De zelfontspanner vertraagt het moment van de opname met ca. tien seconden na het
indrukken van de ontspanknop. Hij stel de fotograaf in staat zelf op de foto te komen. De
zelfontspannerstand wordt geselecteerd in de Basic-sectie van het opname-menu (blz.
28).
Zet de camera op statief en bepaal de beelduitsnede als beschreven bij de stan-
daard opnamehandelingen (blz. 23). U kunt de scherpstelvergrendeling (blz. 24)
gebruiken voor onderwerpen buiten het beeldcentrum. Druk de ontspanknop half
in om de belichting en de scherpstelling te vergrendelen (1). Druk de ontspanknop
geheel in om het aftellen te beginnen (2). Omdat scherpstelling en belichting wor-
den vastgesteld wanneer de ontspanknop wordt ingedrukt moet u niet voor de
camera staan wanneer u de camera voor een zelfontspanneropname activeert.
Controleer de scherpstelling altijd (aan de hand van de scherpstelsignalen) voor-
dat u het aftellen start (blz. 25).
Tijdens het aftellen knippert het zelfontspannerlampje voorop
de camera (3) en klinkt een audiosignaal. Enkele seconden
voor de opname knippert het zelfontspannerlampje snel. Vlak
voordat de opname wordt gemaakt brandt het lampje continu.
Wilt u het aftellen stoppen, druk dan op de zoomknop. Wilt u
het aftellen stoppen en opheffen, druk dan op de hoofdscha-
kelaar. De transportstand keert na de opname terug naar
enkelbeeld. Het audiosignaal kan in het
setup-menu worden uitgeschakeld.
32
OPNAMESTAND
Zelfontspanner (Self-timer)
2
1
3