistof
met uw huid in aanraking is gekomen.
Stel batterijen nooit bloot aan zware schokken of ononderbroken trillingen.
LET OP
Controleer de batterij voor het opladen altijd op lekkage, verkleuringen, vervormingen of andere
afwijkingen.
Tijdens langdurig gebruik kunnen de batterijen heet worden. Verwijder de batterij nooit onmiddellijk na
gebruik van de camera om kleine brandwonden te voorkomen.
Denkt u de camera langere tijd achtereen niet te gebruiken, haal de batterijen er dan uit.
Laat de camera, ter bescherming van de hoge-precisietechnologie die er aan ten grondslag ligt, nooit
achter op de hieronder genoemde plaatsen, niet tijdens gebruik en niet tijdens opslag.
Plaatsen met hoge temperaturen en/of relatieve vochtigheid of plaatsen waar extreme fluctuaties in de
temperatuur optreden. Direct zonlicht, aan het strand, in een afgesloten auto, of in de buurt van
warmtebronnen (kachels, radiatoren, enzovoort) of luchtbevochtigers.
In zanderige of stoffige omgevingen.
In de buurt van brandbare stoffen of explosieven.
In natte ruimten, zoals in de badkamer of in de regen. Lees, ook als u een weerbestendig product
gebruikt, de handleiding aandachtig door.
In ruimten waar sterke trillingen kunnen optreden.
Laat de camera niet vallen en stel hem niet bloot aan zware schokken of trillingen.
Als de camera op een statief bevestigd is, stelt u de positie van de camera met de statiefkop in. Verdraai
de camera niet.
Laat de elektrische contacten van de camera ongemoeid.
Laat de camera niet achter met de lens op de zon gericht. Daardoor kan de lens of het sluitergordijn
beschadigd raken en kunnen kleurvervalsing of nevenbeelden op de CCD optreden en kan zelfs brand
ontstaan.
Druk of trek niet met grote kracht aan de lens.
Haal de batterij uit de camera als u denkt de camera langere tijd achtereen niet te gebruiken. Kies een
koele, droge plaats om de camera op te bergen om condensvorming of schimmelvorming in de camera
Voorzorgsmaatregelen bij de omgang met batterijen
Volg onderstaande belangrijke richtlijnen op om te voorkomen dat batterijen gaan lekken,
oververhit raken, ontbranden, exploderen of elektrische schokken of verbrandingen veroorzaken.
Let op de werkomgeving
NL 69
Appendix
te voorkomen. Is de camera langere tijd opgeborgen geweest, dan schakelt u deze in en controleert u de
juiste werking door de ontspanknop in te drukken.
Houd u altijd aan de beperkingen die gesteld zijn aan de omgevingscondities zoals die zijn beschreven in
de handleiding van de camera.
Deze camera gebruikt een door Olympus voorgeschreven lithium-ionbatterij. Gebruik geen ander type
batterij. Lees de handleiding voor de batterij zorgvuldig door voor een veilig en juist gebruik.
Er kan een storing in het contact optreden als de polen van de batterij nat of vettig zijn. Droog de batterij
voor gebruik goed met een droge doek.
Laad de batterij altijd op als deze voor het eerst wordt gebruikt of als deze langere tijd niet gebruikt is.
Probeer de camera en de reservebatterij zo warm mogelijk te houden, indien de camera wordt gebruikt
met batterijvoeding bij een lage temperatuur. Het is mogelijk dat een batterij die is leeggeraakt bij lage
temperaturen, weer herstelt als deze de kamertemperatuur aanneemt.
Het aantal foto’s dat u kunt maken, is afhankelijk van de lichtomstandigheden of van de batterij.
Schaf voldoende reservebatterijen aan, voordat u een lange reis maakt, met name als u naar het
buitenland gaat. Het is mogelijk dat het aanbevolen type batterij in het buitenland niet verkrijgbaar is.
Zorg ervoor dat de batterijen gerecycled worden om de natuurlijke hulpbronnen te ontzien. Zorg er bij de
afvoer van lege batterijen voor, dat de polen zijn afgedekt en neem altijd de plaatselijke voorschriften en
regelgeving in acht.
Oefen geen overmatige kracht uit op de monitor. Hierdoor kan het beeld vaag worden, waardoor een
storing in de weergave of beschadigingen aan de monitor veroorzaakt kunnen worden.
Langs onder- en bovenrand van het monitorbeeld kan een heldere band verschijnen, maar dat wijst niet
op een defect.
Kijkt u met de camera schuin naar een onderwerp, dan kunnen de contouren van het beeld er op de
monitor gerafeld uitzien, maar dat wijst niet op een defect. Met de camera in de stand Weergeven is dit
verschijnsel minder opvallend.
Op plaatsen waar lage temperaturen kunnen optreden kan het enkele momenten duren voordat de
monitor oplicht of kunnen tijdelijke kleurverschuivingen optreden. Gebruikt u de camera op extreem koude
plaatsen, dan is het goed om de camera tussen de opnamen op een warme plaats op te bergen. Een
monitor die slecht presteert als gevolg van lage temperaturen herstelt zich weer zodra de temperatuur
weer normale waarden aanneemt.
Het LCD dat voor de monitor wordt gebruikt, is met hoge-precisietechnologie gemaakt. Er kunnen echter
zwarte of lichte punten op de monitor verschijnen. Als gevolg van de karakteristieke eigenschappen van
de monitor of van de hoek waaronder u het beeld op de monitor bekijkt, zijn deze punten niet gelijk in kleur
en helderheid. Dit wijst echter niet op een defect.
Olympus geeft geen enkele garantie of waarborg ten aanzien van mogelijke kosten of van
winstverwachtingen door rechtmatig gebruik van dit apparaat, of van aanspraken van derden, die
voortvloeien uit ondeskundig gebruik van dit apparaat.
Olympus geeft geen enkele garantie of waarborg ten aanzien van mogelijke kosten of van
