554049
45
Verklein
Vergroot
Pagina terug
1/56
Pagina verder
Gebruiksaanwijzing
Warmtepompdroger
T 8164 WP
Lees beslist de gebruiksaanwijzing voordat u uw
apparaat plaatst, installeert en in gebruik neemt.
Dat is veiliger voor uzelf en u voorkomt schade
aan uw apparaat.
nl-NL
M.-Nr. 09 529 940
Een bijdrage aan de bescherming van het milieu
2
Het verpakkingsmateriaal
De verpakking beschermt het apparaat
tegen transportschade. Het verpak‐
kingsmateriaal is uitgekozen omdat dit
het milieu relatief weinig belast en kan
worden hergebruikt.
Door hergebruik van verpakkingsmate‐
riaal wordt er op grondstoffen bespaard
en wordt er minder afval geproduceerd.
Uw vakhandelaar neemt de verpakking
in het algemeen terug.
Het afdanken van een apparaat
Oude elektrische en elektronische ap‐
paraten bevatten meestal nog waarde‐
volle materialen. Ze bevatten echter ook
schadelijke stoffen die nodig zijn ge‐
weest om de apparaten goed en veilig
te laten functioneren. Wanneer u uw ou‐
de apparaat bij het gewone afval doet
of er op een andere manier niet goed
mee omgaat, kunnen deze stoffen
schadelijk zijn voor de gezondheid en
het milieu.
Verwijder uw oude apparaat dan ook
nooit samen met het gewone afval,
maar lever het in bij een gemeentelijk
inzameldepot voor elektrische en elek‐
tronische apparatuur. Vraag uw hande‐
laar indien nodig om inlichtingen.
Het afgedankte apparaat moet buiten
het bereik van kinderen worden opge‐
slagen.
Tips om energie te besparen
Voorkom dat de droogprogramma's
meer energie verbruiken en langer du‐
ren dan nodig is en wel door de volgen‐
de maatregelen.
Centrifugeer het wasgoed voordat u
het gaat drogen met een zo hoog
mogelijk toerental in de wasauto‐
maat.
Zo bespaart u bij het drogen ca. 20%
energie, maar ook tijd, wanneer u
bijv. met 1600 omw/min centrifugeert
in plaats van met 1000 omw/min.
Gebruik voor ieder droogprogramma
de maximale beladingscapaciteit van
de trommel. Zie hiervoor het hoofd‐
stuk: "Programma-overzicht". Het
energieverbruik is dan, vergeleken
met de totale hoeveelheid wasgoed,
het gunstigst.
Zorg ervoor dat de temperatuur in het
vertrek niet te hoog is. Zijn er behalve
de droogautomaat nog meer warmte-
afgevende apparaten in het vertrek in
gebruik, schakel deze apparaten dan
uit of zorg ervoor dat er voldoende
lucht wordt toegevoerd.
Reinig de zeefvlakken van de plui‐
zenfilters iedere keer nadat u de
droogautomaat heeft gebruikt.
Inhoud
3
Een bijdrage aan de bescherming van het milieu .............................................. 2
Veiligheidsinstructies en waarschuwingen ........................................................ 5
Bediening van de droogautomaat...................................................................... 14
Bedieningspaneel.................................................................................................. 14
Ingebruikneming van het apparaat........................................................................ 15
Tips voor het drogen van textiel......................................................................... 16
Zo droogt u goed................................................................................................. 17
Korte handleiding................................................................................................... 17
Programmaverloop wijzigen............................................................................... 19
Programma-overzicht.......................................................................................... 20
Reiniging en onderhoud...................................................................................... 23
Condenswaterreservoir legen................................................................................ 23
Reiniging filtersysteem........................................................................................... 24
Zeefvlakken van de pluizenfilters........................................................................... 25
Reinigen zonder water...................................................................................... 25
Nat reinigen....................................................................................................... 26
Plaatsen............................................................................................................ 26
Fijnfilter................................................................................................................... 27
Verwijderen....................................................................................................... 27
Fijnfilter reinigen................................................................................................ 27
Klepje voor het fijnfilter reinigen........................................................................ 28
Condensor controleren..................................................................................... 28
Terugplaatsen................................................................................................... 29
Droogautomaat...................................................................................................... 29
Nuttige tips........................................................................................................... 30
Hulp bij problemen................................................................................................. 30
Controle- en storingsmeldingen............................................................................ 30
Een tegenvallend droogresultaat .......................................................................... 32
Andere problemen................................................................................................. 33
Gloeilampje vervangen.......................................................................................... 35
Afdeling Klantcontacten...................................................................................... 36
Reparaties.............................................................................................................. 36
Na te bestellen accessoires................................................................................... 36
Garantietermijn en garantievoorwaarden............................................................... 36
Plaatsen en aansluiten........................................................................................ 37
Het apparaat aan de voorkant............................................................................... 37
Inhoud
4
Het apparaat aan de achterkant............................................................................ 38
Droogautomaat transporteren................................................................................ 38
Plaatsen................................................................................................................. 39
Wanneer de droger onder een werkblad is geplaatst of in een kast is inge‐
bouwd............................................................................................................... 39
Droogautomaat stellen...................................................................................... 40
Bij een later transport (bijv. bij een verhuizing)................................................. 40
Was-droogzuil................................................................................................... 40
Elektrische aansluiting........................................................................................... 41
Verbruiksgegevens.............................................................................................. 42
Technische gegevens.......................................................................................... 43
Programmeerfuncties.......................................................................................... 45
Restvocht in het programma "Katoen".................................................................. 45
Restvocht in het programma "Kreukherstellend".................................................. 46
Kreukbeveiliging..................................................................................................... 47
Zoemer................................................................................................................... 49
Droogtegraad van het programma "Automatic extra"........................................... 50
Stand-by................................................................................................................ 51
Geleidingswaarde.................................................................................................. 53
Veiligheidsinstructies en waarschuwingen
5
Lees beslist deze gebruiksaanwijzing.
Dit apparaat voldoet aan de geldende veiligheidsvoorschriften.
Onjuist gebruik echter kan persoonlijk letsel of schade aan het ap‐
paraat tot gevolg hebben.
Lees de gebruiksaanwijzing daarom eerst aandachtig door voor‐
dat u het apparaat voor het eerst gebruikt. Hierin vindt u belangrij‐
ke instructies betreffende veiligheid, gebruik en onderhoud.
Bewaar de gebruiksaanwijzing en geef deze door aan een eventu‐
ele volgende eigenaar van het apparaat.
Efficiënt gebruik
Deze droogautomaat is uitsluitend bestemd voor huishoudelijk of
daarmee vergelijkbaar gebruik.
Deze droogautomaat is uitsluitend bestemd voor gebruik binnens‐
huis.
