367425
26
Verklein
Vergroot
Pagina terug
1/64
Pagina verder
Gebruiksaanwijzing
Magnetron
M 8261-2
Lees beslist de gebruiksaanwijzing
voordat u uw apparaat plaatst,
installeert en in gebruik neemt.
Dat is veiliger voor uzelf en u voorkomt
onnodige schade aan uw apparaat.
M.-Nr. 07 542 740
nl-NL
Algemeen ........................................................4
Ovenruimte, accessoires .............................................4
Bedieningspaneel ..................................................5
Bijgeleverde accessoires ............................................6
Grillrooster .....................................................6
Glazen opvangschaal.............................................6
Gourmetschaal ..................................................6
Deksel .........................................................6
Kookstaafje .....................................................6
Een bijdrage aan de bescherming van het milieu........................7
Veiligheidsinstructies en waarschuwingen.............................8
Principe.........................................................14
Hoe werkt de magnetron? ...........................................14
Mogelijkheden ...................................................15
Wat kan de magnetron?.............................................15
Welke verwarmingssoorten heeft de magnetron? .........................15
Magnetron.....................................................15
Grilleren ......................................................15
Combinatie van magnetron en grill..................................15
Automatische programma's .......................................15
Servies dat geschikt is voor de magnetron............................16
Materiaal en vorm .................................................16
Het testen van serviesgoed ..........................................18
Deksel ..........................................................19
Vóór het eerste gebruik............................................20
Dagtijdweergave .................................................21
Dagtijd instellen ...................................................21
Dagtijd corrigeren .................................................21
Dagtijdweergave uitzetten ...........................................21
Nachtschakeling ..................................................21
Bediening .......................................................22
Deur openen .....................................................22
Serviesgoed in het apparaat zetten....................................22
Draaiplateau ...................................................22
Deur sluiten ......................................................22
Bereidingsproces starten ...........................................22
Displaymelding "door"............................................23
Inhoud
Bereidingsproces onderbreken / voortzetten ............................24
Instellingen wijzigen................................................24
Bereidingsproces wissen ...........................................24
Na afloop van een bereidingsproces ..................................24
Warmhoudautomaat ...............................................24
Quick-Start (programmeerbaar) ......................................25
Vergrendeling apparaat.............................................25
Kookwekker ......................................................26
Kookwekkertijd corrigeren ........................................26
Kookwekker in combinatie met een bereiding .........................26
Bediening - grilleren ..............................................27
Gourmetschaal...................................................29
Gebruik .........................................................29
Praktijkvoorbeelden ................................................30
Recepten ........................................................30
Bediening - automatische programma's ..............................35
Ontdooiprogramma's...............................................35
Kookprogramma's .................................................35
Recepten - automatische programma's °...........................37
Eigen programma opslaan .........................................43
Instellingen apparaat wijzigen ......................................45
Verwarmen ......................................................47
Koken ..........................................................48
Ontdooien / ontdooien en bereiden ..................................49
Inmaken ........................................................50
Praktijkvoorbeelden...............................................51
Aanwijzingen voor keuringsinstituten ................................52
Reiniging en onderhoud ...........................................53
Ovenruimte, binnenkant deur ........................................53
Front............................................................54
Bijgeleverde accessoires ...........................................55
Nuttige tips ......................................................56
Klantcontacten ...................................................58
Elektrische aansluiting ............................................59
Inbouwen .......................................................60
Inhoud
Ovenruimte, accessoires
a Deur
b Deurvergrendeling
c Kwartsgrill
d Bedieningspaneel
e Draaiplateau
f Grillrooster
g Glazen opvangschaal
h Gourmetschaal
i Deksel
j Kookstaafje
Algemeen
4
Bedieningspaneel
k Klok met display
l Functieschakelaar voor magnetron-
vermogen, grill en
combinatieprogramma’s
m Draaiknop voor
tijd en gewicht
n Toetsen voor de automatische pro-
gramma's
o Toets dagtijd m
p Toets kookwekker l
q Geheugenplaats voor een program-
mamet1-3stappen
r Stoptoets / Wistoets
s Toets "Start" / Plus een minuut /
Quick-Start (programmeerbaar) c
t Deuropener a
Algemeen
5
Bijgeleverde accessoires
Grillrooster
U kunt het grillrooster voor alle ver
-
warmingssoorten gebruiken, al dan
niet in combinatie met de magne
-
tron. Gebruik het rooster echter
niet als u alleen de magnetron ge
-
bruikt (magnetron solo).
Bewaar het rooster niet in de ovenruim
-
te. Het grillrooster is dan niet onbe
-
doeld in het apparaat als u alleen de
magnetron inschakelt.
Glazen opvangschaal
U kunt de glazen opvangschaal voor
alle verwarmingssoorten gebruiken.
Als u op het rooster grilleert, kunt u het
beste de glazen opvangschaal onder
het rooster in het apparaat plaatsen.
Het vet wordt dan in de schaal opge-
vangen.
Gourmetschaal
De gourmetschaal is een ronde grill
-
plaat met een anti-aanbaklaag. Met
deze schaal kunt u zoete en hartige
snacks, alsmede kleine gerechten snel
en knapperig bereiden.
Deksel
Het deksel mag uitsluitend voor de
magnetronfunctie worden gebruikt, niet
voor andere ovenfuncties of
combinatieprogramma's!
Het deksel voorkomt dat het gerecht
uitdroogt, houdt de ovenruimte schoon
en versnelt de bereiding.
Kookstaafje
Gebruik altijd het kookstaafje als u een
vloeistof met de magnetronfunctie ver
-
hit. De vloeistof wordt dan gelijkmatig
verwarmd.
Algemeen
6
Het verpakkingsmateriaal
De verpakking beschermt het apparaat
tegen transportschade. Het verpak
-
kingsmateriaal is uitgekozen met het
oog op een zo gering mogelijke belas
-
ting van het milieu en de mogelijkheden
voor recycling.
Hergebruik van het verpakkingsmateri
-
aal remt de afvalproductie en het ge
-
bruik van grondstoffen. Vaak neemt de
leverancier de verpakking terug. Als u
de verpakking zelf wegdoet, informeer
dan bij de reinigingsdienst van uw ge
-
meente waar u die kunt afgeven.
Het afdanken van het apparaat
Oude elektrische en elektronische ap
-
paraten bevatten meestal nog waarde
-
volle materialen. Ze bevatten echter
ook schadelijke stoffen die nodig zijn
geweest om de apparaten goed en vei
-
lig te laten functioneren. Wanneer u uw
oude apparaat bij het gewone afval
doet of er op een andere manier niet
goed mee omgaat, kunnen deze stoffen
schadelijk zijn voor de gezondheid en
het milieu.
Lever het apparaat in bij een gemeen-
telijk inzameldepot voor elektrische en
elektronische apparatuur.
Het afgedankte apparaat moet tot die
tijd buiten het bereik van kinderen wor
-
den opgeslagen.
Een bijdrage aan de bescherming van het milieu
7
Dit apparaat voldoet aan de gelden
-
de veiligheidsbepalingen. Onjuist
gebruik echter kan persoonlijk letsel
of beschadiging van het apparaat
tot gevolg hebben.
Lees daarom de gebruiksaanwijzing
aandachtig door, voordat u het ap
-
paraat in gebruik neemt. In de ge
-
bruiksaanwijzing vindt u belangrijke
instructies met betrekking tot de in
-
bouw, de veiligheid, het gebruik en
het onderhoud.
Bewaar de gebruiksaanwijzing zorg
-
vuldig en geef deze door aan een
eventuele volgende eigenaar!
Verantwoord gebruik
~
Deze magnetron is uitsluitend be-
stemd voor huishoudelijk gebruik en
wel voor het ontdooien, verwarmen, ko-
ken, grilleren en inmaken van voedings-
middelen. Gebruik voor andere doelein-
den is voor eigen risico en kan gevaar-
lijk zijn. De fabrikant kan niet aanspra-
kelijk worden gesteld voor schade die
wordt veroorzaakt door gebruik voor
andere doeleinden dan hier aangege
-
ven of door foutieve bediening.
~
Dit apparaat mag alleen worden ge
-
bruikt door personen die in staat zijn
het apparaat veilig te bedienen en die
volledig op de hoogte zijn van de in
-
houd van de gebruiksaanwijzing!
~
Gebruik de magnetron nooit voor
het bewaren of drogen van ontvlamba
-
re producten. Aanwezig water ver
-
dampt en er ontstaat brandgevaar.
Kinderen
~
Houd kinderen in de gaten wanneer
deze zich in de buurt van het apparaat
bevinden. Laat kinderen nooit met het
apparaat spelen.
~
Kinderen mogen het apparaat alleen
zonder toezicht gebruiken als ze weten
hoe ze het apparaat veilig moeten be
-
dienen. De kinderen moeten zich be
-
wust zijn van de gevaren van een fou
-
tieve bediening.
~
Bij grilleren met of zonder de ver
-
warmingssoort "Magnetron" worden de
ovenwanden, het grillelement en de
deur heet! Zorg ervoor dat kinderen het
apparaat niet aanraken als het aan
staat. Er bestaat gevaar voor verbran-
dingen!
Technische veiligheid
~
Controleer het apparaat voor de in-
bouw op zichtbare schade. Neem een
beschadigd apparaat nooit in gebruik.
Een beschadigd apparaat kan uw vei
-
ligheid in gevaar brengen.
~
Als de aansluitkabel beschadigd is,
moet deze door Miele worden ver
-
vangen of door een door de fabrikant
geautoriseerde vakman.
~
Gebruik de magnetron niet als
– de deur verbogen is.
– de deurscharnieren los zitten.
– er gaatjes of scheuren in de omman
-
teling, de deur of de binnenwanden van
het apparaat zitten.
Als de magnetron wel wordt ingescha
-
keld, kunnen er microgolven vrijkomen
die gevaarlijk kunnen zijn voor de ge
-
bruiker.
Veiligheidsinstructies en waarschuwingen
8
~
Maak de ommanteling van het ap
-
paraat nooit open. Als onder spanning
staande delen worden aangeraakt en/of
als er iets aan de elektrische of mecha
-
nische opbouw van het apparaat wordt
veranderd, kan de gebruiker gevaar lo
-
pen (bijvoorbeeld een elektrische
schok). Bovendien is het mogelijk dat
het apparaat dan niet meer goed functi
-
oneert.
~
Voordat u het apparaat aansluit,
dient u de aansluitgegevens (spanning
en frequentie) op het typeplaatje te ver
-
gelijken met de waarden van het elektri
-
citeitsnet. Deze gegevens moeten be-
slist overeenkomen om beschadiging
van het apparaat te voorkomen. Raad-
pleeg bij twijfel een elektricien.
~
Het apparaat mag niet via een
verdeelstekker of verlengsnoer op het
elektriciteitsnet worden aangesloten.
Hiermee kan een veilig gebruik van het
apparaat niet worden gewaarborgd. Er
kan bijvoorbeeld oververhitting ont-
staan.
~
De elektrische veiligheid van het ap
-
paraat is uitsluitend gegarandeerd, als
het wordt aangesloten op een aar
-
dingssysteem dat volgens de geldende
veiligheidsbepalingen is geïnstalleerd.
Het is zeer belangrijk dat wordt nage
-
gaan of aan deze fundamentele veilig
-
heidsvoorwaarde is voldaan en dat de
huisinstallatie bij twijfel door een vak
-
man wordt geïnspecteerd. De fabrikant
kan niet aansprakelijk worden gesteld
voor schade die wordt veroorzaakt door
een ontbrekende of beschadigde aard
-
draad (bijvoorbeeld een elektrische
schok).
~
Gebruik het apparaat alleen als het
is ingebouwd, zodat de veiligheid ge
-
waarborgd is.
~
Ondeskundig uitgevoerde
installatie-, reparatie- en onderhouds
-
werkzaamheden leveren gevaar op
voor de gebruiker. De fabrikant kan
daarvoor niet aansprakelijk worden ge
-
steld. Laat installatie-, reparatie- en on
-
derhoudswerkzaamheden uitsluitend
door erkende vakmensen uitvoeren.
~
Als dit apparaat binnen de garantie
-
periode defect raakt, mag het alleen
door Miele worden gerepareerd, an
-
ders vervalt de garantie.
~
Er staat alleen dan geen elektrische
spanning op het apparaat als aan één
van de volgende voorwaarden is vol-
daan:
– als de stekker uit het stopcontact is
getrokken.
Trek daarbij aan de stekker en niet aan
de aansluitkabel.
– als de hoofdschakelaar van de huisin-
stallatie is uitgeschakeld.
– als de zekering van de huisinstallatie
er geheel is uitgedraaid.
~
Defecte onderdelen mogen alleen
door originele Miele-onderdelen wor
-
den vervangen. Alleen van die onder
-
delen kan Miele garanderen dat zij aan
de veiligheidseisen voldoen.
~
Dit apparaat mag uitsluitend door
een vakman op een niet-stationaire lo
-
catie (bijvoorbeeld een boot of camper)
worden ingebouwd en aangesloten.
Hierbij moet aan alle voorwaarden voor
een veilig gebruik worden voldaan.
Veiligheidsinstructies en waarschuwingen
9
Veilig gebruik
~
Zorg ervoor dat voedsel altijd vol
-
doende wordt verwarmd. De tijd die
daarvoor nodig is, hangt af van ver
-
schillende factoren, zoals de tempera
-
tuur van het gerecht op het moment dat
het in de magnetron wordt gezet, de
