De specificaties van dit product, inclusief accessoires,
kunnen ter verbetering zonder voorafgaande
kennisgeving geheel of gedeeltelijk worden gewijzigd.
iii
Voordat u begint
Verklaring symbolen in handleiding
Voor de instructies in deze gebruikershandleiding wordt, met uitzondering van speciale gevallen, gebruik gemaakt van de sneltoetsmethode.
De volgende symbolen worden in de hele gebruikershandleiding gebruikt om uw aandacht te trekken:
/Dit soort paragrafen verwijzen naar de pagina(’s) waar u meer informatie over het onderwerp in kwestie kunt vinden.
2Dit soort paragrafen bevatten nuttige informatie.
,Dit soort paragrafen bevatten belangrijke informatie.
☛Dit soort beschrijvingen bevatten procedures om uw telefoon te bedienen.
Menu selecteren met sneltoetsen
Een alternatieve methode om opties te selecteren gaat via sneltoetsen. Hiermee gaat u direct naar een menu of functie zonder een icoon te hoeven
markeren en dan door de tussenliggende menuopties te bladeren. Deze manier van selecteren gebeurt door te drukken op de cijfertoetsen die betrekking
hebben op de weergegeven menuopties.
2Voor de instructies in deze gebruikershandleiding wordt, met uitzondering van speciale gevallen, gebruik gemaakt van de sneltoetsmethode.
De titels lezen
Sommige titels in deze handleiding bevatten informatie over hoe u toegang kunt krijgen tot de functies. In deze titels staat M voor , terwijl de cijfers
verwijzen naar de sneltoetsen van het menu (zie “Overzicht menufuncties” op pagina ix voor meer informatie) en … (drie punten) geven aan dat er meer
handelingen worden beschreven in de paragraaf.
De procedures lezen
“Markeren” betekent dat u de navigatietoets (▲▼)moet gebruiken om te bewegen door het gebied met een andere kleur.
“Selecteren” betekent dat u een item moet markeren en dan moet drukken op
.
De procedures zijn omschreven zonder de werkwoordsvorm “druk op”, met uitzondering van enkele speciale gevallen.
Bijvoorbeeld 12 betekent:
☛ Begin in het standby-scherm ➔ Druk op om het hoofdmenu weer te geven
☛ Druk op 1 om het telefoonscherm weer te geven ➔ Druk op 2 om het scherm met telefoonprofielen weer te geven
Eenvoudige procedures worden weergegeven met een pijl (➔).
Keuzevakjes / Keuzerondjes
Met een keuzevakje kunt u een bepaalde optie uit een serie opties aan- of uitzetten en u kunt meerdere keuzevakjes tegelijkertijd selecteren. Als u
daarentegen een keuzerondje selecteert, dan annuleert u daarmee automatisch de vorige selectie. U kunt dus slechts één keuzerondje tegelijkertijd
selecteren.
U selecteert of annuleert een keuzevakje / keuzerondje door dit te markeren en te drukken op .
▼
▼
iv
Informatie op het display
,De LCD’s (Liquid Crystal Displays) op de telefoon zijn gefabriceerd met behulp van zeer precieze technologie. Toch kunnen er op de LCD
pixels (puntjes) zijn die niet oplichten of juist permanent oplichten. Dit is normaal en betekent niet dat er iets mis is met uw display.
Statusbalk
Dit veld bevat iconen die informatie
weergeven, zoals de batterijlading,
nieuwe SMS/MMS-berichten,
signaalsterkte, etc. (zie pagina vii).
Op andere schermen dan het
standby-scherm is in dit veld de klok
weergegeven.
Softkey-veld
Dit veld bevat contextgevoelige beschrijvingen
van de softkeyfuncties die van toepassing zijn
op het huidige scherm.
Sneltoetsnummer
Druk op het bijbehorende nummer om
rechtstreeks naar een volgend menu
te gaan. De kleur van de rij verandert
wanneer deze is geselecteerd (bv. om
een functie aan of uit te zetten).
Helpiconen
Deze iconen worden weergegeven
wanneer u de toets kunt gebruiken die
wordt weergegeven (zie pagina vii).
Volgende menu-
icoon
Dit icoon wordt weergegeven wanneer
u kunt drukken op de toets of op het
sneltoetsnummer om het volgende
menu weer te geven.
▼
Pagina
schuifbalk
Deze balk is
weergegeven
wanneer u op de
toets ▼ kunt
drukken om naar
de volgende
pagina te gaan.
Sneltoets
menunummer
Het huidige
menunummer is
weergegeven.
M
enut
i
te
l
Bureaublad-
iconenveld
Dit veld bevat de
bureaubladiconen die
automatisch worden
weergegeven of
handmatig zijn gecreëerd.
Het zijn sneltoetsen voor
bepaalde items/functies.
Helpveld
Dit veld bevat
helpinformatie die van
toepassing is op het
huidige scherm
(bv. welke toetsen nog
moeten worden ingedrukt
na het opstellen van een
bericht).
v
Onderdelen en functies
Hoofdscherm
Verzendtoets ( )
Softkey2(SK2)
Telefoonboektoets ( )
Aan/uit toets ( )
Alfanumerieke toetsen
Microfoon
IR-poort
2e LCD
LED & lamp
Camera
Batterijklepje
Microfoon
Wistoets (CLR)/
Softkey1(SK1)
Menutoets ( )
Klepje
Navigatietoets
(
▲▼
)
Selectietoets
( )
Klepje laderaansluiting
Interne antenne
Zijtoets
Zijtoets
Gaatje
voor riem
Luid
oortelefoon
voor batterij
▲
▲
omlaag
omhoog
spreker
Terugtoets
vi
Snelkeuze met cijfertoetsen
De volgende bewerkingen zijn beschikbaar vanuit het standby-scherm.
Toets
Bewerkingen waarbij u toetsen
moet indrukken
Zie
pagina
Bewerkingen waarbij u toetsen moet indrukken
en vasthouden
Zie
pagina
Toegang tot het hoofdmenuixHet instellen/annuleren van de zijtoets vergrendeling20
SK1Toegang tot het e-mailscherm41Toegang tot het scherm Postvak In42
SK2Toegang tot het i-mode menuscherm37Toegang tot het scherm Java™ applicaties64
Toegang tot het telefoonboekscherm46 Toegang tot het scherm ’Berichten’26
▲Toegang tot het telefoonprofielscherm21
De telefoon instellen in het profiel vergaderen/Terugkeren naar het
vorige profiel
21
▼Toegang tot het menuscherm mijn gegevens60Toegang tot spraakherkenning7
Toegang tot de lijst ontvangen gesprekken10Toegang tot de lijst ontvangen gesprekken10
Toegang tot de lijst gemiste gesprekken10Toegang tot de lijst gemiste gesprekken10
Toegang tot de lijst gekozen nummers10Toegang tot de lijst gekozen nummers10
Een bureaubladicoon markeren18Toegang tot de homepage (wanneer Homepage instellen actief is)40
Beëindigen van een gesprek of terugkeren naar het standby-scherm–De telefoon uitschakelen4
CLREen karakter wissen of terugkeren naar het vorige scherm–
Wist alle automatisch weergegeven bureaublad iconen18
Met sneltoets bellen naar het bijbehorende nummer in het
telefoonboek (SIM).
7
0Telefoonnummers invoeren5De + invoeren als u een internationaal gesprek wilt voeren13
#Invoeren van een #7Een pauze invoeren–
Invoeren van
7Wisselen tussen ALS lijn 1/2 (als de SIM-kaart ALS ondersteunt)20
Zijtoets
omhoog
Toegang tot het scherm om het volume aan te passen indien uw
telefoon open is
(Gebruik e ▲▼, zijtoetsen of de toetsen 0 t/m 9 om het volume in
te stellen.)
20
Toegang tot de beeldzoeker van de camera55
De beltoondemping activeren wanneer u een gesprek ontvangt 20
Zijtoets
omlaag
Toegang tot het scherm om het volume aan te passen indien uw
telefoon open is
(Gebruik e ▲▼, zijtoetsen of de toetsen 0 t/m 9 om het volume in
te stellen.)
20
Het lampje aanzetten
(Om de lamp uit te zetten, drukt u op een willekeurige toets of
opent/sluit de telefoon.)
–
De beltoondemping activeren wanneer u een gesprek ontvangt 20
▼
▼
vii
LCD en weergegeven iconen
Hoofdscherm
Geeft het batterijniveau aan.
(rood, groen, blauw)
Geeft de laadstatus van de batterij aan (snel, langzaam,
pauze).
Geeft aan dat er één of meerdere nieuwe SMS-jes in uw
telefoon staan.
Geeft aan dat er één of meerdere nieuwe SMS-jes op het
netwerk staan.
Geeft aan dat het SIM-geheugen van uw telefoon vol is.
Geeft aan dat het Postvak In vol is.
(groen)
Geeft aan dat er mail e-mail op de server staant.
(blaw)
Geeft aan dat er een nieuwe MMS in uw telefoon staat.
(roze)
Geeft aan dat er mail en/of MMS op de server staan.
(oranje)
Geeft aan dat er nieuwe e-mail/MMS in uw telefoon staan.
2Deze beige icoon knippert als er e-mail/MMS
wordt gedownload.
Geeft aan dat het geheugen voor e-mail/MMS vol is.
(rood, groen/rood, groen)
Geeft aan dat er nieuwe voicemail-berichten op het netwerk
staan (Geen ALS/ALS Lijn 1/2).
Geeft aan dat er beveiligde communicatie is op de SSL.
Geeft aan dat GPRS actief is voor andere doeleinden dan i-
mode verbindingen.
(grijs)
Geeft aan dat de telefoon in het dienstgebied van het GSM
(Global System for Mobile communication) netwerkgebied is
en dat GPRS actief is.
(geel)
Geeft aan dat GPRS beschikbaar is en i-mode actief is.
Geeft aan dat de i-mode verbinding wordt uitgevoerd.
Geeft aan dat de i-mode is geblokkeerd.
2Er verschijnt geen icoon wanneer de telefoon
buiten de GSM-dienstenzone is of wanneer
de telefoon binnen de GSM-dienstenzone is
en de GPRS is niet verbonden.
Geeft de lijnstatus aan (ALS lijn 1/2 geen ALS). De icoon
met weergegeven in rood geeft aan dat de ALS lijn
1 of 2 niet is gecodeerd/geen ALS.
Geeft het ontvangstniveau van het signaal aan.
Verschijnt wanneer u zich buiten het dienstengebied
bevindt.
Netwerknaam (in oranje weergegeven wanneer u de
roaming service gebruikt)
Bureaubladiconen
Zie “Bureaubladiconen” op pagina 18 voor meer informatie.
Geeft aan dat gesprek doorschakelen is ingesteld.
Geeft het vergaderprofiel, jaszakprofiel, autoprofiel aan.
2Er verschijnt geen icoon wanneer de telefoon
in het profiel Normaal staat.
Geeft aan
of: het alarm aanstaat, het geluid uitstaat, de
trilfunctie aanstaat, het geluid uit- en de trilfunctie aanstaat.
Geeft aan dat het IR-modem is ingeschakeld, of dat de
Java™ applicatie niet automatisch is opgestart.
Datum
Dag van de week
Wereldklok
Lokale tijd
Geeft aan dat u het optiemenu kunt gebruiken door te
drukken op .
Geeft aan dat u de telefoonboeklijst kunt gebruiken door te
drukken op .
Geeft de toetsen die u in de Java™ applicatie kunt
gebruiken in zwart weer.
1
3
6
4
7
8
9
11
12
13
14
15
16
17
10
2
5
1
2
3
4
6
7
8
9
10
11
12
13
14
15
16
17
viii
Geeft aan dat de helptekst beschikbaar is wanneer u de SIM-
toolkit gebruikt
Geeft aan dat er een JavaTM applicatie actief is.
<Wanneer de beeldzoeker van de camera/video
in bedrijf is>
Geeft de modus single/multi-shot aan (camera).
Geeft aan dat de videocamera aanstaat en/of opneemt.
Geeft aan of de zelfontspanner aanstaat.
Geeft de beeldkwaliteit aan (superfijn, fijn, normaal, economy
of super economy).
Geeft de beeldkwaliteit van de video aan.
Geeft de schermgrootte van de foto/video aan.
Geeft de opname-omgeving aan.
Geeft de hederheidsinstelling aan. De instelling “+2” is het
helderst.
Geeft het zoomniveau aan.
<Wanneer de camera in bedrijf is>
Geeft aan dat de video aanstaat, afspeelt, op pauze staat,
snel vooruit of achteruitspoelt.
Geeft aan de track-informatie van de video weer (het video-
en/of audiobestand).
Geeft aan dat de video wordt afgespeeld in normaal of
vergroot weergaveformaat.
Geeft het huidige volumeniveau aan. De 0 staat voor mute en
9 is het maximum.
2e LCD
Geeft het batterijniveau aan.
(rood, groen, blauw)
Geeft de laadstatus van de batterij aan (snel, langzaam,
pauze).