Deze droogautomaat is uitsluitend bestemd voor het drogen van
textiel dat in water is gewassen en volgens de aanwijzingen van de
fabrikant op het onderhoudsetiket in de droogautomaat mag worden
gedroogd.
Gebruik voor andere doeleinden kan gevaarlijk zijn. De fabrikant is
niet verantwoordelijk voor schade die wordt veroorzaakt door een
ander gebruik dan hier aangegeven of door een foutieve bediening.
Veiligheidsinstructies en waarschuwingen
6
Personen die op grond van hun fysieke of psychische gesteld‐
heid, hun onervarenheid of gebrek aan kennis van dit apparaat niet
in staat zijn om het veilig te bedienen, mogen het alleen gebruiken
als ze onder toezicht staan van of worden geïnstrueerd door een
verantwoordelijk persoon.
Wanneer er kinderen in huis zijn
Kinderen onder de acht jaar mogen alleen in de buurt van de
droogautomaat komen als ze constant onder toezicht staan.
Kinderen vanaf acht jaar mogen de droogautomaat alleen zonder
toezicht gebruiken als ze weten hoe ze het apparaat veilig moeten
bedienen. De kinderen moeten zich bewust zijn van de gevaren van
een foutieve bediening.
Kinderen mogen de droogautomaat niet zonder toezicht reinigen
of onderhouden.
Wanneer er kinderen in de buurt van de droogautomaat zijn, houd
ze dan goed in de gaten. en zorg ervoor dat ze er niet mee gaan
spelen.
Veiligheidsinstructies en waarschuwingen
7
Technische veiligheid
Controleer vóórdat het apparaat wordt geplaatst, of het zichtbaar
beschadigd is.
Een beschadigde droogautomaat mag niet worden geplaatst en niet
in gebruik genomen.
Vergelijk vòòrdat u de droogautomaat aansluit de aansluitgege‐
vens (zekering, spanning en frequentie) op het typeplaatje met die
van het elektriciteitsnet. Deze moeten beslist overeenkomen. Raad‐
pleeg bij twijfel een elektricien.
De elektrische veiligheid van de droogautomaat is uitsluitend ge‐
garandeerd als hij wordt aangesloten op een aardingssysteem dat
volgens de geldende veiligheidsvoorschriften is geïnstalleerd. Laat
de huisinstallatie bij twijfel door een vakman/vakvrouw controleren.
De fabrikant kan niet aansprakelijk worden gesteld voor schade die
is ontstaan door een ontbrekende of beschadigde aarddraad.
Gebruik geen verlengsnoer in verband met gevaar voor overver‐
hitting.
Wanneer de aansluitkabel is beschadigd, moet de kabel door een
erkend vakman / vakvrouw worden vervangen.
Reparaties aan de droogautomaat mogen alleen door vakmensen
van Miele worden uitgevoerd. Ondeskundig uitgevoerde reparaties
kunnen onvoorziene risico's voor de gebruiker opleveren, waarvoor
Miele niet aansprakelijk kan worden gesteld.
Defecte onderdelen mogen alleen door originele Miele-onderdelen
worden vervangen. Alleen van deze Miele-onderdelen kunnen wij ga‐
randeren, dat zij volledig voldoen aan de veiligheidseisen die wij aan
onze producten stellen.
Veiligheidsinstructies en waarschuwingen
8
Wanneer er een storing moet worden verholpen of wanneer de
droogautomaat moet worden gereinigd, mag er geen elektrische
spanning op het apparaat staan. Dit is het geval als aan één van de
volgende voorwaarden is voldaan:
als de stekker uit de contactdoos is getrokken,
als de desbetreffende zekering van de huisinstallatie is uitgescha‐
keld of
als de hoofdschakelaar van de huisinstallatie is uitgeschakeld.
Deze droogautomaat mag niet op een niet-stationaire locatie (bijv.
op een schip) worden gebruikt.
Voer geen aanpassingen aan de droogautomaat uit die niet uit‐
drukkelijk door Miele zijn toegestaan.
Informatie over de warmtepomp en over het koudemiddel
Deze droogautomaat werkt met de warmtepomptechniek. Deze
techniek maakt gebruik van een gasvormig koudemiddel. Dit koude‐
middel wordt door een compressor in elkaar geperst, door de druk‐
verhoging op een hogere temperatuur gebracht en vloeibaar ge‐
maakt. Vervolgens wordt het koudemiddel in een gesloten kringloop
door de condensor geleid, waar de warmte wordt vermengd met de
lucht die voor het drogen is gebruikt.
De warmtepomptechniek veroorzaakt een brommend geluid wan‐
neer de droogautomaat werkt. Dit geluid is normaal en heeft geen
nadelig effect op de werking van de droger.
Het koudemiddel is niet brandbaar en niet explosief.
Als de droogautomaat goed is vervoerd en geplaatst, is het in het
algemeen niet nodig om het apparaat een tijdje te laten staan.
Zie hoofdstuk: "Plaatsen en aansluiten". Is aan de voorwaarden
voor een goed vervoer en een goede plaatsing niet voldaan, laat
het apparaat dan een tijdje staan om schade aan de warmtepomp
te voorkomen.
Veiligheidsinstructies en waarschuwingen
9
Volg de aanwijzingen in de hoofdstukken: "Plaatsen en aanslui‐
ten" en "Technische gegevens".
Zorg ervoor dat u altijd bij de stekker kunt komen om de spanning
van de droogautomaat te halen.
De spleet tussen de onderkant van het apparaat en de vloer mag
niet met sokkellijsten, hoogpolig tapijt, etc. worden verkleind. Een
toereikende luchttoevoer is anders niet gewaarborgd
De deur van de droger moet vrij kunnen bewegen en er mag daar‐
om vlak voor de droger geen andere deur worden geplaatst.
Meer tips voor het gebruik
De maximale beladingscapaciteit bedraagt 7,0 kg (droog was‐
goed), maar sommige programma's hebben een lagere beladingsca‐
paciteit.
Zie hoofdstuk: "Programma-overzicht".
Deze droogautomaat mag in verband met brandgevaar niet wor‐
den aangesloten op een regelbare wandcontactdoos, bijv. via een
tijdschakelaar of combi-regelaar wasautomaat - droogautomaat.
Wanneer het droogprogramma in zo'n geval vòòr het einde van de
afkoelfase zou worden afgebroken, zou het wasgoed in brand kun‐
nen vliegen.
Veiligheidsinstructies en waarschuwingen
10
In verband met brandgevaar mag onderstaand textiel niet worden
gedroogd.
Textiel dat niet is gewassen.
Textiel dat niet grondig genoeg is gereinigd en daardoor nog olie-,
vet- of crèmeresten bevat. Het gaat hier bij voorbeeld om textiel
uit keukens of schoonheidssalons. Bij textiel dat niet voldoende is
gereinigd bestaat zelfs na afloop van het droogprogramma en
zelfs buiten de droogautomaat nog gevaar voor brand.
Textiel dat brandgevaarlijke reinigingsmiddelen bevat of resten
van aceton, alcohol, wasbenzine, petroleum, kerosinne, vlekver‐
wijderaar, terpentine, was, wax remover of chemicaliën. Het gaat
hier bij voorbeeld om allerlei soorten schoonmaakdoekjes.
Textiel dat resten van haarversteviger, haarspray, nagellakremover
en dergelijke bevat.
Reinig dit soort sterk vervuild textiel grondig en wel met extra
wasmiddel en op een hoge temperatuur. Was dit textiel zo nodig
twee keer.
Verwijder aanstekers, lucifers en alle andere voorwerpen uit de
zakken van het textiel.
Waarschuwing: Schakel de droogautomaat nooit uit voordat het
droogprogramma afgelopen is, tenzij u alle stukken wasgoed direct
uit de automaat haalt en zo ophangt dat de warmte eruit kan.
Gebruik wasverzachters en soortgelijke producten altijd volgens
de aanwijzingen van de fabrikant.
Veiligheidsinstructies en waarschuwingen
11
In verband met brandgevaar mogen de volgende soorten textiel of
producten nooit in het apparaat worden gedroogd.
Textiel en producten die met industriële chemicaliën zijn gerei‐
nigd, bijv. in een stomerij.
Textiel en producten die rubber of schuimrubber bevatten, zoals
waterdicht textiel, hoofdkussens en douchemutsen.
Textiel en producten die vullingen bevatten en die beschadigd
zijn, zodat de vullingen eruit kunnen vallen. Het gaat hier bij voor‐
beeld om kussens en jacks.
Op de verwarmingsfase volgt bij veel programma's de afkoelfase.
Daarmee kunt u er zeker van zijn dat het wasgoed niet zo heet wordt
dat het verbrandt en beschadigd raakt. Pas hierna is het programma
afgelopen.
Haal alle stukken wasgoed dan direct uit de automaat.
Leun niet op de deur om te voorkomen dat de droogautomaat
gaat kantelen.
Sluit de deur iedere keer nadat u de droogautomaat heeft ge‐
bruikt. Zo voorkomt u dat
kinderen of huisdieren in het apparaat kruipen
en dat kinderen er voorwerpen in stoppen.
Veiligheidsinstructies en waarschuwingen
12
Deze droogautomaat mag niet
zonder of met beschadigde pluizenfilters worden gebruikt;
zonder of met een beschadigde fijnfilter worden gebruikt.
Gebeurt dat wel, dan zouden er te veel pluizen in de droger kunnen
komen, wat tot een defect kan leiden.
Reinig de zeefvlakken van de pluizenfilters iedere keer nadat u de
droogautomaat heeft gebruikt.
Wanneer u de pluizenfilters en het fijnfilter met warm water heeft
gereinigd, droog ze dan goed af. Door natte filters kunnen storingen
ontstaan!
Plaats uw droogautomaat niet in vorstgevoelige ruimten. Zelfs
temperaturen om het vriespunt hebben een negatief effect op de
werking van het apparaat. Door bevriezend condenswater in de
pomp, in het condenswaterreservoir en/of de waterafvoerslang kan
de automaat beschadigd raken.
Condenswater is geen drinkwater.
Het drinken van condenswater kan schadelijk zijn voor de gezond‐
heid van mens en dier.
Zorg ervoor dat de ruimte waar de droogautomaat is opgesteld
stof- en pluisvrij is.
Door vuildeeltjes in de aangezogen lucht kan de condensor op den
duur verstopt raken.
Spuit de droogautomaat niet nat.
Veiligheidsinstructies en waarschuwingen
13
Accessoires
Alleen originele Miele-accessoires mogen worden aan- of inge‐
bouwd.
Worden er andere accessoires aan- of ingebouwd, kan Miele niet
voor de gevolgen instaan en kan er geen beroep meer worden ge‐
daan op bepalingen met betrekking tot garantie en productaanspra‐
kelijkheid.
