102847
10
Verklein
Vergroot
Pagina terug
1/140
Pagina verder
(
Nl
)
De Nikon gids voor digitale fotografie
met de
Nl
DIGITALE CAMERA
Gedrukt in België
Fuji Bldg., 2-3 Marunouchi 3-chome, TR5B01(1F)
Chiyoda-ku, Tokyo 100-8331, Japan 6MA0621F--
Niets uit deze uitgave mag worden overgenomen, in welke
vorm ook, volledig of gedeeltelijk, zonder de schriftelijke
toestemming van NIKON CORPORATION (met uitzonde-
ring van korte citaten in artikels of besprekingen).
Handelsmerk-informatie
Apple, het Apple logo, Macintosh, Mac OS, Power Macintosh, PowerBook en Quick
Time zijn gedeponeerde handelsmerken van Apple Computer, Inc. Finder, Power Mac,
iMac en iBook zijn handelsmerken van Apple Computer, Inc. Microsoft en Windows
zijn gedeponeerde handelsmerken van Microsoft Corporation. Internet is een handels-
merk van Digital Equipment Corporation. Adobe en Acrobat zijn gedeponeerde han-
delsmerken van Adobe Systems Inc. Het SD-logo is een handelsmerk van de SD Card
Association. PictBridge is een handelsmerk. D-Lighting-technologie is verstrekt door
Apical Limited. Gezichtprioriteit-AF technologie is verstrekt door Identix
®
. Alle andere
handelsnamen die in deze gebruikshandleiding worden genoemd of in andere docu-
mentatie die bij uw Nikon producten wordt geleverd, zijn gedeponeerde handelsmer-
ken van hun respectievelijke houders.
i
Opmerkingen/Voor uw veiligheid
Voor uw veiligheid
Om schade aan uw Nikon-product of letsel bij uzelf of anderen te voorkomen,
dient u de nu volgende veiligheidsvoorschriften goed door te lezen voordat u de
camera gaat gebruiken. Bewaar deze veiligheidsinstructies op een plaats waar alle
gebruikers ze kunnen vinden.
Als u de in dit hoofdstuk vermelde veiligheidsvoorschriften niet in acht neemt,
dan worden de mogelijke gevolgen hiervan door middel van het volgende sym-
bool weergegeven:
WAARSCHUWINGEN
Dit symbool staat bij waarschuwingen die u, om eventueel letsel te voorko-
men, moet lezen voordat u uw Nikon-product gaat gebruiken.
Schakel het apparaat bij storing
onmiddellijk uit
Indien er rook of een ongewone
geur uit het apparaat of de licht-
netadapter (apart verkrijgbaar)
komt, koppel de lichtnetadapter dan
los en verwijder de batterij onmid-
dellijk. Pas daarbij op dat u zich niet
brandt. Voortgaand gebruik kan lei-
den tot letsel. Nadat u de batterij
hebt verwijderd, dient u het appa-
raat door een door Nikon erkende
onderhoudsdienst te laten nakijken.
Gebruik het apparaat niet in de
buurt van ontvlambaar gas
Gebruik elektronische apparatuur
niet in de buurt van ontvlambaar
gas, aangezien dit kan leiden tot
ontploffingen of brand.
Wees voorzichtig met het pols-
koord
Doe het polskoord niet om de hals
van een baby of kind.
Demonteer het apparaat niet
Indien u de interne onderdelen van het
apparaat aanraakt, kan dit leiden tot let-
sel. Bij storing dient het apparaat alleen
door een daartoe bevoegde monteur te
worden gerepareerd. Mocht het pro-
duct openbarsten als gevolg van een val
of ander ongeluk, verwijder dan de bat-
terij en/of lichtnetadapter en laat het
apparaat door een door Nikon erkende
reparatiedienst nakijken.
Neem bij het gebruik van batterijen onder-
staande voorzorgsmaatregelen in acht
Batterijen kunnen lekken of ontploffen wan-
neer u ze verkeerd gebruikt. Neem de volgende
voorzorgsmaatregelen in acht bij het hanteren
van batterijen voor gebruik in dit product:
Zorg dat het product uit staat en dat
het camera-aan-lampje gedoofd is
voordat u de batterij vervangt. Zorg er
bij het gebruik van een lichtnetadap-
ter voor dat deze is losgekoppeld.
Gebruik twee oplaadbare Nikon EN-MH1
NiMH-batterijen, twee ZR6 (AA) nikkelman-
gaanbatterijen, LR6 (AA) alkalinebatterijen
of twee FR6/L91 (AA) lithiumbatterijen.
Gebruik geen andere batterijtypen. Gebruik
nooit twee verschillende batterijen tegelijk.
Probeer de batterij niet ondersteboven of
achterstevoren in de camera te plaatsen.
Sluit een batterij niet kort en
demonteer hem niet.
ii
Opmerkingen/Voor uw veiligheid
Stel de batterij niet bloot aan vuur
of overmatige hitte.
Dompel de batterij niet onder in water
en zorg dat hij niet nat kan worden.
Berg de batterij (tijdens vervoer) niet
op bij metalen voorwerpen zoals
halskettingen en haarspelden.
Volledig ontladen batterijen kun-
nen gaan lekken. Om schade aan
het product te voorkomen dient u
de batterijen als ze leeg zijn te
verwijderen.
Als de batterij niet wordt gebruikt,
maak dan het batterijdeksel dicht en
bewaar de batterij op een koele plaats.
Onmiddellijk na gebruik, of wan-
neer het product gedurende lan-
gere tijd op batterijvoeding is
gebruikt, kan de batterij heet zijn.
Zet daarom de camera eerst uit en
laat de batterijen afkoelen voordat
u ze uit de camera haalt.
Stop onmiddellijk met het gebruik
van de batterij als u een verande-
ring opmerkt, zoals verkleuring of
vervorming.
Gebruik de juiste kabels
Gebruik alleen de bijgeleverde kabels
of speciaal voor dit doel bij Nikon ver-
krijgbare kabels voor aansluiting op
in- en uitgaande contacten, om aan
de productvoorschriften te voldoen.
Buiten bereik van kinderen houden
Zorg ervoor dat kleine kinderen geen
batterijen of andere kleine onderdelen
in hun mond kunnen stoppen.
Geheugenkaarten verwijderen
Geheugenkaarten kunnen tijdens
gebruik heet worden. Wees daarom
voorzichtig wanneer u geheugen-
kaarten uit de camera verwijdert.
Cd-rom’s
De cd-rom’s waarop de software en
handleidingen staan dienen niet op
audio-cd-apparatuur te worden afge-
speeld. Het afspelen van cd-roms op
een audio-cd-speler kan leiden tot
gehoorverlies of schade aan de appa-
ratuur.
Wees voorzichtig met gebruik
van de flitser
Het gebruik van een flitser dichtbij
de ogen van personen kan tijdelijke
vermindering van het gezichtsver-
mogen veroorzaken. Bij foto’s van
kleine kinderen is extra voorzichtig-
heid geboden; blijf op meer dan
één meter afstand van het onder-
werp.
Voorkom aanraking met vloei-
baar kristal
Mocht de monitor breken, pas dan
op voor letsel veroorzaakt door
gebroken glas; voorkom dat het
vloeibare kristal uit de monitor in
aanraking komt met huid, ogen of
mond.
iii
Opmerkingen/Voor uw veiligheid
Waarschuwingen
Om lang plezier van uw Nikon-product te hebben is het belangrijk dat u bij op-
slag en gebruik de volgende voorzorgsmaatregelen in acht neemt:
Droog houden
Dit product zal defect raken indien
het wordt ondergedompeld in water
of aan hoge vochtigheid wordt
blootgesteld.
Wees voorzichtig bij het hante-
ren van het objectief en alle
bewegende onderdelen
Oefen geen kracht uit op het objectief
(plus objectiefschuif) en de deksels
van batterijruimte, geheugenkaart-
sleuf en aansluitingen. Deze onderde-
len zijn gemakkelijk te beschadigen.
Schakel de camera uit voordat u
de batterij verwijdert of de licht-
netadapter afkoppelt
Haal de stekker van de camera niet
uit het stopcontact en verwijder de
batterij niet terwijl de camera aan-
staat, of terwijl er beelden worden
opgeslagen of gewist. Onder deze
omstandigheden kan een stroom-
onderbreking leiden tot informatie-
verlies of beschadiging van de
interne schakelingen of het geheu-
gen. Om te voorkomen dat de
stroom per ongeluk wordt onder-
broken, dient u het product niet te
verplaatsen als de lichtnetadapter
aangesloten is.
Laat de camera niet vallen
Als de camera wordt blootgesteld
aan sterke schokken of trillingen, kan
dit product storingen vertonen.
Houd de camera uit de buurt
van sterke magnetische velden
U dient dit apparaat niet te gebrui-
ken of op te bergen in de buurt van
apparatuur die een sterke elektro-
magnetische straling of magnetische
velden produceert. Sterke statische
ladingen of de magnetische velden
die worden geproduceerd door bij-
voorbeeld zendapparatuur kunnen
storingen veroorzaken op de moni-
tor, informatie op de geheugenkaart
beschadigen, en de interne schake-
lingen van het product aantasten.
Vermijd plotselinge tempera-
tuurverschillen
Plotselinge temperatuurverschillen,
zoals die zich voordoen bij het bin-
nenkomen of verlaten van een ver-
warmd gebouw op een koude dag,
kunnen condensatie in de camera
veroorzaken. Om condensatie te
voorkomen dient u de camera in de
cameratas of een plastic zak te
plaatsen voordat u deze aan plotse-
linge temperatuurverschillen bloot-
stelt.
Richt de lens niet gedurende lan-
gere tijd op sterke lichtbronnen
Zorg er voor dat de lens niet gedu-
rende langere tijd is gericht op de
zon of andere sterke lichtbronnen -
niet tijdens gebruik en ook niet tij-
dens opslag van de camera. Intens
licht kan de CCD beeldsensor
beschadigen, hetgeen een witte
waas op opnamen geeft.
iv
Opmerkingen/Voor uw veiligheid
Opmerkingen
Voor de gehele of gedeeltelijke reproductie,
verzending, transcriptie, opslag in een geau-
tomatiseerd gegevensbestand, of vertaling in
welke taal dan ook, in welke vorm dan ook,
en met welke middelen dan ook van de bij
uw Nikon-product geleverde handleidingen
is de voorafgaande schriftelijke toestemming
van Nikon vereist.
Nikon behoudt zich het recht voor zonder
voorafgaande aankondiging de specificaties
van de hardware en software die in deze
gebruikshandleidingen worden beschreven
op elk gewenst moment te wijzigen.
Nikon is niet aansprakelijk voor schade
als gevolg van het gebruik van dit pro-
duct.
Nikon heeft alles in het werk gesteld
om te zorgen dat de informatie in
deze handleidingen juist en volledig is;
het wordt zeer op prijs gesteld als u de
Nikon-importeur op de hoogte brengt
van eventuele vergissingen of omis-
sies.
v
Opmerkingen/Voor uw veiligheid
Mededeling betreffende het verbod op kopiëren en reproduceren
Let er op dat alleen al het bezit van materiaal dat digitaal is gekopieerd of gereprodu-
ceerd door middel van een scanner, digitale camera of ander apparaat wettelijk straf-
baar kan zijn.
Voorwerpen die niet mogen wor-
den gekopieerd of gereproduceerd
Kopieer of reproduceer geen papier-
geld, munten, waardepapieren of
obligaties van de (plaatselijke) over-
heid, zelfs als dergelijke kopieën of
reproducties voorzien zijn van een
stempel "Voorbeeld" of "Specimen".
Het kopiëren of reproduceren van
papiergeld, munten of waardepa-
pieren die in het buitenland in circu-
latie zijn is verboden.
Tenzij vooraf toestemming is verleend
door de overheid, is het kopiëren of
reproduceren van ongebruikte, door
de overheid uitgegeven postzegels of
briefkaarten verboden.
Het kopiëren of reproduceren van
door de overheid uitgegeven zegels
of van gecertificeerde, door de wet
voorgeschreven documenten is ver-
boden.
Waarschuwingen m.b.t. bepaalde
kopieën en reproducties
De overheid heeft waarschuwingen uit-
gevaardigd met betrekking tot het kopië-
ren of reproduceren van waardepapieren
uitgegeven door commerciële instellin-
gen (aandelen, wissels, cheques, cadeau-
certificaten, etc.), reispassen, of coupons,
behalve wanneer het gaat om een mini-
maal benodigd aantal kopieën voor zake-
lijk gebruik door een bedrijf.
Eveneens niet toegestaan is het kopiëren
of reproduceren van door de overheid
uitgegeven paspoorten, vergunningen
afgegeven door overheidsinstanties en
andere instellingen, identiteitskaarten, en
kaartjes, zoals pasjes en maaltijdbonnen.
Auteursrechten
Het kopiëren of reproduceren van auteurs-
rechtelijk beschermde creatieve werken
zoals boeken, muziek, schilderijen, hout-
gravures, kaarten, tekeningen, films en
foto’s is verboden, behalve indien bestemd
voor privé-gebruik thuis of voor soortgelijk
beperkte en niet-commerciële doelein-
den. Gebruik dit product niet voor het
maken van illegale kopieën of voor het
schenden van het auteursrecht.
vi
Opmerkingen/Voor uw veiligheid
Voordat u belangrijke opnamen maakt
Voordat u foto’s neemt van belangrijke gebeurtenissen (zoals een huwelijk of
een reis) is het aan te raden testopnamen te maken om vast te stellen of de ca-
mera goed werkt. Nikon is niet aansprakelijk voor schade of gemiste opbrengs-
ten als gevolg van een defect aan de camera.
Gebruik uitsluitend elektronische accessoires van Nikon
Uw Nikon COOLPIX digitale camera is volgens de hoogste technologische stan-
daards ontwikkeld en bevat complexe elektronische circuits. Alleen elektronische
accessoires van het merk Nikon (inclusief batterijladers, batterijen en licht-
netadapters), die door Nikon speciaal zijn gecertificeerd voor gebruik met uw di-
gitale camera, zijn ontwikkeld om binnen de operationele en veiligheidseisen van
deze elektronische circuits te werken en zijn met het oog daarop getest en goed-
gekeurd.
H
ET GEBRUIK VAN ANDERE ELEKTRONISCHE ACCESSOIRES DAN DIE VAN NIKON KAN LEIDEN TOT
SCHADE
AAN UW CAMERA EN KAN AANSPRAKEN OP GARANTIE ONGELDIG MAKEN.
Neem voor meer informatie over originele Nikon-accessoires contact op met uw
handelaar of de importeur.
AF-hulpverlichting
De LED (light emitting diode) die gebruikt
wordt in de AF-hulpverlichting voldoet aan de
volgende IEC-norm:
Design Rule for Camera File System (DCF)
Uw camera voldoet aan de Design Rule for Camera File System (DCF), een stan-
daard die in de industrie van digitale camera’s veel wordt gebruikt om compati-
biliteit tussen verschillende soorten camera’s mogelijk te maken.
Exif versie 2.2
Uw camera ondersteunt Exif (Exchangeable Image File Format for Digital Still Ca-
meras) versie 2.2, een standaard waarmee gegevens die met foto’s zijn opgesla-
gen, kunnen worden gebruikt voor een optimale reproductie van kleuren
wanneer beelden worden afgedrukt op printers die compatibel zijn met Exif.
CLASS 1 LED PRODUCT
IEC60825-1 Edition 1.2
-2001
vii
Inhoudsopgave
Voor uw veiligheid .......................................................................................... i
Waarschuwingen ...........................................................................................iii
Opmerkingen ................................................................................................iv
Voordat u begint ........................................................................1
Inleiding ......................................................................................................... 1
Onderdelen van de camera............................................................................. 2
De monitor..................................................................................................... 4
De keuzeknop ................................................................................................ 6
Navigeren door de menu’s.............................................................................. 7
Help weergeven ............................................................................................. 7
Voorbereiding .............................................................................8
Batterijen plaatsen..........................................................................................8
Geheugenkaarten plaatsen........................................................................... 10
Batterijconditie controleren........................................................................... 12
Basisinstellingen ........................................................................................... 14
Foto’s maken—basistechniek ..................................................16
Stap 1 - De P (automatische) stand selecteren .......................................... 16
Stap 2 - Compositie maken .......................................................................... 18
Stap 3 - Scherpstellen en afdrukken.............................................................. 20
Stap 4 - De resultaten bekijken (schermvullende weergave) .......................... 22
Meer over foto’s maken...........................................................24
Wanneer er weinig licht is: Flitslicht gebruiken..............................................24
Zelf op de foto komen: De zelfontspanner gebruiken ................................... 26
Gemakkelijke close-ups: Macro close-up stand ............................................. 27
Assistentie- en onderwerpsstanden............................................................... 28
Compositie-assistentie.................................................................................. 29
e Onderwerpsstand ................................................................................. 35
Meer over weergave ................................................................48
Beelden met de camera bekijken .................................................................. 48
Spraakmemo’s: Opnemen en afspelen ..................................................... 50
Beelden op TV bekijken ................................................................................ 51
Beelden op de computer bekijken.................................................................52
Foto’s printen............................................................................................... 55
Printen via een directe USB-verbinding..........................................................59
Foto’s bewerken .......................................................................65
Beschikbare fotobewerkingen.......................................................................65
Foto’s uitsnijden: UITSNEDE.......................................................................... 66
De helderheid van een foto aanpassen: D-Lighting ....................................... 67
Een foto verkleinen: Kleine kopie.................................................................. 69
viii
Filmclips .....................................................................................70
W Filmclips opnemen .................................................................................. 70
Filmclips afspelen..........................................................................................76
Het opnamemenu .....................................................................77
Werken met het opnamemenu..................................................................... 77
Beeldkwaliteit/formaat.................................................................................. 79
Witbalans..................................................................................................... 81
+/- Correctie................................................................................................. 83
Continu........................................................................................................ 84
Best Shot Selector......................................................................................... 85
Kleuropties................................................................................................... 86
Het weergavemenu ..................................................................87
Werken met het weergavemenu................................................................... 87
Diashow....................................................................................................... 88
Wissen ......................................................................................................... 89
Beveiligen..................................................................................................... 91
Overspeelmarkering......................................................................................92
Kopiëren ...................................................................................................... 94
Het setup-menu ........................................................................96
Werken met het setup-menu........................................................................ 96
Welkomstscherm.......................................................................................... 97
Datum.......................................................................................................... 98
Monitorinstelling ........................................................................................ 100
Datum afdrukken ....................................................................................... 101
Geluid instellen........................................................................................... 103
Waarschuwing vaag ................................................................................... 104
Automatisch uit.......................................................................................... 105
Geheugen/kaart formatteren...................................................................... 106
Taal/Language ............................................................................................ 108
Interface..................................................................................................... 108
Auto-overdracht......................................................................................... 109
Standaardwaarden ..................................................................................... 109
Batterijtype................................................................................................. 111
Menu’s....................................................................................................... 112
Firmware versie ..........................................................................................112
Technische opmerkingen .......................................................113
Optionele accessoires .................................................................................113
Verzorging van uw camera.........................................................................114
Foutmeldingen ........................................................................................... 116
Problemen oplossen ................................................................................... 120
Specificaties................................................................................................ 123
Index.......................................................................................................... 125
1
Voordat u begint
Voordat u begint
Inleiding
Gefeliciteerd met de aanschaf van deze Nikon COOLPIX 7600 digitale camera.
Deze gebruikshandleiding is erop gericht u maximaal plezier te geven bij het ma-
ken van digitale opnamen met uw digitale Nikon-camera. Lees deze handleiding
goed door en zorg ervoor dat u deze bij het gebruik van de camera onder hand-
bereik hebt.
Om informatie gemakkelijker te vinden, worden de volgende symbolen gebruikt:
De afbeeldingen en schermteksten in deze handleiding kunnen verschillend zijn
van de afbeeldingen en schermteksten die op het display verschijnen.
Intern geheugen en SD-geheugenkaart
Deze camera maakt gebruik van zowel een intern geheugen als een SD-geheu-
genkaart om foto’s op te slaan. Als u een kaart in de camera plaatst, worden fo-
to’s automatisch opgeslagen op de kaart in plaats van in het interne geheugen.
Wilt u foto’s in het geheugen opslaan, bekijken, verwijderen of wilt u het geheu-
gen formatteren, verwijder dan eerst de geheugenkaart.
Permanente educatie
Nikon streeft ernaar gebruikers permanente educatie te bieden door continu productondersteu-
ning en productinformatie te verschaffen. Als onderdeel daarvan is online op de volgende sites al-
tijd de meest recente, bijgewerkte informatie beschikbaar.
• Voor gebruikers in de V.S.: http://www.nikonusa.com/
• Voor gebruikers in Europa: http://www.europe-nikon.com/support/
• Voor gebruikers in Az, Oceanië, het Midden-Oosten en Afrika:
http://www.nikon-asia.com/
Bezoek deze sites voor de laatste productinformatie, tips en antwoorden op veelgestelde
vragen (FAQ’s), en voor algemeen advies over digitale beeldweergave en fotografie. Raad-
pleeg voor meer informatie uw dichtstbijzijnde Nikon-vertegenwoordiger. Zie de URL hier-
onder voor de contactgegevens:
http://nikonimaging.com/
Dit pictogram staat bij waar-
schuwingen: informatie die u
moet lezen om schade aan
uw camera te voorkomen.
Dit pictogram staat bij tips:
aanvullende informatie die
van pas kan komen bij het
gebruik van uw camera.
Dit pictogram staat bij opmer-
kingen: informatie die u dient
te lezen voordat u uw camera
gebruikt.
Dit pictogram geeft aan dat
elders in deze handleiding of
in de Snelhandleiding meer
informatie beschikbaar is.
Q
2
Voordat u begint
Onderdelen van de camera
Ontspanknop (Q 20)
Camera-aan-lampje
(Q 12)
Ingebouwde
flitser (Q 24)
Zoeker (Q 18)
Zelfontspan-
ner-lampje
(Q 26)
rode-ogen-re-
ductie-lampje
(Q 24)
AF-hulpver-
lichting (Q vi,
25, 123)
Objectief (Q 18)
Hoofdschakelaar (Q 12)
Bevestiging van het polskoord
Deksel geheugen-
kaartsleuf (Q 10)
Oogje voor
polskoord
Microfoon (Q 50)
Deksel aansluiting
voor lichtnetadapter
3
Onderdelen van de camera
Voordat u begint
Zoom-knoppen (l/O ) (Q 18)
Groen (AF) lampje (Q 20)
Monitor
(Q 5, 18)
Deksel batterij-
ruimte (Q 8)
Keuzeknop (Q 6)
USB-aansluiting (
Q
53, 59)
Audio/Video (AV) uit (
Q
51)
Kapje aansluitingen
(Q 51, 53)
Statiefaansluiting (Q 25, 26)
u
Wisknop
(Q 22, 23)
Zoeker
(Q 18)
Multi-selector
(!/Y/&/V)
(Q 7)
x Afspeel-
knop (Q 22)
Ontgrendeling deksel
batterijruimte (Q 8)
Kapje aansluitingen
Rood (!) lampje
(Q 20)
Menu-knop (Q 77, 87)
Luidspreker
4
Voordat u begint
De monitor
Opnamen maken
Zie pagina 42 en 44 voor de monitoraanduidingen tijdens het opnemen en afspelen van
spraak.
1 Opnamestand . . . . . . . . . . . . . . 16 13 Resterend aantal opnamen/
lengte filmclip . . . . . . . . .16, 17, 70
2 AE-L
1
. . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 40
3 Scherpstelaanduiding
2
. . . . . . . . 20 14 Flitsstand. . . . . . . . . . . . . . . . . . .24
4 Zoomaanduiding
2
. . . . . . . . . . . 18 15 Elektronische VR . . . . . . . . . . . . . 75
5 Aanduiding batterijconditie
3
. . . 12 16 Beeldkwaliteit/formaat . . . . . . . . 79
6 Aanduiding intern geheugen/
geheugenkaart. . . . . . . . . . . . . . 16
17 Belichtingscorrectie . . . . . . . . . . . 83
18 Aanduiding
gevoeligheidsverhoging
6
. . . . . . . 25
7 Pictogram cameratrilling
4
. . . . . . 25
8 Pictogram "Datum niet
ingesteld"
5
. . . . . . . . . . . . . . . . 14
19 Continu-opnamestand . . . . . . . .84
20 Best Shot Selector (BSS). . . . . . . .85
9 Tijdzone. . . . . . . . . . . . . . . . . . . 99 21 Witbalans . . . . . . . . . . . . . . . . . . 81
10 Zelfontspanneraanduiding . . . . . 26 22 Kleuropties . . . . . . . . . . . . . . . . . 86
11 Aanduiding datum in beeld . . . 101 23 Macro close-up stand . . . . . . . . .27
12 Dagenteller/
opgeslagen datumnummer . . . 102
1
2
3
Verschijnt wanneer foto’s worden gemaakt
met Panorama Assist.
Verschijnt wanneer zoomknoppen worden
ingedrukt.
Verschijnt wanneer de batterijen bijna leeg
zijn.
4
5
6
Verschijnt bij lange sluitertijden als waarschu-
wing dat de beelden door beweging
onscherp kunnen worden.
Verschijnt wanneer de cameraklok nog niet is
ingesteld.
Geeft aan dat de camera automatisch de
gevoeligheid heeft aangepast.
AE-L
AE-L
999
999
AUTO
AUTO
7M
7M
+1.0
+1.0
BW
BW
10
10
1
3
4
20
5
12
1314
8
11
6
7
9
16 15
23
22
17
21
18
10
2
19
5
De monitor
Voordat u begint
Weergave
Monitorinstellingen
Om op de monitor aanduidingen te verbergen of weer te geven, selecteert u Foto-informatie
in het menu MONITORINSTELLING (Q 100).
De monitor gaat uit wanneer de flitser bezig is met opladen (Q 20).
7
7
1 Huidige map . . . . . . . . . . . . . . . 23 10
Aanduiding filmclipweergave . . . . 76
2 Bestandsnummer en-type. . . . . . 23 11 D-Lighting pictogram . . . . . . . . . 68
3 Aanduiding intern geheugen/
geheugenkaart. . . . . . . . . . . . . . 16
12 Spraakmemo-pictogram. . . . . . . 50
13 Beeldkwaliteit/formaat . . . . . . . . 79
4 Aanduiding batterijconditie
1
. . . 12 14 Filmclipaanduiding . . . . . . . . . . . 76
5 D-Lighting . . . . . . . . . . . . . . . . . 68 15 Beveiligingspictogram . . . . . . . . 91
6 Volume-aanduiding . . . . . . . . . . 76 16 Pictogram printopdracht . . . . . . 55
7
Opnemen van spraakmemo
s
. . . 50 17 Overspeelpictogram . . . . . . . . . . 92
8
Weergeven van spraakmemo’s
. . 50 18 Tijd van opname . . . . . . . . . .14-15
9 Huidig opnamenummer/totaal aantal
opnamen/lengte filmclip. . . . 23, 76
19 Datum van opname . . . . . . . .14-15
1 Verschijnt wanneer de batterijen bijna leeg zijn.
7
7
AUTO
AUTO
7M
7M
De monitor geeft alleen
het live-beeld weer
De monitor staat uit
De monitor geeft de
huidige instellingen en
het live-beeld weer
6
Voordat u begint
De keuzeknop
Met de keuzeknop kunt u een keuze maken uit zeven opnamestanden en de set-
up-stand. Kies een opnamestand op basis van de opname-omstandigheden.
Om een stand te selecteren, zet u het betreffende picto-
gram tegenover de markering "W" naast de keuzeknop.
e Onderwerpsstanden
(Q 28, 35)
Kies uit elf "onderwerpsstanden",
geschikt voor verschillende onder-
werpen of opnameomstandighe-
den en laat alles verder aan de
camera over. Met de optie @
SPRAAKOPNAME kunt u boven-
dien geluiden opnemen of opge-
nomen geluiden afspelen.
i Portret-assistentie
N Landschap-assistentie
j Sport-assistentie
m Nachtportret-assistentie
Gebruik de compositie-assistentie
om voor deze vier omstandigheden
composities te maken (
Q
28-34).
P Automatisch (Q 16)
Kies deze stand om foto’s te maken. U
kunt een keuze maken uit zes opnameme-
nu’s om het gewenste effect te bereiken.
W Film (Q 70-76)
Maak films met geluid.
Kies uit vijf verschillende soorten
films.
f Set-up (Q 96)
Kies deze stand om het menu SET-UP
op te roepen, waarin u instellingen
kunt regelen zoals die van de came-
raklok en de helderheid van de moni-
tor.
7
Voordat u begint
Navigeren door de menu’s
Met de multi-selector navigeert u door de cameramenu’s.
Op de COOLPIX 7600 wordt op de monitor uitleg gegeven
over de standen en menu's van de camera.
Wanneer u op de O (T) knop drukt wanneer het assistentie-
menu (Q 29) of onderwerpsstandenmenu (Q 35) wordt
weergegeven, wordt er hulp weergegeven voor de geselec-
teerde assistentie of het geselecteerde onderwerp.
Wanneer u op de O (T) knop drukt wanneer het OPNAME-
MENU (Q 77), het menu FILM (Q 70), het WEERGAVEME-
NU (Q 87) of het menu SET-UP (Q 96) wordt weergegeven,
wordt er hulp weergegeven voor de geselecteerde optie.
Wanneer u op I drukt terwijl de help wordt weergegeven,
wordt de functie uitgevoerd.
Cursor omhoog
verplaatsen
Annuleren en terugkeren naar
het vorige menu of cursor naar
links verplaatsen
Cursor omlaag ver-
plaatsen
Submenu oproepen, cur-
sor naar rechts verplaat-
sen of keuze maken.
Op de middelste knop
drukken (
I
) om uw
keuze te maken
Help weergeven
Gebruiken voor
portretfoto's en
voor het creëren van zachte
effecten.
Beeld kwal/form
Terug
Terug
Sluit
Sluit
Ingestld
Ingestld
PORTRET
PORTRET
Kwaliteit en
formaat van foto
instellen.
Terug
Te ru g
Sluit
Sluit
Ingestld
Ingestld
8
Voorbereiding
Voorbereiding
Batterijen plaatsen
Open het deksel van de batterijruimte
Verschuif de ontgrendeling van het deksel van
de batterijruimte in de aangegeven richting (
c
),
trek het deksel naar buiten (
d
) en klap het open
(
e
).
Plaats de batterijen
Plaats de batterijen zoals afgebeeld aan de
binnenzijde van de batterijruimte.
Sluit het deksel van de batterijruimte
Sluit het deksel van de batterijruimte (c) en
verschuif dit totdat het deksel vastklikt (d). Let
er op dat het deksel goed wordt vergrendeld.
Uw camera werkt met:
LR6 (AA) alkalinebatterijen (×2), of
Oplaadbare Nikon EN-MH1 nikkel-metaalhydride batterijen (NiMH) (×2), of
ZR6 (AA) nikkelmangaanbatterijen (×2), of
FR6/L91 (AA) lithiumbatterijen (×2)
*Gebruik nooit twee verschillende batterijen tegelijk.
[BELANGRIJK] Batterijtype
Om de prestatie van de batterij te verbeteren, dient u in het menu SET-UP te selecteren welk type
batterij momenteel in de camera is geplaatst. De standaardinstelling is het type van de batterijen
die samen met de camera zijn geleverd. Als batterijen van een ander type worden gebruikt, zet de
camera dan aan en verander de instelling (Q 111).
1
AA-batterijen
2
3
9
Batterijen plaatsen
Voorbereiding
Batterijen vervangen
Zet de camera uit en verzeker u ervan dat het camera-aan-lampje gedoofd is voordat u de batte-
rijen plaatst of vervangt.
Lees de batterijwaarschuwingen
Lees alle waarschuwingen en instructies die door de batterijfabrikant worden meegele-
verd, en volg ze op.
Beschadigde batterijen
De volgende batterijen kunnen niet worden gebruikt:
• Batterijen met beschadigde of losrakende isolatie. Gebruik
van batterijen met beschadigde isolatie kan soms resulte-
ren in lekkage, oververhitting of openbarsten. Door fabri-
cagefouten kunnen ook nieuwe batterijen soms een
gebrekkige isolatie hebben.
• Batterijen met isolatie die alleen de zijkanten van de batte-
rijen bedekt en niet het gedeelte rond de negatieve pool.
Batterijen met een vlakke negatieve pool. Gebruik zulke
batterijen niet, ook niet als de isolatie het gebied rond de
negatieve pool adequaat afdekt.
Alkalinebatterijen
De prestatie van alkalinebatterijen kan sterk verschillen al naargelang het merk. Kies een betrouw-
baar merk.
EN-MH1 batterijen
Laad EN-MH1 batterijen op met een MH-71 lader voordat u ze voor het eerst gaat gebruiken. Laad
batterijen altijd in vaste paren op – laad batterijen nooit apart op, en gebruik nooit batterijen met
een verschillende ladingsgraad door elkaar. EN-MH1 batterijen kunnen kort na aankoop of na lan-
ge tijd niet te zijn gebruikt snel ontladen. Dat is normaal, en de batterijen zullen nadat ze een aantal
malen opnieuw zijn gebruikt en herladen beter in staat zijn hun lading vast te houden. Kijk voor
meer informatie over het opladen van oplaadbare batterijen in de documentatie van de MH-71.
Alternatieve voeding
Wilt u de camera voor langere perioden achtereen van stroom voorzien, gebruik dan de EH-62B
lichtnetadapter (Q 113). Maak onder geen voorwaarde gebruik van een ander merk of
model lichtnetadapter. Het niet opvolgen van deze instructies kan leiden tot oververhitting of
tot schade aan de camera.
10
Voorbereiding
Geheugenkaarten plaatsen
Beelden of geluiden kunnen in het interne geheugen van de camera (ongeveer
14 MB) of op Secure Digital (SD) geheugenkaart worden opgeslagen. Wanneer
er geen geheugenkaart in de camera is geplaatst, worden beelden of geluiden in
het geheugen opgeslagen. Wanneer de camera een geheugenkaart bevat, wor-
den ze automatisch op de kaart opgeslagen.
Controleer of de camera uit staat
Het camera-aan-lampje moet uit zijn.
Open het deksel van de geheugen-
kaartsleuf
Plaats de geheugenkaart
• Plaats de geheugenkaart in de richting van de pijl
zoals aangegeven. Steek de geheugenkaart
recht naar binnen zonder deze te verbuigen.
Geheugenkaarten plaatsen
Plaats de kaart met de contactpunten naar voren ge-
richt.
Als u de kaart ondersteboven of achterstevoren in de
camera plaatst, kan de camera of kaart beschadigd
raken.
Sluit het deksel van de geheugen-
kaartsleuf
1
2
Voorzijde
Hoe u de
kaart moet
vasthouden
Contact-
punten
3
4
11
Geheugenkaarten plaatsen
Voorbereiding
Geheugenkaarten formatteren
Geheugenkaarten moeten worden geformatteerd voordat u ze gaat gebruiken. Kijk voor in-
formatie over het formatteren van geheugenkaarten onder "Het setup-menu: Geheugen/
kaart formatteren" (Q 106, 107).
Geheugenkaarten verwijderen
Als u geheugenkaarten verwijdert wanneer de camera uit
staat, kan er geen informatie verloren gaan. Om een ge-
heugenkaart te verwijderen, zet u de camera uit en con-
troleert u of het camera-aan-lampje uit staat. Open het
deksel van de geheugenkaartsleuf niet wanneer het
camera-aan-lampje brandt. Open het deksel van de ge-
heugenkaartsleuf en druk op de geheugenkaart om deze
gedeeltelijk uit te werpen. De kaart kan vervolgens met de
hand uit de camera worden genomen.
Geheugenkaarten
• Gebruik uitsluitend Secure Digital (SD) geheugenkaarten.
• Niet demonteren of modificeren.
• Niet laten vallen, buigen, aan water of aan harde fysieke schokken blootstellen.
• De metalen contactpunten niet met uw vingers of metalen voorwerpen aanraken.
• Geen labels of stickers op de geheugenkaart plakken.
• Niet aan overmatige hitte blootstellen zoals in direct zonlicht in een gesloten auto.
• Niet blootstellen aan hoge vochtigheidsniveaus of corrosief gas.
Het schrijfbeveiligingsschuifje
SD-kaarten zijn uitgerust met een schrijfbeveiligingsschuifje om te voorkomen dat u abusie-
velijk gegevens kwijtraakt. Wanneer dit schuifje in de vergrendelde stand staat, kunnen
geen beelden of geluiden worden opgenomen, verwijderd of bewerkt, en kan de kaart niet
worden geformatteerd. Vergrendel de kaart niet tijdens het opnemen, verwijderen of be-
werken van beelden of geluiden.
Schrijfbeveiligingsschuifje
Wanneer de kaart is vergrendeld, kunnen
beelden of geluiden wel met de knop I
(V) van de camera worden afge-
speeld, maar niet worden opgenomen,
verwijderd, bewerkt of overgespeeld.
12
Voorbereiding
Batterijconditie controleren
Zet de camera aan
Druk op de hoofdschakelaar. Het camera-aan-
lampje gaat branden. Draai de keuzeknop
naar een andere stand dan f.
Controleer de batterijconditie op de
monitor
Wanneer de camera voor de eerste keer wordt
aangezet, verschijnt een taalkeuzescherm. Kies
de gewenste taal en druk op
I
(het midden
van de multi-selector). Zie "Voorbereiding: Ba-
sisinstellingen" (
Q
14).
• Voordat u de batterijconditie controleert, dient
u in het menu SET-UP bij Batterijtype de juiste
optie te selecteren (Q 111).
Het rode (!) en groene (AF) lampje knipperen wan-
neer de waarschuwing "BATTERIJ BIJNA LEEG" ver-
schijnt.
De x knop
De camera kan ook worden ingeschakeld door de x knop een seconde lang in te drukken.
De laatst gemaakte opname verschijnt dan op de monitor (Q 22).
Melding Omschrijving
GEEN
PICTOGRAM
Batterijen volledig geladen.
X Batterij bijna leeg.
LET OP!
BATTERIJ
BIJNA LEEG
Batterijen leeg. Vervangen door
volle batterijen.
1
7
AUTO
7M
2
13
Batterijconditie controleren
Voorbereiding
De camera uitschakelen
Wilt u de camera uitschakelen, druk dan op de hoofdschakelaar terwijl het camera-aan-
lampje brandt. U mag de batterijen pas verwijderen of de EH-62B lichtnetadapter pas los-
koppelen als het camera-aan-lampje uit is.
Het camera-aan-lampje
Automatische uitschakeling (standby-stand)
Als één minuut lang (standaardinstelling) geen handelingen worden verricht, schakelt de
monitor zichzelf automatisch uit en komt de camera in de standby-stand om stroom te be-
sparen. Wanneer de camera in de standby-stand staat, knippert het camera-aan-lampje. Zijn
er drie minuten nadat de camera in de standby-stand ging, geen handelingen uitgevoerd,
dan wordt de camera automatisch uitgeschakeld en dooft het camera-aan-lampje. De ca-
mera wordt weer geactiveerd wanneer u:
Op de hoofdschakelaar drukt
De ontspanknop half indrukt
• Op de x knop drukt om de laatst gemaakte opname te bekijken
• Op de ^ drukt om voor de huidige stand het menu op te roepen
• Aan de keuzeknop draait om een andere stand te kiezen
De periode voordat de camera in de standby-stand gaat, kan worden ingesteld via de optie
Automatisch uit in het menu SET-UP (Q 105). Als er echter een menu of het menu SET-
UP wordt weergegeven, schakelt de monitor zichzelf na drie minuten uit, en wanneer er in
een non-stop diashow foto’s worden weergegeven (Q 88) of wanneer de camera door een
lichtnetadapter wordt gevoed, dan schakelt de monitor zichzelf na dertig minuten uit.
Slaapstand
Als u de slaapstand inschakelt, komt de camera in de standby-stand wanneer er in de hel-
