NL 47
੬ Gebruik de camera niet met natte handen.
• Om gevaarlijke elektrische schokken te vermijden, pakt u de camera nooit vast en bedient u hem
niet met natte handen.
੬ Wees voorzichtig met de camerariem.
• Wees voorzichtig met de camerariem als u de camera met u meedraagt. De riem kan makkelijk
ergens achter blijven haken en ernstige schade veroorzaken.
੬ Gebruik uitsluitend de door Olympus geleverde of voorgeschreven lichtnetadapter.
• Gebruik uitsluitend de door Olympus geleverde of voorgeschreven lichtnetadapter. Gebruik van een
afwijkend type lichtnetadapter kan de camera of de voedingsschakelingen ervan beschadigen of brand
veroorzaken. Overtuig u ervan dat de te gebruiken lichtnetadapter geschikt is voor de in uw land
gebruikte netspanning. Neem voor meer informatie contact op met het dichtstbijzijnde Olympus
Service Center of met de leverancier van uw camera. Olympus aanvaardt geen enkele aansprakelijk-
heid voor schade die voortvloeit uit het gebruik van andere dan door Olympus voorgeschreven
lichtnetadapters.
੬ Beschadig niet het netsnoer van de lichtnetadapter
• Trek nooit aan het netsnoer van de lichtnetadapter of van andere accessoires, en pas het snoer ook
niet aan. Trek altijd aan de stekker en niet aan het snoer als u de lichtnetadapter uit het stopcontact
trekt. Gebruik de camera onmiddellijk niet meer en neem contact op met het dichtstbijzijnde Olympus
Service Center of de leverancier van uw camera:
– Het netsnoer heet wordt of rook of een ongewone geur verspreidt.
– Het netsnoer doorgesneden of beschadigd is, of de stekkerpennen beschadigd zijn.
LET OP DE WERKOMGEVING
• Verdraai een op een statief geplaatste camera alleen met het balhoofd van het statief.
Draai niet aan de camera zelf.
• Richt de camera niet recht op de zon. Dat kan de lens beschadigen of kleurafwijkingen of
nevenbeelden van de CCD opleveren.
• Laat de camera niet vallen en stel hem niet bloot aan zware schokken of trillingen.
• Raak nooit de elektrische contacten van de camera aan.
• Oefen geen overmatig grote druk- of trekkrachten op de lens uit.
• Om de hoogtechnologische componenten in deze camera te beschermen, laat u de camera niet
achter op onderstaande plaatsen, niet tijdens gebruik van de camera, maar ook niet tijdens opslag.
– Plaatsen waar hoge temperaturen en vochtigheden optreden of waar extreme schommelingen
optreden. In het volle zonlicht, aan het strand, in afgesloten auto’s of in de buurt van andere
warmtebronnen (kachels, radiatoren, enzovoort) of luchtbevochtigers.
– In zandige of stoffige omgevingen.
– In de buurt van brandbare voorwerpen of explosieven.
– In natte ruimten, zoals badkamers of in de regen.
– Op plaatsen waar sterke trillingen optreden.
• Voordat u de camera voor langere tijd opbergt, haalt u de batterijen er uit. Berg de camera op
een koele droge plaats op om condens- en schimmelvorming in het inwendige van de camera te
voorkomen. Na een langere bewaarperiode test u de camera door hem in te schakelen en de
ontspanknop in te drukken om u ervan te overtuigen dat de camera normaal werkt.
• Om beschadiging of onjuiste werking van de camera te voorkomen, gebruikt u hem binnen de
volgende temperatuur- en vochtigheidsbereiken:
0 °C – 40 °C. 30 % – 90 % relatieve vochtigheid (niet condenserend)
• Om beschadiging of onjuiste werking van de camera te voorkomen, bergt u hem op binnen de
volgende temperatuur- en vochtigheidsbereiken:
–20 °C – 60 °C. 10 % – 90 % relatieve vochtigheid (niet condenserend)