hoeveelheid, het soort voedsel, de kwa
-
liteit ervan en mogelijke wijzigingen in
het recept.
Eventuele bacteriën in het eten worden
alleen gedood wanneer de temperatuur
hoog genoeg is (>70 °C) en lang ge
-
noeg wordt aangehouden (>10 min.).
Wanneer u twijfelt of een gerecht vol-
doende is verwarmd, verleng dan de
bereidingstijd nog iets.
~
Het is belangrijk dat de temperatuur
in het gerecht gelijkmatig wordt ver-
deeld en hoog genoeg is. Roer het ge-
recht daarom regelmatig door of keer
het. Let ook op de aangegeven door-
warmtijden (de tijd waarin de warmte
zich gelijkmatig verdeelt) bij het ont
-
dooien, verwarmen en koken.
~
Houd bij ontdooien, verwarmen of
koken met de magnetron rekening met
het feit dat de bereidingstijden vaak
veel korter zijn dan op een kookplaat of
in een gewone oven. Als gerechten te
lang in de magnetron staan, drogen ze
uit en kunnen zelfs in brand vliegen.
Gevaar voor brand bestaat ook als u
bijvoorbeeld brood in de magnetron
verwarmt of bloemen en kruiden te lang
droogt. Blijf er dus bij staan!
~
Kussens (en vergelijkbare produc
-
ten) met kersenpitten, gel en dergelijke
mogen niet in de magnetron worden
verhit. Dergelijke producten kunnen in
brand vliegen, ook nadat ze uit het ap
-
paraat zijn gehaald. Brandgevaar!
~
Een magnetron is niet geschikt voor
het reinigen en desinfecteren van
gebruiksvoorwerpen.
Bovendien kunnen hoge temperaturen
ontstaan waardoor u zich kunt branden
als u de voorwerpen uit het apparaat
haalt. Brandgevaar!
~
Zet de magnetron niet op het hoog
-
ste vermogen, wanneer u leeg servies-
goed wilt verwarmen of kruiden wilt dro-
gen. De magnetron zou beschadigd
kunnen raken, omdat er te weinig in
staat.
~
Verwarm eten of drinken nooit in een
gesloten potje of fles.
Anders ontstaat er druk waardoor het
potje of de fles uiteen kan spatten. U
zou hierbij letsel kunnen oplopen!
Bij zuigflessen moeten de dop en de
speen van tevoren worden verwijderd.
~
Als u de gerechten uit de magnetron
haalt, controleer dan of de temperatuur
goed is. Let vooral bij babyvoeding
op de juiste temperatuur! Babyvoe
-
ding goed doorroeren of schudden.
Proef er zelf even van, zodat u zeker
weet dat de baby zich er niet aan
brandt. Meet de temperatuur niet af aan
de temperatuur van het serviesgoed!
Als gerechten in de magnetron worden
verwarmd, ontstaat de warmte in het
voedsel zelf, waardoor het serviesgoed
minder heet wordt. Het serviesgoed
wordt alleen warm door de warmte die
het gerecht afgeeft.
Veiligheidsinstructies en waarschuwingen
10
~
Zet altijd het bijgeleverde kookstaaf
-
je in de beker of het glas als u een
vloeistof wilt verwarmen.
Als u het kookstaafje niet gebruikt,
kan bij het koken en vooral het naver-
warmen van vloeistoffen het kookpunt
worden bereikt, zonder dat de bekende
luchtbelletjes opstijgen. De vloeistof
kookt dan niet gelijkmatig. Als u nu het
glas of de beker uit de magnetron
haalt, kan de vloeistof ineens gaan bor-
relen en overkoken. U kunt zich daarbij
branden.
Als de vloeistof nog in het apparaat
staat en plotseling hevig gaat koken,
kan de deur openspringen. U kunt
daarbij letsel oplopen en het apparaat
kan beschadigd raken.
Gebruik daarom altijd het kookstaafje.
~
Laat de deur van de magnetron
dicht als de voedingsmiddelen in de
ovenruimte rook ontwikkelen. Eventuele
vlammen worden op deze manier ge
-
doofd. Zet de magnetron uit (druk twee
keer op de toets Stop/C) en trek de
stekker uit het stopcontact. Open de
deur pas wanneer de rook is wegge
-
trokken.
~
Verwarm nooit onverdunde alcohol.
Alcohol kan in brand raken.
~
Gebruik voor het inmaken nooit con
-
servenblikken. Deze kunnen door over
-
druk uiteenspatten. U kunt daarbij letsel
oplopen en het apparaat kan bescha
-
digd raken.
~
Dek gerechten altijd af als ze in het
apparaat worden bewaard. Het vocht
uit de gerechten kan corrosie veroorza
-
ken. Bovendien voorkomt u door het af
-
dekken dat de gerechten uitdrogen.
~
Zorg ervoor dat gerechten of vloei
-
stoffen die keukenzout bevatten meteen
worden verwijderd wanneer deze in
aanraking komen met de roestvrijstalen
wanden van de binnenruimte. U voor-
komt zo dat er corrosie ontstaat.
~
Gebruik in de magnetron geen me-
talen pannen, geen aluminiumfolie,
geen bestek, geen serviesgoed met
een metalen laagje, geen kristal dat
lood bevat, geen schalen met een kar-
telrand, geen kunststof die niet tegen
hitte bestand is en geen houten ser
-
viesgoed. Gebruik ook geen metalen
clips, geen kunststof en papieren clips
waar ijzerdraad in zit en geen kunststof
bekertjes waarvan het aluminium dek
-
seltje niet helemaal is verwijderd. Als u
deze voorwerpen wel gebruikt, kan het
serviesgoed beschadigd raken of kan
er brand ontstaan.
Het bijgevoegde verstelbare rooster en
de gourmetschaal zijn speciaal ontwik
-
keld voor het apparaat en kunnen wor
-
den gebruikt voor grilleren met en zon
-
der magnetron.
Veiligheidsinstructies en waarschuwingen
11
~
Het rooster en de gourmetschaal
mogen niet tegelijk worden gebruikt,
omdat de schaal anders beschadigd
kan raken.
Zet de gourmetschaal altijd op het
draaiplateau!
~
Gebruik het deksel niet in combina
-
tie met de gourmetschaal. Het deksel
wordt anders te heet.
~
Blijf bij het apparaat als u voedings
-
middelen bereidt in wegwerpbakjes
van kunststof, papier of andere brand
-
bare stoffen.
Wegwerpbakjes van kunststof zijn ge
-
schikt als ze voldoen aan de eisen die
in de rubriek "Kunststof" staan.
~
Kook eieren alleen met speciaal ser-
viesgoed. Verwarm ook geen hardge-
kookte eieren in de magnetron. Door de
druk kunnen de eieren uiteenspatten,
ook nadat u ze uit de magnetron heeft
gehaald.
~
Eieren zonder schaal mogen in de
magnetron worden bereid als u van te
-
voren een paar gaatjes in de dooier
prikt. Als u dit niet doet, kan het eigeel
er na het koken onder hoge druk
uitspuiten. U kunt daarbij letsel oplo
-
pen.
~
Bij voedingsmiddelen waarvan de
schil of het vel hard is (tomaten, auber
-
gines, worstjes, etc.), moet u eerst een
paar gaatjes of inkepingen in de schil
of het vel maken, voordat de voedings
-
middelen in de magnetron worden ver
-
warmd. Op deze manier kan de water
-
damp ontsnappen en voorkomt u dat
de voedingsmiddelen ontploffen.
~
Verwarm in de magnetron geen ge
-
rechten in isolatieverpakking, zoals
braadzakken voor kip. Deze verpak
-
kingen bestaan onder meer uit een
laagje aluminiumfolie dat de microgol
-
ven terugkaatst. Hierdoor kan de ver
-
pakking oververhit raken en in brand
vliegen.
~
Zet de magnetron pas aan als er
een gerecht of bruineringsservies in
staat en plaats altijd het draaiplateau.
~
Gebruik de magnetron niet om er
-
mee te frituren. Blijf bij andere berei
-
dingen met olie en vet altijd in de buurt
van het apparaat. Brandgevaar!
~
Draag bij of na grilleren altijd oven-
wanten als u gerechten in de magne-
tron zet of als u deze eruit haalt. U kunt
zich anders branden!
~
De gourmetschaal wordt zeer heet.
Raak de schaal daarom alleen met
ovenhandschoenen aan. Gebruik een
hittebestendige onderzetter als u de
schaal wilt neerzetten.
Het rooster wordt heet als u de
grillfunctie gebruikt (al dan niet in com
-
binatie met de magnetron). U kunt zich
branden!
~
Zet de (hete) glazen opvangschaal
niet op een koud oppervlak, zoals een
granieten werkblad of tegeltjes, anders
kan de schaal beschadigd raken. Ge
-
bruik eventueel een onderzetter.
~
Gebruik het apparaat niet om er een
ruimte mee te verwarmen. Door de
hoge temperaturen in het apparaat kun
-
nen licht ontvlambare voorwerpen, die
zich in de buurt bevinden, vlam vatten.
Veiligheidsinstructies en waarschuwingen
12
~
Als u een stopcontact in de buurt
van het apparaat gebruikt, mogen de
aansluitsnoeren van de betreffende ap
-
paraten niet tussen de deur beklemd
raken, anders kan schade aan de ka
-
belisolatie het gevolg zijn. U kunt dan
een elektrische schok krijgen.
~
Onderbreek het bereidingsproces
als u de temperatuur van het gerecht
wilt meten. Gebruik nooit kwik- of vloei
-
stofthermometers, aangezien deze niet
geschikt zijn voor hoge temperaturen
en gemakkelijk breken. Gebruik uitslui
-
tend speciale thermometers.
~
Gebruik voor het reinigen van het
apparaat nooit een stoomreiniger. De
stoom kan in aanraking komen met de-
len die onder spanning staan en kort-
sluiting veroorzaken.
Als de "Veiligheidsinstructies en
waarschuwingen" niet worden opge-
volgd, kan de fabrikant niet aanspra-
kelijk worden gesteld voor schade
die daarvan het gevolg is.
Veiligheidsinstructies en waarschuwingen
13
Hoe werkt de magnetron?
In het apparaat zit een magnetronbuis.
Deze zet stroom om in
elektromagnetische golven: de micro
-
golven. Deze golven worden gelijkma
-
tig over de binnenruimte verdeeld. Bo
-
vendien worden ze door de zijwanden
gereflecteerd, zodat ze van alle kanten
bij en in het voedsel kunnen komen.
Door het draaien van het draaiplateau
is de verdeling nog beter.
Omdat de microgolven bij en in het ge
-
recht moeten kunnen komen, moet het
serviesgoed geschikt zijn voor gebruik
in de magnetron. Microgolven dringen
door porselein, glas, karton en kunst-
stof heen, maar niet door metaal. Ge-
bruik daarom geen metalen pannen of
schalen of pannen en schalen met een
metaalhoudend decorlaagje. Metaal
kaatst de golven terug, waardoor von-
ken kunnen ontstaan.
Als het juiste servies wordt gebruikt,
dringen de microgolven meteen door
tot in het gerecht. Voedingsmiddelen
bestaan uit moleculen. Deze molecu
-
len, vooral watermoleculen, worden
door de microgolven in trilling gebracht
(maar liefst 2,5 miljard bewegingen per
seconde). Hierdoor ontstaat warmte die
zich vanaf de buitenkant van het voed
-
sel naar binnen verplaatst. Hoe meer
water een gerecht bevat, des te sneller
werkt de magnetron.
De warmte ontstaat dus direct in het
gerecht, waardoor
een gerecht over het algemeen met
weinig of geen toevoeging van vloei
-
stof of vet in de magnetron kan wor
-
den bereid.
ontdooien, verwarmen en koken snel
-
ler gaan dan met een traditionele
oven.
voedingsstoffen zoals vitaminen en
mineralen voor het grootste deel be
-
houden blijven.
de natuurlijke kleur en smaak van de
gerechten nauwelijks veranderen.
De magnetron wordt uitgeschakeld, zo-
dra u het bereidingsproces onder-
breekt of de deur van het apparaat
opent. Tijdens een bereiding biedt de
gesloten deur voldoende bescherming
tegen de microgolven. De deur mag
niet beschadigd zijn!
Principe
14
Wat kan de magnetron?
In de magnetron kunt u gerechten in
korte tijd ontdooien, verwarmen en ko
-
ken.
U kunt de magnetron als volgt ge
-
bruiken:
U kunt voedingsmiddelen ontdooien,
verwarmen en koken door een mag
-
netronvermogen en een tijd in te stel
-
len.
Diepvriesproducten kunt u ontdooien
en meteen daarna bereiden.
U kunt uw magnetron tevens als
"kleine keukenhulp" gebruiken, bij-
voorbeeld voor het laten rijzen van
deeg, het smelten van chocolade of
boter, het oplossen van gelatine en
het inmaken van kleine hoeveelhe-
den fruit, groente of vlees.
Welke verwarmingssoorten
heeft de magnetron?
Magnetron
Met alleen de magnetronfunctie (mag
-
netron solo) kunt u ontdooien, verwar
-
men en koken.
Grilleren
Deze functie is ideaal voor bijvoorbeeld
biefstuk en worstjes.
Combinatie van magnetron en grill
Ideaal voor het bereiden van gegrati-
neerde ovenschotels. De magnetron
maakt het gerecht gaar. Het grill-
element zorgt voor een bruin korstje.
Automatische programma's
U kunt kiezen uit:
vijf ontdooiprogramma's
(N: Ad 1 tot Ad 5),
vier kookprogramma's voor diep
-
vriesproducten
(: AC 1 tot AC 4),
en acht kookprogramma's voor verse
producten
(°: AC 1 tot AC 8).
Deze programma's zijn gewichtsafhan
-
kelijk. U moet daarom het gewicht van
het gerecht invoeren.
Mogelijkheden
15
Microgolven
worden door metaal teruggekaatst.
dringen door glas, porselein, kunst-
stof en karton heen.
worden door het gerecht opgeno
-
men.
Materiaal en vorm
Het materiaal en de vorm van het ser
-
viesgoed kunnen van invloed zijn op de
bereidingstijd. Het beste kunt u ronde
of ovale platte schalen gebruiken. De
gerechten worden dan gelijkmatiger
verwarmd dan in rechthoekige schalen.
Serviesgoed met holle handgrepen
en knoppen zijn ongeschikt voor de
magnetron. Als zich in deze delen
vocht kan ophopen, kan druk ont
-
staan waardoor de delen mogelijk
uiteen spatten. U loopt dan het risico
zich te verwonden. Als de genoem-
de delen goed ontlucht zijn, kunt u
het servies wel gebruiken.
Metaal
Metalen schalen, aluminiumfolie en
bestek zijn niet geschikt voor ge-
bruik in de magnetron, evenmin als
serviesgoed met een metaalhou-
dend laagje (bijvoorbeeld een
gouden of kobaltblauw randje als
decoratie).
Metaal weerkaatst de
magnetrongolven zodat het gerecht
niet wordt bereid.
Gebruik geen kunststof bekertjes
waarvan het aluminium dekseltje niet
helemaal is verwijderd.
Servies dat geschikt is voor de magnetron
16
Uitzonderingen:
Kant-en-klaarmaaltijden in aluminium
bakjes
Deze producten kunt u in de magnetron
ontdooien en verwarmen. Verwijder van
tevoren altijd het deksel. Houd mini
-
maal 2 cm ruimte tussen het bakje en
de ovenwanden. Als u bij de bereiding
alleen het deksel verwijdert, wordt het
gerecht alleen van boven verwarmd.
Als u het gerecht uit de verpakking
haalt en in een geschikte schaal doet,
wordt de warmte gelijkmatiger ver
-
deeld.
Bij gebruik van aluminium bakjes
kunnen knetterende geluiden of von-
ken ontstaan. Plaats dergelijke bak-
jes niet op het rooster.
Aluminiumfolie
Vlees met een onregelmatige vorm (zo-
als gevogelte) wordt het beste ontdooid
en bereid als u de platte delen de
laatste paar minuten met stukjes alumi
-
niumfolie afdekt.
De folie moet minstens 2 cm van de
binnenwanden van het apparaat
verwijderd blijven!
Metalen spiesen en klemmen
Deze metalen delen kunt u alleen ge
-
bruiken als het vlees veel groter is dan
het metaal.
Glas
Vuurvast glas en keramisch glas zijn
zeer geschikt.
Kristalglas dat vaak lood bevat, kan