derheid van het onderwerp geen verandering optreedt, ook voordat de tijd verstreken is die
in het menu AUTOMATISCH UIT is ingesteld (Q 105).
Het camera-aan-lampje: De camera staat:
Is aan Aan
Knippert In de standby-stand
Is uit Uit
14
Voorbereiding
Basisinstellingen
De eerste keer dat de camera wordt aangezet verschijnt het taalselectievenster op de
monitor. Volg onderstaande stappen om een taal te kiezen en tijd en datum in te stellen.
De klokbatterij
Wanneer de batterijen in de camera zitten of de camera op een lichtnetadapter is aangeslo-
ten, laadt de klokbatterij zich in ongeveer tien uur op. Wanneer de klokbatterij volledig ge-
laden is, kan deze een aantal dagen voor backup-voeding zorgen.
Markeer Ja en druk op I.
Het menu TIJDZONE verschijnt.
Toon kaart met tijdzones.
Wilt u zomertijd in- of uitschakelen, druk dan de multi-selector omlaag om
Zomertijd
te
markeren en druk op
I
. Is
Zomertijd
geactiveerd, dan wordt de tijd automatisch een uur
vooruitgezet (
Q
99). Wilt u terugkeren naar stap 3, druk dan de multi-selector omhoog om
de huidige tijdzone te markeren.
1
Ingestld
Annuleren
2
Nee
Ja
Tijd/datum instellen?
Tijd/datum instellen?
DATUM
DATUM
Ingestld
Ingestld
3
London, Casablanca
OK
Zomertijd
TIJDZONE
TIJDZONE
Ingestld
Ingestld
Selecteer Deutsch (Duits), English (En-
gels), Español (Spaans), Français
(Frans), Italiano (Italiaans), Nederlands,
(Russisch), Svenska (Zweeds),
(Japans), (Vereenvou-
digd Chinees), (Traditioneel
Chinees) of (Koreaans) en druk op
I (het midden van de multi-selector).
Selecteer
Nee
om de stand te verlaten die
momenteel met de keuzeknop is geselec-
teerd. Als u afsluit zonder de tijd en da-
tum in te stellen, dan gaat op de monito
r
het pictogram
Z
"datum niet ingesteld"
knipperen wanneer de camera in de op-
namestand staat en krijgen alle beelden
het tijdstempel "0000.00.00 00:00" (fo-
to’s) of "2005.01.01 00:00" (films).
4
Ingestld
Terug
EIGEN TIJDZONE
London, Casablanca
15
Basisinstellingen
Voorbereiding
De klok instellen met PictureProject (alleen Windows XP/Mac OS X)
Als de camera aangesloten is terwijl de USB optie is ingesteld op PTP (Q 52), kan PictureProject (meege-
leverd) worden gebruikt om de cameraklok op dezelfde datum en tijd in te stellen als die van de computer.
Raadpleeg de PictureProject naslaggids voor meer informatie.
Selecteer uw tijdzone.
Stel
D
ag in (volgorde van
D
ag,
M
aand en
J
aar kan in sommige regio’s afwijken).
Markeer D M J.
Open het menu DATUM.
Selecteer
M
aand. Herhaal stappen 7-8 om
M
aand,
J
aar, uur en minuut in te stellen.
Kies de volgorde waarin Dag, Maand
en Jaar moeten verschijnen.
Ga terug naar de stand die met de keu-
zeknop werd gekozen. Denk er aan dat
de tijd en datum van opname niet op de
foto’s wordt geprint tenzij Datum of
Datum en tijd is geselecteerd bij de
optie Datum afdrukken (Q 101).
5
Ingestld
Terug
EIGEN TIJDZONE
Madrid,Paris,Berlin
7
0
0 : 0
0
DATUM
0
1.
2005
0
1
JMD
9
1
3 : 0
0
Ingestld
DATUM
0
8.
2005
0
1.
JMD
7
AUTO
7M
11
0
0 : 0
0
DATUM
0
1.
2005
0
1
JMD
6
8
0
0 : 0
0
DATUM
0
8
2005
0
1
JMD
10
1
3 : 0
0
Ingestld
DATUM
0
1.
2005
0
8.
JDM
16
Foto’s maken—basistechniek
Foto’s maken—basistechniek
Stap 1 - De P stand selecteren
Dit hoofdstuk behandelt de basishandelingen voor het maken van foto’s in de
P
(automatische) stand. In de automatische stand (voor simpelweg richten en afdruk-
ken) wordt het merendeel van de camera-instellingen automatisch afgestemd op
de omstandigheden, wat in de meeste situaties optimale resultaten geeft.
Draai de keuzeknop naar P
Zet de camera aan
Het camera-aan-lampje gaat branden en op de
monitor verschijnt een welkomstscherm (
Q
97).
De camera is gereed voor het maken van een
foto wanneer op de monitor het live-beeld te
zien is dat door het objectief wordt gevormd.
1
2
7
7
AUTO
AUTO
7M
7M
Beeldkwaliteit/formaat
Kies uit zes opties, afhankelijk van
hoe u van plan bent de foto te ge-
bruiken (Q
79
). De standaardin-
stelling is Q.
Opnamestand/onderwerpsstand
P geeft aan dat de camera in de
automatische stand staat.
Flitsstand
Maak een keuze uit vijf standen,
afhankelijk van de lichtomstandig-
heden en uw creatieve bedoelin-
gen (
Q
24). De standaardinstelling
is
!#
(automatisch).
Resterend aantal opnamen
Het aantal foto’s dat kan worden opgeslagen
hangt af van de capaciteit van het geheugen of
de geheugenkaart en de optie die is gekozen
voor
Beeld kwal/form
(
Q
79
).
Geheugen/geheugenkaart
Wanneer de camera een geheugen-
kaart bevat, wordt
/
weergegeven,
en als er geen kaart in de camera aan-
wezig is, dan wordt
}
weergegeven.
17
Stap 1 - De P stand selecteren
Foto’s maken—basistechniek
Resterend aantal opnamen
Is het resterend aantal opnamen gelijk aan nul, dan verschijnt de boodschap "GEEN GEHEU-
GEN MEER" op de monitor. U kunt pas weer foto’s maken nadat u:
• een lagere instelling kiest voor Beeldkwaliteit/formaat (Q
79
)
• een nieuwe geheugenkaart plaatst (Q 10)
• een aantal foto’s verwijdert (Q 22-23, 89-90)
Opnamemenu
Wanneer u op de knop ^ in P de automatische stand drukt, wordt het OPNAMEMENU
(Q 77) weergegeven. In het OPNAMEMENU zijn de volgende opties voor uw opnamen be-
schikbaar: Beeld kwal/form (Q 79), Witbalans (Q 81), +/- Correctie (Q 83), Continu
(Q 84), BSS (Q 85) en Kleuropties (Q 86).
18
Foto’s maken—basistechniek
Stap 2 - Compositie maken
Maak de camera gereed
Houd de camera rustig en stevig met twee han-
den vast. De compositie van de foto kan worden
gemaakt in de monitor of de zoeker.
Bepaal de compositie voor uw onderwerp
Uw digitale Nikon-camera is uitgerust met twee
soorten zoom: optische zoom, waarmee het uit-
schuivende objectief van de camera wordt gebruikt
om het onderwerp maximaal 3× te vergroten, en di-
gitale zoom, waarbij digitale beeldbewerking wordt
gebruikt om het beeld te vergroten tot maximaal 4×,
waardoor een totaal zoombereik ontstaat van 12×.
Gebruik de zoomknoppen om uw onderwerp in het
midden van de monitor uit te kaderen:
Druk op de l (W) knop om uit te zoomen,
waardoor u meer overzicht krijgt.
Druk op de O (T) knop om in te zoomen op
uw onderwerp, zodat het onderwerp een gro-
ter deel van het beeld vult.
Is de camera ingezoomd tot de maximale vergro-
ting, dan start u de digitale zoom door de knop
O
(
T
) ongeveer twee seconden lang in te drukken. De
zoomaanduiding wordt geel, en het groene (AF)
lampje naast de zoeker gaat knipperen. Gebruik de
O
(
T
) en
l
(
W
) knoppen om de zoom in het digi-
tale zoombereik in te stellen. Wilt u de digitale
zoom annuleren, druk dan op
l
(
W
) totdat de
zoomaanduiding wit wordt.
1
Dek de opname niet af
Om donkere of gedeeltelijk verduisterde foto’s te
voorkomen, dient u uw vingers en andere objec-
ten weg te houden van het objectief, het flitsven-
ster en de microfoon.
7
AUTO
7M
7
AUTO
7M
Uitzoomen Inzoomen
De aanduiding op de monitor geeft
de zoomfactor aan wanneer een van
de twee knoppen wordt ingedrukt.
Digitale zoom
2
19
Stap 2 - Compositie maken
Foto’s maken—basistechniek
Digitale zoom
Bij digitale zoom wordt beeldinformatie van de beeldsensor van de camera digitaal bewerkt,
waardoor het centrale deel van het beeld wordt vergroot tot het beeldvullend is. In tegen-
stelling tot optische zoom, worden bij digitale zoom de details in de foto niet duidelijker. In
plaats daarvan worden details die bij maximale optische zoom zichtbaar zijn simpelweg ver-
groot, zodat een ietwat korrelig beeld ontstaat. Het effect van digitale zoom is niet zichtbaar
in de zoeker; gebruik dus voor digitale zoom de monitor bij het bepalen van de compositie.
Digitale zoom is niet beschikbaar wanneer de monitor uit staat of wanneer Multi-shot 16
is geselecteerd in het menu CONTINU (Q 84).
Wanneer er weinig licht is
Wanneer er weinig licht is wordt de gevoeligheid verhoogd; het beeld op de monitor kan
enigszins korrelig worden. Dat is normaal en wijst niet op een fout.
Monitor of Zoeker?
Gebruik de monitor om in één oogopslag de camera-instellingen te controleren en tegelij-
kertijd te bekijken hoe de uiteindelijke foto er uit gaat zien. Dit is vooral belangrijk wanneer
het beeld door de zoeker niet precies overeenkomt met de uiteindelijke foto, bijvoorbeeld
wanneer:
• uw onderwerp zich minder dan 1 meter van de camera bevindt
• u digitale zoom gebruikt
Gebruik de zoeker wanneer u stroom wilt besparen door de monitor uit te schakelen (Q 5),
of wanneer fel omgevingslicht het moeilijk maakt het beeld op de monitor te bekijken.
20
Foto’s maken—basistechniek
Stap 3 - Scherpstellen en afdrukken
Stel scherp
Druk de ontspanknop half in
om de scherpstelling
en belichting te vergrendelen. In de
P
stand zal
de camera automatisch scherpstellen op wat zich
in het midden van het beeld bevindt. Scherpstel-
ling en belichting blijven vergrendeld zolang de
ontspanknop half ingedrukt wordt gehouden.
Houd de ontspanknop half ingedrukt en contro-
leer scherpstelling en flits. Scherpstelling wordt
aangegeven met het groene AF (autofocus) lamp-
je naast de zoeker en door de scherpstelaandui-
ding. De flitsstatus wordt aangegeven door het
rode
!
(flitser gereed) lampje naast de zoeker.
De monitor gaat uit wanneer de flitser bezig
is met opladen.
Maak de foto
Druk de ontspanknop geheel in
om de foto te
maken. Het sluitergeluid klinkt wanneer de ont-
spanknop wordt ingedrukt (standaardinstelling
Q
103). Om bewegingsonscherpte te vermijden,
moet de ontspanknop rustig worden ingedrukt.
U kunt ervoor kiezen om de cameratrillingswaar-
schuwing al dan niet weer te laten geven (
Q
25).
Aan
Er wordt geflitst wanneer de foto
wordt genomen.
Knip-
pert
De flitser laadt zich op. Wacht
totdat het lampje blijft branden.
Uit Flitser uit of niet nodig.
Aan Scherpstelling in orde.
Knip-
pert
De camera kan niet scherpstellen
op het onderwerp in het midden
van het beeld. Gebruik de scherp-
stelvergrendeling om op een ander
onderwerp op dezelfde afstand in
te stellen, kies opnieuw de compo-
sitie en druk af.
7
7
AUTO
AUTO
7M
7M
AF
AF
Rood (!) lampje
Groen (AF) lampje
Scherpstelaanduiding
1
Rood (
!
) lampje
Groen (AF) lampje/
scherpstelaanduiding
2
21
Stap 3 - Scherpstellen en afdrukken
Foto’s maken—basistechniek
Tijdens de opname
Terwijl foto’s in het geheugen of op de geheugenkaart worden opgenomen, knippert het
groene (AF) lampje, en brandt het < pictogram of knippert de }// geheugenpictogram.
U kunt doorgaan met het maken van foto’s totdat het < pictogram verschijnt. Terwijl de
foto wordt opgenomen mag u de camera niet uitzetten, de geheugenkaart niet
verwijderen en de voeding niet verwijderen/afkoppelen. Onder deze omstandighe-
den kan een stroomonderbreking of verwijdering van de geheugenkaart leiden tot informa-
tieverlies of beschadiging van de camera of de kaart.
Goede resultaten met autofocus
Autofocus werkt het beste wanneer er een contrast is in het onderwerp en wanneer het onder-
werp gelijkmatig wordt verlicht. De autofocus kan mogelijk niet optimaal presteren wanneer het
onderwerp erg donker is of snel beweegt, als er objecten van sterk verschillende helderheid in
beeld zijn (bijvoorbeeld wanneer iemand de zon achter zich heeft waardoor zijn gezicht in de scha-
duw wegvalt), of wanneer er verschillende onderwerpen op verschillende afstanden van de came-
ra zijn (bijvoorbeeld een dier in een kooi, door de tralies heen gefotografeerd).
Scherpstellen op onderwerpen buiten het beeldmidden: Scherpstelvergrendeling
Bevindt uw onderwerp zich niet in het midden van het beeld wanneer de ontspanknop half wordt inge-
drukt, dan kan uw foto onscherp worden. Zo stelt u scherp op een onderwerp buiten het beeldmidden:
n Stel scherp
Plaats het onderwerp in het midden van het beeld
en druk de ontspanknop half in.
o Controleer het groene (AF) lampje en de
scherpstelaanduiding
Houd de ontspanknop half ingedrukt en controleer
of het groene (AF) lampje naast de zoeker continu
brandt, en of de scherpstelaanduiding continu
zichtbaar is, wat erop duidt dat de scherpstelling in
orde is. De scherpstelling en belichting blijven ver-
grendeld zolang de ontspanknop half ingedrukt
wordt gehouden.
p Bepaal de definitieve compositie
Houd de ontspanknop half ingedrukt en bepaal de
definitieve compositie. Verander de afstand tussen
camera en onderwerp niet zolang de scherpstelling
vergrendeld is. Verandert de afstand tot het onder-
werp, laat dan de ontspanknop los en vergrendel
de scherpstelling op de nieuwe afstand.
q Maak de foto
Druk de ontspanknop geheel in om de foto te maken.
7
7
7M
7M
AUTO
AUTO
7
7
7M
7M
AUTO
AUTO
AF
AF
22
Foto’s maken—basistechniek
Stap 4 - De resultaten bekijken (schermvullende weergave)
Druk op de x knop
Bekijk de foto’s op de monitor
Om meer foto’s te zien dient u de multi-selector
omlaag of naar rechts te duwen om de foto’s in
de opgenomen volgorde te zien, omhoog of
naar links voor de omgekeerde volgorde. Om
snel naar een bepaald beeldnummer te gaan
zonder de tussenliggende foto’s te bekijken,
dient u de multi-selector in te drukken en inge-
drukt te houden. O : @ (spraakmemo opne-
men) wordt weergegeven.
Om de schermvullende weergave te beëindigen
en terug te keren naar de opnamestand, drukt
u opnieuw op de x knop.
Ongewenste foto’s wissen
Wilt u het beeld wissen dat op de monitor te zien
is, druk dan op de u knop. Er verschijnt een beves-
tigingsscherm. Druk de multi-selector omhoog of
omlaag om Ja te markeren en druk vervolgens op
I (het midden van de multi-selector). Wilt u het
scherm verlaten zonder de foto te wissen, markeer
dan Nee en druk op I (het midden van de multi-
selector).
1
2005
.
08
.
01
2005
.
08
.
01
13:
00
13:
00
100NIKON
100NIKON
0001.
JPG
0001.
JPG
1
1
1
1
7M
7M
Wis 1 beeld(en)?
:
Ingestld
:
Ingestld
Ja
Nee
Gereed
2
23
Stap 4 - De resultaten bekijken (schermvullende weergave)
Foto’s maken—basistechniek
Uw laatst gemaakte opname wissen
Op elk gewenst moment kunt u tijdens het opnemen op de u knop druk-
ken om de laatst gemaakte opname te wissen. Het rechts weergegeven
dialoogvenster verschijnt. Wis de opname als beschreven onder "Onge-
wenste foto’s wissen".
Beeldbestands- en mapnamen
De bestandsnaam van beelden en spraakopnamen in het geheugen en op de geheugen-
kaart bestaat uit drie delen: een vierletterige identificator, een viercijferig bestandsnummer
dat automatisch door de camera wordt toegekend (oplopend volgnummer), en een drielet-
terige extensie (bijv. "DSCN0001.JPG").
Wanneer een opname wordt bekeken op de monitor, verschijnen het bestandsnummer en de
extensie in de rechterbovenhoek van het scherm. De identificator wordt niet getoond, maar
deze is zichtbaar wanneer de opname wordt overgespeeld naar de computer.
Beeld- en spraakopnamen worden opgeslagen in mappen die de camera automatisch maakt.
Mapnamen bestaan uit een driecijferig volgnummer, gevolg door "NIKON" (bv. "100NIKON")
of "SOUND" (bv. "101SOUND"). Een map kan ten hoogste 200 foto’s bevatten; maakt u een
foto terwijl de huidige map 200 foto’s bevat, dan wordt er een nieuwe map aangemaakt,
waarvan het nummer 1 hoger is dan van de huidige map. Als u een foto maakt wanneer het
huidige mapnummer een foto met het nummer 9999 bevat, dan wordt een nieuwe map ge-
maakt en begint de bestandsnummering weer vanaf 0001. Als het aantal bestanden 200 be-
reikt of de bestandsnummering 9999 bereikt wanneer het geheugen of de geheugenkaart
een map met nummer 999 bevat, kunnen er geen foto’s meer worden gemaakt totdat het
geheugen of de geheugenkaart geformatteerd wordt (Q 106) of een nieuwe geheugenkaart
wordt geplaatst.
Weergavetips
De eerste en laatste foto in het geheugen zijn aan elkaar gekoppeld. Wanneer u de multi-selector
omhoog of naar links duwt terwijl de eerste foto in het geheugen wordt getoond, komt u bij de
laatste foto. Wanneer u de multi-selector omlaag of naar rechts duwt terwijl de laatste foto in het
geheugen wordt getoond, komt u bij de eerste foto.
Beeldtype Identificator Extensie Q
Origineel
Foto DSCN .JPG 22
Film DSCN .MOV 76
Kopie
Uitgesneden kopie RSCN .JPG 66
Kopie gemaakt met de functie
D-Lighting
FSCN .JPG 67
Kleine kopie SSCN .JPG 69
Geluidsbe-
stand
Spraakopname DSCN .WAV 42
Spraakmemo
DSCN, SSCN
RSCN, FSCN
.WAV 50
Wis 1 beeld(en)?
Wis 1 beeld(en)?
Ja
Nee
:
Ingestld
:
Ingestld
:
Ingestld
24
Meer over foto’s maken
Meer over foto’s maken
Wanneer er weinig licht is: Flitslicht gebruiken
De volgende flitsstanden zijn beschikbaar:
Zo kiest u de flitsstand:
Roep het menu Flitser op. Selecteer de gewenste stand (wacht
even als u het menu wilt verlaten zonder
veranderingen) en druk op I in het
midden van de multi-selector. De flits-
stand wordt aangeduid met een picto-
gram onder op de monitor.
Flitsbereik
Het flitsbereik is afhankelijk van de zoomstand. Het bereik bij een minimale zoom is 0,4 tot 3,3 me-
ter en 0,4 tot 3,4 meter bij maximale zoom.
Stand Hoe het werkt Wanneer te gebruiken
!#
Automatisch
Flitser wordt ontstoken wan-
neer er weinig licht is.
Beste keuze in meeste situaties.
%
Automatisch met
rode-ogen-
reductie
De flitser voor rode-ogen-
reductie wordt ontstoken
vóór de hoofdflits, waardoor
het rode-ogen-effect wordt
tegengegaan.
Te gebruiken voor portretten (werkt het beste
wanneer het onderwerp royaal binnen flitsbe-
reik is en in de richting van de flitser kijkt).
Wanneer u deze stand gebruikt, zal voor de
gemaakte foto ook de functie rode-ogen-
reductie automatisch werken. Niet aanbevo-
len wanneer snel reageren een vereiste is.
$
Flitser uit
Flitser wordt niet ontstoken,
ook niet bij weinig licht.
Te gebruiken om een natuurlijke lichtsituatie te
behouden of wanneer flitsen verboden is. Wan-
neer het
2
(cameratrilling) pictogram verschijnt,
bestaat het risico dat een bewogen beeld ontstaat.
!
Altijd flitsen
(invulflits)
Flitser wordt bij elke opname
ontstoken.
Voor het oplichten van schaduwen en
voor tegenlicht-onderwerpen.
k
(Flitsen met
lange sluitertijd)
Automatische flits gecom-
bineerd met lange sluitertij-
den.
Te gebruiken om bij nacht of bij weinig licht
zowel onderwerp als achtergrond goed weer
te geven.
1
AUTO
:
Ingestld
Flitser
AUTO
2
7
:
Ingestld
7M
AUTO
Flitser
25
Wanneer er weinig licht is: Flitslicht gebruiken
Meer over foto’s maken
Rode-ogen-reductie
De COOLPIX 7600 flitsfunctie met rode-ogen-reductie werkt met een geavanceerde methode
voor rode-ogen-reductie. De flitser voor rode-ogen-reductie wordt ontstoken vóór de hoofd-
flits, waardoor het rode-ogen-effect wordt tegengegaan. Voordat de hoofdflits afgaat, wor-
den meerdere voorflitsen ontstoken om het rode-ogen-effect tegen te gaan. Daarnaast zal de
camera bij opslag van de foto automatisch rode ogen corrigeren als deze worden ontdekt (In-
Camera Red-Eye Fix). Als u deze functie gebruikt, doet er zich een kleine vertraging voor voor-
dat u voor de volgende opname weer de ontspanknop kunt gebruiken. Afhankelijk van de si-
tuatie is het mogelijk dat rode-ogen-reductie niet altijd het gewenste resultaat oplevert. In
zeldzame gevallen kan het voorkomen dat andere gebieden in de foto worden aangetast. Kies
dan een andere flitsstand en probeer het opnieuw.
Het
2
(cameratrilling) pictogram en het ISO (gevoeligheid) pictogram
Wanneer er weinig licht is en de flitser uit staat (
$
), verschijnt het
2
(ca-
meratrilling) pictogram of
3
(gevoeligheid) pictogram op de monitor.
Wanneer het pictogram 2 wordt weergegeven, is het aan te bevelen
om een statief of steun te gebruiken. (De foto kan "ruis" vertonen.)
Het 3 (gevoeligheid) pictogram verschijnt wanneer de camera de
filmgevoeligheid automatisch hoger instelt dan normaal, om het risi-
co op bewogen beelden (door een langere sluitertijd) te beperken.
(De normale gevoeligheid is ongeveer gelijk aan een 3 50-film). Een foto die u maakte ter-
wijl het 3 (gevoeligheid) pictogram oplichtte, kan iets korreliger zijn.
Close-ups
Bij onderwerpen op minder dan 40 cm afstand kan de flitser mogelijk het onderwerp niet
geheel uitlichten. Wanneer u close-ups maakt, geef dan elke gemaakte opname meteen
weer om het resultaat te controleren.
Selectie flitsstand
In de P (automatische) stand "onthoudt" de camera de huidige flitsstand ook nadat de
camera uitgezet is. De meest recente instelling wordt automatisch gekozen wanneer de
keuzeknop op P wordt gezet, tenzij de optie Standaardwaarden in het menu SET-UP
wordt gebruikt om de standaardinstelling te herstellen (Q 109). De flitsstand kan, afhanke-
lijk van de geselecteerde opnamestand, automatisch veranderen als er een nieuwe opna-
mestand wordt gekozen (Q 28-41).
De AF-hulpverlichting
De COOLPIX 7600 is voorzien van een AF-hulpverlichting. Als er weinig licht is, gaat de inge-
bouwde AF-hulpverlichting branden wanneer de ontspanknop half wordt ingedrukt, waar-
door de camera ook kan scherpstellen als het onderwerp slecht verlicht is. Wanneer de camera
helemaal uitgezoomd is, heeft de AF-hulpverlichting een bereik van 0,4 tot 2,0 meter. Het be-
reik bij maximale zoom is 0,4 tot 1,4 meter. In de onderwerpsstand (Q 28-41) is de AF-hulp-
verlichting alleen beschikbaar in de standen i (Portret), m (Nachtportret) en B (Party/
binnen) zonder de compositie-assistentie (Q 29-34), en in de standen C (Strand/sneeuw),
D (Zonsondergang), I (Kopie), J (Tegenlicht) en K (Panorama assist).
7
7
7M
7M
26
Meer over foto’s maken
Zelf op de foto komen: De zelfontspanner gebruiken
Wanneer de zelfontspanner is ingeschakeld, wordt de opname tien seconden na
het indrukken van de ontspanknop gemaakt. Deze functie stelt u in staat zelf op
de foto te komen of te voorkomen dat close-up opnamen of opnamen bij weinig
licht een wazige foto opleveren doordat bij het indrukken van de ontspanknop de
camera wordt bewogen. Bij gebruik van deze functie moet u de camera op een sta-
tief aansluiten (aanbevolen) of deze op een vlak, horizontaal oppervlak zetten.
Roep het menu Zelfontspanner op.
Verlaat het menu. Het zelfontspanner-
pictogram verschijnt op de monitor.
Markeer
ON
(wilt u het menu zonder veran-
deringen verlaten, wacht dan even).
Bepaal de compositie en start de zelfont-
spanner. Een aftellende timer op de moni-
tor toont het aantal resterende seconden
totdat de foto wordt gemaakt.
De scherpstelling en belichting worden vergrendeld wanneer
de ontspanknop wordt ingedrukt. Het zelfontspannerlampje
op de voorzijde van de camera zal knipperen tot één seconde
voor de opname en blijft branden tijdens de laatste seconde
om aan te geven dat de opname zal worden gemaakt.
De zelfontspanner stoppen
Wilt u de zelfontspanner stoppen voordat de foto wordt gemaakt, druk dan op de ontspanknop.
De zelfontspanner
In sommige opnamestanden is de zelfontspanner niet beschikbaar (Q 28-41).
1
OFF
ON
Zelfontspanner
OFF
7
7
AUTO
AUTO
7M
7M
10
10
3
2
:
Ingestld
OFF
OFF
Zelfontspanner
ON
4
7
7M
AUTO
10
27
Meer over foto’s maken
Gemakkelijke close-ups: Macro close-up stand
De macro close-upstand wordt gebruikt voor close-ups van kleine onderwerpen
op zeer korte afstanden (tot 4 cm).
Roep het menu van de Macro close-up
stand op.
Verlaat het menu. Het & pictogram ver-
schijnt op de monitor wanneer de came-
ra in de macro close-up stand staat.
Markeer
ON
(wilt u het menu zonder veran-
deringen verlaten, wacht dan korte tijd of
duw de multi-selector naar links).
Maak de beeldcompositie. Als de zoom-
indicator en het & pictogram in groen
worden weergegeven, kan de camera
scherp stellen op een afstand van 4 cm.
Macro close-up stand
Op korte afstanden wijkt het beeld in de zoeker af van wat er werkelijk op de foto komt. Gebruik
de monitor voor close-ups.
In de macro close-up stand stelt de camera continu scherp, ook als de ontspanknop niet half
wordt ingedrukt.
In sommige opnamestanden is de macro close-up stand niet beschikbaar (Q 28-41).
1
ON
Macro close-up
:
Ingestld
OFF
OFF
OFF
3
7
AUTO
7M
OFF
:
Ingestld
OFF
ON
Macro close-up
ON
2
4
7
AUTO
7M
28
Meer over foto’s maken
Assistentie- en onderwerpsstanden
Uw digitale Nikon-camera biedt u de keuze uit vier assistentiestanden en twaalf
onderwerpsstanden. In deze standen worden de camera-instellingen automa-
tisch geoptimaliseerd voor het gekozen onderwerpstype; daardoor hoeft u de in-
stellingen niet één voor één uit te voeren.
Assistentie-standen
De assistentie-standen worden gekozen door de keuzeknop in de gewenste stand
te zetten. Met de compositie-assistentie kunt u een goede compositie maken.
Onderwerpsstanden
U selecteert de onderwerpsstanden door de keuzeknop op e te zetten en door
de passende onderwerpsstand te selecteren.
Assistentie- en onderwerpsstanden
De assistentie- en onderwerpsstanden geven, afhankelijk van het onderwerp, mogelijk niet altijd
het gewenste resultaat. Bent u niet tevreden met het resultaat, kies dan P (automatisch) en pro-
beer het opnieuw.
Stand Omschrijving
Q
i Portret-assistentie
Voor portretten waarin het onderwerp duidelijk wordt
afgetekend tegen een zachte achtergrond.
30
N
Landschap-assistentie
Voor het versterken van contouren, kleuren en contrast in opna-
men met wolken, bossen en andere landschapsfoto’s, of voor
portretten waarin de achtergrond goed herkenbaar moet zijn.
32
j Sport-assistentie
Voor sportopnamen waarbij de actie van snelle onder-
werpen wordt bevroren.
33
m
Nachtportret-assistentie
Voor portretten tegen een halfduistere achtergrond. 34
Stand Omschrijving
Q
B PARTY/BINNEN
Om achtergronddetails of het effect van kaarslicht en
andere kunstlichtsoorten te behouden.
36
C STRAND/SNEEUW
Voor lichte onderwerpen als sneeuwvlakten, stranden
en zonovergoten waterpartijen.
36
D
ZONSONDERGANG
Voor het vasthouden van de diepe kleuren van zonsop- en ondergang.
36
E SCHEMERING
Voor het vasthouden van de kleuren van het zwakke
natuurlijke licht vóór zonsopgang en na zonsondergang.
37
F
NACHTLANDSCHAP
Voor landschapsopnamen bij nacht. 37
A CLOSE-UP
Voor levendige kleuren in close-ups van bloemen,
insecten en andere kleine objecten.
37
G
MUSEUM
Te gebruiken waar flitsen niet is toegestaan.
38
H
VUURWERK
Voor de lichteffecten van vuurwerk.
38
I
KOPIE
Voor het kopiëren van teksten en tekeningen.
38
J TEGENLICHT
Te gebruiken wanneer het licht van achter het onder-
werp komt en het onderwerp in de schaduw ligt.
39
K PANORAMA ASSIST
Voor het maken van een serie foto’s die later tot één
tafereel worden samengevoegd.
40
@
SPRAAKOPNAME
Gebruik deze functie wanneer u alleen geluid opneemt.
42
29
Meer over foto’s maken
Compositie-assistentie
De vier assistentie-standen bieden u door middel van een aantal hulpsjablonen
op de monitor de mogelijkheid om voor het betreffende onderwerp een compo-
sitie te maken. Wilt u de compositie-assistentie gebruiken, draai dan de keuze-
knop naar de gewenste stand en volg onderstaande stappen.
*Wanneer de keuzeknop naar i (portret-assistentie) wordt gedraaid,
wordt het scherm van de functie Gezichtprioriteit-AF (Q 31) als stan-
daardinstelling weergegeven.
Roep na keuze van de stand het compo-
sitie-assistentie menu op.
Maak uw keuze om terug te keren naar
de opnamestand. De hulpsjabloon ver-
schijnt op de monitor.
Kies het compositietype. De huidige se-
lectie wordt aangegeven met een groot
pictogram en een bijschrift.
Plaats bij het maken van de opname het
onderwerp in de hulpsjabloon, zoals be-
schreven op de volgende bladzijden.
Gebruik van de hulpsjablonen
Uw onderwerp hoeft niet precies in de hulpsjabloon te passen. Let bij het bepalen van de com-
positie op achtergrond en omgeving.
Beeld kwal/form
De optie Beeld kwal/form is beschikbaar in het assistentiemenu.
1
GEZICHTPRIORITEIT-AF
Help
Sluit
Ingestld
3
7
7
7M
7M
2
PORTRET CLOSE-UP
Help
Sluit
Ingestld
4
7
7
7M
7M
Help
Help
Sluit
Sluit
BEELD KWAL/FORM
BEELD KWAL/FORM
Ingestld
Ingestld
30
Compositie-assistentie
Meer over foto’s maken
i Portret-assistentie
De stand
i
(portret-assistentie) helpt u portretten te maken waarin
het hoofdonderwerp duidelijk wordt afgetekend tegen een achter-
grond die zacht of onscherp wordt weergegeven, waardoor de foto
diepte krijgt (in welke mate de achtergrond onscherp wordt, hangt
af van de hoeveelheid licht). Een compositie-assistentie menu helpt u
bij de compositie voor onderwerpen buiten het beeldmidden en bij
het uitkaderen van lange of brede opnamen en dubbelportretten.
* Andere standen kunnen ook worden gekozen.
i PORTRET
Er zijn geen hulpsjablonen op de monitor te zien. De camera stelt scherp op
het onderwerp in het midden van het beeld; scherpstelvergrendeling is te
gebruiken voor onderwerpen buiten het midden.
9 PORTRET LINKS
Voor een portretcompositie met het onderwerp in de linkerhelft van het
beeld. De camera stelt scherp op het onderwerp binnen de hulpsjabloon.
0 PORTRET RECHTS
Voor een portretcompositie met het onderwerp in de rechterhelft van het
beeld. De camera stelt scherp op het onderwerp binnen de hulpsjabloon.
: PORTRET CLOSE-UP
Voor een portretcompositie met het gezicht van het onderwerp in de boven-
ste helft van het beeld. De camera stelt scherp op het gezichtsvlak binnen
de hulpsjabloon.
[ DUBBELPORTRET
Voor een portretcompositie met twee personen naast elkaar. De camera
stelt scherp op het dichtstbijzijnde onderwerp.
; STAAND PORTRET
Voor een portretcompositie waarbij de camera wordt
gekanteld en het gezicht van het onderwerp in de boven-
ste helft van het beeld is. De camera stelt scherp op het
gezichtsvlak binnen de hulpsjabloon.
K GEZICHTPRIORITEIT-AF
Deze functie is optimaal voor het fotograferen van portretten met maximaal
drie personen (boven het middel). Wanneer de camera gezichten herkent,
wordt het vierkante scherpstelgebied weergegeven en wordt het onderwerp
scherpgesteld. Wanneer u de ontspanknop half indrukt, wordt het scherp-
stelgebied vergrendeld en stelt de camera scherp (Q 31).
Ingestld
Help
Sluit
PORTRET
PORTRET
PORTRET LINKS
PORTRET LINKS
Help
Sluit
Ingestld
PORTRET RECHTS
PORTRET RECHTS
Help
Sluit
Ingestld
PORTRET CLOSE-UP
PORTRET CLOSE-UP
Help
Sluit
Ingestld
DUBBELPORTRET
DUBBELPORTRET
Help
Sluit
Ingestld
STAAND PORTRET
STAAND PORTRET
Help
Sluit
Ingestld
GEZICHTPRIORITEIT-AF
Help
Sluit
Ingestld
! %* Y Uit* & Uit
31
Compositie-assistentie
Meer over foto’s maken
Voer de onderstaande stappen uit om de optie Gezichtprioriteit-AF te gebruiken.
GEZICHTPRIORITEIT-AF
De camera stelt continu scherp, totdat er een gezicht wordt herkend.
• Wanneer de camera geen gezicht herkent, wordt op het voorwerp in het midden van het
kader scherpgesteld.
In de stand GEZICHTPRIORITEIT-AF is de optische zoom beschikbaar maar werkt de digitale zoom niet.
Het gezicht dat de camera selecteert om op scherp te stellen, kan variëren, afhankelijk van een
aantal verschillende omstandigheden, waaronder de richting waarin de verschillende perso-
nen kijken. De camera kan op verschillende gezichten scherpstellen. Welk gezicht de camera
kiest, hangt van een aantal factoren af, onder andere de richting waarin de personen kijken.
• In de volgende situaties kan de camera geen menselijke gezichten herkennen:
-
Het onderwerp draagt een zonnebril of een deel van een gezicht wordt ergens achter verborgen.
- Het onderwerp is zijwaarts gericht.
- Het gezichtsgedeelte is te groot, omdat het onderwerp te dicht op de camera staat.
- Het gezichtsgedeelte is te klein, omdat het onderwerp te ver van de camera af staat.
12
Draai de keuzeknop naar i. X knippert
in het midden van de monitor (stan-
daardinstelling).
X geeft de grootte van het gezicht van
een persoon aan dat door de camera
wordt herkend.
Wanneer er een ander compositie-assi-
stentiemenu is geselecteerd, drukt u op
de ^ knop en selecteert u K.
Wanneer het gezicht van het onderwerp
bijna even groot wordt als
X
, herkent de
camera het en wordt het met
Y
(geel)
omkaderd.
Wanneer de camera meer dan één ge-
zicht herkent, wordt het dichtstbijzijnde
en grootste gezicht met
X
(geel) omka-
derd en worden de andere gezichten
met
Z
(geel) omkaderd. De camera kan
maximaal drie gezichten herkennen.
Wanneer het kader (
Y
of
Z
) verdwijnt
omdat het onderwerp beweegt, verschijnt
het scherm uit stap 1 weer op de camera.
3
Druk de ontspanknop half in om de
scherpstelling op het gezicht in het met
Y
(geel) omkaderde gezicht te vergrendelen.
Wanneer de scherpstelling is vergrendeld,
verandert de kleur van geel in groen. Druk
de ontspanknop helemaal in om de foto te
maken.
AF
32
Compositie-assistentie
Meer over foto’s maken
N Landschap-assistentie
De stand N (landschap-assistentie) helpt u een goede com-
positie te kiezen voor landschapsfoto’s waarin contouren,
kleuren en contrast goed tot uiting komen. Een compositie-
assistentie menu helpt u bij de compositie, niet alleen voor
landschappen, maar ook voor stadsoverzichten, groepspor-
tretten en portretten met een interessante achtergrond.
* Andere standen kunnen ook worden gekozen.
N LANDSCHAP
Er zijn geen hulpsjablonen op de monitor te zien. Voor scherpstelling op ver
gelegen onderwerpen door voorgrond-objecten heen (zoals een raamkozijn
of een partij boomtakken). Er wordt scherpgesteld op oneindig.
6 LANDSCHAPSWEERGAVE
Voor landschapsfotos met de lucht in het bovenste derde deel van het
beeld, ver gelegen objecten in het middelste derde deel en dichterbij gele-
gen objecten in het onderste derde deel. Plaats de land/luchtgrens op de
gele golfjeslijn.
7 ARCHITECTUUR
Voor het fotograferen van gebouwen. Er verschijnt een raster op de monitor
waarmee het makkelijker is goede horizontale en verticale lijnen in het
onderwerp te krijgen.
LANDSCHAP
LANDSCHAP
Help
Sluit
Ingestld
LANDSCHAPSWEERGAVE
Help
Sluit
Ingestld
ARCHITECTUUR
ARCHITECTUUR
Help
Sluit
Ingestld
! $ Y Uit* & Uit
5 GROEP RECHTS
Voor portretcomposities met mensen rechts in beeld en een interessant ach-
tergrondobject links in beeld. De scherpstelling/belichting wordt ingesteld
voor het portret-onderwerp.
8 GROEP LINKS
Voor portretcomposities met mensen links in beeld en een interessant ach-
tergrondobject rechts in beeld. De scherpstelling/belichting wordt ingesteld
voor het onderwerp van het portret.
GROEP RECHTS
GROEP RECHTS
Help
Sluit
Ingestld
GROEP LINKS
GROEP LINKS
Help
Sluit
Ingestld
! !#* Y Uit* & Uit
33
Compositie-assistentie
Meer over foto’s maken
j Sport-assistentie
De stand j (sport-assistentie) wordt gebruikt voor dynami-
sche actiefoto’s van bewegende onderwerpen. Met het
hulpmenu kunt u een actie in een enkele opname bevriezen,
of een beweging vastleggen in een serie opeenvolgende op-
namen.
Sport-assistentie
In de stand j SPORT of ] SPORT MULTI-SHOT 16 wordt de camera steeds opnieuw scherp-
gesteld totdat de scherpstelling wordt vergrendeld door de ontspanknop half in te drukken.
j SPORT
Terwijl de ontspanknop wordt ingedrukt, worden foto's gemaakt met een
snelheid van ongeveer vier beelden per drie seconden (de opnamesnelheid
neemt af wanneer het < pictogram wordt weergegeven). De camera maakt
14 opnamen wanneer de beeldkwaliteit is ingesteld op Q Normaal
(3072). De scherpstelling, belichting en witbalans worden vastgesteld aan
de hand van de eerste opname in een serie. De camera stelt continu scherp,
zelfs wanneer u niet op de ontspanknop drukt.
\ SPORTTOESCHOUWER
Sporttoeschouwer is ideaal voor het vastleggen van momenten als u geen
tijd hebt om voor de opname een compositie te maken. Te gebruiken voor
een bereik van 3 meter tot oneindig.
Een serie opnamen kan worden gemaakt door de ontspanknop ingedrukt te
houden. Het aantal opnamen dat kan worden gemaakt is hetzelfde als bij
de stand j (Sport).
] SPORT MULTI-SHOT 16
Wanneer de ontspanknop wordt ingedrukt, maakt de camera 16 opnamen
in ongeveer twee seconden en worden deze in vier rijen binnen één enkel
beeld gerangschikt. De foto heeft een formaat van 1600 x 1200 pixels en de
compressieverhouding is ongeveer 1:8. De scherpstelling, belichting en wit-
balans worden vastgesteld aan de hand van de eerste opname in een serie.
SPORT
SPORT
Help
Sluit
Ingestld
SPORTTOESCHOUWER
Help
Sluit
Ingestld
SPORT MULTI-SHOT 16
Help
Sluit
Ingestld
! $ Y Uit & Uit
34
Compositie-assistentie
Meer over foto’s maken
m Nachtportret-assistentie
De stand m (nachtportret-assistentie) wordt gebruikt voor
het maken van portretopnamen bij avond, waarbij wordt
gezorgd voor een natuurlijke balans tussen het onderwerp
en de achtergrond. Foto’s die met een lange sluitertijd zijn
gemaakt, worden gecorrigeerd om de kwaliteit te verbete-
ren; dat levert een iets langere verwerkingstijd op. Om tril-
lingsonscherpte te voorkomen, kunt u de camera het beste
op een statief plaatsen, of op een vlakke, stabiele onder-
grond. Meer informatie over de opties van de compositie-
assistentie vindt u bij i Portret-assistentie (Q 30). De optie
K GEZICHTPRIORITEIT-AF is hier echter niet beschikbaar.
* Andere standen kunnen ook worden gekozen.
Selectie van de flitsstand in de m stand
De flitsstand wordt automatisch ingesteld op % (automatisch met rode-ogen-reductie).
! % Y Uit* & Uit
35
Meer over foto’s maken
e Onderwerpsstand
De stand e (onderwerpsstand) biedt een menu met
twaalf onderwerpen, die elk corresponderen met een
veel voorkomende situatie, zoals een onderwerp in te-
genlicht, een zonsondergang of een interieuropname.
De camera-instellingen worden automatisch aan de
geselecteerde situatie aangepast, waardoor u niet elke
instelling separaat hoeft uit te voeren.
U kunt ook alleen het geluid opnemen met de spraak-
opnamestand (Q 42).
Wilt u foto’s in de onderwerpsstand maken, draai de keu-
zeknop dan naar
e
en volg onderstaande stappen.
Roep het onderwerpmenu op.
Maak uw keuze om terug te keren naar de
opnamestand. Het geselecteerde onder-
werp wordt aangegeven door het picto-
gram linksboven in de monitor.
Kies een onderwerp. De huidige selectie
wordt aangegeven met een groot picto-
gram en een bijschrift.
Beeld kwal/form
De optie Beeld kwal/form is beschikbaar in het onderwerpsstanden-
menu.
Onderwerpsstand
1
Help
PARTY/BINNEN
Ingestld
Sluit
3
7
AUTO
7M
2
STRAND/SNEEUW
Help
Sluit
Ingestld
Help
Help
Ingestld
Ingestld
Sluit
Sluit
BEELD KWAL/FORM
BEELD KWAL/FORM
36
e Onderwerpsstand
Meer over foto’s maken
De volgende onderwerpsstanden zijn beschikbaar:
* Andere standen kunnen ook worden gekozen.
Het 2 (cameratrilling) pictogram
Wanneer het 2 pictogram op de monitor verschijnt, dan kunnen de opnamen door beweging/
trilling onscherp worden. In dit hoofdstuk worden de maatregelen die u kunt nemen om bewe-
ging/trilling te voorkomen, aangegeven met sterren:
houd de camera met twee handen vast en druk uw ellebogen tegen uw lichaam.
 gebruik een statief of plaats de camera op een vlak, zuiver horizontaal oppervlak.
BPARTY/BINNEN
Om achtergronddetails of het effect van kaarslicht en andere
kunstlichtsoorten te behouden.
CSTRAND/SNEEUW
Voor een levensechte weergave van heldere onderwerpen als
sneeuwvlakten, stranden en watervlakten. De flitsstand wordt
automatisch ingesteld op !AUTOMATISCH; andere standen kun-
nen ook worden ingesteld.
DZONSONDERGANG
Voor het vasthouden van de diepe kleuren van zonsop- en ondergang.
! %* Y Uit* & Uit
! !#* Y Uit* & Uit
! $* Y Uit* & Uit
37
e Onderwerpsstand
Meer over foto’s maken
* Andere standen kunnen ook worden gekozen.
ESCHEMERING
Voor het vasthouden van de kleuren van het zwakke natuurlijke licht
voor zonsopgang en na zonsondergang. Er wordt scherpgesteld op
oneindig.
Foto’s die met een lange sluitertijd zijn opgenomen, worden bewerkt om de kwaliteit te verbe-
teren; daardoor duurt het iets langer om de beelden in het geheugen of de geheugenkaart op
te slaan.
FNACHTLANDSCHAP
Er wordt een lange sluitertijd gebruikt om verrassende nachtelijke
landschapsfoto’s te maken. Er wordt scherpgesteld op oneindig.

