• Bevochtig de pakking (c2) en plaats
ze op de juiste wijze op de
meseenheid (c1): na het plaatsen
van de pakking moeten de 3
plooien zichtbaar zijn. Als de pakking
in de andere richting is geplaatst, zal
de meseenheid niet op de
mengbeker kunnen worden
vergrendeld. (Fig. 1)
• Plaats het geheel (c1+c2) op de
voet van de mengbeker (c3).
Vergrendel het door de meseenheid
een kwartslag tegen de wijzers van
de klok in te draaien. (Fig. 2)
• Doe de ingrediënten in de
mengbeker zonder het aangegeven
maximumniveau te overschrijden:
* 1,25 l voor dikke mengsels
* 1 l voor vloeibare bereidingen
• Vergrendel het deksel (c4) op de
mengbeker. Plaats de doseerdop
(c5) in de uitsparing op het deksel.
•
Plaats de mengbeker (C) op het
motorblok (A). Het rode slotje (open)
moet op één lijn staan met de
gleuf in het motorblok. (Fig. 3 - stand 1)
• Draai de mengbeker (C) vervolgens
een kwartslag tot het groene slotje
(gesloten) verschijnt.
(Fig. 3 - stand 2)
De mengbeker kan in 2 standen
worden geplaatst: met de handgreep
rechts of links van het motorblok.
• Met de kruidenmaler (D) kunt u
ingrediënten als uien, knoflook, vlees
(in stukken gesneden) en droge
vruchten in enkele seconden
fijnhakken, beschuiten verkruimelen
en babyvoeding bereiden.
Gebruik de kruidenmaler niet voor
vloeibare bereidingen
(vruchtensappen enzovoort)
• Met de specerijenmaler (E) kunt u in
enkele seconden specerijen
fijnmalen: korianderzaadjes, peper
enzovoort.
• Deze accessoires zijn voorzien van
een kom (F), die toegang tot de
messen voorkomt tijdens het gebruik.
1- Draai de kom (F) en doe er de
ingrediënten in.
2- Plaats de pakking (d1) of (e1) in de
uitsparing op de meseenheid (d2 of
e2). (Fig. 4)
Plaats de meseenheid op de kom
door de merktekens op de kom en
de meseenheid op één lijn te
brengen. Vergrendel het accessoire
door de meseenheid een kwartslag
tegen de wijzers van de klok in te
draaien. (Fig. 5)
Opgelet: een slechte vergrendeling
van het accessoire kan lekken
veroorzaken
3- Draai het gemonteerde geheel (D
of E) en plaats het op het
motorblok. Het rode slotje (open)
moet op één lijn staan met de gleuf
in het motorblok. (Fig. 6 - stand 1)
4- Draai het gemonteerde geheel (D
of E) vervolgens een kwartslag tot
het groene slotje (gesloten)
verschijnt. (Fig. 6 - stand 2)
5- Sluit het apparaat aan op het
stopcontact en zet de
snelheidskeuzeschakelaar (B) in de
gewenste stand of geef enkele
pulsen. Houd de kom (F) vast terwijl
het apparaat in werking is.
Zet de snelheidskeuzeschakelaar (B)
weer op “0” om het apparaat te
stoppen.
6- Ontgrendel het accessoire door het
een kwartslag tegen de wijzers van
de klok in te draaien tot het rode
slotje (open) verschijnt. Verwijder
het gemonteerde accessoire (D, E)
van het motorblok.
Draai het om op het werkvlak voordat
u de meseenheid (d2, e2) van de kom
(F) ontgrendelt in de tegengestelde
volgorde van de montage.