winstverwachtingen door rechtmatig gebruik van dit apparaat die voortvloeien uit het verloren gaan van
beeldgegevens.
Olympus geeft geen enkele garantie of waarborg, noch uitdrukkelijk noch stilzwijgend aanvaard, ten
aanzien van of met betrekking tot de inhoud van dit geschreven materiaal of van de software en kan in
geen enkel opzicht aansprakelijk worden gesteld voor enige stilzwijgende garantie met betrekking tot de
verkoopbaarheid of de geschiktheid voor enige specifiek doel of voor enige directe, indirecte,
zwaarwegende, bijkomstige of andere schade (met inbegrip van en niet beperkt tot schade door derving
van inkomsten of verlies van zakelijke winsten, onderbreking van zakelijke activiteiten en verlies van
zakelijke informatie) die voortvloeien uit het gebruik van of niet kunnen gebruiken van het geschreven
materiaal of van de software of van de apparatuur. Sommige landen accepteren een dergelijke uitsluiting
of beperking van de aansprakelijkheid voor directe of indirecte schade niet, zodat de hierboven
opgesomde beperkingen mogelijk op uw situatie niet van toepassing zijn.
Olympus behoudt zich alle rechten van deze handleiding voor.
Fotograferen of gebruik van materiaal waarop het auteursrecht van toepassing is kan schending
van het auteursrecht betekenen. Olympus aanvaardt geen enkele aansprakelijkheid voor
ongeautoriseerd fotograferen, voor het gebruik van de apparatuur of voor handelingen die in strijd
zijn met de rechten van belanghebbenden.
Voorzorgsmaatregelen bij de omgang met batterijen
LCD-monitor
Wettelijke en andere bepalingen
Beperkte aansprakelijkheid
Waarschuwing
70 NL
Appendix
Alle rechten voorbehouden. Niets van dit geschreven materiaal of van deze software mag zonder
vooraf verkregen schriftelijke toestemming van Olympus op geen enkele wijze of langs welke
elektronische of mechanische weg dan ook, met inbegrip van fotokopiëren, het langs elektronische
weg vastleggen en het gebruik van informatieopslag en informatiezoeksystemen, worden gebruikt
of gereproduceerd. Olympus aanvaardt geen enkele aansprakelijkheid voor de in deze handleiding
of in de software besloten informatie, of voor schade die kan voortvloeien uit het gebruik van de in
deze handleiding of in de software besloten informatie. Olympus behoudt zich het recht voor de
uitvoering en de inhoud van deze handleiding te wijzigen zonder voorafgaande kennisgeving of
enige verplichting.
Storing in radio- en televisieontvangst
Wijzigingen of aanpassingen waarvoor de fabrikant niet uitdrukkelijk toestemming heeft verleend
kunnen het recht van de gebruiker om dit apparaat te gebruiken ongeldig maken. Dit apparaat
werd getest en is gebleken te voldoen aan de eisen voor digitale apparatuur Class B volgens
Part 15 van de FCC Rules. Deze eisen werden opgesteld om een redelijke bescherming te bieden
tegen schadelijke storingen in huisinstallaties.
Dit apparaat genereert en werkt met hoogfrequentenergie, kan die ook uitstralen en kan, indien
niet geïnstalleerd en gebruikt in overeenstemming met de aanwijzingen, hinderlijke storingen in
radioapparatuur veroorzaken.
Er wordt echter geen enkele garantie gegeven dat in een bepaalde installatie geen storingen
zouden kunnen optreden. Als dit apparaat radio- en televisieontvangst hinderlijk stoort, wat kan
worden bepaald door het apparaat uit en weer in te schakelen, wordt de gebruiker geadviseerd
te trachten de storing op te heffen door een of meer van de volgende maatregelen te treffen:
Richt de ontvangstantenne anders of verplaats deze.
Vergroot de afstand tussen apparaat en ontvanger.
Sluit het apparaat aan op een stopcontact van een andere groep dan die waarop de ontvanger
is aangesloten.
Raadpleeg voor hulp de dealer of een ervaren radio / televisie-technicus. Voor het aansluiten
van de camera op een personal computer (PC) mag uitsluitend het door OLYMPUS bij de
camera geleverde USB-kabeltje worden gebruikt.
U dient zich er wel van bewust te zijn dat eventuele onoordeelkundig aangebrachte wijzigingen of
modificaties van het apparaat, het recht van de gebruiker om dit apparaat te gebruiken ongeldig maken.
Betreffende het copyright
FCC-voorschriften
Voor klanten in Noord- en Zuid-Amerika
Voor klanten in de VS
Verklaring van conformiteit
Typenummer : Stylus 730 /
μ
730
Handelsnaam : OLYMPUS
Verantwoordelijke partij:
Adres : 3500 Corporate Parkway, P.O. Box 610, Center Valley,
PA 18034-0610, U.S.A.
Telefoonnummer : 484-896-5000
Getest op naleving van FCC-normen
VOOR GEBRUIK THUIS OF OP KANTOOR
Dit apparaat voldoet aan Part 15 van de FCC rules. Bediening is afhankelijk van de volgende twee
voorwaarden:
(1) Dit apparaat mag geen hinderlijke storingen veroorzaken.
(2) Dit apparaat moet elke ontvangen storing accepteren, inclusief storing die onbeboelde
bediening kan veroorzaken.
Voor klanten in Canada
Dit digitale apparaat Class B voldoet aan alle eisen van de Canadian Interference-Causing
Equipment Regulations.
NL 71
Appendix
Gebruik uitsluitend toepassingsgerichte oplaadbare batterij en batterijlader
We adviseren u om uitsluitend de originele toepassingsgerichte oplaadbare batterij en batterijlader
van Olympus bij deze camera te gebruiken.
Het gebruik van een niet originele oplaadbare batterij en/of batterijlader kan brand of persoonlijk
letsel veroorzaken als gevolg van lekken, verhitting, ontbranding of beschadiging van de batterij.
Olympus stelt zich niet aansprakelijk voor ongelukken of beschadigingen die voortkomen uit het