Was- en droogautomaten van Miele kunnen als was-droogzuil
worden geplaatst. Hiervoor is een specifiek tussenstuk (WTV) nodig
dat kan worden nabesteld. Let erop dat het tussenstuk bij uw Miele-
droogautomaat en Miele-wasautomaat past.
Wilt u een Miele-sokkel nabestellen, let er dan op dat deze bij uw
droogautomaat past.
Worden de veiligheidsinstructies en waarschuwingen niet op‐
gevolgd, kan Miele niet aansprakelijk worden gesteld voor schade
die daarvan het gevolg is.
Bediening van de droogautomaat
14
Bedieningspaneel
a
Display h min
Zie volgende bladzijde.
b
Controle-/Storingslampjes
Zie hoofdstuk: "Nuttige tips".
Het controlelampje dat met PC is aangeduid heeft nog een functie. Via dit
lampje kunnen onze technici de droogprogramma's controleren, updaten en in
het geheugen van de droogautomaat opslaan.
c
Start - toets
Met deze toets kunt u een droogprogramma starten.
Het controlelampje knippert wanneer een programma kan worden gestart en
brandt nadat het is gestart.
d
Programmakeuzeschakelaar
Met deze schakelaar kunt u een droogprogramma instellen.
U kunt de schakelaar naar rechts of naar links draaien.
e
- toets
Met deze toets kunt u de droger in- en uitschakelen.
Nadat u de droger heeft ingeschakeld, geeft het display ter bevestiging een
of de duur van het ingestelde programma aan.
f
Deur - toets
Met deze toets kunt u de deur van de droger openen, ook wanneer er geen
stroom op het apparaat staat.
Bediening van de droogautomaat
15
Display h min
Het display kan het volgende aange‐
ven:
De programmaduur (h min = Uren en
minuten)
Controle- en storingsmeldingen
De verschillende varianten van de
programmeerfuncties.
Hiermee kunt u de elektronica van de
droger nog beter afstemmen op het
soort wasgoed en de manier waarop
u dit wilt drogen.
Voor nadere informatie zie het gelijk‐
namige hoofdstuk aan het eind van
deze gebruiksaanwijzing.
Programmaduur (resttijd) / Resttijd‐
prognose
Het display h min geeft de tijd aan die
een gekozen programma ongeveer gaat
duren, de zogenaamde resttijd. Dit is
dus een prognose. Een uitzondering
vormen de Tijdkeuze-programma's. De‐
ze duren 20 minuten.
De tijd die een droogprogramma nodig
heeft kan per droogbeurt verschillen en
wel door de volgende factoren: rest‐
vocht na het centrifugeren, textielsoort,
hoeveelheid wasgoed, kamertempera‐
tuur en verschillen in netspanning.
De droogautomaat beschikt over elek‐
tronica die zich instelt op het wasgoed
dat zich in de droogautomaat bevindt,
zodat de resttijd tijdens de droogbeurt
telkens opnieuw wordt berekend en in
het display aangepast. De prognose
wordt in de loop van een droogbeurt
dus steeds preciezer.
Trommelverlichting
Wanneer de droger is ingeschakeld en
de deur is geopend, gaat de trommel‐
verlichting na enkele minuten uit. Dat
bespaart energie.
Ingebruikneming van het appa‐
raat
De droger moet op de juiste wij‐
ze worden geplaatst en aangesloten.
Is het apparaat niet getransporteerd
volgens de beschrijving in het hoofd‐
stuk: "Plaatsen en aansluiten", dan
moet het ca. 1 uur blijven staan,
voordat het elektrisch wordt aange‐
sloten.
Tips voor het drogen van textiel
16
Textielbehandelingssymbolen
Drogen
/ Normale / lage temperatuur
Het textiel wordt in ieder pro‐
gramma op een lage tempera‐
tuur gedroogd. Daardoor is
het niet nodig om verschil te
maken tussen textiel met de
symbolen q/r
Niet drogen in de automaat
Strijken en mangelen
Zeer heet
Heet
Niet zeer heet
Niet strijken / mangelen
Nog meer tips voor het drogen
van textiel
Gebruik voor ieder droogprogramma
de maximale beladingscapaciteit van
de trommel. Zie hiervoor het hoofd‐
stuk: "Programma-overzicht".
Een te zware belading is slecht voor
het wasgoed, heeft een negatief ef‐
fect op het droogresultaat en werkt
kreukvorming in de hand.
Doe jasjes open, zodat ze gelijkmatig
kunnen drogen.
Droog geen textiel dat nog druipnat
is. Centrifugeer het na het wassen
minstens 30 seconden.
Droog een gemengde belading van
katoenen, kreukherstellend en bont
textiel in het programma Automatic
extra.
Droog zuiver linnen alleen in de auto‐
maat als dat volgens het etiket ge‐
oorloofd is. Het kan nl. ruw worden.
Machinaal gebreid textiel zoals T-
shirts en ondergoed krimpt vaak
wanneer het voor het eerst wordt ge‐
wassen.
Droog het dus niet te lang en te heet
om verder krimpen te voorkomen.
Koop dit soort textiel eventueel één
of twee maten te groot.
Kreukherstellend wasgoed kreukt des
te meer, naarmate de automaat voller
beladen is. Dat geldt vooral voor zeer
gevoelig textiel, bijv. blouses en over‐
hemden.
Kies Kreukherstellend Extra behoed‐
zaam of Gladstrijken of verminder de
belading.
Gesteven textiel kunt u in dit appa‐
raat drogen. Doseer dan wel voor
hetzelfde effect de dubbele hoeveel‐
heid stijfsel bij het wassen.
Was nieuw, gekleurd textiel apart,
voordat u het voor het eerst droogt.
Droog het niet samen met lichtge‐
kleurd textiel, want het kan afgeven,
ook op de kunststof onderdelen van
de droogautomaat. Bovendien kun‐
nen er pluizen van een afwijkende
kleur achterblijven.
Zo droogt u goed
17
Korte handleiding
Wanneer u een kort overzicht wilt heb‐
ben over hoe u de droogautomaat moet
bedienen, kunt u de met cijfers aange‐
duide stappen (, , ...) aanhou‐
den.
Voordat u het wasgoed in het ap‐
paraat legt
Haal het op elkaar gepropte gewassen
wasgoed uit elkaar en sorteer het naar:
. . . gewenste droogtegraad;
. . . textielsoort;
. . . grootte;
. . . restvocht na het centrifugeren.
Zo krijgt u een gelijkmatig droogresul‐
taat.
Verwijder eventuele voorwerpen
uit het wasgoed die er niet horen,
zoals doseerbolletjes. Dit soort voor‐
werpen kunnen tijdens het droogpro‐
gramma smelten en het apparaat en
het wasgoed beschadigen.
Bekijk alle zomen en naden en con‐
troleer of er geen vullingen uit kunnen
komen.
Knoop dekbedovertrekken en kus‐
senslopen dicht, zodat er geen ander
textiel in terecht kan komen.
Sluit eventuele haakjes en oogjes.
Bind ceintuurs en schortenbandjes
aan elkaar.
Maak onderdelen van kleding die zijn
losgeraakt zoals bh-beugels vast of
verwijder ze.
Droogautomaat inschakelen
U kunt de droger ook inschakelen na
het vullen van de trommel. In dat geval
gaat de trommelverlichting niet aan.
Schakel de automaat met de -
toets in.
Trommel vullen
Open de deur met de Deur - toets.
Leg het wasgoed in de trommel.
Gebruik voor ieder programma de
maximale beladingscapaciteit van de
trommel. Zie hoofdstuk: "Program‐
ma-overzicht".
Controleer eerst of het pluizenfilter in
de deur goed is geplaatst.
Let erop dat er geen wasgoed tus‐
sen de deur kan komen, want dit kan
beschadigd raken.
Sluit de deur met een lichte klap of
zet de deur op een kier en druk deze
dicht.
Zo droogt u goed
18
Programma kiezen
Draai de programmakeuzeschakelaar
op het gewenste programma.
Programma starten
Druk op de Start - toets.
Het controlelampje van deze toets gaat
nu branden.
Let op:
De programmaduur die in het display
staat is een prognose en kan in de
loop van het programma veranderen.
Deze droogautomaat meet het rest‐
vocht van het wasgoed en berekent
op grond daarvan de programma‐
duur. Wordt het apparaat echter met
droog wasgoed gevuld, dan hanteert
het een vaste tijd voor het drogen /
luchten.
Droog wasgoed nooit te lang om te
voorkomen dat het beschadigd
raakt.
Einde van het programma - Trom‐
mel leeghalen
Op de verwarmingsfase volgt de afkoel‐
fase, waarin het wasgoed door een
koude luchtstroom wordt afgekoeld.
Pas wanneer oplicht en de zoemer
gaat, is het programma beëindigd.
Wanneer u het wasgoed niet direct uit
de trommel haalt, dan volgt de "Kreuk‐
beveiliging". Deze is vanuit de fabriek
ingeschakeld en houdt in dat de trom‐
mel max. 1 uur met korte intervallen
blijft draaien, waardoor wordt voorko‐
men dat het wasgoed gaat kreuken. Bij
"Wol" is er geen kreukbeveiliging.
U kunt de kreukbeveiliging uitschake‐
len. Zie hoofdstuk: "Programmeerfunc‐
ties".
Druk op de Deur - toets.
Open de deur.
Haal het wasgoed uit de trommel.
Controleer of de trommel leeg is om
te voorkomen dat achtergebleven
wasgoed nog eens wordt gedroogd
en daardoor beschadigd raakt.
Schakel de automaat met de -
toets uit.
Reinig de pluizenfilters.
Sluit de deur.
Giet het condenswaterreservoir leeg.
Programmaverloop wijzigen
19
Een nog lopend programma ...
... vervangen
Het is niet mogelijk om een ander pro‐
gramma te kiezen wanneer een pro‐
gramma nog loopt. Voorkomen moet
worden dat er per ongeluk een ander
programma wordt gekozen, waardoor
het programmaverloop wordt verstoord.
Wordt er aan de programmakeuzescha‐
kelaar gedraaid, verschijnt in het dis‐
play  en wel zo lang, totdat het oor‐
spronkelijke programma weer wordt in‐
gesteld.
Om een ander programma te kiezen,
moet u het lopende programma eerst
afbreken.
... afbreken
Draai de programmaschakelaar op
Einde.
Het wasgoed wordt afgekoeld, zodra er
een bepaalde droogtijd en droogtempe‐
ratuur zijn bereikt.
Pas als in het programmaverloop
brandt, is het programma beëindigd.
Schakel de droger uit en weer in.
Kies en start meteen een ander pro‐
gramma.
Trommel bijvullen of wasgoed
voortijdig verwijderen
Start het programma direct op‐
nieuw, nadat u de trommel heeft bij‐
gevuld of er wasgoed voortijdig heeft
uitgehaald.
Doet u dat niet, haal dan al het was‐
goed uit de trommel, vouw het uit en
laat het afkoelen.
Druk op de Deur - toets.
Leg wasgoed in de trommel of haal er
wasgoed uit.
Sluit de deur.
Druk op de Start - toets.