Geeft aan dat er een nieuwe SMS in uw telefoon staat.
Geeft aan dat er een nieuwe SMS op het netwerk staat.
Geeft aan dat het SIM-geheugen vol is.
Geeft aan dat het Postvak In van uw telefoon vol is.
(groen)
Geeft aan dat er e-mail op de server staat.
(blaw)
Geeft aan dat er een MMS op de server staat.
(roze)
Geeft aan dat er mail en/of MMS op de server staan.
(oranje)
Geeft aan dat er nieuwe e-mail/MMS in uw telefoon staan.
Geeft aan dat het geheugen voor e-mail/MMS vol is.
(rood, groen/rood, groen)
Geeft aan dat er een nieuw voicemail-bericht op het netwerk
staat (Geen ALS/ALS Lijn 1/2).
Verschijnt wanneer het alarm is ingesteld.
Verschijnt wanneer de trilfunctie is ingesteld.
Geeft aan dat de telefoon in het profiel 'Vergadering',
'Jaszak' of 'Auto'staat.
2Er verschijnt geen icoon wanneer de telefoon in
het profiel Normaal staat.
Geeft het ontvangstniveau van het signaal aan.
Verschijnt wanneer u zich buiten het dienstengebied bevindt.
<Wanneer de 2e LCD wordt gebruikt als beeldzoeker
van de camera>
2De linker afbeelding wordt weergegeven
indien de telefoon is dichtgeklapt en de rechter
afbeelding indien de telefoon is opengeklapt.
Geeft aan dat de camera in de modus Single/Multi-Shot
staat.
(blauw)
Geeft de videomodus aan.
(rood)
Geeft aan dat de video opneemt.
Geeft aan of de zelfontspanner aan staat.
Geeft de schermgrootte van de foto/video aan.
Geeft het batterijniveau aan.
2
3
4
5
6
7
8
2
4
7
8
1
2
3
6
4
5
7
8
1
2
3
4
5
6
7
8
9
10
11
12
9
10
11
12
ix
Overzicht menufuncties
ToetsHoofdmenuMenu tweede niveau
3i-modei-mode
Instellingen
4TelefoonboekLijsten
Informatienummer
Gespreksopties
5CameraCamera
Videorecorder
6Mijn gegevensVideo’s
Geluiden
Foto’s
Muziek
ToetsHoofdmenuMenu tweede niveau
1 InstellingenTelefoon
Telefoonprofielen
Hoofdscherm
2e LCD
Spaarstand
Gesprekken
Beveiliging
Netwerk
Instellingen resetten
2BerichtenPostvak in
Concepten
Postvak uit
Verzonden
Map 1
Map 2
CB
ToetsHoofdmenuMenu tweede niveau
7Java™Programma’s
Verlichting programma’s
8AccessoiresMuziekspeler
Calculator
Alarm
Agenda
Takenlijst
Kladblok
Voicememo
Valuta
Infrarood
9SIM-toolkit
➡
➡
➡
➡
Standby-scherm
Hoofdmenuscherm
CLR
of
Softkey 2
In het hoofdmenu staat een serie iconen waarmee opties voor het hoofdinstellingsniveau toegankelijk zijn
(zie voorbeelden rechts). Deze opties kunnen worden geselecteerd door ofwel een combinatie van de
navigatietoets (▲ ▼
en (menuselectie), ofwel door middel van de cijfertoetsen (selectie met
behulp van sneltoetsen).
2De titel van de geselecteerde optie wordt weergegeven in het helpveld.
2De icoon van Libertel wordt alleen weergegeven als uw SIM-kaart deze functie
ondersteunt.
2Druk vanuit het scherm ‘Hoofdmenu’ op 0 om uw eigen nummer weer te geven.
▼
▼
Aan de slag1
Basisgesprekken & gebruik telefoon5
Tekstinvoer14
Infrarood gegevensuitwisseling16
Bureaubladiconen18
Instellingen (M1)20
Bericht (M2)26
i-mode (M3)32
Telefoonboek (M4)46
Camera (M5)55
Mijn gegevens (M6)60
Java™ (M7)64
Accessoires (M8)66
Index75
1
Aan de slag
De telefoon gereedmaken
Voordat u de telefoon kunt gebruiken, moet u eerst een geldige kaart met de Subscriber Identity Module (SIM) plaatsen en de batterij laden.
SIM-kaart
Voordat u uw mobiele telefoon kunt gebruiken, moet u zich eerst aanmelden bij één van de serviceproviders voor mobiele netwerken. Naast gegevens over uw
aanmelding ontvangt u ook een persoonlijke SIM-kaart (Subscriber Identity Module) die u in uw telefoon moet plaatsen.
Als de SIM-kaart is verwijderd, dan wordt de telefoon onbruikbaar totdat er weer een geldige SIM-kaart is aangebracht. Het is mogelijk om uw SIM-kaart in een
andere, compatibele telefoon te plaatsen en uw netwerkabonnement te behouden. Op het scherm op uw telefoon verschijnt een foutmelding als er geen SIM-kaart
is aangebracht.
,Als de telefoon of SIM-kaart kwijt of gestolen is, dan moet u onmiddellijk contact opnemen met uw serviceprovider om het gebruik ervan te
blokkeren.
2De telefoon ondersteunt een aantal talen en de symbolen op het toetsenblok zijn gekozen voor wereldwijd gebruik.
2De digitale technologie van uw telefoon helpt om te garanderen dat uw gesprekken vertrouwelijk blijven.
2De SIM-kaart bevat persoonlijke gegevens, zoals uw elektronische telefoonboek, berichten (zie “Bericht (M2)” op pagina26) en ook nadere gegevens over de
netwerkdiensten waarop u bent geabonneerd. De telefoon werkt niet (met uitzondering van noodoproepen bij sommige netwerken) tenzij er een geldige SIM-
kaart is aangebracht.
,Zet de telefoon eerst uit voordat u de SIM-kaart plaatst of verwijdert, want anders kan de SIM-kaart beschadigd raken.
Een SIM-kaart plaatsen
,Zorg ervoor dat de telefoon uitstaat voordat u de batterij verwijdert.
☛ Druk op de markeringstekens op de achterzijde van de telefoon, zoals aangegeven door de pijlen ➀en schuif met uw vingertopjes het klepje ongeveer
3 mm in de richting van de pijlen ➁. Nu is het klepje los en kunt u het verwijderen in de richting van pijl ➂.
☛ Steek uw nagel onder het nokje in het midden van de batterij en til de batterij omhoog in de richting van pijl ➃. Neem vervolgens de batterij uit de telefoon
in de richting van pijl ➄.
☛ Schuif de SIM-kaart vorozichtig met het metaalgedeelte naar beneden in de richting van pijl ➅. Schuif de SIM-kaart in de telefoon totdat het niet verder gaat.
☛ Breng de merktekens op de batterij in lijn met de merktekens op de telefoon. Schuif de kaart in de telefoon in de richting van de pijl ➇ en zorg
ervoor dat de lipjes op de batterij correct in de gaatjes van de telefoon passen. Druk de batterij dan naar beneden in de richting van de pijl ➈ totdat hij
vastklikt in de telefoon.
☛ Zorg ervoor dat de batterij correct in de telefoon is geplaatst en schuif dan gleuven van het klepje op de telefoon naar voren totdat er een spleetje overblijft
van ongeveer 3 mm. Als u zeker weet dat er geen spleetje is tussen het klepje en de telefoon, schuif het klepje dan in de richting van de pijlen ➉ totdat u
een klik hoort.
2
.
,Als de SIM-kaart niet goed is geplaatst en de batterij wordt weer aangebracht, dan kan dit leiden tot beschadiging van de SIM-kaart.
/Als de SIM-kaart al is aangebracht, zie “Beginnen” op pagina 4.
Een SIM-kaart verwijderen
☛ Als de batterij is verwijderd, duw dan voorzichtig de rechte, smalle kant van de SIM-kaart met uw duim
in de richting van pijl ➆➔. Til de SIM-kaart op zodra u deze geheel uit de houder heeft geschoven.
De batterij opladen
Voordat u uw telefoon aanzet, moet u eerst de batterij aanbrengen en de bijgeleverde NEC-batterijlader (AC-
adapter) aansluiten op het stopcontact.
☛ Trek het klepje van de laderaansluiting voorzichtig open.
,Wees voorzichtig met het klepje van de laderaansluiting. Trek er niet te hard aan.
☛ Steek de stekker van de lader (AC-adapter) in de aansluiting aan de onderkant van de telefoon. Als
uw telefoon aanstaat en het laden begint, dan wordt de icoon ’batterij laden’ weergegeven.. De LED
licht tijdens het laden rood op. Wanneer de batterij is opgeladen, gaat de LED uit.
2We raden u aan om de telefoon tijdens het laden uit te zetten. Als u gesprekken wilt kunnen ontvangen,
dan kunt u uw telefoon wel op standby laten staan tijdens het laden, maar de totale laadtijd neemt dan
wel toe.
De kleur op het display toont de laadstatus van de batterij.
(rood) Snel laden (groen) Langzaam laden terwijl de telefoon in gebruik is (blauw) Het laden van de batterij is gestopt door oververhitting
,Het gebruik van welke batterij of AC-adapter, sigarettenaansteker in de auto (optie), dan ook, die niet door NEC is opgegeven voor gebruik met deze
telefoon kan gevaarlijk zijn en kan elke garantie of goedkeuring die aan de mobiele telefoon is gegeven ongeldig maken. Laat de stekker van de
lader niet in het stopcontact steken wanneer de lader niet in gebruik is.
,Probeer de batterij niet te laden als de omgevingstemperatuur lager is dan 5°C (41°F) of hoger dan 35 °C (95°F).
,SLUIT NOOIT een lader of een andere externe gelijkstroombron aan wanneer de batterij niet in de telefoon is geplaatst.
Achterklepje
Ongeveer 3 mm
Batterij
Nokje
Houder
SIM-kaart
Gaatjes
Lipjes
Ongeveer 3 mm
Controleer of er geen
spleet zit tussen het
achterklepje en de telefoon.
Laderaansluiting
Stekker van lader
Klepje
van laderaansluitin
g
3
2Als de telefoon niet reageert, wacht dan enkele minuten. Het laden begint dan vanzelf.
2Als u de telefoon tijdens het opladen gebruikt, vergeet dan niet dat de kabel of adapter is aangesloten.
2Als u belt of een gesprek ontvangt tijdens het laden, dan kan het laden tijdelijk worden onderbroken.
2Het laden duurt ongeveer drie uur als uw telefoon is uitgeschakeld.
2Zelfs als de telefoon is aangesloten op de lader, dan nog neemt de restcapaciteit van de batterij af wanneer u de telefoon gebruikt voor het opnemen of afspelen
van video's of voor andere handelingen die veel stroom vergen.
,BELANGRIJKE INFORMATIE OVER HET LADEN VAN DE BATTERIJ
Het laden van een zeer lege batterij
De lading van de batterij blijft afnemen nadat de waarschuwing ‘batterij bijna leeg’ is weergegeven. In extreme gevallen waarin de batterij gedurende een
aanzienlijke tijd nadat deze waarschuwing is weergegeven ongeladen blijft, wordt er gebruik gemaakt van een noodlading om de batterij langzaam bij te vullen
tot het veilige niveau waarop ‘snel laden’ kan beginnen. De telefoon kan enkele minuten in de modus noodlading blijven, voordat het snelladen start.
Standby- en gesprekstijd
Uw mobiele telefoon werkt nauw samen met het netwerk dat u gebruikt om de diensten te leveren die u nodig heeft. Hoeveel standby- en gesprekstijd u heeft,
hangt af van hoe u de telefoon gebruikt en welke keuzes zijn gemaakt door de netwerkoperator.
Van invloed op zowel de standby- als de gesprekstijd zijn, naast andere factoren, met name: uw locatie binnen het netwerk en hoe vaak deze locatie wordt
geactualiseerd, het type SIM-kaart, de ontvangst van Cell Broadcast-berichten en het gebruik van Full Rate of Enhanced Full Rate geluidskwaliteit voor de spraak.
Batterij controleren
☛ Controleer de icoon bovenaan het standby-scherm.
De schijfjes op het display geven aan hoe vol uw batterij nog is.
Wanneer de batterijspanning onder het werkniveau is gedaald, dan verschijnt het bericht batterij bijna leeg samen met de lege batterij-icoon op het scherm, gaat
de LED branden en klinkt er een korte toon. De telefoon zal korte tijd later automatisch uitgaan.
2Laad de batterij zoveel mogelijk op, wanneer deze zeer leeg is.
Andere waarschuwingen over de batterij
Er verschijnt een waarschuwing op het display van uw telefoon wanneer de batterijtemperatuur te hoog is of wanneer de lader het juiste niveau heeft overschreden.
Volg de instructie in deze waarschuwingen onmiddellijk op.