gebruik van een batterij en/of batterijlader die geen originele Olympus-accessoire is.
Garantiebepalingen
1.
Indien dit product gebreken vertoont, hoewel het op de juiste wijze gebruikt wordt (in overeenstemming
met de meegeleverde documentatie Voorzichtig gebruik en de gebruiksaanwijzingen), wordt dit product,
gedurende een periode van twee jaar vanaf de datum van aankoop, bij een geautoriseerde Olympus-
dealer binnen het zakengebied van Olympus Imaging Europa GmbH zoals bepaald op de website:
http://www.olympus.com gerepareerd of, naar Olympus’ keuze, kostenloos vervangen. Voor aanspraak
op deze garantie dient de klant, vóór afloop van de garantieperiode van twee jaar, het product en deze
garantieverklaring mee te nemen naar de dealer waar het product aangeschaft is of iedere andere
servicedienst van Olympus binnen het zakengebied van Olympus Imaging Europa GmbH zoals bepaald
op de website: http://www.olympus.com. Tijdens de World Wide Warranty-periode van één jaar kan de
klant het product terugbrengen naar iedere servicedienst van Olympus. Let erop dat niet in alle landen
een dergelijke servicedienst van Olympus gevestigd is.
2.
De klant dient het product op eigen risico naar de dealer of de geautoriseerde servicedienst van Olympus
te brengen en hij draagt zelf de kosten die ontstaan bij het transport van het product.
3.
Deze garantie geldt niet in onderstaande gevallen. De klant is zelf verantwoordelijk voor de
reparatiekosten, zelfs indien deze gebreken optreden tijdens de hierboven vermelde garantieperiode.
(a)
Elk gebrek dat optreedt wegens ondeskundig, onreglementair gebruik (zoals handelingen die niet
worden genoemd in Voorzichtig gebruik of andere delen van de gebruiksaanwijzing, etc.).
(b)
Elk gebrek dat optreedt wegens een reparatie, wijziging, reiniging, etc. die niet is uitgevoerd door
Olympus of een geautoriseerde servicedienst van Olympus.
(c)
Gebreken of beschadigingen die ontstaan bij het transporteren, vallen, stoten, etc. na aankoop van
het product.
(d)
Gebreken of beschadigingen die ontstaan door een brand, aardbeving, overstroming,
blikseminslag, andere natuurrampen, milieuvervuiling en onregelmatige spanningsbronnen.
(e)
Ieder gebrek dat optreedt wegens het onzorgvuldig of ongeschikt opbergen (zoals opbergen op een
plaats die is blootgesteld aan hoge temperaturen en vochtigheid, nabij insectenwerende middelen
zoals naftaleen of schadelijke stoffen, etc.), ondeskundig onderhoud, etc.
(f)
Elk gebrek dat optreedt wegens lege batterijen, etc.
(g)
Elk gebrek dat ontstaat doordat zand, modder, etc. in de behuizing van het product is gekomen.
(h)
Indien deze garantieverklaring niet wordt meegeleverd met het product.
(i)
Indien de garantieverklaring op een of andere wijze gewijzigd wordt met betrekking tot het jaar, de
maand en de datum van aankoop, de naam van de klant, de naam van de dealer, en het
serienummer.
(j)
Indien geen bewijs van aankoop bij deze garantieverklaring gevoegd wordt.
4.
Deze garantie is uitsluitend op het product van toepassing; de garantie is niet van toepassing op ieder
ander toebehoren, zoals de behuizing, de camerariem, het lenskapje en de batterijen.
5.
Olympus’ enige verplichting onder deze garantie is beperkt tot het repareren of vervangen van het
product. Iedere verplichting voor verlies of beschadiging, indirect of voortvloeiend, op enigerlei wijze
opgelopen door de klant vanwege een gebrek in het product, en met name alle soorten verlies of schade
veroorzaakt in lenzen, fotorolletjes, andere uitrusting of toebehoren dat bij het product hoort of ieder soort
verlies dat het resultaat is van een vertraagde reparatie of gegevensverlies, is uitgesloten. Deze
bepalingen hebben geen invloed op de wettelijke dwingende regelgeving.
Voor klanten in Europa
Het waarmerk “CE“ garandeert dat dit product voldoet aan de richtlijnen van de EU
(Europese Unie) wat betreft veiligheid, gezondheid, milieubehoud en persoonlijke
veiligheid van de gebruiker. Apparaten met het waarmerk “CE“ zijn bedoeld voor de
Europese markt.
Dit symbool [doorgekruiste verrijdbare afvalbak WEEE Annex IV] geeft de gescheiden
inzameling van afgedankte elektrische en elektronische apparatuur in de landen van
de EU aan.
Gooi het apparaat a.u.b. niet bij het gewone huisvuil.
Maak a.u.b. gebruik van het inzamelsysteem dat in uw land beschikbaar is voor de
afvoer van dit product.
72 NL
Appendix
Opmerkingen met betrekking tot het onderhoud
1.
Deze garantie geldt uitsluitend, indien de garantieverklaring naar behoren is uitgevoerd door Olympus of
een geautoriseerde dealer of indien andere documenten voldoende bewijskrachtig zijn. Controleer
daarom of uw naam, de naam van de dealer, het serienummer en het jaar, de maand en datum van
aankoop volledig zijn ingevuld, of dat de originele factuur of de bon (met vermelding van de naam van
de dealer, de datum van aankoop en het producttype) aan deze garantieverklaring is toegevoegd.
Olympus behoudt zich het recht voor om kostenloze dienstverlening te weigeren, indien noch de
garantieverklaring volledig is ingevuld, noch het bovengenoemde document toegevoegd is of indien de
informatie die daar in staat onvolledig of niet leesbaar is.
2.
Aangezien deze garantieverklaring niet nogmaals verstrekt wordt, dient deze op een veilige plek
bewaard te worden.
Raadpleeg de lijst op de website: http://www.olympus.com voor het geautoriseerde, internationale
