2. Start een nieuwe compilatie door op de corresponderende knop te klikken
of door de opdracht Nieuw in het menu Bestand te kiezen.
3. Klik op het pictogram 'Video-CD' in het dialoogvenster Nieuwe compilatie,
dat wordt geopend wanneer Nero wordt gestart. Als Nero al actief is, kunt u
dit dialoogvenster openen door het pictogram 'Nieuwe compilatie‘ op de
werkbalk te selecteren.
4. Het tabblad Video-CD biedt een aantal opties die u kunt gebruiken om de
Video CD aan uw specifieke eisen aan te passen. Het selectievakje
'Standaard bruikbare CD aanmaken' dient te worden ingeschakeld om
ervoor te zorgen dat er een Video CD wordt gemaakt die met een DVD-
speler kan worden afgespeeld. In de sectie 'Coderingsresolutie'; dient u de
kleuropmaak op te geven waarnaar de videobestanden worden
geconverteerd: Pal of NTSC. Als u afbeeldingen aan de video wilt kunnen
toevoegen, kunnen deze naar een afzonderlijke map worden gekopieerd.
Schakel in dat geval het selectievakje ‘Bronafbeeldingen opslaan in’ in.
Het selectievakje 'CD-1-toepassing gebruiken' is uitsluitend bedoeld voor
gebruikers met ervaring met CD-i-toepassingen.
5. Op het tabblad Menu kunt u een menu maken dat wordt weergegeven
wanneer de Video CD wordt geplaatst. Schakel het selectievakje in en
gebruik de vakken om op te geven hoe het menu eruit zal zien. Als u op de
knop Als standaard instellen klikt, worden de instellingen voor
menugegevens opgeslagen en automatisch geladen als er weer een Video
CD wordt gemaakt.
6. In de sectie 'Lengte van bestands- of mapnamen' van het tabblad ISO kunt
u het ISO-niveau voor de lengte van de namen opgeven. Voor Windows 95
en hoger zijn maximaal 31 tekens toegestaan. Voor Windows 3.1 mogen
namen niet meer dan 11 tekens lang zijn (8 voor de naam en 3 voor de
extensie). In de meeste gevallen is ISO-niveau 2 het beste; als u weet dat
de CD ook op een Windows 3.1-systeem moet kunnen worden uitgevoerd,
dient u echter niveau 1 te selecteren.
7. Op het tabblad Label kunt u de CD een naam geven en de standaardnaam
'Nieuw' overschrijven. U kunt de letters A-Z, de cijfers 0-9 en het
onderstrepingsteken (_) gebruiken; letters met accenten en spaties worden
niet ondersteund.
8. Op het tabblad Data kunt u de datum van de compilatie en van de
bestanden van de compilatie opgeven. Standaard worden de huidige datum
en tijd voor de compilatie ingevoerd, evenals de datums waarop de
bestanden zijn gemaakt.
9. Gebruik het tabblad Diversen om op te geven welke bestanden in de cache
worden gebufferd. Kleine bestanden op trage media (diskettes en
netwerkstations) worden standaard naar de cache verplaatst. U kunt de
locatie van de cache op het tabblad
Cache onder de optie Voorkeuren in
het menu Bestand opgeven.
10. Zodra u de instellingen hebt geselecteerd, klikt u op de knop Nieuw aan de
rechterkant. Het lege compilatievenster voor de Video CD wordt nu
weergegeven. Het grote venster is bestemd voor video's en afbeeldingen
en het kleine venster voor andere bestandstypen. Dit kunnen bijvoorbeeld
tekstbestanden of zelfs een softwarespeler voor de pc zijn. Als er nog geen
bestandsbrowser is geopend, kunt u een bestandsbrowser openen door
Nieuwe bestandsbrowser in het menu Beeld te selecteren of op het
corresponderende pictogram 'Bestandsbrowser' te klikken. Als u wilt
opgeven dat Nero moet worden gestart met een geopende