Programmaduur
Door wijzigingen in het programmaver‐
loop kan de tijd in het display h min ver‐
springen.
Programma-overzicht
20
Katoen Maximaal 7,0 kg
Kastdroog+, Kastdroog**
Wasgoed Wasgoed van dikker en dunner katoen zoals handdoeken, badhand‐
doeken en badmantels, beddengoed van flanel, dekens, werkkle‐
ding, stofjassen, schorten, jasjes, T-shirts, ondergoed en babykleer‐
tjes
Let op! Bedenk dat het programma Katoen Kastdroog vanuit energie-oog‐
punt voor het drogen van katoen het efficiëntst is.
Kastdroog Extra behoedzaam
Wasgoed Kreukgevoelig en teer wasgoed wordt met minder trommelbewegin‐
gen gedroogd.
Let op! Het programma duurt langer dan Kastdroog.
Verminder bij twijfel de belading.
Strijkdroog, Mangeldroog
Wasgoed Wasgoed van katoenen of linnen weefsels zoals tafellakens, servet‐
ten, beddengoed en gesteven wasgoed dat nog verder moet wor‐
den behandeld.
Let op! Rol het wasgoed op zolang het nog niet door de mangel wordt ge‐
haald. Zo blijft het langer vochtig.
* Gewicht van droog wasgoed
** Tips voor testbureaus:
Testprogramma volgens verordening 392/2012/EU voor het energie-etiket geme‐
ten naar EN 61121
Programma-overzicht
21
Kreukherstellend Maximaal 3,5 kg
Kastdroog, Strijkdroog
Wasgoed Kreukherstellend wasgoed van synthetisch materiaal, katoen of ge‐
mengde weefsels (truien, jurken, broeken, stofjassen, tafellakens of
servetten)
Let op! Het wasgoed wordt bij Strijkdroog kreukarm gedroogd. De mate
waarin hangt natuurlijk ook af van de textielsoort en de belading.
Kastdroog Extra behoedzaam
Wasgoed Kreukgevoelig en teer wasgoed wordt met minder trommelbewegin‐
gen gedroogd.
Let op! Het programma duurt langer dan Kastdroog.
Verminder bij twijfel de belading.
Automatic extra Maximaal 3,5 kg
Wasgoed Een gemengde belading van wasgoed dat anders in de program‐
ma's Katoen en Kreukherstellend wordt gedroogd
Tijdkeuze Maximaal 7,0 kg
20 min warm
Wasgoed Wasgoed van dikkere stof zoals jacks, kussens en slaapzakken
dat niet gelijkmatig wordt gedroogd en daarom moet worden na‐
gedroogd.
Een stuk wasgoed of een paar stukken wasgoed zoals een bad‐
handdoek, zwembroek, badpak en schoonmaakdoekjes
20 min koud
Wasgoed Wasgoed dat alleen moet worden doorgelucht
* Gewicht van droog wasgoed
Programma-overzicht
22
Gladstrijken Maximaal 1,0 kg
Wasgoed Wasgoed van katoen of linnen
Kreukherstellend wasgoed van katoen, gemengde weefsels of
synthetisch materiaal (broeken, windjacks en overhemden)
Let op! Dit programma vermindert de kreukels die er na het centrifugeren
nog in zitten.
Het wasgoed wordt niet helemaal droog.
Het wasgoed moet direct na het einde van het programma uit de
trommel worden gehaald en ergens worden opgehangen waar het
helemaal droog kan worden.
Wol Maximaal 2,0 kg
Wasgoed Wollen wasgoed en wasgoed waar o.a. wol in zit, bijv. truien, vesten
en sokken
Let op! Het wollen wasgoed wordt in korte tijd losgeschud en daardoor
extra zacht. Het wasgoed wordt niet helemaal gedroogd.
Het wasgoed moet direct na het einde van het programma uit de
trommel worden gehaald en ergens worden opgehangen waar het
helemaal droog kan worden.
* Gewicht van droog wasgoed
Reiniging en onderhoud
23
Condenswaterreservoir legen
Het condenswater dat tijdens het
droogprogramma vrijkomt wordt in
een reservoir opgevangen.
Giet het reservoir na het drogen leeg!
Is de maximale inhoud van het con‐
denswaterreservoir bereikt, dan gaat
het controlelampje Reservoir legen
branden.
Het controlelampje gaat uit wanneer u
de deur open doet en weer sluit.
Trek het condenswaterreservoir uit
het apparaat.
Houd het reservoir zowel aan de
greep in het paneel als op het eind
vast en houd het horizontaal.
Giet het condenswaterreservoir leeg.
Schuif het reservoir terug in de
droogautomaat.
Condenswater mag niet worden
gedronken.
Het drinken van condenswater kan
schadelijk zijn voor de gezondheid
van mens en dier.
Condenswater is gedestilleerd water. U
kunt het in het huishouden gebruiken,
bijv. voor stroomstrijkijzers en luchtbe‐
vochtigers. Giet het condenswater vei‐
ligheidshalve door een fijne zeef of een
koffiefilterzakje. Dan worden zeer fijne
pluisjes die anders schade zouden kun‐
nen aanrichten uit het water gefilterd.
Reiniging en onderhoud
24
Reiniging filtersysteem
Deze droger beschikt over een fil‐
tersysteem dat uit verschillende on‐
derdelen bestaat, te weten een paar
pluizenfilters met zeefvlakken en 1
fijnfilter. Dit systeem moet goed
worden onderhouden.
Deze droogautomaat mag nooit
zonder pluizenfilters en nooit zon‐
der fijnfilter worden gebruikt.
De pluizenfilters en het fijnfilter
mogen niet beschadigd zijn.
Is dat wel het geval, vervang ze
dan direct. De filters kunnen wor‐
den bijbesteld.
Worden de aanwijzingen in dit
hoofdstuk niet opgevolgd, kunnen er
teveel pluizen in de droger terecht‐
komen, wat tot een defect kan lei‐
den.
Wanneer moeten de zeefvlakken van
de pluizenfilters worden gereinigd?
Reinig de zeefvlakken na iedere
droogbeurt.
De pluizenfilters zitten in de pluizenfil‐
terhouder van de deur en in de vul‐
opening. Zij vangen de pluizen op die
bij een droogprogramma vrijkomen.
Zie paragraaf: "De zeefvlakken van
de pluizenfilters".
Wanneer moet het fijnfilter worden
gereinigd?
Reinig het fijnfilter alleen dan, wan‐
neer het controlelampje Pluizen ver‐
wijderen gaat branden.
Het fijnfilter zit links onder, achter het
klepje. Dit filter vangt kleinere pluizen,
haren en resten wasmiddel op die
door de zeefvlakken van de pluizenfil‐
ters heen zijn gedrongen.
Zie paragraaf: "Fijnfilter".
Reiniging en onderhoud
25
Zeefvlakken van de pluizenfil‐
ters
Reinigingsfrequentie
Reinig de zeefvlakken van de plui‐
zenfilters na iedere droogbeurt.
Reinigen zonder water
Tip: Pluisjes kunt u met een stofzuiger
verwijderen.
1 Pluizenfilter
2 Dichting
Trek het pluizenfilter (1) uit de pluizen‐
filterhouder in de deur.
Verwijder de pluisjes in de holle ruim‐
te van de pluizenfilterhouder met een
flessenborsteltje of met de stofzuiger.
Reinig de dichting (2) aan de pluizen‐
filterhouder met een vochtige doek.
Verwijder de pluisjes van dit pluizen‐
filter met de hand of met een stofzui‐
ger.
Verwijder de pluisjes van de beide
pluizenfilters in de vulopening met de
hand of met een stofzuiger.
Schuif het grote filter weer in de plui‐
zenfilterhouder totdat u weerstand
voelt.
Sluit de deur.
Reiniging en onderhoud
26
Nat reinigen
Gebruik voor het reinigen van de
pluizenfilters alleen dan water, als ze
erg vervuild of zelfs verstopt zijn.
Trek het pluizenfilter uit de pluizenfil‐
terhouder in de deur.
Verwijder beide pluizenfilters in de vul‐
opening en wel als volgt.
Draai de draaiknoppen in deze
pluizenfilters om, totdat u een klik
hoort.
Trek de pluizenfilters aan de draai‐
knoppen uit de vulopening in de rich‐
ting van de pijl .
Reinig de drie pluizenfilters onder
stromend warm water.
Droog de pluizenfilters grondig, maar
voorzichtig af.
Reinig eveneens het gedeelte van de
vulopening onder de pluizenfilters,
bijv. met de stofzuiger.
Plaatsen
De pluizenfilters moeten droog
zijn wanneer u ze terugplaatst. Is dat
niet het geval, dan kunnen er sto‐
ringen optreden.
Schuif het grote filter in de pluizenfil‐
terhouder totdat u weerstand voelt.
Zet de pluizenfilters van de vulope‐
ning er eerst aan de onderkant in en
druk ze aan de bovenkant aan.
Draai de beide knoppen om totdat u
een klik hoort.
Reiniging en onderhoud
27
Fijnfilter
Reinigingsfrequentie
Reinig het fijnfilter alleen dan, wan‐
neer het controlelampje Pluizen ver‐
wijderen gaat branden.
Het controlelampje gaat uit wanneer u
de deur open doet en weer sluit.
Verwijderen
Het fijnfilter zit links onder, achter het
klepje.
Druk tegen het klepje. Zie pijl.
Het klepje springt open.
Trek het fijnfilter er aan de greep uit.
Trek de greep uit het fijnfilter.
Fijnfilter reinigen
Maak het fijnfilter met stromend wa‐
ter grondig schoon.
Druk het vocht uit het fijnfilter.
Het fijnfilter moet droog zijn
voordat het wordt teruggeplaatst. Is
het nog nat, kan er een storing op‐
treden.
Verwijder met een vochtige doek de
pluizen van de greep.
Reiniging en onderhoud
28
Klepje voor het fijnfilter reinigen
Verwijder vrijgekomen pluizen met
een vochtige doek en zorg er daarbij
voor dat het dichtingsrubber niet be‐
schadigd raakt.
Controleer of er pluizen op de koel‐
ribben zitten. Zie onder.
Condensor controleren
Raak de koelribben aan de ach‐
terkant niet aan om te voorkomen
dat u zich snijdt.
Beweeg de zuigmond van de
stofzuiger voorzichtig over de koel‐
ribben en de spijlen die voor de koel‐
ribben zitten. Zo kunt u voorkomen
dat ze beschadigd raken.
Wanneer er pluizen op de koelribben
zitten,
verwijder ze dan voorzichtig met een
stofzuiger en gebruik daarbij een kie‐
renzuiger of een stofzuigerborsteltje.
Reiniging en onderhoud
29
Terugplaatsen
Plaats de greep weer in het fijnfilter.
Het fijnfilter moet precies voor de con‐
densor zitten.
Plaats de greep daarom met het fijn‐
filter aan de voorkant op de beide
pennen.
Let erop dat de gele punt op de
greep zich aan de rechterkant be‐
vindt.
Schuif het fijnfilter er helemaal in.
Sluit het klepje.
De droger mag alleen dan wor‐
den gebruikt, als het fijnfilter goed is
geplaatst en het klepje voor de con‐
denskast goed dicht is. Alleen dan is
het condenssysteem waterdicht en
kan de droogautomaat goed functio‐
neren.
Droogautomaat
Haal de elektrische spanning van
de automaat.
Gebruik geen oplosmiddelhou‐
dende reinigingsmiddelen, schuur‐