servicenetwerk van Olympus.
IBM is een gedeponeerd handelsmerk van International Business Machines Corporation.
Microsoft en Windows zijn gedeponeerde handelsmerken van Microsoft Corporation.
Macintosh is een handelsmerk van Apple Computer Inc.
xD-Picture Card™ is een handelsmerk.
Alle andere genoemde bedrijfs- en productnamen zijn gedeponeerde handelsmerken en/of
handelsmerken van de betreffende rechthebbenden.
De in deze handleiding genoemde normen voor camera bestandssystemen zijn de door de Japan
Electronics and Information Technology Industries Association (JEITA) opgestelde “Design Rule for
Camera File System / DCF“-normen.
Handelsmerken
TECHNISCHE GEGEVENS
Producttype : Digitale camera (voor het fotograferen en weergeven van beelden)
Opslagsysteem
Stilstaande beelden : Digitaal opslagsysteem, JPEG (in overeenstemming met Design
Rule for Camera File system [DCF])
Compatibel met de
normen
: Exif 2.2, Digital Print Order Format (DPOF),
PRINT Image Matching III, PictBridge
Geluid bij stilstaande
beelden
: Bestandstype WAVE
Videobeelden : QuickTime Motion-JPEG
Opslagmedium : Intern geheugen
xD-Picture card (16 MB tot 1 GB)
Aantal effectieve pixels : 7.110.000 pixels
Beeldopneemelement : 1/2,33" CCD (filter voor primaire kleuren), 7.380.000 pixels (bruto)
Lens : Olympus lens 6,7 tot 20,1 mm, f3,5 tot 5,0
(komt overeen met 38 tot 114 mm van een kleinbeeldcamera)
Lichtmeetsysteem : Digitale ESP-meting, spotmeetsysteem
Sluitertijd : 4 tot 1/1000 s
Scherpstelbereik : 0,5 m tot
)
(W / T) (normaal)
0,2 m tot
)
(W), 0,3 m tot
)
(T) (stand normaal/macro)
0,07 m tot
)
(zoom is vastgezet.) (stand supermacro)
Monitor : 3,0" TFT LCD-kleurenmonitor, 230.000 pixels
Oplaadtijd flitser : Circa 5 s (na ontsteken van de flitser met volle lichtopbrengst, bij
kamertemperatuur en met een nieuwe, volledig opgeladen batterij)
Connectors : Gelijkspanningsconnector DC-IN, USB-connector, AV-OUT
(multiconnector)
Automatisch
kalendersysteem
: van 2000 tot 2099
(
Camera
NL 73
Appendix
Waterbestendigheid
Type : Volgens IEC Standard, Publication 529 IPX4
(vastgesteld volgens de OLYMPUS standaard testprocedures)
Betekent : Spatwater vanuit om het even welke richting heeft geen nadelig
effect
Bedrijfscondities
Temperatuur : 0 °C tot 40 °C (in bedrijf) /
–20 °C tot 60 °C (tijdens opslag)
Relatieve vochtigheid : 30 % tot 90 %, (tijdens bedrijf) / 10 % tot 90 % (tijdens opslag)
Stroomvoorziening : Een lithium-ionbatterij van Olympus (LI-42B/LI-40B) of
lichtnetadapter van Olympus
Afmetingen : 91,5 mm × 61,5 mm × 21,0 mm (b × h × d)
(exclusief uitstekend delen)
Massa : 130 g zonder batterij en kaartje
Producttype : Oplaadbare lithium-ionbatterij
Nominale uitgangsspanning : 3.7 V gelijkspanning
Standaardcapaciteit : 740 mAh
Levensduur van de batterij : Circa 300 volledige ontlaad/oplaadcycli (afhankelijk van gebruik)
Bedrijfscondities
Temperatuur : 0 °C tot 40 °C (bij opladen) /
0 °C tot 60 °C (in bedrijf) /
–20 °C tot 35 °C (tijdens opslag)
Afmetingen : 31,5 × 39,5 × 6 mm
Massa : Ongeveer 15 g
Netspanning : 100 V tot 240 V wisselspanning (50 tot 60 Hz)
3.2 VA (100 V) – 5.0 VA
Uitgangsvermogen : 4.2 V gelijkspanning, 200 mA
Laadtijd : Ca. 300 min.
Bedrijfscondities
Temperatuur : 0 °C tot 40 °C (in bedrijf) /
–20 °C tot 60 °C (tijdens opslag)
Afmetingen : 62 × 23 × 90 mm
Massa : Ongeveer 65 g
Wijzigingen in technische gegevens en uitvoering voorbehouden zonder voorafgaande kennisgeving.
(
Lithium-ionbatterij (LI-42B)
(
Batterijlader (LI-40C)
74 NL
Appendix
* Op donkere plekken gaat deze knop branden.
OVERZICHTSTEKENING VAN DE CAMERA
Camera
Flitser
(blz. 14)
h
/
/
<
-knop
(blz. 16)
Ontspan
-knop
(blz. 8, 11)
Zelfontspanner-LED
(blz. 15, 57)
Lens
(blz. 11, 63)
Zoomknop
(blz. 14)
Pendelknop (
1243
)
*
(blz. 13)
-knop (OK/FUNC)
*
(blz. 13)
Batterijcompartiment /
klepje van het kaartje
(blz. 4, 64)
Statiefaansluiting
Klepje over de connector
(blz. 36, 38, 47)
Multiconnector
(blz. 36, 38, 47)
S
-knop (wissen)*
(blz. 9, 17)
Monitor (blz. 35, 75)
m
-knop
*
(blz. 13)
Microfoon
(blz. 24)
Luidspreker
o
-knop
(blz. 5, 11)
RESET-knop
(blz. 17)
MODE-knop
(blz. 10, 16)
K
-knop (stand Fotograferen)
(blz. 12)
q
-knop (view)
(blz. 9, 13)
Oogje voor de riem
(blz. 3)
NL 75
Appendix
(
Monitor – stand Fotograferen
Stilstaand beeld Video
Symbolen en pictogrammen op de monitor
Functies Indicaties Zie blz.
1
Zelfontspanner
Y
blz. 15
2
Programma's
h
,
P
,
B
,
F
,
D
,
G
, enz. blz. 12, 13,
22
3
Batterijcontrole
e
= vol,
f
= leeg blz. 60
4
Groene LED
{
= Auto Focus Lock blz. 8, 11, 57
5
Flitser standby
#
(brandt) blz. 53
Waarschuwing bewegende
camera / Opladen flitser
#
(knippert)
6
Digitale beeldstabilisatie /
Beeldstabilisator
h
blz. 16
7
Witbalans
5
,
3
,
1
,
w
y
blz. 22
8
ISO ISO 80 – ISO 3200 blz. 23
9
Sluiterfunctie
j
,
i
,
blz. 23
10
Spotmeting
5
blz. 23
11
Stand macro
Stand supermacro
&
%
blz. 15
12
Beeldkwaliteit SHQ, HQ, SQ1, SQ2, SQ blz. 20
13
Resolutie 3072 × 2304, 2560 × 1920, 640 × 480, enz. blz. 20
14
Autofocusteken [ ] blz. 11, 24
15
Aantal stilstaande beelden dat
kan worden opgeslagen
Resterende opnametijd
4
00:36
blz. 56
16
Geheugenindicator
a
,
b
,
c
,
d
(maximum aantal opnamen bereikt) blz. 53
17
Actueel geheugen
[IN] (Beelden opslaan in het interne geheugen),
[xD] (Beelden opslaan op het kaartje)
blz. 64
18
Geluid opnemen
R
blz. 24
19
Dualtime
l
blz. 35
20
Alarm
k
blz. 35
21
Flitserfunctie
!
,
#
,
$
blz. 14
22
Belichtingscorrectie –2.0 – +2.0 blz. 16
23
