743347
72
Verklein
Vergroot
Pagina terug
1/84
Pagina verder
Voor de installateur
Installatie-instructie
Hoog Rendement Gaswandketel
Nefit EcomLine Elite HRC 24/CW4
Nefit EcomLine Elite HRC 30/CW5
Nefit B.V. • http://www.nefitdealer.nl Wijzigingen op grond van technische verbeteringen voorbehouden!
2 Installatie-instructie Nefit EcomLine Elite HRC 24/CW4 en HRC 30/CW5 • uitgave 03/2005
Afb. 1 Overzicht Nefit EcomLine Elite
1
2
3
4
5
6
14
15
7
12
8
9
10
13
16
11
40
42
43
41
37
36
35
25
26
27
28
29
30
31
32
33
34
18
19
20
21
22
23
24
38
17
39
Wijzigingen op grond van technische verbeteringen voorbehouden! Nefit B.V. • http://www.nefitdealer.nl
Installatie-instructie Nefit EcomLine Elite HRC 24/CW4 en HRC 30/CW5 • uitgave 03/2005 3
Legenda
Pos. 1: Automatische ontluchter
Pos. 2: Ionisatie-elektrode
Pos. 3: Gloeiplug
Pos. 4: Safetysensor
Pos. 5: Overstortklep
Pos. 6: Sifon
Pos. 7: LED op UBA 3
Pos. 8: KIM (Ketel Identificatie Module; niet zichtbaar op afbeelding)
Pos. 9: UBA 3 (Universele Brander Automaat 3)
Pos. 10: Montagemogelijkheid Nefit-modules
Pos. 11: Bedieningspaneel BC10
Pos. 12: Schuiflade
Pos. 13: Gebruikersinstructie
Pos. 14: Montagemogelijkheid Nefit weersafhankelijke ModuLine 400
Pos. 15: Doorstroombegrenzer
Pos. 16: Inlaatcombinatie
Pos. 17: Boilersensor
Pos. 18: Branderdeksel
Pos. 19: Verbindingsstuk tussen ventilator en branderdeksel
Pos. 20: Warmtewisselaar
Pos. 21: Snelsluiting condensbak
Pos. 22: Luchtaanzuigbuis
Pos. 23: Gasblok
Pos. 24: Typeplaat
Pos. 25: Rookgasafvoer/luchttoevoer
Pos. 26: Aansluiting voor interne condensbypass
Pos. 27: Snelsluiting branderdeksel
Pos. 28: Frame keteldeel
Pos. 29: Kijkglas
Pos. 30: Aanvoersensor
Pos. 31: Condensbak
Pos. 32: Retoursensor
Pos. 33: Ventilator
Pos. 34: Pomp
Pos. 35: Druksensor
Pos. 36: Driewegklep
Pos. 37: Aansluitkast
Pos. 38: Frame boilerdeel
Pos. 39: Verlengkabel boilersensor
Pos. 40: Handvat
Pos. 41: Retourleiding
Pos. 42: Boiler
Pos. 43: Cv-zijdige aftapmogelijkheid van de boiler voor servicewerkzaamheden
Nefit B.V. • http://www.nefitdealer.nl Wijzigingen op grond van technische verbeteringen voorbehouden!
4 Installatie-instructie Nefit EcomLine Elite HRC 24/CW4 en HRC 30/CW5 • uitgave 03/2005
Voorwoord
Geachte klant,
Deze Installatie-instructie is van toepassing op de
Hoog Rendement Gaswandketels:
Nefit EcomLine Elite HRC 24/CW4
Nefit EcomLine Elite HRC 30/CW5.
Het primaire doel van deze Installatie-instructie is het
verschaffen van informatie aan de installateur over het instal-
leren van het toestel en de daarbij geldende voorschriften.
Daarnaast is in deze Installatie-instructie ook informatie opge-
nomen over het toestel in het algemeen, inspectie en onder-
houd, de bediening, het oplossen van eventuele storingen en
technische specificaties van het toestel.
Naast deze Installatie-instructie wordt bij het toestel ook een
gebruikersinstructie geleverd. Deze gebruikersinstructie is in
de schuiflade van het toestel gevoegd (zie afb. 61 op pag. 36).
De benaming van het toestel is uit de volgende delen samen-
gesteld:
HRC: Hoog Rendement Combi-toestel
24 of 30: het maximale cv-vermogen is 24 resp. 30 kW
CW4 of CW5: maat voor warmwatercomfort (zie pag. 74).
In deze Installatie-instructie worden de volgende product-
specifieke benamingen gebruikt:
BC10: Bedieningspaneel van het toestel
KIM: Ketel Identificatie Module
UBA 3: Universele Brander Automaat 3
Nefit B.V. werkt continu aan verbetering van haar producten.
Wijzigingen in technische gegevens zijn dus mogelijk.
Heeft u een idee voor verbetering of heeft u onregelmatig-
heden vastgesteld, dan kunt u contact met ons opnemen.
Nefit B.V., Postbus 3, 7400 AA Deventer.
DealerLine: 0570 - 67 85 66
Consumenten Infolijn: 0570 - 67 85 00
Dokument-nr.: 716.425A - 4200 - 03/2005
Wijzigingen op grond van technische verbeteringen voorbehouden! Nefit B.V. • http://www.nefitdealer.nl
Installatie-instructie Nefit EcomLine Elite HRC 24/CW4 en HRC 30/CW5 • uitgave 03/2005 5
Inhoudsopgave
1 Voorschriften . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 6
1.1 Normbladen . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 6
1.2 Toepassingsgebied. . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 6
1.3 Opstellingsruimte . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 6
1.4 Luchttoevoer- en rookgasafvoersysteem . . . . . . . . . 6
1.5 Kwaliteit van het cv-water . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 6
1.6 Leidingmaterialen . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 6
1.7 Werkzaamheden aan het toestel . . . . . . . . . . . . . . . 7
1.8 Onderhoudsfrequentie . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 7
1.9 Garantiebepalingen . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 7
1.10 Geldigheid voorschriften . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 7
2 Algemeen . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 8
3 Installatie . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 9
3.1 Uitpakken . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 9
3.2 Leveringsomvang . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 9
3.3 Ophangen . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 10
3.4 Leidingberekening van de cv-leidingen . . . . . . . . . 17
3.5 Aansluiten . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 18
4 Bediening . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 36
4.1 Algemeen . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 36
5 Inbedrijfstelling . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 42
5.1 Inbedrijfstelling algemeen . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 42
6 Onderhoud . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 55
6.1 Onderhoud algemeen . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 55
6.2 Klein onderhoud . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 55
6.3 Groot onderhoud. . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 62
6.4 Algemene afrondende werkzaamheden
onderhoud 63
7 Diagnose. . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 64
7.1 Displaywaardes . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 64
7.2 Displayinstellingen . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 64
7.3 Displaycodes . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 64
8 Specificaties . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 70
8.1 Specificaties . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 70
8.2 Weerstandsgrafieken boilersensor en
buitenvoeler 71
8.3 Afmetingen . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 72
8.4 Bedradingsschema . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 73
8.5 Gaskeurlabel. . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 74
9 Protocollen . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 76
9.1 Inbedrijfstellingsprotocol . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 76
9.2 Onderhoudsprotocol . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 78
10 Certificaten . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 80
10.1 CE-conformiteitsverklaring . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 80
10.2 GASTEC GASKEUR-label Nefit EcomLine
Elite HRC 24/CW4 81
10.3 GASTEC GASKEUR-label Nefit EcomLine
Elite HRC 30/CW5 82
11 Trefwoordenregister . . . . . . . . . . . . . . . . . . 83
Voorschriften1
Nefit B.V. • http://www.nefitdealer.nl Wijzigingen op grond van technische verbeteringen voorbehouden!
6 Installatie-instructie Nefit EcomLine HR Elite • uitgave 03/2005
1 Voorschriften
1.1 Normbladen
U dient er als installateur en/of eigenaar voor te zorgen dat de
gehele installatie voldoet aan de geldende (veiligheids-) voor-
schriften zoals die zijn opgenomen in:
Deze Installatie-instructie en overige van toepassing zijnde
documentatie van de fabrikant;
NEN 1006 Algemene voorschriften voor drinkwaterinstalla-
ties AVWI;
NEN 1010 Veiligheidsbepalingen voor laagspanningsin-
stallaties;
NEN 1078 Voorschriften voor aardgasinstallaties (Bouw-
besluit GAVO en aanvulling);
NEN 1087 Ventilatie van woongebouwen.
Eisen en bepalingsmethoden;
NEN 2757 Toevoer verbrandingslucht en rookgasafvoer
van verbrandingsgas van verbrandingstoestellen;
NEN 2920 Eisen voor huishoudelijke gasverbruik-
installaties en vergelijkbare installaties in midden- en klein-
bedrijf van handel, horeca en nijverheid bedreven met
handelsbutaan, handelspropaan en butaan/ propaan
(B/P)-mengsels;
NEN 3028 Veiligheidseisen voor centrale verwarmings-
installaties;
NEN 3215 Binnenriolering in woningen en
woongebouwen;
NPR 1088 Toelichting op NEN 1087;
NPR 3378 Toelichting bij NEN 1078;
Bouwbesluit;
Plaatselijk geldende voorschriften van Brandweer,
Nutsbedrijven en Gemeente;
Gastoestellenrichtlijn 90/396/EEC
Rendementsrichtlijn 92/42/EEC
EMC-richtlijn 89/336/EEC
Laagspanningsrichtlijn 73/23/EEC
EN 437 Testgassen, testdrukken, installatiecategorieën.
EN 483 Verwarmingsketels voor gasvormige brandstoffen
- verwarmingsketels van het type C met een nominale
warmtebelasting gelijk aan of kleiner dan 70 kW.
EN 625 Verwarmingsketels voor gasvormige brandstoffen
- bijzondere eisen aan drinkwaterzijdige functies bij Combi-
ketels met een nominaal vermogen gelijk aan of kleiner
dan 70 kW.
EN 677 Verwarmingsketels voor gasvormige brandstoffen,
bijzondere eisen aan ketels met een nominaal vermogen
gelijk aan of kleiner dan 70 kW.
1.2 Toepassingsgebied
Het toestel kan uitsluitend worden toepast in een enkelvoudige
opstelling. Dit betekent dat het toestel niet kan worden toege-
past in een cascadeopstelling (meervoudige opstelling).
Het toestel dient voor normaal huishoudelijk gebruik te worden
toegepast, op basis van een gemiddeld aantal bedrijfsuren.
Zie ook de meegeleverde garantiekaart.
1.3 Opstellingsruimte
Ontvlambare materialen of vloeistoffen mogen niet in de buurt
van het toestel worden opgeslagen of gebruikt.
De opstellingsruimte van het toestel moet vorstvrij zijn.
Het toestel mag niet worden geplaatst of gebruikt in een
stofrijke of chemisch agressieve omgeving zoals voorkomt bij
spuiterijen, kapsalons, mestrijke plaatsen of plaatsen waar
trichloorethyleen of halogeenkoolwaterstoffen (b.v. in spuit-
bussen, bepaalde lijmsoorten, bepaalde oplos- en reinigings-
middel, verf) of andere agressieve chemische middelen
worden bewaard of verwerkt.
Ook bij een gesloten opstelling zal de goede werking en
levensduur van het toestel hierdoor negatief beïnvloed
worden. In die situatie is de beste oplossing de opstellings-
ruimte hermetisch af te sluiten van de omgeving en deze sterk
te ventileren met schone buitenlucht.
Het toestel kan uitsluitend hangend aan de wand of aan een
bevestigingsprofiel geïnstalleerd worden. Bij een lichte wand-
of vloerconstructie is het mogelijk dat er resonantiegeluid
optreedt. Breng indien nodig een verstevigingsconstructie aan.
1.4 Luchttoevoer- en rookgasafvoersysteem
Indien het toestel als open toestel wordt geïnstalleerd, dan
dient de opstellingsruimte voorzien te zijn van de noodzake-
lijke luchttoevoeropeningen. Plaats geen voorwerpen voor de
luchttoevoeropeningen. Deze moeten ten alle tijden vrij zijn.
1.5 Kwaliteit van het cv-water
Gebruik als vul- en bijvulwater voor de cv-installatie uitsluitend
onbehandeld leidingwater. Ongeschikt cv-water bevordert de
vorming van slib en corrosie. Dit kan leiden tot storingen aan
het toestel en beschadiging van de warmtewisselaar.
Het is niet toegestaan waterbehandeling toe te passen zoals
o.a. pH-verhogende/ verlagende middelen (chemische toe-
voegmiddelen en/ of inhibitoren), antivries en waterontharding.
De gemeten pH-waarde van het cv-water dient tussen de 7 en
de 8,5 te liggen. Is dit niet het geval neem dan contact op met
de afdeling Service van Nefit B.V..
1.6 Leidingmaterialen
Indien in de cv-installatie gebruik wordt gemaakt van kunst-
stofleidingen bijvoorbeeld bij vloerverwarming, dan moet de
toegepaste kunststof buis zuurstofdiffusiedicht zijn volgens
DIN 4726/ 4729. Indien de toegepaste kunststof buis niet
voldoet aan deze normen, dan moet het ketelcircuit van de rest
van de cv-installatie gescheiden worden door een (platen-)
wisselaar.
Voorschriften 1
Wijzigingen op grond van technische verbeteringen voorbehouden! Nefit B.V. • http://www.nefitdealer.nl
Installatie-instructie Nefit EcomLine HR Elite • uitgave 03/2005 7
1.7 Werkzaamheden aan het toestel
De installatie-, inbedrijfsstellings-, inspectie-, onderhouds- en
eventuele reparatiewerkzaamheden mogen uitsluitend door
erkende installateurs worden uitgevoerd volgens de in
paragraaf 1.1 vermelde voorschriften. Maak hierbij uitsluitend
gebruik van originele accessoires en onderdelen zoals die
door Nefit B.V. zijn voorgeschreven.
1.8 Onderhoudsfrequentie
Voor een optimale-, duurzame- en veilige werking van het
toestel maar ook voor eventuele aanspraak op fabrieksga-
rantie moet het toestel minimaal eenmaal per 2 jaar door een
erkend installatie- of servicebedrijf onderhouden worden.
Zie hoofdstuk 6, "Onderhoud".
1.9 Garantiebepalingen
Voor de garantiebepalingen wordt verwezen naar de meege-
leverde garantiekaart.
Belangrijk voor eventuele aanspraak op garantie is dat de
garantiekaart onmiddellijk na installatie van het toestel wordt
ingevuld en teruggezonden naar het op de garantiekaart
vermelde adres.
1.10 Geldigheid voorschriften
Voor alle voorschriften geldt dat aanvullingen of latere voor-
schriften op het moment van installeren van toepassing zijn.
Algemeen2
Nefit B.V. • http://www.nefitdealer.nl Wijzigingen op grond van technische verbeteringen voorbehouden!
8 Installatie-instructie Nefit EcomLine HR Elite • uitgave 03/2005
2 Algemeen
Vorstbeveiliging
Het toestel is voorzien van een geïntegreerde vorstbeveiliging.
Dit betekent dat geen vorstbeveiliging voor het toestel aange-
bracht hoeft te worden.
De vorstbeveiliging schakelt het cv-toestel in bij een toestelwa-
tertemperatuur van 7 °C en schakelt het toestel uit bij een
toestelwatertemperatuur van 15 °C.
De cv-installatie wordt niet beveiligd tegen vorst.
Wanneer er kans op bevriezingsgevaar bestaat in een radiator
of een leidingdeel, dan moet de nadraaitijd van de pomp op
24 uur ingesteld worden. Zie paragraaf "Instellen van de
nadraaitijd van de pomp" op pag. 46.
Aan/uit-regeling
Het toestel werkt in principe in combinatie met alle gangbare
potentiaalvrije aan/ uit-regelingen zonder warmteversnel-
lings-element (anticipatieweerstand). Bij keuze voor een
dergelijke regeling wordt het specifieke voordeel van het
toestel, namelijk de modulerende werking op basis van ruimte-
temperatuur of op basis van een stooklijn, niet benut. Dit gaat
ten koste van het comfort en energieverbruik.
Nefit ModuLine-regeling
De beste regeling wordt bereikt met de speciaal voor dit toestel
door Nefit ontwikkelde modulerende ModuLine kamer-
thermostaten.
Indien een ModuLine kamerthermostaat wordt aangesloten op
het toestel, dan moduleert het toestel op ruimtetemperatuur of
op basis van een stooklijn.
Dit houdt in dat langs digitale weg continu gegevens worden
uitgewisseld tussen het toestel (UBA 3 = Universele Brander
Automaat 3) en de modulerende regeling. Hierdoor is het
toestel in staat om zijn geproduceerd vermogen optimaal aan
te passen aan het door de modulerende regeling gevraagd
vermogen, dit is wat wordt verstaan onder het begrip "modu-
leren". Dit modulerende principe verhoogt het comfort door
een gelijkmatigere ruimtetemperatuur en verlaagt het gasver-
bruik.
De communicatie tussen het toestel en de modulerende
regeling maakt het tevens mogelijk om (op afstand) op de
modulerende regeling belangrijke informatie omtrent de status
van het toestel, bedrijfsgegevens, instellingen en eventuele
storingen uit te lezen.
De modulerende ModuLine kamerthermostaten worden door
het toestel elektrisch gevoed, dus extra externe voeding of
batterijen zijn niet nodig.
Zie voor uitgebreidere informatie omtrent de montage,
instellingen en bediening van de verschillende modulerende
regelingen de documentatie van de betreffende modulerende
regeling.
Nefit Elite Regelpakket
Het toestel is speciaal ontwikkeld om te worden toegepast in
een cv-installatie met groepenregeling. Een groepenregeling
is bij uitstek geschikt voor die situaties waarin het wenselijk is
dat verschillende delen van de installatie of verschillende
groepen gebruikers op verschillende tijden verschillende
temperaturen kan worden geboden, zonder dat daar meer dan
één cv-toestel voor nodig is. Hierbij kan worden gedacht aan
bijvoorbeeld een klein utiliteitspand (kantoor, winkel, sport-
complex), een pand met meerdere afzonderlijke bewoners,
een woonhuis/praktijksituatie of een woonhuis/kantoorsituatie.
Ook een situatie waar met verschillende watertemperaturen
moet worden gestookt (vloerverwarming in combinatie hete
luchtverwarming) is mogelijk.
Belangrijk voordeel van een groepenregeling ten opzichte van
een installatie zonder groepenregeling is dat de bediening veel
eenvoudiger is. De gebruiker hoeft slecht één enkele instelling
te doen om een tijd of temperatuur te wijzigen en hoeft dus niet
diverse radiatorkranen te bedienen bij het betreden of verlaten
van het pand. Tevens wordt hierdoor het comfort verhoogd.
Naast verhoging van comfort, besparing op investeringskosten
en meer bedieningsgemak, zal een groepenregeling door-
gaans ook aanzienlijke besparing op energiekosten opleveren,
omdat alleen die delen van de installatie worden verwarmd die
nodig zijn.
De grootte van een groep kan naar wens worden bepaald en
kan dus zelfs uit slechts één vertrek bestaan.
Om de groepenregeling mogelijk te maken zijn speciaal voor
dit toestel de Nefit Elite Regelpakketten ontwikkeld. Het unieke
aan de Nefit Elite Regelpakketten ten opzichte van "een
normale aan-/uitgroepenregeling" is dat de Nefit Elite Regel-
pakketten de mogelijkheid bieden om twee afzonderlijke
verwarmingsgroepen modulerend aan te sturen (de voor-
delen van modulerend regelen worden uitgelegd bij "Nefit
ModuLine-regeling"). Dit kan zowel met een meegeleverde
ruimte- als weersafhankelijke regeling. Beide groepen kunnen
met onafhankelijke klokprogramma's worden aangestuurd.
Er zijn 3 regelpakketten:
Nefit Elite Regelpakket Wonen & Werken ML400;
Nefit Elite Regelpakket Wonen & Werken ML400/ ML300;
Nefit Elite Regelpakket Vloerverwarming & Radiatoren
ML400.
Voor meer informatie over de Nefit Elite Regelpakketten zie
het document Nefit Elite Regelingkiezer.
Testprocedure pomp
Indien het toestel voor een langere tijd niet gebrand heeft, volgt
automatisch iedere 24 uur een testprocedure van
10 seconden voor de pomp.
Het tijdstip waarop deze test plaatsvindt, wordt bepaald door
het tijdstip waarop de netspanning op het toestel wordt
aangesloten. Na het onderbreken van de netspanning door de
netstekker even uit de wandcontactdoos te nemen, zal exact
na 24 uur de bovengenoemde testprocedure plaatsvinden.
Installatie 3
