Apparaat bedienen nl
33
Sensorinstelling
Bij de automatische programma's wordt
het programmaverloop geoptimaliseerd
door middel van sensoren. Het
sensorsysteem past de
programmasterkte van automatische
programma's aan aan de
vuilhoeveelheid en het soort vuil. U kunt
de gevoeligheid van de sensoren
instellen op 3 standen.
Standaard: Deze instelling is optimaal
voor gemengde belading en grote
vuilhoeveelheden, maar is tegelijkertijd
energie- en waterbesparend.
Gevoelig: Deze instelling past de
programmasterkte al bij kleine
vuilhoeveelheden aan, voor een
effectieve verwijdering van
voedselresten. Het energie- en
waterverbruik wordt
dienovereenkomstig aangepast.
Zeer gevoelig: Bij deze instelling wordt
de programmasterkte aangepast aan
zwaardere gebruiksomstandigheden,
bijvoorbeeld sterk opgedroogde
voedselresten. Deze instelling wordt ook
aanbevolen bij gebruik van bioreinigers
of ecoreinigers met kleinere
hoeveelheden werkzame stoffen. Het
energie- en waterverbruik wordt
dienovereenkomstig aangepast.
Extra drogen
Tijdens het glansspoelen wordt de
temperatuur verhoogd waardoor het
droogresultaat wordt verbeterd. De
looptijd kan hierdoor iets verlengd
worden. (Wees voorzichtig met gevoelig
serviesgoed!) U kunt de functie Extra
droog in- of uitschakelen.
Ecoprognose
Bij geactiveerde ecoprognose verschijnt
in het indicatievenster boven @ korte
tijd het gemiddelde water- en
energieverbruik van het gekozen
programma.
AutoPowerOff
(Automatisch uitschakelen na
afloop van het programma)
Auto Power Off
Om energie te besparen wordt de
afwasautomaat 1 minuut na afloop van
het programma uitgeschakeld. U kunt
de instelling wijzigen.
Mogelijke instellingen zijn:
■ uit: Het apparaat gaat niet
automatisch uit.
■ Na 1 minuut: Het apparaat schakelt
na 1 minuut uit.
■ Na 2 uur: Het apparaat schakelt na
2 uren uit.