in de magnetron barsten. Gebruik
kristalglas dan ook niet in de mag
-
netron.
Porselein
Porseleinen serviesgoed is zeer ge
-
schikt.
Het mag echter geen metalen deco
-
ratie (zoals een goudrand) hebben
en geen holle handgrepen.
Aardewerk
Beschilderd aardewerk is alleen ge-
schikt als het motief zich onder een gla-
zuurlaag bevindt.
Aardewerk kan heet worden.
Servies met een glazuurlaagje of verf
Een aantal soorten glazuur en verf
bevat metalen. Dergelijk servies
-
goed is niet geschikt voor de mag
-
netron.
Hout
Houten schalen of bakjes zijn niet
geschikt.
Tijdens het koken verdampt het wa
-
ter dat zich in het hout bevindt waar
-
door het uitdroogt en barst.
Servies dat geschikt is voor de magnetron
17
Kunststof
Kunststof serviesgoed mag alleen
voor de verwarmingssoort "Magne
-
tron solo" worden gebruikt. Dus niet
voor de andere verwarmingssoorten
of voor combinatieprogramma's.
Het serviesgoed moet hittebesten
-
dig zijn (tot minimaal 110 °C), an
-
ders kan de kunststof vervormen of
smelten.
Kunststof serviesgoed voor de magne
-
tron is verkrijgbaar in speciaalzaken.
Kunststof serviesgoed van melamine is
ongeschikt, omdat het energie opneemt
en daardoor te heet wordt.
Informeer dus altijd eerst van welk ma-
teriaal het kunststof serviesgoed is.
Serviesgoed van piepschuim (bijvoor-
beeld polystyreen) kunt u gebruiken als
u gerechten maar eventjes wilt verwar-
men.
Kunststof kookbuiltjes kunt u voor
het verwarmen en koken van de in
-
houd gebruiken. Prik eerst gaatjes in
het builtje zodat de stoom eruit kan.
Daardoor voorkomt u dat de druk te
hoog wordt en het builtje uiteenspat.
Er zijn ook speciale kookbuiltjes
waarin u geen gaatjes hoeft te prik
-
ken. Houdt u zich aan de betreffen
-
de gebruiksaanwijzing.
Gebruik geen metalen clips of clips
van kunststof of papier waar ijzer
-
draad in zit. Brandgevaar.
Wegwerpbakjes
Wegwerpbakjes van kunststof moeten
voldoen aan de eisen in de rubriek
"Kunststof".
Blijf bij het apparaat als u voedings
-
middelen bereidt in wegwerpbakjes
van kunststof, papier of andere
brandbare stoffen.
U kunt uit milieu-overwegingen beter
geen gebruik maken van wegwerpbak
-
jes.
Het testen van serviesgoed
Als u niet zeker weet of u serviesgoed
van glas, aardewerk of porselein in de
magnetron kunt gebruiken, kunt u het
servies als volgt testen:
^ Plaats het servies leeg in het midden
van het apparaat.
^ Sluit de deur.
^ Stel met de functieschakelaar een
vermogen in van 900 W.
^
Stel een tijd in van 30 seconden.
^
Druk op de toets "Start".
Hoort u vervolgens knetterende ge
-
luiden en ziet u vonkjes, schakel de
magnetron dan meteen uit. Druk
daartoe twee keer op de toets
Stop/C.
Serviesgoed dat tot een dergelijke re
-
actie leidt, is niet geschikt voor de mag
-
netron.
Servies dat geschikt is voor de magnetron
18
Als u twijfelt, adviseren wij u bij de
fabrikant of winkelier te informeren of
het servies geschikt is voor de mag
-
netron.
Met het bovenstaande kunt u niet con
-
troleren of eventuele holle handgrepen
voldoende ontlucht zijn.
Deksel
Afdekken voorkomt dat bij lange be
-
reidingstijden teveel waterdamp ont
-
snapt,
zorgt dat het gerecht sneller warm
wordt,
voorkomt dat het gerecht uitdroogt,
houdt de ovenruimte schoon.
Dek gerechten daarom altijd met het
kunststof deksel af, als u met de ver
-
warmingssoort "Magnetron" werkt.
U kunt ook speciale magnetronfolie ge
-
bruiken. Pas op met gewone huishoud
-
folie. Deze kan vervormen en een ver
-
binding aangaan met het gerecht.
Verhit nooit afgesloten potjes, zoals
potjes babyvoeding. Open de potjes
eerst.
Gebruik geen deksel
als u gepaneerde gerechten ver
-
warmt.
als het gerecht een korstje moet krij
-
gen, bijvoorbeeld toast.
als u de gourmetschaal gebruikt.
Het deksel mag alleen voor de ver-
warmingssoort "Magnetron solo"
worden gebruikt.
Het materiaal is geschikt tot een
temperatuur van 110 °C.
Gebruik het deksel daarom alleen in
magnetrons en dan ook alleen voor
de magnetronfunctie (zonder
gourmetschaal). Bij hogere tempera
-
turen (grill, hete lucht,
gourmetschaal, etc.) kan de kunst
-
stof vervormen en smelten.
Het deksel mag de betreffende
schaal niet helemaal afsluiten. Als
de schaal een kleine diameter heeft,
kan het voorkomen dat de stoom
niet door de openingen aan de zij
-
kant van het deksel kan ontsnappen.
Het deksel wordt dan te heet en kan
smelten.
Servies dat geschikt is voor de magnetron
19
Laat het uitgepakte apparaat na
transport ca. 2 uur bij kamertempe
-
ratuur staan, voordat u het in ge
-
bruik neemt.
In deze tijd neemt het apparaat de om
-
gevingstemperatuur aan. Dit is belang
-
rijk voor het goed functioneren van de
elektronica.
^
Verwijder alle verpakkingsmaterialen
als u het apparaat uitpakt.
Verwijder nooit de afdekking van de
opening voor de microgolven (zie af
-
beelding), alsmede de folie aan de
binnenkant van de deur.
^
Controleer het apparaat op bescha
-
digingen.
Gebruik de magnetron niet als
– de deur verbogen is.
– de deurscharnieren los zitten.
– er gaatjes of scheuren in de om
-
manteling, de deur of de binnen
-
wanden van het apparaat zitten.
Als de magnetron wel wordt inge
-
schakeld, kunnen er microgolven
vrijkomen die gevaarlijk kunnen zijn
voor de gebruiker.
^
Reinig de ovenruimte en de acces
-
soires met een sponsdoekje en warm
water.
^
Plak de bijgevoegde verkorte ge
-
bruiksaanwijzing op het apparaat
(bijvoorbeeld op de aangegeven
plaats), maar sluit geen ventilatieope
-
ningen af.
Vóór het eerste gebruik
20
Dagtijd instellen
^
Sluit het apparaat op de netspanning
aan.
In het display knipperen 12:00 en het
symbool m, totdat u de actuele dag
-
tijd instelt. In de tussentijd loopt de
tijd door vanaf 12:00, omdat de klok
start zodra het apparaat op de net
-
spanning wordt aangesloten.
^ Stel met de afgebeelde draaiknop de
uren in.
^ Druk op de toets m.
^
Stel met de draaiknop de minuten in.
^
Druk ter bevestiging van de waarden
op de toets m of wacht enkele se
-
conden.
De ingestelde tijd wordt overgeno
-
men. De dubbele punt tussen de
uren en de minuten knippert.
Dagtijd corrigeren
^
Druk op de toets m.
In het display knippert het symbool
m en de actuele waarde voor de
uren licht enkele seconden op.
^
Corrigeer in deze tijd de uren met de
draaiknop.
^
Druk ter bevestiging op de toets m of
wacht enkele seconden.
Het symbool m knippert en de actue
-
le waarde voor de minuten licht en
-
kele seconden op.
^
Corrigeer in deze tijd de minuten met
de draaiknop.
^
Druk ter bevestiging op de toets m of
wacht enkele seconden.
Dagtijdweergave uitzetten
^
Houd de toets m ingedrukt totdat het
display donker wordt.
Als u daarna opnieuw de toets m inge-
drukt houdt, verschijnt de dagtijd weer.
Nachtschakeling
U kunt het apparaat zo instellen dat de
dagtijdweergave automatisch tussen
23.00 en 04.00 uur uitgeschakeld
wordt.
U zet de nachtschakeling als volgt aan:
^
Houd de toets Stop/C ingedrukt en
druk op de toets m.
In het display verschijnt ON.
U kunt het apparaat uiteraard ge
-
woon blijven gebruiken.
U zet de nachtschakeling als volgt uit:
^
Houd de toets Stop/C ingedrukt en
druk op de toets m.
In het display verschijnt OFF.
Dagtijdweergave
21
Deur openen
^
Druk op de toets a om de deur te
openen.
Als de magnetron ingeschakeld is,
wordt de bereiding onderbroken als u
de deur opent.
Serviesgoed in het apparaat
zetten
Plaats het serviesgoed bij voorkeur in
het midden van de ovenruimte.
Draaiplateau
Met het draaiplateau wordt het gerecht
gelijkmatig ontdooid en bereid.
Gebruik het apparaat alleen als het
draaiplateau geplaatst is.
Het draaiplateau wordt bij elke berei-
ding automatisch ingeschakeld.
Ontdooi en bereid gerechten niet op
het draaiplateau zelf. Het gebruikte ser
-
viesgoed mag niet groter zijn dan het
plateau.
Roer het gerecht regelmatig om of
draai de pan of schaal, zodat het ge
-
recht gelijkmatig verwarmd wordt.
Deur sluiten
^
Druk de deur dicht.
Als u tijdens een bereiding de deur
heeft geopend, kunt u de bereiding
voortzetten door op de toets "Start" te
drukken.
Als de deur niet goed gesloten is,
kunt u het apparaat niet inschake
-
len.
Bereidingsproces starten
Stel met de betreffende schakelaars
een vermogensstand en een tijd in.
^
Zet de functieschakelaar op de ge
-
wenste vermogensstand voor de
magnetron.
In het display lichten het magnetron
-
symbool h en de vermogensstand
op. De tijdwaarde 0:00 knippert.
U kunt uit 7 vermogensstanden kiezen.
Hoe groter het vermogen, des te meer
microgolven bereiken het gerecht.
Bediening
22
Kies een laag vermogen bij gerechten
die u tijdens de bereiding niet kunt
doorroeren of omkeren of waarvan de
samenstelling heel divers is.
Alleen zo wordt de warmte gelijkmatig
verdeeld. Verleng de bereidingstijd
evenredig om het gewenste resultaat te
bereiken.
^ Stel met de draaiknop voor de tijd de
bereidingstijd in.
U kunt een waarde kiezen tussen
10 seconden en 90 minuten.
Uitzondering: Als u het hoogste magne-
tronvermogen kiest, kunt u maximaal
15 minuten instellen. Als u het hoogste
vermogen meermaals achter elkaar
langdurig gebruikt, kan het vermogen
automatisch tot 600 Watt worden ver
-
laagd. Dit wordt op het display aange
-
geven (oververhittingsbeveiliging).
De benodigde tijd hangt af van:
De temperatuur van het voedsel.
Voedsel dat uit de koelkast komt,
moet langer worden verwarmd dan
voedsel op kamertemperatuur.
De kwaliteit van het voedsel en het
soort voedsel.
Verse groente bijvoorbeeld bevat
meer water dan minder verse groen
-
te en hoeft daardoor minder lang te
worden verwarmd.
De frequentie van het roeren en om
-
keren.
Als u het gerecht frequent doorroert
en omkeert, wordt de warmte gelijk
-
matiger verdeeld en neemt de berei
-
dingstijd af.
De hoeveelheid voedsel.
Dubbele hoeveelheid = bijna de
dubbele tijd.
Kleinere hoeveelheid = een evenre
-
dig kortere tijd.
De vorm en het materiaal van het
serviesgoed.
^ Druk op de toets "Start" om de berei-
ding te starten.
De verlichting van de ovenruimte
gaat aan.
U kunt een bereiding alleen starten als
de deur van het apparaat gesloten is.
Displaymelding "door"
De melding "door" (deur) herinnert u er
-
aan dat u het apparaat niet leeg mag
starten.
Het apparaat kan beschadigd raken
als het leeg wordt ingeschakeld.
Als u op de starttoets drukt, zonder dat
u eerst de deur geopend heeft, ver
-
schijnt de melding door. De elektronica
gaat er dan van uit dat zich geen ge
-
recht in het apparaat bevindt, omdat de
deur gedurende enige tijd (ca. 20 minu
-
ten) niet geopend is. De start wordt ge
-
blokkeerd, totdat u de deur opent.
Bediening
23
Bereidingsproces
onderbreken / voortzetten
U kunt op elk moment een berei
-
ding ...
...onderbreken:
^
Druk op de toets Stop/C of open de
deur.
De tijd wordt stopgezet.
...voortzetten:
^
Sluit de ovendeur en druk op "Start".
De bereiding wordt voortgezet.
Instellingen wijzigen
Mocht u, nadat de bereiding is gestart,
constateren dat...
...devermogensstand van de mag-
netron te hoog of te laag is:
^ Kies dan een nieuwe vermogens-
stand.
...deingestelde tijd te kort of te lang
is:
^
Onderbreek dan de bereiding (druk
één keer op de toets Stop/C), stel
met de draaiknop voor de tijd een
nieuwe tijd in en zet de bereiding
voort (druk op de toets "Start").
Of alternatief:
^
Als u op de starttoets drukt, terwijl het
apparaat in gebruik is, wordt de be
-
reidingstijd verlengd. Met elke druk
op de toets wordt de bereidingstijd
met 1 minuut verlengd. Bij het maxi
-
male magnetronvermogen met tel
-
kens 30 seconden.
Bereidingsproces wissen
^
Druk twee keer op de toets Stop/C.
Na afloop van een
bereidingsproces
Na afloop van een bereidingsproces
hoort u een akoestisch signaal. De ver
-
lichting gaat uit.
Om de 5 minuten hoort u een kort
herinneringssignaal (gedurende de
eerste 20 minuten na afloop van het
programma).
^ Druk op de toets Stop/C als u het
akoestische signaal eerder wilt uitzet-
ten.
Warmhoudautomaat
De warmhoudautomaat wordt automa-
tisch geactiveerd, als na afloop van een
bereiding (met een magnetronvermo-
gen van minstens 450 Watt) de deur
gesloten blijft en geen toets wordt inge-
drukt.
De automaat wordt na ca. 2 minuten in
-
geschakeld gedurende maximaal 15
minuten met een vermogen van
80 Watt.
In het display verschijnen h,80Wen
H:H.
De functie wordt beëindigd, als u bij
geactiveerde warmhoudautomaat de
deur opent, op een toets drukt of een
schakelaar bedient.
U kunt de warmhoudfunctie niet apart
activeren.
Bediening
24
Quick-Start
(programmeerbaar)
Als u alleen op de toets Start / c drukt,
wordt het apparaat op maximaal ver
-
mogen ingeschakeld.
U kunt uit drie geprogrammeerde tijden
kiezen:
^
30 sec.:1xopStart / c drukken
^
1 min.:2xopStart / c drukken
^
2 min.:3xopStart / c drukken
Als u vier keer achter elkaar op de toets
Start / c drukt, bent u weer bij de
eerste instelling.
Als u op de starttoets drukt, terwijl het
apparaat in gebruik is, wordt de berei-
dingstijd met telkens 30 seconden ver-
lengd.
Tijden programmeren
U kunt de geprogrammeerde tijden wij-
zigen.
^
Kies met de toets Start / c de betref
-
fende geheugenplaats (1 x,2xof3x
drukken) en houd de toets Start / c
ingedrukt.
^
Verander tegelijk de tijd met de
draaiknop voor de tijd (max. 15 minu
-
ten).
Als u de toets Start / c loslaat, wordt
het gewijzigde programma uitgevoer
-
d.
De door u geprogrammeerde tijden
worden bij een stroomstoring gewist
en moeten dan opnieuw worden in
-
gevoerd.
Vergrendeling apparaat
De vergrendeling voorkomt dat het ap
-
paraat kan worden bediend.
Vergrendeling inschakelen
^
Houd de toets Stop/C ingedrukt, tot
-
dat u een signaal hoort en het sleutel
-
symbool in het display verschijnt.
Het sleutelsymbool verdwijnt na korte
tijd.
Wordt een toets of één van de draai-
knoppen bediend, dan verschijnt het
sleutelsymbool weer.
De vergrendeling moet na een
stroomuitval opnieuw worden inge-
schakeld.
Vergrendeling uitschakelen
^
Als u de vergrendeling wilt uitzetten,