Wijzigingen op grond van technische verbeteringen voorbehouden! Nefit B.V. • http://www.nefitdealer.nl
Installatie-instructie Nefit EcomLine HR Elite • uitgave 03/2005 9
3 Installatie
3.1 Uitpakken
z Zet de doos neer met de bovenzijde naar boven zoals is
aangegeven op de doos.
z Pak het toestel uit.
3.2 Leveringsomvang
Zie voor de leveringsomvang van het toestel afb. 2.
Afb. 2 Leveringsomvang
3
10
13
11
9
8
12
2
657
1
14
4
15
LET OP!
Verwijder, vlak voordat u het toestel monteert,
pas de piepschuimbodem ter bescherming van
de aansluitstompen!
LET OP!
Tijdens de installatiewerkzaamheden is het
raadzaam het toestel en met name de lucht-
toevoer- en rookgasafvoeraansluiting te
beschermen tegen vervuiling door bouwstof,
bijvoorbeeld door het toestel met folie en
plakband af te dekken.
LET OP!
Bied het verpakkingsmateriaal aan een
recyclebedrijf aan.
pos. nr. aantal omschrijving
11keteldeel
2 1 ophangbeugel
3 1 installatie-instructie
4 1 garantiekaart
5 2 schroeven voor bevestiging ophangbeugel
6 2 pluggen voor bevestiging ophangbeugel
7 2 vulplaten voor bevestiging ophangbeugel
8 2 rails voor de mantel van het boilerdeel
9 4 schroeven voor bevestiging van de rails
10 4 stelschroeven M5
11 4 moer M5 t.b.v. stelschroeven M5
12 1 vul- en aftapkraan
13 2 fiberringen 3/4"
14 1 boilerdeel
15 2 knelkoppelingen boilerdeel
Installatie3
Nefit B.V. • http://www.nefitdealer.nl Wijzigingen op grond van technische verbeteringen voorbehouden!
10 Installatie-instructie Nefit EcomLine HR Elite • uitgave 03/2005
3.3 Ophangen
z Zie voor eisen aan de opstellingsruimte ook paragraaf 1.3
"Opstellingsruimte" op pag. 6.
z Monteer de meegeleverde ophangbeugel (afb. 3) van het
keteldeel met behulp van de twee meegeleverde
schroeven en bijbehorende pluggen en vulplaten waterpas
aan de wand.
z Til het keteldeel uit de piepschuimbodem en leg het op de
achterzijde neer.
z Open het slot van de beide sluitingen van het keteldeel met
een ontluchtingssleuteltje (afb. 4).
z Maak de vier sluitingen aan weerszijden van de mantel van
het keteldeel los (afb. 4).
z Trek de mantel van het keteldeel naar voren en verwijder
de mantel van het keteldeel (afb. 4).
z Omwikkel, bij voorkeur voordat het toestel wordt opge-
hangen, de aansluiting van de gasleiding van het keteldeel
enkele keren met teflontape (afb. 19).
z Hang het keteldeel met twee personen in de ophang-
beugel.
z Verwijder de beschermdoppen van het keteldeel.
Afb. 3 Ophangbeugel
Afb. 4 Verwijderen mantel keteldeel
LET OP!
Til de mantel niet aan de sluitingen op.
Plaats de mantel van het keteldeel niet op de
zijkant. De sluitingen kunnen hierdoor bescha-
digen.
Afb. 5 Beschermdoppen keteldeel
LET OP!
Er kan testwater uitstromen!
Installatie 3
Wijzigingen op grond van technische verbeteringen voorbehouden! Nefit B.V. • http://www.nefitdealer.nl
Installatie-instructie Nefit EcomLine HR Elite • uitgave 03/2005 11
z Monteer met de 4 meegeleverde schroeven de beide rails
aan de onderzijde van het keteldeel (afb. 6).
z Controleer of het toestel loodrecht en waterpas aan de
wand hangt. Indien dit niet het geval is, monteer dan de
stelschroeven zoals hieronder omschreven.
z Monteer op 2 van de 4 M5-stelschroeven twee van de vier
M5-moeren (afb. 2, pos. 10 en 11).
z Monteer de beide stelschroeven aan de achterzijde van het
keteldeel (afb. 7).
z Stel de beide M5-moeren zodanig af dat de achterzijde van
het keteldeel loodrecht hangt.
z Til met twee personen het boilerdeel uit de piepschuim-
bodem en leg het toestel op de achterzijde neer.
z Verwijder de mantel door deze naar voren te trekken.
z Verwijder de beschermdoppen van het boilerdeel aan
zowel de boven- als de onderzijde (afb. 8).
Afb. 6 Montage rails
2x
Afb. 7 Montage stelschroef
Afb. 8 Toestelaansluitingen boilerdeel
LET OP!
Er kan testwater uitstromen!
Installatie3
Nefit B.V. • http://www.nefitdealer.nl Wijzigingen op grond van technische verbeteringen voorbehouden!
12 Installatie-instructie Nefit EcomLine HR Elite • uitgave 03/2005
z Plaats de knelkoppelingen op de boilerleidingen.
z Leg de voedingskabel van het keteldeel over de warmte-
wisselaar (afb. 10).
z Hang het boilerdeel met 2 personen aan het keteldeel,
door de beide haken links en rechts van het boilerdeel over
de beide nokken links en rechts van het keteldeel te
hangen (afb. 11 en 12).
Afb. 9 Knelkoppelingen op boilerleidingen plaatsen
LET OP!
Draai de knelkoppelingen nog niet vast. Dit
maakt het makkelijker om de boilerleidingen
van het boilerdeel te positioneren ten opzichte
van de boilerleidingen van het keteldeel.
Afb. 10 Voedingskabel over warmtewisselaar
Afb. 11 Ophangen boilerdeel
Installatie 3
Wijzigingen op grond van technische verbeteringen voorbehouden! Nefit B.V. • http://www.nefitdealer.nl
Installatie-instructie Nefit EcomLine HR Elite • uitgave 03/2005 13
z Monteer op de beide overige M5-stelschroeven de beide
overige M5-moeren (afb. 2, pos. 10 en 11).
z Monteer de beide stelschroeven aan de achterzijde van het
boilerdeel (afb. 13, pos. 1).
z Stel de beide M5-moeren zodanig af dat de achterzijde van
het boilerdeel loodrecht hangt (afb. 13, pos. 2).
Afb. 12 Detail ophangen boilerdeel
Afb. 13 Boilerdeel afstellen
1
2
Installatie3
Nefit B.V. • http://www.nefitdealer.nl Wijzigingen op grond van technische verbeteringen voorbehouden!
14 Installatie-instructie Nefit EcomLine HR Elite • uitgave 03/2005
z Sluit de cv-aanvoer- en cv-retourleiding van het boilerdeel
aan op het keteldeel door deze naar boven te schuiven
totdat de borgveer van de boilerleiding in de groef van de
ketelleiding zit (afb. 14, pos. 1 en 2).
z Sluit de boileraanvoer- en boilerretourleiding van het
boilerdeel aan op het keteldeel (afb. 15, pos. 1).
Maak hierbij gebruik van de 3/4" vlakke fiberringen
(afb. 15, pos. 2).
z Draai de beide wartels van de boileraanvoer- en boiler-
retourleiding vast (afb. 16, pos. 1 en 2).
Afb. 14 Montage cv-aanvoer- en retourleiding
2
1
Afb. 15 Afdichtring voor boileraanvoer- en retourleiding
1
2
Afb. 16 Wartels boileraanvoer- en retourleiding
1
2
Installatie 3
Wijzigingen op grond van technische verbeteringen voorbehouden! Nefit B.V. • http://www.nefitdealer.nl
Installatie-instructie Nefit EcomLine HR Elite • uitgave 03/2005 15
z Draai vervolgens de knelkoppeling op de boilerleidingen
vast (afb. 17, pos. 1 en 2).
z Sluit de condensafvoer van het boilerdeel op de condens-
afvoer van het keteldeel door deze naar boven te schuiven
(afb. 18).
z Omwikkel de aansluiting van de gasleiding van het ketel-
deel enkele keren met teflontape (afb. 19).
Afb. 17 Montage boileraanvoer- en retourleiding
2
1
Afb. 18 Montage condensafvoer
Afb. 19 Gasleiding afdichten met teflontape
Installatie3
Nefit B.V. • http://www.nefitdealer.nl Wijzigingen op grond van technische verbeteringen voorbehouden!
16 Installatie-instructie Nefit EcomLine HR Elite • uitgave 03/2005
z Sluit de gasleiding van het boilerdeel aan op de gasleiding
van het keteldeel en draai deze goed vast (afb. 20).
z Verwijder de beide transportbeveiligingen aan de voorzijde
van de schuiflade door deze naar beneden te bewegen
(afb. 21).
z Voer de voedingskabel van het toestel door het boilerdeel,
langs de kabel van de boilersensor en door het gat aan de
onderzijde van het frame van het boilerdeel.
Afb. 20 Montage gasleiding
Afb. 21 Verwijderen transportbeveiligingen
2x
Installatie 3
Wijzigingen op grond van technische verbeteringen voorbehouden! Nefit B.V. • http://www.nefitdealer.nl
Installatie-instructie Nefit EcomLine HR Elite • uitgave 03/2005 17
3.4 Leidingberekening van de cv-leidingen
In afb. 22 en afb. 23 is het verband tussen de cv-zijdige volu-
mestroom en de daarbij behorende resterende opvoerdruk
van het toestel grafisch weergegeven. Deze resterende
opvoerdruk is beschikbaar tussen de aanvoer- en retourleiding
aan de onderzijde van het boilerdeel.
z Ga bij het uitlezen van de grafiek als volgt te werk:
z Bepaal afhankelijk van het toestel welke grafiek van
toepassing is (afb. 22 en 23).
z Kies op de horizontale x-as van de grafiek een
volumestroom [l/h] groter of gelijk aan de volumestroom
behorend bij de aangegeven
T.
z Trek vanuit dit punt op de x-as een verticale lijn naar boven,
tot aan de kromme systeemlijn van de pomp.
Ga hierbij uit van de maximale modulatiegraad.
z Trek vanuit het snijpunt van de verticale lijn en de kromme
systeemlijn van de pomp een horizontale lijn naar links, tot
aan de verticale y-as.
z Lees op de y-as de resterende opvoerdruk [mbar] af.
z Maak een leidingberekening van de cv-installatie. Maak
hierbij gebruik van de uit de grafiek afgelezen resterende
opvoerdruk.
Afb. 22 Resterende opvoerdruk EcomLine Elite HRC24 CW4
0
100
200
300
400
500
600
0 200 400 600 800 1000 1200 1400 1600 1800
Resterende opvoerdruk [mbar]
Volumestroom [l/h]
EcomLine Elite HRC24 CW4
200 [mbar]
250 [mbar]
300 [mbar]
350 [mbar]
minimale modulatiegraad
maximale modulatiegraad
T = 20 K
bij 950 l/h
Afb. 23 Resterende opvoerdruk EcomLine Elite HRC30 CW5
0
100
200
300
400
500
600
700
0 400 800 1200 1600 2000 2400
EcomLine Elite HRC30 CW5
Resterende opvoerdruk [mbar]
Volumestroom [l/h]
200 [mbar]
250 [mbar]
300 [mbar]
350 [mbar]
minimale modulatiegraad
maximale modulatiegraad
T = 20 K
bij 1200 l/h
Installatie3
Nefit B.V. • http://www.nefitdealer.nl Wijzigingen op grond van technische verbeteringen voorbehouden!
18 Installatie-instructie Nefit EcomLine HR Elite • uitgave 03/2005
3.5 Aansluiten
3.5.1 Aansluiten waterzijdig
Aansluiten cv-leidingen
De aansluitingen voor aanvoer- en retourleiding van de
cv-installatie bevinden zich aan de onderzijde van het toestel.
De aansluitmaten staan vermeld in paragraaf 8.3 "Afme-
tingen".
z Sluit de leidingen spanningsvrij aan (afb. 24, pos. 9 en 10).
Montage serviceafsluiters
z Monteer de serviceafsluiters onder het toestel
(afb. 24, pos. 6).
Aansluiten expansievat
Kies de grootte van het expansievat op basis van de cv-water-
temperatuur, de totale waterinhoud van de cv-installatie en de
statische druk van het cv-water.
z Sluit het expansievat binnen een halve meter vanaf het
toestel aan op de retourleiding van de cv-installatie
(afb. 25, pos. 7).
Montage vul- en aftapkraan
Het cv-toestel wordt geleverd met een vul- en aftapkraan (zie
afb. 2, pos. 12). Deze kan in de cv-installatie worden gemon-
teerd. Ga hiervoor als volgt te werk:
z Monteer de vul- en aftapkraan in de retourleiding van de
cv-installatie vlak onder het cv-toestel (afb. 25, pos. 5).
Afb. 24 Aansluitschema onderzijde toestel
AANWIJZING!
Spoel voorafgaand aan het aansluiten van het
toestel op de cv-installatie, de leidingen en
radiatoren grondig door!
Laat minimaal driemaal de systeeminhoud
door de cv-installatie stromen.
AANWIJZING!
Het wordt aanbevolen om, in verband met
toekomstige servicewerkzaamheden, onder
het toestel in de aanvoer- en retourleiding
serviceafsluiters te monteren.
LET OP!
Indien serviceafsluiters worden toegepast, dan
is het belangrijk rekening te houden met de
aansluiting van het expansievat en de vulkraan
(afb. 24, pos. 5 en 7).
Afb. 25 Aansluitschema onderzijde toestel
LET OP!
Indien onder het toestel serviceafsluiters
worden toegepast, dan is het noodzakelijk om
het expansievat tussen de serviceafsluiter en
het toestel aan te sluiten. Hierdoor is expansie
van het cv-water ook bij gesloten afsluiters
mogelijk.
Installatie 3
Wijzigingen op grond van technische verbeteringen voorbehouden! Nefit B.V. • http://www.nefitdealer.nl
Installatie-instructie Nefit EcomLine HR Elite • uitgave 03/2005 19
Aansluiten sanitaire waterleidingen
De aansluitingen voor sanitaire waterleidingen bevinden zich
aan de onderzijde van het toestel. De aansluitmaten staan
vermeld in paragraaf 8.3 "Afmetingen".
Het boilerdeel van het toestel is voorzien van een KIWA-goed-
gekeurde inlaatcombinatie (afb. 26). Hierdoor is een inlaat-
combinatie in de installatie overbodig.
z Sluit de sanitaire waterleidingen volgens de geldende voor-
schriften (hoofdstuk 1) spanningsvrij aan op het cv-toestel
(afb. 25, pos. 3 en 4).
z Zorg voor afvoer van het expansiewater van de inlaatcom-
binatie naar het riool. Zie ook paragraaf "Aansluiten
condensafvoer" op pag. 20.
LET OP!
Indien onder het toestel serviceafsluiters
worden toegepast, dan is het in verband met
servicewerkzaamheden raadzaam om de vul-
en aftapkraan tussen de serviceafsluiter en het
toestel te plaatsen (afb. 25, pos. 5).
Afb. 26 KIWA gekeurde inlaatcombinatie
LET OP!
Gebruik geen verzinkte leidingen, hulpstukken
of appendages! De boiler is van koper, er
bestaat kans op elektrolytische corrosie.
AANWIJZING!
Bij het gebruik van kunststofleidingen dienen
de aanwijzingen van de fabrikant van de kunst-
stofleidingen in acht te worden genomen; met
name dient de door de fabrikant aanbevolen
verbindingstechniek te worden toegepast.
LET OP!
Indien het toestel wordt gecombineerd met een
zonne-energiesysteem, dan moet in de
uitgaande sanitaire warmwaterleiding onder
het toestel een thermostatisch mengventiel
zonder terugslagklep worden geplaatst.
De maximale uitstroomtemperatuur bedraagt
85 °C. Raadpleeg de zonne-energiesysteem
instructie voor meer details.
LET OP!
Het toestel is niet geschikt voor toepassing in
warmwatercirculatiesystemen.
Installatie3
Nefit B.V. • http://www.nefitdealer.nl Wijzigingen op grond van technische verbeteringen voorbehouden!
20 Installatie-instructie Nefit EcomLine HR Elite • uitgave 03/2005
Aansluiten condensafvoer
De condensafvoeraansluiting bevindt zich aan de onderzijde
links van het toestel. De aansluitmaten staan vermeld in
paragraaf 8.3 "Afmetingen".
De condensafvoeraansluiting heeft een drieledige functie:
afvoer van condenswater van de warmtewisselaar;
afvoer van expansiewater van de inlaatcombinatie;
afvoer van cv-water dat eventueel door de overstort
geloosd is.
z Monteer onder de condensafvoeraansluiting een extern
sifon met een minimale diameter van Ø 32 mm.
De afstand (onderbreking) tussen de condensafvoeraan-
sluiting en het externe sifon moet minimaal 2 cm bedragen
(afb. 27, pos. 2).
z Voer de condensafvoerleiding uit in kunsstof buis met een
minimale diameter van Ø 32 mm. De maximale horizontale
lengte van de condensafvoerleiding is 5 meter.
z Sluit horizontale delen van de condensafvoerleiding onder
een afschot van 2 tot 3 % aan op het riool.
Montage bypass
Doordat het toestel is voorzien van een pomp die moduleert op
basis van het drukverschil over de pomp, zal het toestel niet
gaan branden als er onvoldoende stroming over het toestel is.
Hierdoor is in situaties zonder open verdeler de montage van
een bypass voorzien van een drukverschilregelaar overbodig.
Montage overstort
Om te voorkomen dat de druk in de cv-installatie te hoog
oploopt, is een drukbeveiliging (overstort) in de installatie
noodzakelijk.
Het toestel is voorzien van een ingebouwde overstort met een
openingsdruk van 3 bar (zie afb. 1, pos. 5). Een overstort in de
installatie is bij toepassing van dit toestel dus niet nodig.
3.5.2 Aansluiten gaszijdig
Leidingberekening
Indien géén andere gasverbruikstoestellen op de gasleiding
worden aangesloten die vanaf de gasmeter naar het toestel
loopt, is de maximale overbrugbare lengte van de gasleiding
weergegeven in tabel 1.
Hierbij is uitgegaan van een maximaal drukverlies van
1,7 mbar welke voor nieuwbouwinstallaties geldt.
Afb. 27 Aansluitschema onderzijde toestel
LET OP!
Voer de condensafvoerleiding nooit door niet
verwarmde ruimtes en sluit de condensafvoer-
leiding nooit aan op een afvoerput of op een
hemelwaterafvoer (dakgoot) vanwege bevrie-
zingsgevaar.
LET OP!
De condensafvoer van het toestel mag niet
worden afgedicht.
Installatie 3
Wijzigingen op grond van technische verbeteringen voorbehouden! Nefit B.V. • http://www.nefitdealer.nl
Installatie-instructie Nefit EcomLine HR Elite • uitgave 03/2005 21
z Bepaal de te overbruggen lengte van de gasleiding tussen
het cv-toestel en de gasmeter.
z Bepaal bij deze te overbruggen lengte de voorlopige mini-
male diameter van de gasleiding aan de hand van tabel 1.
z Bepaal de drukverliezen van de toe te passen appendages
(koppelingen, knieën etc.) uitgaande van de volgens
tabel 1 bepaalde voorlopige diameter. Maak hierbij gebruik
van drukverliesstaten van de fabrikant van de appendages.
z Houd bij het bepalen van de drukverliezen van deze
appendages rekening met de belasting van het toestel
(tabel 8).
z Reken deze drukverliezen om in meters rechte leiding
(=vervangingslengte) van de voorlopig bepaalde diameter
en tel deze bij elkaar op.
z Tel de hieruit verkregen leidinglengte op bij de te over-
bruggen leidinglengte.
z Neem een grotere leidingdiameter indien de hieruit
verkregen leidinglengte groter is dan de maximaal over-
brugbare leidinglengte van de voorlopig bepaalde
diameter.
z Voer bij een grotere diameter een controleberekening uit.
z Ga net voor het toestel over in de toestelaansluitdiameter
(zie afb. 112).
Aansluiten
z Sluit de gasleiding aan volgens de daarvoor geldende
voorschriften.
z Monteer in de gasleiding direct onder het cv-toestel een
gaskraan (afb. 28, pos. 1) met een minimale doorlaat
van ½".
z Sluit de gasleiding spanningsvrij aan.
3.5.3 Aansluiten luchttoevoer- en
rookgasafvoersysteem algemeen
De luchttoevoer (LTV) en rookgasafvoer (RGA) moeten
voldoen aan de algemeen geldende voorschriften
(paragraaf 1.1).
z Raadpleeg bij installatie de installatie-instructie muur- en
dakdoorvoerset Nefit HR-toestellen.
Rookgasafvoer bij open opstelling
Wanneer het cv-toestel als open toestel wordt geïnstalleerd
wordt de verbrandingslucht uit de opstellingsruimte gebruikt.
De opstellingsruimte dient daarom te zijn voorzien van de
noodzakelijke luchttoevoeropening.
Voor het cv-toestel geldt een toestelklasse type B bij toepas-
sing als open toestel (zie tabel 8). De maximaal toegestane
drukval (p
w max
; zie tabel 2) kan voor open toestellen in zijn
geheel voor de rookgasafvoer gebruikt worden.
z Monteer de parallelle toestelaansluitplaat op het toestel
(afb. 29).
z Monteer op de luchttoevoerstomp een haakse bocht
Ø80 mm, zodat vuil niet in het toestel kan vallen.
Leidingdiameter ½” ¾” 1” 15
mm
22
mm
28
mm
Nefit EcomLine Elite
HRC 24/ CW4
4185521646
Nefit EcomLine Elite
HRC 30/ CW5
21235–1129
Tabel 1 Maximale overbrugbare lengte gasleiding [m]
Afb. 28 Aansluitschema onderzijde toestel
Installatie3
Nefit B.V. • http://www.nefitdealer.nl Wijzigingen op grond van technische verbeteringen voorbehouden!
22 Installatie-instructie Nefit EcomLine HR Elite • uitgave 03/2005
Luchttoevoer en rookgasafvoer bij gesloten opstelling
Voor het cv-toestel geldt een toestelklasse type C bij toepas-
sing als gesloten toestel (zie tabel 8). De mantel van het
cv-toestel is gasdicht uitgevoerd en vormt een deel van de
luchttoevoer. Het is bij een gesloten opstelling van het toestel
vereist dat bij een werkend toestel de mantel altijd goed
gemonteerd is.
Parallelle of concentrische aansluitmogelijkheid
Algemeen