Foto’s die met een lange sluitertijd zijn opgenomen, worden bewerkt om de kwaliteit te verbe-
teren; daardoor duurt het iets langer om de beelden in het geheugen of de geheugenkaart op
te slaan.
ACLOSE-UP
Voor levendige kleuren van close-up opnamen van bloemen, insecten
en andere kleine objecten, met een artistiek wazige achtergrond. De
flitsstand wordt automatisch ingesteld op
!
AUTOMATISCH
; andere
standen kunnen ook worden ingesteld.
De camera stelt continu scherp, ook als de ontspanknop niet wordt ingedrukt. De kortste instel-
afstand varieert al naargelang de zoomstand. Om scherp te stellen tot op 4 cm vanaf het objec-
tief dient u de zoom bij te stellen totdat het macro close-up pictogram (&) op de monitor groen
wordt.
! $ Y Uit* & Uit
! $ Y Uit* & Uit
! !#* Y Uit* & Aan
38
e Onderwerpsstand
Meer over foto’s maken
* Andere standen kunnen ook worden gekozen.
GMUSEUM
De flitser wordt automatisch uitgeschakeld (
$
). Gebruik deze stand
binnen als flitsen verboden is (bijvoorbeeld in musea en galeries) of
onder andere omstandigheden binnenshuis wanneer u niet wilt flitsen.
De Best Shot Selector (BSS; Q 85) wordt automatisch ingeschakeld, waardoor de
gevolgen van cameratrilling worden verminderd.
De macro close-up stand wordt automatisch uitgeschakeld; andere standen kunnen
worden geselecteerd.
Op bepaalde locaties kan fotograferen geheel verboden zijn. Zorg dat u weet of het is
toegestaan en vraag anders om toestemming.
HVUURWERK
Lange sluitertijden worden gebruikt om de lichtsporen van het
vuurwerk vast te leggen. De camera reageert sneller op de ont-
spanknop, zodat u er zeker van bent dat u het begin van de uit-
barsting van het vuurwerk niet mist. 
• Er wordt scherpgesteld op oneindig.
Volg het vuurwerk terwijl het opstijgt en druk de ontspanknop geheel in als de uitbar-
sting van het vuurwerk start.
IKOPIE
Geeft heldere opnamen van teksten of tekeningen op een white-
board of van drukwerk, zoals een visitekaartje.
De flitser en macro close-up worden automatisch uitgezet; andere standen kunnen
worden geselecteerd.
Gekleurde teksten en tekeningen komen in het uiteindelijke resultaat mogelijk niet
optimaal over.
Wanneer de flitser niet afgaat, wordt automatisch de Best Shot Selector (BSS; Q 85)
ingeschakeld, waardoor de gevolgen van cameratrilling worden verminderd.
! $ Y Uit* & Uit*
! $ Y Uit & Uit
! $* Y Uit* & Uit*
39
e Onderwerpsstand
Meer over foto’s maken
* Andere standen kunnen ook worden gekozen.
JTEGENLICHT
Te gebruiken wanneer licht vanachter het onderwerp komt, waar-
door het in de schaduw komt te liggen, of wanneer uw onderwerp
zich voor een achtergrond bevindt die fel wordt belicht. De flitser zal
automatisch worden ontstoken om schaduwen op te helderen.
! ! Y Uit* & Uit
40
e Onderwerpsstand
Meer over foto’s maken
* Andere standen kunnen ook worden gekozen.
Om panorama assist te gebruiken, dienen de volgende stappen hieronder te wor-
den uitgevoerd.
Markeer K (PANORAMA ASSIST). Opnamerichting verschijnt in groengeel.
Selecteer hoe de beelden moeten worden samengevoegd in een compleet totaalbeeld. Dit
is de richting waarin u de camera na elke opname voor een volgende deelopname richt.
Maak een selectie (wilt u de opnamerich-
ting veranderen, druk dan op het mid-
den van de multi-selector en herhaal
stappen 3-4). De opnamerichting ver-
schijnt in wit.
KPANORAMA ASSIST
Wordt gebruikt om een serie foto’s te
maken die u later samenvoegt tot één tafe-
reel (bijvoorbeeld een panorama of virtueel
beeld van 360º).
! $* Y Uit* & Uit*
1
PANORAMA ASSIST
Help
Sluit
Ingestld
2
7
7
7M
7M
3
7
7
7M
7M
Van onderen naar boven
Van boven naar beneden
Van links
naar rechts
Van rechts
naar links
4
7
7
7M
7M
41
e Onderwerpsstand
Meer over foto’s maken
Zorg bij de volgende opname voor een
overlap met de vorige opname.
Maak de eerste foto. Ongeveer eender-
de van de foto wordt over het door het
objectief gevormde beeld geplaatst (is de
opnamerichting van links naar rechts,
dan verschijnt het beeld links in beeld).
Maak de volgende opname.
Herhaal stap 6 en 7 totdat alle opnamen
van de serie zijn gemaakt.
Panorama Assist
Opnamerichting, flitsstand, macro close-up stand en belichtingscorrectie kunnen na het maken
van de eerste opname niet meer worden veranderd. Wilt u de opnamerichting veranderen, druk
dan op de ^ knop om de opname te stoppen; herhaal dan stap 1-3.
Een statief gebruiken
Het gebruik van een statief maakt het gemakkelijker om opnamen overlappend te maken.
Opslaglocatie voor panorama’s
Elke serie foto’s die met Panorama Assist werd opgenomen, wordt opgeslagen in een separate
map met een naam die bestaat uit "P_", voorafgegaan door een driecijferig mapnummer en ge-
volgd door een driecijferig volgnummer (bijvoorbeeld "101P 002").
Panoramabeelden samenvoegen
Speel de beelden die met Panorama Assist zijn gemaakt, over naar uw computer (Q 52) en ge-
bruik de functie Panorama Maker in PictureProject om de beelden tot één tafereel samen te voe-
gen. Zie voor meer informatie de PictureProject naslaggids (op cd-rom).
5
7
7
7M
7M
AE-L
AE-LAE-L
6
7
7
7M
7M
AE-L
AE-LAE-L
AF
AF
8
Beëindig de serie. Het opnemen stopt ook als er een nieuwe opna-
mestand wordt gekozen of wanneer de camera op standby overgaat.
7
42
e Onderwerpsstand
Meer over foto’s maken
Een spraakopname maken
@ SPRAAKOPNAME
Er kunnen spraakopnamen van ongeveer 29 minuten in het
geheugen of van maximaal vijf uur op de geheugenkaart (256 MB
of meer) worden opgenomen.
SPRAAKOPNAME
Terug
Te ru g
REC
2005.08.01 13:00
Max rec.tijd
00:29:29
12
Markeer @ (SPRAAKOPNAME) in het on-
derwerpsstandenmenu.
Op de monitor verschijnt een @ picto-
gram en de lengte van de spraakopname
(uu.: min.: sec.) die kan worden ge-
maakt.
3
Druk op de ontspanknop om te beginnen met opnemen.
Wanneer de opname wordt gemaakt, brandt het AF-lampje en worden
de volgende aanduidingen op de monitor weergegeven:
Druk om het opnemen te pauzeren ()) of om door te gaan met opne-
men op I (het midden van de multi-selector). Terwijl het opnemen
wordt gepauzeerd, knippert het AF-lampje en het lampje van de zelf-
ontspanner.
4
Druk opnieuw op de ontspanknop om te stoppen met opnemen.
Het opnemen wordt automatisch gestopt als er geen geheugen meer
is of na een opnameduur van vijf uur.
SPRAAKOPNAME
Ingestld
Help
Sluit
SPRAAKOPNAME
Teru g
REC
2005.08.01 13:00
Max rec.tijd
00:29:29
001 2005 . 08 . 01 13:00
SPRAAKOPNAME
Index : 01
REC
00 : 00 : 03 / 00 : 29 : 26
Opnamedatum
Resterende tijd
Indexnummer
Opnameaanduiding
Bestandsnummer
Opnamelengte
Voortgangsindicator
43
e Onderwerpsstand
Meer over foto’s maken
Geluidsbestanden
Spraakopnamen worden opgeslagen in mappen met namen die uit een mapnummer van drie cij-
fers bestaan, gevolgd door "SOUND" (bijvoorbeeld "101SOUND"). Bestandsnamen bestaan uit
"DSCN", gevolgd door een bestandsnummer van vier cijfers (toegewezen door één op te tellen bij
het hoogste bestandsnummer in de huidige map) en de extensie ".WAV" (bijvoorbeeld
"DSCN0001.WAV").
Spraakopnamen naar een computer kopiëren
Spraakopnamen kunnen niet met PictureProject naar een computer worden gekopieerd. Stel de
optie USB in het SET-UP-menu Interface in op Mass Storage (Q 52) en kopieer de bestanden
rechtstreeks vanaf de camera. Wanneer spraakopnamen eenmaal naar een computer zijn gekopi-
eerd, kunnen ze worden afgespeeld met een speler die WAV-bestanden ondersteunt (bijvoorbeeld
QuickTime). Indexen die u tijdens het opnemen hebt toegevoegd, werken alleen wanneer ze op
de camera worden afgespeeld.
Een spraakopname maken
Er kan geen geluid worden opgenomen wanneer er minder dan tien seconden opnametijd in het
geheugen of op de geheugenkaart overblijft, of wanneer de batterij leeg is. Neem voordat u gaat
opnemen een testbestand op en speel het af om vast te stellen of de omstandigheden gunstig zijn
voor het opnemen van geluid. Raak tijdens het opnemen de ingebouwde microfoon niet aan. Ge-
bruik als u deze optie lange tijd gebruikt een EH-62B lichtnetadapter.
Een index toevoegen
U voegt een index toe door tijdens het opnemen de multi-selector om-
hoog, omlaag, naar links of naar rechts te drukken. De camera kan de in-
dex tijdens het afspelen terugvinden en vanaf dit punt beginnen met
afspelen. Aan het beginpunt wordt het indexnummer 1 toegewezen. An-
dere indexnummers worden in oplopende volgorde toegewezen, tot
maximaal 99. Het huidige indexnummer wordt op de monitor weergege-
ven.
Monitor tijdens spraakopnamen
Wanneer er vijf seconden lang geen bewerkingen worden uitgevoerd, schakelt de monitor zichzelf
automatisch uit om de batterijen te sparen.
De volgende bewerkingen zijn beschikbaar wanneer de monitor is uitgeschakeld.
Druk de multi-selector omhoog, omlaag, naar links of naar rechts om een index toe te voe-
gen.
• Druk op I om de spraakopname te pauzeren.
• Druk op de ontspanknop om te stoppen met de spraakopname.
Druk de ontspanknop half in, of druk op een willekeurige knop op de camera om vijf seconden
het beeld op de monitor weer te geven.
001 2005 . 08 . 01 13:00
SPRAAKOPNAME
Index : 02
REC
00 : 05 : 00 / 00 : 24 : 29
44
e Onderwerpsstand
Meer over foto’s maken
Spraakopnamen afspelen
12
Markeer @ (SPRAAKOPNAME) in het on-
derwerpsstandenmenu.
Op de monitor verschijnt een @ picto-
gram en de lengte van de spraakopname
(uu.: min.: sec.) die kan worden ge-
maakt.
3
Druk op de x knop om een lijst met spraakopnamen weer te geven.
4
Selecteer een spraakopname.
5
Begin met afspelen.
Tijdens het afspelen worden de volgende aanduidingen op de monitor
weergegeven:
SPRAAKOPNAME
Ingestld
Help
Sluit
SPRAAKOPNAME
Teru g
REC
2005.08.01 13:00
Max rec.tijd
00:29:29
OpnamedatumBestandsnummer
001 2005 . 08 . 01 13:00
002 2005 . 08 . 01 14:30
SEL. GELUIDSBEST.
Kopiëren
Start
Start
Wissen
Opnamedatum
Opnamelengte
Volume
Bedieningsiconen
Bestandsnummer
Afspeeltijd
Voortgangsindicator
Indexmarkeringen
004 2005 . 08 . 03 09:15
GELUID AFSPELEN
GELUID AFSPELEN
Index : 02
00 : 05 : 00 / 00 : 05 : 00
Indexnummer
45
e Onderwerpsstand
Meer over foto’s maken
De bedieningsopties voor het afspelen van de spraakopname worden boven aan de
monitor weergegeven. Druk de multi-selector naar links of naar rechts om een bedie-
ningsoptie te markeren, en druk op
I
om de geselecteerde bediening uit te voeren.
Afspeelvolume
Met de zoomknoppen regelt u tijdens het afspelen het volume. Druk op l (W) om het volume
te verlagen of op O (T) om het te verhogen.
Afspelen beëindigen
Druk op de x knop terwijl de lijst met spraakopnamen wordt weergegeven om terug te gaan
naar de spraakopnamestand.
Spraakopnamen wissen
Als u een spraakopname wilt wissen, drukt u op de u knop terwijl de opname in de spraakopna-
melijst is gemarkeerd of terwijl het afspeelscherm wordt weergegeven. Er verschijnt een bevesti-
gingsscherm. Druk de multi-selector omhoog of omlaag om een optie te markeren en druk
vervolgens op I.
Ja: opname verwijderen en terugkeren naar de spraakopnamelijst
Nee: teruggaan naar de spraakopnamelijst zonder opnamen te verwijderen
Actie
Indru-
kken
Omschrijving
Afspelen
pauzeren
)
Selecteer met de multi-selector het ) pictogram en druk
vervolgens op het midden van de multi-selector om het
afspelen te pauzeren.
Afspelen
hervatten
+
Wanneer het afspelen wordt gepauzeerd, selecteert u met
de multi-selector het + pictogram en drukt u vervolgens
op het midden van de multi-selector.
Terugspoelen (
Selecteer met de multi-selector het ( pictogram en druk
vervolgens in het midden op de multi-selector en houd
deze optie ingedrukt.
Snel
vooruitspoelen
*
Selecteer met de multi-selector het * pictogram en druk
vervolgens in het midden op de multi-selector en houd
deze optie ingedrukt.
Index terug R
Selecteer met de multi-selector het R pictogram en druk
vervolgens op het midden van de multi-selector om terug
te keren naar het begin van de huidige index.
Index volgende S
Selecteer met de multi-selector het S pictogram en druk
vervolgens op het midden van de multi-selector om naar
het volgende indexnummer te gaan.
Afspelen stoppen =
Selecteer met de multi-selector het = pictogram en druk
vervolgens op het midden van de multi-selector om naar
de lijst met spraakopnamen gaan.
46
e Onderwerpsstand
Meer over foto’s maken
Spraakopnamen kopiëren
Deze optie wordt gebruikt om spraakopnamen over te spelen van het interne ge-
heugen van de camera naar de geheugenkaart, of omgekeerd.
Deze optie wordt alleen weergegeven wanneer de geheugenkaart is geplaatst.
Voer als u spraakopnamen kopieert eerst stap 1 tot en met 3 op pagina 44 uit en
schakel dan over naar de afspeelstand voor spraakopnamen.
12
Druk op ^ in de afspeelstand voor
spraakopnamen om het kopieerscherm
weer te geven.
Markeer (geheugen geheugen-
kaart) of (geheugenkaart geheu-
gen) en druk de multi-selector naar
rechts.
34
Markeer Gesel. bestanden.
Wanneer u alle spraakopnamen wilt ko-
pieren, markeert u Kopieer alle best. en
drukt u de multi-selector naar rechts. Ga
vervolgens naar stap 7 (Q 47).
De spraakopnamen in het geheugen of
op de geheugenkaart worden weerge-
geven. (Op basis van de optie met
die in stap 2 is geselecteerd)
KOPIEER GELUIDSBEST.
Ingestld
Sluit
KOPIEER GELUIDSBEST.
Ingestld
Sluit
Gesel. bestanden
Kopieer alle best.
CAMERA KAART
Ingestld
Sluit
SEL. GELUIDSBEST.
003 2005 . 08 . 02 20:05
002 2005 . 08 . 01 14:30
001 2005 . 08 . 01 13:00
004 2005 . 08 . 03 09:15
005 2005 . 08 . 03 14:00
Ingestld
Sluit
Select.
47
e Onderwerpsstand
Meer over foto’s maken
Kopiëren
Wanneer er onvoldoende ruimte in het geheugen of op de geheugenkaart is om de kopie
te ontvangen, verschijnt het bericht "GELUIDSBESTAND KAN NIET WORDEN OPGESLA-
GEN" (
Q
117). Verwijder ongewenste foto’s of spraakopnamen of plaats een nieuwe ge-
heugenkaart (als u een geheugenkaart gebruikt) voordat u het opnieuw probeert.
Het kopiëren van spraakopnamen die met een camera van een ander merk zijn gemaakt,
wordt door Nikon niet gegarandeerd.
56
Markeer de spraakopname. Selecteer de gemarkeerde spraakopname.
De geselecteerde spraakopnamen worden
aangeduid door het h pictogram. Her-
haal stap 5 en 6 om extra spraakopnamen
te selecteren. Wanneer u de selectie van
een spraakopname ongedaan wilt maken,
markeert u de opname en drukt u de mul-
ti-selector naar links of rechts.
7
Er wordt een bevestigingsscherm weer-
gegeven. Selecteer Ja om spraakopna-
men te kopiëren of Nee om af te sluiten
zonder spraakopnamen te kopiëren, en
druk op I.
Wanneer in stap 3 (
Q
46) de optie
Kopi-
eer alle best
. is geselecteerd, wordt het
bericht "Alle bestanden worden gekopi-
eerd. OK?" weergegeven.
003 2005 . 08 . 02 20:05
002 2005 . 08 . 01 14:30
001 2005 . 08 . 01 13:00
004 2005 . 08 . 03 09:15
005 2005 . 08 . 03 14:00
Ingestld
Sluit
Select.
SEL. GELUIDSBEST.
003 2005 . 08 . 02 20:05
002 2005 . 08 . 01 14:30
001 2005 . 08 . 01 13:00
004 2005 . 08 . 03 09:15
005 2005 . 08 . 03 14:00
Ingestld
Sluit
Select.
SEL. GELUIDSBEST.
Geselecteerde bestanden worden
gekopieerd. OK?
Nee
Ja
Ingestld
Sluit
CAMERA KAART
48
Meer over weergave
Meer over weergave
Beelden met de camera bekijken
Meerdere beelden bekijken: Weergave van miniatuurbeelden
Wanneer u bij schermvullende weergave op de l
(W) knop drukt, worden de foto’s in het geheugen of
op de geheugenkaart in overzichten van vier minia-
tuurbeelden weergegeven.
Bij weergave van miniatuurbeelden zijn de volgende
handelingen mogelijk:
Actie Indrukken Omschrijving
Fotos
markeren
Druk de multi-selector omhoog, omlaag, naar links of
naar rechts om foto’s te markeren. Druk op I (het
midden van de multi-selector) om terug te keren naar
schermvullende weergave.
Aantal
weergegeven
foto’s
wijzigen
l (W)/O (T)
Druk tijdens weergave van vier miniatuurbeelden een-
maal op de l (W) knop om negen miniatuurbeelden
te laten verschijnen. Druk op O (T) om “in te zoomen”
van een overzicht van negen miniatuurbeelden naar vier
miniatuurbeelden, of, wanneer vier miniatuurbeelden
worden weergegeven, terug te keren naar schermvul-
lende weergave.
Weergave
van minia-
tuurbeelden
annuleren
Annuleer de weergave van miniatuurbeelden en keer
terug naar schermvullende weergave.
Gemar-
keerde foto
verwijderen
u
Er verschijnt een bevestigings-
scherm. Druk de multi-selector
omhoog of omlaag om de
optie te markeren en druk op
I om deze te selecteren.
Wis 1 beeld(en)?
Wis 1 beeld(en)?
Ja
Nee
:
Ingestld
:
Ingestld
:
Ingestld
49
Beelden met de camera bekijken
Meer over weergave
Nader bekijken: Zoomweergave
Gebruik de O (T) knop om in te zoomen op foto‘s die
in schermvullende weergave op de monitor te zien
zijn. Wanneer op het beeld is ingezoomd, kunt u een
uitgesneden kopie opslaan van de foto die alleen het
gedeelte bevat van het zichtbare beeld op de moni-
tor. Zoomweergave en uitsnijden zijn niet beschik-
baar wanneer het huidige beeld een filmclip is of een
kopie die werd gemaakt met de optie voor kleine ko-
pie (Q 76, 69). Uitgesneden kopieën kunnen niet
verder worden uitgesneden.
Actie Indrukken Omschrijving
Inzoomen O (T)
Elke keer dat er op de knop wordt gedrukt, wordt er ver-
der ingezoomd, tot maximaal 10×. Terwijl op het beeld
wordt ingezoomd, verschijnen het O pictogram en
zoomverhouding in de linkerbovenhoek van de monitor.
Andere gebie-
den van de
foto bekijken
Gebruik de multi-selector om te schuiven naar gedeelten
die niet op de monitor zichtbaar zijn. Wilt u de multi-
selector gebruiken om naar andere foto’s te gaan, annu-
leer dan de zoom.
Uitzoomen l (W)
Telkens wanneer u op de l (W) knop drukt, wordt er
verder uitgezoomd. Om de zoom te annuleren, zoomt u
uit totdat het gehele beeld weer te zien is.
Zoom annule-
ren
Zoom annuleren en terugkeren naar schermvullende
weergave.
Beeld uitsnij-
den
Alleen het gedeelte van het beeld dat op de monitor
zichtbaar is, kan worden uitgesneden.
Beeld verwij-
deren
u
Er verschijnt een bevestigings-
scherm. Druk de multi-selector
omhoog of omlaag om de optie
te markeren, en druk op het
midden van de multi-selector om
uw keuze te maken.
4.0
:
Schuiven
:
Zoomen
Wis 1 beeld(en)?
Wis 1 beeld(en)?
Ja
Nee
:
Ingestld
:
Ingestld
:
Ingestld
50
Beelden met de camera bekijken
Meer over weergave
Spraakmemo’s: Opnemen en afspelen
Met de microfoon van de camera kunt u een spraakmemo
opnemen door op de ontspanknop te drukken terwijl een
foto met de symbolen
O
:
@
(opnemen van spraakme-
mo's) tijdens het afspelen schermvullend wordt weerge-
geven (
Q
22). Raak tijdens de opname de microfoon niet
aan. Spraakmemo’s kunnen niet worden opgenomen of
afgespeeld bij films (
Q
70) of tijdens weergave van mini-
atuurbeelden (
Q
48) of zoomweergave (
Q
49).
Als er voor het huidige beeld al een spraakmemo bestaat,
worden [
1
] (spraakmemo-pictogram) en
O
: [
1
]
(spraakmemo afspelen) weergegeven en kan er geen
nieuwe spraakmemo worden opgenomen.
Spraakmemo’s
Bestandsnamen voor spraakmemo’s bestaan uit een identificator (“DSCN” voor memo’s die bij ori-
ginele opnamen horen, "SND_" voor memo’s die aan kopieën zijn toegevoegd), een viercijferig
bestandsnummer, gekopieerd van het bijbehorende beeld, en de extensie “.WAV” (bijv.
“DSCN0015.WAV”).
2005
.
08
.
01
2005
.
08
.
01
13:
00
13:
00
100NIKON
100NIKON
0001.
JPG
0001.
JPG
1
1
1
1
7M
7M
Actie Indrukken Omschrijving
Spraakmemo
opnemen
Verschijnt er een O
:
@ pictogram op de huidige foto,
dan wordt de spraakmemo opgenomen zolang de ont-
spanknop ingedrukt wordt gehouden. Tijdens het opne-
men knippert het z REC pictogram. De opname stopt na
ongeveer 20 s of na loslaten van de ontspanknop. Raak
de microfoon tijdens de opname niet aan.
Spraakmemo
afspelen
Beelden waarvoor al een spraakmemo bestaat, worden
gemarkeerd met het 1 pictogram. Druk op de ontspan-
knop om de spraakmemo af te spelen. Er wordt gestopt
wanneer de spraakmemo afgespeeld is of de ontspan-
knop opnieuw wordt ingedrukt.
Volume
wijzigen
l (W)/
O (T)
Met de zoomknoppen regelt u tijdens weergave het volume.
Druk op
l
(
W
) om het volume te verlagen, op
O
(
T
) om het
te verhogen. Het volume is ook instelbaar met de optie
Geluid
instellen
>
Volume
in het menu SET-UP (
Q
103).
Beeld of
spraakmemo
verwijderen
u
Er wordt een b
evestigingsscherm
weergegeven. Druk de multi-selector
omhoog of omlaag om de optie te
markeren, en druk op
I
(het mid-
den van de multi-selector) om uw
keuze te maken.
• Selecteer Nee om het scherm te
verlaten zonder een beeld of spraakmemo te verwijderen.
Selecteer [
1
] om alleen de spraakmemo te verwijderen.
Selecteer
Ja
om zowel het beeld als de spraakmemo te verwijderen.
Wis 1 beeld(en)?
Wis 1 beeld(en)?
Ja
Nee
:
Ingestld
:
Ingestld
:
Ingestld
51
Meer over weergave
Beelden op TV bekijken
Wanneer u de EG-CP14 audio/videokabel (AV-kabel) gebruikt die bij uw camera
is geleverd, kunt u de camera op een televisie of videorecorder aansluiten.
Videostand kiezen
Het onderdeel Videostand bij de optie Interface van het menu SET-UP biedt een keuze tussen
NTSC en PAL (Q 108). Let erop dat de gekozen stand past bij het gebruikte apparaat.
Zet de camera uit
Zet de camera uit voordat u de AV-kabel aan-
sluit of afkoppelt.
De AV-kabel op de camera aansluiten
Open het kapje van de aansluitingen en steek
de zwarte steker in de cameraconnector.
De AV-kabel op de televisie of video-
recorder aansluiten
Steek de gele steker van de AV-kabel in de vi-
deo-in aansluiting van de televisie of videore-
corder en de witte steker in audio-in
aansluiting.
Zet de camera aan
Druk ongeveer een seconde op de x knop
om de camera aan te zetten. De monitor van
de camera blijft uit en de televisie geeft het
beeld weer dat anders op de monitor te zien
zou zijn geweest. Wanneer de camera wordt
aangesloten op een videorecorder kunt u
beelden op videoband opnemen.
1
2
3
4
52
Meer over weergave
Beelden op de computer bekijken
Met de UC-E6 USB-kabel en de PictureProject software die bij uw camera werd
geleverd kunt u uw foto’s en filmclips op een computer bekijken. Voordat u beel-
den overspeelt (kopieert) naar uw computer, dient u PictureProject te hebben
geenstalleerd. Voor meer informatie over het installeren van PictureProject en het
overspelen van beelden naar uw computer, zie de Snelhandleiding en de Pictu-
reProject naslaggids (op cd-rom).
Voordat u de camera aansluit
U kunt beelden van de camera naar de computer overspelen door:
Op de I (V) knop van de camera te drukken (Q 92)
In PictureProject op de Overspelen knop te drukken
Welke methode u gebruikt is afhankelijk van het besturingssysteem van uw com-
puter en de USB-optie die werd gekozen in het menu SET-UP van de camera.
Kies na het raadplegen van onderstaande tabel de juiste optie voor het onderdeel
USB in het menu SET-UP van de camera. De standaardoptie is Mass Storage.
*De I (V) knop op de camera kan niet worden gebruikt om in de volgende gevallen beelden
over te spelen. Gebruik de knop Overspelen in PictureProject.
• Wanneer bij de USB-optie Mass Storage is geselecteerd als u uit het camerageheugen
beelden wilt overspelen
• Wanneer het schrijfbeveiligingsschuifje van de geheugenkaart in de vergrendelde stand
staat. Ontgrendel de geheugenkaart door het schuifje naar de schrijfstand te zetten
voordat u beelden overspeelt.
Besturingssysteem
Beelden overspelen met:
De I (V)
knop* op de camera
PictureProject
Overspelen knop
Windows XP Home Edition
Windows XP Professional
Kies Mass Storage of PTP.
Windows 2000 Professional
Windows Millennium Edition (Me)
Windows 98 Second Edition (SE)
Kies Mass Storage.
Mac OS X 10.1.5 of hoger Kies PTP.
Kies Mass Storage
of PTP.
USB
Videostand
INTERFACE
INTERFACE
Ingestld
Ingestld
PTP
Mass Storage
USB
USB
Ingestld
Ingestld
Help
ON
1m
Waarschuwing vaag
Automatisch uit
Geheugen formatteren
Taal/Language
SET-UP
2/3
SET-UP
2/3
Ingestld
Ingestld
Interface
53
Beelden op de computer bekijken
Meer over weergave
USB-kabel aansluiten
Zet de computer aan en wacht totdat deze is opgestart. Sluit, nadat u hebt ge-
controleerd of de camera uit staat, de UC-E6 USB-kabel aan als hieronder aan-
gegeven. Sluit de camera rechtstreeks op de computer aan; sluit de camera niet
aan via een USB-hub of een toetsenbord.
U kunt nu de camera aanzetten en beelden overspelen zoals beschreven in de
Snelhandleiding.
Windows 2000 Professional, Windows Millennium Edition (Me),
Windows 98 Second Edition (SE)
Selecteer PTP niet wanneer u de camera aansluit op een computer die draait met een van
bovenstaande besturingssystemen. Hebt u de camera aangesloten op een computer die
draait met een van bovengenoemde besturingssystemen terwijl PTP is geselecteerd in het
USB menu, ontkoppel dan de camera als hieronder beschreven. Selecteer Mass Storage
voordat u de camera weer aansluit.
Windows 2000 Professional
Er verschijnt een venster van de wizard voor nieuw gevonden hardware.
Klik op Annuleren om het dialoogscherm te sluiten, en koppel vervolgens de camera af.
Windows Millennium Edition (Me)
Na het weergeven van een venster dat aangeeft dat de database voor nieuwe hardware
wordt bijgewerkt, start de computer de wizard voor het toevoegen van nieuwe hardware.
Klik op Annuleren om de wizard te verlaten en ontkoppel de camera.
Windows 98 Second Edition (SE)
De wizard voor nieuw gevonden hardware verschijnt. Klik op Annuleren om de wizard te
verlaten en ontkoppel de camera.
UC-E6 USB-kabel
54
Beelden op de computer bekijken
Meer over weergave
De camera ontkoppelen
Is PTP geselecteerd in het USB menu, dan kunt u de camera uitzetten en de USB-
kabel afkoppelen nadat de beelden zijn overgespeeld. Hebt u de optie USB in het
menu SET-UP van de camera niet anders ingesteld dan de standaardinstelling
Mass Storage, dan moet u de camera uit het systeem verwijderen, zoals hieron-
der wordt aangegeven, voordat u de camera uitzet of de kabel loskoppelt.
Windows XP Home Edition/Windows XP Pro-
fessional
Klik op het pictogram "Hardware veilig verwijde-
ren" ( ) in de taakbalk en selecteer USB-appa-
raat voor massaopslag veilig verwijderen in
het menu dat verschijnt.
Windows 2000 Professional
Klik op het pictogram "Hardware ontkoppelen of
uitwerpen" ( ) in de taakbalk en selecteer USB
Device stoppen in het menu dat verschijnt.
Windows Millennium Edition (Me)
