529566
68
Verklein
Vergroot
Pagina terug
1/116
Pagina verder
Gebruiks- en montageaanwijzing
Stoomoven
DG 6300
DG 6400
Lees absoluut de gebruiks-
en montageaanwijzing voor u het toestel plaatst,
installeert en in gebruik neemt.
Dat is veiliger voor uzelf en
u voorkomt schade aan het toestel.
M.-Nr. 09 649 630
nl-BE
Opmerkingen omtrent uw veiligheid ..................................6
Een bijdrage aan de bescherming van ons milieu ......................13
Beschrijving van het toestel ........................................14
Vooraanzicht .....................................................14
Meegeleverd toebehoren ...........................................15
Hoe werkt uw toestel? .............................................16
Bedieningspaneel .................................................16
Opvangschaal ....................................................18
Waterreservoir ....................................................19
Geluiden ........................................................19
Temperatuur .....................................................19
Bereidingstijd.....................................................19
Opwarmfase .....................................................19
Bereidingsfase....................................................20
Stoomreductie ....................................................20
Warmhouden .....................................................20
Ovenverlichting ...................................................20
Eerste ingebruikname .............................................21
Basisinstellingen ..................................................21
Vóór het eerste gebruik............................................23
Eerste reiniging ...................................................23
Waterhardheid instellen .............................................23
Kooktemperatuur aanpassen ........................................24
Ovenfuncties / menu's.............................................25
Bedieningsprincipe ...............................................26
Voorbereiden .....................................................26
Ovenfunctie kiezen ................................................26
Temperatuur instellen ..............................................26
Bereidingstijd instellen..............................................26
Na afloop van de bereidingstijd ......................................27
Na het gebruik ....................................................27
Inhoud
2
Bediening .......................................................28
Terwijl het toestel in werking is .......................................28
Werking onderbreken ............................................28
Instellingen wijzigen .............................................28
Opslaan ......................................................29
Watertekort ....................................................29
Eigen programma's ................................................30
Extra functies ....................................................32
Starttijd / einde....................................................32
Kookwekker ......................................................33
Vergrendeling ....................................................35
Belangrijke opmerkingen en wetenswaardigheden .....................36
Het voordeel van koken met stoom ....................................36
Kookgerei........................................................36
Stoomovenpannen ..............................................36
Eigen kookgerei ................................................36
Opvangschaal ....................................................37
Inschuifniveau ....................................................37
Diepgevroren producten ............................................37
Temperatuur .....................................................38
Bereidingstijd.....................................................39
Koken met vocht ..................................................39
Eigen recepten ...................................................39
Koken met stoom.................................................40
Groenten ........................................................40
Vlees ...........................................................44
Worsten .........................................................46
Vis .............................................................47
Schaaldieren .....................................................50
Mosselen ........................................................51
Rijst ............................................................52
Pasta/deegwaren..................................................53
Knoedels ........................................................54
Granen ..........................................................55
Gedroogde peulvruchten ...........................................56
Inhoud
3
Kippeneieren .....................................................58
Fruit ............................................................59
Menukoken ......................................................60
Speciale toepassingen ............................................62
Opwarmen .......................................................62
Ontdooien .......................................................64
Inmaken .........................................................68
Uitpersen ........................................................71
Yoghurt bereiden ..................................................72
Deeg laten rijzen ..................................................74
Gelatine laten smelten ..............................................74
Chocolade laten smelten ............................................75
Levensmiddelen schillen ............................................76
Appels inmaken ...................................................77
Blancheren.......................................................77
Uien smoren......................................................78
Spek laten uitzweten ...............................................78
Steriliseren .......................................................79
Vochtige handdoekjes opwarmen .....................................79
Honing vloeibaar maken ............................................80
Bouillon met ei bereiden ............................................80
Automatische programma's gebruiken ...............................81
Programmaoverzicht ..............................................83
Instellingen ......................................................86
Gegevens voor testinstellingen .....................................89
Reiniging en onderhoud ...........................................90
Front van het toestel ...............................................91
Ovenruimte ......................................................92
Automatische deuropener ...........................................92
Toebehoren ......................................................93
Opvangschaal, rooster, stoompannen ...............................93
Waterreservoir..................................................93
Steunroosters ..................................................93
Ontkalken........................................................94
Toesteldeur ......................................................96
Inhoud
4
Wat gedaan als ...?................................................98
Mits toeslag verkrijgbaar toebehoren ...............................101
Stoomovenpannen................................................101
Reinigings- en onderhoudsmiddelen .................................103
Overig .........................................................104
Opmerkingen omtrent uw veiligheid bij inbouw .......................105
Toestel- en inbouwafmetingen .....................................106
Inbouw in een kolomkast ...........................................106
Inbouw in een onderkast ...........................................107
Inbouw samen met een oven........................................108
Detailafmetingen van het front van de stoomoven .......................109
Toestel plaatsen.................................................110
Elektrische aansluiting ...........................................111
Dienst Herstellingen aan huis, typeplaatje, garantie ...................113
Inhoud
5
Deze stoomoven voldoet aan de voorgeschreven veiligheidsvoor
-
schriften. Door ondeskundig gebruik kunnen gebruikers echter
letsel oplopen en kan er schade optreden aan het toestel.
Lees de gebruiks- en montageaanwijzing aandachtig voor u het
toestel in gebruik neemt.
U vindt er belangrijke opmerkingen omtrent inbouw, veiligheid,
gebruik en onderhoud. Dat is veiliger voor uzelf en u voorkomt
schade aan het toestel.
Miele is niet aansprakelijk voor schade die ontstaan is doordat
deze veiligheidsrichtlijnen niet in acht werden genomen.
Bewaar de gebruiks- en montageaanwijzing en geef ze door aan
wie het toestel eventueel na u gebruikt.
Opmerkingen omtrent uw veiligheid
6
Juist gebruik
~
Deze stoomoven is bedoeld voor gebruik in het huishouden en in
gelijkaardige omgevingen.
~
Deze stoomoven is niet bestemd voor gebruik buiten.
~
Gebruik de stoomoven enkel voor toepassingen in huishoudelijke
context die in deze gebruiksaanwijzing vermeld staan.
Gebruik voor andere doeleinden is niet toegelaten.
~
Personen die door hun fysieke, zintuiglijke of geestelijke mogelijk
-
heden of hun onervarenheid of gebrek aan kennis niet in staat zijn
om deze stoomoven veilig te bedienen, moeten bij de bediening in
het oog worden gehouden.
Deze personen mogen het toestel zonder toezicht bedienen, maar
alleen wanneer hun de bediening van het toestel zo uitgelegd is dat
ze het veilig kunnen bedienen. Ze moeten de eventuele risico's van
een foutieve bediening kunnen beseffen en begrijpen.
Opmerkingen omtrent uw veiligheid
7
Kinderen in het huishouden
~
Maak gebruik van de blokkering (vergrendeling) om te vermijden
dat kinderen de stoomoven per ongeluk inschakelen.
~
Kinderen jonger dan acht jaar moeten uit de buurt van de stoom
-
oven worden gehouden, tenzij ze constant in het oog worden ge
-
houden.
~
Kinderen vanaf acht jaar mogen de stoomoven zonder toezicht
bedienen, maar alleen wanneer hun de bediening van het toestel zo
uitgelegd is dat ze het veilig kunnen bedienen. Kinderen moeten de
eventuele risico's van een foutieve bediening kunnen beseffen en
begrijpen.
~
Kinderen mogen de stoomoven niet zonder toezicht reinigen.
~
Hou kinderen die in de buurt van de stoomoven komen in het
oog. Laat kinderen nooit met het toestel spelen.
~
Gevaar voor verstikking!
Spelende kinderen kunnen zich wikkelen in verpakkingsmateriaal
(bijv. folies) of het over hun hoofd trekken en daardoor stikken.
Hou kinderen uit de buurt van verpakkingsmateriaal.
~
Gevaar voor brandwonden door hete stoom!
De huid van kinderen reageert gevoeliger op hoge temperaturen
dan de huid van volwassenen. Kinderen mogen de toesteldeur niet
openen terwijl de stoomoven in werking is. Hou kinderen van het
toestel weg totdat het is afgekoeld en er geen gevaar meer bestaat
dat ze er zich aan verbranden.
~
Gevaar voor verwonding! De deur kan maximaal 8 kg dragen.
Kinderen kunnen zich verwonden aan de geopende deur.
Voorkom dat kinderen op de geopende deur gaan staan of zitten of
eraan gaan hangen.
Opmerkingen omtrent uw veiligheid
8
Technische veiligheid
~
Door ondeskundig uitgevoerde installatie-, onderhouds- of
herstellingswerken kunnen er voor de gebruiker aanzienlijke risico's
ontstaan. Installatie-, onderhouds- of herstellingswerken mogen al
-
leen door vakmensen worden uitgevoerd die door Miele erkend zijn.
~
Beschadigingen aan de stoomoven kunnen uw veiligheid in ge
-
vaar brengen. Controleer of het toestel zichtbaar beschadigd is. Een
beschadigd toestel mag u nooit in gebruik nemen.
~
De elektrische veiligheid van de stoomoven is alleen gegaran
-
deerd wanneer het toestel wordt aangesloten op een volgens de
voorschriften geïnstalleerd aardsysteem. Het is heel belangrijk dat
aan deze fundamentele veiligheidsvoorwaarde is voldaan.
Laat de elektrische installatie in uw woning bij twijfel door een elek-
tricien controleren.
~
De aansluitgegevens (frequentie en spanning) op het typeplaatje
van de stoomoven moeten absoluut overeenstemmen met deze van
het elektriciteitsnet. Zo voorkomt u schade aan uw toestel.
Vergelijk deze gegevens voordat u het toestel aansluit. Vraag bij
twijfel inlichtingen aan een elektricien.
~
Stopcontactenblokken of verlengkabels bieden niet voldoende
veiligheidsgaranties (gevaar voor brand). Gebruik deze niet om de
stoomoven aan te sluiten op het elektriciteitsnet.
~
Gebruik de stoomoven enkel in ingebouwde toestand. Enkel dan
is een veilige werking gegarandeerd.
~
Deze stoomoven mag niet op niet-vaste plaatsen (bijv. op een
schip) worden gebruikt.
Opmerkingen omtrent uw veiligheid
9
~
Wanneer u aansluitingen onder spanning aanraakt of de elek
-
trische en mechanische constructie wijzigt, kan dat voor u gevaar
opleveren. Het kan ook tot storingen in de werking van de stoom
-
oven leiden.
Open nooit de behuizing van het toestel.
~
Het recht op garantie vervalt wanneer de stoomoven door een
klantendienst wordt hersteld die niet door Miele is erkend.
~
Enkel met originele Miele-wisselstukken bent u zeker dat ze ten
volle voldoen aan de eisen die Miele qua veiligheid stelt. Defecte
onderdelen mogen enkel worden vervangen door originele
Miele-wisselstukken.
~
Wordt de stekker van de aansluitkabel verwijderd of is de aan-
sluitkabel niet uitgerust met een stekker, dan moet de stoomoven
door een vakman of vakvrouw die op de hoogte is van
elektriciteitsaansluitingen, worden aangesloten op het elektriciteits-
net.
~
Als de aansluitkabel beschadigd is, moet deze worden
vervangen door een speciale aansluitkabel van het type H 05 VV-F
(pvc-isolatie). Deze is verkrijgbaar via de dienst Onderdelen en toe-
behoren van Miele.
~
Tijdens installatie-, onderhouds- en herstellingswerken moet de
stoomoven van het elektriciteitsnet losgekoppeld zijn.
Ga daartoe als volgt te werk:
schakel de zekeringen in uw zekeringkast uit of
draai de schroefzekeringen in uw zekeringkast helemaal uit of
trek de stekker van het toestel (als de aansluitkabel uitgerust is
met een stekker) uit het stopcontact.
Trek daarbij niet aan de aansluitkabel, wel aan de stekker.
Opmerkingen omtrent uw veiligheid
10
Veilig gebruik
~
Gevaar voor verbranding!
De stoomoven wordt heet terwijl deze in werking is.
U kunt zich verbranden aan de ovenruimte, gerechten, toebehoren
en hete stoom.
Trek ovenwanten aan om hete gerechten in te schuiven of uit te ne
-
men en als u met uw handen in de hete ovenruimte moet komen. Als
u stoomovenpannen inschuift en uitneemt, dient u op te letten dat de
inhoud niet over de rand klotst.
~
Gevaar voor verbranding!
Na afloop van een bereidingsproces bevindt er zich heet water in
het stoomaggregaat. Dat wordt terug naar het waterreservoir ge-
pompt. Als u het waterreservoir uitneemt en plaatst, dient u erop te
letten dat het niet kantelt.
~
In afgesloten conservenblikken ontstaat bij het inmaken en ver-
warmen overdruk, waardoor deze kunnen ontploffen.
Gebruik de stoomoven nooit voor het inmaken en verwarmen van
conservenblikken.
~
U kunt zich verwonden aan de geopende deur van de stoomoven
of zich eraan stoten.
Laat de deur niet onnodig openstaan.
~
Kunststof kookgerei dat niet hitte- en stoombestendig is, smelt bij
hoge temperaturen en kan het toestel beschadigen.
Gebruik alleen kunststof kookgerei dat bestand is tegen temperatu
-
ren tot 100 °C en bestand is tegen stoom. Hou rekening met de in
-
formatie van de producent van het kookgerei.
~
Gerechten die in de ovenruimte worden bewaard, kunnen uitdro
-
gen en de vrijgekomen vochtigheid kan leiden tot corrosie in het toe
-
stel. Bewaar geen klaargemaakte gerechten in de ovenruimte en ge
-
bruik voor het bereiden geen voorwerpen die kunnen roesten.
Opmerkingen omtrent uw veiligheid
11
~
De deur kan maximaal 8 kg dragen.
Ga niet op de geopende deur staan of zitten en plaats er geen zwa
-
re voorwerpen op. Zorg er ook voor dat er niets vastgeklemd raakt
tussen de deur en de ovenruimte. Het toestel zou beschadigd kun
-
nen raken.
Reiniging en onderhoud
~
De stoom van een stoomreiniger kan terechtkomen op onderde
-
len die onder spanning staan en zo een kortsluiting veroorzaken.
Gebruik voor het reinigen van de stoomoven nooit een stoomreini
-
ger.
~
Door krassen kan het glas van de glasplaten van de deur breken.
Gebruik voor het reinigen van de glasplaten van de deur geen
schuurmiddelen, geen harde sponsen of borstels en geen scherpe
metalen schrapers.