Het toestel kan op een parallel of een concentrisch rookgas-
afvoersysteem worden aangesloten. Hiervoor dient een paral-
lelle (afb. 29) of concentrische (afb. 30) toestelaansluitplaat op
het toestel gemonteerd te worden.
Parallelle toestelaansluitplaat
De Nefit dak- of muurdoorvoerset wordt geleverd met een
parallelle toestelaansluitplaat 2 x Ø 80 (afb. 29).
Concentrische toestelaansluitplaat
De concentrische toestelaansluitplaat (afb. 30) behoort niet tot
de leveringsomvang van de Nefit dak- of muurdoorvoerset en
kan bij uw leverancier besteld worden.
z Lees voor het bepalen van de juiste toestelaansluitplaat
paragraaf "Condensafvoer van het rookgasafvoersys-
teem" op pagina 25. Hierin worden verschillende aansluit-
mogelijkheden van het luchttoevoer- rookgasafvoer-
systeem uitgelegd. Tevens wordt per situatie aangegeven
welk type toestelaansluitplaat toegepast moet worden.
z Monteer de toestelaansluitplaat op het toestel.
Afb. 29 Parallelle toestelaansluitplaat
LET OP!
De parallelle toestelaansluitplaat is niet voor-
zien van een condensbypassaansluiting.
Afb. 30 Concentrische toestelaansluitplaat met
condensbypassaansluiting
LET OP!
De concentrische toestelaansluitplaat is wel
voorzien van een condensbypassaansluiting.
Afb. 31 Afdekkap verwijderen bij concentrische
toestelaansluitplaat
1
LET OP!
In geval van een concentrische toestelaan-
sluitplaat met condensbypassaansluiting:
z Verwijder de afdekkap (afb. 31, pos.1).
Installatie 3
Wijzigingen op grond van technische verbeteringen voorbehouden! Nefit B.V. • http://www.nefitdealer.nl
Installatie-instructie Nefit EcomLine HR Elite • uitgave 03/2005 23
Rookgasafvoermateriaal
Op het toestel kan aluminium, roestvaststaal of kunststof rook-
gasafvoermateriaal worden aangesloten.
Doorvoerset
Leidingberekening
De maximale leidinglengte van de luchttoevoer- en rookgasaf-
voerleidingen wordt bij het toestel bepaald door de totale weer-
stand van alle componenten in het luchttoevoer- en
rookgasafvoersysteem (zie tabel 2), waarbij de maximale
toegestane drukval niet overschreden mag worden.
In deze tabel is uitgegaan van PVC-buis voor het luchtoevoer-
traject bij parallele systemen, van aluminium buis voor het
rookgasafvoertraject bij parallelle systemen en van aluminium
buis bij concentrische systemen.
z Bepaal de te overbruggen lengte van de luchttoevoer- en
rookgasafvoerleiding tussen het cv-toestel en de gevel- of
dakdoorvoer.
z Bepaal bij deze te overbruggen lengte de voorlopige mini-
male diameter van de luchttoevoer- en rookgasafvoerlei-
ding aan de hand van tabel 2.
z Houd hierbij rekening met het maximale drukverlies
p
w max
(tabel 2).
z Houd hierbij ook een ruime marge aan vanwege toe te
passen appendages (bochten, doorvoeren, etc.).
z Bepaal het drukverlies van het totale aantal meters rechte
buis rookgasafvoer bij de voorlopige bepaalde diameter.
z Bepaal het drukverlies van het totale aantal appendages
rookgasafvoer bij de voorlopige bepaalde diameter.
z Bepaal het drukverlies van het totale aantal meters rechte
buis luchttoevoer bij de voorlopige bepaalde diameter.
z Bepaal het drukverlies van het totale aantal appendages
luchttoevoer bij de voorlopige bepaalde diameter.
z Bepaal het drukverlies van de doorvoerset bij de voorlo-
pige bepaalde diameter.
z Bepaal het totale drukverlies van het gehele luchttoevoer-
rookgasafvoertraject.
z Neem een grotere leidingdiameter indien het totale druk-
verlies groter is dan p
w max
.
z Voer bij een grotere diameter een controleberekening uit.
Afb. 32 Nefit doorvoersets
LET OP!
Houd bij kunststof rookgasafvoermateriaal
rekening met de temperatuurclassificatie T120
(tabel 8) en de geldende voorschriften
waaraan het kunststof rookgasafvoermateriaal
minimaal moet voldoen.
LET OP!
Het toestel in enkelvoudige opstelling met
individuele doorvoerset kan uitsluitend worden
gecombineerd met een Nefit dak- of muurdoor-
voerset (afb. 32).
Installatie3
Nefit B.V. • http://www.nefitdealer.nl Wijzigingen op grond van technische verbeteringen voorbehouden!
24 Installatie-instructie Nefit EcomLine HR Elite • uitgave 03/2005
De drukvallen uit tabel 2 zijn van toepassing op kunststof,
aluminium en roestvaststaal.
Tabel 2 Drukval per component [Pa]
LET OP!
Indien bewust wordt gekozen voor een rook-
gasafvoersysteem waarbij het totale drukver-
lies groter is dan p
w max
, dan zal dit ten koste
gaan van het vermogen van het toestel.
Ø
[mm]
Nefit EcomLine Elite
HRC 24 /CW4 [Pa]
Nefit EcomLine Elite
HRC 30 /CW5 [Pa]
p
w max
60 63
Luchttoevoer parallel
45° bocht
k
80 0,7 1,2
90 0,5 0,8
100 0,2 0,4
90° bocht
l
80 2,2 4,0
90 1,6 2,8
100 0,9 1,3
1 m. buis
j
80 0,5 0,8
90 0,4 0,7
100 0,2 0,3
Rookgasafvoer parallel
45° bocht
k
80 1,2 1,8
90 0,8 1,4
100 0,4 0,6
110 0,1 0,2
90° bocht
l
80 4,0 6,0
90 2,8 4,5
100 1,3 1,9
110 0,2 0,3
1 m. buis
j
80 0,8 1,2
90 0,7 1,1
100 0,3 0,5
110 0,1 0,1
Luchttoevoer / rookgasafvoer concentrisch
45° bocht
n
80/125 1,4 2,0
100/150 1,1 1,1
90° bocht
o
80/125 2,2 3,3
100/150 1,7 1,8
1 m. buis
m
80/125 1,5 2,3
100/150 0,6 1,0
Doorvoerset
Dakdoorvoer
s
80/125 11,0 18,0
Muurdoorvoer
r
80/125 6,5 12,0
Installatie 3
Wijzigingen op grond van technische verbeteringen voorbehouden! Nefit B.V. • http://www.nefitdealer.nl
Installatie-instructie Nefit EcomLine HR Elite • uitgave 03/2005 25
Condensafvoer van het rookgasafvoersysteem
De verschillende manieren waarop het luchttoevoer- en rook-
gasafvoersysteem op het toestel kan worden aangesloten
wordt bepaald door de toestelklasse (tabel 8).
In deze paragraaf zijn de 7 verschillende manieren waarop de
condensafvoer van het rookgasafvoersysteem moet worden
aangesloten weergegeven. In deze situaties is uitgegaan van
een gesloten opstelling, maar deze situaties zijn ook van
toepassing op een open opstelling.
In deze paragraaf wordt gesproken over korte- en lange rook-
gasafvoersystemen.
Onder een kort rookgasafvoersysteem wordt verstaan:
tot 10 meter gestrekte lengte van de rookgasafvoerleiding
bij de Nefit EcomLine Elite HRC 24/ CW4 of
tot 5 meter gestrekte lengte van de rookgasafvoerleiding bij
de Nefit EcomLine Elite HRC 30/ CW5.
Onder een lang rookgasafvoersysteem wordt verstaan:
vanaf 10 meter gestrekte lengte van de rookgasafvoerlei-
ding bij de Nefit EcomLine Elite HRC 24/ CW4 of
vanaf 5 meter gestrekte lengte van de rookgasafvoerlei-
ding bij de Nefit EcomLine Elite HRC 30/ CW5.
Bij kortere parallelle rookgasafvoersystemen van
aluminium
Het condenswater uit de rookgasafvoerleiding stroomt via de
warmtewisselaar van het cv-toestel in het sifon van het
cv-toestel (afb. 33).
LET OP!
Houd bij de montage van de toestelaansluit-
plaat rekening met paragraaf 5.4.4.
Afb. 33 Condensafvoer bij kortere parallelle
rookgasafvoersystemen van aluminium
Installatie3
Nefit B.V. • http://www.nefitdealer.nl Wijzigingen op grond van technische verbeteringen voorbehouden!
26 Installatie-instructie Nefit EcomLine HR Elite • uitgave 03/2005
Bij langere parallelle rookgasafvoersystemen van
aluminium
Het condenswater uit de rookgasafvoerleiding stroomt via de
externe condensafvoer in het riool (afb. 34).
z Monteer in de rookgasafvoerleiding direct boven het
toestel een externe condensafvoer (afb. 34). De externe
condensafvoer kan worden gerealiseerd door een
condensring van dezelfde diameter als de rookgasafvoer-
leiding te monteren in een horizontaal of verticaal lopend
leidingdeel.
Bij parallelle rookgasafvoersystemen van roestvast staal
(RVS)
Het condenswater uit de rookgasafvoerleiding stroomt via de
externe condensafvoer in het riool (afb. 35).
Deze externe condensafvoer moet bij toepassing van RVS in
alle gevallen worden toegepast.
z Monteer in de rookgasafvoerleiding direct boven het
toestel een externe condensafvoer (afb. 35). De externe
condensafvoer kan worden gerealiseerd door een
condensring van dezelfde diameter als de rookgasafvoer-
leiding te monteren in een horizontaal of verticaal lopend
leidingdeel.
Bij parallelle rookgasafvoersystemen van aluminium en
kunststof door een bouwkundig kanaal
Het condenswater uit de rookgasafvoerleiding stroomt via de
externe condensbypass in het riool (afb. 36).
De rookgasafvoerleiding in het bouwkundig kanaal kan van
kunststof zijn. Het gedeelte tussen het toestel en het bouw-
kundig kanaal mag niet van kunststof zijn.
z Monteer in de rookgasafvoerleiding direct boven de over-
gang van kunststof naar alumiuminium een externe
condensafvoer (afb. 36). De externe condensafvoer kan
worden gerealiseerd door een condensring van dezelfde
diameter als de rookgasafvoerleiding te monteren in een
horizontaal of verticaal lopend leidingdeel.
Afb. 34 Condensafvoer bij langere parallelle
rookgasafvoersystemen van aluminium
Afb. 35 Condensafvoer bij parallelle rookgasafvoersystemen van
roestvast staal (RVS)
Afb. 36 Condensafvoer bij parallelle rookgasafvoersystemen van
aluminium en kunststof door een bouwkundig kanaal
Installatie 3
Wijzigingen op grond van technische verbeteringen voorbehouden! Nefit B.V. • http://www.nefitdealer.nl
Installatie-instructie Nefit EcomLine HR Elite • uitgave 03/2005 27
Bij parallelle rookgasafvoersystemen van roestvast staal
en kunststof door een bouwkundig kanaal
Het condenswater uit de rookgasafvoerleiding stroomt via de
externe condensbypass in het riool (afb. 37).
De rookgasafvoerleiding in het bouwkundig kanaal kan van
kunststof zijn. Het gedeelte tussen het toestel en het bouw-
kundig kanaal mag niet van kunststof zijn.
z Monteer in de rookgasafvoerleiding direct boven het
toestel een externe condensafvoer (afb. 37). De externe
condensafvoer kan worden gerealiseerd door een
condensring van dezelfde diameter als de rookgasafvoer-
leiding te monteren in een horizontaal of verticaal lopend
leidingdeel.
Bij concentrische rookgasafvoersystemen van
aluminium, kunststof of roestvast staal
Het condenswater uit de rookgasafvoerleiding stroomt via de
interne condensbypass in het riool (afb. 38).
Bij concentrische rookgasafvoersystemen van aluminium,
kunststof of roestvast staal door een bouwkundig kanaal
Het condenswater uit de rookgasafvoerleiding stroomt via de
interne condensbypass in het riool (afb. 39).
Afb. 37 Condensafvoer bij parallelle rookgasafvoersystemen van
roestvast staal (RVS) en kunststof door een bouwkundig
kanaal
Afb. 38 Condensafvoer bij concentrische rookgasafvoersystemen
van aluminium, kunststof of roestvast staal
Afb. 39 Condensafvoer bij concentrische rookgasafvoersystemen
van aluminium, kunststof of roestvast staal door een
bouwkundig kanaal
Installatie3
Nefit B.V. • http://www.nefitdealer.nl Wijzigingen op grond van technische verbeteringen voorbehouden!
28 Installatie-instructie Nefit EcomLine HR Elite • uitgave 03/2005
Aansluiten luchttoevoer en rookgasafvoer bij
enkelvoudige opstelling op een centraal luchttoevoer- en
rookgasafvoersysteem (CLV-systeem)
Onderdruk-CLV
Het cv-toestel is geschikt voor centraal luchttoevoer- en rook-
gasafvoersystemen die werken volgens het onderdrukprincipe
(onderdruk CLV-systemen).
Bij onderdruk CLV-systemen moet voldaan worden aan de
Gastec-normen QA138 en QA163.
Overdruk-CLV
Het cv-toestel is niet geschikt voor centraal luchttoevoer- en
rookgasafvoersystemen die werken volgens het overdrukprin-
cipe (overdruk CLV-systemen).
3.5.4 Aansluiten elektrisch
Aansluiten netvoeding
z Steek de stekker van het toestel in een geaarde wandcon-
tactdoos (230 VAC/ 50 Hz) (afb. 41).
Indien het netsnoer moet worden vervangen, dan moet deze
worden vervangen door een voor dit toestel vervaardigd type.
Afb. 40 Onderdruk CLV-systemen
concentrisch
CLV-systeem
parallel
CLV-systeem
½ CLV-systeem
Afb. 41 Aansluiting netvoeding
AANWIJZING!
Zie voor het maken van de elektrische aanslui-
tingen ook het aansluitschema op pagina 73.
LET OP!
Voorafgaand aan het aansluiten op de netvoe-
ding, moet hoofdstuk 5 "Inbedrijfstelling"
worden doorlopen.
LET OP!
De netstekker moet altijd bereikbaar zijn!
LET OP!
Gebruik ter voorkoming van kortsluiting van de
elektrische aansluiting(en) uitsluitend:
originele bekabeling die bij de fabrikant
besteld is, of;
bekabeling met een massieve kern, of;
indien gebruik wordt gemaakt van bekabe-
ling met een kern bestaande uit meerdere
losse draden, voorzie dan de aders van
adereindhulzen.
Installatie 3
Wijzigingen op grond van technische verbeteringen voorbehouden! Nefit B.V. • http://www.nefitdealer.nl
Installatie-instructie Nefit EcomLine HR Elite • uitgave 03/2005 29
Aansluiten van elektrische componenten
z Open het slot van de beide sluitingen van het keteldeel met
een ontluchtingssleuteltje (afb. 42).
z Maak de vier sluitingen aan weerszijden van de mantel van
het keteldeel los.
z Trek de mantel van het keteldeel naar voren.
z Verwijder de mantel van het toestel.
z Plaats de mantel van het keteldeel niet op de zijkant.
De sluitingen kunnen hierdoor beschadigen.
z Verwijder de deksel van de aansluitkast (afb. 43).
Afb. 42 Mantel verwijderen
LET OP!
Elektrische componenten van het toestel
kunnen onder spanning staan!
LET OP!
Haal de stekker uit de wandcontactdoos.
LET OP!
Til de mantel niet aan de sluitingen op.
Afb. 43 Deksel aansluitkast verwijderen
Installatie3
Nefit B.V. • http://www.nefitdealer.nl Wijzigingen op grond van technische verbeteringen voorbehouden!
30 Installatie-instructie Nefit EcomLine HR Elite • uitgave 03/2005
De aansluitstrook (afb. 45) in het toestel is voorzien van
diverse aansluitingen voor het aansluiten van interne en
externe elektrische componenten. In onderstaande opsom-
ming is aangegeven welk component waar aangesloten kan
worden.
Aansluiten regeling algemeen
Het toestel kan worden aangesloten op een :
potentiaalvrije aan-/uitregeling of
Nefit ModuLine IV, 10, 15, 20, 30, 100, 200, 300 of 400
of
Nefit ModuLine 300 of 400 in samenwerking met een
Nefit Elite Regelpakket ML 300 of ML 400.
z Zie voor het bepalen van de toe te passen regeling ook
hoofdstuk 2 op bladzijde 8.
Aansluiten Nefit modulerende ModuLine-regelingen
(oranje)
In geval van een ModuLine 100, 200, 300 of 400:
z Sluit een Nefit modulerende regeling ModuLine 100, 200,
300 of 400 aan op de oranje stekker van de aansluitstrook
van het keteldeel (afb. 45, pos. 1). Maak hierbij gebruik
van een elektriciteitskabel met twee aders van elk 0,4 tot
0,75 mm
2
.
De ModuLine 400 kan als weersafhankelijke regeling
desgewenst in het toestel rechts naast de BC10 (afb. 1,
pos. 14) gemonteerd worden.
Zie ook de Montage- en Gebruikersinstructie van de Modu-
Line 400.
Afb. 44 Aansluitingen klemmenstrook
12345
LET OP!
Het is alleen mogelijk om gelijktijdig meer dan
één regeling op het toestel aan te sluiten indien
gebruik wordt gemaakt van een Nefit Elite
Regelpakket ML300 of ML 400.
LET OP!
Elektrische componenten van het toestel
kunnen onder spanning staan!
LET OP!
Deze aansluiting is polariteitongevoelig.
Dit betekent dat de volgorde van het aansluiten
van de aders willekeurig is.
LET OP!
Het aansluiten van een Nefit modulerende
cascaderegelaar MBC 2 of MBC 5 op dit
toestel is niet mogelijk!
Afb. 45 Aansluiten Nefit modulerende ModuLine-regelingen 100,
200, 300, of 400 (oranje)
12345
Installatie 3
Wijzigingen op grond van technische verbeteringen voorbehouden! Nefit B.V. • http://www.nefitdealer.nl
Installatie-instructie Nefit EcomLine HR Elite • uitgave 03/2005 31
In geval van een ModuLine IV, 10, 15, 20 of 30:
z Sluit een Nefit modulerende regeling ModuLine IV, 10, 15,
20, of 30 aan op een RCC (afb. 46, pos. 1).
De RCC behoort niet tot de leveringsomvang van het
toestel en moet apart besteld worden. Maak hierbij gebruik
van een elektriciteitskabel met twee aders van elk 0,4 -
0,75 mm
2
.
z Sluit de RCC aan op de oranje stekker van de aansluit-
strook van het keteldeel (afb. 45, pos. 1).
Aansluiten module
Indien geen modules worden toegepast ga verder met het
aansluiten van de buitentemperatuursensor op pag. 34.
Voor het aansluiten van de modules ga als volgt te werk:
De Nefit Elite Regelpakketten (hoofdstuk 2) worden geleverd
met een module.
Op het toestel kunnen de volgende modules worden aange-
sloten:
Nefit zonneboilermodule ZM10;
Nefit externe storingsmodule EM10;
Nefit verdelermodule VM10;
Nefit mengklepmodule MM10.
Een module kan op 2 manieren worden gemonteerd te weten:
in het toestel (maximaal 2);
buiten het toestel.
Montage module in het toestel
z Zie voor uitgebreidere informatie ook de montage-
instructie behorend bij de betreffende module.
z Monteer de module in het toestel (afb. 47).
Afb. 46 Aansluiten Nefit modulerende ModuLine-regelingen
IV, 10, 15, 20 of 30 op RCC (oranje)
1
LET OP!
Het aansluiten van een Nefit EED-module op
dit toestel is niet mogelijk!
Afb. 47 Aansluiting module
LET OP!
Elektrische componenten van het toestel
kunnen onder spanning staan!
Installatie3
Nefit B.V. • http://www.nefitdealer.nl Wijzigingen op grond van technische verbeteringen voorbehouden!
32 Installatie-instructie Nefit EcomLine HR Elite • uitgave 03/2005
z Sluit de stekker van de zwevende aansluitkabel van de
UBA 3-bus aan op de module (afb. 48, pos. 1 en
afb. 49, pos. 1).
z Indien meerdere modules worden toegepast, dan kan de
UBA 3-busaansluiting van de volgende module van de
vorige module worden afgetakt met behulp van het bij de
module meegeleverde stekkertje en een tweepolige elek-
triciteitskabel van 0,4 - 0,75 mm
2
(afb. 50).
Afb. 48 Aansluiting module
Afb. 49 Aansluitkabel van de UBA 3-bus aansluiten op module
1
Afb. 50 Polariteit UBA 3-bus
LET OP!
Houd bij het maken van een UBA 3-busaan-
sluitkabel rekening met de polariteit. Sluit
contact 1 aan op contact 1 en contact 2 op
contact 2 (afb. 50 en 51).
Installatie 3
Wijzigingen op grond van technische verbeteringen voorbehouden! Nefit B.V. • http://www.nefitdealer.nl
Installatie-instructie Nefit EcomLine HR Elite • uitgave 03/2005 33
z Sluit de zwevende 230 VAC-voedingskabel
(afb. 48, pos. 2) aan op de module (afb. 52). Indien meer-
dere modules worden toegepast, dan kan de 230 VAC-
voeding van de volgende module van de vorige module
worden afgetakt met behulp van het bij de module meege-
leverde stekkertje en een driepolige elektriciteitskabel van
minimaal 0,75 mm
2
met randaardekabel.
z Sluit de 230 VAC-voedingskabel van de vorige module aan
op de volgende module (afb. 51).
Module buiten het toestel
z Zie voor uitgebreidere informatie ook de montage-
instructie behorend bij de betreffende module.
z Monteer de module aan de wand.
z Maak een voldoende lange UBA 3-busaansluitkabel met
behulp van het bij de module meegeleverde stekkertje en
een tweepolige elektriciteitskabel van 0,4 - 0,75 mm
2
.
z Sluit de aansluitkabel van de UBA 3-bus aan op de oranje
stekker in de aansluitkast van het keteldeel
(afb. 53, pos. 1). Indien meerdere modules worden toege-
past, dan kan de UBA 3-busaansluiting van de volgende
module van de vorige module worden afgetakt met behulp
van het bij de module meegeleverde stekkertje en een
tweepolige elektriciteitskabel van 0,4 - 0,75 mm
2
(afb. 54).