Klik op het pictogram "Hardware ontkoppelen of
uitwerpen" ( ) in de taakbalk en selecteer USB-
schijf stoppen in het menu dat verschijnt.
Windows 98 Second Edition (SE)
Klik in Deze computer met de rechtermuisknop op
het pictogram van de verwisselbare schijf die cor-
respondeert met de camera en selecteer Eject in
het menu dat verschijnt.
Mac OS X
Sleep het pictogram dat het camerageheugen
voorstelt ("NO_NAME") naar de Prullenmand.
Mac OS X
55
Meer over weergave
Foto’s printen
Foto’s die in het geheugen of op de geheugenkaart zijn opgeslagen, kunnen op
dezelfde wijze worden geprint als foto’s die met een filmcamera zijn genomen.
Met de optie Printopdracht in het WEERGAVEMENU van de camera kunt u op-
geven welke foto’s er geprint moeten worden en in welk aantal, en welke infor-
matie er bij de print moet worden verwerkt.
Foto’s printen
Foto’s kunnen als volgt worden geprint.
*Wanneer er geen printopdracht is gemaakt, worden alle foto’s in het geheugen
of op de geheugenkaart geprint.
Printmethode Geheugenkaart
Intern camerageheu-
gen
Q
Digitale fotocen-
trale
Breng de geheugenkaart met de
foto’s naar een digitale fotocen-
trale. Als er een printopdracht* is
gemaakt, moet het fotolab onder-
steuning bieden voor DPOF om
deze instellingen te gebruiken.
Kopieer de foto’s in het
interne geheugen naar
een geheugenkaart en
print deze door de pro-
cedure toe te passen die
aan de linkerkant wordt
beschreven. Op de
geheugenkaart moet
een printopdracht*
worden gemaakt. Foto’s
in het interne geheu-
gen kunnen recht-
streeks vanaf de camera
worden geprint, afhan-
kelijk van de fotocen-
trale.
56, 94
Printer met een
geheugenkaart-
sleuf
Plaats een geheugenkaart met
foto’s in de geheugenkaartsleuf
op de printer. Als er een printop-
dracht* is gemaakt, moet de prin-
ter ondersteuning bieden voor
DPOF om deze instellingen te
gebruiken.
56, 94
Printer die Pict-
Bridge onder-
steunt
Sluit de camera aan op een printer die PictBridge onder-
steunt. De gegevens van de printopdracht* kunnen worden
gebruikt.
56, 59
Foto’s naar een
computer over-
spelen en vervol-
gens printen
Zie de PictureProject naslaggids.-
56
Foto’s printen
Meer over weergave
Markeer Printopdracht. Roep het menu PRINTOPDRACHT op.
Markeer Print selectie. De opnamen van de geheugenkaart ver-
schijnen als miniatuurbeelden.
Markeer een foto. Selecteer de gemarkeerde foto. Geselec-
teerde foto’s zijn gemarkeerd door het
d pictogram.
"Printopdr. wissen"
Wilt u de huidige printopdracht opheffen, markeer dan Printopdr. wissen in het menu PRINTOP-
DRACHT en druk de multi-selector naar rechts. Alle printmarkeringen van de huidige printopdracht
worden verwijderd; de foto’s zelf worden niet verwijderd.
1
Printopdracht
Diashow
Wissen
Beveiligen
Overspeelmarkering
WEERGAVEMENU 1/2
Ingestld
Sluit
Help
2
Print selectie
Printopdr. wissen
PRINTOPDRACHT
Ingestld
Sluit
3
Print selectie
Printopdr. wissen
PRINTOPDRACHT
Ingestld
Sluit
4
PRINT SELECTIE
12
:
00
5
5
2005
.
08 .
01
Ingestld
Terug
5
12
:
00
5
4
2005
.
08 .
01
PRINT SELECTIE
Ingestld
Terug
6
12
:
00
5
4
2005
.
08 .
01
1
PRINT SELECTIE
Ingestld
Terug
57
Foto’s printen
Meer over weergave
Gebruik de multi-selector om het aantal
prints op te geven (maximaal 9). Om een
geselecteerde foto te deselecteren, drukt
u de multi-selector omlaag totdat het
pictogram verdwijnt. Herhaal stappen 5-
7 om andere foto’s te selecteren. Om te
stoppen zonder de printopdracht te ver-
anderen, drukt u op de ^ knop.
Voltooi de printopdracht en open het
menu met printopties.
• Om op alle foto’s van de printopdracht de
datum van opname te printen, markeert u
Datum en drukt u op I.
In het vakje naast het onderdeel verschijnt
een vinkje.
• Om op alle foto’s van de printopdracht de
sluitertijd en het diafragma te printen,
markeert u Info en drukt u op I.
In het vakje naast het onderdeel verschijnt
een vinkje.
Om het aangevinkte onderdeel te dese-
lecteren markeert u het onderdeel en
drukt u op I.
Om te stoppen zonder de printopdracht
te veranderen, drukt u op de ^ knop.
Om de printopdracht te voltooien en te-
rug te keren naar weergave, markeert u
Gereed en drukt u op I. Gereed wordt
weergegeven en het scherm keert terug
naar het WEERGAVEMENU. Druk op de
^ knop om terug te keren naar scherm-
vullende weergave.
7
12
:
00
5
4
2005
.
08 .
01
2
PRINT SELECTIE
Ingestld
Terug
8
Datum
Info
PRINTOPDRACHT
Ingestld
Sluit
Gereed
Gereed
58
Foto’s printen
Meer over weergave
Printopdracht
Als u na het aanmaken van een printopdracht het menu PRINTOPDRACHT oproept, dan worden
de opties Datum en Info teruggezet.
"Datum"
Indien Datum geselecteerd is, dan verschijnt de datum van opname op
foto’s die met DPOF worden geprint. De datum is gebaseerd op de foto-
informatie die bij de foto werd geregistreerd, en zal niet juist zijn wanneer
de cameraklok niet goed stond toen de foto werd gemaakt (Q 14-15).
De datum zal niet worden geprint wanneer het printsysteem de DPOF-
datumfunctie niet ondersteunt.
De datumstempel die in het beeld wordt opgenomen wanneer Da-
tum of Datum en tijd is geselecteerd bij Datum afdrukken
(Q 101), vormt een permanent deel van het beeld en zal altijd op
alle prints verschijnen, ook als de printer de DPOF-datumfunctie niet
ondersteunt. Printopdracht kan niet worden gebruikt om op ge-
maakte foto’s de tijd en datum van opname te printen wanneer Da-
tum of Datum en tijd is geselecteerd bij Datum afdrukken.
2005.08.01
59
Meer over weergave
Printen via een directe USB-verbinding
Met uw camera kunt u met gebruik van PictBridge rechtstreeks vanaf de camera foto’s printen.
Als de UC-E6 USB-kabel wordt gebruikt om de camera op een printer aan te sluiten die Pict-
Bridge ondersteunt, kunnen foto’s rechtstreeks vanuit het geheugen of vanaf de geheugen-
kaart worden geprint zonder dat deze eerst naar de computer moeten worden gekopieerd.
Voordat u gaat printen
Controleer voordat u via de directe USB-aansluiting gaat printen of de printer PictBridge of
USB Direct Print ondersteunt, en controleer de printerinstellingen. Kijk in de gebruikshand-
leiding van de printer voor meer informatie.
Gebruik een betrouwbare voeding
Gaat u door middel van een rechtstreekse USB-aansluiting printen, zorg dan voor een vol-
ledig geladen batterij. Laad bij twijfel de batterij op voordat u gaat printen, of gebruik de
optionele EH-62B lichtnetadapter.
PictBridge
PictBridge is een industriestandaard voor direct afdrukken waarmee compatibiliteit is verzekerd
wanneer verschillende apparaten zijn aangesloten.
1
Selecteer
PTP
in het USB-menu van de camera.
• Voor meer informatie over selectie van de
USB-optie, zie “Beelden op de computer
bekijken” (Q 52).
2
Sluit, nadat u hebt gecontroleerd of de camera uit staat, de UC-E6 USB-kabel aan
als hierboven aangegeven.
U kunt de camera en printer nu aanzetten.
PTP
Mass Storage
USB
Ingestld
60
Printen via een directe USB-verbinding
Meer over weergave
3
Het openingsscherm en een gemaakte foto worden schermvullend weergegeven
als de camera de printer heeft herkend.
Druk op l (W) om zes miniaturen weer te geven. Druk als er zes miniaturen
worden weergegeven op O (T) om terug te keren naar de schermvullende
weergave.
De foto die schermvullend wordt weergegeven, kan worden geprint (Q 64).
4
Open het menu PictBridge.
Druk opnieuw op de ^ knop om terug te gaan naar het scherm rechts in stap 3.
+
5/ 5
Print selectie
Print alle beelden
DPOF printen
Papierformaat
PictBridge
Ingestld
Annuleren
Optie Omschrijving
Print selectie Selecteer de foto en geef het aantal prints op.
Print alle beelden
Alle foto’s in het interne geheugen of op de geheugenkaart
worden geprint.
DPOF printen
Foto’s waarvoor een printopdracht is gemaakt, worden dien-
overeenkomstig geprint.
Papierformaat U kunt het papierformaat instellen waarop wordt geprint.
61
Printen via een directe USB-verbinding
Meer over weergave
56
Markeer Papierformaat. Open het menu PAPIERFORMAAT.
78
Selecteer het papierformaat.
• Selecteer Standaard om te printen op
basis van de papierinstellingen van de
printer.
U kunt de volgende formaatopties selec-
teren: 3.5" × 5" (89 mm × 127 mm), 5" ×
7" (127 mm × 178 mm), Ansichtkaart,
100 mm × 150 mm, 4" × 6" (102 mm ×
152 mm), 8" × 10" (203 mm × 254 mm),
Letter (216 mm × 279 mm), A3 en A4
(210 mm × 297 mm)
De selecteerbare formaatopties kunnen
variëren, afhankelijk van de printer.
Open het menu PictBridge.
Print selectie
Print alle beelden
DPOF printen
Papierformaat
PictBridge
Ingestld
Annuleren
Standaard
3.5" × 5"
5" × 7"
100mm
×
150mm
Ansichtkaart
PAPIERFORMAAT
1/2
Ingestld
3.5" × 5"
5" × 7"
100mm
×
150mm
Standaard
Ansichtkaart
PAPIERFORMAAT
1/2
Ingestld
Print selectie
Print alle beelden
DPOF printen
Papierformaat
PictBridge
Ingestld
Annuleren
62
Printen via een directe USB-verbinding
Meer over weergave
910
Markeer Print selectie.*
* Wanneer u één exemplaar wilt printen
van alle foto's in het geheugen of op
de geheugenkaart, selecteert u Print
alle beelden en drukt u de multi-se-
lector naar rechts.
Roep het venster PRINT SELECTIE op.
11 12
Blader door foto’s. De huidige foto ver-
schijnt onder in het display.
Selecteer huidige foto en stel aantal
prints in op 1. Geselecteerde foto’s krij-
gen een d pictogram.
13 14
Gebruik de multi-selector om het aantal
prints op te geven (maximaal 9). Wilt u de
selectie van het beeld annuleren, druk
dan de multi-selector omlaag wanneer
het aantal prints op 1 staat. Herhaal stap-
pen 11-13 om extra beelden te selecte-
ren.
Geselecteerde foto’s bekijken. Druk de
multi-selector omhoog, naar rechts, naar
links of omlaag om foto’s te bekijken die
niet op de monitor te zien zijn.
Print selectie
Print alle beelden
DPOF printen
Papierformaat
PictBridge
Ingestld
Annuleren
12
:
00
5
5
2005
.
08 .
01
PRINT SELECTIE
Ingestld
Terug
12
:
00
5
4
2005
.
08 .
01
PRINT SELECTIE
Ingestld
Terug
12
:
00
5
4
2005
.
08 .
01
1
PRINT SELECTIE
Ingestld
Terug
12
:
00
5
4
2005
.
08 .
01
3
PRINT SELECTIE
Ingestld
Terug
007 PRINTS
Start print
Terug
2
3
6
5
4
1
63
Printen via een directe USB-verbinding
Meer over weergave
Zo drukt u de huidige printopdracht af:
Markeer DPOF printen nadat u het pa-
pierformaat hebt geselecteerd.
Roep de opties op.
Markeer Bevestigen. Om te stoppen
zonder foto’s te printen, drukt u op An-
nuleren en drukt u op I.
Roep de printopdracht op. Druk de mul-
ti-selector omhoog, naar rechts, naar
links of omlaag om foto’s te bekijken die
niet op de monitor te zien zijn.
15
Begin met printen.
Druk om het printen te onderbreken op I (Annuleren).
Het bericht rechtsboven verschijnt wanneer het printen is voltooid. Zet de camera
uit en ontkoppel de USB-kabel. Wanneer u de camera een tijdje niet gebruikt,
verschijnt opnieuw het scherm PRINT SELECTIE of het scherm PictBridge (wan-
neer Print alle beelden was geselecteerd).
Printen
002/007
Annuleren
Annuleren
Gereed
+
1
Print selectie
Print alle beelden
DPOF printen
Papierformaat
Annuleren
PictBridge
Ingestld
2
DPOF PRINTEN
Ingestld
Bevestigen
Annuleren
Start print
Printer gereed?
007
prints
3
DPOF PRINTEN
Ingestld
Bevestigen
Annuleren
Start print
Printer gereed?
007
prints
4
BEVESTIGEN
Start print
Terug
2
3
6
5
4
1
64
Printen via een directe USB-verbinding
Meer over weergave
Begin met printen.
Druk om het printen te onderbreken op I (Annuleren).
Het bericht rechtsboven verschijnt wanneer het printen is voltooid. Zet de camera
uit en ontkoppel de USB-kabel. Wanneer u de camera een tijdje niet gebruikt, ver-
schijnt opnieuw het scherm PictBridge.
DPOF Printen
De optie DPOF Printen is alleen beschikbaar als er een printopdracht werd aangemaakt.
Foutmeldingen
Verschijnt het rechts weergegeven venster, dan heeft er zich een fout voorge-
daan. Na controle van de printer en het oplossen van problemen met behulp
van de gebruikshandleiding van de printer, kunt u
Hervatten
markeren en
vervolgens op
I
drukken om het printen te hervatten. Selecteer
Annuleren
om terug te keren zonder de resterende foto’s af te drukken.
Weergegeven foto printen
Sluit de camera op de printer aan. Druk als de foto wordt weergegeven op
I om het Printmenu te openen. U kunt nu een foto afdrukken op het in-
gestelde papierformaat. Druk de multi-selector omhoog of omlaag om
Start print te selecteren en druk op I.
Druk om het aantal prints of het papierformaat te veranderen de multi-se-
lector omhoog of omlaag en selecteer Kopieën of Papierformaat.
5
Printen
002/007
Annuleren
Annuleren
Gereed
+
PRINTERFOUT
CONTROLEER STATUS
Hervatten
Annuleren
Start print
Kopieën
PRINTMENU
Ingestld
Ingestld
Papierformaat
65
Foto’s bewerken
Foto’s bewerken
Beschikbare fotobewerkingen
Op de COOLPIX 7600 kunt u een foto bewerken met de volgende bewerkings-
functies en deze als een afzonderlijk bestand opslaan.
Bewerkte kopieën worden aangeduid met codes die de bewerkingsfunctie aan-
duiden en bestandsnummers die automatisch door de camera worden toegewe-
zen (Q 23).
Beperkingen voor bewerking van foto’s
Er zijn de volgende beperkingen voor bewerking van kopieën die al eerder zijn
bewerkt.
*
1
Wanneer u de tweede bewerking probeert uit te voeren, verschijnt het bericht "BEELD KAN
NIET WORDEN OPGESLAGEN" (Q 117).
*
2
Wanneer u de tweede bewerking probeert uit te voeren, verschijnt het bericht "Beeld is al aan-
gepast. D-Lighting kan niet worden gebruikt." (Q 117).
Foto’s bewerken
De COOLPIX 7600 bewerkingsfuncties zijn mogelijk niet beschikbaar voor foto’s die met
andere digitale camera’s dan de COOLPIX 7600 zijn gemaakt.
• Wanneer een kopie die met de COOLPIX 7600 is gemaakt, op een andere digitale camera
wordt bekeken, wordt het beeld mogelijk niet weergegeven of mogelijk niet naar een
computer overgespeeld.
Kopieën die met bewerkingsfuncties zijn gemaakt, worden niet verwijderd als de oor-
spronkelijke foto’s worden verwijderd. De oorspronkelijke foto’s worden niet verwijderd
als de kopieën die met bewerkingsfuncties zijn gemaakt, worden verwijderd.
Bewerkingsfuncties zijn niet beschikbaar wanneer er onvoldoende vrije ruimte in het ge-
heugen of op de geheugenkaart aanwezig is.
Bewerkte kopieën worden met dezelfde opnamedatum en opnametijd opgeslagen als het origineel.
Bewerkings-
functie
Omschrijving Doel Code
UITSNEDE
Hiermee snijdt u een
deel van een foto weg.
Voor het vergroten van een onderwerp
of het aanpassen van de compositie.
RSCN
D-Lighting
Hiermee wordt de hel-
derheid van de foto
automatisch aangepast.
Voor het helder maken van een don-
kere foto als gevolg van achter-
grondlicht of onvoldoende flitslicht.
FSCN
Kleine kopie
Hiermee maakt u een
kleine kopie van de
foto.
Voor weergave van foto’s op web-
pagina’s of verzending als bijlage bij
een e-mailbericht.
SSCN
1e bewerking
2e bewerking
UITSNEDE D-Lighting Kleine kopie
UITSNEDE Niet beschikbaar*
1
Niet beschikbaar*
2
Niet beschikbaar
D-Lighting Beschikbaar Niet beschikbaar*
2
Beschikbaar
Kleine kopie Niet beschikbaar Niet beschikbaar*
2
Niet beschikbaar
66
Foto’s bewerken
Foto’s uitsnijden: UITSNEDE
Met deze optie kunt u een gedeelte van een beeld uitsnijden en dit opslaan als
een afzonderlijk bestand.
Zoom in en uit.
Schuif door de foto. Herhaal stap 1 en 2
totdat het gewenste deel van het beeld
wordt weergegeven.
Er verschijnt een bevestigingsscherm. Se-
lecteer Ja om een uitgesneden kopie te
maken of Nee om af te sluiten zonder
een kopie te maken en druk op I (het
midden van de multi-selector).
Wilt u de nieuwe, uitgesneden kopie
bekijken, duw dan de multi-selector
omlaag totdat de kopie verschijnt.
Afhankelijk van de grootte van het origineel en de zoomverhouding op het mo-
ment dat de kopie werd gemaakt, worden de kopieën 2592 × 1944, 2288 ×
1712, 2048 × 1536, 1600 × 1200, 1280 × 960, 1024 × 768, 640 × 480, 320 ×
240 of 160 × 120 pixels groot. Uitgesneden kopieën worden opgeslagen als
JPEG-bestanden (compressieverhouding 1 : 8).
1
:
:
Schuiven
Zoomen
1.2
2
4.0
:
Schuiven
:
Zoomen
3
Dit beeld opslaan
als getoond?
Dit beeld opslaan
als getoond?
UITSNEDE
UITSNEDE
Ja
Nee
:
Ingestld
:
IngestldIngestld
67
Foto’s bewerken
De helderheid van een foto aanpassen: D-Lighting
De foto waarvan de helderheid is aangepast, wordt automatisch opgeslagen als een
afzonderlijke foto. Deze functie wordt D-Lighting genoemd. Met D-Lighting kan de
hoeveelheid achtergrondverlichting of onvoldoende flitsbelichting zo worden aan-
gepast dat het beeld helderder wordt.
Voorbeelden D-Lighting
+
Vóór Na
+
+
68
De helderheid van een foto aanpassen: D-Lighting
Foto’s bewerken
D-Lighting
De optie Auto-overdracht die is ingesteld voor de originele foto’s, wordt toegepast op
kopieën die zijn gemaakt met D-Lighting.
• De opties Printopdracht en Beveiligen die zijn ingesteld voor de originele foto’s, worden
niet toegepast op kopieën die zijn gemaakt met D-Lighting.
12
Geef de foto schermvullend weer om de
helderheid aan te passen.
I:N (D-Lighting) wordt weergegeven
voor foto's die automatisch kunnen wor-
den aangepast.
De oorspronkelijke foto wordt in de lin-
kerbovenhoek weergegeven en de foto
waarvan de helderheid is aangepast,
wordt in de rechterbovenhoek weergege-
ven.
34
Markeer Uitvrn.
Wanneer u wilt afsluiten zonder de aan-
gepaste foto te maken, markeert u An-
nuleren en drukt u op I.
Sla de automatisch aangepaste foto op.
N (D-Lighting icoom) wordt weergege-
ven wanneer foto's die met D-Lighting
zijn gemaakt, worden weergegeven.
2005
.
08
.
01
2005
.
08
.
01
13:
00
13:
00
100NIKON
100NIKON
0001.
JPG
0001.
JPG
1
1
1
1
7M
7M
D-Lighting
D-LightingLighting
:
Ingestld
:
Ingestld
Annuleren
Uitvrn.
D-Lighting
D-LightingLighting
:
Ingestld
:
Ingestld
Annuleren
Uitvrn.
2005
.
08
.
01
2005
.
08
.
01
13:
00
13:
00
100NIKON
100NIKON
0002.
JPG
0002.
JPG
2
2
2
2
7M
7M
69
Foto’s bewerken
Een foto verkleinen: Kleine kopie
Om van een foto een kleine kopie te maken, selecteert u Kleine kopie in het
WEERGAVEMENU nadat u het beeld in schermvullende weergave hebt getoond
of in de miniatuurweergave hebt geselecteerd.
Wilt u de nieuwe, verkleinde kopie bekijken, duw dan de multi-selector omlaag
totdat de kopie verschijnt. De kopie wordt weergegeven na de laatst opgenomen
foto (in miniatuurbeeldweergave worden kleine kopieën gemarkeerd met een
grijze rand). Om de bestandsgrootte zo klein mogelijk te houden, worden kopie-
en in het interne geheugen of op de geheugenkaart opgeslagen in JPEG-bestan-
den van BASIC-kwaliteit (compressieverhouding 1 : 16).
Optie
Grootte
(pixels)
Omschrijving
q
640 × 480
(standaardoptie)
640 × 480
De kopie kan schermvullend worden weergegeven op
een TV of een 13 inch monitor, zonder kwaliteitsverlies.
r 320 × 240 320 × 240
Geschikt voor weergave op Web-pagina’s. De kleine
bestandsgrootte verkort de tijd die nodig is om het
beeld in een Web-browser op te roepen.
s 160 × 120 160 × 120
De kopie kan snel worden verzonden en ontvangen als e-mailbij-
lage. Als het programma het gebruik van JPEG-beelden onder-
steunt, kan het beeld in het berichtvenster worden getoond.
12
Open het WEERGAVEMENU. Markeer Kleine kopie en druk de multi-
selector naar rechts.
34
Markeer een optie. Er verschijnt een bevestigingsscherm. Se-
lecteer Ja om een verkleinde kopie te ma-
ken of Nee om af te sluiten zonder een
kopie te maken en druk op I.
Printopdracht
Diashow
Wissen
Beveiligen
Overspeelmarkering
WEERGAVEMENU 1/2
Ingestld
Sluit
Help
Kleine kopie
Kopiëren
WEERGAVEMENU 2/2
Help
Ingestld
Sluit
640 × 480
320 × 240
160 × 120
KLEINE KOPIE
Ingestld
Sluit
Ja
Dit beeld opslaan als getoond?
Dit beeld opslaan als getoond?
Ingestld
Ingestld
Nee
Sluit
Sluit
70
Filmclips
Filmclips
W Filmclips opnemen
U kunt filmclips opnemen met geluid dat via de ingebouwde microfoon van de
camera wordt opgenomen.
Draai de keuzeknop naar W
Zet de camera aan
De monitor toont de lengte van de filmclip die
kan worden opgenomen.
Start de opname
Druk de ontspanknop geheel in om de opname te
starten. Tijdens de opname knippert het
z
REC
pictogram en wordt door de aanduiding aan de
onderzijde van de monitor de voortgang weerge-
geven.
De opname stopt automatisch wanneer er
geen geheugen meer aanwezig is in het interne
geheugen of op de geheugenkaart.
1
0h 0m20s
0h 0m20s
2
0h 0m12s
0h 0m12s
3
71
W Filmclips opnemen
Filmclips
Opmerkingen over filmclips
Al naargelang welke geheugenkaart wordt gebruikt, is het mogelijk dat de opname stopt voordat
de geheugenkaart vol is (
Q 117
). Raak tijdens het opnemen de ingebouwde microfoon niet aan.
Om te voorkomen dat het geluid van de scherp stellende camera inbreuk maakt op de opname,
dient u de scherpstellingsstand
Enkelvoudig AF
te selecteren.
Selectie van de flitsstand in de W stand
De flitser wordt automatisch uitgeschakeld ($) wanneer de filmstand wordt geselecteerd.
Digitale zoom
Tijdens het opnemen kan de digitale zoom niet worden gebruikt.
Macro Close-up stand in de stand W
Macro close-up wordt automatisch uitgeschakeld als de scherpstelstand wordt ingesteld op
Continu AF
. Als u macro close-up gebruikt, stel de scherpstelstand dan in op
Enkelvoudig AF
.
Filmclips
Filmclips worden opgenomen als QuickTime filmbestanden met de extensie ".MOV"; na
overspelen kunnen ze op de computer worden afgespeeld.
72
W Filmclips opnemen
Filmclips
Voor het op te nemen type film is er keus uit de volgende opties:
*1
De totale opnametijd die wordt getoond, is bij benadering gegeven. De tijd kan variëren al naar-
gelang het type geheugenkaart dat wordt gebruikt.
*2
Gebruik om te voorkomen dat opnamen met TV Film 640B plotseling eindigen een kaart met
een snelheid van 10 MB/s.
Type Omschrijving
Lengte filmclip
*1
Geheu-
gen
Geheugenkaart
14 MB 128 MB
256 MB
TV Film 640B
Filmclips worden opgenomen met een
frequentie van 30 beelden per
seconde. Elk beeld heeft een grootte
van 640 x 480 pixels. Minder knippe-
rend beeld met soepelere bewegingen
dan TV Film 640.
Onge-
veer
12 s
Onge-
veer
1 m 50 s
Onge-
veer
3 m 40 s
*2
TV Film 640
Filmclips worden opgenomen met een
frequentie van 15 beelden per
seconde. Elk beeld heeft een grootte
van 640 x 480 pixels.
Onge-
veer
24 s
Onge-
veer
3 m 40 s
Onge-
veer
7 m 20 s
Film 320B
Filmclips worden opgenomen met een
frequentie van 30 beelden per
seconde. Elk beeld heeft een grootte
van 320 x 240 pixels. Minder knippe-
rend beeld met soepelere bewegingen
dan Film 320.
Onge-
veer
24 s
Onge-
veer
3 m 40 s
Onge-
veer
7 m 20 s
Film 320
(standaardoptie)
Filmclips worden opgenomen met een
frequentie van 15 beelden per
seconde. Elk beeld heeft een grootte
van 320 x 240 pixels.
Onge-
veer
49 s
Onge-
veer
7 m 10 s
Onge-
veer
14 m 40 s
Film 160
Filmclips worden opgenomen met een
frequentie van 15 beelden per
seconde. Elk beeld heeft een grootte
van 160 x 120 pixels. Met Film 160
kunnen langere films worden opgeno-
men.
Onge-
veer
2m 42 s
Onge-
veer
24 m
Onge-
veer
48 m 20 s
73
W Filmclips opnemen
Filmclips
Zo kiest u een filmstand:
Selecteer de W stand. Roep het FILM menu op.
Markeer Filmopties. Roep het FILMOPTIES menu op.
Markeer de gewenste stand.*
* Wilt u stoppen zonder de instelling te
veranderen, druk dan op de ^ knop.
Maak uw keuze om terug te keren naar
het menu FILM.
Ga terug naar de opnamestand. De gese-
lecteerde filmstand wordt aangegeven op
de monitor.
1
0h 0m20s
0h 0m20s
2
Help
Filmopties
Scherpstel-stand
Elektronische VR
FILM
Ingestld
Sluit
3
Help
Filmopties
Scherpstel-stand
Elektronische VR
FILM
Ingestld
Sluit
4
Film 320
TV Film 640
Film 320
TV Film 640
Film 160
FILMOPTIES
Ingestld
Sluit
5
Film 320
TV Film 640
Film 320
TV Film 640
Film 160
FILMOPTIES
Ingestld
Sluit
7
0h 0m 8s
0h 0m 8s
6
Help
Filmopties
Scherpstel-stand
Elektronische VR
FILM
Ingestld
Sluit
74
W Filmclips opnemen
Filmclips
Het menu FILM bevat de volgende scherpstelopties:
Zo kiest u een scherpsteloptie in het FILM menu:
Markeer Scherpstel-stand. Roep opties op.
Markeer gewenste scherpstel-stand. Maak een selectie.
Ga terug naar de opnamestand.
Scherpstelstand Omschrijving
Enkelvoudig AF
(standaardoptie)
De camera stelt scherp wanneer de ontspanknop half wordt inge-
drukt. Scherpstelling wordt vergrendeld na het scherpstellen.
Continu AF
De camera stelt scherp als dat nodig is.
1
Help
Filmopties
Scherpstel-stand
Elektronische VR
FILM
Ingestld
Sluit
2
Enkelvoudig AF
Continu AF
SCHERPSTEL-STAND
Ingestld
Sluit
3
Enkelvoudig AF
Continu AF
SCHERPSTEL-STAND
Ingestld
Sluit
4
Filmopties
Scherpstel-stand
Elektronische VR
FILM
Ingestld
Sluit
Help
5
0h 0m20s
75
W Filmclips opnemen
Filmclips
Het menu FILM bevat de volgende trillingsreductie-opties:
Een vibratiereductie-optie kiezen in het menu FILM:
Optie Omschrijving
U Aan
Vermindert de gevolgen van cameratrillingen.
V Uit
(standaardoptie)
Vibratiereductie uit.
12
Markeer Elektronische VR. Geef de opties weer.
34
Markeer de optie. Maak een selectie.
5
Ga terug naar de opnamestand.
Als u elektronische VR hebt ingescha-
keld, verschijnt op de monitor een U
pictogram.
Help
Filmopties
Scherpstel-stand
Elektronische VR
FILM
Ingestld
Sluit
Aan
Uit
ELEKTRONISCHE VR
Ingestld
Sluit
Ingestld
Sluit
Aan
Uit
ELEKTRONISCHE VR
Help
Filmopties
Scherpstel-stand
Elektronische VR
FILM
Ingestld
Sluit
0h 0m20s
76
Filmclips
Filmclips afspelen
In de schermvullende weergave (
Q
22) kunnen filmclips met
geluid worden afgespeeld. Films worden aangeduid door een
W
pictogram en kunnen worden bekeken door op
I
(het
midden van de multi-selector) te drukken. De bedieningsknop-
pen worden aan de bovenzijde van de monitor weergegeven.
Druk de multi-selector naar links of rechts om een knop te mar-
keren, en druk vervolgens op
I
om de geselecteerde hande-
ling uit te voeren.
Volume tijdens afspelen
Met de zoomknoppen regelt u tijdens het afspelen het volume. Druk op
l
(
W
) om het volu-
me te verlagen, op
O
(
T
) om het te verhogen.
Films wissen
Wilt u de film wissen, druk dan op de u knop. Er verschijnt een bevestigingsscherm; druk
de multi-selector omhoog of omlaag om een optie te markeren en druk dan op het midden
van de multi-selector om de gemarkeerde optie te selecteren.
Ja: wis film en keer terug naar schermvullende weergave
Nee: keer terug naar schermvullende weergave zonder film te wissen
Actie Indrukken Omschrijving
Terugspoelen (
Gebruik tijdens het afspelen van de film de multi-