~
De steunroosters kunt u verwijderen om deze te reinigen (zie ru-
briek "Reiniging en onderhoud").
Plaats deze correct terug. Gebruik de stoomoven nooit terwijl de
steunroosters verwijderd zijn.
Opmerkingen omtrent uw veiligheid
12
Recycleerbare verpakking
De verpakking behoedt het toestel voor
transportschade. Er werd voor milieu
-
vriendelijk en recycleerbaar verpak
-
kingsmateriaal gekozen.
Het recycleren van het verpakkingsma
-
teriaal vermindert de afvalproductie en
het gebruik van grondstoffen. Uw han
-
delaar neemt de verpakking terug.
Wat met een afgedankt toe
-
stel?
Oude elektrische en elektronische toe
-
stellen bevatten vaak nog waardevolle
materialen. Ze bevatten echter ook
schadelijke stoffen die voor het functio
-
neren en de veiligheid van het toestel
nodig waren. Als deze stoffen bij het
restafval terechtkomen of verkeerd wor
-
den behandeld, kunnen ze schade be
-
rokkenen aan de menselijke gezond
-
heid en het milieu. Geef uw oude toe-
stel dus niet mee met het gewone huis-
vuil.
Breng het toestel liever naar het dichtst-
bijzijnde gemeentelijk containerpark.
Vraag meer informatie bij uw Miele-han
-
delaar.
Een bijdrage aan de bescherming van ons milieu
13
Vooraanzicht
a Bedieningspaneel
b Wasemafvoer
c Automatische deuropener voor stoomreductie
d Deurdichting
e Aanzuigbuisje
f Inschuifvak
g Waterreservoir
h Opvanggootje voor de ovenruimte
i Bodemverwarmingselement
j Temperatuurvoeler
k Inschuifniveaus
l Stoomtoevoer
Beschrijving van het toestel
14
Meegeleverd toebehoren
U kunt het meegeleverde toebehoren, alsook ander toebeho
-
ren, indien gewenst nabestellen (zie rubriek "Mits toeslag ver
-
krijgbaar toebehoren").
Opvangschaal DGG 21
Om afdruipend vocht op te vangen
325x430x40mm(BxDxH)
DGGL 8
1 stoompan met gaatjes
Inhoud: 2,0 l / nuttige inhoud: 1,7 l
325x265x40mm(BxDxH)
DGGL 1
2 stoompannen met gaatjes
Inhoud: 1,5 l / nuttige inhoud: 0,9 l
325x175x40mm(BxDxH)
Rooster
Om eigen kookgerei op te plaatsen
Ontkalkingstabletten
Om het toestel te ontkalken
Miele-kookboek
Beschrijving van het toestel
15
Bedieningspaneel
Het toestel wordt bediend via draaiknoppen en sensortoet
-
sen. U kunt de draaiknoppen 360° naar rechts en naar links
draaien en laten verzinken door erop te drukken. Elke aanra
-
king van de sensortoetsen wordt met een toetsgeluid beves-
tigd. In het menu "Instellingen" kunt u het volume van het
toetsgeluid wijzigen of het toetsgeluid uitschakelen (zie ru-
briek "Instellingen > Volume").
a Ovenfunctiekiezer
Door de ovenfunctiekiezer te draaien, kiest u de gewenste in-
stelling (zie rubriek "Ovenfuncties > Menu's").
b Draaikiezer
Door de draaikiezer te draaien, stelt u temperaturen en tijden
in en bladert u in het menu.
Hoe werkt uw toestel?
16
c - h Sensortoetsen
Functie
c K Het toestel in-/uitschakelen
d X Instellingen
Terwijl het toestel ingeschakeld maar niet in wer
-
king is:
Fabrieksinstellingen wijzigen
Terwijl het toestel in werking is:
Instellingen wijzigen van het bereidingsproces dat
bezig is
e I Verlichting
f N Timer
g # Terug
h OK Instelling/invoer bevestigen
Hoe werkt uw toestel?
17
Display
Op het display verschijnen symbolen naast de tekst:
Symbool Betekenis
Het display kan maximaal 3 keuzemogelijkhe
-
den tegelijk weergeven.
Als er meer mogelijkheden zijn, verschijnt deze
balk.
- - - Na de laatste keuzemogelijkheid ziet u een
streepjeslijn. Daarna wordt opnieuw het begin
van de lijst weergegeven.
L De huidige instelling is met dit vinkje gemar
-
keerd.
K Op het display vindt u informatie en tips voor de
bediening. Deze informatievensters kunt u slui-
ten door ze te bevestigen met "OK", of door de
instructies te volgen.
$ "Vergrendeling" staat op "Aan"
Opvangschaal
Schuif de opvangschaal op het onderste inschuifniveau in de
ovenruimte telkens als u stoomovenpannen met gaatjes ge
-
bruikt. Afdruipend vocht wordt erin opgevangen, zodat u dat
gemakkelijk kunt verwijderen.
U kunt de opvangschaal indien nodig als stoomovenpan ge
-
bruiken.
Hoe werkt uw toestel?
18
Waterreservoir
Het maximale vulvolume bedraagt 2,0 liter, het minimale
0,5 liter. Op het waterreservoir bevinden er zich markeringen.
De bovenste markering mag in geen geval worden over
-
schreden!
De hoogte van het waterverbruik is afhankelijk van het levens
-
middel. Als u de ovendeur opent tijdens het bereidingspro
-
ces, stijgt het waterverbruik.
Afhankelijk van het bereidingsproces is het mogelijk dat u na
90 minuten het waterreservoir opnieuw moet vullen. Het toe
-
stel meldt dat er een tekort aan water is.
Na afloop van een bereidingsproces wordt het restwater in
het stoomaggregaat terug naar het waterreservoir gepompt.
Giet het waterreservoir leeg na elk gebruik van het toestel.
Geluiden
Na het inschakelen, terwijl het toestel in werking is en na het
uitschakelen is een (brommend) geluid te horen. Dat geluid
wijst niet op een storing of een defect. Het duidt erop dat er
water wordt aangevoerd of weggepompt.
Temperatuur
Voor bepaalde ovenfuncties is een voorgeprogrammeerde
temperatuur beschikbaar. U kunt de voorgeprogrammeerde
temperatuur wijzigen voor één bereiding, maar u kunt deze
ook permanent wijzigen (zie rubriek "Instellingen").
Bereidingstijd
U kunt een bereidingstijd tussen 1 minuut (00:01) en 10 uur
(10:00) instellen.
Opwarmfase
Terwijl het toestel opwarmt om de ingestelde temperatuur te
bereiken, wordt op het display de stijgende
ovenruimtetemperatuur in combinatie met "Opwarmen" weer
-
gegeven (uitzondering: "Automatic").
De duur van de opwarmfase is afhankelijk van de hoeveel
-
heid levensmiddelen en de temperatuur van de levensmid
-
delen. In het algemeen duurt de opwarmfase ca. 5 minuten.
Bij het bereiden van gekoelde of diepgevroren levensmid
-
delen wordt deze langer.
Hoe werkt uw toestel?
19
Bereidingsfase
Wanneer de ingestelde temperatuur bereikt is, start de berei
-
dingsfase. Tijdens de bereidingsfase wordt op het display de
resttijd weergegeven.
Stoomreductie
Kort voor het einde van het bereidingsproces wordt de toe
-
steldeur automatisch op een kleine kier geopend. Zo kan
stoom ontsnappen uit de ovenruimte. De deur wordt automa
-
tisch weer gesloten. U kunt de stoomreductie uitschakelen
(zie rubriek "Instellingen"). Als u de stoomreductie uitschakelt,
wordt automatisch ook de functie "Warmhouden" uitgescha
-
keld. Is de stoomreductie uitgeschakeld, dan komt er veel
stoom naar buiten bij het openen van de deur.
Warmhouden
Om deze functie te gebruiken, moet u de fabrieksinstelling wij-
zigen (zie rubriek "Instellingen").
Wanneer het toestel na afloop van het bereidingsproces niet
wordt uitgeschakeld, wordt het gerecht maximaal 15 minuten
warmgehouden op een temperatuur van 70 °C.
Hou er rekening mee dat delicate gerechten (vooral vis)
tijdens het warmhouden kunnen nagaren.
Ovenverlichting
Het toestel is in de fabriek zo ingesteld dat de verlichting van
de ovenruimte na het starten uitschakelt om energie te be
-
sparen. Als de ovenruimte tijdens de werking constant ver
-
licht moet zijn, moet u de fabrieksinstelling wijzigen (zie ru
-
briek "Instellingen").
Als de deur na het einde van een bereidingsproces geopend
blijft, schakelt de ovenverlichting na 5 minuten automatisch
uit.
Meer informatie over het omgaan met uw toestel en tips en
trucs voor stoomkoken vindt u in de rubrieken "Koken met
stoom" en "Speciale toepassingen".
Hoe werkt uw toestel?
20
Basisinstellingen
Wanneer de stoomoven wordt aangesloten op het elektrici
-
teitsnet, wordt het toestel automatisch ingeschakeld.
Op het display verschijnt de begroeting "Miele - Willkommen".
Vervolgens wordt u gevraagd enkele basisinstellingen in te
stellen die nodig zijn om het toestel voor het eerst in gebruik
te nemen.
Taal en land instellen
^
Draai de draaikiezer (draaiknop rechts) totdat de gewenste
taal geselecteerd is.
^
Bevestig met "OK".
^
Draai de draaikiezer totdat het gewenste land geselecteerd
is.
^ Bevestig met "OK".
Uw keuze wordt telkens met het symbool L gemarkeerd.
Als u per ongeluk een taal hebt gekozen die u niet begrijpt,
- ontkoppelt u het toestel van het elektriciteitsnet en sluit u
het vervolgens weer aan. Het proces begint opnieuw
vanaf de begroeting.
of
- voltooit u de stappen voor de eerste ingebruikname in de
gekozen taal.
Draai vervolgens de ovenfunctiekiezer op Overige
programma's > Instellingen ...
Het submenu Taal is herkenbaar aan het symbool J.
Kies en bevestig de gewenste taal zoals hierboven
beschreven.
Eerste ingebruikname
21
Datum instellen
^
Draai de draaikiezer totdat het jaar wordt weergegeen en
bevestig met "OK".
^
Herhaal dit voor "Maand" en "Dag". Bevestig telkens met
"OK".
Tijd instellen
^
Draai de draaikiezer totdat de tijd wordt weergegeven.
^
Bevestig met "OK".
Weergave uur instellen
U kunt kiezen uit de volgende mogelijkheden:
Aan: De tijd wordt altijd weergegeven wanneer het toestel
wordt uitgeschakeld.
Uit: De tijd wordt niet weergegeven wanneer het toestel
wordt uitgeschakeld.
Nachtuitschakeling: De tijd wordt van 5.00 tot 23.00 uur
weergegeven.
^ Draai de draaikiezer totdat de gewenste instelling geselec-
teerd is.
^ Bevestig met "OK".
Op het display verschijnt de melding "Eerste ingebruikname
succesvol afgerond".
^
Bevestig met "OK".
Eerste ingebruikname
22
Kleef het typeplaatje dat bij de documentatie bijgevoegd is,
op de daarvoor bestemde plaats in de rubriek "Dienst Her
-
stellingen aan huis van Miele, typeplaatje, garantie".
In de fabriek zijn de functies van het toestel getest. Daar
-
door is het mogelijk dat er tijdens het transport restwater uit
de leidingen in de ovenruimte terechtkomt.
Eerste reiniging
^
Verwijder eventuele beschermfolies.
Waterreservoir
^
Neem het waterreservoir uit het toestel en spoel het met de
hand.
Toebehoren / ovenruimte
^ Neem al het toebehoren uit de ovenruimte. Reinig het met
de hand of in de afwasautomaat.
De stoomoven werd voor de levering behandeld met een on-
derhoudsproduct.
^ Om de film van het onderhoudsmiddel te verwijderen, rei-
nigt u de ovenruimte met een schone sponsdoek, handaf-
wasmiddel en warm water.
Waterhardheid instellen
De stoomoven is in de fabriek ingesteld op hardheidsgraad
"Hard". Om ervoor te zorgen dat het toestel optimaal werkt en
dat u op het juiste tijdstip wordt gevraagd te ontkalken, moet
u de hardheid van uw water instellen op het toestel. Hoe har
-
der het water, hoe vaker het toestel moet worden ontkalkt.
^
Controleer welke waterhardheid ingesteld is en stel indien
nodig de juiste waterhardheid in (zie rubriek "Instellingen").
Vóór het eerste gebruik
23
Kooktemperatuur aanpassen
Voordat u voor het eerst levensmiddelen bereidt, moet u het
toestel aanpassen aan de kooktemperatuur van het water, die
afhankelijk is van de hoogte van de opstelplaats boven de
zeespiegel. Bij dit proces worden ook de onderdelen die met
water in aanraking komen doorgespoeld.
U moet het proces in elk geval uitvoeren. Zo bent u er ze
-
ker van dat het toestel optimaal werkt.
^
Neem het toestel gedurende 15 minuten in gebruik met de
ovenfunctie Koken met stoom 2 (100 °C). Ga te werk zo
-
als beschreven in de rubriek "Bedieningsprincipe".
Na een verhuis dient u het toestel aan te passen aan de
nieuwe opstelplaats of de gewijzigde kooktemperatuur van
het water, als de nieuwe opstelplaats minstens 300 meter ho-
ger of lager ligt dan de oude opstelplaats. Voer daartoe een
ontkalkingsproces uit (zie rubriek "Reiniging en onderhoud >
Ontkalken").
Vóór het eerste gebruik
24
Ovenfunctie / menu Voorgepro
-
grammeerde
temperatuur
Instelbaar
temperatuurbereik
Koken met stoom 2
Alle soorten levensmiddelen bereiden,
inmaken, uitpersen, speciale toepas
-
singen, menukoken
100 °C
212 °F
40 - 100 °C /
105 - 212 °F
Opwarmen Ç
Om levensmiddelen die al zijn bereid,
behoedzaam op te warmen
100 °C
212 °F
80 - 100 °C
180 - 212 °F
Ontdooien )
Om diepgevroren producten behoed
-
zaam te ontdooien
60 °C /
140 °F
50-6C/
120 - 140 °F
Automat. programma's c
De keuzelijst met de beschikbare auto-
matische programma's wordt opgeroe-
pen
--
Eigen programma's ~
Bereidingsprocessen samenstellen en
opslaan
--
Overige programma's --
Blancheren --
Inmaken 90 °C
194 °F
80 - 100 °C
176 - 212 °F
Steriliseren --
Deeg laten rijzen --
Groenten bereiden 90 °C
194 °F
90 °C - 100 °C
194 - 212 °F
Vis bereiden 85 °C /
185 °F
75 °C - 100 °C
170 - 212 °F
Vlees bereiden 90 °C
194 °F
90 °C - 100 °C
194 - 212 °F
Instellingen
Fabrieksinstellingen wijzigen
--
Ontkalken --
Ovenfuncties / menu's
25
Voorbereiden
^
Vul het waterreservoir minstens tot de markering "min".
