23
22
Snel aan de slag
AANDUIDING BATTERIJCONDITIE
Aanduiding Batterij vol - de batterij is volledig opgeladen.
Aanduiding Batterij bijna leeg - de batterij begint leeg te raken.
Waarschuwing: batterij bijna leeg.
AUTOMATISCHE SPAARSCHAKELING
Om de batterij te sparen zal de camera zich uitschakelen wanneer hij drie minuten niet is gebruikt.
Druk de ontspanknop half in om de camera weer te activeren. De wachttijd voor de automatische
spaarschakeling kan in sectie 3 van het setup-menu worden veranderd (blz. 105).
De verlichting van de LCD-monitor gaat na vijf seconden uit. Druk op een toets van de camera om
de weergave weer in te schakelen. De wachttijd voor de uitschakeling kan in sectie 3 van het setup-
menu worden veranderd (blz. 105).
Deze camera is uitgerust met een automatische aanduiding voor de
batterijconditie. Wanneer de camera aan staat verschijnt de aanduiding
op de monitor. Wanneer de batterij leegt raakt verandert de aanduiding
van wit in rood. Wanneer de batterij bijna leeg is zijn niet alle
camerafuncties beschikbaar. Is de monitor blanco, dan kan de batterij
geheel leeg zijn. Aanduiding:
Waarschuwing Batterij leeg - batterij is zo goed als leeg. Waarschuwing:
batterij bijna leeg.
Herlaad de batterij. Bereikt de energievoorraad een nog lager niveau terwijl de camera aan staat,
dan verschijnt de boodschap ‘Battery exhausted’ vlak voordat de camera wordt uitgeschakeld. De
camera werkt pas weer als er een geladen batterij in zit.
LICHTNETADAPTER AC-11 (APART LEVERBAAR)
Met de lichtnetadapter AC-11 kunt u de camera vanuit het stopcontact voeden. Gebruik van de
lichtnetadapter is aan te bevelen wanneer de camera op een computer wordt aangesloten of
langdurig achtereen wordt gebruikt.
Open de voedingsaansluiting van links af. Het deksel is
ter voorkoming van verlies vast aan de camera
bevestigd.
Steek de ministekker van de lichtnetadapter in de
voedingsaansluiting.
Steek de netstekker van de lichtnetadapter in een
stopcontact.
Gaat u over op een andere voedingsmethode,
zet dan de camera uit en verzeker u ervan dat
het toegangslampje niet brandt.
Toegangslampje
Elke keer dat de camera wordt aangezet wordt het ob-
jectief automatisch in de oneindigstand gezet, ook als
de handmatige scherpstelling actief is. Deze handeling
is noodzakelijk voor goede belichtingsresultaten.
Camera-info
CAMERA AANZETTEN
Zet de hoofdschakelaar op On om de camera aan te
zetten. Het toegangslampje licht even op om aan te
geven dat de camera is ingeschakeld. Als de camera
voor het eerst wordt ingeschakeld, moeten datum en
tijd worden ingesteld: zie blz. 26. Gebruikt u de camera
niet, zet hem dan uit om stroom te sparen.
Deksel
aansluitingen