Afb. 51 Meerdere modules
Module 1 Module 2
Module X
Net module Net module
Net module Net module
NL NL
124
NL NL
124
12
3
1212
EMS EMS
12
3
1212
EMS EMS
Naar 230 VAC-netstekker
in wandcontactdoos of
zwevende stekker in
keteldeel (pagina 32).
Naar zwevende stekker in keteldeel
of aansluitkast in keteldeel
(pagina 32).
Let op: deze aansluiting is polari-
teitgevoelig!
Afb. 52 Nefit module
Afb. 53 Aansluitingen modules
1
1
LET OP!
Elektrische componenten van het toestel
kunnen onder spanning staan!
LET OP!
Houd bij het aansluiten van de UBA 3-busaan-
sluitkabel rekening met de polariteit. Sluit
contact 1 aan op contact 1 en contact 2 op
contact 2 (afb. 50 en 51).
Installatie3
Nefit B.V. • http://www.nefitdealer.nl Wijzigingen op grond van technische verbeteringen voorbehouden!
34 Installatie-instructie Nefit EcomLine HR Elite • uitgave 03/2005
z Sluit de UBA 3-busaansluitkabel van de vorige module aan
op de volgende module (afb. 54).
z Maak een voldoende lange 230 VAC-voedingskabel met
behulp van het bij de module meegeleverde stekkertje, een
driepolige elektriciteitskabel van minimaal 0,75 mm
2
met
randaardekabel en een 230 VAC-stekker met randaarde.
z Sluit de 230 VAC-voedingskabel aan op de module
(afb. 52). Indien meerdere modules worden toegepast, dan
kan de 230 VAC-voeding van de volgende module van de
vorige module worden afgetakt met behulp van het bij de
module meegeleverde stekkertje en een driepolige elektri-
citeitskabel van 0,75 mm
2
met randaardekabel (afb. 54).
z Sluit de 230 VAC-voedingskabel van de vorige module aan
op de volgende module (afb. 54).
z Steek de 230 VAC-stekker in een wandcontactdoos met
randaarde.
z Plaats de deksel van de aansluitkast terug.
z Plaats de mantel terug op het toestel.
Aansluiten buitentemperatuursensor
Indien een Nefit modulerende ModuLine 400 als weersafhan-
kelijke regeling wordt toegepast:
z Sluit de buitentemperatuursensor aan op de donkerblauwe
stekker van de aansluitstrook van het keteldeel
(afb. 55, pos. 2).
Aansluiten aan-/uitregeling
z Sluit een potentiaalvrije aan-/uitregeling aan op de groene
stekker van de aansluitstrook van het keteldeel
(afb. 56, pos. 3). De maximaal toelaatbare weerstand van
dit circuit bedraagt 100
.
Afb. 54 Meerdere modules
Module 1 Module 2
Module X
Net module Net module
Net module Net module
NL NL
124
NL NL
124
12
3
1212
EMS EMS
12
3
1212
EMS EMS
Naar 230 VAC-netstekker
in wandcontactdoos of
zwevende stekker in
keteldeel (pagina 32).
Naar zwevende stekker in keteldeel of
aansluitkast in keteldeel (pagina 32).
Let op: deze aansluiting is polariteitge-
voelig!
Afb. 55 Aansluiten buitentemperatuursensor (blauw)
12345
Afb. 56 Aansluiten aan-/uitregeling (groen)
12345
LET OP!
Een aan-/uitregeling met warmteversnellings-
element (anticipatieweerstand) kan niet
worden aangesloten op het toestel.
Installatie 3
Wijzigingen op grond van technische verbeteringen voorbehouden! Nefit B.V. • http://www.nefitdealer.nl
Installatie-instructie Nefit EcomLine HR Elite • uitgave 03/2005 35
Aansluiten boilersensor
z Trek de connector door de opening tussen boilerdeel en
keteldeel (afb. 57) en trek vervolgens de kabel onder door
de kabelgoot. Sluit de boilersensor van het boilerdeel aan
op de grijze stekker van de aansluitstrook van het keteldeel
(afb. 58, pos. 4).
Aansluiten extern schakelcontact
Op het toestel kan een potentiaalvrij extern schakelcontact
worden aangesloten.
Dit externe schakelcontact kan worden gebruikt voor bijvoor-
beeld de beveiliging van vloerverwarming tegen een te hoge
cv-watertemperatuur. Indien het externe schakelcontact
geopend wordt, dan wordt het cv-toestel uitgeschakeld.
z Sluit een extern schakelcontact aan op de rode stekker van
de aansluitstrook van het keteldeel (afb. 59, pos. 5).
Aansluiten driewegklep
De driewegklep is af fabriek voorgemonteerd in het keteldeel
en tevens af fabriek elektrisch aangesloten. Het monteren van
een driewegklep is dus overbodig.
Afb. 57 Doortrekken connectorkabel
LET OP!
Het is niet mogelijk om gelijktijdig meer dan
één boilersensor op het keteldeel aan te
sluiten.
LET OP!
Het is niet mogelijk een andere dan de bij het
boilerdeel behorende boilersensor op het
keteldeel aan te sluiten.
Afb. 58 Aansluiten boilersensor (grijs)
12345
Afb. 59 Aansluiten extern schakelcontact (rood)
12345
LET OP!
Het is niet mogelijk om naast de in het ketel-
deel voorgemonteerde driewegklep een
tweede driewegklep op het toestel aan te
sluiten.
Bediening4
Nefit B.V. • http://www.nefitdealer.nl Wijzigingen op grond van technische verbeteringen voorbehouden!
36 Installatie-instructie Nefit EcomLine HR Elite • uitgave 03/2005
4Bediening
4.1 Algemeen
Het cv-toestel is voorzien van een bedieningspaneel, de basis-
controller BC10. Met behulp van de BC10 kunt u het cv-toestel
bedienen.
z Open de schuiflade door deze in te drukken (afb. 60).
De basiscontroller BC10 bevindt zich in de schuiflade aan de
linker kant (afb. 61, pos. 1).
In de voorzijde van de schuiflade bevindt zich tevens de
gebruikersinstructie van het toestel (afb. 61, pos. 2).
De BC10 is voorzien van de volgende elementen:
Netschakelaar
Met de netschakelaar (afb. 62, pos. 1) kunt u de netvoeding
van het toestel in- en uitschakelen
Resettoets
In geval van bepaalde storingen kan het noodzakelijk zijn om
het toestel door middel van de resettoets (afb. 62, pos. 2) te
herstarten (tabel 7).
Schoorsteenvegertoets
Met de schoorsteenvegertoets (afb. 62, pos. 3) kan het toestel
in schoorsteenvegerbedrijf worden genomen. Zie ook tabel 2
“Schoorsteenvegerbedrijf,” op pagina 38.
Servicetoets
Met de servicetoets (afb. 62, pos. 4) kan de aanvoertempera-
tuur, installatiedruk etc. op het display worden opgeroepen.
Zie ook tabel 3 “Servicebedrijf,” op pagina 39.
Afb. 60 Schuiflade openen
Afb. 61 BC10 en gebruikersinstructie in schuiflade
1
2
Afb. 62 BC10
pos. 1: Netschakelaar
pos. 2: Resettoets
pos. 3: Schoorsteenvegertoets
pos. 4: Servicetoets
pos. 5: Aansluitmogelijkheid voor Nefit Service Tool
pos. 6: LED “Brander (aan/uit)”
pos. 7: LED “Warmtevraag cv”
pos. 8: Draaiknop voor maximale cv-aanvoerwater-
temperatuur
pos. 9: Display
pos. 10: Draaiknop voor de ingestelde warmtapwatertemperatuur
pos. 11: LED “Warmtevraag warm tapwater“
1
10
9
8
11
7
6
1
2
345
Bediening 4
Wijzigingen op grond van technische verbeteringen voorbehouden! Nefit B.V. • http://www.nefitdealer.nl
Installatie-instructie Nefit EcomLine HR Elite • uitgave 03/2005 37
Service Connector
Om het detecteren, analyseren en oplossen van een storing
doeltreffender, sneller en makkelijker te maken, is het mogelijk
om een Nefit Service Tool (afb. 63) op de Service Connector
(afb. 64, pos. 5) van het toestel aan te sluiten.
z Verwijder het afdekdopje op de BC10.
z Sluit de Nefit Service Key van de Nefit Service Tool aan op
de Service Connector. Voor meer informatie over de
werking van de Nefit Service Tool zie de meegeleverde
instructie op de CD-rom van de Nefit Service Tool.
LED "Brander aan/uit"
De LED "Brander aan" (afb. 64, pos. 6) gaat branden zodra de
brander van het toestel in bedrijf is.
LED "Warmtevraag cv"
De LED "Warmtevraag cv" (afb. 64, pos. 7) gaat branden
zodra er een warmtevraag van de regeling ontstaat.
Draaiknop voor maximale cv-watertemperatuur
Met de draaiknop voor maximale cv-watertemperatuur
(afb. 64, pos. 8) kan de cv-watertemperatuur worden inge-
steld. De eenheid is °C.
Display
Op het display (afb. 64, pos. 9) kan worden afgelezen.
Draaiknop voor de ingestelde warmtapwatertemperatuur
Met de draaiknop voor de ingestelde warmtapwatertempera-
tuur (afb. 64, pos. 10) kan de temperatuur van het warme
tapwater naar wens worden ingesteld. De eenheid is °C.
LED "Warmtevraag warm tapwater"
De LED "Warmtevraag warm tapwater" (afb. 64, pos. 11) gaat
branden zodra er een warmtevraag van de boiler ontstaat.
Menustructuur
De menustructuur van het toestel kan op de BC10 met behulp
van de toetsen “Resettoets“, “Schoorsteenvegertoets“ en
“Servicetoets“ (afb. 64, pos. 2, 3 en 4) en het display (pos. 9)
worden doorgebladerd volgens menu 1 t/m 5.
Afb. 63 Nefit Service Tool aangesloten op het toestel
LET OP!
De stand "Aut" niet gebruiken!
Afb. 64 BC10
1
10
9
8
11
7
6
1
2
345
Bediening4
Nefit B.V. • http://www.nefitdealer.nl Wijzigingen op grond van technische verbeteringen voorbehouden!
38 Installatie-instructie Nefit EcomLine HR Elite • uitgave 03/2005
Menu normaal bedrijf
1
[\/2/4| Actuele gemeten cv-watertemperatuur in °C. Zie ook paragraaf 7.1.
2
Verdergaan met menu in normaal bedrijf? Ja: stap 3
Nee:
stap 1
3
Druk de toets e in.
4
[p/1.6| Actuele gemeten waterdruk van de cv-installatie in bar. Zie ook paragraaf 7.1.
5
Druk de toets e in.
6
[-/h/\| Bedrijfsscode. Zie ook paragraaf 7.3. In dit geval: cv-toestel in cv-bedrijf.
7
Werd er gedurende minimaal 5 minuten geen toets bediend of de netspanning onderbroken? Ja: stap 1
Nee:
stap 8
8
Druk de toets e in. stap 1
Menu 1 Normaal bedrijf
Menu schoorsteenvegerbedrijf
1
[\/2/4| Actuele gemeten cv-watertemperatuur in °C. Zie ook paragraaf 7.1.
2
Schoorsteenvegerbedrijf activeren? Ja: stap 3
Nee:
stap 1
3
Schoorsteenvegerbedrijf activeren:
Toets
d langer dan 2, echter niet langer dan 5 seconden ingedrukt houden.
4
[\/2/4] Zodra er rechts beneden op het display een niet-knipperende punt verschijnt, is het schoorsteenvegerbedrijf
geactiveerd. Dit betekent dat het cv-toestel 30 minuten lang bij 100 % vermogen in cv-bedrijf draait. Hierbij geldt de
maximale ketelwatertemperatuur volgens de instelling op de basiscontroller BC10 (bedieningspaneel).
Tijdens het schoorsteenvegerbedrijf is tapwaterbedrijf niet mogelijk.
5
Druk de toets e in.
6
[p/1.6] Actuele gemeten waterdruk van de cv-installatie in bar. Zie ook paragraaf 7.1.
7
Druk de toets e in.
8
[-/a/\] Bedrijfsscode. Zie ook paragraaf 7.3. In dit geval: cv-toestel in schoorsteenvegerbedrijf.
9
Druk de toets e in.
10
[\/2/4] Actuele gemeten cv-watertemperatuur in °C. Zie ook paragraaf 7.1.
11
Zijn er 30 minuten verstreken of is de netspanning onderbroken? Ja: stap 1
Nee:
stap 12
12
Schoorsteenvegerbedrijf deactiveren? Ja: stap 13
Nee:
stap 5
13
Deactiveer schoorsteenvegerbedrijf:
Houd de toets
d langer dan 2 seconden ingedrukt totdat de decimaalpunt is verdwenen.
stap 1
Menu 2 Schoorsteenvegerbedrijf
Bediening 4
Wijzigingen op grond van technische verbeteringen voorbehouden! Nefit B.V. • http://www.nefitdealer.nl
Installatie-instructie Nefit EcomLine HR Elite • uitgave 03/2005 39
Menu servicebedrijf
1
[\/2/4| Actuele gemeten cv-watertemperatuur in °C. Zie ook paragraaf 7.1.
2
Servicebedrijf activeren? Ja: stap 3
Nee:
stap 1
3
Servicebedrijf activeren stap 1:
Houd de toets
d langer dan 2, echter niet langer dan 5 seconden ingedrukt.
4
[\/2/4] Zodra er rechts beneden op het display een niet-knipperende punt verschijnt, werkt het cv-toestel 30 minuten
lang bij 100 % vermogen in cv-bedrijf. Hierbij geldt de maximale ketelwatertemperatuur volgens de instelling op de
basiscontroller BC10 (bedieningspaneel). Tijdens het servicebedrijf is tapwaterbedrijf niet mogelijk.
5
Servicebedrijf activeren stap 2:
Toetsen
d + e tegelijkertijd langer dan 2 seconden ingedrukt houden.
6
[l/?/?] Ingesteld maximaal vermogen tijdens cv-bedrijf in %. Zie ook paragraaf 7.1.
In dit geval: [l/?/?] = 100%. Servicebedrijf is geactiveerd.
Op dit moment kan het ketelvermogen voorlopig naar deellast worden teruggebracht om de gas-/luchtverhouding
of de ionisatiestroom te kunnen controleren en, indien minimum noodzakelijk, te kunnen instellen.
7
Houd de toets c ingedrukt, totdat er op het display [l/2/5] verschijnt.
8
[l/2/5] Ingesteld minimaal vermogen tijdens servicebedrijf in %. Zie ook paragraaf 7.1.
Het cv-toestel wordt binnen enkele seconden teruggemoduleerd naar 25 % van zijn vermogen. Hierbij geldt de
maximale ketelwatertemperatuur volgens de instelling op de basiscontroller BC10 (bedieningspaneel).
Controleer de gas-/luchtverhouding of de ionisatiestroom en stel, indien noodzakelijk, de gas-/luchtverhouding in
volgens respectievelijk paragraaf 5.1.8 of paragraaf 5.1.11.
9
Druk de toets e in.
10
[\/2/4] Actuele gemeten cv-watertemperatuur in °C. Zie ook paragraaf 7.1.
11
Druk de toets e in.
12
[p/1.6] Actuele gemeten waterdruk van de cv-installatie in bar. Zie ook paragraaf 7.1.
13
Druk de toets e in.
14
[-/a/\] Bedrijfsscode. Zie ook paragraaf 7.3. In dit geval: cv-toestel in servicebedrijf.
15
Druk de toets e in.
16
[\/2/4] Actuele gemeten cv-watertemperatuur in °C. Zie ook paragraaf 7.1.
17
Zijn er 30 minuten verstreken of is er een spanningsonderbreking? Ja: stap 18
Nee:
stap 19
18
Het servicebedrijf wordt gedeactiveerd. stap 21
19
Servicebedrijf deactiveren? Ja: stap 20
Nee:
stap 9
20
Deactiveer het servicebedrijf :
Houd de toets
d langer dan 2 seconden ingedrukt, totdat de decimaalpunt is verdwenen.
21
Het ketelvermogen gaat terug naar als ingesteld in menu 5 "Instellingen". stap 1
Menu 3 Servicebedrijf
Bediening4
Nefit B.V. • http://www.nefitdealer.nl Wijzigingen op grond van technische verbeteringen voorbehouden!
40 Installatie-instructie Nefit EcomLine HR Elite • uitgave 03/2005
Menu handmatig bedrijf
1
[\/2/4| Actuele gemeten cv-watertemperatuur in °C. Zie ook paragraaf 7.1.
2
Handmatig bedrijf activeren? Ja: stap 3
Nee:
stap 1
3
Handmatig bedrijf activeren: Houd de toets d langer dan 5 seconden ingedrukt.
4
[\/2/4} Zodra er rechts beneden op het display een knipperende punt verschijnt, is het handmatige bedrijf
geactiveerd. Dit betekent dat het cv-toestel permanent in cv-bedrijf is.
Hierbij geldt een maximale ketelwatertemperatuur volgens de instelling op de basiscontroller BC10. De
LED “Warmtevraag cv” gaat branden.
5
Druk de toets e in.
6
[p/1.6} Actuele gemeten waterdruk van de cv-installatie in bar. Zie ook paragraaf 7.1.
7
Druk de toets e in.
8
[-/h/\} Bedrijfsscode. Zie ook paragraaf 7.3. In dit geval: cv-toestel in handmatig bedrijf. Tijdens het handmatige
bedrijf is het mogelijk aan de hand van het menu 5 het gewenste ketelvermogen tijdelijk te wijzigen.
Tijdens het handmatig bedrijf is tapwaterbedrijf mogelijk.
LET OP: Indien het ketelvermogen tijdelijk gewijzigd is, dient het ketelvermogen na beeindiging van het handmatig
bedrijf opnieuw te worden ingesteld volgens menu 5 "Instellingen".
9
Druk de toets e in.
10
[\/2/4} Actuele gemeten cv-watertemperatuur in °C. Zie ook paragraaf 7.1.
11
Spanningsonderbreking? Ja: stap 1
Nee:
stap 12
12
Handmatig bedrijf deactiveren? Ja: stap 13
Nee:
stap 5
13
Handmatig bedrijf deactiveren:
Houd de toets
d langer dan 2 seconden ingedrukt totdat de decimaalpunt is verdwenen.
stap 1
Menu 4 Handmatig bedrijf
Menu Instellingen
1
[\/2/4| Actuele gemeten cv-watertemperatuur in °C. Zie ook paragraaf 7.1.
2
Menu “Instellingen” openen? Ja: stap 3
Nee:
stap 1
3
Open het menu instellingen: Houd de toetsen d + e tegelijkertijd langer dan 2 seconden ingedrukt.
4
[l/?/?| Zodra er op het display [l/?/?| verschijnt, is het menu instellingen geopend. Aan de hand van de eerste
parameter die op het display verschijnt, kunt u het ketelvermogen voor het cv-bedrijf instellen.
Zie ook paragraaf 7.1.
5
Ketelvermogen instellen? Nee: stap 7
Ja: stap 6
6
Lager: Stel het gewenste ketelvermogen tijdens cv-bedrijf met de toets c lager in.
De minimale instelling is [l/2/5| = 25 %.
Hoger: Stel het gewenste ketelvermogen tijdens cv-bedrijf met de toets
d hoger in.
De maximale instelling is [l/?/?| = 100 %. Dit is tevens de fabrieksinstelling.
7
Druk de toets e in.
8
[f/\/5| Zodra er op het display [f/\/5| verschijnt, dient de tweede parameter te worden ingesteld. Deze parameter
geeft de ingestelde pompnadraaitijd na afloop van cv-bedrijf in minuten aan. Zie ook paragraaf 7.1.
9
Nadraaitijd van de pomp na afloop cv-bedrijf instellen? Ja: stap 10
Nee:
stap 11
Menu 5 Instellingen
Bediening 4
Wijzigingen op grond van technische verbeteringen voorbehouden! Nefit B.V. • http://www.nefitdealer.nl
Installatie-instructie Nefit EcomLine HR Elite • uitgave 03/2005 41
10
Lager: Stel de gewenste nadraaitijd van de pomp na afloop cv-bedrijf met de toets c lager in.
De minimale instelling is [f/\/0| = 0 minuten. De fabrieksinstelling bedraagt 5 minuten.
Hoger: Stel de gewenste nadraaitijd van de pomp na afloop cv-bedrijf met de toets
d hoger in.
De maximale instelling is [f/1/d| = 24 uur.
11
Druk de toets e in.
12
[c/\/1| Zodra er op het display [c/\/1| verschijnt, dient de derde parameter te worden ingesteld.
Deze parameter geeft de ingestelde stand van de warmwatervoorziening aan. Zie ook paragraaf 7.1.
13
Stand warmwatervoorziening instellen? Ja: stap 14
Nee: stap 17
14
Stel de gewenste stand van de warmwatervoorziening in met de toets c of met de toets d.
[c/\/1| is "Aan", [c/\/0| is "Uit".
NB. Indien [c/\/0| wordt ingesteld, dan is de vorstbeveiliging van de warmwatervoorziening uitgeschakeld.
15
Is er gedurende minimaal 5 minuten geen toets bediend of de netspanning onderbroken? Ja: stap 17
Nee:
stap 16
16
Druk de toets e in.
17
De eventueel gewijzigde instellingen zijn bevestigd. stap 1
Menu Instellingen
Menu 5 Instellingen
Inbedrijfstelling5
Nefit B.V. • http://www.nefitdealer.nl Wijzigingen op grond van technische verbeteringen voorbehouden!
42 Installatie-instructie Nefit EcomLine HR Elite • uitgave 03/2005
5 Inbedrijfstelling
5.1 Inbedrijfstelling algemeen
z Maak bij de inbedrijfstelling gebruik van het Inbedrijfstel-
lingsprotocol in paragraaf 9.1.
z Doorloop alle stappen in dit hoofdstuk, vul het protocol in
en bevestig de Inbedrijfstelling door middel van een hand-
tekening en een firmastempel.
5.1.1 Vullen en ontluchten van de cv-installatie
Het toestel is uitgevoerd met een automatische ontluchter (zie
afb. 65, pos. 1) die dient voor ontluchting van het toestel.
Voor de ontluchting van de cv-installatie moet elk verwar-
mingslichaam in de cv-installatie voorzien zijn van zijn eigen
ontluchtingsmogelijkheid. Het kan in sommige situaties zelfs
noodzakelijk zijn om, naast de ontluchtingsmogelijkheden op
de verschillende verwarmingslichamen, op bepaalde plaatsen
extra ontluchtingsmogelijkheden aan te brengen.
z Verwijder de mantel van het ketel- en het boilerdeel, zoals
beschreven in paragraaf 3.3.
z Open de schuiflade door deze in te drukken (afb. 66).
z Zet de draaiknoppen, cv- en warm tapwater in stand "0"
(afb. 68).
z Zet de driewegklep met behulp van de pal aan de onder-
zijde in de middenstand (afb. 67).
z Draai de dop van de automatische ontluchter links boven
in het toestel (afb. 65, pos. 1) één omwenteling los.
z Steek de stekker van het toestel in een wandcontactdoos
met randaarde (afb. 41).
Afb. 65 Automatische ontluchter
1
LET OP!
Het toestel komt in bedrijf, zodra de installatie-
druk hoger dan 0,2 bar is.
Afb. 66 Schuiflade openen
Afb. 67 Middenstand driewegklep
Inbedrijfstelling 5
Wijzigingen op grond van technische verbeteringen voorbehouden! Nefit B.V. • http://www.nefitdealer.nl
Installatie-instructie Nefit EcomLine HR Elite • uitgave 03/2005 43