Gebruik uitsluitend koud leidingwater, zeker géén
gedistilleerd water, mineraalwater of andere vloeistoffen!
^
Schuif het waterreservoir tot aan de aanslag in het toestel.
^
Plaats het gerecht in de oven.
^
Schakel het toestel in met de sensortoets s.
Ovenfunctie kiezen
^
Kies de gewenste ovenfunctie (bijv. Koken met stoom 2).
Temperatuur instellen
^ Bevestig de voorgeprogrammeerde temperatuur met "OK".
of
^ Draai de draaikiezer totdat de gewenste temperatuur wordt
weergegeven en bevestig met "OK".
Bereidingstijd instellen
^ Draai de draaikiezer totdat de gewenste uren worden weer-
gegeven en bevestig met "OK".
^
Draai de draaikiezer totdat de gewenste minuten worden
weergegeven en bevestig met "OK".
Bedieningsprincipe
26
Na afloop van de bereidingstijd
Na afloop van de bereidingstijd weerklinkt een geluidssignaal
en verschijnen de meldingen "Stoomreductie" en "Proces af
-
gerond" op het display. Tijdens de stoomreductie wordt de
deur automatisch op een kleine kier geopend.
Wacht totdat "Stoomreductie" verdwijnt. Pas dan mag u de
toesteldeur openen en het gerecht uit het toestel nemen.
^
Schakel het toestel uit.
De ventilator blijft na het uitschakelen van het toestel nog
enige tijd draaien.
Gevaar voor verbranding!
U kunt zich verbranden aan de wanden van de ovenruim
-
te, gerechten die over de rand van stoomovenpannen
klotsen en toebehoren.
Trek ovenwanten aan wanneer u hete gerechten uit het
toestel neemt.
Na het gebruik
^ Neem de opvangschaal uit het toestel en giet deze leeg.
^ Neem het waterreservoir uit het toestel en giet het leeg.
^ Reinig en droog heel het toestel na elk gebruik zoals be-
schreven in de rubriek "Reiniging en onderhoud".
Sluit de toesteldeur pas wanneer de ovenruimte volledig
droog is.
Bedieningsprincipe
27
Terwijl het toestel in werking is
Werking onderbreken
Wanneer u de deur opent, wordt de werking onderbroken. De
verwarming wordt uitgeschakeld en de resttijd opgeslagen.
Als u de deur opent, komt er stoom naar buiten. Zet een
stap achteruit en wacht totdat de stoom verdwenen is.
Gevaar voor verbranding!
U kunt zich verbranden aan de wanden van de ovenruim
-
te, gerechten die over de rand van stoomovenpannen
klotsen, toebehoren en hete stoom.
Trek ovenwanten aan om hete gerechten in te schuiven of
uit te nemen en als u met uw handen in de hete ovenruim-
te moet komen.
Wanneer u de deur sluit, wordt de werking voortgezet.
Wanneer u de deur sluit, wordt de druk in evenwicht ge-
bracht. Dit kan gepaard gaan met een fluitend geluid.
Eerst wordt er opnieuw opgewarmd. Daarbij toont het display
de stijgende temperatuur in de ovenruimte. Zodra de inge-
stelde temperatuur bereikt is, verandert de weergave en loopt
de resttijd af.
Instellingen wijzigen
U kunt de gekozen instellingen wijzigen terwijl het toestel in
werking is.
^
Raak X aan.
^
Draai de draaikiezer op de gewenste instelling en bevestig
met "OK".
^
Voer de gewenste wijziging uit en bevestig met "OK".
Bediening
28
Opslaan
U kunt een bereidingsproces opslaan zodat u dat achteraf in
het menu "Eigen programma's" kunt oproepen.
Na afloop van een bereidingsproces verschijnt op het display
"Opslaan".
^
Bevestig met "OK".
Er verschijnt een samenvatting.
^
Bevestig met "OK".
Nu kunt u het bereidingsproces opslaan.
U kunt het proces onder een zelf gekozen naam opslaan. De
naam mag uit maximaal 10 tekens bestaan. Elke keuze moet
met "OK" worden bevestigd.
^ Voer de gewenste naam in.
Wanneer de naam juist ingevoerd is, kiest u L en bevestigt u
met "OK".
Op het display verschijnt een melding over het opgeslagen
programma.
^ Bevestig met "OK".
Watertekort
Als het waterreservoir leeg raakt terwijl het toestel in werking
is, weerklinkt een geluidssignaal en wordt u op het display
gevraagd het waterreservoir met vers water te vullen.
^
Neem het waterreservoir uit en vul het met water.
^
Schuif het waterreservoir tot aan de aanslag in het toestel.
^
Sluit de deur.
De werking wordt voortgezet.
Bediening
29
Eigen programma's
U kunt tot 20 bereidingsprocessen die u vaak gebruikt, onder
een zelfgekozen naam opslaan in het menu "Eigen program
-
ma's".
Als u nog geen programma's hebt opgeslagen, verschijnt het
volgende op het display:
Programma samenstellen
U kunt eigen programma's samenstellen.
Als u al eigen programma's hebt opgeslagen, verschijnen
deze op het display. U kunt kiezen uit de volgende mogelijk
-
heden:
Programma bewerken
Programma samenstellen
U kunt eigen programma's samenstellen.
Programma wijzigen
U kunt bestaande programma's weergeven en wijzigen.
Programma wissen
Hiermee kunt u bestaande programma's wissen.
Programma samenstellen
^
Kies "Eigen programma's".
^
Kies "Programma samenstellen" of "Programma bewerken"
en bevestig met "OK".
^
Kies "Programma samenstellen" en bevestig met "OK".
^
Kies de ovenfunctie en bevestig met "OK".
^
Stel de instellingen in zoals gewoonlijk en bevestig deze
met "OK".
Wanneer u een verdere bereidingsstap wilt toevoegen, kiest
u "Bereidingsstap toevoegen" en gaat u te werk zoals eerder
beschreven.
Bediening
30
^
Kies "Programma afsluiten" en bevestig met "OK".
Op het display verschijnt een samenvatting.
^
Bevestig met "OK".
Nu kunt u het bereidingsproces onder een zelfgekozen naam
opslaan. De naam mag uit maximaal 10 tekens bestaan. Elke
keuze moet met "OK" worden bevestigd.
^
Kies "Opslaan".
^
Voer de gewenste naam in.
Wanneer de naam juist ingevoerd is, kiest u L en bevestigt u
met "OK".
Op het display verschijnt een melding over het opgeslagen
programma.
^ Bevestig met "OK".
Programma wijzigen
^ Kies "Eigen programma's".
^ Kies "Programma bewerken" en bevestig met "OK".
^ Kies "Programma wijzigen" en bevestig met "OK".
^ Kies het gewenste programma en bevestig met "OK".
U kunt nu de bereidingsstappen of de programmanaam wijzi
-
gen. Stel de instellingen zoals gewoonlijk in.
Programma wissen
^
Kies "Eigen programma's".
^
Kies "Programma bewerken" en bevestig met "OK".
^
Kies "Programma wissen" en bevestig met "OK".
^
Kies het gewenste programma en bevestig met "OK".
Bediening
31
Starttijd / einde
U kunt de start uitstellen. Het toestel wordt dan automatisch
ingeschakeld op een later tijdstip.
Bij "Ontkalken" is dat niet mogelijk.
Met "Start om" bepaalt u het tijdstip waarop het bereidings
-
proces moet beginnen. Met "Klaar om" bepaalt u het tijdstip
waarop het bereidingsproces afgerond moet zijn.
Het verschil tussen starttijd en einde is de ingevoerde berei
-
dingstijd plus de door het toestel berekende opwarmtijd.
Wanneer de temperatuur in de ovenruimte te hoog is, bijv.
na afloop van een bereidingsproces, kunt u deze functie
niet gebruiken. "Start om" en "Klaar om" worden in dat geval
niet weergegeven.
Laat de ovenruimte in dat geval afkoelen terwijl de deur
openstaat.
Het resultaat van de bereiding kan negatief worden beïn-
vloed als er een lange tijd ligt tussen het moment waarop
u het gerecht in het toestel plaatst en de starttijd.
Bovendien kunnen verse levensmiddelen van kleur veran-
deren of zelfs bederven.
Instellen
^
Kies zoals gewoonlijk de ovenfunctie, de temperatuur en
de bereidingstijd.
^
Raak X aan.
^
Kies "Start om" of "Klaar om".
^
Stel het tijdstip in waarop het bereidingsproces moet
starten of afgerond zijn.
^
Bevestig met "OK".
Extra functies
32
Wissen
Een start- of eindtijd kunt u niet wissen. Het bereidingsproces
moet worden afgebroken.
^
Raak # aan.
Op het display verschijnt "Bereiding afbreken".
^
Kies "Ja" en bevestig met "OK".
Kookwekker
De kookwekker kunt u onder andere gebruiken als u iets bui
-
ten het toestel bereidt.
U kunt de kookwekker ook gebruiken terwijl er een berei
-
dingsproces bezig is.
U kunt een tijd tussen 1 seconde (0:00:01 u: min: sec) en
9 uur 59 minuten 59 seconden (9:59:59) instellen.
Een kookwekkertijd tot 10 minuten wordt in min:sec weerge-
geven. Een kookwekkertijd vanaf 10 minuten wordt in u:min
weergegeven.
De kookwekkertijd moet in uren, minuten en seconden wor-
den ingevoerd.
Voorbeeld: 8 minuten = 0:08:00.
Na afloop van de kookwekkertijd weerklinkt een
geluidssignaal. Raak l aan als u de kookwekker wilt uitscha
-
kelen. Wordt de kookwekker niet uitgeschakeld, dan lopen de
seconden verder in stijgende zin. Zo kunt u zien hoeveel tijd
er sinds het aftellen van de kookwekkertijd verstreken is.
Extra functies
33
Instellen
Is de instelling voor de weergave van de tijd (het uur) uitge
-
schakeld en wilt u een kookwekkertijd instellen, dan moet u
eerst het toestel inschakelen K.
^
Raak de sensortoets l aan.
^
Stel de gewenste kookwekkertijd in.
^
Bevestig met "OK".
Op het display verschijnt de instelde tijd.
Wijzigen
^
Raak l aan.
^ Kies en bevestig "Wijzigen".
^ Stel de gewenste kookwekkertijd in en bevestig met "OK".
Wissen
^ Raak l aan.
^ Kies en bevestig "Wissen".
^ Bevestig met "OK".
Extra functies
34
Vergrendeling
Met de vergrendeling voorkomt u dat het toestel per ongeluk
wordt ingeschakeld.
In de fabriek is de vergrendeling uitgeschakeld. Om de func
-
tie te gebruiken, moet u de fabrieksinstelling wijzigen (zie ru
-
briek "Instellingen").
Is de vergrendeling ingeschakeld, dan verschijnt bij het in
-
schakelen van het toestel het symbool $ op het display.
Ontgrendelen
^
Raak K aan.
Op het display verschijnt een melding.
^ Raak "OK" aan en hou uw vinger erop totdat de melding
verdwijnt.
U kunt uw toestel nu zoals gewoonlijk gebruiken.
De vergrendeling wordt automatisch geactiveerd enkele
seconden nadat het toestel wordt uitgeschakeld.
Extra functies
35
In de rubriek "Belangrijke opmerkingen en
wetenswaardigheden" vindt u algemene opmerkingen. Zijn er
bij levensmiddelen en/of toepassingen bijzondere opmer
-
kingen, dan worden die in de desbetreffende rubriek ver
-
meld.
Het voordeel van koken met stoom
Tijdens het stomen blijven de vitamines en mineralen nage
-
noeg volledig behouden, want het gerecht ligt niet in water.
Bij koken met stoom blijft de typische smaak van levensmid
-
delen beter behouden dan bij gewoon koken. Daarom raden
wij aan de levensmiddelen niet of pas na het stomen te
kruiden met zout. De levensmiddelen behouden bovendien
hun verse, natuurlijke kleur.
Kookgerei
Stoomovenpannen
Bij het toestel is kookgerei van roestvrij staal meegeleverd. U
kunt nog bijkomende stoomovenpannen van verschillende
grootte aankopen, die met of zonder gaatjes leverbaar zijn
(zie rubriek "Mits toeslag verkrijgbaar toebehoren"). Zo kunt u
voor elk gerecht de meest geschikte stoomovenpan ge-
bruiken.
Gebruik zoveel mogelijk stoomovenpannen met gaatjes. De
stoom kan dan van alle kanten bij het gerecht, waardoor het
gelijkmatig gaar wordt.
Eigen kookgerei
U kunt eigen kookgerei gebruiken. Hou in dat geval rekening
met de volgende opmerkingen:
Het kookgerei moet bestand zijn tegen temperaturen tot
100 °C en bestand zijn tegen stoom. Als u kunststof kook
-
gerei gebruikt, neemt u contact op met de fabrikant en
gaat u na of het geschikt is.
Kookgerei met een dikke wand (bijv. porselein, keramiek of
aardewerk) is minder geschikt om te stomen. Dikke
wanden geleiden de warmte niet goed verder en zorgen er
zo voor dat de vermelde duur aanzienlijk langer wordt.
Belangrijke opmerkingen en wetenswaardigheden
36
Plaats het kookgerei op de ingeschoven rooster, niet op de
bodem.
Tussen de bovenste rand van het kookgerei en het plafond
van de ovenruimte moet er afstand zijn, zodat er voldoen
-
de stoom in het kookgerei kan komen.
Opvangschaal
Schuif de opvangschaal op het onderste inschuifniveau in de
ovenruimte telkens als u stoomovenpannen met gaatjes ge
-
bruikt. Afdruipend vocht wordt erin opgevangen, zodat u dat
gemakkelijk kunt verwijderen.
U kunt de opvangschaal indien nodig als stoomovenpan ge
-
bruiken.
Inschuifniveau
U kunt gelijk welk inschuifniveau kiezen en tegelijk meerdere
gerechten op verschillende niveaus bereiden. Dat heeft geen
invloed op de bereidingstijd.