middelen, glas- of allesreinigers. De‐
ze kunnen namelijk kunststof opper‐
vlakken en andere onderdelen be‐
schadigen.
Reinig de droogautomaat met een
zachte, iets vochtige doek en een
mild reinigingsmiddel.
Reinig de dichting aan de pluizenfil‐
terhouder met een vochtige doek.
Wrijf alles met een zachte doek
droog.
Reinig de trommel en andere delen
van roestvrij staal als u dat nodig
vindt met een reinigingsmiddel voor
roestvrij staal.
Nuttige tips
30
Hulp bij problemen
De meeste problemen kunt u zelf oplossen. In al die gevallen hoeft u geen beroep
te doen op onze technici en kunt u tijd en kosten besparen. De volgende tabellen
helpen u de oorzaken van een probleem te vinden en uit de wereld te helpen. Be‐
denk echter:
Reparaties mogen uitsluitend door erkende vakmensen worden uitgevoerd.
Ondeskundig uitgevoerde reparaties kunnen groot gevaar opleveren voor de
gebruiker.
Controle- en storingsmeldingen
Probleem Oorzaak en oplossing
Het programma wordt
afgebroken. Het contro‐
lelampje Reservoir le‐
gen gaat branden.
De zoemer gaat.
Het condenswaterreservoir is vol.
Giet het condenswaterreservoir leeg.
Het controlelampje gaat uit wanneer u de deur
open doet en weer sluit. De droger moet dan wel
zijn ingeschakeld.
Het programma wordt
afgebroken.
Mogelijk gaat de zoe‐
mer. Pluizen verwijde‐
ren of Reservoir legen
knippert.
De oorzaak is niet direct vast te stellen.
Schakel de droger uit en weer in.
Start het programma opnieuw.
Wordt het programma met dezelfde controlemelding
weer afgebroken, is er sprake van een technische
storing. Schakel de afdeling Klantcontacten van Miele
Nederland in.
Nuttige tips
31
Probleem Oorzaak en oplossing
Het controlelampje van
de Start - toets begint
langzaam te knipperen
en het display is donker.
De stand-by is ingeschakeld. Dat is geen storing,
maar een normale functie waarmee energie kan wor‐
den bespaard.
Zie paragraaf: "Stand-by" in het hoofdstuk: "Pro‐
grammeerfuncties".
Het controlelampje
Pluizen verwijderen
gaat na afloop van het
programma branden.
De droger is door pluizen verontreinigd.
Reinig het fijnfilter.
Reinig de pluizenfilters.
Het controlelampje gaat uit wanneer u de deur
open doet en weer sluit. De droger moet dan wel
zijn ingeschakeld.
Het programma wordt
afgebroken en het con‐
trolelampje Pluizen ver‐
wijderen gaat branden.
De droger is door pluizen sterk verontreinigd.
Reinig de pluizenfilters, het fijnfilter en de conden‐
sor.
Het controlelampje gaat uit wanneer u de deur
open doet en weer sluit. De droger moet dan wel
zijn ingeschakeld.
Aan het einde van het
programma gaan er
balkjes knipperen:
.........
Het programma is afgelopen, maar het wasgoed
wordt nog afgekoeld.
U kunt het wasgoed uit het apparaat halen en uit‐
vouwen of in het apparaat verder laten afkoelen.
 brandt. De programmakeuzeschakelaar is op een andere
stand gedraaid.
Draai de schakelaar op het programma dat u had
ingesteld en u ziet dat de resttijd weer in het dis‐
play verschijnt.
Nuttige tips
32
Een tegenvallend droogresultaat
Probleem Oorzaak en oplossing
Het wasgoed is niet
goed droog.
Het wasgoed bestaat uit verschillende soorten textiel.
Droog het wasgoed na met Tijdkeuze warm.
Kies de volgende keer een programma dat beter
geschikt is.
Tip: Bij een paar programma's kunt u het restvocht
nog aanpassen. Zie programma: "Programmeerfunc‐
ties".
Wasgoed of een hoofd‐
kussen met veren vul‐
ling ruikt onaangenaam
nadat het is gedroogd.
Wasgoed: er is voor dit wasgoed te weinig wasmiddel
gebruikt.
Hoofdkussens met veren: veren beginnen bij warmte
onaangenaam te ruiken.
Gebruik voor wasgoed genoeg wasmiddel bij het
wassen.
Laat hoofdkussens met veren buiten de droger
drogen.
Koop een geurflacon en gebruik deze bij het dro‐
gen.
Wasgoed van synthe‐
tisch materiaal kan sta‐
tisch zijn nadat het is
gedroogd.
Dit is bij synthetisch materiaal normaal.
Door bij het wassen een wasverzachter te ge‐
bruiken kunt u de statische lading van het was‐
goed verminderen.
Er is sprake van pluis‐
vorming.
Pluizen ontstaan voornamelijk door wrijving tijdens
het dragen. Tijdens een droogprogramma raken deze
pluisjes los. De wrijving in de droogautomaat daaren‐
tegen is gering en heeft geen invloed op de kwaliteit
van het textiel. Dit is uit onderzoek gebleken.
Pluizen worden door de pluizenfilters en het fijnfilter
opgevangen en kunnen eenvoudig worden verwij‐
derd.
Zie hoofdstuk: "Reiniging en onderhoud".
Nuttige tips
33
Andere problemen
Probleem Oorzaak en oplossing
Er zijn zoemde of brom‐
mende geluiden te ho‐
ren.
Dit is geen storing.
De compressor is in werking en dit soort geluiden is
dan normaal.
Het lukt niet om een
programma te starten
De oorzaak is niet direct vast te stellen.
Steek de stekker in het stopcontact.
Schakel de droger in.
Sluit de deur van de droger.
Controleer of de zekering van de huisinstallatie
doorgeslagen is.
Gaat het om een stroomstoring? Het programma
gaat automatisch verder, zodra de storing is verhol‐
pen.
De trommelverlichting
brandt niet.
De trommelverlichting gaat na een tijdje automatisch
uit. Dat bespaart energie.
Schakel de droger uit en weer in.
Een defect lampje kunt u zelf vervangen. Zie vol‐
gende paragraaf.
Nuttige tips
34
Probleem Oorzaak en oplossing
Het droogprogramma
duurt erg lang of wordt
zelfs afgebroken.
Misschien is de temperatuur in het vertrek te hoog.
Lucht het vertrek goed door.
Resten wasmiddel, haren en kleine pluisjes kunnen
verstoppingen veroorzaken.
Misschien zijn de koelribben verstopt.
Reinig de pluizenfilters en het fijnfilter.
Verwijder zichtbare pluizen achter het klepje vòòr
de condenskast links onder. Zie hoofdstuk: "Reini‐
ging en onderhoud".
De luchttoevoer via het rooster rechts onder is ge‐
blokkeerd.
Verwijder de wasmand of andere voorwerpen die
de luchttoevoer blokkeren.
De pluizenfilters en het fijnfilter zijn, nadat ze zijn ge‐
reinigd, nat teruggeplaatst.
De pluizenfilters en het fijnfilter moeten droog zijn.
Het wasgoed is niet voldoende gecentrifugeerd ge‐
weest.
Centrifugeer het wasgoed voortaan in de wasau‐
tomaat met een hoger centrifugetoerental.
De trommel is overbeladen.
Neem bij ieder droogprogramma de maximale be‐
ladingscapaciteit van de trommel in acht.
Het wasgoed heeft metalen ritssluitingen, waardoor
de vochtigheidsgraad van het wasgoed niet exact
kon worden berekend.
Doe de ritssluitingen de volgende keer open.
Doet het probleem zich opnieuw voor, droog was‐
goed met lange ritssluitingen dan voortaan alleen
nog met Tijdkeuze warm.
* Voor een nieuwe programmastart:
Schakel de droger uit en weer in.
Nuttige tips
35
Gloeilampje vervangen
Haal de elektrische spanning van
de automaat.
Open de deur.
Boven in de vulopening zit een klepje.
Daarachter bevindt zich het gloei‐
lampje.
Schuif een stuk gereedschap, bijv.
een brede sleufschroevendraaier, on‐
der het lipje dat aan de zijkant van
het klepje van het gloeilampje zit.
Zorg ervoor dat het gereedschap ste‐
vig zit.
* Bijvoorbeeld een brede platte schroe‐
vendraaier
Open het klepje door het stuk ge‐
reedschap een slag te draaien. Druk
niet te hard.
Het klepje klapt omlaag.
Het gloeilampje, dat temperatuurbe‐
stendig is, kunt u het beste kopen bij de
Miele-vakhandel of de afdeling Onder‐
delen van Miele.
Het gloeilampje moet van het‐
zelfde type zijn als, en het vermogen
van het gloeilampje mag niet hoger
zijn dan op het typeplaatje en op het
klepje aangegeven staat.
Draai het gloeilampje er uit.
Vervang het gloeilampje.
Klap het klepje omhoog en druk het
links en rechts stevig aan totdat het
hoorbaar vastklikt.
Zorg ervoor dat lampje en klepje
goed zitten. Als er vocht in komt, kan
er een defect optreden, zoals kort‐
sluiting.
Afdeling Klantcontacten
36
Reparaties
Voor storingen die u niet zelf kunt ver‐
helpen, waarschuwt u uw Miele-vak‐
handelaar of de afdeling Klantcontacten
van Miele Nederland B.V.
Adres, telefoonnummer en website
van Miele Nederland vindt u op de
achterzijde van deze gebruiksaanwij‐
zing.
Voor een goede en vlotte afhandeling
moet de afdeling Klantcontacten het ty‐
pe en serienummer van uw apparaat
weten. Beide gegevens vindt u op het
typeplaatje rechts onder bij de vulope‐
ning.
Na te bestellen accessoires
Accessoires voor deze droogautomaat
kunt u nabestellen bij de Miele-vakhan‐
del of bij de afdeling Onderdelen van
Miele Nederland B.V.
Deze en vele andere producten kunt u
ook via Internet bestellen.
Droogrek
Met het droogrek kunt u producten dro‐
gen en luchten die alleen zeer behoed‐
zaam mogen worden behandeld.
Geurflacon
Met een geurflacon kunt u ervoor zor‐
gen dat uw wasgoed lekker gaat ruiken.
Garantietermijn en garantie‐
voorwaarden
De garantietermijn van de droogauto‐
maat bedraagt 2 jaar.
Nadere bijzonderheden over de garan‐
tievoorwaarden en het Miele Service‐
verzekering Certificaat treft u aan in bij‐
gaande folder.
Plaatsen en aansluiten
37
Het apparaat aan de voorkant
a
Aansluitkabel
b
Bedieningspaneel
c
Condenswaterreservoir
(Legen na het drogen)
d
Deur
(Niet openen tijdens het drogen)
e
Klepje van de condenskast
(Niet openen tijdens het drogen)
f
Vier in hoogte verstelbare machine‐
voeten
g
Rooster voor de toevoer van koude
lucht
(Niet blokkeren met een wasmand of
andere voorwerpen)
Plaatsen en aansluiten
38
Het apparaat aan de achter‐
kant
a
Draagpunten onder de rand van het
bovenblad voor transportdoeleinden
(zie pijlen)
b
Aansluitkabel
Droogautomaat transporteren
Wanneer u het apparaat hebt uitgepakt