Stille functie blz. 22
24
Tegenlicht aanpassen blz. 16
[
IN
IN
]
21
11
1
24
17
15
3 4 5
$
$
ISO 1600
ISO 1600
[
n
R
j
%
(
P
HQ
HQ
3072
3072
×
2304
2304
+2.0
+2.0
]
#
l
k
[
IN
IN
]
4
4
3 2231 22
19
16
17
18
21
20
4
9
8
10
5
11
151412 13
7
6
(
NORMAL MODE
(
SIMPLE MODE
$
[
n
%
(
A
HQ
HQ
+2.0
+2.0
]
k
00:36
00:36
00:36
[
IN
IN
]
k
[
IN
IN
]
19
18
21
20
R
l
233 2 1 22
17
4
7
6
10
11
1412 15
(
Alleen voor normale stand
76 NL
Appendix
(
Monitor – stand Weergeven
Stilstaand beeld Video
Functies Indicaties Zie blz.
1
Batterijcontrole
e
= vol,
f
= leeg blz. 60
2
Album
-
blz. 26, 31
3
Actueel geheugen [IN] (Beelden weergeven die zijn opgeslagen in
het interne geheugen),
[xD] (Beelden weergeven die zijn opgeslagen
op het kaartje)
blz. 64
4
Printreservering /
Aantal prints
Videobeelden
<
×10
n
blz. 42
blz. 26
5
Geluid opnemen
H
blz. 30
6
Beveiligen
9
blz. 29
7
Beeldkwaliteit SHQ, HQ, SQ1, SQ2, SQ blz. 20
8
Resolutie 3072 × 2304, 2560 × 1920, 640 × 480, enz. blz. 20
9
Belichtingscorrectie –2.0 – +2.0 blz. 16
10
Witbalans WB AUTO,
5
,
3
,
1
,
w
y
blz. 22
11
ISO ISO 80 – ISO 3200 blz. 23
12
Datum '06.11.26 blz. 6, 35
13
Tijd 12:30 blz. 6, 35
14
Bestandsnummer
M
100-0004 blz. 34
15
Aantal beelden
Verstreken tijd /
Totale opnametijd
4
00:00/00:36
blz. 26
16
Stille functie blz. 22
17
Indicatie van
camerabewegingen
t
blz. 58
(
NORMAL MODE
(
SIMPLE MODE
(
Zowel voor eenvoudige als
normale stand
ISO 1600
ISO 1600
12:30
12:30
'06.11.26
'06 .11 .26
100-0004
1 0 0 - 0 0 0 4
4
+2.0
+2.0
HQ
HQ
3072
3072
×
2304
2304
[
IN
IN
]
×
10
10
10
10
1 2 34
5 6
7
8
9
11
13
14
16
1517 12
10
[
IN
IN
]
'06.11.26
'0 6 .11 .26
1 3 5 6
17
12
15
12:30
12 :30
'06.11. 26
'0 6 .11 .2 6
100- 0004
1 0 0 - 0 0 0 4
HQ
HQ
00:00
00:00
00:36
00:36
320
320
×
240
240
[
IN
IN
]
1 3
54 6
7
8
13
14
10
15
16
12
NL 77
Index
n
. . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .23
P
. . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .27, 41, 42
S
-knop (wissen) . . . . . . . . . . . . . . . . . . .17, 74
h
/
/
P
-knop . . . . . . . . . . . . . . . . . . .16, 74
K
-knop (fotograferen) . . . . . . . . . . .12, 57, 74
-knop (OK/FUNC) . . . . . . . . . . . . . . . .13, 74
q
-knop (bekijken) . . . . . . . . . . . . . .12, 57, 74
2Y
-knop (zelfontspanner) . . . . . . . . . . . . .15
1F
-knop (belichtingscorrectie) . . . . . . . . .16
3
#
-knop (flitserfunctie) . . . . . . . . . . . . . . . .14
4&
-knop (macro) . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .15
Beeld corrigeren . . . . . . . . . . . . . . . . . . .17
16:9 . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .20
A
Aantal beelden . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .32, 77
Aantal beelden dat nog kan worden
opgeslagen . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .56
AF MODE . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .24
ALARM CLOCK
k
. . . . . . . . . . . . . . . . . . . .35
ALBUM ENTRY . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .30
Albumweergave . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .26
ALL ERASE . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .31
ALL INDEX . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .40
ALL PRINT . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .40
Alle beelden reserveren
U
. . . . . . . . . . . . . .43
AUTO (ISO) . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .23
AUTO (Volautomatisch) . . . . . . . . . . . . . . . . .13
AUTO (WB) . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .22
Autoflitsen . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .14, 15
Autofocus . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .54
AV-kabeltje . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .3, 36
B
BACKUP . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .33
Batterij . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .4, 63
Batterijlader . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .3, 4, 63
Bedieningsaanwijzingen . . . . . . . . . .18, 39, 42
Beeldstabilisator
h
. . . . . . . . . . . . . . . . . . .16
Beeldstabilisatorknop
h
. . . . . . . . . . . . . . .16
BEEP . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .33
Belichtingscorrectie
1F
. . . . . . . . . . . .16, 77
Bestandsnummer . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .77
Bewolkte dag
3
. . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .22
BGM . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .25
BLACK & WHITE . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .27
BRIGHTNESS . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .28
C
CALENDAR . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .28
CAMERA MENU . . . . . . . . . . . . . . . . . . .19, 22
Camerariem . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .3, 74
CCD . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .34
COLOR . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .33
Compare & shoot . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .20
Compressiefactor . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .20
CUSTOM PRINT . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .39
D
Datum en tijd
X
. . . . . . . . . . . . . . . . . . . .6, 35
DIGITAL ZOOM . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .23
DPOF . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .41
DRIVE . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .23
DUAL TIME
l
. . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .35
E