Als u voor het bereiden meerdere hoge stoomovenpannen te-
gelijk gebruikt, schuift u de stoomovenpannen gespreid in het
toestel. Laat indien mogelijk een niveau vrij tussen de stoom-
ovenpannen.
Diepgevroren producten
Bij het bereiden van diepvriesproducten is de opwarmtijd
langer dan bij het bereiden van verse levensmiddelen. Hoe
meer diepvriesproducten er zich in de ovenruimte bevinden,
hoe langer de opwarmfase duurt.
Belangrijke opmerkingen en wetenswaardigheden
37
Temperatuur
In de stoomoven wordt maximaal 100 °C bereikt. Bij deze
temperatuur kunnen bijna alle levensmiddelen worden be
-
reid. Om te vermijden dat delicate levensmiddelen zoals bes
-
sen uiteenspatten, moeten deze op een lagere temperatuur
worden bereid. Hierop wordt gewezen in de desbetreffende
rubrieken.
Combineren met een culinaire lade
Wanneer de culinaire lade in werking is, kan de ovenruimte
van de stoomoven opwarmen tot 40 °C. Wanneer u in dat ge
-
val een temperatuur van 40 °C instelt, wordt er geen stoom
geproduceerd omdat de ovenruimte te warm is.
Belangrijke opmerkingen en wetenswaardigheden
38
Bereidingstijd
De bereidingstijden bij het koken met stoom komen in het al
-
gemeen overeen met die voor het koken in een kookpot. Als
de bereidingstijd door bepaalde factoren wordt beïnvloed,
wordt dat aangegeven in de volgende rubrieken.
De bereidingstijd is niet afhankelijk van de hoeveelheid le
-
vensmiddelen. De bereidingstijd voor 1 kg aardappelen is
even lang als voor 500 g aardappelen.
De tijden die in de tabel worden vermeld, zijn richtwaarden.
Wij raden aan eerst de kortere bereidingstijd te kiezen. U kunt
indien nodig nog nagaren.
Koken met vocht
Als u met vocht kookt, vult u de stoomovenpan maar voor
2
/
3
met vocht. Zo vermijdt u dat de inhoud over de rand klotst
wanneer u de stoomovenpan uit de oven neemt.
Eigen recepten
Levensmiddelen en gerechten die in een kookpot worden be-
reid, kunnen ook in de stoomoven worden bereid. De berei-
dingstijden zijn dezelfde. Hou ermee rekening dat u met de
stoomoven niet kunt bruineren.
Belangrijke opmerkingen en wetenswaardigheden
39
Groenten
Verse groenten
Bereid de groenten zoals gebruikelijk voor: was de groenten,
maak ze schoon en snij ze in stukken.
Diepgevroren groenten
Diepvriesgroenten moeten niet vooraf worden ontdooid. Uit
-
zondering: groenten die in een blok zijn ingevroren.
Diepvriesgroenten en verse groenten met dezelfde berei
-
dingstijd kunnen samen worden bereid.
Snij grote, aaneengevroren stukken in kleinere stukken. De
bereidingstijd vindt u op de verpakking.
Stoomovenpannen
Levensmiddelen met een kleine doorsnede (bijv. erwten en
asperges) vormen nauwelijks holle ruimten. Zo kan de stoom
er nauwelijks binnendringen. Om een gelijkmatig
gaarresultaat te verkrijgen, gebruikt u voor deze levensmid-
delen platte stoomovenpannen en vult u deze niet hoger dan
ongeveer 3-5 cm. Verdeel grotere hoeveelheden over meer-
dere platte stoomovenpannen.
U kunt verschillende soorten groenten met dezelfde berei-
dingstijd in één stoomovenpan bereiden.
Groenten die in vocht worden bereid, zoals rode kool, bereidt
u in stoomovenpannen zonder gaatjes.
Inschuifniveau
Wanneer u groenten die kleur afgeven (bijv. rode bieten) in
stoomovenpannen met gaatjes bereidt, mag u geen andere
levensmiddelen daaronder plaatsen. Zo vermijdt u verkleu
-
ring door afdruipend vocht.
Koken met stoom
40
Bereidingstijd
De bereidingstijd is zoals bij conventionele kookprocessen
afhankelijk van de grootte van het levensmiddel en de ge
-
wenste gaarheid. Voorbeeld:
Vastkokende aardappelen, in vier delen = ca. 18 minuten
Vastkokende aardappelen, gehalveerd = ca. 22 minuten
Spruitjes, groot, beetgaar = ca. 12 minuten
Spruitjes, klein, zacht = ca. 12 minuten
Instellingen
Automatic > Groenten > ... > Koken met stoom
of
Overige programma's > Groenten bereiden, of
Koken met stoom 2
Temperatuur: 100 °C
Duur: zie tabel
De tijden die in de tabel worden vermeld, zijn richtwaarden
voor verse groenten. Wij raden aan eerst de kortere berei-
dingstijd te kiezen. U kunt indien nodig nog nagaren.
Duur in minuten
Artisjokken 32–38
Bloemkool, heel 27–28
Bloemkool, roosjes 8
Groene bonen 10–12
Broccoli, roosjes 3–4
Jonge wortels, heel 7–8
Jonge wortels, gehalveerd 6–7
Jonge wortels, fijngesneden 4
Witloof, gehalveerd 4–5
Chinese kool, gesneden 3
Erwten 3
Venkel, gehalveerd 10–12
Venkel, in reepjes 4–5
Koken met stoom
41
Duur in
minuten
Groene kool, gesneden 23–26
Aardappelen, vastkokend, geschild
Heel
Gehalveerd
In vier delen
27–29
21–22
16–18
Aardappelen, redelijk vastkokend, geschild
Heel
Gehalveerd
In vier delen
25–27
19–21
17–18
Aardappelen, kruimig, geschild
Heel
Gehalveerd
In vier delen
26–28
19–20
15–16
Koolrabi, groffe julienne 6–7
Pompoen, blokjes 2–4
Maïskolf 30–35
Snijbiet, gesneden 2–3
Paprika, blokjes/reepjes 2
Aardappelen in de schil, vastkokend 30–32
Paddenstoelen 2
Prei, gesneden 4–5
Prei, stengels, gehalveerd 6
Romanesco, heel 22–25
Romanesco, roosjes 5–7
Spruitjes 10–12
Rode bieten, heel 53–57
Rode kool, gesneden 23–26
Schorseneren, heel duimdik 9–10
Koken met stoom
42
Duur in
minuten
Selderijknol, groffe julienne 6–7
Asperges, groen 7
Asperges, wit, duimdik 9–10
Wortels, fijngesneden 6
Spinazie 1–2
Spitskool, gesneden 10–11
Bleekselderij, gesneden 4–5
Knolrapen, gesneden 6–7
Witte kool, gesneden 12
Savooikool, gesneden 10–11
Courgettes, schijfjes 2–3
Sluimerwten 5–7
Koken met stoom
43
Vlees
Vers vlees
Bereid het vlees zoals gebruikelijk voor.
Diepgevroren vlees
Ontdooi het diepgevroren vlees vooraf (zie rubriek "Ontdooi
-
en").
Voorbereiding
Vlees dat moet worden gebruineerd en vervolgens gestoofd
(bijv. goulash) moet op het kookvlak worden aangebraden.
Bereidingstijd
De bereidingstijd is afhankelijk van de dikte en de toestand
van het levensmiddel, en niet van het gewicht. Hoe dikker het
stuk, hoe langer de bereidingstijd zal zijn. Een stuk vlees van
500 g dat 10 cm dik is, heeft een langere bereidingstijd dan
een stuk van 500 g dat 5 cm dik is.
Tips
Als de aromatische stoffen in het vlees behouden moeten
blijven, bereidt u het vlees in een stoomovenpan met gaatjes.
Schuif een stoomovenpan zonder gaatjes eronder om het
concentraat op te vangen.
U kunt het concentraat gebruiken om sauzen op smaak te
brengen of u kunt het invriezen om het later te gebruiken.
Om een krachtige bouillon te bereiden zijn vooral soepkip
en de achterpoten, het borstvlees, de dikke rib en de been
-
deren van runderen geschikt. Doe het vlees met de
soepgroenten en koud water in een stoomovenpan. Hoe
langer de bereidingstijd, hoe krachtiger de fond zal zijn.
Koken met stoom
44
Instellingen
Automatic > Vlees > ... > Koken met stoom
of
Overige programma's > Vlees bereiden, of
Koken met stoom 2
Temperatuur: 100 °C
Duur: zie bereidingstabel
De tijden die in de tabel worden vermeld, zijn richtwaarden.
Wij raden aan eerst de kortere bereidingstijd te kiezen. U kunt
indien nodig nog nagaren.
Vlees Duur in minuten
Achterpoot, bedekt met water 110–120
Hammetje 135–145
Kippenborstfilet 8–10
Schenkel 105–115
Dikke rib, bedekt met water 110–120
In reepjes gesneden kalfsvlees 3–4
Casselerribsneden 6–8
Lamsragout 12–16
Kip 60–70
Kalkoenrollade 12–15
Kalkoenschnitzel 4–6
Ribstuk,
bedekt met water
130–140
Rundergoulash 105–115
Soepkip, bedekt met water 80–90
Gekookt rundsvlees 110–120
Koken met stoom
45
Worsten
Instellingen
Koken met stoom 2
Temperatuur: 90 °C
Duur: zie tabel
Worsten Duur in minuten
Worst 6–8
Vleesworst 6–8
Witte worst 6–8
Koken met stoom
46
Vis
Verse vis
Bereid de vis zoals gebruikelijk voor: maak de vis schoon,
verwijder de schubben en spoel de vis af.
Diepgevroren vis
Ontdooi de diepgevroren vis vooraf (zie rubriek "Ontdooien").
Voorbereiden
Besprenkel de vis vooraf met citroensap of citroenlimoensap.
Het zuur geeft het visvlees een vastere structuur.
De vis hoeft niet te worden gezouten, aangezien de minera
-
len die de vis zijn typische smaak geven, bij het koken met
stoom optimaal behouden blijven.
Stoomovenpannen
Vet stoomovenpannen met gaatjes in.
Inschuifniveau
Als u tegelijkertijd vis in een stoomovenpan met gaatjes en
andere levensmiddelen in andere stoomovenpannen bereidt,
dient u te vermijden dat de smaak wordt overgedragen via af-
druipend vocht. Schuif de stoomovenpan met de vis daartoe
vlak boven de opvangschaal in de ovenruimte.
Temperatuur
8C–9C
Om delicate vissoorten behoedzaam te bereiden (bijv. zee
-
tong).
100 °C
Om vissoorten met vast vlees te bereiden (bijv. kabeljauw en
zalm).
Om vis in saus of bouillon te bereiden.
Koken met stoom
47
Bereidingstijd
De bereidingstijd is afhankelijk van de dikte en de toestand
van het levensmiddel, en niet van het gewicht. Hoe dikker het
stuk, hoe langer de bereidingstijd zal zijn. Een stuk vis van
500 g dat 3 cm hoog is, heeft een langere bereidingstijd dan
een stuk van 500 g dat 2 cm hoog is.
Hoe langer de vis wordt gegaard, hoe vaster het vlees wordt.
Neem de vermelde bereidingstijden in acht.
Als de vis niet gaar genoeg is, laat u deze nog enkele minu
-
ten nagaren.
Verleng de vermelde bereidingstijden met enkele minuten als
de vis in saus of bouillon wordt bereid.
Tips
Met kruiden zoals dille kunt u de vissmaak versterken.
Bereid grote vissen in "zwempositie". Om de vis rechtop te
kunnen plaatsen, zet u een klein kopje omgekeerd in de
stoomovenpan. Schuif de vis met de geopende buikkant
erover.
Doe het visafval, waaronder de graten, vinnen en koppen,
met soepgroenten en koud water in een stoomovenpan om
visfond te bereiden. Bereid deze gedurende 60 tot 90 minu-
ten op 100 °C. Hoe langer de bereidingstijd, hoe krachtiger
de fond zal zijn.
Om vis blauw te koken wordt de vis bereid in water met
azijn (de water-azijnverhouding is afhankelijk van het recept).
Belangrijk is dat u de huid van de vis niet beschadigt. Karper,
forel, zeelt, paling en zalm zijn geschikt voor deze bereiding.
Instellingen
Automatic > Vis > ... > Koken met stoom
of
Overige programma's > Vis bereiden, of
Koken met stoom 2
Temperatuur: zie bereidingstabel
Duur: zie tabel
Koken met stoom
48
De tijden die in de tabel worden vermeld, zijn richtwaarden
voor verse vis. Wij raden aan eerst de kortere bereidingstijd
te kiezen. U kunt indien nodig nog nagaren.
Temperatuur in
°C
Duur in minuten
Paling 100 5–7
Baarsfilet 100 8–10
Doradefilet 85 3
Forel, 250 g 90 10–13
Heilbotfilet 85 4–6
Kabeljauwfilet 100 6
Karper, 1,5 kg 100 18–25
Zalmfilet 100 6–8
Zalmsteak 100 8–10
Zalmforel 90 14–17
Pangasiusfilet 85 3
Roodbaarsfilet 100 6–8
Schelvisfilet 100 4–6
Scholfilet 85 4–5
Zeeduivelfilet 85 8–10
Zeetongfilet 85 3
Tarbotfilet 85 5–8
Tonijnfilet 100 6–8
Snoekbaarsfilet 85 4
Koken met stoom
49
Schaaldieren
Voorbereiding
Ontdooi de diepgevroren schaaldieren vooraf.
Pel de schaaldieren, verwijder de darm en was ze.
Stoomovenpannen
Vet stoomovenpannen met gaatjes in.
Bereidingstijd
Hoe langer de schaaldieren garen, hoe vaster ze worden.
Neem de vermelde bereidingstijden in acht.
Verleng de vermelde bereidingstijden met enkele minuten als
de schaaldieren in saus of bouillon worden bereid.
Instellingen
Automatic > Schaaldieren > ... > Koken met stoom
of
Koken met stoom 2
Temperatuur: tabel
Duur: zie tabel
Temperatuur in
°C
Duur in minuten
Garnalen 90 3
Reuzengarnalen 90 3
Gamba's 90 4
Krabben 90 3
Langoesten 95 10–15
Scampi 90 3
Koken met stoom
50
Mosselen
Verse mosselen
,
Bereid alleen gesloten mosselen.
Mosselen die na het bereiden niet geopend zijn, mag u
niet opeten. Gevaar voor vergiftiging!
Was de verse mosselen enkele uren vooraf om eventueel
zand af te spoelen. Borstel de mosselen vervolgens grondig
schoon.