houdt u de toets Stop/C ingedrukt,
totdat u een signaal hoort.
Bediening
25
Kookwekker
Voor bereidingen buiten de magnetron
kunt u de kookwekkerfunctie gebruiken,
bijvoorbeeld als u eieren kookt. De in
-
gestelde tijd loopt in seconden af.
^
Druk op de toets l.
In het display knippert nu 0:00 en het
symbool l licht op.
^
Stel met de draaiknop voor de tijd de
gewenste kookwekkertijd in.
^
Druk op de toets "Start" om de kook
-
wekker te starten.
Als u niet op "Start" drukt, begint de
tijd na enkele seconden automatisch
te lopen.
^ Na afloop van de tijd klinkt er een
akoestisch signaal, de dagtijd ver-
schijnt en het symbool l begint te
knipperen.
^ Druk een keer op de toets Stop/C en
het symbool l verdwijnt.
Kookwekkertijd corrigeren
^
Druk op de toets Stop/C.
De kookwekkertijd wordt afgebroken.
^
Stel een nieuwe tijd in, zoals in het
voorgaande is beschreven.
Kookwekker in combinatie met een
bereiding
U kunt de kookwekker ook gebruiken
als u al een bereiding heeft ingesteld.
De kookwekker loopt dan op de achter
-
grond af.
^
Druk terwijl de bereiding actief is op
de toets l.
In het display knippert nu 0:00 en het
symbool l licht op.
^
Stel met de draaiknop voor de tijd de
gewenste kookwekkertijd in.
^
Wacht enkele seconden en de inge
-
stelde kookwekkertijd begint te lo-
pen.
Na enkele seconden wisselt het dis-
play weer naar het actieve berei-
dingsproces. Dat de kookwekkertijd
op de achtergrond afloopt, ziet u aan
het symbool l.
Druk nu niet op de starttoets om de
kookwekkertijd te starten, want daar-
mee zou u de duur van het bereidings-
proces met een minuut verlengen.
Kookwekkertijd opvragen
^
Druk op de toets l.
De actuele kookwekkertijd verschijnt.
Bediening
26
U kunt uit vier grilleerstanden kiezen:
grill solo en drie combinaties met mag
-
netron, waarbij de grill gecombineerd
wordt met een bepaald magnetronver
-
mogen.
Verwarm het grillelement ca. 5 minuten
voor als de grilleertijd korter is dan 15
minuten.
Draai vlees en vis halverwege om zodat
beide kanten gelijkmatig bruin worden.
Platte stukken hoeven slechts één keer
te worden gekeerd; grote, ronde stuk
-
ken meermaals.
De grilleertijden zijn slechts algemene
richtlijnen. Vooral bij grilleren spelen het
soort gerecht, de dikte van het product
en het gewenste resultaat een belang-
rijke rol.
Als u op het rooster grilleert, kunt u het
beste de glazen opvangschaal onder
het rooster in het apparaat schuiven.
Het vet wordt dan in de schaal opge-
vangen.
^
Doe het gerecht in een geschikte
schaal of pan.
^
Zet de glazen opvangschaal, het
rooster en de glazen opvangschaal
of het serviesgoed met het gerecht
op het draaiplateau.
Het rooster en de glazen opvang
-
schaal worden bij gebruik heet. U
kunt zich eraan branden!
De glazen opvangschaal en het rooster
zijn gemakkelijker te reinigen, als u ze
na gebruik meteen in een sopje van af
-
wasmiddel zet.
Grilleren zonder magnetron
Deze functie is ideaal voor bijvoorbeeld
biefstuk en worstjes.
^
Zet de functieschakelaar op het sym
-
bool n.
Op het display licht het grillsymbool
n op en de waarde 0:00 knippert.
^ Stel met de draaiknop voor de tijd de
bereidingstijd in.
^ Druk op de toets "Start".
Na afloop van de bereiding klinkt er
een akoestisch signaal.
Bereidingstijd veranderen
U kunt de tijd tijdens de bereiding ver
-
anderen. Onderbreek daartoe de berei
-
ding (druk op Stop/C). Verander de tijd
en zet de bereiding voort (druk op
"Start").
Daarnaast kunt u de tijd tijdens de be
-
reiding verlengen door op de starttoets
te drukken. Met elke druk op de toets
verlengt u de tijd met 1 minuut.
Bij het grillelement ontstaat na verloop
van tijd een blauwachtige kleur op de
bovenwand. Dit zijn onvermijdelijke
gebruikssporen die het functioneren
van het apparaat echter niet beïn
-
vloeden.
Bediening - grilleren
27
Combinatie magnetron en grill
Deze ovenfunctie is ideaal voor oven
-
schotels en bruineren. De magnetron
bereidt het gerecht, de grill zorgt voor
een bruin korstje.
U kunt de grill met drie verschillende
magnetronstanden combineren, met:
150, 300 en 450 Watt.
Tijdens een bereiding kunt u op elk mo
-
ment tussen deze drie
combinatiestanden wisselen. U hoeft
de bereiding daarvoor niet te onderbre
-
ken.
^
Zet de functieschakelaar op de ge
-
wenste combinatie Q, X of L.
In het display ziet u het symbool h,
het magnetronvermogen en het grill
-
symbool n. De waarde 0:00 knip
-
pert.
^
Stel met de draaiknop voor de tijd de
bereidingstijd in.
^
Druk op de toets "Start".
Na afloop van de bereiding klinkt er
een akoestisch signaal.
Bereidingstijd veranderen
Ook tijdens het grilleren kunt u de be
-
reidingstijd nog wijzigen. Onderbreek
daartoe het bereidingsproces (druk op
de toets Stop/C), wijzig de tijd en zet de
bereiding voort (druk op de toets
"Start").
Daarnaast kunt u de bereidingstijd ge
-
durende een bereiding ook verlengen
door op de starttoets te drukken. Met
elke druk op de toets verlengt u de tijd
met 1 minuut.
Bediening - grilleren
28
Gebruik
De gourmetschaal wordt zeer heet.
Raak de hete schaal dan ook alleen
met ovenwanten aan. Gebruik een
temperatuurbestendige onderzetter
als u de gourmetschaal wilt neerzet
-
ten.
Vóór het eerste gebruik
Doe voor het eerste gebruik 400 ml wa
-
ter en 3 tot 4 eetlepels azijn of citroen
-
sap in de schaal en verhit het geheel
gedurende 5 minuten met het combina
-
tieprogramma L.
Door de coating van de
gourmetschaal laten de bereide ge-
rechten gemakkelijk los en is de
schaal eenvoudig te reinigen. De
teflonachtige coating is wel krasge-
voelig. Snijd gerechten daarom niet
in de schaal in stukken. Gebruik
voor het omroeren of omkeren van
gerechten houten of kunststof
spatels. Metalen of spitse voor
-
werpen kunnen de coating bescha
-
digen.
Aanbraden / bruineren
Gebruik - ook bij braden - maar weinig
vet of olie. Door de coating koekt het
eten niet aan en kunt u caloriearm ko
-
ken.
Houd de gourmetschaal goed in de
gaten als u met vetten en/of olie
werkt. Olie en vet kunnen bij over
-
verhitting vlam vatten. Brandgevaar!
^
Bereid de gerechten voor zodat u
deze meteen in de hete schaal kunt
leggen.
^
Zet de gourmetschaal op het draai
-
plateau.
Zet de schaal niet op het rooster en
houd een afstand aan van ca. 2 cm
ten opzichte van de ovenwand. Er
kunnen anders vonken ontstaan die
de schaal en de ovenruimte kunnen
beschadigen.
^
Verhit de schaal gedurende maxi
-
maal 5 minuten met het combinatie-
programma L.
De schaal mag niet te heet worden.
De coating kan anders beschadigd
raken.
Als u olie voor het braden gebruikt, kunt
u de olie in de schaal meeverhitten of
nadat de schaal op temperatuur is.
Gebruik boter pas na het verhitten van
de schaal. Boter is
temperatuurgevoeliger dan olie en
wordt anders te donker.
Droog vlees, gevogelte, vis en groente
goed af voordat u deze producten in de
gourmetschaal legt.
Gebruik de gourmetschaal niet voor
het koken of opwarmen van eieren.
De eieren kunnen uiteenspatten.
Gourmetschaal
29
Praktijkvoorbeelden
Zet de gourmetschaal op het draaipla
-
teau. Verwarm de schaal maximaal 5
minuten voor met het combinatiepro
-
gramma L.
Vissticks (diepvries), 150g+2eetle
-
pels olie.
L,perkant3–4minuten.
Hamburgers, 2 stuks + 2 eetlepels olie.
L,perkant3–4minuten.
Kroketten (diepvries), 10 – 12 stuks + 2
eetlepels olie.
L,6–8minuten, tussendoor omkeren.
Filet, ca. 200 g.
Q, per kant ca. 5 minuten (afhankelijk
van de gewenste gaarheid).
Pizza (diepvries), 300 g.
L,7–9minuten.
Pizza, vers, zonder voorverwarmen.
L, ca. 15 minuten (afhankelijk van het
beleg).
Recepten
Bij de aangegeven bereidingstijden
gaat het om de totale tijd die nodig is
voor het voorbereiden en de bereiding.
Rusttijden en tijden die voor het marine
-
ren van voedingsmiddelen nodig zijn,
worden apart genoemd.
Croque Monsieur
(3 porties)
Bereidingstijd: 10 – 15 minuten
6 sneetjes toast
30 g zachte boter
75 g Emmentaler, geraspt
3 plakken gekookte ham
Smeer boter op de toast. Verdeel de
kaas over drie toast en leg daarop een
plakje ham. Leg de overgebleven toast
met de gesmeerde kant op de ham. Zet
de gourmetschaal op het draaiplateau.
Verhit de schaal gedurende ca. 5 minu
-
ten met het programma L. Doe de
toast in de schaal en bruineer elke kant
ca. 3 minuten, eveneens met het pro-
gramma L.
Per portie: 1396 kJ / 334 kcal, eiwit
16 g, vet 21 g, koolhydraten 19 g.
Alternatief kunt u ook tonijn met dun ge-
sneden uienringen gebruiken of
ananasschijven, kaas en gekookte
ham.
Gourmetschaal
30
Groenteschotel
(3 porties)
Bereidingstijd: 25 – 35 minuten
2 uien
2 eetlepels olie
100 g oesterzwammen of champig
-
nons, gereinigd
150 g kleine wortels (diepvries) of
wortelschijfjes
100 g broccoliroosjes
1 rode paprika of 100 g paprikareepjes
(diepvries)
1 tomaat
zout, peper
30 g Parmezaanse kaas, geraspt
Snijd de uien in dunne ringen. Halveer
en vierendeel de paprika. Verwijder de
ribben en pitten en snijd de paprika in
reepjes. Snijd de tomaat in blokjes. Zet
de gourmetschaal op het draaiplateau
en verhit de schaal gedurende ca. 5
minuten met het programma L. Doe de
olie en de uienringen in de
gourmetschaal. Zet de schaal weer op
het draaiplateau en laat het geheel in 2
minuten bruin worden (programma L).
Voeg vervolgens de paddestoelen,
wortels, broccoli, paprikareepjes,
tomatenblokjes en kruiden toe. Goed
mengen. Laat het geheel in 6 minuten
gaar worden (met hetzelfde program
-
ma). Omkeren en met Parmezaanse
kaas bestrooid serveren.
Per portie: 373 kJ / 89 kcal, eiwit 7 g,
vet 3 g, koolhydraten 8 g.
Zelfgemaakte aardappelrösti (2 por
-
ties)
Bereidingstijd: 25 – 30 minuten
400 g geschilde aardappelen
2 kleine uien
50 g Emmentaler, geraspt
zout, peper
20 g boter
Rasp de aardappelen en uien grof en
meng het geheel met kaas, zout en
peper. Zet de gourmetschaal op het
draaiplateau. Verhit de schaal geduren
-
de ca. 5 minuten met het programma
L. Doe de boter in de schaal en laat
de boter smelten. Doe de
aardappelmassa in de schaal en druk
het geheel aan. Zet de gourmetschaal
weer op het draaiplateau. Bereid het
gerecht in ca. 8 minuten (programma
L). Keer het gerecht vervolgens om en
bak de rösti in nog eens 4 minuten
goudgeel.
Per portie: 1347 kJ / 322 kcal, eiwit
11 g, vet 16 g, koolhydraten 33 g.
Heerlijk met gerookte zalm of reepjes
ham en zure room.
Gourmetschaal
31
Varkensfilet "Lucullus" (2 porties)
Bereidingstijd: 15 – 20 minuten
1 varkensfilet (ca. 400 g)
4 repen doorregen spek
zout, peper
10 g boter
200 g champignonschijfjes
200 ml room
2 eetlepels brandewijn
Snijd de varkensfilet in vier schijven.
Kruid de schijven met zout en peper.
Wikkel om elke schijf een reepje spek
(eventueel met een houten prikker vast
-
zetten). Zet de gourmetschaal op het
draaiplateau. Verhit de schaal geduren-
de ca. 5 minuten met het programma
L. Doe de boter in de schaal. Leg de
schijven in de schaal. Zet de schaal op
het draaiplateau. Kies het programma
L. Bereid de schijven in ca. 3 minuten
per kant. Haal het vlees na afloop uit de
schaal en houd het vlees afgedekt
warm. Doe de paddestoelen, de room
en de brandewijn in het braadvocht.
Stel een magnetronvermogen van 900
Watt in en stoof het geheel in ca. 4 mi
-
nuten gaar. Serveer de paddestoelen
bij het vlees.
Per portie: 3516 kJ / 840 kcal, eiwit
44 g, vet 70 g, koolhydraten 4 g.
Varkensfilet "pikant"
Bereidingstijd: 10 – 12 minuten
Snijd 1 varkensfilet in 4 schijven. Doe
het vlees in de verhitte gourmetschaal
en bereid het vlees in ca. 4 minuten per
kant (programma L). Voeg vervolgens
50 ml witte wijn, 125 ml room, 2 eetle
-
pels bloemsaus en 150 g roquefort toe
en laat het geheel nog 3 minuten ko
-
ken.
Pikante kipblokjes (3 porties)
Bereidingstijd: 25 – 35 minuten
600 g borstfilet (kip of kalkoen)
2 eetlepels olie
2 eetlepels witte wijn
2 eetlepels appelsap
1 eetlepel citroensap
zout, zwarte peper
1 theelepel kerriepoeder
1 mespuntje rozemarijn, gemalen
1 mespuntje gember, gemalen
1 mespuntje cayennepeper
1
/
2
theelepel tabasco
20 g boter
Snijd het filetstuk in ca.2x2cmgrote
blokjes. Roer de overige ingrediënten,
behalve de boter, door elkaar en giet
het mengsel over de blokjes. Goed
mengen en ca. 30 minuten laten inwer-
ken. Zet de gourmetschaal op het
draaiplateau. Verhit de schaal geduren-
de ca. 5 minuten met het programma
L. Doe de boter in de schaal en ver
-
volgens de (uitgelekte) vleesblokjes.
Zet de schaal weer op het draaiplateau
en bereid het gerecht ca. 4 minuten
(programma L). Keer het vlees om en
laat het vlees nog eens 4 minuten in de
oven staan (met dezelfde instellingen).
Als het vlees zo veel vleessap vormt
dat het nauwelijks bruin wordt, verwij
-
der dan eventueel wat vleessap.
Per portie: 973 kJ / 233 kcal, eiwit 34 g,
vet 7 g, koolhydraten 9 g.
Gourmetschaal
32
Zalmfilet "naturel" (2 porties)
Bereidingstijd:5–10minuten
2 zalmfilets (elk 150 g)
1 eetlepel citroensap
zout, witte peper
Verdeel het citroensap druppelend over
de zalmfilets. Laat de filets daarna ca.
10 minuten rusten. Zet de
gourmetschaal op het draaiplateau en
verhit de schaal gedurende ca. 5 minu
-
ten (programma L). Leg de met keu
-
kenpapier afgedroogde en gekruide
zalmfilets in de gourmetschaal en druk
het vlees even aan. Zet de schaal weer
op het draaiplateau en bereid de filets
in circa anderhalf tot 2 minuten per kant
(programma L).
Per portie: 1268 kJ / 303 kcal, eiwit
30 g, vet 20 g, koolhydraten 8 g.
Serveer de filets met rijst, sauce
hollandaise of gebruinde boter en een
vers blaadje sla.
Gourmetschaal
33
Ananastaart
Bereidingstijd: 20 – 25 minuten
Deeg:
2 eieren
80 g suiker
1
1
/
2
rijpe banaan
30 g geraspte chocolade
100 g meel
3
/
4
theelepel bakpoeder
Beleg:
1 blik ananasstukjes
(uitlekgewicht 240 g)
1
1
/
2
eetlepel bruine suiker
1
1
/
2
eetlepel geraspt kokos
Roer de eieren en de suiker totdat er
een schuimig mengsel ontstaat. Druk
de bananen met een vork plat en voeg
de bananen bij de eiermassa. Meng het
meel met het bakpoeder en de