z Zet de netschakelaar op de BC10 in stand "1"
(afb. 68, pos. 1).
z Druk de serviceknop (afb. 68, pos. 2) een aantal keren in
tot de drukweergave (bijv. "P0.0") wordt weergegeven.
z Sluit een slang aan op de waterkraan en laat deze vol
lopen met water, zodanig dat er geen lucht meer in de
slang zit.
z Sluit de waterkraan.
z Sluit de slang aan op de vulkraan onder het toestel
(afb. 69, pos. 1).
z Draai de waterkraan volledig, en de vulkraan slechts
gedeeltelijk open (afb. 69, pos. 2).
z Lees de installatiedruk af op het display van de BC10.
z Vul de installatie tot de druk circa 1,5 bar bedraagt en sluit
dan de vulkraan (afb. 70).
z Ontlucht alle verwarmingslichamen in de cv-installatie.
Begin hierbij op de laagste verdieping in het pand, en ga
steeds één verdieping hoger.
z Ontlucht de pomp door de ontluchtingsschroef aan de
voorzijde van de pomp te demonteren (afb. 71, pos. 1).
z Monteer de ontluchtingsschroef.
z Lees opnieuw de installatiedruk af op het display van de
BC10. Indien de druk lager is dan 1,0 bar, dient het toestel
weer bijgevuld te worden zoals boven staat omschreven.
z Sluit de waterkraan.
z Sluit de vulkraan van het toestel.
Afb. 68 BC10
1
2
LET OP!
Ontluchten van de cv-installatie is belangrijk.
Alle lucht in de cv-installatie verzamelt zich in
het hoogste punt als de cv-installatie langzaam
gevuld wordt.
Afb. 69 Aansluiten vulslang
1
2
Afb. 70 BC10 - Drukweergave P1.5 [bar]
Afb. 71 Ontluchten pomp
1
LET OP!
Bij het ontluchten van de pomp kan een beetje
cv-water ontsnappen. Houd daarom een droge
doek onder de pomp!
Inbedrijfstelling5
Nefit B.V. • http://www.nefitdealer.nl Wijzigingen op grond van technische verbeteringen voorbehouden!
44 Installatie-instructie Nefit EcomLine HR Elite • uitgave 03/2005
z Koppel de slang af.
Wanneer het toestel ongeveer een week in bedrijf is geweest
en het display een druk lager dan 1,0 bar weergeeft moet de
installatie bijgevuld worden. Het dalen van de druk in een
cv-installatie wordt veroorzaakt door het ontsnappen van
luchtbellen via koppelingen en (automatische) ontluchters.
Ook zuurstof dat opgelost is in het verse cv-water, zal naar
verloop van tijd uit het cv-water trekken en ervoor zorgen dat
de druk in de cv-installatie daalt.
Als de cv-installatie echter vaak bijgevuld moet worden, dan is
er vermoedelijk sprake van waterverlies als gevolg van
lekkage of een defect expansievat. In dit geval is het belangrijk
om de oorzaak zo snel mogelijk weg te nemen.
Vullen sifon
Bij parallelle rookgasafvoeraansluitplaat (zie paragraaf
"Parallelle toestelaansluitplaat" op pag. 22):
z Vul de sifon via de meetnippel van de linker stomp (rook-
gasafvoeraansluiting) aan de bovenzijde van het toestel
met ca. 1 liter kraanwater (afb. 72).
Bij concentrische rookgasafvoeraansluitplaat (zie paragraaf
"Concentrische toestelaansluitplaat" op pag. 22):
z Vul de sifon via de linker meetnippel die in verbinding staat
met de binnenste stomp (rookgasafvoeraansluiting) aan de
bovenzijde van het toestel met ca. 1 liter kraanwater
(afb. 73).
Afb. 72 Sifon vullen met water - parallel
Afb. 73 Sifon vullen met water - concentrisch
Inbedrijfstelling 5
Wijzigingen op grond van technische verbeteringen voorbehouden! Nefit B.V. • http://www.nefitdealer.nl
Installatie-instructie Nefit EcomLine HR Elite • uitgave 03/2005 45
Instellen van de cv-watertemperatuur
z Stel met de draaiknop "cv-watertemperatuur"
(afb. 74, pos. 1) de gewenste cv-watertemperatuur in
volgens tabel 3.
Instellen van de tapwatertemperatuur
z Stel met de "draaiknop voor de ingestelde warmtapwater-
temperatuur" (afb. 75, pos. 10) de gewenste warmtapwa-
tertemperatuur in volgens tabel 4.
Afb. 74 BC10
1
LET OP!
De stand "Aut." niet gebruiken.
Draai-
knop
Functie Installatie Beschrijving
0 Uit cv-bedrijf is
uitgeschakeld
40 °C Gewenste cv-water-
temperatuur in °C
Vloerverwar-
ming
cv-bedrijf is
ingeschakeld
75 °C -
90 °C
Gewenste cv-water-
temperatuur in °C
Radiatoren
90 °C Gewenste cv-water-
temperatuur in °C
Convectoren
Aut. Deze stand niet
gebruiken
Tabel 3 Cv-watertemperatuur
Afb. 75 BC10
1
2
3
4
5
6
8
9
10
11
7
LET OP!
Indien het toestel als naverwarmer van een
zonneboiler functioneert, mag in verband met
risico op de vorming van de legionellabacterie
de draaiknop (afb. 75, pos. 10) niet op een
lagere temperatuur dan 60 °C worden inge-
steld. Tevens mag het toestel in deze situatie
niet worden uitgeschakeld.
Draai-
knop
Functie Beschrijving Legionella-indicatie
0 Uit Tapwater-
bedrijf is uit-
geschakeld
Legionella-aanwas
uitgesloten
Eco Deze stand niet
gebruiken!
30 - 60 Gewenste uit-
stroomtempe-
ratuur in °C
Bij stand 60°C
maximaal
comfort
30 - 45 °C: zeer gering
risico bij dagelijks
warmwatergebruik
45 - 60 °C: Legionella-
aanwas uitgesloten.
Deze stand wordt
aanbevolen.
Aut. Deze stand niet
gebruiken.
Tabel 4 Tapwatertemperatuur
LET OP!
Indien het toestel als naverwarmer van een
zonneboiler functioneert, dan kan de maximale
uitstroomtemperatuur aan het tappunt 85 °C
bedragen, pas op voor verbrandingsgevaar!
LET OP!
De stand "Eco" en "Aut." niet gebruiken.
LET OP!
De instelling waarbij het toestel conform de
CW-classificatie presteert is 60 °C.
Inbedrijfstelling5
Nefit B.V. • http://www.nefitdealer.nl Wijzigingen op grond van technische verbeteringen voorbehouden!
46 Installatie-instructie Nefit EcomLine HR Elite • uitgave 03/2005
Instellen van de nadraaitijd van de pomp
Ga hierbij als volgt te werk:
z Stel de nadraaitijd van de pomp in volgens menu 5 "Instel-
lingen".
5.1.2 Instellen van het cv-vermogen
z Stel, indien gewenst, het benodigd cv-vermogen op de
BC10 in volgens menu 5 "Instellingen".
Maak hierbij tevens gebruik van tabel 5.
5.1.3 Controle op gasdichtheid van de gasleiding tot aan
het toestel
Gebruik voor de diverse drukmetingen een geschikte digitale
manometer. Deze dient drukken te kunnen verwerken tot mini-
maal 50 mbar. Het kleinst afleesbare schaaldeel dient mini-
maal 0,01 mbar te zijn.
Ga voor controle van gasdichtheid van de gasleiding als volgt
te werk:
z Maak de installatie spanningsloos door de netschakelaar in
stand "0" te zetten (afb. 76, pos. 1).
z Open de hoofdgaskraan.
z Controleer voorafgaand aan de eerste inbedrijfstelling het
(nieuwe) leidinggedeelte tot en met de afdichting op het
gasblok op uitwendige dichtheid volgens de geldende
voorschriften (hoofdstuk 1). Hierbij mag de proefdruk met
geopende toestelgaskraan, maximaal 150 mbar bedragen.
Wanneer bij deze dichtheidscontrole een lekkage wordt
geconstateerd, voer dan bij alle verbindingen een controle
op lekkage uit.
LET OP!
Wanneer de installatie geregeld wordt met een
ruimtetemperatuurregeling en er sprake is van
bevriezingsgevaar voor delen van de instal-
latie die buiten het bereik van deze ruimtetem-
peratuurregeling liggen, bijvoorbeeld
radiatoren in de garage, dan moet de nadraai-
tijd van de pomp worden ingesteld op 24 uur.
Weergave in het
display [%]
Nominaal vermogen bij 40/30 °C [kW]
HRC 24/CW4 HRC 30/CW5
L25 6,0 7,7
L30 7,2 9,2
L35 8,4 10,7
L40 9,6 12,2
L45 10,8 13,6
L50 12,0 15,1
L55 13,2 16,6
L60 14,4 18,1
L65 15,6 19,6
L70 16,8 21,1
L75 18,0 22,6
L80 19,2 24,1
L85 20,4 25,5
L90 21,6 27,0
L95 22,8 28,5
L-- 24,0 30,0
Tabel 5 cv-vermogen procentueel
LET OP!
Werkzaamheden aan gasvoerende onder-
delen mogen uitsluitend door een daartoe
bevoegd bedrijf worden uitgevoerd.
Afb. 76 BC10
1
2
3
4
5
6
8
9
10
11
7
LET OP!
Indien een vloeibaar lekzoekmiddel wordt
gebruikt, dan moet dit lekzoekmiddel zijn goed-
gekeurd voor het testen op gasdichtheid.
Breng het middel niet op elektrische leidingen
aan.
Inbedrijfstelling 5
Wijzigingen op grond van technische verbeteringen voorbehouden! Nefit B.V. • http://www.nefitdealer.nl
Installatie-instructie Nefit EcomLine HR Elite • uitgave 03/2005 47
5.1.4 Ontluchten van de gasleiding
z Sluit de gaskraan (afb. 77, pos. 1).
z Draai de afdichtschroef in de voordrukmeetnippel ander-
halve omwenteling open (afb. 78, pos. 1) en sluit een lange
slang hierop aan.
z Open de gaskraan (afb. 77, pos. 2).
z Blaas het uitstromende gas en/of lucht via de slang naar
buiten af totdat er alleen gas uitstroomt (afb. 78, pos. 2).
z Sluit de gaskraan (afb. 77, pos. 1).
z Verwijder de slang en draai de afdichtschroef in de
voordrukmeetnippel dicht.
5.1.5 Controle van de verbrandingsluchttoevoer/
verbrandingsgasafvoer
z Controleer of het voorgeschreven verbrandings-
luchttoevoer-/ verbrandingsgasafvoersysteem is gebruikt
(zie paragraaf "Aansluiten luchttoevoer en rookgasafvoer
bij enkelvoudige opstelling op een centraal luchttoevoer-
en rookgasafvoersysteem (CLV-systeem)" op pag. 28).
z Controleer of het verbrandingsluchttoevoer-/ verbrandings-
gasafvoersysteem volgens de bijbehorende Installatie-
instructie is gemonteerd.
LET OP!
Controleer de gebruikte meetnippel(s) op
dichtheid!
Afb. 77 Gaskraan
pos. 1: Gaskraan dicht
pos. 2: Gaskraan open
2
1
LET OP!
Werkzaamheden aan gasvoerende onder-
delen mogen uitsluitend door een daartoe
bevoegd bedrijf worden uitgevoerd.
Afb. 78 Gasleiding ontluchten
LET OP!
Controleer de voordrukmeetnippel op
dichtheid!
Inbedrijfstelling5
Nefit B.V. • http://www.nefitdealer.nl Wijzigingen op grond van technische verbeteringen voorbehouden!
48 Installatie-instructie Nefit EcomLine HR Elite • uitgave 03/2005
5.1.6 Controle van de gassoort
Het is zéér belangrijk dat de gassoort waarop het toestel wordt
aangesloten overeenkomt met de gasssoort waarvoor het
toestel fabrieksmatig geschikt is. Indien dit niet het geval is,
dan mag het toestel niet in bedrijf genomen worden!
Ga bij de controle als volgt te werk:
z Vraag bij het gasbedrijf de specificaties van de geleverde
gassoort op.
z Controleer of deze geleverde gassoort overeenkomt met
de gassoort zoals die vermeld staat op de sticker op het
frame of op de typeplaat (zie tabel 6).
5.1.7 Meten van de gasvoordruk
Er zijn twee manieren om de gasvoordruk aan het toestel te
meten:
meten statische gasvoordruk (toestel buiten bedrijf);
meten dynamische gasvoordruk (toestel in bedrijf op
vollast).
Meten statische gasvoordruk
z Verwijder de mantel van het keteldeel (afb. 79).
z Open de schuiflade door deze in te drukken (afb. 66 op
pag. 42).
z Neem het toestel uit bedrijf door de netschakelaar
(afb. 81, pos. 1) in stand "0" te zetten.
z Sluit de gaskraan onder het toestel (afb. 77, pos. 1 op
pag. 47).
z Zet de digitale manometer op nul.
z Draai de afdichtschroef in de voordrukmeetnippel ander-
halve omwenteling open (afb. 80, pos. 1).
z Sluit de plusaansluiting van de digitale manometer via een
slang aan op de voordrukmeetnippel (afb. 80, pos. 2).
z Neem alle overige gasverbruikende apparatuur (zoals
gasfornuis, gashaard etc.) uit bedrijf.
z Open langzaam de gaskraan (afb. 77, pos. 2 op pag. 47).
z Controleer of de statische gasvoordruk gedurende twee
minuten niet langzaam oploopt. Indien dit het geval is, dan
is vermoedelijk de gasvoordrukregelaar defect.
Neem zo nodig contact op met het gasbedrijf.
Geleverde
gassoort
Vermelding op sticker toestel
Aardgas L Bij levering bedrijfsklaar ingesteld op
Wobbe-index 11,5 kWh/m
3
(gerelateerd
aan 15 °C 1013 mbar), inzetbaar voor het
Wobbe-indexbereik 10,84 tot 12,4 kWh/m
3
.
Opschrift op het aanwijzingsplaatje voor de
gassoort:
Ingesteld categorie: 2L G 25-25 mbar
Tabel 6 Gassoort
Afb. 79 Mantel keteldeel verwijderen
LET OP!
Werkzaamheden aan gasvoerende onder-
delen mogen uitsluitend door een daartoe
bevoegd bedrijf worden uitgevoerd.
AANWIJZING!
Het verschil tussen de statische en de dynami-
sche gasvoordruk mag niet meer dan 5 mbar
bedragen. Indien het verschil groter is, dan is
er mogelijk sprake van een te hoge weerstand
in de gasleiding. Indien de binnenleiding in
orde is, raadpleeg dan het gasbedrijf.
Afb. 80 Gasvoordruk meten
LET OP!
Houd tijdens de meting de digitale manometer
in dezelfde positie (horizontaal of verticaal) als
waarin deze op nul gezet werd.
Inbedrijfstelling 5
Wijzigingen op grond van technische verbeteringen voorbehouden! Nefit B.V. • http://www.nefitdealer.nl
Installatie-instructie Nefit EcomLine HR Elite • uitgave 03/2005 49
z Neem alle overige gasverbruikende apparatuur op vol
vermogen in bedrijf, maar het toestel niet.
z Meet de statische gasvoordruk.
z Vergelijk de gemeten gasvoordruk met de nominale
gasvoordruk uit tabel 6.
z Meet vervolgens de dynamische gasvoordruk.
Meten dynamische gasvoordruk
z Doorloop de stappen zoals hierboven ("Meten statische
gasvoordruk").
z Open tenminste twee radiatorafsluiters.
z Stel het toestel in bedrijf door de netschakelaar
(afb. 81, pos. 1) in stand "1" te zetten.
z Neem het toestel in schoorsteenvegerbedrijf volgens
menu 2 "Schoorsteenvegerbedrijf".
z Wacht gedurende één minuut tot het toestel op vollast
brandt.
z Meet de dynamische gasvoordruk en noteer de gemeten
waarde in het protocol.
z De dynamische gasvoordruk dient bij aardgas L
minimaal 20 en maximaal 30 mbar te bedragen
(nominale aansluitdruk 25 mbar, zie NEN 1078 + NPR).
z Neem het toestel uit schoorsteenvegerbedrijf volgens het
menu 2 "Schoorsteenvegerbedrijf".
z Sluit de gaskraan (afb. 77, pos. 1 op pag. 47).
z Verwijder de slang van de voordrukmeetnippel.
z Draai de afdichtschroef in de voordrukmeetnippel dicht.
z Open de gaskraan (afb. 77, pos. 2 op pag. 47).
Afb. 81 Schoorsteenvegerknop indrukken
1
LET OP!
Controleer de gebruikte meetnippel(s) op
gasdichtheid!
LET OP!
Indien een vloeibaar lekzoekmiddel wordt
gebruikt, dan moet dit lekzoekmiddel zijn
goedgekeurd voor het testen op gasdichtheid.
Breng het middel niet op elektrische leidingen
aan.
Inbedrijfstelling5
Nefit B.V. • http://www.nefitdealer.nl Wijzigingen op grond van technische verbeteringen voorbehouden!
50 Installatie-instructie Nefit EcomLine HR Elite • uitgave 03/2005
5.1.8 Controleren en instellen van de gas-/luchtver-
houding
z Verwijder de mantel van het keteldeel (afb. 79).
z Open de schuiflade door deze in te drukken (afb. 66 op
pag. 42).
z Neem het toestel uit bedrijf door de netschakelaar
(afb. 81, pos. 1) in stand "0" te zetten.
z Sluit de gaskraan onder het toestel (afb. 77, pos. 1 op
pag. 47).
z Open tenminste twee radiatorafsluiters.
z Draai de afdichtschroef in de branderdrukmeetnippel
anderhalve omwenteling open (afb. 82, pos. 1).
z Zet de digitale manometer op nul.
z Sluit de plusaansluiting van de digitale manometer via een
slang aan op de branderdrukmeetnippel (afb. 82, pos. 2).
z Open de gaskraan (afb. 77, pos. 2 op pag. 47).
z Stel het toestel in bedrijf door de netschakelaar
(afb. 81, pos. 1) in stand "1" te zetten.
z Neem het toestel in servicebedrijf volgens het menu 3
"Servicebedrijf".
z Stel het vermogen in op de minimale waarde volgens het
menu 3 "Servicebedrijf".
z Wacht totdat het toestel volledig is teruggemoduleerd.
z Controleer tijdens het servicebedrijf de gas-/luchtverhou-
ding. Het drukverschil (p
gas
- p
lucht
) dient -5 Pa (±5 Pa) te
bedragen (indicatie op de digitale manometer -10 Pa t/m
0 Pa) (afb. 83).
z Stel, indien nodig, de gas-/luchtverhouding opnieuw af met
behulp van de stelschroef (afb. 84, pos. 1).
Afb. 82 Meten en instellen van de gas-/luchtverhouding
LET OP!
Werkzaamheden aan gasvoerende onder-
delen mogen uitsluitend door een daartoe
bevoegd bedrijf worden uitgevoerd.
LET OP!
Houd tijdens de meting de digitale manometer
in dezelfde positie (horizontaal of verticaal) als
waarin deze op nul gezet werd.
Afb. 83 Drukverschil gas/lucht bij laaglast
-15 -10 -5 0 5 (Pa)
-0,15 -0,10 -0,05 0,00 0,05 (mbar)
fout goed fout
linksomdraaien rechtsomdraaien
AANWIJZING!
De stelschroef bevindt zich achter de
afdekdop.
Inbedrijfstelling 5
Wijzigingen op grond van technische verbeteringen voorbehouden! Nefit B.V. • http://www.nefitdealer.nl
Installatie-instructie Nefit EcomLine HR Elite • uitgave 03/2005 51
z Verwijder de afdekdop met een platte schroevendraaier
(afb. 84, pos. 1).
z Stel met een inbussleutel (4 mm) de stelschroef voor de
branderdruk in op de juiste gas-/luchtverhouding (afb. 83).
z Plaats de afdekdop (afb. 84, pos. 1).
z Neem het toestel uit bedrijf door de netschakelaar
(afb. 81, pos. 1) in stand "0" te zetten.
z Sluit de gaskraan onder het toestel (afb. 77, pos. 1 op
pag. 47).
z Verwijder de slang van de branderdrukmeetnippel.
z Draai de afdichtschroef in de branderdrukmeetnippel dicht.
z Open de gaskraan (afb. 77, pos. 2 op pag. 47).
z Stel het toestel in bedrijf door de netschakelaar
(afb. 81, pos. 1) in stand "1" te zetten.
z Neem het toestel in schoorsteenvegerbedrijf volgens het
menu 2 "Schoorsteenvegerbedrijf".
z Neem het toestel uit schoorsteenvegerbedrijf volgens het
menu 2 "Schoorsteenvegerbedrijf".
z Controleer of het cv-vermogen nog op de gewenste
waarde staat volgens het menu 5 "Instellingen".
5.1.9 Controle op gasdichtheid van het toestel
z Neem het toestel in schoorsteenvegerbderijf volgens het
menu 2 "Schoorsteenvegerbedrijf".
z Wacht totdat het toestel brandt.
z Controleer alle gaszijdige afdichtingen in het toestel op
dichtheid.
Afb. 84 Afdekdop verwijderen
LET OP!
Controleer de gebruikte meetnippel(s) op
gasdichtheid!
LET OP!
Indien een vloeibaar lekzoekmiddel wordt
gebruikt, dan moet dit lekzoekmiddel zijn goed-
gekeurd voor het testen op gasdichtheid.
Breng het middel niet op elektrische leidingen
aan.
LET OP!
Werkzaamheden aan gasvoerende onder-
delen mogen uitsluitend door een daartoe
bevoegd bedrijf worden uitgevoerd.
LET OP!
Indien een vloeibaar lekzoekmiddel wordt
gebruikt, dan moet dit lekzoekmiddel zijn
goedgekeurd voor het testen op gasdichtheid.
Breng het middel niet op elektrische leidingen
aan.
Inbedrijfstelling5
Nefit B.V. • http://www.nefitdealer.nl Wijzigingen op grond van technische verbeteringen voorbehouden!
52 Installatie-instructie Nefit EcomLine HR Elite • uitgave 03/2005
5.1.10 Controle van de regelapparatuur en
veiligheidsvoorzieningen
Tijdens de inbedrijfstelling en bij het periodiek onderhoud
dienen alle regelapparatuur en veiligheidsvoorzieningen op
hun goede functioneren en juiste instelling te worden gecon-
troleerd.
5.1.11 Ionisatiestroom meten (afb. 86)
z Open de schuiflade door deze in te drukken (afb. 66 op
pag. 42).
z Neem het toestel uit bedrijf door de netschakelaar
(afb. 75, pos. 1) in stand "0" te zetten.
z Verwijder de mantel (afb. 79).
z Plaats op de digitale multimeter een shuntweerstand
(afb. 85, pos. 1) speciaal geschikt voor het meten van ioni-
satiestroom.
z Stel de digitale multimeter in op "gelijkspanning meten".
Meetbereik: millivolt.
z Maak de stekkerverbinding van de ionisatie-elektrode los.
z Sluit de digitale multimeter in serie aan in het ionisatie-
circuit.
z Neem het toestel in bedrijf door de netschakelaar in
stand "1" te zetten (afb. 75, pos. 1).
z Neem het toestel in servicebedrijf volgens het menu 3
"Servicebedrijf".
z Stel het vermogen in op de minimale waarde volgens het
menu 3 "Servicebedrijf".
z Wacht totdat het toestel volledig is teruggemoduleerd.