selector om het ( pictogram te selecteren, en houd
vervolgens het midden van de multi-selector inge-
drukt.
Vooruitspoelen *
Gebruik de multi-selector om het * pictogram te
selecteren, en houd vervolgens het midden van de
multi-selector ingedrukt. De weergave stopt met het
laatste beeldje; is het afspelen gestopt, dan verschijnt
het eerste beeldje op de monitor.
Pauze )
Gebruik de multi-selector om het ) pictogram te
selecteren, en druk vervolgens op het midden van de
multi-selector om een pauze in te lassen.
Film één beeldje
terugspoelen
,
Gebruik tijdens de pauze van een film de multi-selec-
tor om het
,
pictogram te selecteren, en druk ver-
volgens op het midden van de multi-selector.
Film één beeldje
vooruitspoelen
-
Gebruik tijdens de pauze van een film de multi-selec-
tor om het - pictogram te selecteren, en druk ver-
volgens op het midden van de multi-selector.
Afspelen hervat-
ten
+
Gebruik tijdens de pauze van een film de multi-selec-
tor om het + pictogram te selecteren, en druk vervol-
gens op het midden van de multi-selector.
Stoppen met
afspelen
=
Gebruik de multi-selector om het
=
pictogram te selecte-
ren, en druk vervolgens op het midden van de multi-selec-
tor om terug te keren naar schermvullende weergave.
0h 0m25s
Tijdens pauze
77
Het opnamemenu
Het opnamemenu
Werken met het opnamemenu
In de P (automatische) stand kunnen vanuit het OPNAMEMENU de volgende
opties worden ingesteld:
In de P (automatische) stand verschijnt het OPNAMEMENU wanneer de ^
knop wordt ingedrukt.
Het OPNAMEMENU oproepen:
Open het OPNAMEMENU.
Met de optie Menu’s van het menu SET-
UP kan voor het menudisplay gekozen
worden tussen Tekst en Pictogrammen
(Q 112).
Optie Omschrijving Q
Beeld kwal/form Kies beeldgrootte en beeldkwaliteit. 79-80
Witbalans Kies de witbalans die bij de heersende lichtbron past. 81
+/- Correctie
Pas belichting aan voor zeer donkere, zeer lichte of
hoogcontrastonderwerpen.
83
Continu Maak foto’s één per keer of in serie. 84
BSS Schakel de Best Shot Selector (BSS) in of uit. 85
Kleuropties
Kies kleur, levendig, zwart-wit, sepia of blauw-monochroom.
86
1
Beeld kwal/form
Witbalans
+/- Correctie
Continu
BSS
OPNAMEMENU 1/2
Ingestld
Sluit
Help
78
Werken met het opnamemenu
Het opnamemenu
Een selectie in het OPNAMEMENU maakt u als volgt:
Markeer het menu-onderdeel.
Markeer een optie en druk op I. Om
terug te keren naar de vorige stap, duwt
u de multi-selector naar links.
Toon de opties.
Maak uw keuze. Wilt u het menu verla-
ten en terugkeren naar de opna-
mestand, druk dan op de ^ knop.
1
Beeld kwal/form
Witbalans
+/- Correctie
Continu
BSS
OPNAMEMENU 1/2
Ingestld
Sluit
Help
3
+0.7
0
Ingestld
Sluit
+/- CORRECTIE
+0.3
2
Ingestld
Sluit
+/- CORRECTIE
+0.3
-
0.3
0
4
7
AUTO
+0.3
7M
79
Het opnamemenu
Beeldkwaliteit/formaat
Beeld kwal/form
Foto’s die worden opgenomen met een digitale came-
ra, worden opgeslagen als een beeldbestand. De om-
vang van die bestanden, en daarmee het aantal foto’s
dat op de geheugenkaart kan worden opgeslagen, is
afhankelijk van de grootte- en kwaliteitsinstellingen.
Kies voordat u gaat fotograferen de beeldgrootte en -
kwaliteit die passen bij doel en gebruik van de foto’s.
* Om de hoeveelheid geheugen te reduceren die elke opname in beslag neemt, worden foto’s ge-
comprimeerd terwijl deze in het geheugen of op de geheugenkaart worden opgenomen. Door
compressie zal de kwaliteit van het beeld minder worden. Hoe sterker de compressie, des te
zichtbaarder zal het kwaliteitsverlies zijn. De getallen tonen bij benadering de compressieverhou-
ding van elke instelling.
† Alle getallen zijn benaderingen. Afmetingen in de kolom "Omschrijving" gaan uit van een print-
resolutie van ongeveer 200 dpi, de afmetingen in de kolom "Printgrootte" van een resolutie van
ongeveer 300 dpi.
Kies in geval van twijfel Q Normaal (3072). U kunt beelden verkleinen of uit-
snijden wanneer u deze na de opname op de monitor weergeeft (Q 66, 69).
Optie
Grootte
(pixels)
Kwali-
teit*
Omschrijving
Print-
grootte
(cm)
P (3072B)
3072 ×
2304
1 : 4
Hoge kwaliteit, geschikt voor vergro-
tingen en kwaliteitsprints.
22 × 19,5
Q (3072)
(standaardoptie)
1 : 8 Beste keuze in meeste situaties.
H (2592)
2592 ×
1944
1 : 8 In de meeste situaties de beste keuze. 22 × 16,5
b (2048)
2048 ×
1536
1 : 8
Door kleinere afmetingen kunnen meer
opnamen op de geheugenkaart wor-
den opgeslagen.
17 × 13
S
PC-scherm
(1024)
1024 ×
768
1 : 8
Geschikt voor weergave op compu-
termonitors van 17 inch of groter.
9 × 7
R
TV-scherm
(640)
640 ×
480
1 : 8
Voor schermvullende vertoning op een
TV of 13 inch monitor. Geschikt voor
verspreiding via e-mail of het Web.
5 × 4
Hoog
(
3072
)
Normaal
(
3072
)
Normaal
(
2592
)
Normaal
(
2048
)
PC-scherm
(
1024
)
BEELD KWAL/FORM 1/2
Ingestld
Sluit
80
Beeldkwaliteit/formaat
Het opnamemenu
Onderstaande tabel geeft bij benadering het aantal beelden dat bij verschillende
kwaliteit/grootte-instellingen kan worden opgeslagen in het geheugen of op ge-
heugenkaarten van 128 en 256 megabyte.
* Alle getallen zijn benaderingen. De grootte van een beeldbestand is mede afhankelijk van de in-
houd van het beeld. Het aantal beelden dat kan worden opgeslagen, kan hierdoor variëren.
Beeldkwaliteit/formaat en aantal resterende opnamen
Het aantal resterende opnamen dat in de monitor wordt getoond is slechts een schatting. De be-
standsgrootte van gecomprimeerde beelden varieert al naargelang de inhoud van het beeld. Het
aantal beelden dat kan worden opgeslagen, kan daardoor sterk variëren.
Beeldgrootte
Kleinere beelden leiden tot kleinere bestanden, die geschikt zijn voor verzending per e-mail of ge-
bruik op Web-pagina’s. Wanneer kleine beelden groter worden afgedrukt, zal het resultaat echter
grof en ongelijkmatig zijn.
Printgrootte
De grootte waarop beelden kunnen worden geprint is afhankelijk van de printer-resolutie: hoe ho-
ger de resolutie, des te kleiner zal de uiteindelijke print zijn.
Beeldkwaliteit/formaat
De huidige instelling voor de beeldkwaliteit/formaat wordt aangegeven
door een pictogram in de linkerbenedenhoek van de monitor.
Beeldkwaliteit/formaat
Geheugen Geheugenkaart
14 MB 128 MB 256 MB
Hoog (3072B) Circa 4 Circa 35 Circa 70
Normaal (3072) Circa 7 Circa 70 Circa 140
Normaal (2592) Circa 10 Circa 95 Circa 195
Normaal (2048) Circa 17 Circa 155 Circa 305
PC-scherm (1024) Circa 57 Circa 510 Circa 1025
TV-scherm (640) Circa 123 Circa 1095 Circa 2200
7
7
AUTO
AUTO
7M
7M
81
Het opnamemenu
Witbalans
Witbalans
De kleur van het licht dat door het onderwerp wordt
gereflecteerd is mede afhankelijk van de kleur van de
lichtbron. Onze hersenen passen zich aan kleurverande-
ringen aan, met als resultaat dat we witte objecten als
wit zien, ongeacht het feit of ze zich in de schaduw be-
vinden, in direct zonlicht of onder het licht van gloei-
lampen. Digitale camera’s kunnen deze automatische
aanpassing nabootsen door de informatie van de beeld-
sensor (CCD) van de camera te bewerken overeenkom-
stig de kleur van de lichtbron. Deze bewerking wordt
"automatische witbalansinstelling" genoemd.
Als u met de automatische (M) stand de gewenste witbalans niet kunt
bewerkstelligen of wanneer u voor een specifieke lichtbron of specifieke
opname-omstandigheden de witbalans wilt vergrendelen, kies dan een andere
instelling dan de automatische (M) stand.
Wanneer de witbalansinstelling is gewijzigd, wordt de nieuwe instelling in het
beeld op de monitor weergegeven.
Optie Omschrijving
M Automatisch
(standaardoptie)
De witbalans wordt automatisch aan de lichtomstandigheden
aangepast. Beste keuze in meeste situaties.
n Witbal. Preset
Wit object wordt als referentie gebruikt om de witbalans
onder ongewone lichtomstandigheden in te stellen.
Daglicht
Witbalans afgestemd op gericht zonlicht.
Gloeilamp-licht
Voor foto’s bij het licht van gloeilampen.
TL-licht
Voor foto’s bij de meeste soorten fluorescentielicht.
Bewolkt
Voor foto’s bij bewolkt weer.
Flitslicht
Voor foto’s bij flitslicht.
Ingestld
Sluit
Automatisch
Witbal. Preset
Daglicht
Gloeilamp-licht
TL-licht
WITBALANS 1/2
A-WB
PRE
82
Witbalans
Het opnamemenu
Vooringestelde witbalans
De vooringestelde witbalans wordt gebruikt onder
menglicht-omstandigheden (verschillende soorten licht)
of om een correctie te realiseren voor lichtbronnen met
een duidelijke kleurzweem (bijvoorbeeld om foto’s die
werden gemaakt met het licht van een lamp met een
rode kap, er uit te laten zien alsof ze bij normaal licht
werden gemaakt). Wanneer in het menu WITBALANS
de optie
Witbal. Preset
wordt geselecteerd, zal de ca-
mera inzoomen en verschijnt op de monitor het menu
dat wordt getoond aan de rechterzijde.
Witbalans
Bij andere instellingen dan de Automatisch instelling verschijnt er een
aanduiding voor de witbalans op de monitor.
Optie Omschrijving
Annuleren
Keert terug naar de meest recente instelling voor de vooringestelde witba-
lans en stelt de witbalans op die waarde in.
Meten
Met deze instelling maakt u een nieuwe witbalans-instelling. Plaats een wit
object, een vel wit papier bijvoorbeeld, in het licht waar het om gaat.
Neem het object zo in beeld dat het vierkant in het hierboven getoonde
menu wordt gevuld. Markeer Meten en druk op I (het midden van de
multi-selector) om de nieuwe waarde voor de witbalans te meten (de slui-
ter wordt geactiveerd en de camera keert terug naar de oorspronkelijke
zoomstand; er wordt geen foto gemaakt).
WITBAL. PRESET
Ingestld
Sluit
Annuleren
Meten
Venster voor meting van de
witbalans
7
7
AUTO
AUTO
7M
7M
83
Het opnamemenu
+/- Correctie
+/- Correctie
Met het +/- CORRECTIE (belichtingscorrectie) menu
kunt u een andere belichting kiezen dan de waarde die
de camera voorstelt, om het beeld lichter of donkerder
te maken. De belichting kan worden gecorrigeerd in
een bereik van -2,0 tot +2,0 LW (lichtwaarden).
Wanneer de belichtingscorrectie is gewijzigd, wordt
de nieuwe instelling in het beeld op de monitor
weergegeven.
Belichtingscorrectiewaarde kiezen
Over het algemeen geldt dat u positieve waarden dient te kiezen wanneer grote delen van het
beeld zeer sterk verlicht zijn (bijvoorbeeld wanneer u een grote, door de zon beschenen water-,
zand- of sneeuwvlakte fotografeert) of wanneer de achtergrond veel helderder is dan het onder-
werp. Kies een negatieve waarde wanneer grote delen van het beeld zeer donker zijn (bijvoorbeeld
het donkergroen gebladerte van een bos) of wanneer de achtergrond veel donkerder is dan het
onderwerp. Deze correcties kunnen nodig zijn omdat de camera extreme over- of onderbelichting
wil voorkomen en vermindert daarom de belichting wanneer het overgrote deel van het beeld erg
licht is, en vermeerdert de belichting wanneer het overgrote deel van het beeld erg donker is. Met
een correctie voorkomt u dat natuurlijk lichte onderwerpen dan te grauw overkomen, net zoals
kan worden voorkomen dat van nature donkere onderwerpen te licht worden.
Belichtingscorrectie
Bij andere instellingen dan 0 verschijnt de belichtingscorrectie op de
monitor.
Ingestld
Sluit
+/- CORRECTIE
+0.3
-
0.3
0
7
7
AUTO
AUTO
+1.0
+1.0
7M
7M
84
Het opnamemenu
Continu
Continu
Gebruik de opties in dit menu om de vluchtige expres-
sie van een persoon in beeld te vangen, een onderwerp
vast te leggen dat zich in onvoorspelbare richtingen
verplaatst, of een beweging te fotograferen in een se-
rie achtereenvolgende foto’s.
Beperkingen voor camera-instellingen
Bij andere instellingen dan Enkelvoudig gaat de flitser (Q 24) automatisch uit en worden de
scherpstelling (Q 20), belichting (Q 83) en automatische witbalans (Q 81) van alle foto’s geba-
seerd op de eerste foto van de serie. Wanneer Multi-shot 16 is geselecteerd, kan digitale zoom
(Q 18) niet worden gebruikt. Multi-shot 16 kan niet worden geselecteerd wanneer digitale zoom
van kracht is. BSS (Q 85) is alleen beschikbaar als de instelling op Enkelvoudig staat.
Continu
Bij andere instellingen dan Enkelvoudig wordt de actieve Continu-instel-
ling aangegeven door een pictogram op de monitor.
Optie Omschrijving
Enkelvoudig
(standaardoptie)
De camera maakt één opname per keer telkens wanneer de
ontspanknop wordt ingedrukt.
Continu
Zolang de ontspanknop ingedrukt wordt gehouden blijft de camera
foto’s maken. Foto’s worden gemaakt op een snelheid van
ongeveer vier beeldjes per drie seconden. De camera maakt 114
opnamen wanneer de beeldkwaliteit is ingesteld op Q Normaal
(3072).
Multi-shot 16
Wanneer u de ontspanknop helemaal indrukt, maakt de camera
zestien achtereenvolgende opnamen met een snelheid van ongeveer
drie beeldjes per twee seconden. De zestien foto’s worden
gerangschikt in vier rijen van vier foto’s en opgeslagen als een
enkelvoudig beeld. De beeldkwaliteit wordt vastgezet op
Q
Normaal
(3072)
.
Ingestld
Sluit
Enkelvoudig
Continu
Multi-shot 16
CONTINU
7
7
7M
7M
85
Het opnamemenu
Best Shot Selector
BSS
Wanneer de "Best Shot Selector" (BSS) is ingescha-
keld, maakt de camera foto’s zolang de ontspanknop
ingedrukt wordt gehouden, met een maximum van
tien. Deze foto’s worden vervolgens vergeleken en de
scherpste foto (met het hoogste detailniveau) wordt
opgeslagen in het geheugen of op de geheugenkaart.
BBS wordt aanbevolen voor situaties wanneer een on-
opzettelijke beweging van de camera tot vage foto’s
kan leiden, bijvoorbeeld wanneer:
de camera is ingezoomd
de flitser niet kan worden gebruikt terwijl er te weinig licht is
Opmerkingen over BSS
BSS zal mogelijk niet het gewenste resultaat opleveren bij een bewegend onderwerp of wanneer
u de compositie verandert terwijl u de ontspanknop geheel ingedrukt houdt.
"Continu" en BSS
CONTINU wordt automatisch ingesteld op Enkelvoudig wanneer BSS ingeschakeld is. Kiest u een
andere optie voor CONTINU, dan wordt BSS uitgeschakeld.
De zelfontspanner
BSS komt niet in actie wanneer de zelfontspanner aan staat, zelfs wanneer Aan is geselecteerd in
het menu BEST SHOT SELECTOR.
BSS
Wanneer BSS ingeschakeld is, verschijnt op de monitor een BSS picto-
gram.
Optie Omschrijving
Uit
(standaardoptie)
BSS uit; de camera functioneert normaal.
Aan
BSS aan. De flitser wordt automatisch uitgeschakeld en de scherpstel-
ling, belichting en automatische witbalans worden bepaald op basis
van de eerste foto in de reeks.
Ingestld
Sluit
Uit
Aan
BEST SHOT SELECTOR
7
7
7M
7M
86
Het opnamemenu
Kleuropties
Kleuropties
Gebruik de opties in dit menu om aan uw foto’s spe-
ciale effecten toe te voegen. U kunt kiezen uit vijf spe-
ciale effecten.
Het door u gekozen effect wordt gereflecteerd in
de foto die op de monitor wordt weergegeven.
Witbalans
Wanneer Zwart-wit, Sepia of Koelblauw wordt geselecteerd, is in het opnamemenu de Witba-
lans-optie niet beschikbaar.
Aanduiding kleuropties
Wanneer een andere optie dan Kleur wordt gekozen, verschijnt de gese-
lecteerde stand op de monitor.
Optie Omschrijving
Kleur
(standaardoptie)
De foto verschijnt met natuurlijke kleuren.
Levendig
De foto verschijnt in scherpe kleuren.
Zwart-wit
De foto verschijnt in zwart-wit.
Sepia
De foto verschijnt in sepiatinten.
Koelblauw
De foto verschijnt met een blauwe tint.
Kleur
Levendig
Zwart-wit
Sepia
Koelblauw
KLEUROPTIES
Ingestld
Sluit
7
7
7M
7M
AUTO
AUTO
87
Het weergavemenu
Het weergavemenu
Werken met het weergavemenu
Het WEERGAVEMENU bevat de volgende opties:
Zo roept u het WEERGAVEMENU op:
Roep het WEERGAVEMENU op.
Met de optie Menu’s van het menu SET-
UP kan voor het menudisplay gekozen
worden tussen Tekst en Pictogrammen
(
Q 112).
Optie Omschrijving
Q
Printopdracht
Selecteer foto’s om deze te printen met een printer die com-
patibel is met DPOF; geef het aantal prints op en de infor-
matie die moet worden meegeprint.
55-58
Diashow
Bekijk in een automatische diashow foto’s die zijn opgesla-
gen in het geheugen of op de geheugenkaart.
88
Wissen Wis alle of geselecteerde beelden. 89-90
Beveiligen Beveilig geselecteerde beelden tegen ongewild wissen. 91
Overspeelmar-
kering
Markeer alle geselecteerde beelden voor overspelen naar
een computer; zet de markering voor automatisch overspe-
len aan of uit.
92-93
Kleine kopie Maak van foto’s kleine kopieën. 69
Kopiëren
Kopieer beelden vanuit het interne geheugen naar de
geheugenkaart of vice versa. (Deze optie wordt alleen
getoond wanneer de geheugenkaart is geplaatst.)
94-95
1
Printopdracht
Diashow
Wissen
Beveiligen
Overspeelmarkering
WEERGAVEMENU 1/2
Ingestld
Sluit
Help
88
Het weergavemenu
Diashow
Diashow
Deze optie wordt gebruikt om beelden af te spelen in een automatische seriever-
toning (diashow), waarbij elk beeld ongeveer drie seconden in beeld blijft.
Markeer Start. Start de diashow.
Tijdens het afspelen van de diashow zijn de volgende handelingen mogelijk:
"Herhalen"
Als in het startscherm de optie Herhalen wordt geselecteerd, dan zal de
diashow automatisch worden herhaald. Om de herhaaloptie te selecteren
of deselecteren, markeert u Herhalen en drukt u op I (het midden van
de multi-selector). Een vinkje naast Herhalen geeft aan dat de Herhaalop-
tie geselecteerd is.
Automatische uitschakeling
De camera gaat in de standby-stand als er tijdens een diashow dertig minuten lang geen hande-
lingen worden uitgevoerd.
Kleine kopieën en films
Kopieën die werden gemaakt met de optie voor kleine kopieën (Q 69) worden bij een diashow
niet vertoond. Filmclips worden weergegeven als foto (het eerste beeldje wordt weergegeven).
1
DIASHOW
Ingestld
Sluit
Pauze
Start
Herhalen
2
Actie Indrukken Omschrijving
Een pauze
inlassen in de
diashow
Het rechts weergegeven menu ver-
schijnt. Markeer
Herstarten
en druk
op
I
(het midden van de multi-
selector) om de diashow te hervat-
ten. Markeer
Einde
en druk op
I
(het midden van de multi-selector)
om de diashow te beëindigen.
Doorgaan
naar het vol-
gende beeld
Duw de multi-selector naar rechts of omlaag om naar
het volgende beeld te springen. Houd de multi-selector
omlaag gedrukt om snel voorwaarts door de show te
gaan.
Teruggaan
naar het
vorige beeld
Druk de multi-selector naar links of omhoog om terug te
keren naar de vorige dia. Houd de multi-selector omlaag
gedrukt om de diashow terug te spoelen.
De diashow
beëindigen
^
Stopt de diashow waarna naar weergave wordt terug-
gekeerd.
Herstarten
Sluit
Sluit
Ingestld
Ingestld
Einde
Pauze
Pauze
DIASHOW
DIASHOW
Ingestld
Ingestld
Sluit
Sluit
Pauze
Start
Herhalen
89
Het weergavemenu
Wissen
Wissen
Het menu WISSEN bevat de volgende opties:
Als er in de camera geen geheugenkaart aanwezig is,
worden foto’s uit het interne geheugen gewist.
Als de camera een geheugenkaart bevat, worden de
foto’s op de kaart gewist.
Als u foto’s uit het interne geheugen wilt verwij-
deren, verwijder dan de geheugenkaart.
Geselecteerde beelden wissen
Markeer Gesel. beeld(en).
Markeer een foto.
Foto's in het geheugen of op de geheu-
genkaart worden als miniaturen weerge-
geven.
Selecteer de gemarkeerde foto. Geselec-
teerde foto’s worden gemarkeerd door
het u pictogram.
Herhaal stappen 3 en 4 om extra foto’s te selecteren. Als u een foto wilt deselecteren,
markeert u de foto en drukt u de multi-selector omlaag. Om terug te keren zonder
beelden te wissen, drukt u op de ^ knop.
Gesel. beeld(en)
Wis alle beelden
WISSEN
Ingestld
Sluit
1
Gesel. beeld(en)
Wis alle beelden
WISSEN
Ingestld
Sluit
3
12
:
00
5
4
2005
.
08 .
01
ON
OFF
Ingestld
WIS GESEL. BEELDEN
Terug
2
12
:
00
5
5
2005
.
08 .
01
ON
OFF
Ingestld
WIS GESEL. BEELDEN
Terug
4
12
:
00
5
4
2005
.
08 .
01
ON
OFF
Ingestld
WIS GESEL. BEELDEN
Terug
5
90
Wissen
Het weergavemenu
Er verschijnt een bevestigingsscherm. Se-
lecteer Ja om foto’s te verwijderen of Nee
om af te sluiten zonder foto's te verwijde-
ren en druk op I.
Alle foto’s wissen
Als u alle onbeveiligde foto’s uit het geheugen of de geheugenkaart wilt verwij-
deren, dan handelt u als volgt:
Markeer Wis alle beelden. Er verschijnt een bevestigingsscherm. Se-
lecteer Ja om foto’s te verwijderen of Nee
om af te sluiten zonder foto's te verwijde-
ren en druk op I.
Voordat u gaat wissen
Eenmaal gewiste beelden kunnen niet meer teruggehaald worden. Speel beelden
die u wilt behouden eerst over naar de computer (Q 52-54).
Beveiligde beelden
Beelden die met een U pictogram zijn gemarkeerd, zijn beveiligd en kunnen niet worden
gewist (Q 91).
6
Ingestld
Nee
Ja
WISSEN
Sluit
Wis 1 beeld(en)?
1
Gesel. beeld(en)
Wis alle beelden
WISSEN
Ingestld
Sluit
2
Ingestld
Wissen alle beelden...
Nee
Ja
WISSEN
Sluit
(
Excl.
)
91
Het weergavemenu
Beveiligen
Beveiligen
Met deze optie kunt u beelden beveiligen tegen per ongeluk verwijderen. Bevei-
ligde bestanden kunnen niet worden verwijderd door op de u knop te drukken
of de opties in het menu WISSEN te gebruiken. Beveiligde beelden worden echter
wel verwijderd als het interne geheugen of de geheugenkaart wordt geformat-
teerd.
Markeer een foto.
Herhaal stappen 1 en 2 om extra
beelden te selecteren. Als u een foto
wilt deselecteren, markeert u de
foto en drukt u de multi-selector
omlaag. Om terug te keren zonder
iets aan de beveiliging van beelden
te veranderen, drukt op de ^ knop.
Selecteer de gemarkeerde foto. Geselec-
teerde foto’s worden gemarkeerd door
het U pictogram.
Voltooi de bewerking en keer terug naar
het WEERGAVEMENU.
Opmerkingen over beveiligde foto’s
Beveiligde foto’s kunnen niet worden verwijderd met de wisknop of het menu Wissen. Maar
als het interne geheugen of de geheugenkaart wordt geformatteerd, dan worden alle foto’s
inclusief de beveiligde foto’s verwijderd.
Het beveiligingspictogram
Tijdens de weergave verschijnt op alle beveiligde foto’s een U pic-
togram.
1
12
:
00
5
4
2005
.
08 .
01
ON
OFF
Ingestld
BEVEILIGEN
Terug
3
2
12
:
00
5
4
2005
.
08 .
01
ON
OFF
Ingestld
BEVEILIGEN
Terug
4
Gereed
92
Het weergavemenu
Overspeelmarkering
Overspeelmarkering
Met deze optie markeert u opgeslagen foto's om
deze over te spelen naar een computer.
Meer dan 999 beelden overspelen
Maximaal 999 beelden kunnen voor overspelen worden gemarkeerd. Als er meer dan 999
beelden zijn gemarkeerd, gebruik dan PictureProject om de beelden over te spelen. Kijk in
de PictureProject naslaggids (op cd) voor meer informatie.
Verborgen beelden
Bij sommige digitale Nikon-camera’s kunt u bepaalde beelden tijdens het overspelen verber-
gen. Verborgen beelden kunt u met de COOLPIX 7600 bekijken,maar u kunt ze niet selec-
teren voor overspelen.
Het V pictogram
Beelden die voor overspelen zijn gemarkeerd, zijn te herkennen aan het V pictogram.
Wanneer u de camera op een computer aansluit met de UC-E6 USB-kabel en op
I (het midden van de multi-selector) drukt om de beelden over te spelen, dan
worden alleen beelden overgespeeld die van een V pictogram zijn voorzien
(Q 52).
Omdat de standaardinstelling van de optie Auto-overdracht gelijk is aan Aan
(Q 109), worden alle gemaakte foto’s ingesteld om te worden overgespeeld en
wordt het V pictogram toegevoegd als de foto’s worden weergegeven.
Optie Omschrijving
V Alles aan
Alle beelden in het geheugen of op de geheugenkaart
worden voor overspelen gemarkeerd.
Alles uit
Verwijdert de overspeelmarkering van alle foto’s in het
geheugen of op de geheugenkaart.
Kies beeld(en) Selecteert gemarkeerde beelden voor overspelen.
Alles aan
Alles uit
Kies beeld(en)
OVERSPEELMARKERING
Ingestld
Sluit
2005
.
08
.
01
2005
.
08
.
01
13:
00
13:
00
100NIKON
100NIKON
0001.
JPG
0001.
JPG
1
1
1
1
7M
7M
Schermvullende weergave Weergave van miniatuurbeelden
93
Overspeelmarkering
Het weergavemenu
Gemarkeerde beelden selecteren voor overspelen
Markeer Kies beeld(en).
Markeer een foto.
Herhaal stappen 3 en 4 om extra
beelden te selecteren. Als u een foto
wilt deselecteren, markeert u de foto
en drukt u de multi-selector omlaag.
Om terug te keren zonder iets aan de
overspeelstatus van beelden te ver-
anderen, drukt op de
^
knop.
Foto's in het geheugen of op de geheu-
genkaart worden als miniaturen weerge-
geven.
Selecteer de gemarkeerde foto. Geselec-
teerde foto’s worden gemarkeerd door
het V pictogram.
Voltooi de bewerking.
Beelden voor overspelen markeren met andere camera’s
Beelden die met een ander model Nikon-camera zijn geselecteerd voor overspelen, kunnen niet
worden overgespeeld als de geheugenkaart in de COOLPIX 7600 is geplaatst. Gebruik de COOL-
PIX 7600 om de beelden opnieuw te selecteren.
1
Alles aan
Alles uit
Kies beeld(en)
OVERSPEELMARKERING
Ingestld
Sluit
3
12
:
00
5
4
2005
.
08 .
01
ON
OFF
Ingestld
OVERSPEELMARKERING
Terug
5
2
12
:
00
5
5
2005
.
08 .
01
ON
OFF
Ingestld
OVERSPEELMARKERING
Terug
4
12
:
00
5
4
2005
.
08 .
01
ON
OFF
Ingestld
OVERSPEELMARKERING
Terug
6
Gereed
94
Het weergavemenu
Kopiëren
Kopiëren
Deze optie wordt gebruikt om foto’s te kopiëren van
het interne geheugen naar de geheugenkaart, of vice
versa.
Deze optie wordt alleen getoond wanneer de geheu-
genkaart is geplaatst.
Markeer (geheugen geheu-
genkaart) of (geheugenkaart
geheugen), en druk de multi-selector
naar rechts.
De foto's in het geheugen of op de geheu-
genkaart worden weergegeven. (Op basis
van de optie met die in stap 1 is
geselecteerd)
Markeer Gesel. Beelden.
Wanneer u alle foto's wilt kopiëren, mar-
keert u Alle beelden en drukt u de multi-
selector naar rechts. Ga vervolgens naar
stap 6 (Q 95).
Markeer een foto.
KOPIËREN
Ingestld
Sluit
KOPIËREN
Ingestld
Sluit
1
3
KOPIËREN
12
:
00
5
5
2005
.
08 .
01
Ingestld
Terug
2
Gesel. beelden
Alle beelden
CAMERA KAART
Ingestld
Sluit
4
12
:
00
5
4
2005
.
08 .
01
KOPIËREN
Ingestld
Terug
95
Kopiëren
Het weergavemenu
Selecteer de gemarkeerde foto.
Geselecteerde foto’s worden gemarkeerd
door het A pictogram.
Herhaal stappen 4 en 5 om extra beelden
te selecteren. Als u een foto wilt deselec-
teren, markeert u de foto en drukt u de
multi-selector omlaag.
Er verschijnt een bevestigingsscherm. Se-
lecteer
Ja
om foto’s te kopiëren of
Nee
om af te sluiten zonder foto’s te kopiëren
en druk op
I
.
Wanneer in stap 2 (Q 94) de optie Alle
beelden is geselecteerd, wordt het be-
richt "Alle beelden kopiëren. OK?" weer-
gegeven.
Kopiëren
Als er in het geheugen of op de geheugenkaart onvoldoende ruimte aanwezig is om de
kopie te ontvangen, wordt de melding "BEELD KAN NIET WORDEN OPGESLAGEN" weer-
gegeven (Q 117). Verwijder ongewenste foto’s of spraakopnamen of plaats een nieuwe