geraspte chocolade en roer het geheel
door het mengsel van eieren en bana-
nen. Verdeel het deeg over de
gourmetschaal. Verdeel de uitgelekte
ananasstukjes over het deeg en
bestrooi het geheel met suiker en
kokos. Zet de schaal op het draaipla
-
teau. Bak de ananastaart in 10 minuten
goudgeel met het programma L. Snijd
de taart na afloop in 8 stukken.
Per portie: 1108 kJ / 265 kcal, eiwit 5 g,
vet 5 g, koolhydraten 50 g.
Snelle amandeltaart
Bereidingstijd: 20 – 25 minuten
Deeg:
100 g meel
1
/
2
theelepel bakpoeder
75 g boter of margarine
30 g suiker
Beleg:
75 g boter
100 g amandelpitten, gehakt
1
/
3
flesje bitteramandel-aroma
30 g suiker
1
/
2
pakje vanillinesuiker
75 ml room
voor het bestrijken:
50 g abrikozenconfiture
Kneed het meel, het bakpoeder het vet
en de suiker totdat er een gladde
deegmassa ontstaat. Verdeel het deeg
over de gourmetschaal en vorm daarbij
een ca. 1 cm hoge rand. Zet de
gourmetschaal op het draaiplateau laat
het deeg in 4 minuten alvast gedeelte-
lijk gaar worden (programma L). Laat
voor het beleg de boter smelten. Voeg
de overige ingrediënten erbij, goed
mengen en ca. 5 minuten zachtjes laten
koken. Verdeel de hete amandelmassa
over het deeg. Zet de gourmetschaal
op het draaiplateau en bak de
amandeltaart in ca. 5 minuten goudgeel
(programma L). Laat de taart na af
-
loop iets afkoelen en bestrijk het opper
-
vlak dan met de omgeroerde
abrikozenconfiture. Snijd de taart in 8
stukken.
Per portie: 2017 kJ / 482 kcal, eiwit 6 g,
vet 35 g, koolhydraten 34 g.
Gourmetschaal
34
Alle automatische programma's zijn ge
-
wichtsafhankelijk.
Nadat u een programma heeft geko
-
zen, hoeft u alleen nog maar het ge
-
wicht in te voeren. Het apparaat kiest
vervolgens automatisch de tijd die bij
dat gewicht hoort.
Houdt u rekening met de aangegeven
doorwarmtijd (het aantal minuten bij ka
-
mertemperatuur). De warmte wordt dan
gelijkmatig over het gerecht verdeeld.
Ontdooiprogramma's
U kunt kiezen uit vijf
ontdooiprogramma's voor verschillende
voedingsmiddelen (toets N). De door-
warmtijd bedraagt bij Ad 3 tot 30 minu-
ten (afhankelijk van het gewicht) en bij
de andere programma's ca. 10 minu-
ten.
Ad 1 0 Biefstuk, kotelet (0,2 – 1,0 kg)
Ad 2 1 Gehakt (0,2 – 1,0 kg)
Ad 3 ; Kip (0,9 – 1,8 kg)
Ad 4 T Taart (0,1 – 1,4 kg)
Ad 5 k Brood (0,1 – 1,0 kg)
Dit programma is vooral geschikt voor
het ontdooien van gesneden brood.
Leg de sneetjes los in het apparaat of
haal ze na de helft van de tijd (als het
signaal klinkt) los.
Kookprogramma's
Er zijn vier programma's voor diepvries
-
producten en acht programma's voor
verse producten. Bij alle programma's
is de doorwarmtijd ca. 2 minuten.
Gebruik het deksel uitsluitend als u
alleen de magnetronfunctie gebruikt
(magnetron solo).
Gebruik het deksel nooit als u ook
de grill inschakelt, dus bij de pro
-
gramma's AC 4 tot AC 8. Het kunst
-
stof deksel kan anders vervormen
en een verbinding aangaan met het
gerecht.
Diepvriesproducten bereiden
AC 1 1 Groente (0,1 – 0,6 kg)
AC 2 3 Kant-en-klaargerecht,
roerbaar (0,3 – 1,0 kg)
AC 3 W Ovenschotel, gratin
(0,2 – 0,6 kg)
AC 4 2 Patates frites (0,2 – 0,4 kg)
Verse producten bereiden °
AC 1 1 Groente (0,1 – 0,6 kg)
AC 2 E Aardappelen (0,1 – 0,8 kg)
AC 3 _ Vis (0,5 – 1,5 kg)
AC 4 3 Grillspiesen (0,2 – 0,8 kg)
AC 5 ; Grillkip (0,9 – 1,8 kg)
AC 6 4 Kippenbout
(0,25 – 1,0 kg)
AC 7 5 Visschotel (0,5 – 1,5 kg)
AC 8 W Ovenschotels, gratins,
bijvoorbeeld aardappel-
gratin (0,5 – 1,5 kg)
Bediening - automatische programma's
35
^
Druk zo vaak op de betreffende toets
totdat het gewenste automatische
programma in het display verschijnt.
Voor bijvoorbeeld het programma
"AC 5 ;" (grillkip) moet u vijf keer op
de toets ° drukken.
In het display knippert een "g" die aan
-
geeft dat u een gewicht moet invoeren.
Bovendien lichten het gekozen pro-
gramma (bijvoorbeeld "AC 5") en de
symbolen van de ovenfuncties op (h
voor magnetron en n voor grill).
^ Stel met de draaiknop het gewicht in.
^ Druk op de toets "Start".
De tijd die bij het gewicht hoort, loopt af
en de symbolen van de ingeschakelde
ovenfuncties branden (h en/of n).
Na de helft van de bereidingstijd hoort
u een akoestisch signaal.
^
Onderbreek het programma om het
gerecht (indien mogelijk) te keren of
door te roeren. Zet het programma
daarna voort.
U kunt eventueel de geprogrammeerde
tijden tijdens de bereiding met enkele
minuten verlengen. Druk daartoe zo
vaak op de starttoets totdat de ge
-
wenste tijd in het display verschijnt. U
kunt alle programma's met slechts en
-
kele minuten verlengen.
Na afloop van het bereidingsproces
hoort u een akoestisch signaal en dooft
de verlichting.
Bediening - automatische programma's
36
Hier volgen enkele recepten voor de
automatische programma's voor het
bereiden van verse producten °.U
kunt deze recepten aanvullen en ermee
variëren.
Het is belangrijk dat u bij de pro
-
gramma's de aangegeven
maximumgewichten niet over
-
schrijdt, anders worden de ge
-
rechten niet gaar.
AC 1 1 Groente
Doe de voorbereide groente in een
schaal. Voeg afhankelijk van de vers-
heid en het vochtgehalte3–4eetlepels
water en wat zout of andere kruiden
toe. Voer het gewicht (inclusief het wa-
ter) in en bereid de groente in de afge-
dekte schaal. Na ongeveer de helft van
de bereidingstijd hoort u een signaal.
Draai het product dan om of roer het
door.
Voer bij het bereiden van groente in
saus het gewicht inclusief de saus in.
Overschrijd het maximumgewicht niet.
Wortels in kervelroom
(2 porties)
Bereidingstijd: 25 – 35 minuten
350 g wortels, gereinigd
5 g boter
50 ml groentebouillon (instant)
75 g crème fraîche
1 eetlepel witte wijn
zout, peper
1 schepje suiker
½ theelepel mosterd
1-2 eetlepels kervel, vers, gehakt of
1 eetlepel kervel, gedroogd en gema
-
len
ca. 1 eetlepel sauzenbinder
Snijd de wortels in stiften (dikte ca. 3 –
4 mm) of in schijfjes (3 – 4 mm).
Meng de boter, de bouillon, de crème
fraîche en alle andere ingrediënten.
Doe het geheel met de wortels in een
schaal.
Bereid de groente afgedekt. Roer de
groente om als het akoestische signaal
klinkt.
Instelling: vers product AC 1 1
Gewicht: 525 g
Niveau: draaiplateau
Per portie: 1040 kJ / 249 kcal, eiwit 3 g,
vet 18 g, koolhydraten 18 g.
Recepten - automatische programma's °
37
AC 2 E Aardappelen
Met dit programma kunt u geschilde
aardappelen, aardappelen in schil en
bouillonaardappelen bereiden. Voer het
gewicht van de aardappelen en het
vocht in.
Doe geschilde aardappelen druipnat in
een schaal. Doe er zout bij en bereid
de aardappelen afgedekt.
Voeg bij aardappelen in de schil per
aardappel ca. 1 eetlepel water toe. Prik
de schil van de aardappelen met een
vork in en bereid ze afgedekt.
Goudgele aardappelen
(3 porties)
Bereidingstijd: 25 – 35 minuten
500 g geschilde aardappelen
1 ui, fijn gehakt
10 g boter
1 – 2 eetlepels kerriepoeder
250 ml groentebouillon (instant)
50 ml room
125 g erwten (diepvries)
zout, peper
Snijd de aardappelen in grove blokjes
(ca.3x3cm)ofgebruik kleine
aardappeltjes.
Doe alle ingrediënten in een voldoende
grote schaal en meng het geheel.
Bereid de aardappelen afgedekt. Roer
de aardappelen om als het akoestische
signaal klinkt en laat het product verder
koken.
Instelling: vers product AC 2 E
Gewicht: 1000 g
Niveau: draaiplateau
Per portie: 976 kJ / 233 kcal, eiwit 7 g,
vet 9 g, koolhydraten 32 g.
AC 3 _ Vis
Vis in kerrie (4 porties)
Bereidingstijd: 35 – 45 minuten
300 g ananas (in stukjes)
1 rode paprika
1 kleine banaan
500 g goud- of roodbaarsfilet
3 eetlepels citroensap
30 g boter
100 ml witte wijn
100 ml ananassap
zout, suiker, chilipoeder
2 eetlepels lichte sauzenbinder
Snijd de visfilet in blokjes. Doe de blok-
jes in een schaal en besprenkel de vis
met citroensap.
Snijd de paprika in vier stukken. Verwij-
der de ribben en de pitten en snijd de
paprika in reepjes. Schil de banaan en
snijd deze in plakjes. Doe de banaan,
de paprika en de ananas bij de vis en
meng het geheel. Voeg de boter toe.
Meng de wijn, het sap, de kruiden en
de sauzenbinder en doe het mengel bij
de vis in de schaal. Meng het geheel
goed en bereid het gerecht afgedekt.
Instelling: vers product AC 3 _
Gewicht: ca. 1200 g
Niveau: draaiplateau
Per portie: 1387 kJ / 331 kcal, eiwit
24 g, vet 11 g, koolhydraten 28 g.
Recepten - automatische programma's °
38
AC 4 3 Grillspiesen
Filetspiesen
(8 spiesen)
Bereidingstijd: 25 – 35 minuten
+ 1 uur rusttijd
1 varkensfilet, ca. 300 g
1 rode paprika
2 uien
Voor het marineren:
8 eetlepels spijsolie
peper, zout, paprika edelzoet,
chilipoeder
8 houten spiesen
Snijd de varkensfilet in 16 stukjes. Rei-
nig de paprika en snijd deze in
hapklare stukjes. Snijd de uien in tel-
kens acht stukken.
Steek afwisselend vlees, paprika en ui
op de spiesen.
Meng voor de marinade de ingrediën-
ten goed dooreen en bestrijk hiermee
de spiesen. Laat de marinade een uur
intrekken.
Leg de spiesen op het grillrooster en
plaats dat samen met de glazen op
-
vangschaal in de ovenruimte. Keer de
spiesen na ongeveer de halve berei
-
dingstijd om (na het signaal).
Instelling: vers product AC 4 3
Gewicht: per spies ca. 100 g
Niveau: rooster en glazen opvang
-
schaal op plateau
Per portie: 880 kJ / 210 kcal, eiwit 7 g,
vet 20 g, koolhydraten 1 g.
Kipspiesen
(8 spiesen)
Bereidingstijd: 25 – 35 minuten
+ 1 uur rusttijd
4 stukken kippenborst à ca. 120 g
4 schijven ananas (uit blik)
16 halve abrikozen (uit blik)
Voor het marineren:
4 eetlepels spijsolie
4 eetlepels sesamolie
peper, zout
½ theelepel paprika (scherp)
½ theelepel kerrie
Snufje chilipoeder
Gember naar wens (gemalen) of
koriander (gemalen)
8 houten spiesen
Snijd alle kippenborstfilets in 4 stukken.
Snijd ook de ananasschijven in vieren.
Laat de abrikozen goed uitdruppelen.
Meng de ingrediënten voor de marina-
de.
Steek afwisselend kip, ananas en
abrikoos op de houten spiesen. Bestrijk
de spiesen met marinade. Laat de ma
-
rinade ca. 1 uur intrekken.
Leg de spiesen op het grillrooster en
plaats dat samen met de glazen op
-
vangschaal in de ovenruimte. Keer de
spiesen na ongeveer de halve berei
-
dingstijd om (na het signaal).
Instelling: vers product AC 4 3
Gewicht: per spies ca. 100 g
Niveau: rooster en glazen opvang
-
schaal op plateau
Per portie: 967 kJ / 231 kcal, eiwit 14 g,
vet 16 g, koolhydraten 9 g.
Recepten - automatische programma's °
39
AC 5 ; Grillkip
Halveer de kip. Bestrijk de kip zoals ge
-
bruikelijk met boter of olie. Kruid het
vlees. Leg de helften eerst met de snij
-
kant naar boven op het grillrooster en
plaats dat samen met de glazen op
-
vangschaal in de ovenruimte. Keer de
helften na ongeveer de halve berei
-
dingstijd om (na het signaal) en laat het
vlees daarna verder gaar worden.
AC 6 4 Kippenbout
Bestrijk de bouten zoals gebruikelijk
met boter of olie. Kruid het vlees. Leg
de bouten op het grillrooster en plaats
dat samen met de glazen opvang-
schaal in de ovenruimte. Keer de bou-
ten na ongeveer de halve bereidingstijd
om (na het signaal) en laat het vlees
daarna verder gaar worden.
BijAC5enAC6
Voor een mooie kleur kunt u bij gevo-
gelte paprika en kerrie aan het
kruidenmengsel toevoegen. Naast een
heerlijke smaak krijgt het vlees door
deze kruiden een zeer mooie,
goudbruine kleur.
AC 7 5 Visschotel
Vis met een korstje
(2 porties)
Bereidingstijd: 25 – 35 minuten
400 g roodbaarsfilet
3 eetlepels citroensap
zout, witte peper
50 g boter
2 theelepels mosterd
1 ui, fijn gehakt
40 g Goudse kaas, geraspt
20 g paneermeel
2 eetlepels dille, gehakt
Besprenkel de visfilet met citroensap
en laat het vlees ca. 10 minuten rusten.
Bestrijk een platte ovenschaal met bo-
ter.
Dep de vis droog. Kruid de vis met zout
en peper. Leg de vis in de schaal.
Meng de gesmolten boter (450 W,
40 – 50 sec.) met mosterd, ui, Goudse
kaas, paneermeel en dille. Bestrijk de
vis met dit mengsel. Laat de vis
goudbruin worden.
Instelling: vers product
AC 7 5
Gewicht: ca. 600 g
Niveau: draaiplateau
Per portie: 2196 kJ / 524 kcal, eiwit
43 g, vet 34 g, koolhydraten 10 g.
Recepten - automatische programma's °
40
Roodbaars-tomaten-gratin
(4 porties)
Bereidingstijd: 35 – 45 minuten
500 g roodbaarsfilet
2 eetlepels citroensap
500 g tomaten
kruidenzout
2 theelepels oregano, fijngewreven
150 g Goudse kaas, geraspt
Snijd de roodbaarsfilet in stukken. Be
-
sprenkel het vlees met citroensap en
laat het ca. 10 minuten rusten.
Snijd de tomaten in blokjes en doe
deze met de vis en de helft van de kaas
in een ovenschaal.
Goed met kruidenzout en oregano krui-
den en alles goed mengen.
Strooi de rest van de kaas erover en
bereid het gerecht onafgedekt.
Instelling: vers product
AC 7 5
Gewicht: ca. 1150 g
Niveau: draaiplateau
Per portie: 1185 kJ / 283 kcal, eiwit
33 g, vet 15 g, koolhydraten 4 g.
AC 8 W Gratins/ovenschotels
Groenteschotel
(4 porties)
Bereidingstijd: ca. 40 minuten
400 g bloemkool of broccoli
400 g wortels
Voor de kaassaus:
20 g margarine
20 g meel
300 ml groentebouillon (instant)
200 ml melk
100 g Emmentaler, in blokjes
50 g Goudse kaas, geraspt
peper, zout, gemalen nootmuskaat,
1 eetlepel peterselie, gehakt
Snijd de bloemkool (of broccoli) in
kleine roosjes. Snijd de wortels in schijf-
jes (3 mm). Doe de bloemkool en de
wortels in een ovenschaal (diameter ca.
24 cm) en meng het geheel.
Verhit de margarine, voeg het meel toe
en al roerend de bouillon en de melk.
Voeg de Emmentaler toe en laat het
mengsel op een lage stand staan totdat
de kaas is opgelost. Voeg zout, peper,
nootmuskaat en peterselie toe.
Giet de saus over de groente. Strooi de
Goudse kaas erover en bereid het ge
-
recht onafgedekt.
Instelling: vers product AC 8 W
Gewicht: 1500 g
Niveau: draaiplateau
Per portie: 1048 kJ / 251 kcal, eiwit
12 g, vet 16 g, koolhydraten 14 g.
Recepten - automatische programma's °
41
Gegratineerde aardappelen met kaas
(4 porties)
Bereidingstijd: 25 – 30 minuten
500 g aardappelen, geschild
250 ml room
125 g crème fraîche
150 g Goudse kaas, geraspt