4
Het frontje aanbrengen en verwijderen
Beginnen
De telefoon aanzetten
☛ Houd de toets ongeveer een seconde ingedrukt om de telefoon aan te zetten. Nu verschijnt eerst het geselecteerde welkomstscherm (zie pagina 22)
en dan het standby-scherm.
2Het kan zijn dat u de batterij moet opladen voordat u uw telefoon kunt gebruiken.
2Als uw telefoon aan staat, kan de geselecteerde beltoon afgaan.
2Als u de telefoon per ongeluk heeft uitgeschakeld terwijl u een Java™ applicatie aan het downloaden of wissen bent, dan duurt het de volgende keer iets langer
voordat de telefoon aangaat.
De telefoon uitzetten
☛ Houd ingedrukt totdat het uitschakelbericht verschijnt op het display.
PIN-code
De SIM-kaart die is verstrekt door uw serviceprovider is beveiligd met een PIN-code. De PIN (Persoonlijk IdentificatieNummer) is een getal van 4 tot 8 cijfers dat
op de kaart is gezet door uw serviceprovider. Sommige serviceproviders leveren SIM-kaarten die automatisch vragen om een PIN-code wanneer de telefoon wordt
aangezet. Als dit het geval is, gebruik dan de cijfertoetsen op de telefoon om uw code in te voeren. Als u een andere SIM-kaart dan die van uzelf in de telefoon
plaatst, dan kan er informatie, zoals de telefoonlijsten, verloren gaan. (Zie "Beveiliging (M17))" op pagina 24 voor meer informatie.).
Depressions
Depressions
Depressions
Depressions
Het frontje bevestigen
Het frontje verwijderen
Verwijder het frontje door uw vingernagels onder de
vierkante inkepingen te haken en het omhoog te
wippen in de richting van de pijlen. U kunt het frontje
ook via de andere kant van de telefoon verwijderen..
Bevestig het frontje zodanig, dat de gaten van het
2e LCD, de LED en de camera corresponderen.
Zorg ervoor dat het frontje aan weerszijden van
de telefoon in de vierkante inkepingen klikt.
Inkepingen
Inkepingen
Inkepingen
Inkepingen
5
Basisgesprekken & gebruik telefoon
Bellen
U belt op dezelfde manier als u met een normale telefoon zou doen, behalve dat u op moet drukken na het invoeren van het netnummer (STD) en het
telefoonnummer. Om een internationaal gesprek te kunnen voeren, moet u eerst de internationale belcode invoeren (zie pagina 13).
2Gebruik het volledige netnummer voor automatische interlokale gesprekken, zelfs als u in dezelfde stad bent. Als het nummer te lang is om op één regel te
worden weergegeven nadat u op heeft gedrukt, dan wordt het teveel aan cijfers gewist en ‘...’ toegevoegd aan het einde van het nummer.
2Op het hoofdscherm van de telefoon wordt de sterkte weergegeven van het signaal dat uw telefoon met het netwerk verbindt. Een maximale signaalsterkte
wordt weergegeven door 4 gearceerde blokjes en een minimale signaalsterkte door 1 blokje.
Iemand bellen
☛ Toets het telefoonnummer in. Contrleer het nummer op het display ➔ of SK1 om het ingevoerde nummer te bellen
☛ Voordat degene die u belt heeft opgenomen, kunt u het gesprek beëindigen door kort te drukken op of door op SK2 te drukken of door uw telefoon dicht
te klappen. Als u de headset gebruikt, dan kunt u een gesprek ook beëindigen door de knop op de headset ingedrukt te houden.
Wanneer er verbinding is gemaakt, dan ziet u op het display een verbindingsicoon, het gebelde nummer en de bijbehorende naam en/of CLI-afbeelding als deze
in het telefoonboek bij het nummer zijn opgeslagen (zie pagina 47).
Fouten corrigeren
Gebruik de toetsen en om de cursor te verplaatsen en druk op CLR om één cijfer te wissen, of houd CLR even ingedrukt om het hele telefoonnummer te
wissen.
Een gesprek beëindigen
☛ Druk tijdens het gesprek kort op of klap uw telefoon dicht. De telefoon keert terug naar standby.
2Als u langer ingedrukt houdt, dan gaat uw telefoon uit.
2Als u de headset gebruikt, kunt u een gesprek ook beëindigen door de knop op de headset ingedrukt te houden.
2U kunt een gesprek niet beëindigen door uw telefoon dicht te klappen wanneer de headset is aangesloten.
Een inkomend gesprek opnemen
Wanneer iemand uw nummer belt, dan gaat de beltoon van de telefoon over (indien ingesteld - zie pagina 21), licht de LED op in de opgegeven kleur en wordt het
telefoonnummer van de beller weergegeven als nummeridentificatie beschikbaar is en de beller deze functie heeft geactiveerd. Als het telefoonnummer van de
beller samen met een naam en een CLI-afbeelding (zie pagina 52) in uw telefoonboek is opgeslagen, dan worden deze naam en afbeelding weergegeven. Als de
beller zijn identiteit heeft afgeschermd, dan verschijnt op het scherm het bericht dat het inkomende nummer is afgeschermd.
2U kunt een gesprek ook in de wacht zetten of doorschakelen. Deze opties zijn afhankelijk van uw netwerk en uw abonnement.
▼
▼
6
Een inkomend gesprek opnemen
☛ Als u een inkomend gesprek ontvangt, druk dan op of SK1.
2Als u de headset gebruikt, kunt u een inkomend gesprek ook opnemen door de knop op de headset ingedrukt te houden.
Een inkomend gesprek weigeren
☛ Druk als u een inkomend gesprek ontvangt kort op of SK2 of klap uw telefoon dicht.
2Als u de headset gebruikt, kunt u een inkomend gesprek weigeren door de knop op de headset ingedrukt te houden.
2U kunt een gesprek niet weigeren door uw telefoon dicht te klappen wanneer de headset is aangesloten.
Als u op uw mobiele telefoon wordt gebeld en u antwoordt niet, dan verschijnt op het scherm het telefoonnummer of de naam (als deze bij het nummer is
opgeslagen) van de beller (indien beschikbaar). Deze informatie wordt opgeslagen in de lijst met gemiste telefoonnummers. De laatste twintig gemiste gesprekken
worden in deze lijst opgeslagen.
2U kunt uw telefoon zo instellen dat u een gesprek kunt opnemen door op een willekeurige toets te drukken (zie “Opnemen met elke toets” op pagina 20).
2Als u een nummer intoetst dan geeft de telefoon prioriteit aan het ontvangen van een gesprek, tenzij u al op de toets heeft gedrukt.
/Zie ook: “Gesprekken doorschakelen (M161)” op pagina 11 en “Gesprek in de wacht (M162)” op pagina 12.
/Zie ook: “Gespreksopties (M43)” op pagina 9.
Mislukte oproepen
Als er geen verbinding kan worden gemaakt met het gebelde nummer, dan verschijnt er een foutmelding op het display.
Als de automatische herhaalfunctie van uw telefoon aan staat, dan wordt het nummer na een tijdje automatisch opnieuw gebeld (zie pagina 12).
Alarmnummers
U kunt het standaard alarmnummer 112 bellen.
☛ Toets 1 1 2➔ of SK1 in om verbinding te maken met de lokale alarmdienst.
2Met sommige netwerken kunt u het alarmnummer 112 bellen zonder dat er een SIM-kaart in de telefoon is aangebracht.
Laatste nummer herhalen
Om het laatste nummer dat u heeft gebeld opnieuw te bellen, handelt u als volgt:
☛ Zorg ervoor dat het standby-scherm is weergegeven en er geen telefoonnummer op staat ➔ tweemaal om het laatst gebelde nummer te kiezen.
/Zie ook: “Gespreksopties (M43)” op pagina 9.
7
Sneltoetsen
U kunt acht nummers uit het telefoonboek van de SIM-kaart bellen met behulp van de sneltoetsen door een cijfertoets van 2 t/m 9 in te drukken en ingedrukt te
houden.
2Het cijfer van de sneltoets verwijst naar een nummer in het telefoonboek (SIM).
2De sneltoetsen zijn uitsluitend beschikbaar voor de telefoonnummers met locatienummer 2 t/m 9 in het telefoonboek (SIM).
Snelkiezen
U activeert snelkiezen in de ADN-lijst door een nummer tussen 1 en 255 in te voeren (afhankelijk van uw SIM-kaart) en dan te drukken op en .
U kunt snelkiezen ook activeren door het bijbehorende nummer van 1 tot 500 in het telefoonboek (telefoon) in te voeren en dan te drukken op en .
Uw eigen telefoonnummer weergeven (M0/M416)
☛0 of 416
Spraakherkenning
U kunt tien spraakherkenningsopnames opslaan en toewijzen aan een nummer in het geheugen van uw telefoonboek. Zie pagina 52 voor het opslaan van een
spraakherkenningsgeluid. Om de spraakherkenningsfunctie te gebruiken, handelt u als volgt:
☛ Houd ▼ ingedrukt
2Als u de headset gebruikt, dan kunt u de functie spraakherkenning activeren door vanuit het standby-scherm de knop op de headset ingedrukt te houden.
2Zeg binnen vier seconden het woord of de woorden die u heeft opgenomen om een nummer te bellen. Als het woord of de woorden worden herkend,
dan wordt het eerste nummer in de persoonsgegevens die zijn opgeslagen in het telefoonboek van de telefoon automatisch gebeld.
Optiemenu (tijdens een gesprek)
☛ Druk tijdens een gesprek op om het optiemenu weer te geven
Nr.Optiemenu (tijdens een gesprek)
1HoofdmenuGeeft het hoofdmenu weer Zie “Overzicht menufuncties” op pagina ix voor meer informatie.
2In de wacht/Uit de wacht Zet het het gesprek / de gesprekken gesprek in of uit de wachtstand.
3Mute inschakelen/uitschakelenZet het volume van alle gesprekken aan of uit.
4Gesprek doorschakelenSchakelt het gesprek door en verbindt andere bellers.
2Nadat u het gesprek heeft doorgeschakeld, wordt uw gesprek beëindigd.
5Toevoegen aan conferentiegesprekVoegt gesprekken samen en creëert een conferentiegesprek.
8
2Afhankelijk van de voorwaarden kunnen sommige opties grijs worden weergegeven en dus niet beschikbaar zijn.
Een gesprek in de wacht zetten
☛ Omhet ontvangen of gebelde gesprek in de wacht te zetten, SK1 of2. Om het gesprek te op te zoeken, weer SK1 of 2.
Mute
U kunt tijdens een gesprek het geluid van de microfoon uitzetten. Als u het geluid heeft uitgezet, dan kan de andere gesprekspartner u niet meer horen, maar kunt
u de hem/haar wel nog horen.
☛ Om tijdens een gesprek het geluid uit te zetten, drukt u op 3.Om het geluid weer aan te zetten, drukt u opnieuw op 3.
2De functie ‘mute’ wordt automatisch weer uitgezet zodra u het gesprek beëindigd.
Een gesprek doorschakelen
Als u in gesprek bent en een ander gesprek in de wacht heeft staan, dan kunt u dit gesprek doorschakelen en zo de twee gesprekspartners met elkaar verbinden.
Daarna kunt u de verbinding verbreken terwijl de twee anderen hun gesprek verder kunnen zetten.
☛ Om het gesprek door te schakelen, drukt u op 4.
2Als u na het beëindigen van het gesprek met die twee anderen nog een gesprek in de wacht heeft staan, dan kunt u nu met dit gesprek verder gaan.
,De functie gesprek doorschakelen is afhankelijk van de SIM-kaart.
Conferentiegesprekken
Indien uw SIM-kaart geschikt is voor conferentiegesprekken, dan kunt u een gesprek voeren met meer dan één beller. U kunt dan zelfs het gesprek verlaten terwijl
de overige gesprekspartners verder gaan met het gesprek.
Een tweede gesprek ontvangen
☛ SK1 of om het tweede gesprek op te nemen ➔SK2 of 5 om beide gesprekken samen te voegen.
2Wanneer u het tweede gesprek opneemt, wordt het eerste gesprek in de wacht gezet.
6Privé-gesprekMaakt een privé-gesprek mogelijk met de gemarkeerde beller in het conferentiegesprek.
7Een gesprek opnemenNeemt het gesprek op tijdens het bellen.
8Verbinding met beller verbreken Verbreekt de verbinding met de gemarkeerde beller.
Nr.Optiemenu (tijdens een gesprek) (Vervolg)
9
Een tweede persoon bellen
☛ SK1 om het eerste gesprek in de wacht te zetten ➔Toets het telefoonnummer in en druk op ➔SK1 of om de tweede persoon te bellen ➔Zodra de
tweede persoon heeft opgenomen, kunt u op SK2 of5 drukken om beide gesprekken samen te voegen.
Conferentiegesprekken in de wacht zetten
☛ SK1 of 2 om zowel het eerste als tweede gesprek in de wacht te zetten. Om een gesprek weer op te roepen ➔ opnieuw op SK1 of 2.
