TEKST – voor een contrastrijke weergave van
zwarte tekst op een witte achtergrond. Is een van
de automatische flitsstanden (blz. 30) gekozen,
dan zal de flitser niet afgaan.
• Gebruik een statief om cameratrilling te vermijden
en een maximale scherpte te bereiken.
NACHTPORTRET – voor fraai nachtelijke opnamen. Bij gebruik
van invulflits wordt gezorgd voor een goede balans tussen
onderwerp en achtergrond.
• Maakt u een nachtelijke overzichtsopname, gebruik dan een statief
om cameratrilling te vermijden. Wilt u bij nachtelijke opnamen
mensen in de voorgrond fotograferen (nachtportret), zet de camera
dan op invulflits (blz. 30). Vraag
uw onderwerp ook na de flits
nog stil te blijven staan, want om
de achtergrond goed weer te
geven blijft de sluiter langer
open.
29
PORTRET – geeft warme, zachte huidtinten en een lichte extra
onscherpte in de achtergrond.
• Portretten worden doorgaans het mooist bij gebruik van de
telestand: de proporties binnen het gezicht worden goed
weergegeven en de geringe scherptediepte geeft de gewenste
onscherpte in de achtergrond. Gebruik bij hard, gericht zonlicht de
invulflits (blz. 30) om diepe schaduwen op te laten helderen.
LANDSCHAP – Voor scherpe,
kleurrijke landschappen. Is een
van de automatische flitsstanden
(blz. 30) gekozen, dan zal de
flitser niet afgaan).