1 teentje knoflook
zout, zwarte peper, nootmuskaat
boter
Snijd de aardappelen in dunne schijf
-
jes. Meng de schijfjes met ca. 2/3e van
de kaas en doe het geheel in een
ingevette ovenschaal die u met het
knoflookteentje heeft ingewreven (dia-
meter ca. 24 cm).
Meng de room en de crème fraîche.
Voeg zout, peper en nootmuskaat toe.
Giet dit mengsel over de aardappelen
met de kaas. Strooi de rest van de kaas
erover en bereid het gerecht onafge-
dekt.
Instelling: vers product AC 8 W
Gewicht: 1050 g
Niveau: draaiplateau
Per portie: 2277 kJ / 544 kcal, eiwit
15 g, vet 43 g, koolhydraten 22 g.
Recepten - automatische programma's °
42
U kunt ook een eigen programma op
-
slaan. U kunt deze geheugenplaats
voor een gerecht gebruiken dat u vaker
bereidt. Het programma mag uit 1 tot 3
stappen bestaan (bijvoorbeeld één mi
-
nuut 600 Watt, dan twee minuten grill
en ten slotte drie minuten 150 Watt met
grill).
Programmering
(bijvoorbeeld een programma met 3
stappen)
^
Kies eerst de ovenfunctie voor de
eerste stap.
^ Stel vervolgens de duur in.
^ Druk op de toets M.
In het display brandt een 1. Het cijfer
2 knippert.
^
Stel nu de tweede ovenfunctie en de
duur in.
^
Druk opnieuw op de toets M.
In het display brandt een 2. Het cijfer
3 knippert.
^
Stel nu de derde ovenfunctie en de
duur in. Druk op de toets M.
Na deze derde stap kunt u met de toets
M door de ingevoerde waarden blade
-
ren en deze controleren.
^
Om de programmering te beëin
-
digen, zet u de functieschakelaar op
de 12-uur-stand.
^
Start het programma om de inge
-
voerde waarden op te slaan. Laat het
hele programma alleen afwerken als
zich het gerecht in de ovenruimte be-
vindt.
Schakel het apparaat meteen na de
start weer uit als zich geen gerecht
in de ovenruimte bevindt. Druk daar-
toe twee keer op de toets Stop/C.
Het apparaat kan anders bescha-
digd raken.
Programma's die uit 1 of 2 stappen be
-
staan, programmeert u zoals in het
voorgaande is beschreven. U sluit de
programmering af door de functiescha
-
kelaar op de 12-uur-stand te zetten en
het programma vervolgens te starten.
Als u op de toets M drukt, wordt een
volgende stap weergegeven.
Waarden corrigeren
^
Overschrijf het opgeslagen program
-
ma door een nieuwe programma in te
voeren.
Eigen programma opslaan
43
Eigen programma oproepen
^
Zet de functieschakelaar op de
12-uur-stand.
^
Druk op de toets M.
^
Druk op de toets "Start".
Het programma is na een stroomsto
-
ring gewist en moet opnieuw worden
ingevoerd.
Eigen programma opslaan
44
U kunt voor bepaalde instellingen van
het apparaat een alternatief kiezen.
Welke instellingen u kunt wijzigen, ziet
u in de volgende tabel.
De standaardinstellingen zijn met een
sterretje * gemarkeerd.
Als u een standaardinstelling wilt wij
-
zigen, gaat u als volgt te werk:
^ Druk de toetsen m en M tegelijk in en
houd deze ingedrukt totdat in het dis-
play PIen v verschijnen. Laat de
toetsen nu los. Als u de toetsen te
lang ingedrukt houdt, verschijnt de
dagtijd weer.
^ Kies met de draaiknop voor de tijd de
te wijzigen instelling (PItot P5en
P0). Draai zo lang totdat de betref-
fende instelling in het display ver
-
schijnt.
^
Druk vervolgens op de toets M om de
instelling op te roepen.
In het display verschijnt de letter S
om aan te geven dat u de instelling
kunt wijzigen.
^
Draai aan de draaiknop voor de tijd
als u de instelling wilt wijzigen (zie ta
-
bel). Bevestig uw keuze met een druk
op de toets M. (Houd de toets M bij P
5 en P0ca. 4 seconden ingedrukt.)
De wijziging van de instelling wordt op
-
geslagen. In het display verschijnt weer
de letter P en het cijfer van de instelling.
Op dezelfde manier kunt u eventueel
nog meer instellingen wijzigen.
^
Druk op de toets Stop/C om af te
sluiten.
Deze gewijzigde instellingen blijven
ook na een stroomstoring behouden.
Instellingen apparaat wijzigen
45
Instelling Instelmogelijkheden (* standaardinstelling)
PI Nachtschakeling S0*
SI
De nachtschakeling is uitgeschakeld.
De nachtschakeling is ingeschakeld.
Tussen 23.00 en 04.00 uur is de dagtijd
-
weergave uitgeschakeld.
P2 Warmhoudautomaat SI*
S0
De warmhoudautomaat is ingeschakeld.
De warmhoudautomaat is uitgeschakeld.
P3 Displaymelding
"door"
SI*
S0
De melding "door" (deur) verschijnt als de
deur gedurende ca. 20 minuten niet geo
-
pend is. De startfunctie is dan geblokkeerd.
De melding "door" verschijnt niet.
P4 Herinneringssignaal SI*
S0
Om de 5 minuten hoort u een
herinneringssignaal (gedurende de eerste
20 minuten na afloop van het programma).
Het herinneringssignaal is uitgeschakeld.
P5 Demo-functie
(voor de vakhandel)
S0*
SI
De demo-functie is niet actief. Als u een ac-
tieve demo-functie uitzet, verschijnen kort-
stondig enkele streepjes____inhetdis-
play.
De demo-functie is actief. Als men een toets
indrukt of een schakelaar bedient, verschijnt
kort in het display MES_. Het apparaat kan
worden bediend, maar de magnetron en de
grill worden niet ingeschakeld.
P0 Fabrieksinstelling SI*
SO
De fabrieksinstellingen worden weer hersteld
of zijn niet gewijzigd.
De fabrieksinstellingen zijn gewijzigd.
Instellingen apparaat wijzigen
46
Kies om voedingsmiddelen te verwar
-
men het volgende vermogen:
Dranken ..................900Watt
Gerechten ................600Watt
Baby- en kindervoeding .....450Watt
Baby- en kindervoeding mogen niet
te heet zijn. Verwarm deze produc
-
ten daarom slechts
1
/
2
tot 1 minuut
op 450 Watt.
Tips voor het verwarmen
Verwarm gerechten afgedekt. Alleen
gepaneerde gerechten moet u niet af
-
dekken.
Maak gesloten potjes altijd open.
Bij potjes kindervoeding moet u van
tevoren het deksel verwijderen.
Zuigflessen mogen alleen zonder
dop en speen worden verwarmd.
Plaats het bijgevoegde kookstaafje
in het glas of de beker als u vloei
-
stoffen verwarmt!
Verwarm hardgekookte eieren nooit
in de magnetron, ook niet zonder ei
-
erschaal. De eieren kunnen explo
-
deren.
De tijd die nodig is voor het verwarmen,
is afhankelijk van de kwaliteit en de
hoeveelheid van het product en de
temperatuur ervan op het moment dat u
het in de magnetron doet. Voor ge
-
rechten uit de koelkast bijvoorbeeld is
meer tijd nodig dan voor gerechten op
kamertemperatuur.
Zorg dat voedsel altijd voldoende
wordt verwarmd.
Als u twijfelt of het gerecht warm ge
-
noeg is, stel dan opnieuw een tijd in.
De gerechten moet u tijdens het ver
-
warmen af en toe omscheppen of
keren. Omdat de buitenkant het eerst
warm wordt, is het raadzaam de buiten
-
ste lagen naar het midden toe te roe
-
ren.
Na het verwarmen
Wees voorzichtig als u het gerecht
uit het apparaat haalt! Het servies-
goed kan heet zijn.
Het serviesgoed wordt niet door de mi-
crogolven warm (met uitzondering van
vuurvast aardewerk), maar door de
warmte die het gerecht afgeeft.
Laat het gerecht nadat het is verwarmd
een paar minuten bij kamertemperatuur
staan. De warmte wordt dan gelijkma
-
tiger verdeeld.
Vergeet niet gerechten om te schep
-
pen of te schudden, nadat u ze
heeft verwarmd, vooral baby- en kin
-
dervoeding. Controleer of deze niet
te heet zijn!
Verwarmen
47
Doe het gerecht in een schaal die ge
-
schikt is voor de magnetron en kook het
afgedekt.
Stel voor het aankoken een vermogen
in van 900 Watt en voor het doorkoken
een vermogen van 450 Watt.
Stel voor het koken van pap en derge
-
lijke eerst 900 Watt in en vervolgens
150 Watt.
Let op het volgende
De bereidingstijd van groente is afhan
-
kelijk van de versheid. Verse groente
bevat meer water en is daardoor sneller
gaar. Is de groente niet meer helemaal
vers, voeg dan vóór de bereiding een
beetje water toe.
Voor gerechten uit de koelkast geldt
een langere bereidingstijd dan voor ge-
rechten op kamertemperatuur.
Roer het gerecht tijdens de bereiding
door of keer het om. De warmteverde-
ling is dan gelijkmatiger.
Zorg dat bederfelijke etenswaren
(zoals vis) voldoende gaar worden.
Houdt u zich bij dergelijk voedsel al
-
tijd aan de aangegeven bereidings
-
tijden.
Bij voedingsmiddelen waarvan de schil
of het vel hard is (tomaten, aubergines,
worstjes, etc.), moet u eerst een paar
gaatjes of inkepingen in de schil of het
vel maken, voordat u de voedingsmid
-
delen in de magnetron verwarmt. Zo
kan de vrijkomende waterdamp ont
-
snappen en voorkomt u dat de voe
-
dingsmiddelen ontploffen.
Eieren kunt u uitsluitend in speciaal
serviesgoed in de magnetron koken.
Eieren kunnen uiteenspatten, ook
nadat u ze uit het apparaat heeft ge
-
haald!
Eieren zonder schaal mag u in de mag-
netron bereiden als u eerst een paar
gaatjes in de dooier prikt. Als u dit niet
doet, kan het eigeel er na het koken on-
der hoge druk uitspuiten.
Na het koken
Wees voorzichtig als u het gerecht
uit het apparaat haalt! Het servies
-
goed kan heet zijn.
Het serviesgoed wordt niet door de mi
-
crogolven warm (met uitzondering van
vuurvast aardewerk), maar door de
warmte die het gerecht afgeeft.
Laat het gerecht na de bereiding een
paar minuten bij kamertemperatuur
staan (doorwarmtijd). De warmte wordt
dan gelijkmatiger verdeeld.
Koken
48
Ontdooien
Kies om voedingsmiddelen te ontdooi
-
en het volgende magnetronvermogen:
80 W
voor het ontdooien van zeer kwets
-
bare levensmiddelen, zoals room,
boter, slagroom- en crèmetaarten.
150 W
voor het ontdooien van andere voe
-
dingsmiddelen.
Haal het diepvriesproduct uit de ver
-
pakking en doe het in een schaal die
geschikt is voor de magnetron. Laat het
onafgedekt ontdooien. Roer of draai het
gerecht halverwege de tijd om of snijd
het in stukken.
Laat diepgevroren vlees op een omge-
keerd bord in een glazen of porseleinen
schaal ontdooien. Op deze manier kan
het vocht weglopen. Keer het vlees hal-
verwege de tijd om.
Let bij het ontdooien van gevogelte
extra op de hygiëne. Gebruik het
vocht dat bij het ontdooien vrijkomt
niet. De kans op bacteriën is groot
(bijvoorbeeld salmonella).
Vlees, gevogelte en vis hoeven niet vol
-
ledig ontdooid te zijn voor verdere be
-
reiding. Het is voldoende als de buiten
-
laag zo zacht is geworden dat de krui
-
den goed worden opgenomen.
Ontdooien en bereiden
Diepgevroren voedingsmiddelen kunt u
ontdooien en aansluitend meteen berei
-
den.
Stel eerst een vermogen in van
900 Watt en daarna van 450 Watt. De in
te stellen tijden zijn afhankelijk van di
-
verse factoren (zie het hoofdstuk "Be
-
diening").
Haal het gerecht uit de verpakking en
doe het in een magnetronbestendige
schaal. Laat het gerecht afgedekt ont
-
dooien. Bereid het ook afgedekt (met
uitzondering van gehakt).
Roer gerechten die veel vocht bevat-
ten, zoals soep en groenten, tussen-
door regelmatig om. Draai stukken
vlees halverwege de tijd om en haal de
stukken los. Draai ook vis halverwege
de tijd om.
Na het ontdooien en bereiden
Laat het gerecht een paar minuten op
kamertemperatuur staan, zodat de tem
-
peratuur zich gelijkmatig over het ge
-
recht kan verdelen.
Ontdooien / ontdooien en bereiden
49
Met de magnetron kunt u kleine hoe
-
veelheden fruit, groente of vlees in
weckpotten inmaken. Bereid de weck
-
potten voor zoals u dat gewend bent.
De potten mogen tot maximaal 2 cm
onder de rand worden gevuld.
Sluit de weckpotten alleen af met
geschikt doorzichtig plakband of
met klemmen die geschikt zijn voor
gebruik in de magnetron.
Gebruik nooit metalen klemmen of
schroefdeksels!
Gebruik nooit conservenblikken.
Deze kunnen door overdruk uiteen-
spatten en het apparaat bescha-
digen.
U kunt maximaal vier potten van een
1
/
2
liter tegelijk inmaken. Zet de potten op
het draaiplateau.
Breng de inhoud van de potten aan de
kook met een vermogen van 900 Watt.
De benodigde tijd is afhankelijk van:
de begintemperatuur van de inhoud
van de potten.
het aantal potten.
De tijdsduur totdat de inhoud van de
potten gaat borrelen (gelijkmatig opstij
-
gen van luchtbelletjes) is bij
1pot.................ca.3minuten
2 potten ..............ca.6minuten
3 potten ..............ca.9minuten
4 potten .............ca.12minuten
Bij fruit en komkommers zijn deze tijden
voldoende voor het inmaken.
Verlaag bij groenten het vermogen hier
-
na tot 450 Watt en kook
- wortels ca. 15 minuten na,
- erwten ca. 25 minuten.
Na het inmaken
Haal de potten uit het apparaat, leg er
een doek overheen en laat ze ca. 24
uur op een tochtvrije plaats staan.
Verwijder de klemmen of het plakband
en controleer of alle potten goed dicht
zitten.
Inmaken
50
Voedingsmiddel Hoeveelheid Magne
-
tronver
-
mogen
(Watt)
Tijd
(min.)
Opmerkingen
Boter/margarine
smelten
100 g 450 1:00 – 1:10 onafgedekt smelten
Chocolade smelten 100 g 450 3:00 – 3:30 onafgedekt smelten,
tussendoor omroeren
Gelatine oplossen 1 pakje +
5 eetl. water
450 0:10 – 0:30 onafgedekt oplossen,
tussendoor omroeren
Glazuur bereiden 1 pakje +
250 ml vocht
450 4 – 5 onafgedekt verhitten,
tussendoor omroeren
Gistdeeg voordeeg van
100 g meel
80 3 – 5 afgedekt laten rijzen
Popcorn
bereiden
1 eetl. (20 g)
popcorn-maïs
900 3 – 4 doe de maïs in een 1-l-glas,
afgedekt bereiden en
met poedersuiker bestrooien
Negerzoen
vergroten
20 g 600 0:10 – 0:20 onafgedekt op een bord
Slasauzen
aromatiseren
125 ml 150 1 – 2 onafgedekt, heel licht verwarmen
Citrusvruchten op
temperatuur bren-
gen
150 g 150 1 – 2 onafgedekt op een bord
Ontbijtspek
bakken
100 g 900 2 – 3 onafgedekt op keukenpapier
IJs schepklaar
maken
500 g 150 2 onafgedekt in het apparaat zet
-
ten
Borden verwarmen 4 borden 900 2 – 3 geen servies met metaalhou
-
dend decor
Tomaten pellen 3 stuks 450 6 – 7 bij het kroontje kruisvormige in
-
kepingen maken, afgedekt in
weinig water verhitten, huid ver
-
wijderen. Pas op! Tomaten kun
-
nen heel heet worden!
Aardbeienconfiture
bereiden
300 g aardbeien,
300 g geleisuiker
900 7 – 9 vruchten en suiker mengen,
afgedekt in hoge schaal
bereiden
Broodjes ontdooi
-
en, dan afbakken
2 stuks 150 + grill
grill
1–2
4–6
onafgedekt op het rooster ont
-
dooien, halverwege keren
Alle getallen in de tabel zijn slechts algemene richtlijnen.
Praktijkvoorbeelden
51
Geteste gerechten