Een privé-gesprek voeren
Terwijl u een conferentiegesprek voert, kunt u een privé-gesprek voeren met één van de bellers.
☛ Markeer de gewenste gesprekspartner voor een privégesperk ➔6➔Als u het privé-gesprek wilt beëindigen en terugkeren naar het normale
conferentiegesprek, druk dan op 5.
2Terwijl u een privé-gesprek voert, kunnen de andere partijen hun gesprek voortzetten.
Conferentiegesprekken beëindigen
☛ Druk op of SK2 om alle gesprekken te beëindigen. Als u een bepaalde gesprekspartner wilt uitsluiten van het conferentiegesprek, markeer deze
beller dan ➔8
,Of u conferentiegesprekken kunt voeren, is afhankelijk van uw netwerk.
Gespreksopname
U kunt tijdens het bellen het gesprek opnemen.
☛ Houd tijdens een gesprek▼ or 7 ingedrukt om het scherm 'Voicememo' weer te geven ➔ SK1 om de opname te beginnen ➔SK1 om te pauzeren
en SK2 om de opname te stoppen Om de opname af te spelen, “Een voicememo opnemen/afspelen of de speaker instellen” op pagina 73
Gespreksopties (M43)
Vanuit gespreksopties kunt u de lijst van gemiste, ontvangen en gebelde nummers weergeven evenals de duur van het laatste gesprek en van alle gesprekken
samen, de gesprekskosten en de zwarte lijst.
☛4 3 om het scherm ‘Gespreksopties’ weer te geven.
Nr.Gespreksopties
1Gemiste gesprekken Geeft de lijst met gemiste gesprekken weer. U krijgt ook toegang tot deze functie door vanuit het standby-
scherm op te drukken.
2Ontvangen gesprekkenGeeft de lijst met ontvangen gesprekken weer. U krijgt ook toegang tot deze functie door vanuit het
standby-scherm op te drukken.
3Gebelde nummersGeeft de lijst met gebelde nummers weer. U krijgt ook toegang tot deze functie door vanuit het standby-
scherm op te drukken.
▼
▼
10
2Afhankelijk van de voorwaarden kunnen sommige opties grijs worden weergegeven en dus niet beschikbaar zijn.
U moet een frequentieband selecteren die aansluit op uw locatie.
☛184➔Selecteer de gewenste frequentieband.
2Frequentiebanden moeten bij roaming worden ingesteld op de juiste locatie (Europa, VS, etc.), want anders werkt de telefoon niet goed.
Tekstinvoer
In deze paragraaf wordt beschreven hoe u tekst kunt invoeren. Dezelfde tekstinvoermethode kan worden gebruikt voor het bewerken van het telefoonboek.
Modus wijzigen
☛ Druk in het tekstinvoerscherm op SK1 om de tekstinvoermodus te wijzigen: T9
®
normale tekst (ABC), numerieke invoer.
T9
®
tekstinvoer
Uw telefoon is voorzien van de T9
®
tekstinvoerfunctie, waarmee u snel, eenvoudig en intuïtief tekst kunt invoeren. Voor elke letter die moet worden ingetoetst, hoeft u slechts
eenmaal op de alfanumerieke toets te drukken. Op het scherm verschijnt dan een suggestie van een woord op basis van het interne woordenboek van uw telefoon.
☛ Druk vanuit het tekstinvoerscherm op SK1 totdat T9
®
tekstinvoer is gemarkeerd.
i) Bijvoorbeeld om ‘goed’ in te voeren:
☛ Druk 4 6 6 3, en dan op 0 om het woord te bevestigen.
ii) Om ‘Peter is goed’ in te voeren:
☛ Druk op om een hoofdletter te gebruiken (voor één letter. U ziet een groene pijl in het Helpveld.
☛ Druk op 7 3 8 3 7 om “Peter” weer te geven en druk dan op 0 ter bevestiging.
☛ Druk op 4 7 om “is” weer te geven en druk dan op 0 ter bevestiging.
☛ Druk op 4 6 6 3 om “goed" weer te geven en dan op 0 ter bevestiging en de zin is af.
Nr.Optiemenu SIM-lijst
1Toevoegen Voegt een nieuw netwerk toe aan de lijst.
2VerplaatsenVerplaatst het geselecteerde netwerk binnen de lijst.
☛ Gebruikt de toetsen ▲ en ▼ om naar het netwerk te gaan ➔SK1
3VerwijderenWist het gemarkeerde netwerk.
ToetsFunctie
0Om een woord te bevestigen en een spatie in te voegen.
SK1(Lijst)Geeft de lijst weer van andere overeenkomende woorden.
15
Normale tekstinvoer
☛ Druk vanuit het tekstinvoerscherm op SK1 totdat normale tekstinvoer (ABC) is gemarkeerd.
☛ Gebruik de alfanumerieke toetsen om letters in te voeren. Bijvoorbeeld: om een ‘e’ in te voeren, drukt u tweemaal op 3 en om een ‘f’ in te voeren, drukt u
driemaal op 3 Voor de overige functies zie de tabel hieronder.
2Als u een vergissing heeft gemaakt, druk dan op ▲ ▼ om de cursor rechts van het verkeerde karakter te plaatsen en druk dan op CLR.
2Als u normale tekst (ABC) invoert en het gewenste karakter wordt weergegeven, druk dan op de toets om naar de positie van het volgende karakter te gaan
(als u langer dan één seconde wacht, dan zal de cursor automatisch één karakter naar rechts opschuiven).
Numerieke invoer
☛ Druk vanuit het tekstinvoerscherm op SK1 totdat de Numerieke invoer is gemarkeerd.
SK1(Spellen?)Activeert de spelfunctie waardoor T9 tijdelijk wordt uitgeschakeld, zodat u het woord in de Normale tekstinvoer kunt
spellen. U verlaat de spelfunctie weer door de 0 in te toetsen om een spatie in te voeren of door op SK1 (T9) te
drukken.
SK2(Sluiten)Annuleert de T9-lijst met overeenkomende woorden.
SK2(Volgende) of #Geeft de volgende treffer weer.
of Plaatst de cursor.
0 t/m 9 (ingedrukt houden)Voegt een cijfer in.
CLRWist een karakter.
Wisselt tussen kleine letters, Shift (één hoofdletter) en Caps Lock (allemaal hoofdletters).
(ingedrukt houden)
Houd deze toets ingedrukt om de markeerfunctie te activeren (zie "Optiemenu Markeren" op pagina 33 voor meer informatie).
#Activeert de symboolfunctie wanneer er geen enkel woord is gemarkeerd.
ToetsFunctie
Wisselt tussen kleine letters, Shift (één hoofdletter) en Caps Lock (allemaal hoofdletters).
Houd deze toets ingedrukt om de markeerfunctie te activeren (zie "Optiemenu Markeren" op pagina 33 voor meer informatie).
0Voegt een spatie in.
CLRWist een karakter.
of Plaatst de cursor.
#Activeert de symboolfunctie.
ToetsFunctie (Vervolg)
▼
▼
▼
▼
▼
▼
▼
16
2U kunt ook de cijfertoets ingedrukt houden om het cijfer in te voeren in de functie T9 of Normale tekstinvoer.
☛ Gebruik de alfanumerieke toetsen om cijfers in te voeren.
Toewijzing van de toetsen
Als u tekst wilt invoeren (voor het opstellen van SMS-berichten, het opslaan van namen met bijbehorende nummers, etc.), dan kunt u verschillende karakters
invoeren door herhaaldelijk op een bepaalde alfanumerieke toets te drukken. Door te drukken op in T9
®
tekstinvoer of normale tekst (ABC) wisselt u tussen
kleine letters, Shift (één hoofdletter) en Caps Lock (allemaal hoofdletters). In het tekstinvoerscherm kunt u drukken op SK1 om te kiezen voor normale tekstinvoer
(ABC), T9
®
tekstinvoer (T9) of numerieke invoer (123).
2Niet alle tekstinvoerfuncties zijn beschikbaar in elk tekstinvoerscherm.
Symboolfunctie
In de symboolfunctie staat elke toets voor een symbool overeenkomstig de positie op het scherm ‘Symbolen’. Door te drukken op # in een tekstinvoermodus,
verschijnt het scherm ‘Symbolen’. Gebruik ▲ en ▼ om de rij te selecteren en druk dan op het bijbehorende nummer in de kolom van het gewenste symbool.
Infrarood gegevensuitwisseling
Uw telefoon is voorzien van een Infrarood (IR) gegevenspoort waarmee u gegevens zoals telefoonboeken, foto’s, video, geluid met uitzondering van MP3,
takenlijsten of agendapunten kunt uitwisselen met verschillende mobiele telefoons of andere apparaten met een IR-poort.
,Richt de IR-gegevenspoort niet op uw ogen of die van iemand anders wanneer u gegevens uitwisselt.
,Richt de IR-gegevenspoort niet op een ander infraroodapparaat, want dit kan hierdoor gaan storen.
2Of de gegevens correct worden ontvangen, hangt af van de mobiele telefoon of ander toestel van de ontvanger.
Plaatsing van de telefoons
,Klap zowel de verzendende als de ontvangende telefoon open in een hoek van 90º en plaats
ze op een afstand van 20 cm of minder van elkaar af met de IR-poorten tegenover elkaar.
2Plaats geen obstakels tussen de IR-poorten.
2De hoek tussen de twee IR poorten mag niet groter zijn dan 30°.
2Beweeg de telefoons niet totdat de gegevensuitwisseling is voltooid.
2Het is mogelijk dat de telefoons niet met elkaar kunnen communiceren als ze in direct zonlicht,
onder TL-licht of vlakbij een ander infraroodapparaat zijn geplaatst.
2Tijdens het verzenden of ontvangen van gegevens via de IR-poort is uw telefoon automatisch
buiten werking, zodat u geen gesprekken kunt voeren en geen gebruik kunt maken van e-mail
of i-mode.
17
IR-zenden
U kunt gegevens - zoals telefoonboeken, foto’s, video, geluid met uitzondering van MP3, takenlijsten, agendapunten of aantekeningen - als een bestand verzenden
via de IR-poort.
/Voordat u kunt beginnen met het verzenden van gegevens moet de andere partij klaar staan om de gegevens te ontvangen.
Telefoonboekingang (M413…)
2U kunt alleen de volgende gegevens verzenden: Naam, Privé, Mobiel, Werk, Fax, twee e-mailadressen en twee sets beschrijvende informatie.
2Uw telefoon verstuurd gegevens volgens de specificaties van de vCard 2.1.
☛ Om het telefoonboek weer te geven (telefoon), (voor het gewenste aantal keren) of 4 13 ➔ Selecteer een telefoonboekingang.
☛ 0 of 3➔ De telefoonboekingang wordt nu verzonden via de IR-poort.
Video-/Geluids-/Afbeeldingenbestand (M6…)
☛6➔1 (Video’s), 2 (Geluid) of 3 (Foto’s) ➔Markeer een map ➔➔ Markeer een bestand ➔2➔3 (voor foto’s/video’s) of 4
(voor geluiden)➔ Het bestand wordt verzonden via de IR-poort.
Agenda-ingang (M84…)
☛84➔Markeer een datum ➔➔Markeer een agenda-ingang ➔9➔ De agenda-ingang wordt nu verzonden via de IR-poort.
Ingang takenlijst (M85…)
☛85➔Markeer Openbaar, Privé of Alles ➔➔Markeer een ingang in de takenlijst ➔7➔ De ingang in de takenlijst wordt nu verzonden
via de IR-poort.
Aantekening (M862…)
☛ 862➔Markeer een aantekening ➔2 en 2➔ De ingevoerde aantekening wordt nu verzonden via de IR-poort.
IR-ontvangen (M891)
U kunt met uw telefoon ook gegevens (zoals telefoonboeken, foto’s, video, geluid met uitzondering van MP3, agenda’s, takenlijsten of aantekeningen) ontvangen
van andere apparaten of een mobiele telefoon van hetzelfde model.
Gegevens ontvangen via IR-poort (M891)
☛89 1➔Begin de gegevens van het andere apparaat te verzenden.
2Zodra de gegevensoverdracht is voltooid, plaatst de telefoon de ontvangen gegevens automatisch bij de juiste ingangen.
2Als uw telefoon onvoldoende geheugenruimte heeft om de ontvangen gegevens op te slaan, verschijnt er een waarschuwingsbericht met deze boodschap.
In dit geval kunt u gegevens die u niet meer nodig heeft, wissen en het opnieuw proberen.
2De ontvangen foto-,video- of geluidsbestanden worden opgeslagen in de map ‘Download’ in ‘Mijn gegevens’ (zie “Mijn gegevens (M6)” op pagina60).
18
IR-modem (M892)
U kunt uw telefoon via de IR-poort gebruiken als modem voor een PC om zo een inbelverbinding met een internet serviceprovider tot stand te brengen.
De IR-poort activeren voor modemgebruik
☛89 2 ➔De telefoon staat standby voor IR-transmissie van het externe apparaat.
