- 91 -
Voor weergave van opnamen moet de camera uit staat en moet u de LCD-monitor
activeren. Dat doet u door de display/enter-toets even ingedrukt te houden.
Probleem
Symptoom
Oorzaak
Oplossing
De LCD-monitor
gaat niet aan.
Er verschijnt
niets op het
data-scherm.
De automatische uit-
schakeling heeft de
camera uit gezet.
De batterijen zijn leeg.
De batterijen zijn verkeerd
geplaatst.
De netstroomadapter is
niet goed aangesloten.
houd de display/enter-toets
ingedrukt totdat de monitor
weer aan gaat (blz. 21).
Vervang de batterijen
(blz. 15).
Plaats de batterijen
opnieuw en let er op dat
min- en pluspolen zijn
geplaatst op de manier
zoals die aan de binnen-
kant van het batterijdeurtje
is aangegeven (blz. 20).
Controleer of de net-
stroomadapter goed op de
camera en het lichtnet zijn
aangesloten (blz. 22).
LCD-monitor is
uitgeschakeld.
Er verschijnt
niets op het
data-scherm.
Kan vanuit com-
puter geen toe-
gang tot de
camera krijgen.
Er verschijnt
niets op het
data-scherm of
op de monitor.
Automatische uitschake-
ling is in werking getreden.
Televisiebeeld
vertoont
storing/ruis.
Camera staat ingesteld
op verkeerde televisiestan-
daard.
Stel de juiste televisie-
standaard in het setup-
menu in
(blz. 72 - 75).
Vergrote weer-
gave bij bepaald
beeld niet moge-
lijk.
Beeld werd opgenomen
met digitale zoom en op
half formaat (blz. 54).
Het
beeldbestand is
beschadigd.
De CompactFlash kaart
werd verwijderd terwijl de
camera aan het
lezen/schrijven was.
Verwijder nooit een
CompactFlash kaart als
het groene scherpstel-
lampje brandt.
Functioneert de camera niet goed, zet hem dan uit, verwijder en herplaats de
batterijen, of ontkoppel en koppel de netstroomadapter. Schakel de camera altijd uit
met de objectiefschuif (opslagstand) of de display/enter-toets (weergavestand), anders
kan de CompactFlash kaart beschadigd raken en wordt de camera ge-reset.
Zet de camera aan met de
objectiefschuif. of de
display/enter-toets
(blz. 21).
PROBLEMEN OPLOSSEN -
Weergavestand