en op zijn plaats wilt zetten, pak het
dan vast aan:
de voorste stelvoeten
en de draagpunten onder de rand
van het bovenblad.
Transporteer de droger zoals op
de plaatjes.
Wanneer het apparaat liggend
wordt getransporteerd, kantel het
dan alleen naar de linker kant!
Is het apparaat niet op de juiste
manier getransporteerd, dan moet
het ca. 1 uur blijven staan, voordat
het elektrisch wordt aangesloten.
Gebeurt dan niet, dan kan dat een
schadelijk effect hebben op de
warmtepomp.
Plaatsen en aansluiten
39
Plaatsen
De deur van de droger moet vrij
kunnen bewegen en er mag daarom
vlak voor de droger geen andere
deur worden geplaatst.
Het rooster voor de toevoer van
koude lucht die aan de voorkant van
de droger zit mag in geen geval wor‐
den geblokkeerd of afgedekt, bijv.
door een wasmand.
Gebeurt dat wel, dan treedt er een
storing op.
Wanneer de droger onder een werk‐
blad is geplaatst of in een kast is in‐
gebouwd
Let er dan op dat de warme
luchtstroom die het apparaat aan de
achterkant verlaat, moet kunnen
worden afgevoerd. Gebeurt dat niet,
dan wordt het te warm en treedt er
een storing op.
Is de droger ingebouwd of onder een
werkblad geplaatst, kunnen de droog‐
programma´s langer duren dan nor‐
maal.
Warmtevorming kunt u vermijden door:
de stelvoeten nog verder naar buiten
te draaien, zodat een spleet van mini‐
maal 20 mm ontstaat tussen vloer en
onderkant van de droger;
een doorlopend sokkelpaneel bij de
droger te onderbreken;
openingen in de inbouwkast te ma‐
ken.
De droger mag niet direct naast
een koel- of diepvrieskast worden
ondergebouwd. Door de warmte
luchtstroom die het apparaat aan de
achterkant verlaat, stijgt de tempera‐
tuur aan de condensor van het koel-
of vriesapparaat waardoor het appa‐
raat ononderbroken in werking is. Is
er echter geen mogelijkheid om de
droger ergens anders te plaatsen,
moeten de spleten tussen droger en
koel- of vrieskast worden afgesloten.
De onderbouwset* moet door
een vakman / vakvrouw worden ge‐
monteerd en verwijderd.
Een onderbouwset* is vereist. Bij de
onderbouwset wordt een afdekplaat
geleverd. Deze plaat moet het boven‐
blad van de automaat vervangen en
is omwille van de elektrische veilig‐
heid beslist noodzakelijk.
Bij de set wordt een montagehandlei‐
ding geleverd.
De elektrische aansluiting dient in de
buurt van de automaat geïnstalleerd
te zijn en men moet er gemakkelijk bij
kunnen.
Bij een werkbladhoogte van:
830-840 mm zijn langere stelvoeten*
nodig;
870-885 / 915-930 mm is één stelfra‐
me / zijn twee stelframes* nodig.
* Na te bestellen Miele-accessoires
Plaatsen en aansluiten
40
Droogautomaat stellen
Dit apparaat kan alleen optimaal functi‐
oneren als het waterpas staat.
Door aan de stelvoeten te draaien kunt
u de hoogteverschillen in de vloer com‐
penseren en de droogautomaat water‐
pas stellen.
De spleet tussen de onderkant
van het apparaat en de vloer mag
niet met sokkellijsten, hoogpolig ta‐
pijt, etc. worden verkleind. Een toe‐
reikende luchttoevoer is anders niet
gewaarborgd
Bij een later transport (bijv. bij een
verhuizing)
Wordt het apparaat later nog eens ge‐
transporteerd, bijv. bij een verhuizing,
houd er dan rekening mee dat er zich
na iedere droogbeurt een geringe hoe‐
veelheid condenswater in de nabijheid
van de pomp bevindt. Dit kan er uitlo‐
pen wanneer het apparaat schuin wordt
gehouden. Daarom raden wij u aan om
al vóór het transporteren het program‐
ma Tijdkeuze warm te starten en ca. 1
minuut te laten draaien. De resten con‐
denswater worden dan in het reservoir
of via de afvoerslang weggepompt.
Was-droogzuil
De Miele-droogautomaat kan met een
Miele-wasautomaat worden gecombi‐
neerd tot een was-droogzuil. Hiervoor is
een tussenstuk* (WTV) nodig.
* Na te bestellen Miele-accessoires
Het tussenstuk moet door een
vakman / vakvrouw worden gemon‐
teerd.
Plaatsen en aansluiten
41
Elektrische aansluiting
Deze automaat is voorzien van een aan‐
sluitkabel en een stekker met bescher‐
mingscontact (randaarde), geschikt
voor aansluiting op ~230 V 50Hz.
Zorg ervoor dat u altijd bij de stekker
kunt komen om de spanning van de
droogautomaat te halen.
Deze droogautomaat mag alleen door
een erkend installateur op het elektrici‐
teitsnet worden aangesloten. De elek‐
trische huisinstallatie moet volgens
NEN 1010 zijn geïnstalleerd.
Sluit de droogautomaat nooit aan op
verlengsnoeren, stekkerdozen en der‐
gelijke. Dit zijn potentiële gevarenbron‐
nen (brandgevaar).
Op het typeplaatje staat informatie over
de nominale aansluitwaarde en de ze‐
kering. Vergelijk deze gegevens met de
waarden van het elektriciteitsnet.
Verbruiksgegevens
42
Bela‐
ding
1
Eindcentri‐
fugetoeren‐
tal in de
wasauto‐
maat
Rest‐
vocht
Energie Pro‐
gram‐
maduur
kg Omw/min % kWh min
Katoen Kastdroog
2
7,0
3,5
1000
1000
60
60
2,09
1,22
144
88
Katoen Kastdroog 7,0
7,0
7,0
1200
1400
1600
53
50
44
1,85
1,80
1,60
130
124
110
Katoen Kastdroog Extra behoedzaam 7,0 1000 60 2,04 147
Katoen Strijkdroog 7,0
7,0
7,0
7,0
1000
1200
1400
1600
60
53
50
44
1,56
1,35
1,25
1,10
108
95
88
75
Kreukherstellend Kastdroog 3,5 1200 40 0,75 54
Kreukherstellend Kastdroog Extra be‐
hoedzaam
3,5 1200 40 0,70 56
Kreukherstellend Strijkdroog 3,5 1200 40 0,65 47
Automatic extra 3,5 800 50 1,34 96
1
Gewicht van droog wasgoed
2
Testprogramma volgens verordening 392/2012/EU voor het energie-etiket gemeten naar EN 61121
Alle niet aangegeven verbruiksgegevens zijn berekend volgens norm EN 61121
Stroomverbruik in de Uit-stand:
Stroomverbruik in de sluimerstand:
0,15 W
3,50 W
Instructie voor vergelijkende tests:
Wanneer er een test volgens EN 61121 moet worden uitgevoerd moet éérst volgens bovenstaande
norm 3 kg katoenen wasgoed worden gedroogd en wel met 70 % restvocht in het programma Katoen
Kastdroog.
Variaties in de aangegeven waarden zijn mogelijk, afhankelijk van het soort textiel, de hoeveel‐
heid wasgoed, de hoeveelheid restvocht na het centrifugeren en de verschillen in de netspan‐
ning.
Technische gegevens
43
Hoogte 850 mm
Breedte 595 mm
Diepte 596 mm
Diepte bij geopende deur 1071 mm
Hoogte voor onderbouw 820 mm
Breedte voor onderbouw 600 mm
Diepte voor onderbouw 600 mm
Plaatsbaar onder werkblad Ja
Plaatsbaar op wasautomaat Ja
Gewicht 60,5 kg
Trommelinhoud 111 l
Hoeveelheid 1-7 kg (Gewicht van droog wasgoed)
Maximale inhoud van het condenswa‐
terreservoir
4,2 l
Lengte van de aansluitkabel 2,00 m
Aansluitspanning Zie typeplaatje
Aansluitwaarde Zie typeplaatje
Zekering Zie typeplaatje
Capaciteit van het gloeilampje Zie typeplaatje
Keurmerk Zie typeplaatje
44
Programmeerfuncties voor het wijzigen van de instellingen
Deze droger is vanuit de fabriek zo ingesteld dat hij aan de algemene ge‐
bruiksbehoeften voldoet. Daarbij biedt deze droger u de mogelijkheid om fa‐
brieksinstellingen te wijzigen. Hiermee kunt u de elektronica van de droger
nog beter afstemmen op uw soort wasgoed en de manier waarop u dit wilt
drogen.
U ben niet verplicht om van de programmeerfuncties gebruik te maken.
Programmeerfuncties
45
Restvocht in het programma
"Katoen"
De elektronica droogt het wasgoed zo
effectief en energiebesparend moge‐
lijk. Vanuit de fabriek is een droogte‐
graad voor bovenstaand programma
ingesteld. U kunt de hoeveelheid rest‐
vocht echter verhogen of verlagen.
Uitzondering: De droogtegraad Kast‐
droog kan niet worden gewijzigd.
Neem daarvoor de stappen
(,,...) en wel met de Start - toets
en de programmakeuzeschakelaar.
Eerst moet aan de volgende voor‐
waarden zijn voldaan:
De droogautomaat moet uitgescha‐
keld zijn.
De deur moet gesloten zijn.
De programmakeuzeschakelaar moet
op stand Einde staan.
Druk op de Start - toets en blijf daar
gedurende de stappen - op
drukken.
Schakel de automaat in.
Wacht totdat het controlelampje
Start blijft branden . . .
. . . en laat de Start - toets daarna
los.
Het controlelampje Reservoir legen
knippert 1x.
Welke variant is ingesteld, wordt in het
display door een getal aangegeven,
dat afwisselend met verschijnt.
Verhoogd restvocht
Fabrieksinstelling
(Daarbij knippert het controlelampje
Pluizen verwijderen 1x).
Verlaagd restvocht
(Daarbij knippert het controlelampje
Pluizen verwijderen 2x)
Door op de Start - toets te drukken,
kunt u tussen de getallen wisselen.
Schakel de droger uit.
De gekozen variant is nu ingesteld en
blijft dat totdat een andere variant
wordt gekozen en ingesteld.
Controle
Voer de stappen tot en met uit.
Controleer welke variant is ingesteld
en schakel de droger uit.
Programmeerfuncties
46
Restvocht in het programma
"Kreukherstellend"
De elektronica droogt het wasgoed zo
effectief en energiebesparend moge‐
lijk. Vanuit de fabriek is een droogte‐
graad voor bovenstaand programma
ingesteld. U kunt de hoeveelheid rest‐
vocht echter verhogen of verlagen.
Neem daarvoor de stappen
(,,...) en wel met de Start - toets
en de programmakeuzeschakelaar.
Eerst moet aan de volgende voor‐
waarden zijn voldaan:
De droogautomaat moet uitgescha‐
keld zijn.
De deur moet gesloten zijn.
De programmakeuzeschakelaar moet
op stand Einde staan.
Druk op de Start - toets en blijf daar
gedurende de stappen - op
drukken.
Schakel de automaat in.
Wacht totdat het controlelampje
Start blijft branden . . .
. . . en laat de Start - toets daarna
los.
Draai de programmakeuzeschakelaar
op Katoen Kastdroog+.
Het controlelampje Reservoir legen
knippert 2x.
Welke variant is ingesteld, wordt in het
display door een getal aangegeven,
dat afwisselend met verschijnt.