2Als de IR-transmissie niet snel tot stand wordt gebracht, dan wordt de modus standby uitgeschakeld.
2Tijdens een actief gesprek of tijdens het verbinden met een extern apparaat zoals USB, is het IR-modem niet beschikbaar.
,Uw telefoon verbruikt veel batterijvermogen als u hem gebruikt als een modem. Nadat uw telefoon als modem is gebruikt, moet u de
modemfunctie van uw PC deactiveren, of drukken op (alleen voor de CSD-verbinding). Als de modemfunctie is gedeactiveerd, dan wordt het
standby-scherm weergegeven zonder de infrarood-icoon en de GPRS-icoon.
2Neem contact op met uw serviceprovider als u uw telefoon als modem wilt gebruiken om verbinding te maken met internet.
Bureaubladiconen
Bureaubladiconen zijn snelkoppelingen naar functies of items. U kunt een bureaubladicoon activeren vanaf het standby-scherm (bureaublad) en gewoon op het
nummer van een snelkoppeling drukken in plaats van het menu te gebruiken.
De bureaubladiconen worden op het standby-scherm weergegeven in twee rijen. Zie “LCD en weergegeven iconen” op pagina vii voor de precieze locatie van het
bureaubladiconenveld.
Er zijn twee soorten bureaubladiconen: de automatisch weergegeven iconen en de handmatig gecreëerde.
Automatisch weergegeven bureaubladiconen
De volgende automatisch weergegeven iconen staan in de bovenste rij van het bureaubladiconenveld:
2U kunt alle automatisch weergegeven iconen wissen door vanaf het standby-scherm CLR ingedrukt te houden.
2Als u de telefoon uitzet, dan worden alle automatisch weergegeven bureaubladiconen gewist.
Handmatig gecreëerde bureaubladiconen
De volgende automatisch weergegeven iconen staan in de onderste rij van het bureaubladiconenveld:
Naam icoonAfbeeldingBeschrijving
Gemist gesprekWeergegeven als er iets is toegevoegd aan de lijst met gemiste gesprekken
Gemist berichtWeergegeven als er een nieuw bericht is dat u nog niet heeft geopend.
Gemiste e-mailWeergegeven als er een nieuwe e-mail is die u nog niet heeft geopend.
Naam icoonAfbeeldingBeschrijving
Telefoonnummer Toegang tot een inbelscherm met het geregistreerde telefoonnummer.
19
Handmatig een bureaubladicoon creëren.
☛ Activeer de gewenste functie (camera/video/muziekspeler) of geef het item weer (afbeeldingsbestand/kladblokbestand/telefoonnummer/e-mailadres/URL).
☛om het optiemenu weer te geven en ‘Bureaubladicoon toevoegen’ te selecteren (bij een afbeeldings-/kladblokbestand staat dit menu onder ‘Gebruik
item’, en bij camera/video onder ‘Overige instellingen’).
2U kunt maximaal tien bureaubladiconen creëren.
2Als u meer dan vijf bureaubladiconen heeft, dan is er een pijl die aangeeft dat u kunt scrollen om meer iconen weer te geven.
2Een telefoonnummer, e-mailadres of URL bureaubladicoon wordt niet bijgewerkt als u de originele gegevens wijzigt. Verwijder in dat geval het oude
bureaubladicoon en maak een nieuwe.
2Als u van een afbeeldings- of kladblokbestand een bureaubladicoon maakt, dan worden de gegevens automatisch beveiligd. De standaard naam is de
bestandsnaam. Als u deze naam wijzigt, dan blijft de naam van het bestand echter hetzelfde.
2Elke handmatig gemaakt bureaubladicoon heeft een titel die u kunt bewerken.
Een bureaubladicoon activeren
☛➔Selecteer het gewenste bureaubladicoon ➔
2Als u in de drie minuten na het selecteren van een bureaubladicoon niet op een toets drukt, dan wordt de selectie geannuleerd en keert het scherm terug
naar het normale standby-scherm.
2Als u een automatisch weergegeven bureaubladicoon activeert, dan wordt dit automatisch verwijderd.
Optiemenu bureaubladiconen
☛ Een bureaubladicoon markeren ➔
BerichtCreëert een nieuw bericht naar het ingevoerde telefoonnummer of e-mailadres.
URLActiveert de browser en geeft toegang tot de ingevoerde URL.
AfbeeldingToegang tot het afbeeldingsbestand.
KladblokGeeft het voorbeeldscherm van de kladblok weer met het kladblokbestand.
CameraToegang tot de beeldzoeker van de videocamera.
VideoToegang tot de beeldzoeker van de videocamera.
MuziekspelerGeeft het het muziekspelerscherm weer.
Nr.Optiemenu bureaubladiconen
1Titel bewerkenBewerkt de naam van het gemarkeerde bureaubladicoon.
2Wis éénVerwijdert het gemarkeerde bureaubladicoon.
3Wis allesVerwijdert alle handmatig gecreëerde bureaubladiconen.
Naam icoonAfbeeldingBeschrijving (Vervolg)
20
Instellingen (M1)
Telefoon (M11)
☛1 1
Nr.Telefoon
1LuidsprekervolumePast het luidsprekervolume aan.
☛ Gebruik de ▲▼, Zijtoetsen of alfanumerieke toetsen(0 to 9)om het volume te regelen.
2U kunt ook op de Zij toetsen drukken om het instelscherm voor het volume weer te geven en het volume naar wens
in te stellen.
2Tijdens een gesprek kunt u op de zijtoetsen drukken om het volume naar wens in te stellen.
2Opties voor het opnemen1Opnemen met elke
toets
Aan: Any key (except , SK2, the Side keys) is valid to answer a call
Uit: U kunt alleen met en SK1 een inkomend gesprek aannemen.
2Beltoon uitAan: Als u op één van de zijtoetsen drukt, stopt de beltoon en de trilfunctie als er
een gesprek binnenkomt en de telefoon is dichtgeklapt.
2Deze functie kunt u niet gebruiken als de zijtoetsen zijn vergrendeld.
/Zie ook: “Mute” op pagina 8.
3Opnemen na
openklappen
Aan: U kunt een inkomend gesprek opnemen door uw telefoon open te klappen.
3ZijtoetsUitschakelen: De zijtoetsen zijn vergrendeld als uw telefoon is dichtgeklapt.
2U kunt de zijtoetsen ook vergrendelen/ontgrendelen door ingedrukt te houden vanaf het standby-scherm.
4ALS instellen,De ALS-functie is afhankelijk van de SIM-kaart en het netwerk.
Als uw SIM-kaart ALS ondersteunt, dan kunt u instellen welke lijn u wilt gebruiken voor uitgaande gesprekken of
voicemail.
5Klok1Klok tonenMet deze optie stelt u in of op het hoofd LCD-scherm de lokale tijd of zowel de lokale
als wereldtijd wordt weergegeven, of helemaal geen tijd.
2Tijd instellenStelt de tijd in op lokale tijd of wereldtijd.
3Datum instellenStelt de datum in.
4Datumnotatie instellenTijdnotatie instellen
5Tijdnotatie instellenSelecteert de tijdnotatie in 12- of 24-uursformaat.
22
2Als het autoprofiel is geselecteerd, dan is de achtergrondverlichting altijd aan. Hierdoor gaat de batterij sneller leeg.
Hoofd LCD-scherm (M13)
☛1 3
2e LCD (M14)
☛1 4
5E-mailtoonSelecteert de beltoon voor inkomende e-mail of SMS-berichten. (Zie “Geluiden(M62)” op pagina61 voor meer
informatie.)
6Volume e-mailtoonStelt het berichttoonvolume in voor inkomende e-mail of SMS-berichten.
7ToetstoonZet de toetstoon aan/uit.
8ServicetoonZet het servicegeluid aan/uit.
9AlarmvolumeStelt het geluidsvolume in voor het klok- en agenda-alarm.
0TrilfunctieZet de trilfunctie aan/uit.
Instellingen headsetSelecteert geluid uit luidspreker en koptelefoon of koptelefoon.
#Automatisch opnemenSelecteert of een inkomend gesprek automatisch moet worden opgenomen.
2Om de functie ’Automatisch opnemen’ te gebruiken, moet u de headset aansluiten op uw telefoon en het
luidsprekervolume instellen op 1 of hoger. Als het luidsprekervolume op 0 staat, dan moet u de trilfunctie instellen
op AAN om de functie ’Automatisch opnemen’8Ì-
Nr.Hoofdscherm
1BegroetingenSelecteert de begroeting die wordt weergegeven op het hoofdscherm tijdens het aanzetten van de telefoon van geen
begroeting, tekst of animatie.
☛ Als u Tekstbegroetingen selecteert, druk dan op SK1 om een begroeting te bewerken. Toets een begroetingstekst in
en druk op .
2AchtergrondSelecteert een foto/video die u wilt instellen als achtergrond voor het hoofdscherm.
3KleurenschemaSelecteert het kleurenschema van de telefoon.
Nr.2e LCD
1Weergave klok/
gebeurtenissen
Selecteert welke items worden weergegeven op het 2e LCD van klok en gebeurtenis, alleen de klok, alleen
een gebeurtenis, of geen van allen.
Nr.Instellen telefoonprofiel (Vervolg)
23
Spaarstand (M15)
☛1 5
2Als het autoprofiel is geselecteerd, dan is deze functie grijs weergegeven en niet beschikbaar .
Gesprekken (M16)
☛1 6
/Voor de instellingen in het scherm Gesprekken, zie “Gespreksinstellingen (M16)” op pagina 11.
Beveiliging (M17)
☛1 7
De beveiligingsinstellingen helpen om uw telefoon te beveiligen tegen verkeerd en niet toegestaan gebruik. Het kan zijn dat u een van de vijf codes moet invoeren
(zie hieronder). Wanneer de telefoon vraagt om één van deze codes, voer dan het juiste nummer in.
•PIN-code (geleverd door uw serviceprovider om uw SIM-kaart te beveiligen na diefstal).
•PIN2-code (geleverd door uw serviceprovider voor informatie over de gesprekskosten en beveiliging van FDN-diensten)
•PUK-code (persoonlijke deblokkeringscode voor het geval dat u uw PIN-code bent vergeten)
2KlokoriëntatieSelecteert of een horizontale of verticale klok.
2U leest de verticale klok vanaf de kant waar de camera en het LED-scherm zitten.
2De gebeurtenissen en nummers van inkomende gesprekken worden weergegeven aan de lange kant in de
weergaverichting.
3Nummer inkomend gesprek.Zet de functie aan/uit om het nummer van een inkomend gesprek weer te geven op het 2e LCD.
4WeergaverichtingSelecteert in welke richting het 2e LCD wordt weergegeven.
2Deze instelling heeft geen invloed op de verticale klok.
5ContrastStelt het contractniveau van het 2e LCD in.
Nr.Spaarstand
1Instelling niveau Zet de spaarstand op niveau 1 (minimum stroombesparing), niveau 2 (gemiddeld) of niveau 3 (maximaal).
2De achtergrondverlichting van het hoofd LCD-scherm dimt en gaat bij geen verdere actie vanzelf uit.
2Als de telefoon is dichtgeklapt, dan geldt de spaarstand ook voor het 2e LCD.
2Functietoets LEDSelecteert of de LED knippert SK1 en SK2wanneer het hoofdscherm en de achtergrondverlichting uit zijn.
2Als het autoprofiel is geselecteerd of het beeldzoekerscherm van de camera wordt weergegeven, dan is de
achtergrondverlichting van het hoofd LCD-scherm altijd aan.
Nr.2e LCD (Vervolg)
24
•PUK2-code (persoonlijke deblokkeringscode voor het geval dat u uw PIN2-code bent vergeten)
•Beveiligingscode
,Als u een van deze codes vergeet, neem dan ALTIJD contact op met uw serviceprovider, want ALLEEN daar kunt u nieuwe codes aanvragen.
PIN-code
U kunt uw telefoon zodanig instellen, dat u hem niet kunt gebruiken tenzij u direct uw PIN-code invoert nadat u de telefoon heeft aangezet. Als in dit geval de
PIN-code niet wordt ingevoerd, dan kunnen zelfs inkomende oproepen niet worden beantwoord. Als u uw PIN-code driemaal onjuist invoert (niet
noodzakelijkerwijs achter elkaar) dan wordt de PIN-code ongeldig. In dit geval moet u contact opnemen met uw serviceprovider voor een PUK-code om uw
SIM-kaart te deblokkeren.
2Sommige SIM-kaarten zijn zodanig ingesteld dat het gebruik van een PIN-code niet kan worden uitgeschakeld.
2Wanneer SIM PIN vergrendeling is ingeschakeld, dan kunt u de PIN-code wijzigen.