z Meet de ionisatiestroom (afb. 86). De ionisatiestroom moet
meer dan 2 µA (weergave op de digitale multimeter: mV).
z Vul de meetwaarde in het protocol in.
z Neem het toestel uit bedrijf door de netschakelaar in
stand "0" te zetten (afb. 75, pos. 1).
z Verwijder de digitale multimeter.
z Herstel de stekkerverbinding van de ionisatie-elektrode.
Afb. 85 Digitale multimeter
1
Afb. 86 Ionisatiestroom meten
Inbedrijfstelling 5
Wijzigingen op grond van technische verbeteringen voorbehouden! Nefit B.V. • http://www.nefitdealer.nl
Installatie-instructie Nefit EcomLine HR Elite • uitgave 03/2005 53
z Plaats de mantel van het keteldeel (afb. 87).
z Plaats de mantel van het boilerdeel (afb. 89).
z Neem het toestel in bedrijf door de netschakelaar in
stand "1" te zetten (afb. 75, pos. 1).
z Sluit de schuiflade (afb. 66 op pag. 42).
z Controleer of het cv-vermogen nog op de gewenste
waarde staat volgens het menu 5 "Instellingen".
5.1.12 Instellen van het warm tapwaterdebiet
Indien het warm tapwaterdebiet te hoog is afgesteld, dan wordt
de uitstroomtemperatuur van 60 °C niet gehaald.
Indien het warm tapwaterdebiet te laag is afgesteld, dan wordt
de warm tapwatercapaciteit van het toestel niet volledig benut.
Het is daarom zeer belangrijk dat het warm tapwaterdebiet
juist wordt ingesteld.
Fabrieksmatig is het toestel weliswaar ingesteld, maar doordat
de leveringsdruk van het water en de leidingweerstand in de
sanitaire installatie per situatie sterk kunnen verschillen, is het
belangrijk dat tijdens de inbedrijfstelling het warm tapwaterde-
biet op het toestel wordt gecontroleerd en indien nodig
opnieuw wordt ingesteld.
Stel het tapwaterdebiet in op een tappunt waaraan door de
gebruiker de hoogste eisen worden gesteld wat betreft het
warm tapwatercomfort, meestal is dit de douche of het bad.
z Stel het warm tapwaterdebiet in met de doorstroom-
begrenzer voor warmtapwater (afb. 88).
Maak hierbij gebruik van een volumestroommeter en een
inbussleutel van 8 mm:
Vergroten van de hoeveelheid tapwater:
Draai de inbusbout linksom.
Verkleinen van de hoeveelheid tapwater:
Draai de inbusbout rechtsom.
z Stel het warm tapwaterdebiet in op de volgende waarde:
Nefit EcomLine Elite HRC24 /CW4:
8 l/min. met een uitstroomtemperatuur van 60 °C.
Nefit EcomLine Elite HRC30 /CW5:
10 l/min. met een uitstroomtemperatuur van 60 °C.
Afb. 87 Mantel keteldeel terugplaatsen
Afb. 88 Doorstroombegrenzer voor warm tapwater
LET OP!
Om er ook voor te zorgen dat het conform het
CW-tapdebiet presteert is het belangrijk dat
het tapwaterdebiet juist wordt ingesteld.
Inbedrijfstelling5
Nefit B.V. • http://www.nefitdealer.nl Wijzigingen op grond van technische verbeteringen voorbehouden!
54 Installatie-instructie Nefit EcomLine HR Elite • uitgave 03/2005
5.1.13 Typeplaat
In de schuiflade is een extra typeplaatsticker bijgevoegd.
z Open de schuiflade door deze in te drukken (afb. 66 op
pag. 42).
z Plak de 2
e
typeplaat en eventueel uw bedrijfssticker op de
voor- of zijkant van de mantel van het keteldeel.
5.1.14 Invullen garantiekaart
z Vul de meegeleverde garantiekaart in en stuur deze binnen
de op de garantiekaart vermelde termijn naar het op de
garantiekaart vermelde adres.
5.1.15 Gebruiker instrueren, documenten overhandigen
z Informeer de gebruiker uitvoerig over de bediening en de
werking van het toestel en de cv-installatie.
z Overhandig alle documenten aan de gebruiker.
Afb. 89 Mantel boilerdeel terugplaatsen
Onderhoud 6
Wijzigingen op grond van technische verbeteringen voorbehouden! Nefit B.V. • http://www.nefitdealer.nl
Installatie-instructie Nefit EcomLine HR Elite • uitgave 03/2005 55
6 Onderhoud
6.1 Onderhoud algemeen
z Bied de gebruiker desgewenst een onderhoudscontract
aan. Wat een onderhoudscontract moet omvatten, staat
beschreven in hoofdstuk 6 "Onderhoud" op pagina 55 en
het bijbehorende protocol.
z Maak bij het onderhoud gebruik van het onderhoudspro-
tocol in paragraaf 9.2 op pagina 78.
z Voer elke 2 jaar klein onderhoud uit en beoordeel op basis
hiervan of het toestel groot onderhoud behoeft
(paragraaf 6.2 en paragraaf 6.3).
z Vul het protocol in en bevestig het onderhoud door middel
van een handtekening en een firmastempel.
6.2 Klein onderhoud
6.2.1 Algemene controle van de installatie
z Contoleer de algemene toestand van de installatie.
6.2.2 Functionele controle van het toestel
z Neem het toestel in cv-bedrijf door de regeling vragend te
zetten en controleer het functioneren van het toestel tijdens
cv-bedrijf.
z Neem het toestel in warm tapwaterbedrijf door een warm-
waterkraan te openen en controleer het functioneren van
het toestel tijdens warm tapwaterbedrijf.
6.2.3 Visuele controle van het toestel
z Neem het toestel uit bedrijf door de netschakelaar
(afb. 81, pos. 1) in stand "0" te zetten of door de netstekker
uit de wandcontactdoos te halen (afb. 41 op pag. 28).
z Open het slot van de beide sluitingen van het keteldeel met
een ontluchtingssleuteltje (afb. 90, pos. 1).
z Maak de vier sluitingen aan weerszijden van de mantel van
het keteldeel los (afb. 90, pos. 2).
z Trek de mantel van het keteldeel naar voren.
z Verwijder de mantel van het keteldeel (afb. 90, pos. 3).
Afb. 90 Mantel keteldeel verwijderen
1
2
2
2
3
LET OP!
Til de mantel niet aan de sluitingen op. Plaats
de mantel van het keteldeel niet op de zijkant.
De sluitingen kunnen hierdoor beschadigen.
Onderhoud6
Nefit B.V. • http://www.nefitdealer.nl Wijzigingen op grond van technische verbeteringen voorbehouden!
56 Installatie-instructie Nefit EcomLine HR Elite • uitgave 03/2005
z Verwijder de mantel van het boilerdeel (afb. 91).
z Controleer alle gas- en watervoerende leidingen in het
toestel op lekkage en/of corrosievorming.
z Vervang, indien nodig, de aangetaste leidingen en/of
verhelp de lekkage.
6.2.4 Controle van de brander, de warmtewisselaar en
de sifon
z Sluit de gaskraan onder het toestel (afb. 77, pos. 1 op
pag. 47).
Afb. 91 Mantel boilerdeel verwijderen
LET OP!
Bij cv-toestellen geplaatst in een CLV-systeem
zouden bij de werkzaamheden - stroomaf-
waarts aan de ventilator - rookgassen in de
ruimte kunnen stromen. Ter voorkoming, voer
volgende handelingen uit:
z Neem het rookgasafvoerkanaal van het
cv-toestel los.
z Plaats een vochtige doek in het rookgasaf-
voerkanaal ter voorkoming dat rookgassen
de ruimte instromen.
z Voer uw werkzaamheden aan het
cv-toestel uit.
LET OP!
Neem voor inbedrijfstelling van het cv-toestel
de vochtige doek weer uit het rookgasafvoer-
kanaal en sluit de rookgasafvoerkanaal vol-
gens de aanwijzigingen in deze instructie aan.
LET OP!
Werkzaamheden aan gasvoerende onder-
delen mogen uitsluitend door een daartoe
bevoegd bedrijf worden uitgevoerd.
LET OP!
Maak bij het reinigen van de diverse onder-
delen geen gebruik van een staalborstel!
AANWIJZING:
Voor grondige reiniging en preventieve
bescherming tegen vervuiling van de warmte-
wisselaar, kan deze worden behandeld met
het speciaal voor dit doel ontwikkelde reini-
gingsmiddel Nefit Protector.
LET OP!
Zorg ervoor dat brander, gloeiplug, ionisatie-
electrode en overige onderdelen behalve de
binnenzijde van de warmtewisselaar niet in
contact komen met Nefit Protector.
Onderhoud 6
Wijzigingen op grond van technische verbeteringen voorbehouden! Nefit B.V. • http://www.nefitdealer.nl
Installatie-instructie Nefit EcomLine HR Elite • uitgave 03/2005 57
z Verwijder de voedingsstekker van het gasblok (afb. 92).
z Verwijder de beide stekkers van de ventilator (afb. 93).
z Draai de wartel van het gasregelblok los (afb. 94, pos. 1).
z Open de beide snelsluitingen van de branderdeksel
(afb. 95).
z Verwijder de branderdeksel inclusief ventilator en gasblok.
Afb. 92 Voedingsstekker gasblok verwijderen
Afb. 93 Stekkers van ventilator verwijderen
Afb. 94 Wartel gasregelblok losdraaien
1
Afb. 95 Sluitingen branderdeksel openen
Onderhoud6
Nefit B.V. • http://www.nefitdealer.nl Wijzigingen op grond van technische verbeteringen voorbehouden!
58 Installatie-instructie Nefit EcomLine HR Elite • uitgave 03/2005
z Verwijder de branderpakking (afb. 96).
z Verwijder de eerste gas-/luchtverdeelplaat (afb. 97).
z Verwijder de tweede gas-/luchtverdeelplaat (afb. 98).
Afb. 96 Branderpakking verwijderen
LET OP!
Controleer de branderpakking op veroudering
en vervang deze indien nodig.
Afb. 97 Eerste gas-/luchtverdeelplaat verwijderen
Afb. 98 Tweede gas-/luchtverdeelplaat verwijderen
Onderhoud 6
Wijzigingen op grond van technische verbeteringen voorbehouden! Nefit B.V. • http://www.nefitdealer.nl
Installatie-instructie Nefit EcomLine HR Elite • uitgave 03/2005 59
z Verwijder de brander (afb. 99).
z Controleer of de keramische brander en de beide
gas-/luchtverdeelplaten vervuild zijn en maak deze indien
nodig schoon met behulp van een stofzuiger, perslucht of
een zachte borstel.
z Controleer de keramische brander op scheurvorming,
barsten of beschadiging en vervang deze indien nodig.
z Verwijder de aardekabel (afb. 100, pos. 2).
z Demonteer de beide moeren (afb. 100, pos. 1).
z Verwijder de bevestigingsplaat.
z Controleer de pakking tussen bevestigingsplaat en warm-
tewisselaar op veroudering en vervang deze indien nodig.
z Demonteer de gloeiplug en de ionisatie-elektrode
(afb. 101, pos. 1).
Afb. 99 Brander verwijderen
Afb. 100 Aardekabel verwijderen
Afb. 101 Gloeiplug en ionisatie-elektrode demonteren
1
LET OP!
De spiraal van de gloeiplug is breekbaar!
Onderhoud6
Nefit B.V. • http://www.nefitdealer.nl Wijzigingen op grond van technische verbeteringen voorbehouden!
60 Installatie-instructie Nefit EcomLine HR Elite • uitgave 03/2005
z Controleer de ionisatie-elektrode op slijtage, vervorming of
vervuiling (afb. 102, pos. 2, 3, 4) en vervang deze indien
nodig.
z Demonteer de sifon volgens resp. afb. 103, 104, 105, en
106.
Afb. 102 Ionisatie-electrode controleren
Afb. 103 Aansluiting tussen overstort en sifon demonteren
Afb. 104 Sifonaansluiting aan condensafvoer demonteren
Onderhoud 6
Wijzigingen op grond van technische verbeteringen voorbehouden! Nefit B.V. • http://www.nefitdealer.nl
Installatie-instructie Nefit EcomLine HR Elite • uitgave 03/2005 61
z Controleer de sifon op vervuiling en reinig deze indien
nodig.
z Open de snelsluitingen aan de voor- en achterzijde van de
condensbak (afb. 107).
Afb. 105 Sifonaansluiting condensbak demonteren
Afb. 106 Sifonaansluiting interne condensafvoer demonteren
Afb. 107 Snelsluitingen condensbak openen
Onderhoud6
Nefit B.V. • http://www.nefitdealer.nl Wijzigingen op grond van technische verbeteringen voorbehouden!
62 Installatie-instructie Nefit EcomLine HR Elite • uitgave 03/2005
z Verwijder de condensbak (afb. 108).
z Controleer de warmtewisselaar zowel vanaf de boven- als
vanaf de onderzijde op vervuiling.
z Voer, indien de wisselaar vervuild is, groot onderhoud uit of
ga verder bij paragraaf 6.4.
6.3 Groot onderhoud
z Verwijder de remplaat aan de onderzijde van de warmte-
wisselaar (afb. 109).
z Controleer of de remplaat vervuild is en maak deze indien
nodig schoon met behulp van een stofzuiger, perslucht of
een zachte borstel.
z Reinig de warmtewisselaar, door de vervuiling tussen de
lamellen te verwijderen met behulp van een stofzuiger,
perslucht of een zachte borstel. Ook is het mogelijk de
vervuiling met kraanwater weg te spoelen.
z Spuit, zo nodig, de warmtewisselaar zowel vanaf de
boven- als onderzijde lichtjes in met Nefit Protector en ga
verder bij paragraaf 6.4.
Afb. 108 Condensbak verwijderen
Afb. 109 Remplaat verwijderen
LET OP!
Zorg er bij gebruik van kraanwater voor dat
overige onderdelen in het toestel niet nat
kunnen worden!
Onderhoud 6
Wijzigingen op grond van technische verbeteringen voorbehouden! Nefit B.V. • http://www.nefitdealer.nl
Installatie-instructie Nefit EcomLine HR Elite • uitgave 03/2005 63
6.4 Algemene afrondende werkzaamheden onderhoud
z Monteer alle onderdelen in omgekeerde volgorde.
z Vul, voorafgaand aan montage, de sifon met kraanwater.
z Open de gaskraan (afb. 77, pos. 2 op pag. 47).
z Steek de netstekker in de wandcontactdoos.
z Zet de netschakelaar in stand "1" (afb. 81, pos. 1 op
pag. 49).
z Neem, indien Nefit Protector is toegepast, het toestel gedu-
rende 10 minuten in schoorsteenvegerbedrijf volgens
menu 2 "Schoorsteenvegerbedrijf" pagina 38.
Inspectie van het luchttoevoer- en rookgasafvoersysteem
z Controleer het luchttoevoer- en rookgasafvoersysteem op
juiste montage, verstopping en condenslekkage.
Controleren en instellen van de gas-/luchtverhouding
z Controleer de gas-/luchtverhouding volgens
paragraaf 5.1.8 en stel deze indien nodig opnieuw in.
Controleren van het kooldioxidegehalte (CO
2
) van de
rookgassen
z Controleer of het kooldioxidegehalte (CO
2
) van de rook-
gassen tussen de 8,5 en 10 %, ligt door deze te meten aan
de toestelaansluitplaat aan de bovenzijde van het toestel.
Controleren van het koolmonoxidegehalte (CO) van de
rookgassen.
z Controleer of het koolmonoxidegehalte (CO) van de rook-
gassen lager dan 110 ppm ligt, door deze te meten aan de
toestelaansluitplaat aan de bovenzijde van het toestel.
Controle op gasdichtheid van het toestel
z Controleer alle gaszijdige afdichtingen in het toestel op
dichtheid volgens paragraaf 5.1.3.
Afb. 110 Brander monteren
LET OP!
Monteer de brander zodanig dat de massastrip
aan de linkerkant komt (afb. 110).
Diagnose7
Nefit B.V. • http://www.nefitdealer.nl Wijzigingen op grond van technische verbeteringen voorbehouden!
64 Installatie-instructie Nefit EcomLine HR Elite • uitgave 03/2005
7 Diagnose
7.1 Displaywaardes
7.2 Displayinstellingen
7.3 Displaycodes
Displaywaardes
Display-
waarde
Betekenins van de displaywaarde Eenheid Bereik
[\/2/4|
Actuele cv-watertemperatuur °C
[\/\/0|
[1/3/0|
[p/1.6|
Actuele druk van de cv-installatie bar
[p/0.0|
[p/4.0|
Displayinstellingen
Display-
instelling
Betekenins van de displayinstelling Eenheid Bereik
Fabrieks-
instelling
[l/9/9|
Ingesteld gewenst vermogen %
[l/2/5|
[l/9/9|
/
[l/?/?|
100%
[l/?/?|
[f/\/5|
Ingestelde gewenste nadraaitijd van de pomp min.
[f/0/0|
[f/6/0|
/
[f/1/d|
24 uur
[f/\/5|
[c/\/1|
Ingestelde stand van de warmwatervoorziening.
NB. Indien
[c/\/0| is ingesteld dan is ook de vorst-
beveiliging van de tappot of boiler uitgeschakeld.
nvt.
[c/\/0|
“uit” /
[c/\/1|
“aan”
[c/\/1|
Displaycodes
Displaycode
LED op
UBA 3
Overige symptomen
z
Hoofd
display-
code
z
Sub
display-
code
z
Betekenis van de displaycodes
Reset
nodig?
[\/-/\|
Bedrijfsfase:
Communicatietest tijdens het opstarten. Deze displaycode knippert
ter controle van de communicatie tussen de UBA 3 en de basiscon-
troller BC10 vijf keer gedurende 5 seconden tijdens het opstarten.
Indien er een nieuwe UBA 3 of een nieuwe KIM gemonteerd is,
knippert deze displaycode maximaal 10 seconden.
uit of
knippert
8Hz
[\/-/\|
Storing:
Indien deze displaycode voortdurend knipperend wordt weergege-
ven, betreft het een storing in de communicatie tussen de UBA 3 en
de basiscontroller BC10.
uit of
knippert
8Hz
Geen cv-bedrijf en geen
warm tapwater.
e
[-/a/\]
2)
e
[2/0/8|
1)
Bedrijfsfase:
Het cv-toestel bevindt zich in schoorsteenvegerbedrijf of in service-
bedrijf.
uit
e
[-/h/\|
e
[2/0/0|
1)
Bedrijfsfase:
Het cv-toestel bevindt zich in cv-bedrijf.
uit
Tabel 7 Displaycodes
1) alleen zichtbaar op de Nefit Service Tool of een bepaalde Nefit ModuLine regeling.
2) of willekeurige weergave met een vaste punt rechtsonder.
3) of willekeurige weergave met een knipperende punt rechtsonder.
4) de oorzaak van de fout moet van tevoren opgeheven worden.
5) deze storingscode kan zich na afloop van een bepaalde tijd (zonder reset) weer opheffen. Cv- en tapwaterbedrijf is weer mogelijk.
6) de displaywaardes, b.v. de druk van de cv-installatie, worden ook knipperend weergegeven.
7) indien er gelijktijdig sprake is van meerdere storingen, dan worden de bijbehorende displaycodes achterelkaar weergegeven.
Als één van de displaycodes een knipperende displaycode is, worden ook de andere displaycodes knipperend weergegeven.
8) bij deze ketelstoring wordt de circulatiepomp gestart en blijft continu draaien, om de kans op bevriezing van de installatie tot een minimum te beperken.
9)
[e/\/\| + willekeurig cijfer of letter
Diagnose 7
Wijzigingen op grond van technische verbeteringen voorbehouden! Nefit B.V. • http://www.nefitdealer.nl
Installatie-instructie Nefit EcomLine HR Elite • uitgave 03/2005 65
e
[-/h/}
3)
e
[2/0/0|
1)
Bedrijfsfase:
Het cv-toestel bevindt zich in handmatig bedrijf.
uit
De ruimtetemperatuur is te
hoog.
e
[=/h/\|
e
[2/0/1|
1)
Bedrijfsfase:
Het cv-toestel bevindt zich in tapwaterbedrijf.
uit
e
[=/h/\|
e
[2/0/1|
1)
Bedrijfsfase:
Nadraaitijd van de pomp via de boiler gedurende 130 seconden op
minimaal toerental. De LED “Brander (aan/uit)” is uit.
uit
e
[0/a/\|
e
[2/0/2|
1)
Bedrijfsfase:
Het antipendelprogramma is geactiveerd. Dit wordt geactiveerd
indien er vaker dan 1x per 10 minuten een warmtevraag cv van een
ModuLine- of aan-/uitregeling is geweest en betekent dat het
cv-toestel gedurende maximaal 10 minuten is uitgeschakeld, gere-
kend vanaf de laatste branderstart.
uit
Eventueel wordt de
gewenste ruimtetempera-
tuur niet bereikt.
e
[0/a/\|
e
[3/0/5|
1)
Bedrijfsfase:
Het cv-toestel mag tijdelijk niet starten na einde warmtevraag warm
tapwater.
uit
e
[0/c/\|
e
[2/8/3|
1)
Voorbereidingsfase:
Het cv-toestel bereidt zich voor op een branderstart na het ontstaan
van een warmtevraag cv of een warmtevraag tapwater.
uit
e
[0/e/\|
e
[2/6/5|
1)
Standby:
Het cv-toestel staat standby. Er is een warmtevraag, maar er is te
veel energie geleverd.
uit
e
[0/h/\|
e
[2/0/3|
1)
Standby:
Het cv-toestel staat standby. Er is geen warmtevraag.
uit
e
[0/l/\|
e
[2/8/4|
1)
Ontstekingsfase:
Het gasblok wordt aangestuurd.
uit
e
[0/u/\|
e
[2/7/0|
1)
Opstartfase:
Het cv-toestel wordt opgestart na het inschakelen van de netspan-
ning of na het uitvoeren van een reset. Deze displaycode wordt
gedurende maximaal 4 minuten op het display weergegeven.
uit
e
[0/y/\|
e
[2/0/4|
1)
Bedrijfsfase:
De aanvoersensor heeft een actuele cv-watertemperatuur geme-
ten, die hoger is dan de op de BC10 ingestelde cv-watertempera-
tuur, of die hoger is dan de berekende cv-watertemperatuur
volgens de stooklijn, of die hoger is dan de berekende cv-watertem-
peratuur voor tapwaterbedrijf.
uit
Eventueel wordt de
gewenste ruimtetempera-
tuur niet bereikt.
e
[0/y/\|
e
[2/7/6|
e
Storing:
De aanvoersensor heeft een actuele cv-watertemperatuur geme-
ten, die hoger is dan 95 °C.
nee
5) 7)
uit
Eventueel wordt de
gewenste ruimtetempera-
tuur niet bereikt.
e
[0/y/\|
e
[2/7/7|
e
Storing:
De safetysensor heeft een actuele cv-watertemperatuur gemeten,
die hoger is dan 95 °C.
nee
5) 7)
uit
Eventueel wordt de
gewenste ruimtetempera-
tuur niet bereikt.
e
[0/y/\|
e
[2/8/5|
e
Storing:
De retoursensor heeft een actuele cv-retourwatertemperatuur
gemeten, die hoger is dan 95 °C.
nee
5) 7)
uit
Eventueel wordt de
gewenste ruimtetempera-
tuur niet bereikt.
Displaycodes
Displaycode
LED op
UBA 3
Overige symptomen
z
Hoofd
display-