Diepgevroren mosselen
Ontdooi de diepgevroren mosselen.
Bereidingstijd
Hoe langer de mosselen garen, hoe harder ze worden. Neem
de vermelde bereidingstijden in acht.
Instellingen
Koken met stoom 2
Temperatuur: zie tabel
Duur: zie tabel
Temperatuur in
°C
Duur in minuten
Eendenmosselen 100 2
Kokkels 100 2
Mosselen 90 12
Sint-
jakobsschelpen
90 5
Zwaardscheden 100 2–4
Venusschelpen 90 4
Koken met stoom
51
Rijst
Rijst zet uit tijdens de bereiding. Daarom moet de rijst in
vocht worden bereid. Afhankelijk van de soort is de
vochtopname en dus ook de verhouding tussen rijst en vocht
verschillend.
De rijst neemt het bereidingsvocht compleet op. Zo gaan er
geen voedingsstoffen verloren.
Instellingen
Automatic > Rijst > ... > Koken met stoom
of
Koken met stoom 2
Temperatuur: 100 °C
Duur: zie tabel
Verhouding
rijst : vocht
Duur
in minuten
Basmatirijst 1 : 1,5 15
Voorgekookte rijst 1 : 1,5 23–25
Rondkorrelrijst
Rijstpap
Risotto
1 : 2,5
1 : 2,5
30
18–19
Volkorenrijst 1 : 1,5 26–29
Wilde rijst 1 : 1,5 26–29
Koken met stoom
52
Pasta/deegwaren
Gedroogde pasta/deegwaren
Gedroogde pasta en deegwaren zetten uit tijdens de berei
-
ding. Daarom moeten ze in vocht worden bereid. De pasta
moet volledig bedekt zijn door het vocht. Bij gebruik van heet
vocht is het bereidingsresultaat beter.
Verleng de bereidingstijd die wordt vermeld door de produ
-
cent, met ca.
1
/
3
.
Verse pasta/deegwaren
Verse pasta en deegwaren (bijv. uit de koelafdeling) moeten
niet uitzetten. Bereid deze in een stoomovenpan met gaatjes.
Maak samengekleefde pasta of deegwaren van elkaar los en
verdeel ze gelijkmatig in de stoomovenpan.
Instellingen
Koken met stoom 2
Temperatuur: 100 °C
Duur: zie tabel
Verse pasta/deegwaren Duur in minuten
Gnocchi 3
Knöpfli 2
Ravioli 3
Macaroni 2
Tortellini 3
Gedroogde pasta/deegwaren, be
-
dekt met water
Tagliatelle 14
Vermicelli 8
Koken met stoom
53
Knoedels
Knoedels in een kookbuiltje moeten goed met water worden
bedekt, omdat ze anders niet genoeg vocht zouden opne
-
men en uit elkaar zouden vallen.
Bereid verse knoedels in een ingevette stoomovenpan met
gaatjes.
Instellingen
Koken met stoom 2
Temperatuur: 100 °C
Duur: zie tabel
Duur
in minuten
Knoedeltjes 30
Gistknoedels 20
Aardappelknoedels in kookbuiltje 20
Deegknoedels in kookbuiltje 18–20
Koken met stoom
54
Granen
Granen zetten uit tijdens de bereiding. Daarom moeten gra
-
nen in vocht worden bereid. De verhouding tussen granen en
vocht is afhankelijk van de soort granen.
Granen kunnen als hele graankorrel of gemalen worden be
-
reid.
Instellingen
Koken met stoom 2
Temperatuur: 100 °C
Duur: zie tabel
Verhouding
granen : vocht
Duur
in minuten
Amarant 1 : 1,5 15–17
Bulgur 1 : 1,5 9
Groene spelt, heel 1 : 1 18–20
Groene spelt, gebro-
ken
1:1 7
Haver, heel 1 : 1 18
Haver, gebroken 1 : 1 7
Gierst 1 : 1,5 10
Polenta 1 : 3 10
Quinoa 1 : 1,5 15
Rogge, heel 1 : 1 35
Rogge, gebroken 1 : 1 10
Tarwe, heel 1 : 1 30
Tarwe, gebroken 1 : 1 8
Koken met stoom
55
Gedroogde peulvruchten
Peulvruchten moeten vooraf minstens 10 uur in koud water
worden geweekt. Door het inweken zijn ze gemakkelijker ver
-
teerbaar en wordt de bereidingtijd verkort.
Uitzondering: linzen moeten niet worden geweekt.
Vooraf geweekte peulvruchten moeten bij het bereiden met
vocht bedekt zijn. Bij peulvruchten die niet vooraf zijn ge
-
weekt, moet afhankelijk van de soort een bepaalde verhou
-
ding tussen peulvruchten en vocht in acht worden genomen.
Instellingen
Koken met stoom 2
Temperatuur: 100 °C
Duur: zie tabel
Vooraf geweekt
Duur in minuten
Bonen
Kidneybonen 55–65
Rode bonen (azukibonen) 20–25
Zwarte bonen 55–60
Bonte bonen 55–65
Witte bonen 34–36
Erwten
Gele erwten 40–50
Groene erwten, gedopt 27
Koken met stoom
56
Niet vooraf geweekt
Duur
in minuten
Verhouding
peulvruchten : vocht
Bonen
Kidneybonen 130–140 1 : 3
Rode bonen
(azukibonen)
95–105 1 : 3
Zwarte bonen 100–120 1 : 3
Bonte bonen 115–135 1 : 3
Witte bonen 80–90 1 : 3
Linzen
Bruine linzen 13–14 1 : 2
Rode linzen 7 1 : 2
Erwten
Gele erwten 110–130 1 : 3
Groene erwten,
gedopt
60–70 1 : 3
Koken met stoom
57
Kippeneieren
Gebruik stoomovenpannen met gaatjes wanneer u gekookte
eieren wilt bereiden.
De eieren moeten vooraf niet worden doorprikt. Doordat ze
tijdens de opwarmfase langzaam worden opgewarmd, spat
-
ten ze niet uiteen bij het koken met stoom.
Vet stoomovenpannen zonder gaatjes in om daarin eierge
-
rechten te bereiden (bijv. bouillon met ei).
Instellingen
Automatic > Kippeneieren > ... > Koken met stoom
of
Koken met stoom 2
Temperatuur: 100 °C
Duur: zie tabel
Duur in minuten
Klein
Zacht
Gemiddeld
Hard
3
5
9
Middelmatig
Zacht
Gemiddeld
Hard
4
6
10
Groot
Zacht
Gemiddeld
Hard
5
7
12
Extra groot
Zacht
Gemiddeld
Hard
6
8
13
Koken met stoom
58
Fruit
Om geen sap verloren te laten gaan, moet u het fruit in een
stoomovenpan zonder gaatjes bereiden.
Als u fruit in een stoomovenpan met gaatjes bereidt, schuift u
eronder een stoomovenpan zonder gaatjes in. Op die manier
gaat er ook geen sap verloren.
Tip
U kunt het opgevangen sap gebruiken om glazuur voor
taarten te maken.
Instellingen
Automatic > Fruit > ... > Koken met stoom
of
Koken met stoom 2
Temperatuur: 100 °C
Duur: zie tabel
Duur in minuten
Appels, in stukken 1–3
Peren, in stukken 1–3
Kersen 2–4
Mirabellen 1–2
Nectarines/perziken, in stukken 1–2
Pruimen 1–3
Kweeperen, in blokjes 6–8
Rabarber, in stukken 1–2
Kruisbessen 2–3
Koken met stoom
59
Menukoken
Schakel bij "Menukoken" de stoomreductie uit (zie rubriek
"Instellingen").
"Menukoken" is de functie voor het bereiden van verschil
-
lende levensmiddelen met verschillende bereidingstijden om
een complete maaltijd samen te stellen (bijv. roodbaarsfilet
met rijst en broccoli). De levensmiddelen worden op verschil
-
lende tijdstippen in de stoomoven geplaatst. Zo zijn ze op
hetzelfde moment klaar.
Inschuifniveau
Levensmiddelen waarbij vocht vrijkomt (bijv. vis) of levens
-
middelen die kleur afgeven (bijv. rode bieten) schuift u vlak
boven de opvangschaal in de ovenruimte. Zo vermijdt u
smaakoverdracht of verkleuring door afdruipend vocht.
Temperatuur
De temperatuur bij "Menukoken" moet 100 °C bedragen. De
meeste levensmiddelen worden immers gaar bij deze tempe-
ratuur.
Wanneer voor de levensmiddelen verschillende temperaturen
zijn aanbevolen (bijv. 85 °C voor doradefilet en 100 °C voor
aardappelen), mag u het menu in geen geval op de lagere
temperatuur bereiden.
Wanneer voor een levensmiddel een temperatuur van bijv.
85 °C wordt aanbevolen, moet u eerst testen wat het resultaat
is als het wordt bereid op 100 °C. Het vlees van delicate
vissoorten met een losse structuur (bijv. zeetong en schol)
wordt bij 100 °C zeer vast.
Bereidingstijd
Als de aanbevolen bereidingstemperatuur wordt verhoogd,
moet de bereidingstijd met ca.
1
/
3
worden verkort.
Koken met stoom
60
Voorbeeld
Rijst 20 minuten
Roodbaarsfilet 6 minuten
Broccoli 4 minuten
20 minuten - 6 minuten = 14 minuten (1e bereidingstijd: rijst)
6 minuten - 4 minuten = 2 minuten (2e bereidingstijd:
roodbaarsfilet)
Resterende tijd = 4 minuten (3e bereidingstijd: broccoli)
Bereidings
-
tijden
20 min. rijst
6 min. roodbaarsfilet
4 min. broccoli
Instelling 14 min. 2 min. 4 min.
^ Controleer dat de stoomreductie uitgeschakeld is.
^ Doe eerst de rijst in de ovenruimte.
^ Stel de 1e bereidingstijd in (14 minuten).
^ Zodra de 14 minuten afgelopen zijn, doet u de
roodbaarsfilet in de ovenruimte.
^
Stel de 2e bereidingstijd in (2 minuten).
^
Zodra de 2 minuten afgelopen zijn, doet u de broccoli in de
ovenruimte.
^
Stel de 3e bereidingstijd in (4 minuten).
Koken met stoom
61
Opwarmen
Levensmiddelen worden in de stoomoven behoedzaam op
-
gewarmd. Ze drogen daarbij niet uit en garen niet verder. Ze
worden gelijkmatig opgewarmd en moeten tussendoor niet
worden omgeroerd.
U kunt bereide maaltijden (vlees, groenten, aardappelen) of
afzonderlijke levensmiddelen opwarmen.
Kookgerei
Kleine hoeveelheden kunnen op een bord worden opge
-
warmd, grotere hoeveelheden in een stoomovenpan.
Duur
Het aantal borden of stoomovenpannen heeft geen invloed
op de bereidingstijd.
De vermelde duur (zie tabel) geldt voor een doorsneeportie
per bord/stoomovenpan. Verleng de duur bij grotere hoeveel-
heden.
Tips
Warm grote stukken zoals gebraad niet in één keer op, maar
in porties.
Halveer compacte stukken zoals gevulde paprika's of
rollades.
Gepaneerde levensmiddelen zoals schnitzels blijven niet kro
-
kant.
Warm sauzen apart op. Een uitzondering daarop zijn ge
-
rechten die in saus worden bereid (bijv. goulash).
Speciale toepassingen
62
Werkwijze
^
Dek de levensmiddelen af met een omgekeerd diep bord,
een deksel of folie die bestand is tegen temperaturen tot
100 °C en bestand is tegen stoom.
^
Plaats borden of schotels op de ingeschoven rooster.
Instellingen
Opwarmen
Temperatuur: 100 °C
Duur: zie tabel
Duur in minuten
Bijgerechten (pasta, rijst enz.) 8–10
Eenpansgerecht 8–10
Visfilet 6–8
Vlees 8–10
Gevogelte 8–10
Groenten 8–10
Soep 8–10
Bereide maaltijden 8–10
Speciale toepassingen
63
Ontdooien
Als u levensmiddelen in het toestel ontdooit, verloopt dat veel
sneller dan ontdooien bij kamertemperatuur.
Temperatuur
De optimale ontdooitemperatuur bedraagt 60 °C.
Uitzonderingen: 50 °C voor gehakt en wild
Voor-/nabereiding
Verwijder voor het ontdooien alle verpakking.
Uitzonderingen:
Ontdooi brood en gebak in de verpakking. Anders neemt de
vochtigheid toe en wordt het zacht.
Laat de levensmiddelen nadat u ze uit het toestel hebt geno
-
men, nog enige tijd bij kamertemperatuur staan. Deze
wachttijd is vereist om de warmte gelijkmatig van buiten naar
binnen te brengen.
Stoomovenpannen
Gebruik bij het ontdooien van levensmiddelen waarbij vocht
vrijkomt, zoals gevogelte, een stoomovenpan met gaatjes en
schuif de opvangschaal eronder. De levensmiddelen liggen
dan niet in het dooivocht.
,
Het dooivocht van vlees en gevogelte giet u meteen
na het ontdooien weg. U mag dat in geen geval nog ge
-
bruiken! Gevaar voor salmonella!
Levensmiddelen waarbij tijdens het ontdooien geen vocht
vrijkomt, kunnen in een stoomovenpan zonder gaatjes wor
-
den ontdooid.
Speciale toepassingen
64
Tips
Laat vis voor de bereiding niet helemaal ontdooien. Het
volstaat wanneer de buitenkant zacht genoeg is om kruiden
op te nemen. Afhankelijk van de dikte is 2-5 minuten voldoen
-
de.
Maak levensmiddelen die samenkleven (zoals bessen en
stukken vlees) na het verstrijken van de helft van de ont
-
dooitijd van elkaar los en verdeel ze.
Vries ontdooide levensmiddelen niet opnieuw in.
Ontdooi ingevroren kant-en-klaargerechten volgens de aan
-
wijzingen op de verpakking.