PIN2-code
Uw telefoon ondersteunt geavanceerde kenmerken waarvoor het nodig kan zijn om een PIN 2-code in te voeren, voordat deze kunnen worden gebruikt of
gewijzigd. Als u uw PIN 2-code driemaal onjuist invoert (niet noodzakelijkerwijs achter elkaar) dan wordt de PIN 2-code ongeldig. In dit geval moet u contact
opnemen met uw serviceprovider voor een PUK 2-code.
,De PIN2-code heeft betrekking op uw SIM-kaart. Het kan zijn dat deze alleen beschikbaar is bij uw serviceprovider.
Nr.Beveiliging
1PIN-codes wijzigenUw PIN-code of PIN 2-code wijzigen. (De instelling "PIN activeren" moet aanstaan om de PIN-code te kunnen
wijzigen.)
2PIN activerenZet aan/uit of het invoeren van de PIN-code is vereist bij het aanzetten van de telefoon.
3BeveiligingscodeWijzig de beveiligingscode die wordt gebruikt om bepaalde functies in te stellen en de PIM (Personal Information
Manager) kenmerken te deblokkeren.
2De standaardinstelling van de beveiligingscode is ‘0000’.
4TelefoonvergrendelingZet de telefoonvergrendelingsfunctie aan/uit: u kunt alleen alarmnummers bellen of de beveiligingscode invoeren.
Nadat u de juiste beveiligingscode heeft ingevoerd, kunt u de telefoon normaal gebruiken.
2Nadat u de telefoon heeft aangezet, wordt u gevraagd om de beveiligingscode in te voeren als de
telefoonvergrendeling actief was toen u de telefoon uitschakelde.
5KiesbeperkingMet deze functie kunt u de onderstaande gesprekken blokkeren: Alle uitgaande (gebelde) gesprekken, internationale
uitgaande (gebelde) gesprekken, internationale uitgaande (gebelde) gesprekken behalve privé, alle inkomende
(ontvangen) gesprekken of inkomende (ontvangen) gesprekken in het buitenland.
25
Netwerk (M18)
☛1 8
/Voor de instellingen in het scherm Netwerk, zie “Roaming” op pagina 13.
Reset instellingen (M19)
☛1 9
Met deze functie herstelt u de fabrieksinstellingen van uw telefoon.
,Als u de instellingen reset, dan gaan alle wijzigingen die u heeft aangebracht aan de instelling van uw telefoon verloren, behalve de onderstaande:
•Instellingen Tijd instellen (behalve wereldklok), Datum instellen, Taal, alle instellingen in Andere gesprekken dan Automatisch herhalen, alle
Beveiligingsinstellingen (behalve beveilingscode wijzigen), Instellingen in SIM-lijst Netwerk.
•Alle bellijsten en gespreksinformatie
•Telefoonboek: Alle telefoonboekingangen. De instellingen voor groepen.
•Accessoires: Alle agenda-, takenlijst-, kladblok- en voicememo-ingangen. Alle instellingen met uitzondering van de alarmklok, de afspeellijst voor de
muziekspeler, het inzien van gebeurtenissen uit de agenda en het sorteren van de takenlijst.
•i-mode: Alle favorieten. Opgeslagen pagina’s. Ga naar webpagina en e-mailinstellingen. Alle instellingen die te maken hebben met i-mode.
•Java: Alle Java™ toepassingen.
•Bericht: Alle opgeslagen berichten. De instellingen voor het berichtenfilter, en de gegevens in het berichtenfilteren het nummer van SMS-centrale.
•Mijn gegevens: Alle opgeslagen bestanden.
5 Kiesbeperking (Vervolg)1Instellingen
wijzigen
☛ Selecteer het soort beperking en de gesprekssoort, en druk dan op ➔ om
de veranderingen op te slaan.
☛ Toets uw kiesbeperkingswachtwoord in om de gebruikersidentificatie in het
netwerk te controleren ➔SK1om de wijzigingen in het netwerk te bevestigen en
op te slaan.
2De geselecteerde instellingen hebben een rood streepje boven hun icoon.
2Wachtwoord
instellen
,Kiesbeperkingsfuncties zijn netwerkdiensten waar een wachtwoord voor
nodig kan zijn.
Wijzigt het wachtwoord van de kiesbeperking.
6Vaste nummersSchakelt de vaste nummers aan/uit, waarmee u het gebruik van uw telefoon kunt beperken tot uitsluitend vaste
telefoonnummers in de FDN-lijst.
,De FDN-functie is netwerkafhankelijk.
/Zie ook: “Vaste telefoonnummers (FDN)” op pagina 47.
Nr.Beveiliging (Vervolg)
26
Bericht (M2)
Berichtenoverzicht
Berichtendiensten
Uw telefoon ondersteunt de volgende berichtenservices:
•met SMS (Short Messaging Service) kunt u korte berichten verzenden naar een of meer telefoonnummers (max. 160 half-pitch karakters). U kunt alleen
een SMS verzenden naar een mobiele telefoon met een SMS-service. De SMS-service ondersteunt ook EMS (Enhanced Messaging Service) waarvoor de
maximum lengte van het bericht dat u kunt versturen afhangt van het aantal gekoppelde berichten (er zijn maximaal 10 gekoppelde berichten beschikbaar).
•Met e-mail (i-mode berichtenservice) kunt u een bericht zenden naar andere mobiele telefoons, maar ook naar PC’s en andere apparaten die e-
mailadressen gebruiken. U kunt bestanden toevoegen, zoals afbeeldingen, video’s en geluiden uit de map Mijn gegevens (zie pagina 60). De e-mailfunctie
is beschikbaar vanuit het scherm ‘E-mail’ in de i-mode-functie. Voor meer informatie over de e-mailservice, zie “i-mode (M3)” op pagina 32.
•Met MMS (Multimedia Messaging Service) kunt u berichten sturen met een diavoorstelling van teksten en multimediabestanden. Wanneer u een MMS
heeft ontvangen, dan stuurt de MMS-centrale u hierover een bericht. U kunt de inhoud van een MMS-bericht automatisch of handmatig ophalen. De MMS-
functie is beschikbaar vanuit het scherm ‘E-mail’ in de i-mode-functie. Voor meer informatie over de e-mailservice, zie “i-mode (M3)” op pagina 32.
,SMS (Short Messaging Service) is netwerkafhankelijk.
Berichten verzenden/ontvangen
Wanneer een SMS-bericht wordt verzonden of ontvangen, verschijnt er een naam, een nummer en een CLI-afbeelding op het display (als er een naam en CLI-
afbeelding is opgeslagen bij het nummer in uw telefoongeheugen). De ontvangen berichten worden opgeslagen in het geheugen van de SIM-kaart of de telefoon.
Als u een bericht ontvangt, dan gaat uw telefoon over of geeft een pieptoon, verschijnt de berichtenicoon op het display van uw telefoon en licht de LED op.
2Verwijder regelmatig onnodige berichten uit de mappen. De telefoon kan geen SMS-berichten ontvangen wanneer de map Postvak In vol is.
Berichtenscherm
☛ Om het berichtenscherm weer te geven, 2 of houd ingedrukt ➔ Druk op de juiste toets voor de gewenste optie.
2Als er geen berichten in de berichtenlijst staan, dan is de lijst grijs weergegeven en kunt u haar niet selecteren.
Nr.Menu berichtenscherm
1Postvak in
De ontvangen berichten worden in deze map opgeslagen.
2Concepten
De berichten die nu worden bewerkt worden in deze map opgeslagen.
3Postvak uit
De berichten die niet zijn verzonden worden in deze map opgeslagen.
4Verzonden
De verzonden berichten worden in deze map opgeslagen.
5, 6Map1/Map2
De berichten die zijn verplaatst met de functie ‘Bericht verplaatsen’ (see “Optiemenu berichtenlijst” op pagina 28)
worden in deze mappen opgeslagen.
7CB
De ontvangen broadcast berichten worden in deze map opgeslagen. Zie “Cell broadcast (M27)” op pagina 32 voor
meer informatie.
27
Een nieuw bericht lezen (M21)
☛ Om het berichtenscherm van een nieuw bericht weer te geven, druk op 21 of houd ingedrukt en druk op 1 ➔ Markeer het nieuwe bericht ➔
☛ De nieuwe (ongelezen) berichten worden vet weergegeven.Als het bericht niet op één pagina kan worden weergegeven, druk dan op de ▲ en ▼ toetsen
om door het bericht te bladeren.
De volgende iconen worden weergegeven.
Bericht optiemenu (M2M)
☛2 of houd ingedrukt en druk op .
IcoonBeschrijvingIcoonBeschrijving
BerichticonenGelezen / Ongelezen iconen
SMS-berichtNieuwe / Ongelezen berichten
Onvolledig SMS-berichtGelezen bericht(en)
Opslaglocatie iconenFilteren status iconen
Gemarkeerd bericht opgeslagen in SIMSMS-berichten gefilterd per status (onvolledig)
Gemarkeerd bericht opgeslagen in het telefoongeheugenSMS-berichten gefilterd op locatie (SIM)
Sorteren status iconenSMS-berichten gefilterd op locatie (het telefoongeheugen)
Berichten gesorteerd op datumGefilterde SMS-berichten
Berichten gesorteerd op naamStatusiconen voor verzonden berichten
Berichten gesorteerd op gelezen/ongelezen statusVerzonden maar niet aangekomen bericht
Berichten gesorteerd op grootteVerzonden bericht
Berichten gesorteerd in oplopende volgorde
Berichten gesorteerd in aflopende volgorde
Nr.Bericht optiemenu
1SMS-instellingen1SMS-centrale
Bewerkt het nummer van de SMS-centrale (dit nummer wordt opgeslagen op de SIM-kaart).
2Automatisch
weergeven
Schakelt de automatische weergavefunctie die de ontvangen SMS-berichten automatisch
afspeelt aan of uit.
3Ontvangstbevestiging
Selecteert of er om een ontvangstbevestiging van verzonden SMS-berichten moet worden
gevraagd.
4Max. aantal gekoppelde
SMS
Stelt het maximum aantal gekoppelde SMS-berichten in. Deze functie deelt een SMS
waarvan de berichttekst het maximumaantal karakters overschrijdt op in meerdere berichten.
5Geldigheidsperiode
Selecteert hoe lang een SMS-bericht in de SMS-centrale wordt bewaard om te proberen het
bericht af te leveren.
38
2E-mail
Geef het e-mail scherm weer waarin u ontvangen e-mail/MMS, opgeslagen conceptberichten en verzonden berichten kunt
weergeven en ook nieuwe e-mail/MMS kunt opstellen (zie “E-mailscherm” op pagina 41).
3Java-applicatie
Geeft de lijst Java™ applicaties weer (zie “Java™ (M7)” op pagina 64 voor meer informatie).
4SMS
Geeft het berichtenscherm weer waarin u ontvangen SMS-berichten kunt lezen en nieuwe SMS-berichten kunt opstellen
(zie “Bericht (M2)” op pagina 26).
5Favorieten
Geeft de lijst webpagina’s onder favorieten weer.
Optiemenu favorieten
1Openen
Geeft de gemarkeerde favoriet weer.
2Adres kopiëren
Kopieert het gemarkeerde favorietenadres.
3Titel bewerken
Bewerkt de titel van de gemarkeerde favoriet.
4Voeg een
bureaubladicoon toe
Creërt een bureaubladicoon van de URL van de geselecteerde favoriet.
5Bericht opstellen
Stelt een nieuw bericht op met het gemarkeerde favorietenadres in de berichttekst.
6Wis één
Wist de gemarkeerde favoriet.
7Wis alles
Wist alle favorieten.
6Naar webpagina
Geeft de URL weer die u heeft ingetypt of uit de geschiedenis heeft opgeroepen.
1
Adres invoerenVraagt u om het adres van een webpagina in te toetsen.
2
AdressengeschiedenisGeeft de lijst met adressen uit de geschiedenis weer, zodat u er één kunt selecteren.
3
Ga naar homeGeeft de homepage weer die is ingesteld bij ‘Instellen homepage’ (zie pagina 40).
0
TerugKeert terug naar het i-mode menuscherm.
Nr.Menu’s i-mode scherm (Blad 2 van 4)
39
7Bewaarde pagina’s
Geeft de lijst met bewaarde pagina’s weer. Bewaarde pagina’s worden in het telefoongeheugen bewaard, zodat u ze off line
kunt inzien.
Optiemenu lijst van bewaarde pagina’s
1Openen
Geeft de momenteel bewaarde pagina weer.
2Titel bewerken
Bewerkt de titel van de momenteel bewaarde pagina.
3Beveiliging Aan/Uit
Zet beveiliging van de bewaarde pagina aan of uit.
4Wis één
Wist de momenteel opgeslagen pagina.
5Wis alles
Wist alle opgeslagen pagina’s, behalve de beveiligde pagina’s.
6Wis alles + beveiligd
Wist alle opgeslagen pagina’s, inclusief de beveiligde pagina’s.
Optiemenu details van bewaarde pagina’s
1Afbeelding opslaan
Slaat een afbeelding op de momenteel opgeslagen pagina op als een bestand.
2Titel bewerken
Bewerkt de titel van de momenteel bewaarde pagina.