code
z
Sub
display-
code
z
Betekenis van de displaycodes
Reset
nodig?
Tabel 7 Displaycodes
1) alleen zichtbaar op de Nefit Service Tool of een bepaalde Nefit ModuLine regeling.
2) of willekeurige weergave met een vaste punt rechtsonder.
3) of willekeurige weergave met een knipperende punt rechtsonder.
4) de oorzaak van de fout moet van tevoren opgeheven worden.
5) deze storingscode kan zich na afloop van een bepaalde tijd (zonder reset) weer opheffen. Cv- en tapwaterbedrijf is weer mogelijk.
6) de displaywaardes, b.v. de druk van de cv-installatie, worden ook knipperend weergegeven.
7) indien er gelijktijdig sprake is van meerdere storingen, dan worden de bijbehorende displaycodes achterelkaar weergegeven.
Als één van de displaycodes een knipperende displaycode is, worden ook de andere displaycodes knipperend weergegeven.
8) bij deze ketelstoring wordt de circulatiepomp gestart en blijft continu draaien, om de kans op bevriezing van de installatie tot een minimum te beperken.
9)
[e/\/\| + willekeurig cijfer of letter
Diagnose7
Nefit B.V. • http://www.nefitdealer.nl Wijzigingen op grond van technische verbeteringen voorbehouden!
66 Installatie-instructie Nefit EcomLine HR Elite • uitgave 03/2005
e
[1/l/\|
e
[2/1/1|
e
Storing:
Er is geen doorverbinding op de contacten 78 en 50 van de
UBA 3-montagevoet.
nee uit
Geen cv-bedrijf en geen
warm tapwater.
e
[2/e/\|
e
[2/0/7|
e
Storing:
De waterdruk in de cv-installatie is te laag (lager dan 0,2 bar).
nee uit
Geen cv-bedrijf en geen
warm tapwater.
e
[2/f/\|
e
[2/6/0|
e
Storing:
De aanvoersensor heeft geen temperatuurstijging van het cv-water
gemeten na een branderstart.
nee uit
e
[2/f/\|
e
[2/7/1|
e
Storing:
Het temperatuursverschil van het cv-water gemeten tussen de
aanvoer- en safetysensor is te groot.
e
[2/l/\|
e
[2/6/6|
e
Storing:
De druksensor heeft na vier pogingen geen cv-zijdige drukverho-
ging kunnen meten.
ja
4) 6) 7) 8)
knippert
1Hz
Geen cv-bedrijf en geen
warm tapwater.
e
[2/p/\|
e
[2/1/2|
e
Storing:
De aanvoer of safetysensor heeft een temperatuurstijging van het
cv-water gemeten die groter is dan 5 K/sec.
nee
5) 7)
uit
e
[2/u/\|
e
[2/1/3|
e
Storing:
Het temperatuurverschil gemeten tussen de aanvoersensor en de
retoursensor is groter dan 50 K.
nee
5) 7)
uit
e
[2/y/\|
e
[2/8/1|
e
Storing:
De pomp zit vast of draait in lucht.
nee uit
e
[2/y/\|
e
[2/8/2|
e
Storing:
Er is geen feedback van de pomp.
nee uit
e
[3/a/\|
e
[2/6/4|
e
Storing:
Het tachosignaal van de ventilator is tijdens de bedrijfsfase wegge-
vallen.
nee
5) 7)
uit
e
[3/c/\|
e
[2/1/7|
e
Geen luchttransport na bepaalde tijd.
ja
4) 6) 7) 8)
knippert
1Hz
Geen cv-bedrijf en geen
warm tapwater
e
[3/f/\|
e
[2/7/3|
e
Storing:
De ventilator is tijdens een veiligheidstest tijdelijk uitgeschakeld.
nee
5) 7)
uit
e
[3/l/\|
e
[2/1/4|
e
Storing:
Het tachosignaal van de ventilator is tijdens de voorbereidingsfase
niet aanwezig.
ja
4) 6) 7) 8)
knippert
1Hz
Geen cv-bedrijf en geen
warm tapwater.
e
[3/p/\|
e
[2/1/6|
e
Storing:
De ventilator draait te langzaam.
ja
4) 6) 7) 8)
knippert
1Hz
Geen cv-bedrijf en geen
warm tapwater.
e
[3/y/\|
e
[2/1/5|
e
Storing:
De ventilator draait te snel.
ja
4) 6) 7) 8)
knippert
1Hz
Geen cv-bedrijf en geen
warm tapwater.
e
[4/a/\|
e
[2/1/8|
e
Storing:
De aanvoersensor heeft een cv-watertemperatuur gemeten die
hoger is dan 105 °C.
ja
4) 6) 7) 8)
knippert
1Hz
Geen cv-bedrijf en geen
warm tapwater.
e
[4/c/\|
e
[2/2/4|
e
Storing:
Er is geen doorverbinding op de contacten 22 en 24 van de
UBA 3-montagevoet.
ja
4) 6) 7) 8)
knippert
1Hz
Geen cv-bedrijf en geen
warm tapwater.
e
[4/e/\|
e
[2/7/8|
e
Storing:
De sensortest is mislukt.
ja
4) 6) 7) 8)
knippert
1Hz
Geen cv-bedrijf en geen
warm tapwater.
e
[4/f/\|
e
[2/1/9|
e
Storing:
De safetysensor heeft een cv-watertemperatuur gemeten die hoger
is dan 105 °C.
ja
4) 6) 7) 8)
knippert
1Hz
Geen cv-bedrijf en geen
warm tapwater.
Displaycodes
Displaycode
LED op
UBA 3
Overige symptomen
z
Hoofd
display-
code
z
Sub
display-
code
z
Betekenis van de displaycodes
Reset
nodig?
Tabel 7 Displaycodes
1) alleen zichtbaar op de Nefit Service Tool of een bepaalde Nefit ModuLine regeling.
2) of willekeurige weergave met een vaste punt rechtsonder.
3) of willekeurige weergave met een knipperende punt rechtsonder.
4) de oorzaak van de fout moet van tevoren opgeheven worden.
5) deze storingscode kan zich na afloop van een bepaalde tijd (zonder reset) weer opheffen. Cv- en tapwaterbedrijf is weer mogelijk.
6) de displaywaardes, b.v. de druk van de cv-installatie, worden ook knipperend weergegeven.
7) indien er gelijktijdig sprake is van meerdere storingen, dan worden de bijbehorende displaycodes achterelkaar weergegeven.
Als één van de displaycodes een knipperende displaycode is, worden ook de andere displaycodes knipperend weergegeven.
8) bij deze ketelstoring wordt de circulatiepomp gestart en blijft continu draaien, om de kans op bevriezing van de installatie tot een minimum te beperken.
9)
[e/\/\| + willekeurig cijfer of letter
Diagnose 7
Wijzigingen op grond van technische verbeteringen voorbehouden! Nefit B.V. • http://www.nefitdealer.nl
Installatie-instructie Nefit EcomLine HR Elite • uitgave 03/2005 67
e
[4/l/\|
e
[2/2/0|
e
Storing:
De contacten van de safetysensor zijn kortgesloten, of de safety-
sensor heeft een cv-watertemperatuur gemeten die hoger is dan
130 °C.
ja
4) 6) 7) 8)
knippert
1Hz
Geen cv-bedrijf en geen
warm tapwater.
e
[4/p/\|
e
[2/2/1|
e
Storing:
De contacten van de safetysensor zijn onderbroken.
ja
4) 6) 7) 8)
knippert
1Hz
Geen cv-bedrijf en geen
warm tapwater.
e
[4/u/\|
e
[2/2/2|
e
Storing:
De contacten van de aanvoersensor zijn kortgesloten.
ja
4) 6) 7) 8)
knippert
1Hz
Geen cv-bedrijf en geen
warm tapwater.
e
[4/y/\|
e
[2/2/3|
e
Storing:
De contacten van de aanvoersensor zijn onderbroken.
ja
4) 6) 7) 8)
knippert
1Hz
Geen cv-bedrijf en geen
warm tapwater.
e
[5/h/\|
e
[2/6/8|
e
Bedrijfsfase:
Componenttestfase.
nee uit
e
[6/a/\|
e
[2/2/7|
e
Storing:
Er is onvoldoende ionisatiestroom gemeten tijdens de ontstekings-
fase.
nee
5) 7)
uit
e
[6/a/\|
e
[2/2/7|
e
Storing:
Er is onvoldoende ionisatiestroom gemeten na 4 startpogingen.
ja
4) 6) 7) 8)
knippert
1Hz
Geen cv-bedrijf en geen
warm tapwater.
e
[6/c/\|
e
[2/2/8|
e
Storing:
Er is ionisatiestroom gemeten nadat de brander gedoofd is.
ja
4) 6) 7) 8)
knippert
1Hz
Geen cv-bedrijf en geen
warm tapwater.
e
[6/c/\|
e
[3/0/6|
e
Storing:
Er is ionisatiestroom gemeten, nadat de brander gedoofd is.
ja
4) 6) 7) 8)
knippert
1Hz
Geen cv-bedrijf en geen
warm tapwater.
e
[6/l/\|
e
[2/2/9|
e
Storing:
Er is onvoldoende ionisatiestroom gemeten tijdens de bedrijfsfase.
nee
5) 7)
uit
e
[6/p/\|
e
[2/6/9|
e
Storing:
De gloeiplug is langer dan 10 minuten aangestuurd.
ja
4) 6) 7) 8)
knippert
1Hz
Geen cv-bedrijf en geen
warm tapwater.
e
[6/y/\|
e
[2/0/3|
e
Storing:
De ionisatiestroom is te hoog.
ja
knippert
1Hz
Geen cv-bedrijf en geen
warm tapwater.
e
[7/c/\|
e
[2/3/1|
e
Storing:
De netspanning is tijdens een vergrendelende storing
[4/a/\| [4/c/\| [4/e/\| [4/f/\|
[4/l/\| [4/p/\| [4/u/\| [4/y/\|
onderbroken geweest.
ja
4) 6) 7) 8)
knippert
1Hz
Geen cv-bedrijf en geen
warm tapwater.
e
[7/l/\|
e
[2/6/1|
e
Storing:
De UBA 3 is defect.
ja
4) 6) 7) 8)
knippert
1Hz
Geen cv-bedrijf en geen
warm tapwater.
e
[7/l/\|
e
[2/8/0|
e
Storing:
De UBA 3 is defect.
ja
4) 6) 7) 8)
knippert
1Hz
e
[8/y/\|
e
[2/3/2|
1)
Bedrijfsfase:
Extern schakelcontact is geopend.
uit Geen cv.
[8/8/8|
Bedrijfsfase:
Displaytest gedurende de opstartfase. Deze displaycode verschijnt
maximaal 1 seconde lang op het display.
aan
e
[9/a/\|
e
[2/3/5|
e
Storing:
De UBA 3 of de KIM is defect.
ja
knippert
1Hz
Geen cv-bedrijf en geen
warm tapwater.
Displaycodes
Displaycode
LED op
UBA 3
Overige symptomen
z
Hoofd
display-
code
z
Sub
display-
code
z
Betekenis van de displaycodes
Reset
nodig?
Tabel 7 Displaycodes
1) alleen zichtbaar op de Nefit Service Tool of een bepaalde Nefit ModuLine regeling.
2) of willekeurige weergave met een vaste punt rechtsonder.
3) of willekeurige weergave met een knipperende punt rechtsonder.
4) de oorzaak van de fout moet van tevoren opgeheven worden.
5) deze storingscode kan zich na afloop van een bepaalde tijd (zonder reset) weer opheffen. Cv- en tapwaterbedrijf is weer mogelijk.
6) de displaywaardes, b.v. de druk van de cv-installatie, worden ook knipperend weergegeven.
7) indien er gelijktijdig sprake is van meerdere storingen, dan worden de bijbehorende displaycodes achterelkaar weergegeven.
Als één van de displaycodes een knipperende displaycode is, worden ook de andere displaycodes knipperend weergegeven.
8) bij deze ketelstoring wordt de circulatiepomp gestart en blijft continu draaien, om de kans op bevriezing van de installatie tot een minimum te beperken.
9)
[e/\/\| + willekeurig cijfer of letter
Diagnose7
Nefit B.V. • http://www.nefitdealer.nl Wijzigingen op grond van technische verbeteringen voorbehouden!
68 Installatie-instructie Nefit EcomLine HR Elite • uitgave 03/2005
e
[9/h/\|
e
[2/3/7|
e
Storing:
De UBA 3 of de KIM is defect.
ja
knippert
1Hz
Geen cv-bedrijf en geen
warm tapwater.
e
[9/h/\|
e
[2/6/7|
e
Storing:
De UBA 3 of de KIM is defect.
ja
knippert
1Hz
Geen cv-bedrijf en geen
warm tapwater.
e
[9/h/\|
e
[2/7/2|
e
Storing:
De UBA 3 of de KIM is defect.
ja
4) 6) 7) 8)
knippert
1Hz
Geen cv-bedrijf en geen
warm tapwater.
e
[9/l/\|
e
[2/3/4|
e
Storing:
De contacten van het gasblok zijn onderbroken.
ja
4) 6) 7) 8)
knippert
1Hz
Geen cv-bedrijf en geen
warm tapwater.
e
[9/l/\|
e
[2/3/8|
e
Storing:
De UBA 3 of de KIM is defect.
ja
4) 6) 7) 8)
knippert
1Hz
e
[9/p/\|
e
[2/3/9|
e
Storing:
De UBA 3 of de KIM is defect.
ja
4) 6) 7) 8)
knippert
1Hz
Geen cv-bedrijf en geen
warm tapwater.
e
[9/u/\|
e
[2/3/3|
e
Storing:
De UBA 3 of de KIM is defect.
ja
4) 6) 7) 8)
knippert
1Hz
Geen cv-bedrijf en geen
warm tapwater.
e
[a/0/1|
e
[8/0/0|
e
Storing:
De contacten van de buitenvoeler zijn kortgesloten of onderbroken.
nee uit
Minimale buitentemperatuur
wordt aangenomen.
e
[a/0/1|
e
[8/0/9|
e
Storing:
De contacten van de warmwatervoeler zijn kortgesloten of onder-
broken.
nee uit
Er wordt geen warm
tapwater opgewarmd.
e
[a/0/1|
e
[8/1/0|
e
Storing:
Tapwater wordt niet warm terwijl er 4 uur lang warmwatervraag is
geweest.
nee uit
Toestel blijft op warmwater
draaien.
e
[a/0/1|
e
[8/1/1|
e
Storing:
Thermische desinfectie is mislukt.
nee uit
Desinfectietemperatuur is
niet gehaald.
e
[a/0/1|
e
[8/1/6|
e
Storing:
Er is geen communicatie met de UBA.
nee uit
Toestel ontvangt geen
warmtevraag.
e
[a/0/1|
e
[8/2/8|
e
Storing:
Waterdruksensor geeft storing.
nee uit
Geen cv-bedrijf en geen
warm tapwater.
e
[c/a/\|
e
[2/8/6|
e
Storing:
De retoursensor heeft een cv-retourtemperatuur gemeten die
hoger is dan 105 °C.
ja
4) 6) 7) 8)
knippert
1Hz
Geen cv-bedrijf en geen
warm tapwater.
e
[c/0/\|
e
[2/8/8|
e
Storing:
De contacten van de druksensor zijn onderbroken of kortgesloten.
ja
4) 6) 7) 8)
knippert
1Hz
Geen cv-bedrijf en geen
warm tapwater.
e
[c/0/\|
e
[2/8/9|
e
Storing:
De contacten van de druksensor zijn kortgesloten.
ja
4) 6) 7) 8)
knippert
1Hz
Geen cv-bedrijf en geen
warm tapwater.
e
[c/u/\|
e
[2/4/0|
e
Storing:
De contacten van de retoursensor zijn kortgesloten.
ja
4) 6) 7) 8)
knippert
1Hz
Geen cv-bedrijf en geen
warm tapwater.
e
[c/y/\|
e
[2/4/1|
e
Storing:
De contacten van de retoursensor zijn onderbroken.
ja
4) 6) 7) 8)
knippert
1Hz
Geen cv-bedrijf en geen
warm tapwater.
e
[e/l/\|
e
[2/9/0|
e
Storing:
De UBA 3 of de KIM is defect.
nee
5) 7)
uit
Geen cv-bedrijf en geen
warm tapwater.
e
[e/\/\|
9)
e
[2/4/2|
t/m
[2/8/7|
e
Storing:
De UBA 3 of de KIM is defect.
ja
4) 6) 7) 8)
knippert
1Hz
Geen cv-bedrijf en geen
warm tapwater.
Displaycodes
Displaycode
LED op
UBA 3
Overige symptomen
z
Hoofd
display-
code
z
Sub
display-
code
z
Betekenis van de displaycodes
Reset
nodig?
Tabel 7 Displaycodes
1) alleen zichtbaar op de Nefit Service Tool of een bepaalde Nefit ModuLine regeling.
2) of willekeurige weergave met een vaste punt rechtsonder.
3) of willekeurige weergave met een knipperende punt rechtsonder.
4) de oorzaak van de fout moet van tevoren opgeheven worden.
5) deze storingscode kan zich na afloop van een bepaalde tijd (zonder reset) weer opheffen. Cv- en tapwaterbedrijf is weer mogelijk.
6) de displaywaardes, b.v. de druk van de cv-installatie, worden ook knipperend weergegeven.
7) indien er gelijktijdig sprake is van meerdere storingen, dan worden de bijbehorende displaycodes achterelkaar weergegeven.
Als één van de displaycodes een knipperende displaycode is, worden ook de andere displaycodes knipperend weergegeven.
8) bij deze ketelstoring wordt de circulatiepomp gestart en blijft continu draaien, om de kans op bevriezing van de installatie tot een minimum te beperken.
9)
[e/\/\| + willekeurig cijfer of letter
Diagnose 7
Wijzigingen op grond van technische verbeteringen voorbehouden! Nefit B.V. • http://www.nefitdealer.nl
Installatie-instructie Nefit EcomLine HR Elite • uitgave 03/2005 69
[h/\/7|
Bedrijfsfase:
De waterdruk in de cv-installatie is te laag (lager dan 0,8 bar).
nee uit
Eventueel geen cv-bedrijf en
geen warm tapwater.
e
[h/\/7|
e
Bedrijfsfase:
De waterdruk in de cv-installatie is te laag (lager dan 0,8 bar).
nee uit
Eventueel geen cv-bedrijf en
geen warm tapwater.
[p/?/?|
Bedrijfsfase:
De waterdruk in de cv-installatie is te hoog (hoger dan 4 bar).
nee uit
[\/r/e|
Storing:
Reset wordt uitgevoerd. Deze code verschijnt na het drukken van
de “Reset“ -toets 5 seconden lang op het display.
uit
Displaycodes
Displaycode
LED op
UBA 3
Overige symptomen
z
Hoofd
display-
code
z
Sub
display-
code
z
Betekenis van de displaycodes
Reset
nodig?
Tabel 7 Displaycodes
1) alleen zichtbaar op de Nefit Service Tool of een bepaalde Nefit ModuLine regeling.
2) of willekeurige weergave met een vaste punt rechtsonder.
3) of willekeurige weergave met een knipperende punt rechtsonder.
4) de oorzaak van de fout moet van tevoren opgeheven worden.
5) deze storingscode kan zich na afloop van een bepaalde tijd (zonder reset) weer opheffen. Cv- en tapwaterbedrijf is weer mogelijk.
6) de displaywaardes, b.v. de druk van de cv-installatie, worden ook knipperend weergegeven.
7) indien er gelijktijdig sprake is van meerdere storingen, dan worden de bijbehorende displaycodes achterelkaar weergegeven.
Als één van de displaycodes een knipperende displaycode is, worden ook de andere displaycodes knipperend weergegeven.
8) bij deze ketelstoring wordt de circulatiepomp gestart en blijft continu draaien, om de kans op bevriezing van de installatie tot een minimum te beperken.
9)
[e/\/\| + willekeurig cijfer of letter
Specificaties8
Nefit B.V. • http://www.nefitdealer.nl Wijzigingen op grond van technische verbeteringen voorbehouden!
70 Installatie-instructie Nefit EcomLine HR Elite • uitgave 03/2005
8 Specificaties
8.1 Specificaties
Nefit EcomLine Elite Eenheid HRC 24 /CW4 HRC 30 /CW5
Algemeen
Vermogen tap (combi)(40/30 °C) kW 6.0 - 30.0 7.7 - 38.5
Nominale belasting (o.w.) cv kW 5.6 - 22.4 7.2 - 28.0
Nominale belasting (b.w.) cv kW 6.2 - 24.9 8.0 - 31.1
Nominaal vermogen (75/60 °C) cv kW 5.3 - 21.3 6.8 - 26.6
Nominaal vermogen (40/30 °C) cv kW 6.0 - 24.0 7.7 - 30.0
Rendement (40/30 °C) (o.w.) % 109 108
Rendement (40/30 °C) (b.w.) %98 97
Maximaal gasverbruik (tapwater) m
3
/h 3.4 4.4
Maximaal gasverbruik (cv) m
3
/h 2.75 3.4
NO
x
emissie ppm (mg/kWh) 20 (35) 20 (35)
CO emissie ppm (mg/kWh) 40 (43) 30 (32)
Modulatiegraad cv-bedrijf %25 25
Modulatiegraad warm tapwaterbedrijf %20 20
Aanvoertemperatuur cv °C 90 90
IP-classificatie bij B
23
, B
33
IP 40
IP 40
IP-classificatie bij C
13
, C
33
, C
43
, C
53
IP X4D
IP X4D
Toestelcategorie
I
2L
I
2L
Toestelklasse B
23
, B
33
, C
13
, C
33
, C
43
, C
53
Temperatuurclassificatie T120 T120
Max. inschakeldruk 20 °C na 10 sec.
na 30 sec.
Pa
Pa
206
360
140
280
Max. uitschakeldruk 60/80 °C Pa 675 610
Opgenomen elektrisch vermogen
stand-by / deellast / vollast / tapboost
W 6 / 83 / 96 / 117 6 / 69 / 133 / 157
Water inhoud cv-zijdig (inhoud warmtewisselaar): l 2,5 3,8
Geluidsniveau dB 36 33
Maatvoering en gewicht
Hoogte mm 1300 1300
Breedte mm 560 560
Diepte mm 475 475
Gewicht keteldeel exclusief mantel kg 42.6 48.2
Gewicht boilerdeel exclusief mantel kg 31.8 31.8
Gewicht totaal inclusief mantel kg 90.2 95.8
Aansluitingen
Verbrandingsluchttoevoer / rookgasafvoer parallel Ø mm 80 / 80 80 / 80
Verbrandingsluchttoevoer / rookgasafvoer concentrisch Ø mm 80 / 125 80 / 125
Cv-aanvoer- / retourleiding Ø mm 28 knel 28 knel
Koud water / warm water Ø mm 15 knel 15 knel
Gas (toestel) Ø inch (bi) ½ ½
Condensafvoer Ø mm 32 32
Tabel 8 Specificaties algemeen
Specificaties 8
Wijzigingen op grond van technische verbeteringen voorbehouden! Nefit B.V. • http://www.nefitdealer.nl
Installatie-instructie Nefit EcomLine HR Elite • uitgave 03/2005 71
1) Maximale lengte van ongeïsoleerde warmwaterleidingen tussen het toestel en het keukentappunt waarbij binnen 30 seconden een blijvende temperatuurverhoging
van tenminste 35 K is bereikt. Hierbij wordt uitgegaan van een leidingdiameter van 10/12 mm.
8.2 Weerstandsgrafieken boilersensor en buitenvoeler
Afb. 111 Weerstandsgrafieken boilersensor en buitenvoeler
Warm water
spec. leidinglengte
1)
m 27 l/min 28 l/min
tapwaterzijdig drukverlies kPA 20.7 bij 8 ltr. 42.3 bij 10 ltr.
Warm tapwaterdebiet bij T = 50 K liters 8 10
Warm tapwaterdebiet bij T = 30 K liters 13 17
warmtapwatertemperatuur °C 60 60
Maximale aansluitdruk sanitair water bar max. 8 max. 8
Keurmerken
Gaskeur HR - Hoog Rendement 107 107
Gaskeur HR ww ja ja
Gaskeur CW Comfort Warm water 4 5
Gaskeur SV Schonere Verbranding ja ja
Gaskeur NZ Naverwarming Zonneboilers ja ja
Jaargebruiksrendement % >80 >80
Instelgegevens
Gas-/luchtverhouding Pa -5 -5
Nadraaitijd pomp min. / uur Standaard instelling 5 min. Standaard instelling 5 min.
Componenten
Inlaatcombinatie met keerklep, stopkraan en overstort bar 8 8
Volume boiler l 25 25
Resterende opvoerdruk ventilator Pa 60 63
Gasinspuiter Ø mm 5.05 6.0
Pomptype Grundfos
UPER 25-60 2waypwm
Grundfos
UPER 25-70 2waypwm
Overstort (geïntegreerd in toestel) bar 3 3
Nefit EcomLine Elite Eenheid HRC 24 /CW4 HRC 30 /CW5
Tabel 8 Specificaties algemeen
C)
R ()
40
50
60
70
80
90
0
0
10
20
30
100005000 15000
C)
R ()
0
5
10
15
20
25
-20
-15
-10
-5
5000020000 80000400003000010000 60000 70000
Weerstandsgrafiek van de boilersensor (NTC) en de buitenvoeler (NTC)
Boilersensor
Buitenvoeler
Specificaties8
Nefit B.V. • http://www.nefitdealer.nl Wijzigingen op grond van technische verbeteringen voorbehouden!
72 Installatie-instructie Nefit EcomLine HR Elite • uitgave 03/2005
8.3 Afmetingen
Afb. 112 Afmetingen
GAS AW VK
RKEKAKO
AA LA
AA/ LA
parallel
Concentrisch
VK = Aanvoer 28 mm knel GAS = Gas G½”
RK = Retour 28 mm knel LA = Luchttoevoer Ø 80 mm mofeind
AW = Warm water 15 mm knel AA = Rookgasafvoer Ø 80 mm mofeind
EK = Koud water 15 mm knel AKO = Condensafvoer G¾" / Ø 32 mm
72