volgens EN 60705
Magn.-
vermogen
(Watt) + grill/
automatisch
programma
Tijd (in
min.) /
gewicht
Door
-
warm
-
tijd*
(in min.)
Opmerking
Frambozen ontdooi
-
en, 250 g
150 7 3 onafgedekt ontdooien
Rundergehakt ont
-
dooien, 500 g
150 11 5 – 10 onafgedekt ontdooien,
halverwege keren
Gehakt bereiden,
900 g
600
450
7
12
5 schaal: Pyrex 03.838.80,
28 cm lang, onafgedekt
Aardappelschotel
bereiden, 1105 g
AC 8 1100 g 5 schaal: Pyrex 03.827.80
Biscuit bereiden,
475 g
600 8 5 schaal: Pyrex 03.827.80, onafge
-
dekt
Kip grilleren,
1200 g
(diepvriesgewicht)
AC 5 1200 g 2 grillrooster in glazen opvang
-
schaal, borstzijde eerst naar bene-
den, halverwege keren
Eiercrème bereiden,
1000 g
300 39 120 schaal: Pyrex 07.227.8
(25 x 25 cm)
* De tijd waarin de temperatuur zich gelijkmatig over het gerecht verdeelt.
Aanwijzingen voor keuringsinstituten
52
Reinig het apparaat alleen als de
spanning van het apparaat is ge
-
haald (trek bijvoorbeeld de stekker
uit de contactdoos).
Ovenruimte, binnenkant deur
De ovenruimte is na gebruik erg
heet. U kunt zich branden!
Reinig de oven daarom pas als de
oven voldoende is afgekoeld. Hoe
langer u wacht, des te moeilijker is
de oven schoon te krijgen. In extre
-
me gevallen is het zelfs onmogelijk.
Grove verontreinigingen kunnen be-
schadiging van het apparaat tot ge-
volg hebben.
Neem de ovenruimte en de binnenkant
van de deur af met een mild reinigings-
middel of met een beetje afwasmiddel
in water. Wrijf alles daarna met een
zachte doek droog.
Bij verontreinigingen kunt u ook een
glas water 2 tot 3 minuten in het appa
-
raat verhitten, totdat het water kookt. De
damp slaat dan op de wanden neer en
weekt de verontreinigingen los. Daarna
kunt u deze gemakkelijk verwijderen,
eventueel met een beetje afwasmiddel.
Verwijder nooit de afdekking van de
opening voor de microgolven (zie af-
beelding), alsmede de folie aan de
binnenkant van de deur.
Er mogen geen water en geen voor-
werpen in de ventilatie-openingen
terechtkomen.
Neem de ovenruimte niet met een te
natte doek af, anders kan er water in
de openingen komen.
Gebruik geen schuurmiddelen, want
daardoor kunnen krassen ontstaan.
Geurtjes kunt u neutraliseren door een
kopje water met citroensap een paar
minuten in de magnetron te laten ko
-
ken.
Reiniging en onderhoud
53
Houd de deur altijd schoon en contro
-
leer deze regelmatig op eventuele be
-
schadigingen.
Een apparaat met een beschadigde
deur mag niet worden gebruikt, tot
-
dat de deur door de fabrikant is ge
-
repareerd.
Voor het reinigen van de ovenruimte
gaat u als volgt te werk:
^ Verwijder het draaiplateau en reinig
het in de afwasautomaat of met een
drupje afwasmiddel in water.
^
Houd de ring onder het draaiplateau
en de bodem van de ovenruimte er
-
onder schoon. Het plateau draait an
-
ders ongelijkmatig.
^
Controleer of de raakvlakken tussen
het draaiplateau en de ring schoon
zijn.
Draai het kruis niet met de hand, an
-
ders kan de aandrijfmotor bescha
-
digd raken.
Front
Er mogen geen vloeistoffen of voor
-
werpen in de ventilatie-openingen
terechtkomen.
Verwijder verontreinigingen op het
front bij voorkeur meteen. Als veront
-
reinigingen te lang inwerken, kunt u
ze soms niet meer verwijderen en
kunnen de oppervlakken verkleuren
of aangetast worden.
Reinig het front met een schoon spons-
doekje, afwasmiddel en warm water.
Wrijf alles daarna met een zachte doek
droog.
U kunt voor het reinigen ook een
schoon, vochtig microvezeldoekje zon-
der reinigingsmiddel gebruiken.
Alle oppervlakken zijn krasgevoelig.
Bij glazen oppervlakken kunnen
krassen ook glasbreuk tot gevolg
hebben.
Alle oppervlakken kunnen verkleu
-
ren of aangetast worden als deze
met ongeschikte reinigingsmiddelen
in aanraking komen.
Reiniging en onderhoud
54
Om beschadigingen aan de opper
-
vlakken te voorkomen, mogen de vol
-
gende middelen niet worden ge
-
bruikt:
soda-, ammoniak-, zuur- of chloride
-
houdende reinigingsmiddelen.
kalkoplossende reinigingsmiddelen.
schurende reinigingsmiddelen, zoals
schuurpoeder, vloeibaar schuurmid
-
del en reinigingssteen.
oplosmiddelhoudende reinigingsmid
-
delen.
reinigingsmiddelen voor roestvrij
staal.
reinigingsmiddelen voor afwasauto-
maten.
ovensprays.
glasreinigers.
schurende harde sponzen en
borstels, bijvoorbeeld pannenspons-
jes.
scherpe metalen schrapers.
Bijgeleverde accessoires
Kookstaafje
Het kookstaafje kan in de afwasauto
-
maat worden gereinigd.
Deksel
Reinig het deksel na elk gebruik. Het
kan in de afwasautomaat worden gerei
-
nigd. Wanneer het deksel in aanraking
komt met natuurlijke kleurstoffen (zoals
in wortels, tomaten en ketchup), kan het
verkleuren. Een dergelijke verkleuring
heeft geen effect op de gebruiksmoge
-
lijkheden.
Rooster
Reinig het rooster na elk gebruik. U
kunt het in de afwasautomaat plaatsen.
Verwijder hardnekkige verontreini
-
gingen met een reinigingsmiddel voor
roestvrij staal.
Glazen opvangschaal
U kunt de glazen opvangschaal in de
afwasautomaat reinigen. Gebruik geen
schuurmiddelen.
Gourmetschaal
Reinig de gourmetschaal met heet wa-
ter, een afwassponsje en een vetoplos-
send afwasmiddel.
Gebruik nooit staalsponsjes, schu-
rende middelen of agressieve reini-
gingsmiddelen. Reinig de schaal
niet in de afwasautomaat.
Na de bereiding van sterk ruikende ge
-
rechten kunt u de gourmetschaal met
water en citroensap op maximaal mag
-
netronvermogen verhitten (gedurende
2-3 minuten) en vervolgens met schoon
water afspoelen.
Reiniging en onderhoud
55
Ondeskundig uitgevoerde
installatie-, reparatie- en onder
-
houdswerkzaamheden leveren ge
-
vaar op voor de gebruiker. De fabri
-
kant kan daarvoor niet aansprakelijk
worden gesteld. Laat installatie-,
reparatie- en onderhoudswerkzaam
-
heden uitsluitend door erkende vak
-
mensen uitvoeren.
De volgende storingen kunt u echter
zelf verhelpen.
Wat moet u doen als...
. . . een bereidingsproces niet kan
worden gestart?
Controleer
^ of de deur gesloten is.
^ of de vergrendeling van het apparaat
geactiveerd is (zie "Vergrendeling
apparaat").
^
of de stekker goed in de contactdoos
zit.
^
of de zekering van de huisinstallatie
doorgeslagen is (waarschuw in dat
geval een elektricien of Miele; zie het
hoofdstuk "Klantcontacten").
. . . na de bereiding een geluid te ho
-
ren is?
Dit is geen storing! Na een bereiding
blijft de ventilator nog enige tijd inge
-
schakeld. Zo wordt voorkomen dat zich
vocht ophoopt in de ovenruimte, op het
bedieningspaneel en in de keukenkast.
De ventilator wordt automatisch uitge
-
schakeld.
. . . het display donker is?
Controleer
^
of de dagtijd uitgeschakeld is (houd
de toets m enkele seconden inge
-
drukt).
^
of de nachtschakeling geactiveerd is.
. . . het draaiplateau onregelmatig
draait?
^
Controleer of er vuil zit tussen het
draaiplateau en de bodem van de
ovenruimte.
^ Controleer of de raakvlakken tussen
het draaiplateau en de drager
schoon zijn.
Verwijder eventueel aanwezig vuil.
. . . het gerecht na afloop van de be-
reiding niet voldoende ontdooid,
warm of gaar is?
^ Controleer of u een tijd heeft inge-
steld die past bij het ingestelde ver-
mogen.
Hoe lager het vermogen, des te
langer is de bereidingstijd.
^
Controleer of de bereiding is onder
-
broken en daarna is voortgezet.
. . . het apparaat wel werkt, maar de
verlichting niet?
^
U kunt het apparaat gewoon ge
-
bruiken. Alleen het lampje is defect.
Neem contact op met Miele als het
lampje moet worden vervangen.
Nuttige tips
56
. . . tijdens de bereiding in de magne
-
tron vreemde geluiden te horen zijn?
Controleer
^
of het gerecht met aluminiumfolie is
afgedekt.
Verwijder de folie.
^
of er vonken ontstaan door het ge
-
bruik van metalen serviesgoed (zie
het hoofdstuk "Servies dat geschikt is
voor de magnetron").
...dedagtijd in het display niet juist
is?
Na een stroomstoring begint de tijd
weer vanaf 12:00 uur te lopen, net als
bij de ingebruikneming.
De dagtijd moet dan opnieuw worden
ingesteld.
^ Corrigeer de dagtijd.
. . . het gerecht te snel afkoelt?
De warmte ontstaat altijd eerst aan de
buitenkant van het gerecht en ver
-
plaatst zich vervolgens naar het mid
-
den.
Wordt een gerecht op een hoog vermo
-
gen verwarmd, dan kan het van buiten
al heet zijn, terwijl het van binnen nog
niet warm genoeg is. Tijdens de door
-
warmtijd wordt de temperatuur gelijk
-
matig over het gerecht verdeeld. In het
midden wordt het warmer, aan de bui
-
tenkant kouder. Verwarm gerechten die
uit verschillende ingrediënten bestaan,
zoals kant-en-klaar-maaltijden en één
-
pansgerechten, daarom op een wat la
-
ger vermogen, gedurende een iets
langere tijd.
...demagnetron tijdens een berei
-
dingsproces automatisch wordt uit
-
geschakeld?
De luchtcirculatie kan onvoldoende zijn.
Controleer
^
of de luchttoe- of -afvoer afgesloten
is.
Verwijder alles wat op en voor de ope
-
ningen ligt. Als het apparaat oververhit
raakt, wordt het om veiligheidsredenen
automatisch uitgeschakeld. De berei
-
ding kan worden voortgezet, zodra het
apparaat weer is afgekoeld.
Waarschuw de afdeling Klantcontacten
als het apparaat regelmatig uitgescha-
keld wordt.
Open nooit de ommanteling van het
apparaat, als u een storing niet kunt
verhelpen aan de hand van de bo-
venstaande aanwijzingen!
De magnetron mag alleen door vak
-
mensen worden gerepareerd.
Nuttige tips
57
Voor storingen die u niet zelf kunt ver
-
helpen, waarschuwt u
uw Miele-vakhandelaar
of
de afdeling Klantcontacten van
Miele.
De gegevens van Miele vindt u op
de achterkant van deze gebruiks
-
aanwijzing.
Voor een goede en vlotte afhandeling is
het noodzakelijk dat Miele weet welk
type apparaat u heeft en wat het serie-
nummer is. Beide nummers vindt u op
het typeplaatje dat zich voor in het ap-
paraat bevindt.
Klantcontacten
58
Controleer voordat het apparaat
wordt aangesloten of het
onbeschadigd is. Neem nooit een
defect apparaat in gebruik!
Het apparaat wordt standaard geleverd
met een aansluitkabel en een stekker
met randaarde, geschikt voor
wisselstroom 50 Hz, 220-240 V.
Sluit het apparaat aan op een geaarde
contactdoos en een geschikte zekering
(10 A-L-automaat of een trage zekering
van 10 A).
Het apparaat mag uitsluitend worden
aangesloten op een contactdoos met
randaarde en op een huisinstallatie die
aan alle voorschriften voldoet (zoals
NEN 1010).
Plaats het apparaat zo, dat de stekker
bereikbaar is.
Als de gebruiker niet meer bij het stop-
contact kan komen of als er sprake is
van een vaste aansluiting, moet het
apparaat via een schakelaar met alle
polen van de netspanning kunnen wor
-
den losgekoppeld.
De contactopening in uitgeschakelde
toestand moet minimaal 3 mm bedra
-
gen. Geschikte schakelaars zijn
zelf-uitschakelaars, zekeringen en re
-
lais (EN 60335).
Voordat u het apparaat aansluit, dient u
de aansluitgegevens (spanning en fre
-
quentie) op het typeplaatje te verge
-
lijken met de waarden van het elektrici
-
teitsnet. Deze gegevens moeten beslist
overeenkomen. Het typeplaatje bevindt
zich aan de voorkant bij de ovenruimte.
Als de aansluitkabel beschadigd is,
moet deze door Miele worden ver
-
vangen of door een door de fabrikant
geautoriseerde vakman.
Dit product voldoet aan de eisen van
de Europese norm EN 55011. Het pro
-
duct is ingedeeld in groep 2, klasse B.
Groep 2 betekent dat het apparaat
hoogfrequente energie in de vorm van
elektromagnetische stralen genereert
waarmee voedingsmiddelen worden
verwarmd. Klasse B betekent dat het
apparaat geschikt is voor huishoudelijk
gebruik.
Elektrische aansluiting
59
Bij het inbouwen van de magnetron
dient aan de voorkant voor een on
-
belemmerde luchttoe- en -afvoer te
worden gezorgd.
Plaats geen voorwerpen voor de
ventilatieopeningen!
De afstand tot de meubelfronten
moet aan de zijkanten minstens
2,5 mm zijn, aan de bovenkant min
-
stens 4 mm.
Het apparaat kan in een hoge kast wor
-
den ingebouwd.
De minimale inbouwhoogte bedraagt
85 cm.
Pak het apparaat alleen bij de be-
huizing vast als u het wilt verplaat-
sen. Pak het niet bij het front vast.
Het front is niet stevig genoeg om
het gewicht van het apparaat te dra-
gen.
Inbouwmaten
Inbouwmateriaal
Het volgende materiaal vindt u bij de
toebehoren:
Inbouwen
60
Inbouwinstructies
U mag het apparaat alleen ge
-
bruiken als het is ingebouwd.
Bij de toebehoren vindt u drie
afstandhouders. Een voor de rechter
kastwand (R) en twee verschillende
voor de linker kastwand (L), voor een
wanddikte van respectievelijk 16 en
19 mm.
^ Verbind de linker afstandhouder (die
bij de wanddikte hoort) met een
haak.
^
Verbind de andere haak met de
rechter afstandhouder.
^
Controleer voordat u de haak beves
-
tigt of u de schroeven op een plaats
inschroeft waar de wanddikte min
-
stens 16 mm is.
^
Breng een markeringsstreepje aan
op de beide zijkanten van de keuken
-
kast. De afstand tussen de onderkant
van de afstandhouders en de
nisbodem dient 420 mm te zijn.
^
Houd de onderkant van de
afstandhouder tegen het markerings
-
streepje. Houd de aanslag van de
afstandhouder tegen het front van de
zijwand (zie afbeelding).
^
Om de beide afstandhouders met de
haken te bevestigen, moet u telkens
een schroef in een van de beide
voorste boorgaten plaatsen en een
andere schroef in het midden van het
langwerpige boorgat aan de achter-
kant (zie afbeeldingen).
Door het langwerpige gat kunt u de
positie eventueel nog aanpassen. De
overige gaten zijn reservegaten voor
het geval u opnieuw schroeven moet
indraaien.
^
Schuif de magnetron in de kast en
geleid de kabel met de stekker door
de kastombouw.
Inbouwen
61
^
Fixeer het apparaat met de frontlijst.
Til het apparaat over de haken heen
en laat het vastklikken.
^
Controleer of het apparaat goed
gefixeerd is door voorzichtig op de
bovenste rand van de frontlijst te
drukken.
^ Controleer of het apparaat goed ge-
positioneerd is.
^ Sluit het apparaat op de netspanning
aan.
Inbouwen
62
63
Wijzigingen voorbehouden / 1209
M 8261-2
M.-Nr. 07 542 740 / 00
26

