CONTINUTRANSPORT
Hoe u het continutransport instelt, leest u op bladzijde 22.
33
De opnamestand continutransport biedt u de mogelijkheid om een reeks
opnamen na elkaar te maken, zolang u de ontspanknop ingedrukt
houdt.
Er zijn hierbij twee keuzemogelijkheden: standaard en ‘best select’. Zie
bladzijde 48 voor meer informatie over de ‘best select’ methode.
Kies de opnamestand standaard continutransport (blz. 35). De indicatie “STD” verschijnt nu aan de
rechter zijde van de LCD-monitor. Het aantal opnamen dat na elkaar kan
worden gemaakt en de snelheid waarmee, hangt af van de gekozen
instellingen voor beeldcompressie en opnameresolutie; zie tabel hieronder.
Kader het beeld uit en druk de ontspanknop half in om de belichting en de
scherpstelling voor de opnamereeks te vergrendelen (1). Het scherpstelsignaal (2)
verschijnt in de linker bovenhoek van de LCD-monitor wanneer de scherpstelling is
voltooid. Druk de ontspanknop helemaal in en houd hem daar vast (3) om de opna-
mereeks te starten. Wanneer de ontspanknop helemaal is inge-
drukt en wordt vastgehouden, maakt de camera net zolang opna-
men totdat het maximale aantal is bereikt of totdat de ontspanknop
wordt losgelaten. De ingebouwde flitser kan hierbij niet worden
gebruikt. De opnameteller wordt bijgesteld zodra de reeks opna-
men is weggeschreven op de geheugenkaart.
De tabel geeft een overzicht van het maximum aantal opnamen
dat kan worden gemaakt bij diverse combinaties van compressie-
verhoudingen en opnameresoluties.
Normal
Fine
1600 x 1200
14
21
640 x 480
81
99
2048 x 1536
9
13
100
Compressie
Opnameresolutie
1
2
3