geheugenkaart (als u een geheugenkaart gebruikt) voordat u het opnieuw probeert.
• Nikon garandeert niet dat beelden kunnen worden gekopieerd die met een andere came-
ra zijn gemaakt of die op een computer zijn geretoucheerd.
Bestandsnummer
• Wanneer foto’s worden gekopieerd met de optie Alle beelden, worden alle foto’s in de
map gekopieerd met dezelfde bestandsnummers. Aan de nieuw gekopieerde map wordt
het laagst beschikbare nummer toegewezen.
Wanneer u foto’s kopieert met gebruik van de optie Gesel. Beelden, worden de nieuw
gekopieerde beelden achtereenvolgens genummerd vanaf het hoogste nummer in de
twee geheugenbronnen.
Voorbeeld: wanneer het laatste nummer in het brongeheugen 32 (DSCN0032.JPG) is en het
laatste nummer in het doelgeheugen 15 (DSCN0015.JPG) is.
Dan worden aan gekopieerde foto’s nummers toegewezen vanaf DSCN0033.
Daarna gaat de nummering verder vanaf het laagste nummer na het nummer van het laatste
bestand dat was gekopieerd.
Printopdracht
Als er een printopdracht is aangemaakt, worden de printopdrachtgegevens niet met de foto
mee gekopieerd.
5
12
:
00
5
4
2005
.
08 .
01
KOPIËREN
Ingestld
Terug
6
Gesel. beelden kopiëren. OK?
Nee
Ja
CAMERA KAART
Ingestld
Sluit
96
Het setup-menu
Het setup-menu
Werken met het setup-menu
Het menu SET-UP bevat de volgende opties:
• Met de optie Menu’s van het menu SET-UP kan voor het menudisplay gekozen wor-
den tussen Tekst en Pictogrammen (Q 112).
Om het menu SET-UP te verlaten, draait u de keuzeknop naar een andere instelling of druk op
x.
Optie Omschrijving Q
Welkomstscherm
Kies het welkomstscherm dat verschijnt wanneer de
camera aan wordt gezet.
97
Datum Stel de cameraklok in. 98-99
Monitorinstelling
Verberg of toon de monitoraanduidingen en stel de
helderheid van de monitor in.
100
Datum afdrukken
Foto’s worden in beeld voorzien van datum en/of tijd
van opname.
101
Geluid instellen
Stel het volume af van de knop-, sluiter- en opstartgeluiden.
103
Waarschuwing vaag
Kies of u al dan niet een controle op cameratrilling wilt
uitvoeren.
104
Automatisch uit
Bepaal hoe lang de monitor aan moet blijven staan
voordat hij automatisch wordt uitgezet om stroom te
sparen.
105
Geheugen/Kaart
formatten
Formatteer het interne geheugen of geheugenkaarten
voor gebruik in de camera.
106
Taal/Language Kies een taal voor cameramenu’s en berichten. 108
Interface Stel de USB- of videostand in
52,
108
Auto-overdracht
Kies voor de gemaakte foto al dan niet de optie Over-
speelmarkering.
109
Standaardwaarden
Zet de camera-instellingen terug naar de standaard-
waarden.
109
Batterijtype
Kies het type van de batterijen die in de camera wor-
den gebruikt.
111
Menu’s Kies voor het cameramenu het weergavetype. 112
Firmware versie Toon de huidige firmwareversie. 112
Welkomstscherm
Datum
Monitorinstelling
Datum afdrukken
Geluid instellen
SET-UP
1/3
Ingestld
Help
97
Het setup-menu
Welkomstscherm
Welkomstscherm
Met deze optie kiest u het welkomstscherm dat ver-
schijnt wanneer de camera aan wordt gezet.
Kleine en uitgesneden kopieën
Kopieën op andere grootte die zijn gemaakt met de functies voor kleine kopieën of uitgesneden kopieën,
kunnen alleen voor het welkomstscherm worden geselecteerd als deze (
q
) 640
×
480 pixels of groter zijn.
"Selecteer beeld"
Wanneer Selecteer beeld wordt geselecteerd, verschijnt het gekozen
beeld bij het opstarten, zelfs wanneer de geheugenkaart die het beeld be-
vat uit de camera is verwijderd. Selecteert u Selecteer beeld na het kiezen
van een welkomstscherm, dan verschijnt het rechts weergegeven dialoog-
venster. Selecteer Ja om een nieuw beeld als welkomstscherm te kiezen,
Nee om terug te keren zonder het welkomstscherm te veranderen.
Optie Omschrijving
Geen Welkom
Er verschijnt geen welkomstscherm wanneer de camera aan wordt gezet.
Nikon
Het rechts weergegeven beeld verschijnt wan-
neer de camera aan wordt gezet.
Animatie
(standaardoptie)
Er verschijnt een korte animatie wanneer de
camera aan wordt gezet.
Selecteer
beeld
U kunt het welkomstscherm kiezen uit foto’s die
momenteel in het geheugen of op de geheu-
genkaart zijn opgeslagen.
1 Het scherm BEELD SELECTEREN wordt weerge-
geven. Markeer een beeld met de multi-selec-
tor.
2 Druk op
I
(het midden van de multi-selector).
Om een foto te selecteren die in het camerageheugen
is opgeslagen, moet u de geheugenkaart verwijderen.
Geen Welkom
Nikon
Animatie
Selecteer beeld
Ingestld
WELKOMSTBEELD
12
:
00
12
:
00
5
5
3
3
2005
.
08 .
01
2005
.
08 .
01
Ingestld
Terug
BEELD SELECTEREN
BEELD SELECTEREN
Ingestld
Ingestld
Huidige beeld
vervangen?
Huidige beeld
vervangen?
Nee
Ja
WELKOMSTBEELD
WELKOMSTBEELD
98
Het setup-menu
Datum
Datum
Deze optie wordt gebruikt om de cameraklok in te
stellen.
Deze optie is beschikbaar nadat u de cameraklok
hebt ingesteld wanneer u uw camera voor de eerste
keer gebruikt. Voor meer informatie over het instellen
van de cameraklok, zie "Voorbereiding: Basisinstellin-
gen" (Q 14).
De cameraklok
De camera werkt mogelijk minder nauwkeurig dan een horloge of een klok in uw huis. Con-
troleer af en toe de tijdaanduiding van uw camera, stel zonodig de tijd bij.
Optie Omschrijving
Datum Stel de datum en tijd in (Q 14).
Tijdzone
Selecteer de tijdzone.
De normale tijdzone-instelling is (eigen tijd-
zone).
Als u (tijdzone van de reisbestemming)
selecteert, dan wordt het tijdsverschil automa-
tisch berekend en de tijd en datum van de gese-
lecteerde regio weergegeven.
1 Druk de multi-selector omhoog of omlaag
om of te markeren en druk vervol-
gens op I (het midden van de multi-selec-
tor).
Druk de multi-selector omlaag om Zomertijd
te markeren en druk op I. Het h picto-
gram wordt weergegeven. Als zomertijd
wordt geselecteerd, wordt de klok automa-
tisch een uur vooruit gezet. Om zomertijd te
annuleren, drukt u nogmaals op I.
2 Druk de multi-selector naar rechts om het
tijdzonescherm op te roepen.
3 Druk de multi-selector naar links of rechts om
een tijdzone (regio) te markeren, en druk ver-
volgens op I.
Datum
Tijdzone
DATUM
Ingestld
2005. 0 1. 0 1 00 : 00
London, Casablanca
OK
Tokyo, Seoul
TIJDZONE
TIJDZONE
Zomertijd
Zomertijd
Zomertijd
Ingestld
2005.
0
8.
0
1. 13
:
00
Ingestld
Ingestld
Terug
Terug
EIGEN TIJDZONE
EIGEN TIJDZONE
London, Casablanca
99
Datum
Het setup-menu
(Tijdzone reisbestemming)
Om de klok op de tijdzone van de reisbestemming in te stel-
len, markeert u en drukt u op I (het midden van de
multi-selector). Als de tijdzone van de reisbestemming is ge-
selecteerd verschijnt een pictogram op de monitor wan-
neer de camera in de opnamestand staat. Wilt u de tijdzone
van een nieuwe reisbestemming instellen, markeer dan
en druk de multi-selector naar rechts; selecteer vervolgens
een locatie als beschreven op de vorige bladzijde.
Zomertijd
Om zomertijd in- of uit te schakelen, markeert u
Zomertijd
en drukt u op
I
. Na het selec-
teren van zomertijd gaat de klok automatisch een uur vooruit.
De camera ondersteunt de volgende tijdzones:
Tijdzones
De tijdzone kan niet worden geselecteerd als datum en tijd niet ingesteld zijn.
Tijdzone-stappen van minder dan een uur zijn niet instelbaar. Reist u naar of van bestem-
mingen met kwartier- of halfuurverschillen ten opzichte van Greenwich Mean Time (GMT)
zoals Afghanistan, Centraal Australië, India, Iran, Nepal of Newfoundland, stel dan de ca-
meraklok op de plaatselijke tijd in (Q 14).
GMT +/– Locatie GMT +/– Locatie
GMT –11 Midway, Samoa GMT –1 Azores
GMT –10 Hawaii, Tahiti GMT London, Casablanca
GMT –9 Alaska, Anchorage GMT +1 Madrid, Paris, Berlin
GMT –8
PST (PDT): Los Angeles,
Seattle, Vancouver
GMT +2 Athens, Helsinki
GMT +3 Moscow, Nairobi
GMT –7
MST (MDT): Denver,
Phoenix, La Paz
GMT +4 Abu Dhabi, Dubai
GMT +5 Islamabad, Karachi
GMT –6
CST (CDT): Chicago,
Houston, Mexico City
GMT +6 Colombo, Dhaka
GMT +7 Bangkok, Jakarta
GMT –5
EST (EDT): New York
Toronto, Lima
GMT +8
Beijing, HK, Singapore
GMT +9 Tokyo, Seoul
GMT –4 Caracas, Manaus GMT +10 Sydney, Guam
GMT –3 BuenosAires, SanPaulo GMT +11 New Caledonia
GMT –2 Fernando de Noronha GMT +12 Auckland, Fiji
7
7
AUTO
AUTO
7M
7M
100
Het setup-menu
Monitorinstelling
Monitorinstelling
Deze optie wordt gebruikt om het monitordisplay in
te stellen.
Foto-informatie
Selecteer deze optie om de monitoraan-
duidingen te verbergen of weer te geven,
of om de monitor uit te schakelen.
Helderheid
Druk de multi-selector omhoog of om-
laag om de helderheid te verhogen of te
verlagen door de aanduiding aan de lin-
kerzijde van het display omhoog of om-
laag te verplaatsen. Druk op I (het
midden van de multi-selector) om een
keuze te maken. Om terug te keren naar
het menu SET-UP, drukt u de multi-selec-
tor naar links.
Optie Omschrijving
Info tonen
(standaardoptie)
Toon de huidige instellingen tijdens het maken of bekijken van foto’s.
Info verbergen De huidige instellingen worden verborgen.
Monitor uit Zet de monitor uit (alleen P stand).
Foto-informatie
Helderheid
MONITORINSTELLING
Ingestld
3
Info tonen
Info verbergen
Ingestld
FOTO-INFORMATIE
Monitor uit
Ingestld
HELDERHEID
101
Het setup-menu
Datum afdrukken
Datum afdrukken
De optie Datum afdrukken wordt gebruikt om op
foto’s de datum of de datum en tijd van opname af
te drukken wanneer de foto’s in het geheugen of op
de geheugenkaart worden opgenomen. Deze optie
kan niet worden gebruikt om op foto’s een datum-
stempel af te drukken na de opname.
Beeldkwaliteit/formaat
Gegevens die worden afgedrukt terwijl de optie Beeld kwal/form. is ingesteld op R TV-
scherm (640) zijn mogelijk moeilijk te lezen. Kies de instelling S PC-scherm (1024) of gro-
ter wanneer u de optie Datum afdrukken gebruikt.
Datum afdrukken
Afdrukgegevens vormen een permanent deel van het beeld en zullen
altijd op een print verschijnen, ongeacht of de Datum-optie is geko-
zen in het menu PRINTOPDRACHT. Bij andere instellingen dan Uit
wordt tijdens het fotograferen de indicator Datum afdrukken op de
monitor weergegeven. Controleer voordat u gaat fotograferen of de
cameraklok goed staat en stel eventueel de datum en tijd bij.
De datum wordt opgenomen in de notatie die werd gekozen in het menu DATUM. U kunt
Datum afdrukken niet selecteren als de klok van de camera niet is ingesteld.
Wanneer u de volgende opnamemogelijkheden gebruikt, wordt Datum afdrukken auto-
matisch geannuleerd:
BSS, Continu in het menu Continu, j SPORT en \ SPORTTOESCHOUWER in de assi-
stentie-stand, G MUSEUM, I KOPIE (wanneer de flitser niet wordt geactiveerd), K PA-
NORAMA ASSIST in de onderwerpsstanden en W (film).
Printopdracht
De optie
Printopdracht
kan worden gebruikt om de datum en tijd van opname af te drukken
op gemaakte beelden terwijl in het menu DATUM AFDRUKKEN de optie
Uit
is geselecteerd.
Optie Omschrijving
Uit
(standaardoptie)
De tijd en datum worden niet op de foto geregistreerd.
Datum
De datum wordt in de rechterbenedenhoek afgedrukt op alle
foto’s die worden gemaakt terwijl deze optie ingeschakeld is.
Datum en tijd
De datum en tijd worden in de rechterbenedenhoek afgedrukt op
alle foto’s die worden gemaakt terwijl deze optie ingeschakeld is.
Dagenteller
In de rechterbenedenhoek van alle foto’s die worden genomen ter-
wijl deze optie ingeschakeld is, wordt het aantal dagen vanaf de
opgeslagen datum tot de datum van opname afgedrukt.
Uit
Datum
Datum en tijd
Dagenteller
DATUM AFDRUKKEN
Ingestld
7
7
AUTO
AUTO
7M
7M
102
Datum afdrukken
Het setup-menu
Dagenteller
Deze optie wordt gebruikt om de datum op te slaan
en op foto’s het aantal dagen vanaf die datum tot de
datum van opname af te drukken. Om het aantal da-
gen af te drukken dat verstreken is, stelt u de dagen-
telleroptie in door Dagenteller te selecteren in het
menu DATUM AFDRUKKEN.
Als de opgeslagen datum vroeger valt dan de datum
van opname, wordt op foto’s het aantal dagen afge-
drukt dat verstreken is.
Als de opgeslagen datum later valt dan de datum van opname, wordt op foto’s
z gevolgd door het aantal dagen tot de datum van opslag afgedrukt.
Dagenteller
Wanneer een datum wordt geselecteerd die opgeslagen is in de
dagenteller en de optie "datum afdrukken" op Dagenteller inge-
steld is, worden op de monitor de dagentelleraanduiding en het op-
geslagen datumnummer getoond.
Optie Omschrijving
Opgeslagen
dagen
U kunt maximaal 3 dagen opslaan. Druk de
multi-selector omhoog of omlaag om een optie
in het menu OPGESLAGEN DAGEN te markeren
en druk de multi-selector vervolgens naar rechts.
Voer een datum in. Volg de stappen die worden
beschreven onder Basisinstellingen
(
Q
14).
U kunt datums opslaan tussen 1 januari 1910 en
31 december 2037.
Opties tonen
Druk de multi-selector omhoog of omlaag om
Opties tonen te markeren en druk vervolgens
op I (het midden van de multi-selector).
Aantal dagen
Ingestld
DAGENTELLER
01.01.2005
0212
Ingestld
OPGESLAGEN DAGEN
OPGESLAGEN DAGEN
----
.
--
.
--
01.08.2005
20.10.2005
0
8
Te ru g
.
2005
0
1
JMD
Ingestld
DATUM
DATUM
Ingestld
Ingestld
OPTIES TONEN
OPTIES TONEN
Aantal dagen
Jaren en dagen
Jren, mnden, dgn
7
7
AUTO
AUTO
7M
7M
103
Het setup-menu
Geluid instellen
Geluid instellen
De opties in dit menu regelen de hieronder genoem-
de geluidsinstellingen.
Sluitergeluid
Er wordt, ongeacht de gekozen instelling, geen geluid afgespeeld wanneer in de assisten-
tiestanden de optie j (Sport-assistentie) is geselecteerd (Q 33), bij de Continu-instellingen
een andere instelling dan Enkelvoudig (Q 84) is ingesteld, of D BSS ingeschakeld is
(Q 85).
Optie Omschrijving
Knopgeluid
Regel de geluiden die u attenderen op de came-
rafuncties:
• Wanneer de keuzeknop wordt ingesteld.
• Wanneer de stand wordt gewijzigd
(opname weergave).
Wanneer menu-instellingen worden verricht.
• Wanneer een fout optreedt.
Sluitergeluid
U kunt kiezen uit drie sluitergeluiden. Druk de
multi-selector omhoog of omlaag om een optie
te markeren, en druk op I (het midden van de
multi-selector) om deze te selecteren.
Opstartgeluid
Stel het volume in van het geluid dat klinkt
wanneer de camera wordt aangezet.
Volume
Stel het volume in van spraakmemo’s, filmclips
en sluiter- en opstartgeluiden. Kies het volume
voor de ingebouwde luidspreker. U kunt kiezen
tussen Hard en Normaal. Als u Uit kiest wor-
den de sluiter- en opstartgeluiden gedempt, en
worden spraakmemo’s en filmclips met het
laagste volume afgespeeld.
Knopgeluid
Sluitergeluid
GELUID INSTELLEN
Ingestld
Opstartgeluid
Volume
1
ON
ON
Ingestld
Ingestld
Uit
Aan
KNOPGELUID
KNOPGELUID
1
Ingestld
Ingestld
SLUITERGELUID
SLUITERGELUID
3
Uit
1
2
Ingestld
Ingestld
Uit
Aan
OPSTARTGELUID
OPSTARTGELUID
Ingestld
Ingestld
Hard
Normaal
VOLUME
VOLUME
Uit
104
Het setup-menu
Waarschuwing vaag
Waarschuwing vaag
Met deze optie kunt u de cameratrillingswaarschu-
wing laten weergeven of verbergen nadat u een foto
hebt gemaakt.
Als u Aan selecteert, wordt de waarschuwing alleen
weergegeven als een onbedoelde camerabeweging
tot gevolg heeft gehad dat de foto die u zojuist heeft
genomen, onscherp geworden is.
Selecteer Ja om de foto te houden of Nee om deze
te verwijderen.
Opnamestanden waarbij de functie "waarschuwing vaag" niet werkt
In de hieronder getoonde opnamestanden is de functie Waarschuwing vaag niet beschik-
baar, ook wanneer deze functie ingeschakeld (Aan) is: de standen C Continu (Q 84),
] Multi-shot 16 (Q 84), en D BSS (Q 85), evenals j (Sport-assistentie) (Q 33) van de
assistentiestand, G MUSEUM (Q 38), H VUURWERK (Q 38), en K PANORAMA AS-
SIST (Q 40) van de onderwerpsstand.
Bovendien is de optie Waarschuwing vaag niet beschikbaar wanneer de zelfontspanner
ingeschakeld is.
Controle op onscherpte
Als u wilt controleren hoe onscherp de foto is voordat u besluit of u de foto al dan niet wilt
verwijderen, selecteer dan Ja om de foto op te slaan en druk vervolgens op x.
Ingestld
Uit
Aan
WAARSCHUWING VAAG
WAARSCHUWING! BEELD
KAN ONSCHERP ZIJN.
WILT U HET OPSLAAN?
WAARSCHUWING! BEELD
KAN ONSCHERP ZIJN.
WILT U HET OPSLAAN?
Ja
Nee
:
Ingestld
:
Ingestld
:
Ingestld
105
Het setup-menu
Automatisch uit
Automatisch uit
Om batterijstroom te besparen, gaat de camera in de
standby-stand als gedurende een vooraf ingestelde
tijd geen bedieningshandelingen zijn verricht.
Optie Omschrijving
Automatisch uit
Kies hoe lang de monitor ingeschakeld moet
staan voordat deze zich automatisch uit-
schakelt. Kies uit dertig seconden (30sec),
één minuut (1min) standaardinstelling, vijf
minuten (5min) en dertig minuten (30min).
Ongeacht de instelling die in het menu
AUTOMATISCH UIT is gekozen, zal de moni-
tor drie minuten aan blijven wanneer er
menu’s worden weergegeven. Wanneer er
gebruik wordt gemaakt van een licht-
netadapter, zal de camera in de standby-
stand gaan wanneer er gedurende dertig
minuten geen handelingen worden verricht.
Slaapstand
Als Aan is geselecteerd, gaat de camera in
de standby-stand wanneer er geen verande-
ring is in de helderheid van het onderwerp,
ook voordat de tijd is verstreken die is inge-
steld in het menu AUTOMATISCH UIT.
De camera komt in de slaapstand als dertig
seconden lang geen bedieningshandelin-
gen worden verricht wanneer Automatisch
uit ingesteld is op dertig seconden (30sec)
of één minuut (1min), en na één minuut
wanneer Automatisch uit ingesteld is op
vijf minuten (5min) of dertig minuten
(30min).
Automatisch uit
Slaapstand
AUTOMATISCH UIT
Ingestld
OFF
1m
1
Ingestld
Ingestld
5min
30min
30sec
1min
AUTOMATISCH UIT
AUTOMATISCH UIT
Ingestld
Ingestld
Uit
Aan
SLAAPSTAND
SLAAPSTAND
106
Het setup-menu
Geheugen/kaart formatteren
Geh.-krt format.
Geheugen formatteren
Deze optie wordt gebruikt wanneer u het interne ge-
heugen van de camera of de geheugenkaart moet
formatteren.
Als er in de camera geen geheugenkaart aanwezig is,
wordt het interne geheugen geformatteerd, en als de
camera een geheugenkaart bevat, wordt de kaart ge-
formatteerd.
Als u het interne geheugen wilt formatteren,
verwijder dan de geheugenkaart.
Markeer Snel formatteren of Format-
teren*. Om het scherm te verlaten zon-
der het interne geheugen of de
geheugenkaart te formatteren, druk dan
de multi-selector naar links om terug te
keren naar het menu SET-UP.
* Als het interne geheugen wordt gefor-
matteerd, start de procedure dan vanaf
stap 2.
Markeer Formatteren*. Wilt u het
scherm verlaten zonder het interne ge-
heugen of de geheugenkaart te format-
teren, markeer dan Nee en druk op I
(het midden van de multi-selector).
* Als de geheugenkaart niet geplaatst is,
verschijnt het scherm GEHEUGEN FOR-
MATTEREN.
Begin met formatteren. Terwijl het for-
matteren plaatsvindt verschijnt het bo-
ven afgebeelde bericht.
Snel formatterenSnel formatteren
Formatteren
Ingestld
GEH.-KAART FORMAT.GEH.-KAART FORMAT.
1
Snel formatterenSnel formatteren
Formatteren
Ingestld
GEH.-KAART FORMAT.GEH.-KAART FORMAT.
2
Ingestld
Nee
Formatteren
GEH.-KAART FORMAT.GEH.-KAART FORMAT.
LET OP! Alle beelden worden gewist!
3
FORMATTEREN...
107
Geheugen/kaart formatteren
Het setup-menu
Geheugen/kaart formatteren
• Gebruik voor het formatteren van geheugenkaarten de optie Geh.-krt format. van de ca-
mera. De camera krijgt mogelijk geen toegang tot geheugenkaarten die zijn geformat-
teerd met een computer of een ander apparaat.
Schakel de camera niet uit en verwijder de batterijen of de geheugenkaart niet wanneer
op de monitor het bericht "FORMATTEREN..." wordt weergegeven.
• Wanneer het interne geheugen of geheugenkaarten worden geformatteerd, worden alle
gegevens uit het interne geheugen of de geheugenkaart verwijderd. Beelden die u wilt
bewaren, moet u eerst naar een computer kopiëren voordat u begint met formatteren.
Snel formatteren en Formatteren
Wanneer u in het menu GEH.-KAART FORMAT. de optie Snel formatteren selecteert,
worden alleen de gegevens geformatteerd die op de geheugenkaart zijn opgenomen.
Deze optie wordt gebruikt voor het formatteren van geheugenkaarten die zijn geformat-
teerd met de COOLPIX 7600.
Wanneer u in het menu GEH.-KAART FORMAT. de optie Formatteren selecteert, wordt
de gehele kaart geformatteerd. Deze optie wordt gebruikt voor het formatteren van ge-
heugenkaarten die niet met de COOLPIX 7600 zijn geformatteerd.
Nieuwe geheugenkaarten moeten worden geformatteerd met de optie Formatteren
voordat ze kunnen worden gebruikt.
Het verdient aanbeveling voor geheugenkaarten regelmatig Formatteren te gebruiken
om de prestatie hiervan op peil te houden.
Formatteren vereist meer tijd dan Snel formatteren.
Formatteren is niet beschikbaar wanneer X (Q 12) wordt weergegeven.
108
Het setup-menu
Taal/Language
Taal/Language
Kies de taal voor cameramenu's en berichten. U hebt de
keuze uit Deutsch (Duits), English (Engels), Español
(Spaans), Français (Frans), Italiano (Italiaans), Neder-
lands, (Russisch), Svenska (Zweeds),
(Japans), (Vereenvoudigd Chinees),
(Traditioneel Chinees) of (Koreaans).
Stelt de USB- of video-
stand in. Nadat u in het
menu SET-UP de optie
USB of Videostand
heeft gekozen, kies dan
PTP of Mass Storage
voor de optie USB, of
NTSC of PAL voor de
optie Videostand.
*De standaardoptie is afhankelijk van het gebied, het land of de regio waar u de
camera hebt aangeschaft.
Onderdeel Optie Omschrijving
USB
PTP
Selecteer deze optie wanneer het besturingssysteem
van de computer met de USB-aansluiting alleen PTP
ondersteunt (Q 52). Selecteer deze optie wanneer u
print via een directe USB-verbinding (Q 59).
Mass Storage
(standaardoptie)
Selecteer deze optie wanneer u een andere USB-ver-
binding maakt dan hierboven.
Videostand*
NTSC
Selecteer deze optie wanneer u de camera aansluit
op NTSC-apparaten.
PAL
Selecteer deze optie wanneer u de camera aansluit
op PAL-apparaten.
Ingestld
Terug
Interface
Interface
INTERFACE
USB
Videostand
Ingestld
NTSC
PAL
VIDEOSTAND
VIDEOSTAND
Ingestld
Ingestld
+
109
Het setup-menu
Auto-overdracht
Auto-overdracht
Kies of u het V (overdracht) pictogram wilt toevoegen
wanneer u fotografeert.
Wanneer u de camera via de UC-E6 USB-kabel op een com-
puter aansluit waarop PictureProject is geïnstalleerd, en op
I (het midden van de multi-selector) drukt om foto's over
te spelen, worden alleen de foto’s met een V pictogram
overgespeeld (Q 52).
Een V pictogram bij opgeslagen foto’s plaatsen
U kunt het V pictogram aan opgeslagen foto’s toevoegen of weer verwijderen met de
optie Overspeelmarkering in het WEERGAVEMENU (Q 92).
Selecteer deze optie om de instellingen op de volgen-
de bladzijde terug te zetten naar de standaardinstel-
lingen.
Optie Omschrijving
V Aan
(standaardoptie)
Selecteer deze optie om foto’s en films zo in te stellen dat deze auto-
matisch zullen worden overgespeeld.
Uit
Selecteer deze optie om foto’s en films zo in te stellen dat deze niet
automatisch zullen worden overgespeeld.
Optie Omschrijving
Nee Menu verlaten, geen veranderingen.
Standaard Terugkeren naar standaardinstellingen.
Aan
Uit
AUTO-OVERDRACHT
Ingestld
Standaardwaarden
Standaardwaarden
Ingestld
Alle instellingen terugzetten?
Nee
Standaard
STANDAARDWAARDEN
110
Standaardwaarden
Het setup-menu
De volgende instellingen worden teruggezet:
Kiest u
Standaard
, dan wordt ook het huidige bestandsnummer (
Q
23) uit het geheu-
gen gewist. De nummering gaat verder vanaf het laagste nummer dat in het geheugen of
op de geheugenkaart beschikbaar is. Alle andere instellingen blijven gehandhaafd.
Bestandsnummering terugzetten op 0001
Om de bestandsnummering terug te zetten (Q 23) op 0001, selecteert u Standaardwaarden
nadat u alle foto’s hebt gewist (Q 90) of de geheugenkaart hebt geformatteerd (Q 106).
Instelling Standaard
i Portret-assistentie GEZICHTPRIORITEIT-AF
N
Landschap-assistentie
LANDSCHAP
j Sport-assistentie SPORT
m
Nachtportret-assistentie
NACHTPORTRET
e Onderwerpsstand PARTY/BINNEN
W Film Film 320, Enkelvoudig AF, Elektronische VR: uit
Flitser !#
Zelfontspanner Uit
Macro close-up Uit
Beeld kwal/form Q
Normaal (3072)
Witbalans Automatisch
+/- Correctie ±0
Continu Enkelvoudig
Best Shot Selector Uit
Kleuropties Kleur
Welkomstscherm Animatie
Foto-informatie Info tonen
Helderheid 3
Datum afdrukken Uit
Knopgeluid Aan
Sluitergeluid 1
Opstartgeluid Aan
Volume Normaal
Waarschuwing vaag Aan
Automatisch uit 1min
Slaapstand Uit
Auto-overdracht Aan
Menu’s Tekst
111
Het setup-menu
Batterijtype
Batterijtype
Deze optie wordt gebruikt om te selecteren welk type
batterijen in de camera wordt gebruikt.
Selecteer de juiste optie wanneer u een ander type
batterijen gaat gebruiken.
De standaardoptie is afhankelijk van het gebied, het
land of de regio waar u de camera hebt aangeschaft.
Reservebatterij
Als de reservebatterij (Q 14) niet voldoende opgeladen is, dan is het mogelijk dat de instel-
ling van het batterijtype wordt teruggesteld naar de standaardinstelling.
Optie Omschrijving
Alkaline
Alkalinebatterijen (AA)
COOLPIX
(NiMH)
Oplaadbare EN-MH1 (AA) nikkel-metaalhydridebatterijen
Lithium Lithiumbatterijen (AA) of nikkel-mangaanbatterijen (AA)
Lithium
Alkaline
COOLPIX
(
NiMH
)
Ingestld
BATTERIJTYPE
112
Het setup-menu
Menu’s
Menu's
Deze optie wordt gebruikt om voor het menudisplay
van het OPNAMEMENU, WEERGAVEMENU of het
menu SET-UP te wisselen tussen de optie Tekst en
Pictogrammen.
Selecteer deze optie om de huidige versie van de firm-
ware te tonen.
Tekst
Pictogrammen
MENU'S
Ingestld
Firmware versie
Firmware versie
E7600 Ver.XX
Terug
113
Technische opmerkingen
Technische opmerkingen
Optionele accessoires
Op het moment van samenstelling van deze handleiding waren de volgende opti-
onele accessoires voor uw digitale Nikon-camera beschikbaar. Wend u tot uw dea-
ler voor meer informatie.
*1
Niet verkrijgbaar in de Verenigde Staten.
Goedgekeurde geheugenkaarten
De volgende geheugenkaarten zijn getest en goedgekeurd voor gebruik in uw
digitale Nikon-camera:
*Hogesnelheidskaart van 10 MB/s
Oplaadbare batterij
Extra EN-MH1 NiMH-batterijen zijn in de handel ver-
krijgbaar.
Batterijlader MH-71, MH-70 batterijlader voor EN-MH1 batterijen
Lichtnetadapter EH-62B lichtnetadapter
Tas CS-CP18 foedraal
*1
SanDisk
16 MB, 32 MB, 64 MB, 128 MB, 256 MB, 256 MB*,
512 MB, 512 MB*, 1GB
To s hiba
16 MB, 32 MB, 64 MB, 128 MB, 128 MB*, 256 MB,
256 MB*, 512 MB
Panasonic
16 MB, 32 MB, 64 MB, 128 MB, 256 MB*, 512 MB*,
1GB*
114
Technische opmerkingen