3Certificaatinfo
Geeft de certificaatinformatie van de momenteel opgeslagen pagina weer.
4Pagina-informatie
Geeft de certificaatinformatie van de momenteel opgeslagen pagina weer.
5Beveiliging Aan/Uit
Zet beveiliging van de bewaarde pagina aan of uit.
6Wissen
Wist de momenteel opgeslagen pagina.
Nr.Menu’s i-mode scherm (Blad 3 van 4)
40
2Afhankelijk van de voorwaarden kunnen sommige opties grijs worden weergegeven en dus niet beschikbaar zijn.
iMenu scherm
Vanuit het iMenuscherm heeft u toegang tot verschillende diensten en kunt u ook de functiemenu's van uw browser gebruiken, zoals een favoriet toevoegen, een
pagina opslaan en een bericht opstellen.
☛ SK2 of 31 om het i-mode menuscherm weer te geven ➔ 1 om het i-Menuscherm weer te geven ➔ om het optiemenu van de browser weer
te geven.
8Instellingen
Wijzigt de instellingen van uw browser.
1Instelling time-out
Verbreekt de verbinding na een van tevoren ingestelde tijd. U kunt deze functie instellen
op 60 of 90 seconden, maar ook uitschakelen.
2Afbeeldingen tonen
Stelt in of afbeeldingen op de webpagina’s moeten worden weergegeven of niet.
3Woordafbreken
Stelt in of tekst moet worden weergegeven zoals op de webpagina’s of mail/dia, of dat de
tekst moet worden aangepast, zodat deze past op het scherm van de telefoon.
4Certificaten
Geeft de certificaatinformatie weer en verklaart een certificaat geldig/ongeldig.
5Terminalinformatie
verzenden
Stelt in of de terminalinformatie naar de Information Providers (IP’s) moet worden
verzonden of niet.
,Als u ermee instemt om via Internet persoonlijke informatie (bv. een
productserienummer of SIM-nummer) naar de IP’s te versturen, dan kan deze
informatie door anderen worden gezien.
6Homepage instellen
Bekrachtigt de homepage en stelt de URL in.
2U kunt de homepage weergeven door vanuit het standby-scherm de toets
ingedrukt te houden.
7Video auto. afspelen
Stelt in of een videobestand automatisch moet worden afgespeeld zodra deze is
gedownload.
8Overzicht
Geeft alle ingestelde opties voor de browserinstellingen weer.
0Terug
Keert terug naar het i-mode menuscherm (zie“i-mode menuscherm” op pagina 37).
Nr.Optiemenu browser
–
Favorieten
toevoegen
Voegt de huidige pagina toe aan de favorieten.
–FavorietenToont de favorietenlijst.
2Deze optie wordt alleen weergegeven wanneer er één of meer favorieten zijn aangemaakt.
Nr.Menu’s i-mode scherm (Blad 4 van 4)
41
,Als u ermee instemt om via Internet persoonlijke informatie (bv. een productserienummer of SIM-nummer) naar de IP’s te versturen, dan kan deze
informatie door anderen worden gezien.
2Het is mogelijk dat het vorige scherm niet verschijnt nadat u heeft gedrukt op CLR of . De bewerkingen op het scherm hangen af van de inhoud van het
huidige scherm.
E-mailscherm
Vanuit het e-mail-scherm kunt u de i-mode maildiensten gebruiken.
☛ SK1 or 31 2 om het e-mailscherm weer te geven.
2De beschikbare opties verschillen afhankelijk van de provider.
2Als er zich een fout voordoet tijdens het verzenden van een bericht, dan wordt dit als onverzonden opgeslagen in de map Concept.
2Een mail kan naar maximaal vijf adressen tegelijk worden verstuurd.
2Als u tijdens het bewerken een mail opslaat, dan wordt deze opgeslagen in de map Concept.
–
Afbeelding opslaanSlaat een afbeelding op de huidige pagina op.
2Deze optie wordt alleen weergegeven wanneer er één of meer afbeeldingen zijn weergegeven op het huidige scherm.
–Pagina opslaanSlaat de huidige pagina op.
–
Toevoegen aan
telefoonboek
Slaat het telefoonnummer dat op de huidige pagina is weergegeven op in het telefoonboek.
2Deze optie kunt u alleen selecteren wanneer er één of meer telefoonnummers zijn weergegeven op het huidige
scherm.
–CertificaatinfoGeeft het servercertificaat van de huidige pagina weer.
2Deze optie wordt alleen weergegeven wanneer de huidige pagina een SSL-pagina is.
–Naar webpaginaGeeft een pagina weer door de URL in te typen of uit het verleden op te roepen (zie “Naar webpagina” op pagina 38).
–VernieuwenVernieuwt de gegevens op de huidige pagina.
–Pagina-informatieGeeft de URL van de huidige pagina weer.
–Voeg een
bureaubladicoon toe
Creërt een bureaubladicoon van de URL van de huidige pagina.
–Bericht opstellenMaakt een nieuw bericht aan met het gemarkeerde telefoonnummer of e-mailadres in de berichttekst.
Nr.Menu’s in het e-mailscherm (Blad 1 van 5)
1
E-mail opstellenGeeft het scherm ‘E-mail opstellen’ weer (zie “Een nieuwe e-mail opstellen” op pagina 33).
2MMS opstellenGeeft het scherm ‘MMS opstellen’ weer (zie “Een nieuwe MMS opstellen” op pagina 34).
Nr.Optiemenu browser (Vervolg)
42
3Postvak in
Geeft de lijst met ontvangen e-mail/MMS weer.
Optiemenu lijst Postvak In
–Toon alle
Geeft alle ontvangen e-mail/MMS weer.
–Toon ongelezen
Geeft alleen de ongelezen e-mail/MMS weer.
–Toon gelezen
Geeft alleen de gelezen e-mail/MMS weer.
–Toon beveiligd
Geeft alleen de beveiligde e-mail/MMS weer.
–Wis één
Wist de momenteel geselecteerde e-mail/MMS.
–Wis gelezen berichten
Wist alle gelezen e-mail/MMS, behalve beveiligde e-mail/MMS.
–Wis alles
Wist alle e-mail/MMS.
–Sorteren op titel
Sorteert de ontvangen e-mail/MMS op onderwerp.
–Sorteren op adres
Sorteert de ontvangen e-mail/MMS op adres.
–Sorteren op datum
Sorteert de ontvangen e-mail/MMS op datum.
Optiemenu Postvak In
–
AntwoordBeantwoordt de ontvangen e-mail/MMS.
–
Antwoordcitaat
Beantwoordt alle ontvangen geciteerde e-mail/MMS.
–
Antwoord allen
Beantwoordt alle ontvangen e-mail/MMS.
–
Antwoord allen &
tekst
Beantwoordt alle ontvangen geciteerde e-mail/MMS.
–
Doorsturen
Stuurt de ontvangen e-mail/MMS door.
–
Wissen
Wist de ontvangen e-mail/MMS die u op dat moment bekijkt.
–
Bureaubladicoon
toevoegen
Maakt een bureaubladicoon aan, waarmee u een nieuw bericht naar de afzender kunt
opstellen.
–
Adres opslaan
Slaat het adres van de afzender op in het telefoonboek.
–
Toevoegen aan
telefoonboek
Slaat het gemarkeerde telefoonnummer op in het telefoonboek.
–
Bericht opstellen
Stelt een nieuw bericht op, bestemd voor het gemarkeerde telefoonnummer of e-mailadres.
–
Melodie opslaan
Slaat de melodie op die met de ontvangen e-mail was meegestuurd.
–
Bijlage opslaan
Slaat het bijgevoegde bestand op.
–
Bericht kopiëren
Kopieert de berichttekst.
Nr.Menu’s in het e-mailscherm (Blad 2 van 5)
43
3Postvak In
(Vervolg)
–
Onderwerp kopiëren
Kopieert de gewenste onderwerptekst.
–
Adres kopiëren
Kopieert het gewenste adres.
–
MMS afspelenSpeelt de inhoud van de dia af volgens de instellingen.
Optiemenu MMS afspelen
1Tekst kopiërenKopieert de tekstgegevens op de dia.
2Afbeelding opslaanBewaart het beeldbestand op de dia.
–
MMS afspelen
(vervolg)
3Geluid opslaanBewaart het geluidsbestand op de dia.
4Video opslaanBewaart het videobestand op de dia.
5Video afspelenSpeelt het videobestand op de dia af.
–
Browse MMSSpeelt de inhoud van de dia handmatig af.
Optiemenu Browse MMS
1Tekst kopiërenKopieert de tekstgegevens op de dia.
2Afbeelding opslaanBewaart het beeldbestand op de dia.
3Geluid opslaanBewaart het geluidsbestand op de dia.
4Video opslaanBewaart het videobestand op de dia.
5Selectie opslaan
Bewaart het gemarkeerde telefoonnummer, e-mailadres
of URL in het telefoonboek of onder favorieten.
6Bericht opstellen
Stelt een bericht op voor de geadresseerde in de tekst
van de dia.
7Dia afspelenSpeelt de gemarkeerde dia af.
–
Beveiliging Aan/Uit
Zet de beveiliging van ontvangen e-mail/MMS aan of uit.
4Verzonden e-mail
Geeft de lijst met verzonden e-mail/MMS weer.
Optiemenu verzonden e-maillijst
–Sorteren op titel
Sorteert de verzonden e-mail/MMS op onderwerp.
–Sorteren op adres
Sorteert de verzonden e-mail/MMS op de eerste geadresseerde.
–Sorteren op datum
Sorteert de verzonden e-mail/MMS op verzenddatum.
–Wis één
Wist de geselecteerde e-mail/MMS.
–Wis alles
Wist alle verzonden e-mail/MMS.
-Wis alles + bev.
Wist alle verzonden e-mail/MMS, inclusief de beveiligde.
Nr.Menu’s in het e-mailscherm (Blad 3 van 5)
44
4
Verzonden mail
(vervolg)
Optiemenu Verzonden e-mail/MMS
–Opnieuw bewerken
Geeft de opsteller weer om de verzonden e-mail/MMS opnieuw te bewerken.
–Wissen
Wist de verzonden e-mail/MMS.
–Bureaubladicoon
toevoegen
Maakt een bureaubladicoon aan om een nieuw bericht op te stellen aan de geadresseerde.
–Adres opslaan
Bewaar de geadresseerde in het telefoonboek.
–Toevoegen aan
telefoonboek
Bewaart het telefoonnummer en e-mailadres die in het tekstgedeelte staan.
–Bericht opstellenStelt een nieuw bericht op, bestemd voor het gemarkeerde telefoonnummer of e-mailadres.
–Bericht kopiëren
Begint met kopiëren in het tekstgedeelte.
–Onderwerp kopiëren
Begint met kopiëren in het onderwerpgedeelte.
–
MMS afspelen
Speelt de inhoud van de dia af volgens de instellingen (see “MMS afspelen” op pagina 43).
–
Browse MMS
Speelt de inhoud van de dia handmatig af (zie “Browse MMS” op pagina 43).
–
Beveiliging Aan/Uit
Zet de beveiliging van ontvangen e-mail/MMS aan of uit.
5Concept e-mail/
MMS
Geeft de niet-verzonden en opgeslagen concept e-mail/MMS weer.
Optiemenu Concept
1Wis één
Wist de geselecteerde e-mail/MMS.
2Wis alles
Wist alle e-mail/MMS.
6Selectief ophalen
Toont de lijst van opgeslagen e-mail/MMS op de mailserver en geeft u de optie om elk afzonderlijk bericht op te halen of te
wissen.
7Nieuwe e-mail/
MMS ophalen
Controleert of er nieuwe i-mode berichten (e-mail/MMS) zijn opgeslagen op de e-mailserver.
Nr.Menu’s in het e-mailscherm (Blad 4 van 5)
47
•Vaste nummers (FDN)
•Eigen nummer
•Voicemail nummer
2Wanneer u één van deze lijsten inziet, dan kunt u eenvoudig de andere lijsten oproepen (als uw SIM dit ondersteunt) door te drukken op .
2Het maximumaantal telefoonnummers dat op een SIM opgeslagen kan worden, is dat van de ADN, FDN en SDN lijsten samen.
2Wanneer u het telefoonboek activeert, dan opent de lijst die u het laatst heeft geraadpleegd.
Persoonlijke lijst (ADN)
Deze nummers heten ‘abbreviated dialing numbers’ (ADN, verkorte belnummers). Er zijn twee soorten ADN, de ene is het telefoonboek dat in het geheugen van
de telefoon is opgeslagen (telefoonboek van de telefoon) en het andere is het telefoonboek dat op de SIM is opgeslagen (telefoonboek van de SIM)).
Telefoonboek (SIM)
•U kunt 255 persoonsgegevens op uw SIM opslaan.
•Alle persoonsgegevens bevatten een telefoonnummer, een naam en een locatienummer.