EASY PRINT . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .38
EDIT . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .29
Een taal selecteren
W
. . . . . . . . . . . . . . .33
Eenvoudige stand . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .10
Enkel beeld fotograferen
o
. . . . . . . . . . . . .23
Enkel beeld reserveren
<
. . . . . . . . . . . . . . .42
ESP . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .23
ESP/
n
. . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .23
EV. . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .16
F
Fijne zoom . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .23
FILE NAME . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .34, 35, 41
Flitsen met onderdrukken van
rode ogen
!
. . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .14
Flitser . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .14, 74
Flitser uit
$
. . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .15
Flitserfunctie
#
. . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 11, 14
FORMAT . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .33
Foutmelding . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .59
FRAME . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .24, 27
Functiemenu . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .13
G
Geheel indrukken . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 8, 11
Geheugenindicator . . . . . . . . . . . . . . . . .53, 76
Geluid opnemen bij stilstaande
beelden
R
. . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .24, 30
Gezoomd weergeven
U
. . . . . . . . . . . . . . . .14
Gloeilamplicht
1
. . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .22
Groene LED . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .11, 57
GUIDE . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .12
H
Half indrukken . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .8, 11
Helderheid van de monitor aanpassen
s
. .35
Hoofdmenu . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .18
HQ . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .20
78 NL
I
iESP . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .24
IMAGE QUALITY . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .20
INDEX. . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .29
Indexweergave
G
. . . . . . . . . . . . . . . . . . . .14
Info . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .37
Intern geheugen . . . . . . . . . . . . . . . . . . .33, 64
Invulflitsen
#
. . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .15
ISO . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .23
K
Kaartje . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .32, 64, 65
Kalenderweergave . . . . . . . . . . . . . . . . . .14, 26
Klepje over de connector . . . . . . .36, 38, 47, 74
Klepje van het batterijcompartiment /
het kaartje . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .4, 64, 74
L
LABEL . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .24, 27
LABEL SHOT . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .24
LAYOUT . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .28
Lens . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 11, 63, 74
Lichtnetadapter. . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .65
Lithium-ionbatterij . . . . . . . . . . . . . . . . .3, 4, 63
Luidspreker . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .74
M
Menu . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .18
Menu albumweergave . . . . . . . . . . . . . . . . . .31
Menu stand Fotograferen . . . . . . . . . . . . . . . .19
Menu stand Weergeven . . . . . . . . . . . . . .25, 29
Microfoon . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .24, 74
m
-knop (MENU) . . . . . . . . . . . . .13, 18, 74
MODE-knop . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .10, 16, 74
Monitor . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .35, 74, 75
MOVIE PLAY . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .26
MULTI PRINT . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .40
Multiconnector . . . . . . . . . . . . . . .36, 38, 47, 74
Multi-shot . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .25
N
Normale stand . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .10
NTSC . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .36
O
OFF . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .17
OLYMPUS Master . . . . . . . . . . . . . . . . . . .3, 44
Ontspanknop . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 8, 11, 74
Opladen flitser . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .53, 75
Optische zoom . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .14, 23
P
P (Program Auto) . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .13
P/AUTO . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .13
PAL . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .36
PANORAMA . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .21
PC. . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .47
Pendelknop (
1243
) . . . . . . . . . . . .5, 13, 74
PictBridge . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .38
PIXEL MAPPING . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .34
o
. . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .5
o
-knop . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .5, 11, 74
POWER SAVE . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .37
PRINT . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .38