Verzorging van uw camera
Reinigen
Objectief
Raak het glas bij het reinigen nooit met uw vingers aan. Verwijder stof en vezels
met een blaasbalgje (een rubberen balletje met een spuitmondje waaruit lucht
wordt geblazen). Vingerafdrukken en ander vuil dat niet met een blaasbalgje kan
worden verwijderd, kunt u wegvegen met een zachte doek; maak een spiraalbe-
weging vanuit het midden en werk naar de randen toe.
Monitor
Verwijder stof en vezels met een blaaskwastje. Verwijder vingerafdrukken en an-
dere vlekken van de monitor met een zachte, droge doek; pas op dat u geen druk
op de monitor uitoefent.
Voorkom aanraking met vloeibaar kristal
Mocht de monitor breken, pas dan op voor letsel veroorzaakt door gebroken
glas; voorkom dat het vloeibare kristal uit de monitor in aanraking komt met
huid, ogen of mond.
Camerabody
Gebruik een blaaskwastje om stof, vuil of zand te verwijderen en veeg de came-
rabody vervolgens schoon met een zachte, droge doek. Heeft u de camera op het
strand of aan zee gebruikt, veeg dan eventueel zand of zout af met een licht met
schoon water bevochtigde doek, en droog de camerabody daarna grondig. De ca-
mera kan beschadigen als er vuil in de camerabody komt. Nikon stelt zich niet ver-
antwoordelijk voor beschadiging door zand of vuil.
Gebruik geen alcohol, verfverdunner of andere vluchtige chemicaliën.
Opmerkingen over de monitor
• De monitor kan een aantal pixels bevatten die altijd oplichten of juist niet oplichten. Dit is
normaal voor alle TFT LCD-monitoren en wijst niet op een storing. Foto’s die met de ca-
mera zijn gemaakt worden hier niet door beïnvloed.
• Wanneer u heldere lichtpunten in beeld hebt, kunnen verticale komeetachtige lichtsporen
op de monitor te zien zijn. Dit fenomeen, "smear" genaamd, heeft geen gevolgen voor
de opname en is niet het gevolg van een defect. In filmopnamen kan zich wel enige smear
voordoen.
• Bij helder licht kunnen de beelden op de monitor moeilijk te zien zijn.
De monitor wordt van achteren verlicht door een LED-systeem. Mocht de verlichting zwak-
ker worden of gaan knipperen, raadpleeg dan de technische dienst van Nikon.
115
Verzorging van uw camera
Technische opmerkingen
Opslag
Zet de camera uit wanneer u deze niet gebruikt en controleer of het camera-aan-
lampje uit staat voordat u de camera opbergt. Om schimmel en meeldauw te
voorkomen dient u de camera in een droge, goed geventileerde ruimte op te ber-
gen. Wanneer u niet van plan bent de camera binnen afzienbare tijd te gebruiken,
verwijder dan de batterij om lekkage te voorkomen en berg de camera op in een
plastic tas met een droogmiddel. Berg de cameratas (afzonderlijk verkrijgbaar)
echter niet op in een plastic zak, aangezien het materiaal hierdoor kan worden
aangetast. Let er ook op dat het droogmiddel na verloop van tijd zijn vochtabsor-
berend vermogen verliest en daarom regelmatig dient te worden vervangen. Berg
het apparaat niet op bij nafta- of kamfermottenballen of in ruimten:
die vochtig of slecht geventileerd zijn
waarin de camera zich bij apparatuur bevindt die sterke magnetische velden
produceert, zoals televisies of radio’s
die worden blootgesteld aan temperaturen onder -10 °C of boven 50 °C (bij-
voorbeeld dichtbij een kachel of in een afgesloten auto op een warme dag)
die blootstaan aan een vochtigheid boven 60%
Haal de camera, om schimmel of meeldauw te voorkomen, minstens eenmaal
per maand uit de opslag. Zet de camera aan en ontspan de sluiter een aantal ma-
len voordat u de camera weer opbergt.
Bewaar de batterijen op een koele, droge plaats.
Batterijen
Controleer na het aanzetten van de camera
of de batterijen voldoende lading hebben.
Zijn de batterijen bijna leeg, dan verschijnt
er een waarschuwing op de monitor.
Bij koude nemen de prestaties van batte-
rijen af. Zorg ervoor dat de batterijen ge-
heel geladen zijn voordat u bij koud weer
naar buiten gaat om te fotograferen.
Houd de reservebatterijen op een warme
plaats. Een batterij die weer op tempera-
tuur is gekomen kan soms een deel van
zijn capaciteit herwinnen.
Zijn de batterijpolen vuil, veeg ze dan
schoon met een schone, droge doek
voordat u batterijen gaat gebruiken.
Herhaaldelijk opladen van NiMH-batterijen
voordat ze volledig zijn uitgeput kan leiden
tot een geheugeneffect, wat ervoor zorgt
dat ze hun lading snel verliezen. De batte-
rijen gaan weer normaal functioneren als
ze volledig zijn ontladen en herladen.
• NiMH-batterijen verliezen, als ze niet wor-
den gebruikt, geleidelijk hun lading. Het is
aan te bevelen NiMH-batterijen kort voor
gebruik op te laden.
Gebruikte batterijen bevatten waardevol-
le materialen. Voer gebruikte batterijen af
volgens de lokale regels voor klein che-
misch afval.
Ni-MH
116
Technische opmerkingen
Foutmeldingen
In de volgende tabel vindt u de foutmeldingen en andere waarschuwingen die
op de monitor verschijnen en hoe u er gevolg aan dient te geven.
Melding Probleem Oplossing Q
Z
(Knippert)
Klok niet ingesteld.
Stel de klok op juiste datum
en tijd in.
14
LET OP!
BATTERIJ BIJNA
LEEG!
Batterijen leeg.
Zet de camera uit en vervang
de batterijen.
8
AFz
(zknippert
rood)
Camera kan niet scherpstellen.
Gebruik scherpstelvergrendeling om
scherp te stellen op ander onder-
werp op dezelfde afstand, bepaal
daarna opnieuw compositie.
21
2
Lange sluitertijd. Foto’s kun-
nen door beweging onscherp
worden.
Gebruik de flitser, of zorg voor
stabiliteit door de camera op
een statief te zetten, op een
horizontale ondergrond te zet-
ten of in twee handen goed stil
te houden, met de ellebogen
tegen het lichaam.
18,
24-25
De gemaakte foto kan door
beweging onscherp zijn.
Selecteer Ja om de foto te
houden, Nee om de foto te
verwijderen. De cameratril-
lingswaarschuwing kan wor-
den verborgen.
104
WAARSCHU-
WING! !
WACHT TOT
CAMERA KLAAR
IS MET OPNEMEN
<
Camera is uitgeschakeld of de
x
knop werd tijdens opname
ingedrukt. De keuzeknop werd
tijdens de opname verdraaid.
Bericht verdwijnt automatisch
van de monitor wanneer
opname is voltooid.
21
GEH.-KAART
BESCHERMD
TEGEN OVER-
SCHRIJVEN
Schrijfbeveiligingsschuifje staat
in de vergrendelde stand.
Schuif het schuifje naar de
schrijfstand.
11
ONGEFOR-
MATT. KAART
/
Formatteren
Nee
Geheugenkaart is niet gefor-
matteerd voor gebruik in de
camera.
Druk de multi-selector omhoog
om
Formatteren
te markeren
en druk op
I
om de kaart te
formatteren, of zet de camera
uit en vervang de kaart.
106,
10-11
WAARSCHUWING! BEELD
KAN ONSCHERP ZIJN.
WILT U HET OPSLAAN?
WAARSCHUWING! BEELD
KAN ONSCHERP ZIJN.
WILT U HET OPSLAAN?
Ja
Nee
:
Ingestld
:
Ingestld
:
Ingestld
117
Foutmeldingen
Technische opmerkingen
DEZE KAART
KAN NIET GEBRUIKT
WORDEN
4
Storing in communicatie met
geheugenkaart.
Gebruik een goedgekeurde
kaart.
Controleer of de contact-
punten schoon zijn.
113
-
WAARSCHU-
WING! !
DEZE GEH.-KAART
KAN NIET GELE-
ZEN WORDEN
/
GEEN
GEHEUGEN
MEER
/
Camera in opnamestand
: onvol-
doende geheugen om bij huidige
instellingen opnamen te maken.
Kies lagere instelling voor
beeldkwaliteit/grootte.
Verwijder foto's of spraak-
opnamen.
Plaats nieuwe geheugenkaart.
79-80
45, 89,
10
Camera aangesloten op com-
puter
: niet genoeg ruimte op
geheugenkaart om informatie
voor overspelen op te nemen.
Ontkoppel de camera, verwij-
der ongewenste foto’s of
spraakopnamen en probeer
het opnieuw.
45, 89
BEELD KAN NIET
WORDEN OPGE-
SLAGEN
/
Geheugenkaart is niet geformat-
teerd voor gebruik in camera, of sto-
ring deed zich voor tijdens opslag.
Geen bestandsnummers meer
voorhanden.
• Camera kan beeld niet kopi-
eren met uitsnede-opties.
Formatteer geheugenkaart
opnieuw.
Plaats een nieuwe geheu-
genkaart of verwijder foto's
of spraakopnamen.
U kunt met D-Lighting beel-
den slechts één keer bewer-
ken. U kunt geen verdere
bewerkingen uitvoeren.
106
10,
45, 89
65
Beeld is al aange-
past. D-Lighting
kan niet worden
gebruikt.
Het beeld kan niet worden
aangepast met D-Lighting.
Kopieën die zijn gemaakt met
de optie D-Lighting,
uitsnede
of kleine kopie kunnen niet met
D-Lighting worden bewerkt.
65
GELUIDSBESTAND
KAN NIET WOR-
DEN OPGESLAGEN
Camera heeft geen
bestandsnummers meer.
Plaats een nieuwe geheu-
genkaart of verwijder foto's
of spraakopnamen.
10, 45,
89
KAN FILM NIET
OPNEMEN
/
Geheugenkaart is niet geformat-
teerd voor gebruik in de camera.
Tijdens het opslaan van een film
heeft zich een fout voorgedaan.
Geen bestandsnummers meer
voorhanden.
Het duurt lang om films op de
geheugenkaart op te slaan.
Formatteer geheugenkaart
opnieuw.
Plaats een nieuwe geheu-
genkaart of verwijder foto's
of spraakopnamen.
Plaats een geheugenkaart met
een snellere verwerkingssnelheid.
106
10,
45, 89,
71
113
Melding Probleem Oplossing Q
118
Foutmeldingen
Technische opmerkingen
GEHEUGEN BEVAT
GEEN BEELDEN
Geen foto’s in het geheugen
of op de geheugenkaart die
op de camera kunnen worden
bekeken.
Druk op de x knop om
terug te keren naar de opna-
mestand.
22
ALLE BEELDEN
ZIJN VERBORGEN
Geen foto’s in het geheugen of
op de geheugenkaart die op de
camera kunnen worden beke-
ken.
GEEN GELUIDS-
BESTAND
Geen spraakopnamen in het
geheugen of op de geheugen-
kaart.
Druk op de x knop om
terug te keren naar de
spraakopnamestand.
42
BESTAND BEVAT
GEEN BEELDGEGE-
VENS
Bestand aangemaakt door com-
puter of andere camera.
Bekijk bestand op computer
of andere camera.
-
DIT BESTAND KAN
NIET WEERGEGEVEN
WORDEN
WAARSCHUWING!
KEUZEKNOP
STAAT NIET IN
JUISTE POSITIE
De keuzeknop staat tussen
twee standen.
Zet de keuzeknop in de
gewenste stand.
6
DIT BEELD KAN NIET
GEWIST WORDEN
Er is een poging gedaan om een
beveiligde foto te verwijderen.
Verwijder de beveiliging
voordat u de foto verwijdert.
91
COMMUNICA-
TIEFOUT
V
USB-kabel werd ontkoppeld
of geheugenkaart werd ver-
wijderd terwijl beelden naar
de computer werden overge-
speeld.
Indien er op de computermonitor
een foutmelding verschijnt, klik
dan op
OK
om PictureProject te
verlaten. Zet camera uit, sluit
kabel opnieuw aan of vervang
geheugenkaart, zet vervolgens
camera aan en speel beelden over.
13,
52-54
USB-optie onjuist ingesteld.
Zet de camera uit en ontkoppel
de kabel, kies vervolgens de
nieuwe USB-instelling in het
menu SET-UP van de camera en
sluit de camera weer aan. Houdt
de storing aan, gebruik dan de
PictureProject
Overspelen
knop
om beelden over te spelen.
52
GEEN BEELDEN
GESELECTEERD
VOOR OVER-
DRACHT
Er worden geen beelden gese-
lecteerd voor overspelen als de
I
(
V
) knop voor overspelen
naar de computer wordt inge-
drukt.
Ontkoppel camera en selec-
teer minimaal één beeld voor
overspelen, start daarna het
overspelen opnieuw.
54,
92-93
Melding Probleem Oplossing Q
119
Foutmeldingen
Technische opmerkingen
OVER-
DRACHTSFOUT
V
Storing trad op toen beelden
naar computer werden over-
gespeeld.
Controleer of camera is aan-
gesloten en of batterijen vol-
ledig zijn opgeladen.
12,
53
ER ZIJN GEEN
INDEXPUNTEN
MEER
Geen indexpunten beschik-
baar wanneer R of S
wordt geselecteerd.
Indexpunten kunnen tijdens
het opnemen worden inge-
voegd.
43
NIEUWE STAD
IS IN DE HUI-
DIGE TIJDZONE
Reisbestemming in zelfde tijd-
zone als thuislocatie.
Niet nodig nieuwe tijdzone op te
geven als reisbestemming in zelf-
de tijdzone als thuislocatie ligt.
99
LENSFOUT
Storing trad op tijdens objec-
tiefhandeling.
Zet camera uit en weer aan.
Blijft storing zich voordoen,
neem dan contact op met
dealer of importeur.
13
PRINTERFOUT
CONTROLEER
STATUS
Er deed zich een fout voor
toen werd geprobeerd te
printen.
Controleer de printer. Druk
na het verhelpen van de fout
de multi-selector omhoog of
omlaag om Hervatten te
selecteren en druk op I om
het printen te hervatten.
Selecteer Annuleren om het
printen af te breken. Wan-
neer u Hervatten niet kunt
selecteren vanwege de fout,
selecteert u Annuleren.
-
SYSTEEMFOUT
Storing trad op in intern cir-
cuit van de camera.
Zet camera uit, ontkoppel
optionele lichtnetadapter
(indien in gebruik), verwijder
en herplaats batterijen, en zet
de camera weer aan. Blijft
storing zich voordoen, neem
dan contact op met dealer of
importeur.
8-9,
12
Melding Probleem Oplossing Q
120
Technische opmerkingen
Problemen oplossen
Functioneert uw camera niet naar behoren, kijk dan eerst bij de nu volgende al-
gemene problemen voordat u zich tot uw dealer of de importeur wendt. In de
rechterkolom vindt u de paginacijfers die u verwijzen naar meer informatie.
Elektronisch gestuurde camera’s
In zeer uitzonderlijke gevallen kunnen er ongewone lettertekens op de monitor verschijnen,
waarbij de camera ophoudt te functioneren. Meestal is dit het gevolg van een sterke externe
statische ontlading. Zet de camera dan uit, haal de batterij eruit en plaats hem terug, en zet
de camera weer aan; werkt u met de lichtnetadapter (optioneel leverbaar), zet dan de ca-
mera uit, ontkoppel de lichtnetadapter, sluit de lichtnetadapter weer aan en zet de camera
weer aan. Is de storing hiermee niet te verhelpen, neem dan contact op met uw dealer of
de technische dienst van Nikon. Het als boven beschreven stroomloos maken van de camera
kan ertoe leiden dat beeldinformatie verloren gaat die op het moment dat de storing optrad
nog niet was opgeslagen. Informatie die opgeslagen is in het geheugen of op de geheugen-
kaart wordt niet aangetast.
Probleem Mogelijke oorzaak Q
Monitor is blanco
• Camera staat uit.
Batterijen niet goed geplaatst, of deksel batterijruimte
is niet goed gesloten.
• Batterijen zijn leeg.
EH-62B lichtnetadapter (optioneel leverbaar) is niet
goed aangesloten.
• Camera in slaapstand. Druk de ontspanknop half in.
• Monitor staat uit.
• USB-kabel is aangesloten.
Audio/videokabel (AV) is aangesloten.
13
8
12
-
13
5
-
-
Camera gaat uit zon-
der waarschuwing
Batterijen zijn bijna leeg.
• Batterijen zijn koud.
12
115
Er zijn geen aandui-
dingen op de moni-
tor te zien
Aanduidingen zijn verborgen. Selecteer Info tonen bij
de optie Foto-informatie in het menu Monitorinstel-
ling.
100
Monitor is slecht af
te lezen
• Omgevingslicht is te sterk: ga naar een donkerder loca-
tie of gebruik de zoeker.
• Monitorhelderheid moet worden aangepast.
Monitor is vuil: reinig monitor.
19
100
114
121
Problemen oplossen
Technische opmerkingen
Er wordt geen foto
gemaakt als de ont-
spanknop wordt
ingedrukt
• Camera staat in weergavestand.
• Batterijen zijn leeg.
• Rode (!) lampje knippert: flitser laadt zich op.
Groene (AF) lampje knippert: camera kan niet goed scherpstellen.
• De melding "ONGEFORMATT. KAART" verschijnt op de
monitor: geheugenkaart is niet geformatteerd voor
gebruik in uw camera.
• De melding "GEEN GEHEUGEN MEER" verschijnt op de
monitor: onvoldoende geheugen om beeld op te
nemen bij de huidige instelling van Beeld kwal/form.
22
12
20
20
10-11,
106
79
Beelden zijn te don-
ker (onderbelicht)
• Flitser staat uit.
• Flitsvenster was afgedekt.
• Onderwerp buiten flitsbereik.
• Te sterke negatieve belichtingscorrectie.
24
18
24
83
Beelden zijn te licht
(overbelicht)
• Te sterke positieve belichtingscorrectie. 83
Beelden zijn
onscherp
Onderwerp was niet in scherpstelveld toen ontspan-
knop half werd ingedrukt.
Groene (AF) lampje knippert: camera kan niet goed scherpstellen.
20
20
Foto’s onscherp
Camerabeweging tijdens opname. Bewogen opnamen
kunt u vermijden door:
Flitslicht te gebruiken
Best Shot Selector (BSS) te gebruiken
Statief (en eventueel zelfontspanner) te gebruiken
24
85
26
Willekeurig
geplaatste pixels
("ruis") in beeld
• Sluitertijd te lang. Ruis kunt u vermijden door:
Flitslicht te gebruiken
De stand m (nachtportret-assistentie) is geselecteerd
of E SCHEMERING of F NACHTLANDSCHAP is
geselecteerd in de e (onderwerpsstand).
24
34,
37
Kleuren zijn onna-
tuurlijk
• Witbalansinstelling komt niet overeen met lichtbron.
Kleuropties niet ingesteld op de optie Kleur.
81
86
Flitser wordt niet
ontstoken
• Flitser staat uit. Flitser gaat automatisch uit wanneer:
De keuzeknop is ingesteld op N (landschap-assisten-
tie), j (sport-assistentie) of W (film) of op
e (onderwerpsstand) met een van de opties
D ZONSONDERGANG, E SCHEMERING,
F NACHTLANDSCHAP, G MUSEUM, H VUUR-
WERK of I I KOPIE geselecteerd in het onder-
werpsstandenmenu.
24
32,
33,
70,
36-37
Probleem Mogelijke oorzaak Q
122
Problemen oplossen
Technische opmerkingen
Foto of spraakop-
name kan niet wor-
den weergegeven
Foto- of spraakopname is overschreven of hernoemd
door een computer of een camera van een ander merk.
-
Een kopie kan niet
worden gemaakt
met de optie voor
kleine kopie, uitge-
sneden kopie of D-
Lighting
• Beeldbestand is een filmclip.
• Beeld is al gemaakt met de optie voor kleine kopie, uit-
gesneden kopie of D-Lighting.
Er is niet genoeg vrije ruimte in het geheugen of op de
geheugenkaart om een nieuwe kopie op te slaan.
76
66, 67,
69
Kan niet op beeld
inzoomen
• Beeldbestand is een filmclip.
• Beeld werd gemaakt met de optie voor kleine kopie.
• Beeld is uitgesneden tot minder dan 320 × 240 pixels
76
69
66
PictureProject start
niet wanneer
camera is aangeslo-
ten of geheugen-
kaart in kaartlezer of
kaartsleuf wordt
geplaatst
• Camera staat uit.
EH-62B lichtnetadapter (optioneel leverbaar) is niet
goed aangesloten of batterijen zijn leeg.
• UC-E6 USB-kabel is niet juist aangesloten, of de kaart is
niet goed geplaatst in kaartlezer of kaartsleuf.
• Het onderdeel USB in het menu INTERFACE is ingesteld
op PTP wanneer de camera aangesloten is op een
computer met Windows 2000 Professional, Windows
Millennium Edition (Me) of Windows 98 Second Edi-
tion (SE).
Camera is niet geregistreerd in Apparaatbeheer (alleen
Windows).
Raadpleeg voor meer informatie de PictureProject naslag-
gids.
12
9, 12
10-11,
53
52
-
Probleem Mogelijke oorzaak Q
123
Technische opmerkingen
Specificaties
Type E7600 digitale camera
Effectieve pixels
7,1 miljoen
CCD
1/1,8 inch high-density CCD; totaal aantal pixels: 7,41 miljoen
Beeldgrootte
(pixels)
3072 × 2304 (3072)
2592 × 1944 (2592)
2048 × 1536 (2048)
1024 × 768 (1024)
640 × 480 (640)
Objectief 3 × Zoom Nikkor ED-objectief
Brandpuntsaf-
stand
F=7,8 - 23,4 mm
(35-mm [135] kleinbeeldequivalent: 38 - 114 mm)
f/-getal f/2,8 - f/4,9
Constructie
7 elementen in 6 groepen (inclusief 1 uit glas gegoten ED-
lenselement)
Digitale zoom 4 × (35-mm [135] kleinbeeldequivalent: 456 mm)
Autofocus (AF)
Contrast-detectie via het objectief (DDL) AF, met AF-hulp-
verlichting
Scherpstelbereik 30 cm - ; macrostand 4 cm (W) -
Scherpstelveldselectie
Centraal met vijfvelds-selectie in de stand compositie-assistentie
AF-hulpverlichting
KLASSE 1 LED PRODUCT (IEC60825-1 Editie 1.2
-2001
) Maximale
output: 1.100 µW
Zoeker Real-image zoomzoeker met LED-aanduiding
Vergroting 0,31 - 0,77 ×
Beelddekking Circa 80% horizontaal en 80% verticaal
Monitor 1,8 inch, 85.000-dot amorphous silicon TFT LCD-monitor
Beelddekking
(opnamestand)
Circa 97% horizontaal en 97% verticaal
Opslagmedia Intern geheugen (14 MB)/SD-geheugenkaarten
Bestandssysteem
Compatibel met Design Rule for Camera File System
(DCF), Exif 2.2, en Digital Print Order Format (DPOF)
Bestandsformaten
Gecomprimeerd: JPEG-baseline-compliant, Filmclips: QuickTime
Belichting
Meting
256-segments matrixmeting (gekoppeld aan vijf AF-veldse-
lecties in de stand compositie-assistentie)
Belichtingsrege-
ling
Geprogrammeerde automatische belichting met belichtingscorrectie
(-2,0 - +2,0 LW in stappen van 1/3 LW)
Bereik
W: +1,0 - +16,4 LW
T: +2,6 - +18,1 LW
Sluiter Mechanische en charge-coupled elektronische sluiter
Snelheid 4 - 1/2000 sec
Diafragma Elektronisch gestuurd, vaste openingen
Bereik Twee stappen (f/2,8 en f/4,8 [W])
124
Specificaties
Technische opmerkingen
Gevoeligheid
Ongeveer gelijk aan ISO 50
(automatische verhoging van twee- tot viermaal) (tot equi-
valent van ISO 200)
Zelfontspanner Duur tien seconden
Ingebouwde
flitser
Bereik (ongeveer)
W: 0,4 - 3,4 m
T: 0,4 - 2,0 m
Flitssturing Sensor flitssysteem
Spraakop-
name
Bestandsindeling WAVE
Max. opnameduur
Ongeveer 5 uur met een SD-geheugenkaart (256 MB of
meer)
Interface USB
Video-output Keuze tussen NTSC en PAL
In/uitgangen A/V uit/digitaal I/O
Voeding
Twee oplaadbare Nikon EN-MH1 NiMH-batterijen
Twee LR6 (AA) alkalinebatterijen
Twee ZR6 (AA) nikkelmangaanbatterijen
Twee FR6/L91 (AA) lithiumbatterijen
EH-62B lichtnetadapter
Aantal opnamen dat achter
elkaar kan worden gemaakt
Circa 100 (alkalinebatterijen)
Circa 250 (EN-MH1)
Circa 400 (lithiumbatterijen)
Gemeten bij standaard temperatuur (25°C) met vol geladen
batterijen gebaseerd op CIPA standaard: zoom ingesteld bij
elke opname, flitser gebruikt bij ongeveer de helft van de
opnamen, beeldkwaliteit ingesteld op Normaal.
Afmetingen (B × H × D) 85 × 60 × 39 mm
Gewicht (circa) 145 gram zonder batterij of geheugenkaart
Gebruiksom-
standigheden
Temperatuur 0 - 40°C
Luchtvochtigheid Minder dan 85% (geen condens)
125
Index
Index
Symbolen
O:@ (spraakmemo), 50
P (automatische) stand, 6,
16
W (film) stand, 6, 70-76
N (landschap-assistentie)
stand, 6, 32
m (nachtportret-assistentie)
stand, 6, 34
i (portret-assistentie) stand,
6, 30
j (sport-assistentie) stand, 6,
33
@ (spraakopname) stand, 42
u (verwijderen) knop, 3, 22,
23, 45, 48, 49, 50, 76
x (weergave) knop, 3, 12, 22,
44
K Gezichtprioriteit-AF, 30, 31
I knop, 7
! lampje, zie Lampje, rood (!)
+/- Correctie, 83
A
Aan/uit, zie Hoofdschakelaar
AF lampje, zie Lampje, groen
(AF)
AF-hulpverlichting, vi, 2, 25
AFz, 4, 20
Audio/video (AV) kabel (EG-
CP14), 51
Audio/video (AV) uit, 3
Automatisch uit, 13, 105
Auto-overdracht, 109
B
Batterijen, i-ii, 8-9, 12, 111,
115
EN-MH1, i, 8, 9, 111, 113,
115
FR6/L91 (AA), i, 8, 111
LR6 (AA), i, 8, 111
opladen, 9
ZR6 (AA), i, 8, 111
Batterijtype, 8, 111
Beeld kwal./form, 16, 29,
79-80
Beeldgrootte, zie Beeld kwal./
form
Beeldkwaliteit, zie Beeldkwal./
form.
Belichtingscorrectie, zie +/-
Correctie
Best Shot Selector, 85
Bestandsnummering, 23, 110
Beveiligde foto’s, 91
Beveiligen, 91
BSS, zie Best Shot Selector
C
Camera-aan-lampje, 2, 12-13,
16
CLOSE-UP, 37
Close-ups, 27, 41, 71
Code, 23
Compositie maken, 18-19, 29-
34
Compositie-assistentie, 6, 28,
29-34
Computer, aansluiten op, 52-
54
Continu, 84
D
Dagenteller, 102
Datum, 14-15, 57-58, 98
Datum afdrukken, 101
DCF, zie Design rule for Came-
ra File system
Design rule for Camera File sy-
stem, vi
Diashow, 88
Digital Print Order Format, 55
D-Lighting, 67
DPOF, zie Digital Print Order
Format
E
Elektronische VR, 75
E-mail, 69, 79, 80
EN-MH1, zie Batterijen
Exif 2.2, vi
Exif Print, zie Exif 2.2
F
Filmclips, 70-76
bekijken, 76
opnemen, 70-75
scherpstelstand, 74
Filmopties, 73
Firmware versie, 112
Flits, ii, 2, 24-25, 81
stand, 24-25
Flitslicht, zie Flits
Foto’s bewerken, 65
Foutmeldingen, 116-119
G
Geh.-krt format., 106
Geheugenkaarten, ii, 1, 10-11,
113
capaciteit van, 16, 80
formatteren, 11, 91, 106
goedgekeurde, 113
plaatsen en verwijderen,
10-11
Geluid instellen, 103
Gevoeligheid, 25
GEZICHTPRIORITEIT-AF, 30,
31
Groothoek, zie Zoom
Grootte, zie Beeld kwal./form.
H
Helderheid, 100
Help, 7
Hoofdschakelaar, 2, 12-13
I
Interface, 108
Interne geheugen, 1, 10
formatteren, 106
foto's kopiëren van en
naar, 94
Invulflits, 24, 39
ISO, 25
J
JPEG, 23, 95
K
Keuzeknop, 3, 6
Kleine kopie, 69
Kleuropties, 86
Klok, zie Datum
KOPIE, 38
beelden uitsnijden, 66
foto’s kopiëren naar, 94-
95
spraakopname kopiëren,
46-47
126
Index
Index
L
Lampje, groen (AF), 3, 12, 20
Lampje, rood (!), 3, 12, 20
Lichtnetadapter, i, iii, vi, 9, 59,
113
Luidspreker, 3
M
Macro-stand, 27, 30-40
menu Film, 73
MENU-knop, 3
Menu’s, zie Pictogramtype,
weergave
MH-70 batterijlader, 113
MH-71 batterijlader, 9, 113
Microfoon, 2, 50
Miniatuurbeelden, weergave, 48
Monitor, ii, 3, 4-5, 18-19, 114
aan- en uitzetten, 5, 100
aanduidingen op, 4-5
Monitorinstelling, 100
MOV, 23, 71
Multi-selector, 3, 7
MUSEUM, 38
N
NACHTLANDSCHAP, 37
NTSC, zie Videostand
O
Objectief, iii, 2, 114
e (onderwerp) stand, 28,
35-47
Onderwerpen met tegenlicht,
35
Ontspanknop, 2, 20
Ontspanknop, vertraging, zie
Zelfontspanner
Opnamemenu, 77-86
Overspeelmarkering, 92
Overspelen
foto’s markeren voor, 92-
93, 109
P
PAL, zie Videostand
PANORAMA ASSIST, 40
Papierformaat, 60, 61
PARTY/BINNEN, 36
PictBridge, 59, 60
Pictogramtype, weergave, 77,
87, 96, 112
PictureProject, 52
Polskoord, camera, i, 2
Printen van foto’s, 55-64, 80
direct printen, 59-64
DPOF printen, 55-58, 60,
63-64
Zie ook Datum afdrukken,
Digital Print Order For-
mat
Printopdracht, 55-58, 101
Q
QuickTime, zie Filmclips
R
Resterend aantal opnamen,
16, 17, 80
Rode-ogen-reductie,
zie
Flits, 24
Rode-ogen-reductie-lampje, 2,
24
S
SCHEMERING, 37
Scherpstelling, 20-21, 74
Scherpstelvergrendeling, 21
Set-up, 96-112
f (setup) stand, 6, 96-112
Smear, 114
SPRAAKOPNAME, 42
Standaardwaarden, 109
Standby-stand, 13, 105
Statief, 3
STRAND/SNEEUW, 36
T
T knop, zie Zoom-knoppen
Taal, kiezen, 14
Taal/Language, 14, 108
Technische ondersteuning, 1
TEGENLICHT, 39
Tele, zie Zoom
Televisie, 51
aansluiten op, 51
foto’s maken voor weerga-
ve op, 72, 79
Tijdzone, 14-15, 99
U
USB, 52-54, 59, 108
connector, 3
kabel (UC-E6), 52, 53, 59
V
Vaag, 24, 25, 36, 104
Verkleinen van foto’s, zie Klei-
ne kopie
Videokabel (EG-CP14), 51
Videorecorder, 51, 108
Videostand, 108
Video-uit aansluiting, 3
Volume, 45, 50, 76, 103
VUURWERK, 38
W
W knop, zie Zoom-knoppen
Waarschuwing vaag, 104
WAV, 23, 43, 50
Weergave, 22-23, 48-54
film afspelen, 76
op TV, 51
schermvullende weerga-
ve, 22-23
spraakopname, 44
Weergavemenu, 87-95
Welkomstscherm, 97
Wissen, 89
Wissen van foto’s, 89
alle foto’s, 90
geselecteerde foto's, 89
in schermvullende weerga-
ve, 22
tijdens maken van opna-
men, 23
Witbalans, 81-82
vooringesteld, 82
Z
Zelfontspanner, 26, 85
Zelfontspanner-lampje, 2, 26
Zelfportret, 26
Zoeker, 2, 3, 18-19
ZONSONDERGANG, 36
Zoom, 18-19
digitaal, 18-19, 71
indicator, 18
optisch, 18-19
weergave, 49
Zoom-knoppen, 3, 18, 48-49
(
Nl
)
De Nikon gids voor digitale fotografie
met de
Nl
DIGITALE CAMERA
Gedrukt in België
Fuji Bldg., 2-3 Marunouchi 3-chome, TR5B01(1F)
Chiyoda-ku, Tokyo 100-8331, Japan 6MA0621F--
Niets uit deze uitgave mag worden overgenomen, in welke
vorm ook, volledig of gedeeltelijk, zonder de schriftelijke
toestemming van NIKON CORPORATION (met uitzonde-
ring van korte citaten in artikels of besprekingen).
10