Instellingen
Ontdooien
Temperatuur: zie tabel
Duur: zie tabel
Speciale toepassingen
65
Levensmiddelen Gewicht
in g
Tempera
-
tuur
in °C
Ont
-
dooitijd
in minuten
Wachttijd
in minuten
Zuivelproducten
Kaas in plakken 125 60 15 10
Kwark (plattekaas) 250 60 20–25 10–15
Room 250 60 20–25 10–15
Zachte kaas 100 60 15 10–15
Fruit
Appelmoes 250 60 20–25 10–15
Stukjes appel 250 60 20–25 10–15
Abrikozen 500 60 25–28 15–20
Aardbeien 300 60 8–10 10–12
Frambozen/
rode bessen
300 60 8 10–12
Kersen 150 60 15 10–15
Perziken 500 60 25–28 15–20
Pruimen 250 60 20–25 10–15
Kruisbessen 250 60 20–22 10–15
Groenten
Als blok ingevroren,
bijv. groene kool,
spinazie, rode kool
300 60 20–25 10–15
Vis
Visfilets 400 60 15 10–15
Forellen 500 60 15–18 10–15
Kreeft 300 60 25–30 10–15
Krabben 300 60 4–6 5
Speciale toepassingen
66
Levensmiddelen Gewicht
in g
Temperatuur
in °C
Ontdooitijd
in minuten
Wachttijd
in minuten
Vlees
Gebraad In plakken 60 8–10 15–20
Gehakt 250 50 15–20 10–15
Gehakt 500 50 20–30 10–15
Goulash 500 60 30–40 10–15
Goulash 1000 60 50–60 10–15
Lever 250 60 20–25 10–15
Hazenrug 500 50 30–40 10–15
Reerug 1000 50 40–50 10–15
Schnitzel / kotelet /
braadworst
800 60 25–35 15–20
Gevogelte
Kip 1000 60 40 15–20
Kippenbil 150 60 20–25 10–15
Kippenschnitzel 500 60 25–30 10–15
Kalkoenbouten 500 60 40–45 10–15
Gebak
Blader-/
gistdeeggebak
60 10–12 10–15
Roerdeeggebak/-
taart/cake
400 60 15 10–15
Brood / broodjes
Broodjes 60 30 2
Bruin brood, gesneden 250 60 40 15
Volkorenbrood, gesne
-
den
250 60 65 15
Wit brood, gesneden 150 60 30 20
Speciale toepassingen
67
Inmaken
Fruit / groenten
Gebruik enkel verse levensmiddelen die in perfecte staat zijn.
Ze mogen niet beschadigd zijn of rotte plekken vertonen.
Bokalen
Gebruik alleen bokalen en toebehoren die schoon, gespoeld
en niet beschadigd zijn. U kunt bokalen met een draaideksel
gebruiken of bokalen met een glazen deksel en een rubberen
ring.
Zorg ervoor dat de bokalen dezelfde grootte hebben, zodat
alles gelijkmatig wordt ingemaakt.
Als u een bokaal hebt gevuld, dient u de glazen rand met een
schone doek en heet water te reinigen voordat u de bokaal
sluit.
Fruit
Selecteer het fruit zorgvuldig, was het kort maar grondig en
laat het uitdruppen. Bessen dient u zeer voorzichtig te was-
sen. Ze zijn zeer teer en raken snel platgedrukt.
Verwijder eventueel de schil, stelen of pitten.
Snij grote stukken fruit in kleinere stukken. Appels snijdt u
bijv. het best in partjes.
Als u steenvruchten met de pit (pruimen, abrikozen) inmaakt,
doorprikt u de vruchten vooraf meerdere keren met een vork
of een houten stokje. Anders zullen ze uiteenspatten.
Groenten
Was de groenten, maak ze schoon en snij ze in stukken.
Blancheer groenten vóór het inmaken, zodat de kleur behou
-
den blijft (zie rubriek "Blancheren").
Vulpeil
Doe de levensmiddelen losjes in de bokaal. Vul de bokaal tot
max. 3 cm onder de rand. De celwanden van de levensmid
-
delen raken beschadigd wanneer deze in de bokaal worden
geperst. Laat de bokaal zachtjes op een doek neerploffen om
zo de inhoud beter te verdelen.
Speciale toepassingen
68
Vul de bokalen met vloeistof. De levensmiddelen moeten on
-
dergedompeld zijn.
Gebruik voor fruit een suikeroplossing. Voor groenten kunt u
een zout- of azijnoplossing gebruiken.
Tips
Benut de restwarmte door de bokalen pas 30 minuten na het
uitschakelen uit de ovenruimte te nemen.
Laat de bokalen, met een doek erover, ca. 24 uur langzaam
afkoelen.
Werkwijze
^
Schuif de rooster op het onderste inschuifniveau in het toe
-
stel.
^ Zet de bokalen van gelijke grootte op de rooster. De
bokalen mogen elkaar niet raken.
Instellingen
Automat. programma's > (Fruit/Groenten) > ... > Inmaken
of
Overige programma's > Inmaken >
of
Koken met stoom 2
Temperatuur: zie tabel
Duur: zie tabel
Speciale toepassingen
69
Levensmiddelen Temperatuur in °C Duur in minuten*
Bessen
Rode bessen 80 50
Kruisbessen 80 55
Rode bosbessen 80 55
Steenvruchten
Kersen 85 55
Mirabellen 85 55
Pruimen 85 55
Perziken 85 55
Reine Claudes 85 55
Pitvruchten
Appels 90 50
Appelmoes 90 65
Kweeperen 90 65
Groenten
Bonen 100 120
Dikke bonen 100 120
Augurken 90 55
Vlees
Voorgekookt 90 90
Gebraden 90 90
* De vermelde tijden zijn bedoeld voor bokalen van 1,0 liter.
Bij bokalen van 0,5 liter is de tijd 15 minuten korter, bij
bokalen van 0,25 liter 20 minuten.
Speciale toepassingen
70
Uitpersen
U kunt in uw toestel zachte vruchten uitpersen (bijv. bessen
en kersen).
Overrijpe vruchten zijn perfect geschikt om sap te
produceren; hoe rijper de vruchten, hoe meer sap en hoe
aromatischer het is.
Voorbereiding
Selecteer en was het uit te persen fruit. Snij beschadigde
stukken weg.
Verwijder de stelen van wijndruiven en zure kersen, want
deze bevatten bittere stoffen. Van bessen hoeft u de stelen
niet te verwijderen.
Tips
Om de smaak af te ronden, vermengt u zachte met bittere
vruchten.
Bij de meeste fruitsoorten krijgt u meer sap en wordt het aro-
ma beter als u suiker aan het fruit toevoegt en dat enkele
uren laat intrekken. Wij adviseren voor 1 kg zoet fruit 50-100 g
suiker en voor 1 kg bitter fruit 100-150 g suiker.
Als u het verkregen sap wilt bewaren, giet u het heet in scho-
ne flessen en sluit u deze onmiddellijk af.
Werkwijze
^
Doe de voorbereide vruchten in een stoomovenpan met
gaatjes.
^
Plaats een stoomovenpan zonder gaatjes of de opvang
-
schaal eronder om het sap op te vangen.
Instellingen
Koken met stoom 2
Temperatuur: 100 °C
Duur: 40–70 minuten
Speciale toepassingen
71
Yoghurt bereiden
U hebt melk nodig en als startcultuur yoghurt of
yoghurtferment (bijv. uit de reformwinkel).
Gebruik alleen natuuryoghurt met levende culturen en zonder
toevoegingen. Warmtebehandelde yoghurt is niet geschikt.
De yoghurt moet vers zijn (korte bewaartijd).
Om yoghurt te bereiden, kunt u ongekoelde gehomogeni
-
seerde melk of verse melk gebruiken. Gehomogeniseerde
melk kan zonder verdere behandeling worden gebruikt. Ver
-
se melk moet u eerst tot 90 °C opwarmen (niet koken!) en
vervolgens weer laten afkoelen tot 35 °C. Als u verse melk
gebruikt, wordt de yoghurt iets vaster dan met gehomogeni
-
seerde melk.
Yoghurt en melk moeten hetzelfde vetgehalte hebben.
De glazen mogen tijdens de bewaartijd niet worden bewogen
of geschud.
Na de bereiding moet de yoghurt direct in de koelkast wor-
den afgekoeld.
De vastheid, het vetgehalte en de culturen die in de
startyoghurt worden gebruikt, hebben invloed op de
consistentie van de zelf bereide yoghurt. Niet alle yoghurts
zijn even geschikt als startyoghurt.
Mogelijke oorzaken voor slechte resultaten
Yoghurt is niet vast:
de startyoghurt werd verkeerd bewaard, de koelketen werd
onderbroken, de verpakking was beschadigd, de melk werd
niet voldoende opgewarmd.
Er heeft zich vocht afgezet:
de glazen werden verplaatst, de yoghurt werd niet snel ge
-
noeg afgekoeld.
Yoghurt is gruisachtig:
de melk werd tot een te hoge temperatuur opgewarmd, de
melk was niet meer goed, de melk en startyoghurt werden
niet gelijkmatig gemengd.
Speciale toepassingen
72
Tip
Als u yoghurtferment gebruikt, kunt u yoghurt bereiden uit
een mengsel van melk en room. Meng 3/4 liter melk met
1/4 liter room.
Werkwijze
^
Roer 100 gram yoghurt in 1 liter melk of bereid het mengsel
met yoghurtferment volgens de aanwijzingen op de verpak
-
king.
^
Doe dit melkmengsel in glazen en dek deze af.
^
Plaats de gesloten glazen in een stoomovenpan of op de
rooster. De glazen mogen elkaar niet raken.
^
Plaats de glazen direct na afloop van de duur in de koel
-
kast. Beweeg de glazen daarbij niet onnodig.
Instellingen
Automat. programma's > Speciaal > Yoghurt bereiden
of
Koken met stoom 2
Temperatuur: 40 °C
Duur: 5:00 uur
Speciale toepassingen
73
Deeg laten rijzen
Werkwijze
^
Bereid het deeg volgens het recept.
^
Dek de deegschotel af en plaats deze op de rooster.
Instellingen
Overige programma's > Deeg laten rijzen
of
Koken met stoom 2
Temperatuur: 40 °C
Duur: afhankelijk van het recept
Gelatine laten smelten
Werkwijze
^ Laat gelatinebladen 5 minuten weken in een schotel met
koud water. De gelatinebladen moeten volledig bedekt zijn
met water. Druk de gelatinebladen uit en giet het water uit
de schotel. Doe de uitgedrukte gelatinebladen terug in de
schotel.
^
Doe gemalen gelatine in een schotel en voeg de hoeveel
-
heid water toe die op de verpakking vermeld staat.
^
Dek de schotel af en plaats deze op de rooster.
Instellingen
Automat. programma's > Speciaal > Gelatine laten smelten
of
Koken met stoom 2
Temperatuur: 90 °C
Duur: 1 minuut
Speciale toepassingen
74
Chocolade laten smelten
U kunt elke soort chocolade laten smelten met het toestel.
Werkwijze
^
Hak de chocolade in stukken.
Doe vetglazuur in de gesloten verpakking in een stoom
-
ovenpan met gaatjes.
^
Doe grote hoeveelheden in een stoomovenpan zonder
gaatjes en kleine hoeveelheden in een kopje of een scho
-
tel.
^
Dek de stoomovenpan of het kookgerei af met een deksel
of folie die bestand is tegen temperaturen tot 100 °C en be
-
stand is tegen stoom.
^ Roer grote hoeveelheden tussendoor een keer om.
Instellingen
Automat. programma's > Speciaal > Chocolade laten
smelten
of
Koken met stoom 2
Temperatuur: 65 °C
Duur: 20 minuten
Speciale toepassingen
75
Levensmiddelen schillen
Werkwijze
^
Maak in levensmiddelen zoals tomaten, nectarines enz.
een kruisvormige insnijding ter hoogte van het kroontje. Zo
kan de schil gemakkelijker worden verwijderd.
^
Doe de levensmiddelen in een stoomovenpan met gaatjes.
^
Spoel amandelen onmiddellijk erna met koud water af. An
-
ders kan de schil niet worden verwijderd.
Instellingen
Koken met stoom 2
Temperatuur: 100 °C
Duur: zie tabel
Levensmiddel Duur in minuten
Abrikozen 1
Amandelen 1
Nectarines 1
Paprika 4
Perziken 1
Tomaten 1
Speciale toepassingen
76
Appels inmaken
De houdbaarheid van onbehandelde appels kan worden ver
-
lengd. Als u ze optimaal bewaart in een droge, koele en goed
verluchte ruimte kunt u ze 5 tot 6 maanden bewaren. Dat
geldt alleen voor appels, niet voor andere pitvruchten.
Instellingen
Koken met stoom 2
Temperatuur: 50 °C
Duur: 5 minuten
Blancheren
In te vriezen groenten en fruit moeten eerst worden geblan-
cheerd. De kwaliteit van de levensmiddelen blijft daardoor
beter behouden terwijl ze in de diepvrieskast worden be-
waard.
Bij groenten die zijn geblancheerd voordat ze verder werden
verwerkt, blijft de kleur beter behouden.
Werkwijze
^ Doe de voorbereide groenten of vruchten in een stoom-
ovenpan met gaatjes.
^
Dompel de groenten/vruchten na het blancheren in ijskoud
water onder om ze snel af te koelen. Laat ze daarna goed
afdruppen.
Instellingen
Automat. programma's > (Fruit/Groenten) > ... > Blancheren
of
Overige programma's > Blancheren
of
Koken met stoom 2
Temperatuur: 100 °C
Duur: 1 minuut
Speciale toepassingen
77
Uien smoren
Smoren betekent gaar laten worden in eigen sap, eventueel
met toevoeging van wat vet.
Werkwijze
^
Hak de uien fijn en doe ze samen met wat boter in een
stoomovenpan zonder gaatjes.
^
Dek de stoomovenpan of het kookgerei af met een deksel
of folie die bestand is tegen temperaturen tot 100 °C en be
-
stand is tegen stoom.
Instellingen
Automat. programma's > Speciaal > Uien smoren
of
Koken met stoom 2
Temperatuur: 100 °C
Duur: 4 minuten
Spek laten uitzweten
Het spek wordt niet gebruineerd!
Werkwijze
^
Doe het spek (in blokjes, reepjes of schijfjes) in een stoom
-
ovenpan zonder gaatjes.
^
Dek de stoomovenpan af met een deksel of folie die be
-
stand is tegen temperaturen tot 100 °C en bestand is tegen
stoom.
Instellingen
Automat. programma's > Speciaal > Spek laten uitzweten
of
Koken met stoom 2
Temperatuur: 100 °C
Duur: 4 minuten
Speciale toepassingen
78
Steriliseren
Serviesgoed en babyflessen die in het toestel zijn gesterili
-
seerd, zijn na afloop van het programma even vrij van bacte
-
riën als bij het uitkoken. Controleer vooraf aan de hand van
de gegevens van de fabrikant of alle onderdelen bestand zijn
tegen temperaturen tot 100 °C en bestand zijn tegen stoom.
Steek de babyflessen pas weer in elkaar als ze helemaal
droog zijn. Enkel op die manier vermijdt u dat er weer kiemen
ontstaan.