PRINT ORDER
<
. . . . . . . . . . . . . . .29, 40, 41
PROTECT
0
. . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .29
PW ON SETUP. . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .33
R
REC VIEW . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .34
Rechstreeks printen . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .38
Repeterende opnamen
j
. . . . . . . . . . . . . .23
RESET-knop . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .17, 74
RESIZE
Q
. . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .27
Resolutie. . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .20
Resterende opnametijd. . . . . . . . . . . . . . . . . .56
ROTATE
y
. . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .30
S
s
(Motiefprogramma) . . . . . . . . . . . . . . . .22
s
(Motiefprogramma)
. . . . . . . . . . . .12
SATURATION . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .28
Scherpstelgeheugen. . . . . . . . . . . . . . . . . . . .11
Scherpstellen . . . . . . . . . . . . . . 8, 11, 23, 54, 57
SCREEN SETUP . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .33
SEL. ALBUM . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .31
SEL. IMAGE . . . . . . . . . . . . . . . . . . .30, 31, 32
SELECT JACKET . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .32
SEPIA . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .27
SET ALL . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .30
SET CALENDAR . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .30
SHOOT & SELECT1/2
ef
. . . . . . . . . . . .22
SHQ . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .20
SHUTTER SOUND . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .34
SLIDESHOW . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .25
Sluimerstand . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .53
Snel repeterende opnamen
i
. . . . . . . . . .23
SPOT (AF MODE) . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .24
SQ . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .20
SQ1 . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .20
SQ2 . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .20
Stand Fotograferen
K
. . . . .11, 12, 13, 32, 37
Stand macro
&
. . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 11, 15
Stand supermacro
%
. . . . . . . . . . . . . . . 11, 15
NL 79
Stand Weergeven
q
. . . . . . .9, 12, 14, 32, 37
STANDARD . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .38
Statiefaansluiting . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .74
Stille functie . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .22
Stilstaande beelden fotograferen
K
. . . . . . .12
T
Tegenlicht aanpassen . . . . . . . . . . . . . . .16
Titelbeeld . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .32
TL-lamp 1/2/3
wxy
. . . . . . . . . . . . . . . .22
TYPE . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .25
U
UNDO ALL . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .32
UNDO ENTRY (ALBUM ENTRY) . . . . . . . . .32
USB-driver . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .45, 51
USB-kabeltje . . . . . . . . . . . . . .3, 38, 44, 47, 49
V
VIDEO OUT . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .36
Videobeelden maken
n
. . . . . . . . . . . . . . . .12
Videobeelden opnemen
n
. . . . . . . . . . . . . .12
VOLUME . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .34
W
Waarschuwingssignaal
8
. . . . . . . . . . . . . .33
WB . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .22
Weergave op een televisie . . . . . . . . . . . . . . .36
Weergavetijd / Totale opnametijd . . . . . . .26, 77
Wissen . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .9, 31
X
xD-Picture Card . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .21, 64
Z
Zelfontspanner
Y
. . . . . . . . . . . . . . . . . . 11, 15
Zelfontspanner-LED . . . . . . . . . . . . . .15, 57, 74
Zonnige dag
5
. . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .22
Zoom . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .13, 23
Zoomknop . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .13, 23, 74
http://www.olympus.com/
Vestiging:
Afleveradres goederen:
Correspondentieadres:
Wendenstrasse 14 – 18, 20097 Hamburg, Duitsland
Tel.: +49 40 - 23 77 3-0 / Fax: +49 40 - 23 07 61
Bredowstrasse 20, 22113 Hamburg, Duitsland
Postfach 10 49 08, 20034 Hamburg, Duitsland
Europese Technische klantendienst:
Bezoek ook onze homepage http://www.olympus-europa.com
of bel ons GRATIS NUMMER*: 00800 - 67 10 83 00
voor België, Denemarken, Duitsland, Finland, Frankrijk, Luxemburg, Nederland,
Noorwegen, Oostenrijk, Portugal, Spanje, Verenigd Koninkrijk, Zweden, Zwitserland.
* Sommige (mobiele) telefoon services / providers geven geen toegang of hebben een
extra voorvoegsel voor +800 nummers nodig.
Voor alle Europese landen die niet vermeld werden en als u ons niet kunt bereiken
op de hierboven vermelde nummers, maak dan a.u.b. gebruik van de volgende
BETAALDE NUMMERS:
+49 180 5 - 67 10 83
of
+49 40 - 23 77 38 99.
Onze technische klantendienst is van maandag tot en met vrijdag bereikbaar tussen
09.00 uur en 18.00 uur (MET).
Geautoriseerde dealers
Netherlands: Olympus Nederland B.V.
Industrieweg 44
2382 NW Zoeterwoude
Tel.: 0031 (0)71-5821888
www.olympus.nl
Belgium:
Luxemburg:
Olympus Belgium N.V.
Boomsesteenweg 77
2630 Aartselaar
Tel.: (03) 870 58 00
© 2006
Printed in Germany · OE · 4 · 9/2006 · Hab. · E0417504
4