Hulp nodig? Stel uw vraag in het forum

Spelregels

Misbruik melden

Gebruikershandleiding.com neemt misbruik van zijn services uitermate serieus. U kunt hieronder aangeven waarom deze vraag ongepast is. Wij controleren de vraag en zonodig wordt deze verwijderd.

Product:

Bijvoorbeeld antisemitische inhoud, racistische inhoud, of materiaal dat gewelddadige fysieke handelingen tot gevolg kan hebben.

Bijvoorbeeld een creditcardnummer, een persoonlijk identificatienummer, of een geheim adres. E-mailadressen en volledige namen worden niet als privégegevens beschouwd.

Spelregels forum

Om tot zinvolle vragen te komen hanteren wij de volgende spelregels:

Belangrijk! Als er een antwoord wordt gegeven op uw vraag, dan is het voor de gever van het antwoord nuttig om te weten als u er wel (of niet) mee geholpen bent! Wij vragen u dus ook te reageren op een antwoord.

Belangrijk! Antwoorden worden ook per e-mail naar abonnees gestuurd. Laat uw emailadres achter op deze site, zodat u op de hoogte blijft. U krijgt dan ook andere vragen en antwoorden te zien.

Abonneren

Abonneer u voor het ontvangen van emails voor uw Nikon Coolpix 7600 bij:


U ontvangt een email met instructies om u voor één of beide opties in te schrijven.


Ontvang uw handleiding per email

Vul uw emailadres in en ontvang de handleiding van Nikon Coolpix 7600 in de taal/talen: Nederlands als bijlage per email.

De handleiding is 4,03 mb groot.

 

U ontvangt de handleiding per email binnen enkele minuten. Als u geen email heeft ontvangen, dan heeft u waarschijnlijk een verkeerd emailadres ingevuld of is uw mailbox te vol. Daarnaast kan het zijn dat uw internetprovider een maximum heeft aan de grootte per email. Omdat hier een handleiding wordt meegestuurd, kan het voorkomen dat de email groter is dan toegestaan bij uw provider.

Stel vragen via chat aan uw handleiding

Stel uw vraag over deze PDF

Andere handleiding(en) van Nikon Coolpix 7600

Nikon Coolpix 7600 Gebruiksaanwijzing - Deutsch - 140 pagina's

Nikon Coolpix 7600 Gebruiksaanwijzing - English - 140 pagina's


Uw handleiding is per email verstuurd. Controleer uw email

Als u niet binnen een kwartier uw email met handleiding ontvangen heeft, kan het zijn dat u een verkeerd emailadres heeft ingevuld of dat uw emailprovider een maximum grootte per email heeft ingesteld die kleiner is dan de grootte van de handleiding.

Er is een email naar u verstuurd om uw inschrijving definitief te maken.

Controleer uw email en volg de aanwijzingen op om uw inschrijving definitief te maken

U heeft geen emailadres opgegeven

Als u de handleiding per email wilt ontvangen, vul dan een geldig emailadres in.

Uw vraag is op deze pagina toegevoegd

Wilt u een email ontvangen bij een antwoord en/of nieuwe vragen? Vul dan hier uw emailadres in.



Info