Hulp nodig? Stel uw vraag in het forum

Spelregels

Misbruik melden

Gebruikershandleiding.com neemt misbruik van zijn services uitermate serieus. U kunt hieronder aangeven waarom deze vraag ongepast is. Wij controleren de vraag en zonodig wordt deze verwijderd.

Product:

Bijvoorbeeld antisemitische inhoud, racistische inhoud, of materiaal dat gewelddadige fysieke handelingen tot gevolg kan hebben.

Bijvoorbeeld een creditcardnummer, een persoonlijk identificatienummer, of een geheim adres. E-mailadressen en volledige namen worden niet als privégegevens beschouwd.

Spelregels forum

Om tot zinvolle vragen te komen hanteren wij de volgende spelregels:

Belangrijk! Als er een antwoord wordt gegeven op uw vraag, dan is het voor de gever van het antwoord nuttig om te weten als u er wel (of niet) mee geholpen bent! Wij vragen u dus ook te reageren op een antwoord.

Belangrijk! Antwoorden worden ook per e-mail naar abonnees gestuurd. Laat uw emailadres achter op deze site, zodat u op de hoogte blijft. U krijgt dan ook andere vragen en antwoorden te zien.

Abonneren

Abonneer u voor het ontvangen van emails voor uw Nefit EcomLine Elite HRC bij:


U ontvangt een email met instructies om u voor één of beide opties in te schrijven.


Ontvang uw handleiding per email

Vul uw emailadres in en ontvang de handleiding van Nefit EcomLine Elite HRC in de taal/talen: Nederlands als bijlage per email.

De handleiding is 6,61 mb groot.

 

U ontvangt de handleiding per email binnen enkele minuten. Als u geen email heeft ontvangen, dan heeft u waarschijnlijk een verkeerd emailadres ingevuld of is uw mailbox te vol. Daarnaast kan het zijn dat uw internetprovider een maximum heeft aan de grootte per email. Omdat hier een handleiding wordt meegestuurd, kan het voorkomen dat de email groter is dan toegestaan bij uw provider.

Stel vragen via chat aan uw handleiding

Stel uw vraag over deze PDF

Uw handleiding is per email verstuurd. Controleer uw email

Als u niet binnen een kwartier uw email met handleiding ontvangen heeft, kan het zijn dat u een verkeerd emailadres heeft ingevuld of dat uw emailprovider een maximum grootte per email heeft ingesteld die kleiner is dan de grootte van de handleiding.

Er is een email naar u verstuurd om uw inschrijving definitief te maken.

Controleer uw email en volg de aanwijzingen op om uw inschrijving definitief te maken

U heeft geen emailadres opgegeven

Als u de handleiding per email wilt ontvangen, vul dan een geldig emailadres in.

Uw vraag is op deze pagina toegevoegd

Wilt u een email ontvangen bij een antwoord en/of nieuwe vragen? Vul dan hier uw emailadres in.



Info