Hulp nodig? Stel uw vraag in het forum

Spelregels
1

Forum

Miele-m-8261-2

Misbruik melden

Gebruikershandleiding.com neemt misbruik van zijn services uitermate serieus. U kunt hieronder aangeven waarom deze vraag ongepast is. Wij controleren de vraag en zonodig wordt deze verwijderd.

Product:

Bijvoorbeeld antisemitische inhoud, racistische inhoud, of materiaal dat gewelddadige fysieke handelingen tot gevolg kan hebben.

Bijvoorbeeld een creditcardnummer, een persoonlijk identificatienummer, of een geheim adres. E-mailadressen en volledige namen worden niet als privégegevens beschouwd.

Spelregels forum

Om tot zinvolle vragen te komen hanteren wij de volgende spelregels:

Belangrijk! Als er een antwoord wordt gegeven op uw vraag, dan is het voor de gever van het antwoord nuttig om te weten als u er wel (of niet) mee geholpen bent! Wij vragen u dus ook te reageren op een antwoord.

Belangrijk! Antwoorden worden ook per e-mail naar abonnees gestuurd. Laat uw emailadres achter op deze site, zodat u op de hoogte blijft. U krijgt dan ook andere vragen en antwoorden te zien.

Abonneren

Abonneer u voor het ontvangen van emails voor uw Miele m 8261 2 bij:


U ontvangt een email met instructies om u voor één of beide opties in te schrijven.


Ontvang uw handleiding per email

Vul uw emailadres in en ontvang de handleiding van Miele m 8261 2 in de taal/talen: Nederlands als bijlage per email.

De handleiding is 0,69 mb groot.

 

U ontvangt de handleiding per email binnen enkele minuten. Als u geen email heeft ontvangen, dan heeft u waarschijnlijk een verkeerd emailadres ingevuld of is uw mailbox te vol. Daarnaast kan het zijn dat uw internetprovider een maximum heeft aan de grootte per email. Omdat hier een handleiding wordt meegestuurd, kan het voorkomen dat de email groter is dan toegestaan bij uw provider.

Stel vragen via chat aan uw handleiding

Stel uw vraag over deze PDF

Andere handleiding(en) van Miele m 8261 2

Miele m 8261 2 Gebruiksaanwijzing - Deutsch - 76 pagina's

Miele m 8261 2 Gebruiksaanwijzing - English - 64 pagina's


Uw handleiding is per email verstuurd. Controleer uw email

Als u niet binnen een kwartier uw email met handleiding ontvangen heeft, kan het zijn dat u een verkeerd emailadres heeft ingevuld of dat uw emailprovider een maximum grootte per email heeft ingesteld die kleiner is dan de grootte van de handleiding.

Er is een email naar u verstuurd om uw inschrijving definitief te maken.

Controleer uw email en volg de aanwijzingen op om uw inschrijving definitief te maken

U heeft geen emailadres opgegeven

Als u de handleiding per email wilt ontvangen, vul dan een geldig emailadres in.

Uw vraag is op deze pagina toegevoegd

Wilt u een email ontvangen bij een antwoord en/of nieuwe vragen? Vul dan hier uw emailadres in.



Info