2Het aantal telefoonnummers dat u kunt opslaan op een SIM hangt af van de SIM-capaciteit.
Telefoonboek (telefoon)
U kunt 500 persoonsgegevens opslaan in het geheugen van uw telefoon. Elke set persoonsgegevens krijgt een locatienummer (1 t/m 500) en kan worden
toegekend aan een groep.
Voor elke set persoonsgegevens kunt u het volgende instellen:
•7 telefoonnummers (Thuis, Mobiel, Werk, Data, Fax, Andere telefoon x 2)
•2 E-mailadressen
•2 beschrijvingen
•Groep, spraakherkenning, LED-kleur, een CLI-afbeelding en een beltoon
2U kunt aan 10 telefoonnummers een spraakherkenning toekennen.
Vaste telefoonnummers (FDN)
Met vaste nummers kunt u de nummers die met uw telefoon kunnen worden gebeld, beperken. Als u de FDN-functie heeft ingeschakeld (zie pagina 47), dan
kunnen alleen de telefoonnummers die u in dit telefoonboek heeft opgeslagen plus de alarmnummers met uw telefoon worden gebeld.
,Hoewel FDN wordt ondersteund door uw telefoon, moet het ook aanwezig zijn op uw SIM. Vraag dit na bij uw serviceprovider.
Servicenummers (SDN)
De telefoonnummers die in het SDN-telefoonboek zijn opgeslagen, zijn door uw serviceprovider geïnstalleerd. Hiermee kunt u nummers en leveranciersdiensten
bellen (bv. klantonderzoeken, factureringsinformatie, sportlijnen, weerlijnen, etc.). Ze kunnen niet door u worden bewerkt.
,Hoewel SDN wordt ondersteund door uw telefoon, moet het ook aanwezig zijn op uw SIM. Vraag dit na bij uw serviceprovider.
60
Optiemenu camera (nadat u een video heeft opgenomen)
Mijn gegevens (M6)
Met ‘Mijn gegevens’ kunt u melodieën en muziek (MP3) afspelen, of afbeeldingen en video’s weergeven die u van het Internet heeft gedownload of met de camera
van uw telefoon heeft gemaakt.
Video’s (M61)
In de volgende paragraaf leest u hoe u de videobestanden (video’s) die in uw telefoon zijn opgeslagen, kunt afspelen. U kunt video’s opnemen met uw telefoon,
downloaden van het Internet of als bijlage ontvangen bij een e-mail/MMS. Dit zijn de twee vooringestelde mappen: ‘Mijn video’s’ en ‘Download’.
Videobestanden afspelen
☛ ▼1 of 61 ➔Een map markeren➔ of ➔ Markeer een video die u wilt afspelen➔➔De video wordt afgespeeld.
2Als de functie ‘platte weergave’ is geactiveerd, dan wordt de lijst met mappen niet weergegeven. De lijst met alle opgeslagen videobestanden wordt
weergegeven.
2Als u naar een andere hiërarchie in de map wilt gaan, gebruik dan en
2Als u drukt op # voordat u een videobestand afspeelt, dan wordt het weergavescherm vergroot. Drukt u op de toets #, dan wordt het weergavescherm weer
normaal.
2Voor de definities van de iconen die worden weergegeven bij het afspelen, zie “LCD en weergegeven iconen” op pagina vii.
Bedieningsfuncties tijdens het afspelen van een video
☛ Om te stoppen, SK2
☛ Om te pauzeren, druk op SK1 ➔ Druk tijdens het pauzeren nogmaals op SK1 om het afspelen te hervatten.
☛ Om vooruit/achteruit te spoelen: of➔SK1 of stopt het vooruit/achteruit spoelen.
☛ Om het weergavescherm te vergroten #.
Nr.Optiemenu camera (nadat u een video heeft opgenomen)
1OpslaanSlaat de momenteel weergegeven video op.
2Bericht opstellenCreëert een nieuw bericht met het bestand als bijlage (zie pagina 34).
3Als achtergrond instellenStelt de video in als achtergrond.
4Volledig scherm
Stelt in of het weergavescherm moet worden vergroot.
2U kunt de functie ‘Volledig scherm’ niet gebruiken voor QCIF.
5Details tonenGeeft gedetailleerde informatie over de gemarkeerde video.
6Video’s‘Video’s’ in ‘Mijn gegevens’ wordt geopend.
▼
▼
▼
▼
▼
61
☛ U kunt het volume instellen met de zij toetsen
☛ Om het vorige/volgende bestand weer te geven, ▲ of ▼
2U kunt videobestanden met alleen geluid en geen beeld niet snel vooruit spoelen, terugspoelen of vergroten.
Geluiden(M62)
In de volgende paragraaf is beschreven hoe u geluiden kunt afspelen en wissen. Dit zijn de drie vooringestelde mappen: Downloaden, Voorinstelling en
Voicememo.
Geluiden selecteren en afspelen
☛ ▼2 of 6 2➔ Een map markeren➔ of ➔ Markeer een geluidsbestand dat u wilt afspelen➔
2
Als de functie ‘platte weergave’ is geactiveerd, dan wordt de lijst met mappen niet weergegeven. De lijst met alle opgeslagen geluidsbestanden wordt weergegeven.
2Als u naar een andere hiërarchie in de map wilt gaan, gebruik dan en
2Wanneer er een map is gemarkeerd, dan kunt u SK1 niet gebruiken.
Bedieningsfuncties tijdens het afspelen van geluid
☛ Stoppen: SK2
☛ U kunt het volume instellen met de zij toetsen
☛ Om het vorige/volgende bestand af te spelen, ▲ of ▼
Afbeeldingen (M63)
Met de functie ‘Afbeeldingen’ kunt u afbeeldingen en animaties weergeven die u heeft gemaakt met de camera van uw telefoon, die u heeft ontvangen als bijlage
bij een e-mail/MMS, of die u heeft gedownload van het Internet. Met deze functie kunt u de afbeeldingen ook bewerken. Met de functie ‘Afbeeldingen’ kunt u ook
afbeeldingen en animaties toevoegen aan uw MMS berichten. Dit zijn de vijf vooringestelde mappen: Foto, Voorinstelling, Download, Kader en Stempel.
Afbeeldingen tonen
☛ ▼3 of63 ➔Een map markeren➔ of ➔Markeer een beeldbestand dat u wilt afspelen➔
☛ Om het vorige/volgende beeldbestand weer te geven, ▲ of ▼
2
Als de functie ‘platte weergave’ is geactiveerd, dan wordt de lijst met mappen niet weergegeven. De lijst met alle opgeslagen beeldbestanden wordt weergegeven.
2Als u naar een andere hiërarchie in de map wilt gaan terwijl miniatuurweergave uit staat, druk dan op en
Een afbeelding bijsnijden
☛ Markeer de afbeelding die u wilt bewerken of geef deze weer ➔13 ➔Selecteer de bestandsgrootte➔Er verschijnt een kader in de weergave dat
de uitsnijding aangeeft.
☛ Verplaats de positie van het kader➔➔ SK1 als het beeld goed is
2Als u Vrij selecteert, dan verschijnt er een pijl op het weergavescherm. Beweeg deze naar het punt waar u een kader wilt laten beginnen en druk op om
die positie te bevestigen. Trek het kader dan uit tot de gewenste grootte en druk op om te bevestigen.
▼
▼
▼
▼
▼
▼
62
De afbeelding verkleinen
☛ Markeer de afbeelding die u wilt bewerken of geef deze weer➔14 ➔Selecteer het beeldformaat➔ SK1 als het beeld goed is.
Een afbeelding roteren
☛ Markeer de afbeelding die u wilt bewerken of geef deze weer➔1 5 ➔ SK1 om de afbeelding 90 graden met de klok mee te roteren.
☛ Druk net zo lang op SK1 totdat het beeld in de gewenste hoek staat angle➔ ter bevestiging
De afbeelding versieren met stempels
☛ Markeer de afbeelding die u wilt bewerken of geef deze weer➔16
☛ Om een markeringsstempel toe te passen, 1 ➔ Markeer de gewenste stempel ➔➔De positie van de markeringsstempel wordt weergegeven in het
midden
2Als u een voorbeeld wilt zien van de gemarkeerde stempel, druk dan op SK1
☛ Druk op 2 om een tekststempel te gebruiken ➔ Toets de tekst in ➔➔De positie van de tekststempel wordt weergegeven in het midden
☛ Verplaats de positie van de stempel ➔ ter bevestiging ➔ Het voorbeeld van de tekststempel wordt opnieuw weergegeven. Herhaal de procedure indien
nodig. ➔ SK1 wanneer u klaar bent met de stempel (het voorbeeld van de stempel wordt nu niet toegepast)
Een kader aan de afbeelding toevoegen
☛ Markeer het beeldbestand dat u wilt bewerken of geef dit weer ➔17➔Selecteer een kader➔ om het resultaat te bekijken ➔Blader door de
verschillende kaders met ▲ en ▼➔ om te bevestigen
De bewerkte afbeelding opslaan
☛ Druk na elke bewerking op SK1 of om de bewerkte afbeelding op te slaan ➔Selecteer kwaliteit van opslaan ➔Bewerk de naam (indien nodig) ➔
Muziek(M64)
In de volgende paragraaf is beschreven hoe u muziekbestanden uit ‘Muziek’ kunt weergeven en afspelen. Er is een voorbeeldmap: Download.
Een muziekbestand selecteren en afspelen
☛ ▼4 of 64 ➔ Markeer het muziekbestand dat u wilt afspelen➔
2Als de functie ‘platte weergave’ is geactiveerd, dan wordt de lijst met mappen niet weergegeven. De lijst met alle opgeslagen muziekbestanden wordt
weergegeven.
2Om uw eigen afspeellijst te creëren, zie "Muziekspeler (M81)" op pagina 68
Bedieningsfuncties tijdens het afspelen van een muziekbestand
☛ Stoppen: SK2
☛ U kunt het volume instellen met de zij toetsen
☛ Om het vorige/volgende bestand af te spelen, ▲ of ▼
Gebruikershandleiding.com neemt misbruik van zijn services uitermate serieus. U kunt hieronder aangeven waarom deze vraag ongepast is. Wij controleren de vraag en zonodig wordt deze verwijderd.
Product:
Spelregels forum
Om tot zinvolle vragen te komen hanteren wij de volgende spelregels:
lees eerst de handleiding door;
controleer of uw vraag al eerder door iemand anders is gesteld;
probeer uw vraag zo duidelijk mogelijk te stellen;
heeft u een probleem en al geprobeerd om dit op te lossen, vermeld dit erbij aub;
heeft u een oplossing gekregen van een bezoeker dan horen wij dat graag in dit forum;
wilt u een reactie geven op een vraag of antwoord, gebruik dan niet dit formulier maar klik op de knop 'reageer op deze vraag';
uw vraag wordt direct op de website gezet; vermijd daarom persoonlijke gegevens in te vullen;
Belangrijk! Als er een antwoord wordt gegeven op uw vraag, dan is het voor de gever van het antwoord nuttig om te weten als u er wel (of niet) mee geholpen bent! Wij vragen u dus ook te reageren op een antwoord.
Belangrijk! Antwoorden worden ook per e-mail naar abonnees gestuurd. Laat uw emailadres achter op deze site, zodat u op de hoogte blijft. U krijgt dan ook andere vragen en antwoorden te zien.
Abonneren
Abonneer u voor het ontvangen van emails voor uw Nec n410i bij:
nieuwe vragen en antwoorden
nieuwe handleidingen
U ontvangt een email met instructies om u voor één of beide opties in te schrijven.
Ontvang uw handleiding per email
Vul uw emailadres in en ontvang de handleiding van Nec n410i in de taal/talen: Nederlands als bijlage per email.
De handleiding is 1,69 mb groot.
U ontvangt de handleiding per email binnen enkele minuten. Als u geen email heeft ontvangen, dan heeft u waarschijnlijk een verkeerd emailadres ingevuld of is uw mailbox te vol. Daarnaast kan het zijn dat uw internetprovider een maximum heeft aan de grootte per email. Omdat hier een handleiding wordt meegestuurd, kan het voorkomen dat de email groter is dan toegestaan bij uw provider.
Stel vragen via chat aan uw handleiding
Stel uw vraag over deze PDF
Uw handleiding is per email verstuurd. Controleer uw email
Als u niet binnen een kwartier uw email met handleiding ontvangen heeft, kan het zijn dat u een verkeerd emailadres heeft ingevuld of dat uw emailprovider een maximum grootte per email heeft ingesteld die kleiner is dan de grootte van de handleiding.
Er is een email naar u verstuurd om uw inschrijving definitief te maken.
Controleer uw email en volg de aanwijzingen op om uw inschrijving definitief te maken
U heeft geen emailadres opgegeven
Als u de handleiding per email wilt ontvangen, vul dan een geldig emailadres in.
Uw vraag is op deze pagina toegevoegd
Wilt u een email ontvangen bij een antwoord en/of nieuwe vragen? Vul dan hier uw emailadres in.