Werkwijze
^
Maak de onderdelen van de babyflessen los.
Plaats alle stukken horizontaal of met de opening naar on
-
deren op de rooster in een stoomovenpan met gaatjes. Ze
mogen elkaar niet raken. Zo kan de hete stoom ongehin-
derd circuleren.
Instellingen
Overige programma's > Steriliseren
of
Koken met stoom 2
Temperatuur: 100 °C
Duur: 15 minuten
Vochtige handdoekjes opwarmen
Werkwijze
^
Bevochtig de handdoekjes en rol ze op.
^
Leg de handdoekjes naast elkaar in een stoomovenpan
met gaatjes.
Instellingen
Automat. programma's > Speciaal > Vochtige handdoekjes
of
Koken met stoom 2
Temperatuur: 70 °C
Duur: 2 minuten
Speciale toepassingen
79
Honing vloeibaar maken
Werkwijze
^
Draai het deksel af en plaats de bokaal in een stoomoven
-
pan met gaatjes of op de rooster.
^
Roer de honing tussendoor een keer om.
Instellingen
Automat. programma's > Speciaal > Honing vloeibaar maken
of
Koken met stoom 2
Temperatuur: 60 °C
Duur: 90 minuten (niet afhankelijk van de grootte van de
bokaal of de hoeveelheid honing erin)
Bouillon met ei bereiden
Werkwijze
^ Meng 6 eieren met 375 ml melk (niet schuimig kloppen).
^ Kruid het mengsel van eieren en melk en giet het in een
met boter bestreken stoomovenpan zonder gaatjes.
Instellingen
Koken met stoom 2
Temperatuur: 100 °C
Duur: 4 minuten
Speciale toepassingen
80
Uw toestel beschikt over talrijke automatische programma's.
Voor deze programma's zijn in het toestel specifieke oven
-
functies, temperaturen en tijden vastgelegd. Daardoor hoeft u
gewoon nog enkele eenvoudige instellingen te kiezen voor
uw gerecht.
De gaarheidsgraad wordt via een balk met 7 segmenten
weergegeven. In de fabriek is een gemiddelde
gaarheidsgraad ingesteld. Deze instelling wordt door een ge
-
vuld segment in het midden weergegeven. Kies de gewenste
instelling door het gevulde segment naar links of rechts te
verschuiven.
De gewichtsgegevens hebben betrekking op het gewicht per
stuk. Of u nu bijv. 1 stuk zalm van 250 g of meerdere stukken
zalm van 250 g tegelijk bereidt, de instelling blijft gelijk.
Bij enkele programma's worden instructies weergegeven over
het tijdstip waarop u het gerecht in het toestel moet plaatsen.
Volg en bevestig indien nodig de instructies.
Laat het toestel na een bereidingsproces eerst tot op kamer-
temperatuur afkoelen voor u een automatisch programma
start.
Wees voorzichtig bij het openen van de deur wanneer u een
gerecht in de hete ovenruimte plaatst. Er kan hete stoom naar
buiten komen. Zet een stap achteruit en wacht totdat de
stoom verdwenen is.
Vermijd contact met hete stoom en met de hete wanden van
de ovenruimte. Gevaar voor verbranding!
De starttijd kan via "Start om" of "Klaar om" worden uitgesteld.
Om een automatisch programma vroegtijdig te beëindigen,
moet u het toestel uitschakelen.
Als u vindt dat het gerecht na afloop van een automatisch
programma nog niet gaar genoeg is, kiest u via de sensor
-
toets X "Nagaren".
Automatische programma's kunnen ook als "Eigen program
-
ma's" worden opgeslagen.
Automatische programma's gebruiken
81
^
Kies "Automat. programma's".
^
Kies het desbetreffende submenu (bijv. "Groenten").
^
Kies de gewenste soort groenten (bijv. "Bloemkool").
^
Kies de gewenste instellingen en bevestig deze.
^
Kies de bereidingsmethode en stel zo nodig de
gaarheidsgraad in.
Nagaren
Als u vindt dat het gerecht na afloop van een automatisch
programma nog niet gaar genoeg is, kunt u nagaren.
^
Raak X aan.
^ Bevestig "Nagaren".
Automatische programma's gebruiken
82
Groenten Blancheren Koken met stoom Inmaken
Bloemkool
Heel
Roosjes
x
x
x
x
-
-
Bonen
Groene bonen
Gele bonen
Dikke bonen
Prinsessenbonen
Stokbonen
x
x
x
x
x
x
x
x
x
x
x
x
-
x
x
Broccoli x x -
Chinese kool x x -
Erwten x x -
Venkel x x -
Groene kool x x -
Aardappelen
Aardappelen in de
schil
Geschilde aardap-
pelen
-
-
x
x
-
-
Koolrabi x x -
Pompoen x x -
Maïskolf x x -
Snijbiet x x -
Wortels
Jonge wortels
Parijse wortels
Wortels
x
x
x
x
x
x
-
-
-
Paprika x x -
Prei x x -
Spruitjes x x -
Rode kool x x -
Programmaoverzicht
83
Groenten Blancheren Koken met stoom Inmaken
Asperge
Witte asperge
Groene asperge
xx-
Spinazie x x -
Spitskool x x -
Witte kool x x -
Savooikool x x -
Courgettes x x -
Sluimerwten x x -
Vis Koken met
stoom
Dorade x
Forel x
Heilbot x
Kabeljauw x
Karper x
Zalm x
Pangasius x
Roodbaars x
Schelvis x
Schol x
Zeezalm x
Zeeduivel x
Zeetong x
Tarbot x
Tilapia x
Victoriabaars x
Snoekbaars x
Schaaldieren Koken met stoom
Reuzengarnalen x
Gamba's x
Scampi x
Rijst Koken met
stoom
Basmatirijst x
Voorgekookte rijst x
Rondkorrelrijst x
Volkorenrijst x
Wilde rijst x
Programmaoverzicht
84
Fruit Blancheren Koken met stoom Inmaken
Appels x x x
Peren x x -
Kersen x x x
Pruimen x x x
Kippeneieren Koken met
stoom
Klein
Zacht x
Gemiddeld x
Hard x
Middelmatig
Zacht x
Gemiddeld x
Hard x
Groot
Zacht x
Gemiddeld x
Hard x
Extra groot
Zacht x
Gemiddeld x
Hard x
Speciaal
Vochtige handdoekjes
Gelatine laten smelten
Honing vloeibaar maken
Yoghurt bereiden
Chocolade laten smelten
Spek laten uitzweten
Uien smoren
Programmaoverzicht
85
In de fabriek zijn bepaalde instellingen van uw toestel vooraf
geprogrammeerd. In het menu "Instellingen" kunt u verschil
-
lende menupunten en onderliggende menupunten kiezen en
wijzigen.
De huidige instellingen zijn gemarkeerd met L.
Raak "#" aan als u terug naar het bovenliggende
menuniveau wilt.
Na bevestiging via "OK" of als u niet binnen de ca. 15 secon
-
den een keuze maakt, keert het display terug naar het
bovenliggende menuniveau.
U kunt het display op verschillende talen instellen. Hebt u per
ongeluk een taal gekozen die u niet begrijpt? Zoek dan in het
menu naar J om het submenu "Taal" te openen.
^ Schakel het toestel in.
^ Kies "Overige programma's".
^ Kies "Instellingen".
^ Kies het gewenste submenu en bevestig met "OK".
^ Kies de gewenste instellingen.
^ Bevestig telkens met "OK".
Of
^
Raak X aan.
^
Kies het gewenste submenu en bevestig met "OK".
^
Kies de gewenste instellingen.
^
Bevestig telkens met "OK".
Instellingen
86
De fabrieksinstelling voor het desbetreffende menupunt is vet
weergegeven.
Menupunt Mogelijke instellingen
Taal J deutsch, andere talen
Land
Tijd Weergave
Aan / Uit / Nachtuitschakeling
Tijdsformaat
12 uur / 24 uur
Instellen
Verlichting Aan / 15 seconden "Aan"
Lichtsterkte display Stel de lichtsterkte in
Volume Geluidssignalen
Toetsgeluid
Eenheden Gewicht
g of lb/oz
Temperatuur
°C of °F
Warmhouden Aan / Uit
Stoomreductie Aan / Uit
Voorgeprogr. temperatu
-
ren
Voorgeprogrammeerde tempe
-
raturen wijzigen
Veiligheid Vergrendeling
Aan / Uit
Instellingen
87
Menupunt Mogelijke instellingen
Waterhardheid Zacht (< 8,4 °dH, < 1,5 mmol/l)
Gemiddeld (8,4 - 14 °dH, 1,5 -
2,5 mmol/l)
Hard (> 14 °dH, > 2,5 mmol/l)
Handelaar Demo-functie
Aan / Uit
Fabrieksinstellingen Instellingen
Herstellen / Niet herstellen
Eigen programma's
Wissen / Niet wissen
Voorgeprogr. temperaturen
Herstellen / Niet herstellen
Instellingen
88
Controlegerechten
Tests uit te voeren zoals beschreven in (ontwerp) "Elektrische fornuizen, komforen,
ovens en grills voor huishoudelijk gebruik - Methoden voor het meten van de
gebruikseigenschappen" (DIN EN 50304 / DIN EN 60350) (ontwerp), rubriek
"Stoomovens en combistoomovens".
Ge
-
recht
Stoom
-
ovenpan
Hoeveelheid in g Inschuifni
-
veau
Opvang
-
schaal
Temperatuur
in °C *
Berei
-
dings
-
tijd
in min.
Stoomverdeling
Broccoli
(10.1)
1x DGGL 8 300 Willekeurig Ja 100 3
3x DGGL 8 Elk 300 2, 3, 4 Ja 100 3
Stoomtoevoer
Broccoli
(10.2)
1x DGGL 8 Max. Willekeurig Ja 100 3
Prestaties bij maximale belading
Erwten
(10.3)
2 x DGGL 1 Elk 750
2, 4 ** Ja 100
***
2 x DGGL 8 Elk 1000
* Toestel niet voorverwarmen.
** Schuif op elk van deze niveaus de stoomovenpannen DGGL 1 en DGGL 8
achter elkaar in het toestel.
*** De test is afgelopen wanneer de temperatuur op de koudste plaats 85 °C
bedraagt.
Gegevens voor testinstellingen
89
,
Gevaar voor verwonding!
De stoom van een stoomreiniger kan terechtkomen op on
-
derdelen die onder spanning staan en zo een kortsluiting
veroorzaken.
Gebruik voor het reinigen van het toestel nooit een stoom
-
reiniger.
Gevaar voor beschadiging!
Wanneer ongeschikte reinigings- en afwasmiddelen wor
-
den gebruikt, kunnen de oppervlakken beschadigd raken.
Om te reinigen, mag u alleen huishoudelijke afwasmid
-
delen gebruiken.
Gebruik geen reinigings- of afwasmiddelen die alifatische
koolwaterstoffen bevatten. Hierdoor kunnen de dichtingen
gaan zwellen.
Reinig het toestel en het toebehoren na elk gebruik en wrijf
daarna alles droog. Laat het toestel afkoelen voordat u het
reinigt.
Sluit de toesteldeur pas wanneer heel het toestel goed droog
is.
Als u het toestel langere tijd niet gebruikt, maak het dan
grondig schoon. Zo vermijdt u dat er geurtjes optreden. Laat
de toesteldeur daarna openstaan.
Reiniging en onderhoud
90
Front van het toestel
Verwijder vuil op het front van het toestel direct.
Als vuil er langere tijd op inwerkt, kan het soms niet meer
worden verwijderd en kunnen de oppervlakken verkleuren
of wijzigingen ondergaan.
Reinig het front van het toestel met een schone sponsdoek,
handafwasmiddel en warm water. Wrijf daarna alles droog
met een zachte doek.
U kunt om te reinigen ook een schone, vochtige
microvezeldoek zonder reinigingsmiddel gebruiken.
Alle oppervlakken zijn gevoelig voor krassen. Krassen in
oppervlakken uit glas kunnen ertoe leiden dat het breekt.
Alle oppervlakken kunnen verkleuren of wijzigingen onder-
gaan wanneer ze in contact komen met ongeschikte reini-
gingsmiddelen.
Om schade aan de oppervlakken te voorkomen, mogen
de volgende middelen niet worden gebruikt om de opper-
vlakken te reinigen:
reinigingsmiddelen die soda, alkali, ammoniak, zuur of
chloor bevatten,
kalkoplossende reinigingsmiddelen,
schurende reinigingsmiddelen, zoals schuurpoeder,
schuurmelk, poetsstenen,
reinigingsmiddelen met oplosmiddel,
reinigingsmiddelen voor roestvrij staal,
afwasmiddelen voor de afwasautomaat,
ovensprays,
glasreinigers,
schurende harde sponsen en borstels (bijv.
schuursponsen),
speciale "wondersponsen",
scherpe metaalschrapers!
Reiniging en onderhoud
91
Ovenruimte
Droog na elk gebruik de ovenruimte, de deurdichting, het op
-
vanggootje, de binnenzijde van de deur en het inschuifvak.
Het condenswater dat ontstaat, kunt u gemakkelijk met een
spons of een sponsdoek opnemen.
Verwijder vuil door vet met een schone sponsdoek, handaf
-
wasmiddel en warm water. Ga daarna met een doek die u
hebt vochtig gemaakt met schoon water over de oppervlak
-
ken.
Het bodemverwarmingselement kan na lang gebruik door
afdruipend vocht verkleuren. Deze verkleuringen kunt u ge
-
makkelijk verwijderen met het reinigingsmiddel voor kera
-
mische kookplaten en roestvrij staal van Miele (zie rubriek
"Mits toeslag verkrijgbaar toebehoren"). Ga daarna met een
doek die u hebt vochtig gemaakt met schoon water over het
oppervlak, totdat alle resten van het reinigingsmiddel verwij-
derd zijn.
De deurdichting is zo ontworpen dat deze de hele levens-
duur van het toestel meegaat. Mocht deze toch moeten wor-
den vervangen, neem dan contact op met de dienst Onder-
delen en toebehoren van Miele.
Automatische deuropener
Let erop dat de deuropener niet kleeft door etensresten. Ver
-
wijder vuil direct met een schone sponsdoek, handafwasmid
-
del en warm water. Ga daarna met een doek die u hebt voch
-
tig gemaakt met schoon water over de oppervlakken.
Reiniging en onderhoud
92
Toebehoren
Opvangschaal, rooster, stoompannen
Reinig de opvangschaal, de rooster en de stoomovenpannen
na elk gebruik en droog ze af. Al deze onderdelen zijn ge
-
schikt voor de afwasautomaat.