Hulp nodig? Stel uw vraag in het forum

Spelregels

Misbruik melden

Gebruikershandleiding.com neemt misbruik van zijn services uitermate serieus. U kunt hieronder aangeven waarom deze vraag ongepast is. Wij controleren de vraag en zonodig wordt deze verwijderd.

Product:

Bijvoorbeeld antisemitische inhoud, racistische inhoud, of materiaal dat gewelddadige fysieke handelingen tot gevolg kan hebben.

Bijvoorbeeld een creditcardnummer, een persoonlijk identificatienummer, of een geheim adres. E-mailadressen en volledige namen worden niet als privégegevens beschouwd.

Spelregels forum

Om tot zinvolle vragen te komen hanteren wij de volgende spelregels:

Belangrijk! Als er een antwoord wordt gegeven op uw vraag, dan is het voor de gever van het antwoord nuttig om te weten als u er wel (of niet) mee geholpen bent! Wij vragen u dus ook te reageren op een antwoord.

Belangrijk! Antwoorden worden ook per e-mail naar abonnees gestuurd. Laat uw emailadres achter op deze site, zodat u op de hoogte blijft. U krijgt dan ook andere vragen en antwoorden te zien.

Abonneren

Abonneer u voor het ontvangen van emails voor uw Olympus Mju 730 bij:


U ontvangt een email met instructies om u voor één of beide opties in te schrijven.


Ontvang uw handleiding per email

Vul uw emailadres in en ontvang de handleiding van Olympus Mju 730 in de taal/talen: Nederlands als bijlage per email.

De handleiding is 2,95 mb groot.

 

U ontvangt de handleiding per email binnen enkele minuten. Als u geen email heeft ontvangen, dan heeft u waarschijnlijk een verkeerd emailadres ingevuld of is uw mailbox te vol. Daarnaast kan het zijn dat uw internetprovider een maximum heeft aan de grootte per email. Omdat hier een handleiding wordt meegestuurd, kan het voorkomen dat de email groter is dan toegestaan bij uw provider.

Stel vragen via chat aan uw handleiding

Stel uw vraag over deze PDF

Andere handleiding(en) van Olympus Mju 730

Olympus Mju 730 Gebruiksaanwijzing - Deutsch - 80 pagina's


Uw handleiding is per email verstuurd. Controleer uw email

Als u niet binnen een kwartier uw email met handleiding ontvangen heeft, kan het zijn dat u een verkeerd emailadres heeft ingevuld of dat uw emailprovider een maximum grootte per email heeft ingesteld die kleiner is dan de grootte van de handleiding.

Er is een email naar u verstuurd om uw inschrijving definitief te maken.

Controleer uw email en volg de aanwijzingen op om uw inschrijving definitief te maken

U heeft geen emailadres opgegeven

Als u de handleiding per email wilt ontvangen, vul dan een geldig emailadres in.

Uw vraag is op deze pagina toegevoegd

Wilt u een email ontvangen bij een antwoord en/of nieuwe vragen? Vul dan hier uw emailadres in.



Info