Verhoogd restvocht
Fabrieksinstelling
(Daarbij knippert het controlelampje
Pluizen verwijderen 1x).
Verlaagd restvocht
(Daarbij knippert het controlelampje
Pluizen verwijderen 2x)
Door op de Start - toets te drukken,
kunt u tussen de getallen wisselen.
Schakel de droger uit.
De gekozen variant is nu ingesteld en
blijft dat totdat een andere variant
wordt gekozen en ingesteld.
Controle
Voer de stappen tot en met uit.
Controleer welke variant is ingesteld
en schakel de droger uit.
Programmeerfuncties
47
Kreukbeveiliging
Vanuit de fabriek is een kreukbeveili‐
ging van 2 uur ingeschakeld. Dat
houdt in dat de trommel na afloop van
een programma al die tijd met korte
intervallen blijft draaien, wanneer u het
wasgoed er niet direct uit haalt. Daar‐
mee wordt voorkomen dat het was‐
goed gaat kreuken.
De kreukbeveiliging
is vanuit de fabriek ingeschakeld. U
kunt de kreukbeveiliging uitschakelen
of tot 1 uur verkorten.
De kreukbeveiliging geldt niet voor
Wol.
U kunt de kreukbeveiliging het beste
ingeschakeld laten.
Neem daarvoor de stappen
(,,...) en wel met de Start - toets
en de programmakeuzeschakelaar.
Eerst moet aan de volgende voor‐
waarden zijn voldaan:
De droogautomaat moet uitgescha‐
keld zijn.
De deur moet gesloten zijn.
De programmakeuzeschakelaar moet
op stand Einde staan.
Druk op de Start - toets en blijf daar
gedurende de stappen - op
drukken.
Schakel de automaat in.
Wacht totdat het controlelampje
Start blijft branden . . .
. . . en laat de Start - toets daarna
los.
Draai de programmakeuzeschakelaar
op Katoen Kastdroog.
Het controlelampje Reservoir legen
knippert 3x.
Programmeerfuncties
48
Welke variant is ingesteld, wordt in het
display door een getal aangegeven,
dat afwisselend met verschijnt.
Kreukbeveiliging uit
Kreukbeveiliging 1 h
(Daarbij knippert het controlelampje
Pluizen verwijderen 1x).
Kreukbeveiliging 2 h (Fabrieksin‐
stelling)
(Daarbij knippert het controlelampje
Pluizen verwijderen 2x).
Door op de Start - toets te drukken,
kunt u tussen de getallen wisselen.
Schakel de droger uit.
De gekozen variant is nu ingesteld en
blijft dat totdat een andere variant
wordt gekozen en ingesteld.
Controle
Voer de stappen tot en met uit.
Controleer welke variant is ingesteld
en schakel de droger uit.
Programmeerfuncties
49
Zoemer
Vanuit de fabriek is er een zoemer in‐
geschakeld. Dat houdt in dat er na af‐
loop van een programma 1 uur lang
met regelmatige tussenpozen een
zoemer gaat.
De zoemer is vanuit de fabriek inge‐
schakeld. U kunt de zoemer uitschake‐
len.
De permanente zoemtoon bij storingen
heeft met deze zoemer niets te maken.
Neem daarvoor de stappen
(,,...) en wel met de Start - toets
en de programmakeuzeschakelaar.
Eerst moet aan de volgende voor‐
waarden zijn voldaan:
De droogautomaat moet uitgescha‐
keld zijn.
De deur moet gesloten zijn.
De programmakeuzeschakelaar moet
op stand Einde staan.
Druk op de Start - toets en blijf daar
gedurende de stappen - op
drukken.
Schakel de automaat in.
Wacht totdat het controlelampje
Start blijft branden . . .
. . . en laat de Start - toets daarna
los.
Draai de programmakeuzeschakelaar
op Katoen Extra behoedzaam.
Het controlelampje Reservoir legen
knippert 4x.
Welke variant is ingesteld, wordt in het
display door een getal aangegeven,
dat afwisselend met verschijnt.
Zoemer uit
Zoemer aan (Fabrieksinstelling)
(Daarbij knippert het controlelampje
Pluizen verwijderen 1x).
Door op de Start - toets te drukken,
kunt u tussen de getallen wisselen.
Schakel de droger uit.
De gekozen variant is nu ingesteld en
blijft dat totdat een andere variant
wordt gekozen en ingesteld.
Controle
Voer de stappen tot en met uit.
Controleer welke variant is ingesteld
en schakel de droger uit.
Programmeerfuncties
50
Droogtegraad van het pro‐
gramma "Automatic extra"
Vanuit de fabriek is de droogtegraad
van bovenstaand programma op Kast‐
droog ingesteld. U kunt de droogte‐
graad echter verlagen naar Strijkdroog
of verhogen naar Kastdroog+.
Neem daarvoor de stappen
(,,...) en wel met de Start - toets
en de programmakeuzeschakelaar.
Eerst moet aan de volgende voor‐
waarden zijn voldaan:
De droogautomaat moet uitgescha‐
keld zijn.
De deur moet gesloten zijn.
De programmakeuzeschakelaar moet
op stand Einde staan.
Druk op de Start - toets en blijf daar
gedurende de stappen - op
drukken.
Schakel de automaat in.
Wacht totdat het controlelampje
Start blijft branden . . .
. . . en laat de Start - toets daarna
los.
Draai de programmakeuzeschakelaar
op Katoen Strijkdroog.
Het controlelampje Reservoir legen
knippert 6x.
Welke variant is ingesteld, wordt in het
display door een getal aangegeven,
dat afwisselend met verschijnt.
Droogtegraad wordt Strijkdroog
Fabrieksinstelling
(Daarbij knippert het controlelampje
Pluizen verwijderen 1x).
Droogtegraad wordt Kastdroog+
(Daarbij knippert het controlelampje
Pluizen verwijderen 2x).
Door op de Start - toets te drukken,
kunt u tussen de getallen wisselen.
Schakel de droger uit.
De gekozen variant is nu ingesteld en
blijft dat totdat een andere variant
wordt gekozen en ingesteld.
Controle
Voer de stappen tot en met uit.
Controleer welke variant is ingesteld
en schakel de droger uit.
Programmeerfuncties
51
Stand-by
Vanuit de fabriek is de stand-by inge‐
schakeld. Dat houdt in dat de contro‐
lelampjes na 10 minuten uitgaan en
het controlelampje van de Start - toets
langzaam begint te knipperen om
energie te sparen. U kunt de stand-by
ook anders instellen. Zie onder.
Wanneer u de droger uit de stand-by
wilt "wekken",
draai dan aan de programmakeuze‐
schakelaar of druk op de Start -
toets. Het lopende programma wordt
daardoor niet beïnvloed.
Aan
De stand-by is ingeschakeld en de con‐
trolelampjes gaan na 10 minuten uit:
wanneer u na het inschakelen van de
automaat geen programma kiest;
en nadat het programma is gestart.
Echter: na afloop van het programma of
de kreukbeveiligingsfase gaan de con‐
trolelampjes 10 minuten aan. Na afloop
van het programma gaat de zoemer 10
minuten in regelmatige tussenpozen,
als hij tenminste is ingeschakeld.
Fabrieksinstelling (Aan, maar niet tij‐
dens het programma)
De stand-by is ingeschakeld, maar
wordt tijdens het programmaverloop
uitgeschakeld, d.w.z. het display en de
controlelampjes blijven dan branden.
Uit
Is de stand-by (bij ingeschakelde dro‐
ger) uitgeschakeld, dan blijven het dis‐
play en de controlelampjes branden.
Neem daarvoor de stappen
(,,...) en wel met de Start - toets
en de programmakeuzeschakelaar.
Eerst moet aan de volgende voor‐
waarden zijn voldaan:
De droogautomaat moet uitgescha‐
keld zijn.
De deur moet gesloten zijn.
De programmakeuzeschakelaar moet
op stand Einde staan.
Druk op de Start - toets en blijf daar
gedurende de stappen - op
drukken.
Schakel de automaat in.
Wacht totdat het controlelampje
Start blijft branden . . .
. . . en laat de Start - toets daarna
los.
Draai de programmakeuzeschakelaar
op Katoen Mangeldroog.
Het controlelampje Reservoir legen
knippert 8x.
Programmeerfuncties
52
Welke variant is ingesteld, wordt in het
display door een getal aangegeven,
dat afwisselend met verschijnt.
Aan
Aan, maar niet tijdens het pro‐
grammaverloop (fabrieksinstelling)
(Daarbij knippert het controlelampje
Pluizen verwijderen 1x).
Uit
(Daarbij knippert het controlelampje
Pluizen verwijderen 2x).
Door op de Start - toets te drukken,
kunt u tussen de getallen wisselen.
Schakel de droger uit.
De gekozen variant is nu ingesteld en
blijft dat totdat een andere variant
wordt gekozen en ingesteld.
Controle
Voer de stappen tot en met uit.
Controleer welke variant is ingesteld
en schakel de droger uit.
Programmeerfuncties
53
Geleidingswaarde
Water heeft een bepaalde gelei‐
dingswaarde. Is het water extreem
zacht, dan heeft het een lage gelei‐
dingswaarde, kan het restvocht niet
goed worden berekend en wordt het
wasgoed niet goed droog. Daarom
kunt u de geleidingswaarde zelf wij‐
zigen.
Voorwaarde:
Het water waarin het wasgoed is ge‐
wassen is extreem zacht en de gelei‐
dingswaarde (elektrische geleidbaar‐
heid) minder dan 150 μS/cm. De gelei‐
dingswaarde van het drinkwater kan bij
het waterleidingbedrijf worden nage‐
vraagd.
Wijzigt u de geleidingswaarde,
terwijl er geen sprake is van boven‐
staande situatie, zijn de droogresul‐
taten onvoldoende.
Neem daarvoor de stappen
(,,...) en wel met de Start - toets
en de programmakeuzeschakelaar.
Eerst moet aan de volgende voor‐
waarden zijn voldaan:
De droogautomaat moet uitgescha‐
keld zijn.
De deur moet gesloten zijn.
De programmakeuzeschakelaar moet
op stand Einde staan.
Druk op de Start - toets en blijf daar
gedurende de stappen - op
drukken.
Schakel de automaat in.
Wacht totdat het controlelampje
Start blijft branden . . .
. . . en laat de Start - toets daarna
los.
Draai de programmakeuzeschakelaar
op Gladstrijken.
Het controlelampje Reservoir legen
knippert 1x lang en 2x kort.
Welke variant is ingesteld, wordt in het
display door een getal aangegeven,
dat afwisselend met verschijnt.
Fabrieksinstelling
Geleidingswaarde lager
(Daarbij knippert het controlelampje
Pluizen verwijderen 1x).
Door op de Start - toets te drukken,
kunt u tussen de getallen wisselen.
Schakel de droger uit.
De gekozen variant is nu ingesteld en
blijft dat totdat een andere variant
wordt gekozen en ingesteld.
Controle
Voer de stappen tot en met uit.
Controleer welke variant is ingesteld
en schakel de droger uit.
Wijzigingen voorbehouden/4413 M.-Nr. 09 529 940 / 02
45

