mogelijke storing aan de medische apparatuur te
vermijden. Mensen die zulke apparaten dragen, moeten:
● Altijd het draadloze apparaat op meer dan 15,3
centimeter (6 inches) afstand houden van de medische
apparatuur wanneer het draadloze apparaat is
ingeschakeld.
● Het draadloze apparaat niet in een borstzak dragen.
● Houd het draadloze apparaat bij het oor aan de andere
zijde van het lichaam dan de zijde waar de medische
apparatuur zich bevindt, om de kans op storingen te
minimaliseren.
● Schakel het draadloze apparaat onmiddellijk uit als er
enige reden is om aan te nemen dat er storing optreedt.
● Lees en volg de aanwijzingen van de fabrikant van de
geïmplanteerde medische apparatuur.
Als u vragen hebt over het gebruik van het draadloze
apparaat met een geïmplanteerd medisch apparaat,
raadpleegt u een instelling voor gezondheidszorg.
Gehoorapparaten
Sommige digitale draadloze apparaten kunnen storingen
in bepaalde gehoorapparaten veroorzaken. Neem contact
op met uw serviceprovider als u last hebt van dergelijke
storingen.
Aanvullende veiligheidsinformatie
© 2007 Nokia. Alle rechten voorbehouden. 67