Hulp nodig? Stel uw vraag in het forum

Spelregels
1

Forum

Miele-T-8164-WP
6
  • De droger verwarmt wel, maar voert het water niet af. Weet iemand, wat de oorzaak hiervan is en hoe het opgelost moet worden? Gesteld op 23-12-2019 om 16:53

    Reageer op deze vraag Misbruik melden
  • Ik heb de vraag verschillende keren voorbij zien komen, wat te doen als lampje blijft branden van schoonmaken filters, ook als dat zeer goed gedaan is?
    Vraag twee, kan ik met dat branden van dat lampje de machine resetten?
    Komop Miele geef eens goede antwoorden Gesteld op 6-12-2017 om 16:53

    Reageer op deze vraag Misbruik melden
    • ik heb geen antwoord op deze vraag, maar ben op zoek naar een antwoord. Ik zie in deze rubriek helemaal geen antwoorden eigenlijk. En dat is erg jammer. Charles Wauters tel 0651017021. Geantwoord op 19-7-2019 om 11:21

      Waardeer dit antwoord Misbruik melden
  • Het controlelampje gaat uit wanneer u de deur open doet en weer sluit. De droger moet dan qwel zijn ingeschakeld Geantwoord op 18-11-2019 om 14:42

    Waardeer dit antwoord Misbruik melden
  • Condensafvoer kan dat ook rechtstreeks in de afvoer? Gesteld op 30-8-2016 om 13:11

    Reageer op deze vraag Misbruik melden
  • Een monteur van Miele vertelde mij, dat dit mogelijk is. Je moet dan de slang die naar de opvangbak gaat door knippen/snijden op ongeveer 10 cm vanaf de opvangbak. De slang kan dan in een afvoerbuis (met syfon) worden gestoken. Geantwoord op 8-10-2020 om 13:50

    Waardeer dit antwoord (1) Misbruik melden
  • Rode pluizenlampje brand constant. Alles is grondig schoongemaakt volgens handleiding Gesteld op 14-6-2016 om 17:29

    Reageer op deze vraag Misbruik melden
  • Kan ik ook het geluid uitzetten? Als ik bijv. Voor het slapen de droger aanzet, blijft hij als hij klaar is piepen. Kan ik dit ook uitzetten? Mvg Gesteld op 19-1-2015 om 22:03

    Reageer op deze vraag Misbruik melden
  • inderdaad een goede vraag. Waar blijven toch de antwoorden? Charles Wauters 0651017021. Geantwoord op 19-7-2019 om 11:24

    Waardeer dit antwoord Misbruik melden
  • pag 49 van de handleiding Geantwoord op 23-5-2022 om 18:56

    Waardeer dit antwoord Misbruik melden

Misbruik melden

Gebruikershandleiding.com neemt misbruik van zijn services uitermate serieus. U kunt hieronder aangeven waarom deze vraag ongepast is. Wij controleren de vraag en zonodig wordt deze verwijderd.

Product:

Bijvoorbeeld antisemitische inhoud, racistische inhoud, of materiaal dat gewelddadige fysieke handelingen tot gevolg kan hebben.

Bijvoorbeeld een creditcardnummer, een persoonlijk identificatienummer, of een geheim adres. E-mailadressen en volledige namen worden niet als privégegevens beschouwd.

Spelregels forum

Om tot zinvolle vragen te komen hanteren wij de volgende spelregels:

Belangrijk! Als er een antwoord wordt gegeven op uw vraag, dan is het voor de gever van het antwoord nuttig om te weten als u er wel (of niet) mee geholpen bent! Wij vragen u dus ook te reageren op een antwoord.

Belangrijk! Antwoorden worden ook per e-mail naar abonnees gestuurd. Laat uw emailadres achter op deze site, zodat u op de hoogte blijft. U krijgt dan ook andere vragen en antwoorden te zien.

Abonneren

Abonneer u voor het ontvangen van emails voor uw Miele T 8164 WP bij:


U ontvangt een email met instructies om u voor één of beide opties in te schrijven.


Ontvang uw handleiding per email

Vul uw emailadres in en ontvang de handleiding van Miele T 8164 WP in de taal/talen: Nederlands als bijlage per email.

De handleiding is 1,45 mb groot.

 

U ontvangt de handleiding per email binnen enkele minuten. Als u geen email heeft ontvangen, dan heeft u waarschijnlijk een verkeerd emailadres ingevuld of is uw mailbox te vol. Daarnaast kan het zijn dat uw internetprovider een maximum heeft aan de grootte per email. Omdat hier een handleiding wordt meegestuurd, kan het voorkomen dat de email groter is dan toegestaan bij uw provider.

Stel vragen via chat aan uw handleiding

Stel uw vraag over deze PDF

Andere handleiding(en) van Miele T 8164 WP

Miele T 8164 WP Gebruiksaanwijzing - Deutsch - 56 pagina's

Miele T 8164 WP Gebruiksaanwijzing - English - 56 pagina's

Miele T 8164 WP Gebruiksaanwijzing - Français - 56 pagina's


Uw handleiding is per email verstuurd. Controleer uw email

Als u niet binnen een kwartier uw email met handleiding ontvangen heeft, kan het zijn dat u een verkeerd emailadres heeft ingevuld of dat uw emailprovider een maximum grootte per email heeft ingesteld die kleiner is dan de grootte van de handleiding.

Er is een email naar u verstuurd om uw inschrijving definitief te maken.

Controleer uw email en volg de aanwijzingen op om uw inschrijving definitief te maken

U heeft geen emailadres opgegeven

Als u de handleiding per email wilt ontvangen, vul dan een geldig emailadres in.

Uw vraag is op deze pagina toegevoegd

Wilt u een email ontvangen bij een antwoord en/of nieuwe vragen? Vul dan hier uw emailadres in.



Info