Blauwachtige verkleuringen op de stoomovenpannen kunt u
verwijderen met azijn.
Ook kunt u het reinigingsmiddel voor keramische kookplaten
en roestvrij staal van Miele gebruiken (zie rubriek "Mits toe
-
slag verkrijgbaar toebehoren"). Om alle resten van het reini
-
gingsmiddel te verwijderen, spoelt u nadien de stoomoven
-
pannen af met schoon water.
Waterreservoir
Neem het waterreservoir na elk gebruik uit en giet het leeg.
Spoel het waterreservoir met de hand en wrijf het vervolgens
droog. Zo vermijdt u kalkaanslag.
Steunroosters
De steunroosters kunnen in de afwasautomaat of in een sopje
met afwasmiddel worden gereinigd.
^
Trek de steunroosters eerst aan de zijkanten a en vervol
-
gens achteraan b uit het toestel.
^
Plaats de steunroosters in omgekeerde volgorde terug:
steek ze eerst achteraan in het toestel en druk ze vervol
-
gens aan de zijkanten in het toestel.
Reiniging en onderhoud
93
Ontkalken
Gebruik voor het ontkalken uitsluitend de speciale
Miele-ontkalkingstabletten (zie rubriek "Mits toeslag ver
-
krijgbaar toebehoren"). Zo voorkomt u dat het toestel be
-
schadigd raakt.
Let erop dat het ontkalkingsmiddel niet op de deurgreep
of metalen oppervlakken terechtkomt. Dat kan immers
vlekken veroorzaken. Als er toch ontkalkingsmiddel op te
-
rechtkomt, veegt u het direct weg.
Het toestel moet na een bepaalde bedrijfsduur worden ont
-
kalkt. Wanneer het tijdstip nadert waarop het toestel moet
worden ontkalkt, verschijnt bij het inschakelen van het toestel
de melding op het display dat er nog 10 resterende berei-
dingen zijn.
Als er nog één bereiding overblijft, wordt het toestel geblok-
keerd. Wij raden aan het toestel te ontkalken voordat het
wordt geblokkeerd. Het ontkalkingsproces duurt in totaal
ca. 38 minuten.
^ Schakel het toestel in en kies "Ontkalken".
Op het display verschijnt een melding.
^
Bevestig met "OK".
^
Vul het waterreservoir tot aan de markering met 1,0 liter
koud water en doe 2 Miele-ontkalkingstabletten in het wa
-
terreservoir.
^
Schuif het waterreservoir tot aan de aanslag in het toestel.
Op het display verschijnt de resttijd. Het ontkalkingsproces
wordt gestart.
Het ontkalkingsproces kan enkel tijdens de eerste 6 minu
-
ten worden afgebroken. Schakel het toestel in geen geval
uit terwijl het ontkalkingsproces bezig is. Anders moet het
proces opnieuw worden gestart.
Tijdens het proces moet u het waterreservoir 2 keer spoelen
en met vers water vullen.
Volg de instructies op het display.
Reiniging en onderhoud
94
Wanneer het ontkalkingsproces afgerond is, wordt dat aan
-
gegeven op het display.
Na het ontkalken
^
Schakel het toestel uit.
^
Neem het waterreservoir uit het toestel, giet het leeg en
wrijf het droog.
^
Wrijf de ovenruimte droog.
Sluit de toesteldeur pas wanneer de ovenruimte volledig
droog is.
Reiniging en onderhoud
95
Toesteldeur
Afnemen
Voordat u de deur kunt afnemen, moet u eerst de vergrende
-
lingsbeugels op de beide deurscharnieren ontgrendelen.
^ Open de deur volledig.
^ Ontgrendel de vergrendelingsbeugels op de beide deur-
scharnieren door te drukken. Draai de vergrendelingsbeu-
gels tot aan de aanslag in schuine positie.
Gevaar voor verwonding!
Trek de deur nooit in horizontale positie van de houders.
De houders zouden namelijk terugslaan, waardoor het toe
-
stel beschadigd zou raken.
Reiniging en onderhoud
96
^
Sluit de deur tot aan de aanslag.
^
Neem de deur vast aan de zijkanten en trek deze gelijkma
-
tig schuin naar boven toe van de houders.
Trek de deur niet aan de deurgreep omhoog. De greep
zou kunnen afbreken en de glasplaten van de deur zou-
den beschadigd kunnen raken.
Let op dat de deur bij het afnemen niet kantelt.
Plaatsen
^ Plaats de deur terug op de houders.
Let op dat de deur niet kantelt.
^
Open de deur volledig.
^
Draai de vergrendelingsbeugels tot aan de aanslag in hori
-
zontale positie.
De vergrendelingsbeugels moeten na het reinigen altijd
weer worden vergrendeld. De deur kan anders loskomen
van de houders en beschadigd raken.
Reiniging en onderhoud
97
De meeste problemen die zich bij het dagelijkse gebruik kunnen voordoen, kunt u
zelf oplossen. Doordat u dan geen beroep hoeft te doen op de dienst Herstellin
-
gen aan huis van Miele, bespaart u tijd en kosten.
Het onderstaande overzicht kan u helpen om de oorzaken van een probleem te
vinden en problemen te verhelpen. Vergeet echter niet:
,
Herstellingen aan elektrische toestellen mogen alleen door vakmensen
worden uitgevoerd. Door ondeskundig uitgevoerde herstellingen kunnen er
voor de gebruiker aanzienlijke risico's ontstaan.
Probleem Oorzaak en oplossing
Het toestel kan niet
worden ingescha-
keld.
De zekering(en) is (zijn) gesprongen.
^ Schakel de zekering(en) in (min. zekering: zie typeplaat-
je).
Er kan sprake zijn van een technische storing.
^ Ontkoppel het toestel ca. 1 minuut van het elektriciteits-
net. Ga hiertoe als volgt te werk:
Schakel de desbetreffende zekering(en) uit of draai de
desbetreffende smeltzekering(en) volledig uit, of
schakel de aardlekschakelaar (verliesstroomschakelaar)
uit.
Als u na het opnieuw inschakelen/opnieuw indraaien van de
zekering(en) of het opnieuw inschakelen van de verlies
-
stroomschakelaar het toestel nog steeds niet kunt ge
-
bruiken, neemt u contact op met een elektricien of met de
dienst Herstellingen aan huis van Miele.
De demo-functie is
ingeschakeld en
het toestel warmt
niet op.
^
Schakel de demo-functie uit. Volg daartoe de instructie op
het display.
Wat gedaan als ...?
98
Probleem Oorzaak en oplossing
Na het uitschakelen
van het toestel is nog
een ventilatorgeluid
te horen.
Het toestel is uitgerust met een ventilator die de wasem uit
de ovenruimte naar buiten afvoert. De ventilator blijft nog
even doordraaien nadat het toestel uitgeschakeld is. Deze
wordt na enige tijd automatisch uitgeschakeld.
Na het inschakelen,
terwijl het toestel in
werking is en na het
uitschakelen is een
(brommend) geluid
te horen.
Dat geluid wijst niet op een storing of een defect. Het
duidt erop dat er water wordt aangevoerd of wegge
-
pompt.
U bent verhuisd en
het toestel schakelt
sindsdien niet meer
over van de opwarm-
fase naar de berei-
dingsfase.
Uw nieuwe woonplaats ligt minstens 300 meter hoger of
lager dan uw oude woonplaats. Hierdoor is de kooktempe-
ratuur van het water gewijzigd.
^ Voer het ontkalkingsproces uit om het toestel aan te
passen aan de nieuwe kooktemperatuur (zie rubriek
"Reiniging en onderhoud > Ontkalken").
Terwijl het toestel in
werking is, komt er
ongewoon veel
stoom uit het toestel
of ontsnapt er op an
-
dere plaatsen meer
stoom dan gewoon
-
lijk.
De deur is niet goed gesloten.
^ Sluit de deur.
De deurdichting zit niet goed.
^
Druk de deurdichting weer aan totdat deze overal gelijk
-
matig ingepast zit.
De deurdichting is beschadigd (bijv. scheuren).
^
Vervang de deurdichting.
Er is een fluitend ge
-
luid te horen wan
-
neer u de werking
van het toestel voort
-
zet.
Wanneer u de deur sluit, wordt de druk in evenwicht ge
-
bracht. Dit kan gepaard gaan met een fluitend geluid. Dit
wijst niet op een defect.
Wat gedaan als ...?
99
Probleem Oorzaak en oplossing
De functies "Start
om" en "Klaar om"
worden niet weerge
-
geven.
Bij "Ontkalken" zijn deze functies doorgaans niet beschik
-
baar.
De temperatuur in de ovenruimte is te hoog (bijv. na afloop
van een bereiding).
^
Laat de ovenruimte in dat geval afkoelen terwijl de deur
openstaat.
De ovenverlichting
werkt niet.
De verlichting is defect.
Neem contact op met de dienst Herstellingen aan huis van
Miele als de lamp moet worden vervangen.
Op het display
wordt een F in com-
binatie met een ge-
tal weergegeven
(storingsnummer).
F 44 Communicatiestoring
^ Schakel het toestel uit. Wacht enkele minuten en schakel
het weer in.
Als de foutmelding nog steeds wordt weergegeven op
het display, neemt u contact op met de dienst Herstellin-
gen aan huis van Miele.
F..
Andere foutmel
-
dingen
Technisch defect.
^
Schakel het toestel uit en neem contact op met de dienst
Herstellingen aan huis van Miele.
Wat gedaan als ...?
100
Miele biedt een uitgebreid gamma van Miele-toebehoren dat
afgestemd is op uw toestellen. Denk hierbij bijvoorbeeld aan
reinigings- en onderhoudsproducten.
U kunt deze producten zeer gemakkelijk bestellen in de Miele
Online Shop:
U kunt deze producten ook verkrijgen via de dienst Onderde
-
len en toebehoren van Miele (zie omslag) of bij uw Miele-han
-
delaar.
Stoomovenpannen
Er is een ruime keuze aan stoomovenpannen van verschil-
lende groottes, met of zonder gaatjes:
DGGL 1
Stoomovenpan met gaatjes
Inhoud: 1,5 l / nuttige inhoud: 0,9 l
325x175x40mm(BxDxH)
DGG 2
Stoomovenpan zonder gaatjes
Inhoud: 2,5 l / nuttige inhoud: 2,0 l
325x175x65mm(BxDxH)
DGG 3
Stoomovenpan zonder gaatjes
Inhoud: 4,0 l / nuttige inhoud: 3,1 l
325x265x65mm(BxDxH)
DGGL 4
Stoomovenpan met gaatjes
Inhoud: 4,0 l / nuttige inhoud: 3,1 l
325x265x65mm(BxDxH)
Mits toeslag verkrijgbaar toebehoren
101
DGGL 5
Stoomovenpan met gaatjes
Inhoud: 2,5 l / nuttige inhoud: 2,0 l
325x175x65mm(BxDxH)
DGGL 6
Stoomovenpan met gaatjes
Inhoud: 4,0 l / nuttige inhoud: 2,8 l
325x175x100mm(BxDxH)
DGG 7
Stoomovenpan zonder gaatjes
Inhoud: 4,0 l / nuttige inhoud: 2,8 l
325x175x100mm(BxDxH)
DGGL 8
Stoomovenpan met gaatjes
Inhoud: 2,0 l / nuttige inhoud: 1,7 l
325x265x40mm(BxDxH)
DGGL 13
Stoomovenpan met gaatjes
Inhoud: 3,3 l / nuttige inhoud: 2,0 l
325x350x40mm(BxDxH)
DGD 1/3
Deksel voor stoomovenpan 325 x 175 mm
Mits toeslag verkrijgbaar toebehoren
102
DGD 1/2
Deksel voor stoomovenpan 325 x 265 mm
Opvangschaal
Om afdruipend vocht op te vangen
325x430x40mm(BxDxH)
Rooster
Om eigen kookgerei op te plaatsen
Reinigings- en onderhoudsmiddelen
Ontkalkingstabletten
6 stuks
Om het toestel te ontkalken
Reinigingsmiddel voor keramische kookplaten en roestvrij staal
250 ml
Om verkleuringen van het bodemverwarmingselement door
afdruipend vocht te verwijderen.
Om verkleuringen op de stoomovenpannen te verwijderen.
Mits toeslag verkrijgbaar toebehoren
103
Microvezeldoek
Om vingerafdrukken en normaal vuil te verwijderen
Overig
Multi-braadpan KMB 5000-S
Braadpan van gegoten aluminium met antiaanbaklaag en
roestvrijstalen deksel. Ook geschikt voor de braadzone van
een inductiekookvlak, alle fornuizen en ovens.
Niet geschikt voor gaskookvlakken!
Inhoud: maximum 2,5 kg
Afmetingen: 325 x 260 x 65 mm (BxDxH)
Mits toeslag verkrijgbaar toebehoren
104
~
De aansluitgegevens (frequentie en spanning) op het ty
-
peplaatje van de stoomoven moeten absoluut overeenstem
-
men met deze van het elektriciteitsnet. Zo voorkomt u schade
aan uw toestel.
Vergelijk deze gegevens voordat u het toestel aansluit. Vraag
bij twijfel inlichtingen aan een elektricien.
~
Stopcontactenblokken of verlengkabels bieden niet vol
-
doende veiligheidsgaranties (gevaar voor brand). Gebruik
deze niet om de stoomoven aan te sluiten op het elektriciteits
-
net.
~
Het stopcontact moet na het inbouwen van het toestel nog
vlot toegankelijk zijn.
~
Plaats de stoomoven zo dat u de inhoud van de stoom
-
ovenpan op het bovenste inschuifniveau kunt zien. Enkel zo
kunt u vermijden dat de inhoud over de rand klotst en dat u
zich verbrandt aan hete gerechten of heet water.
De afmetingen zijn opgegeven in mm.
Opmerkingen omtrent uw veiligheid bij inbouw
105
Inbouw in een kolomkast
* Toestellen met glazen front
** Toestellen met metalen front
a Inbouwstoomoven
b Inbouwnis
c Aansluitkabel, plaats waar de aansluitkabel in het toestel binnenkomt
d Plaats waar de elektrische aansluiting (het stopcontact) bij voorkeur wordt aan
-
gebracht
e Aansluitkabel
Toestel- en inbouwafmetingen
106
Inbouw in een onderkast
Wanneer het toestel onder een kookvlak moet worden ingebouwd, dient u de
opmerkingen omtrent het inbouwen van het kookvlak en de inbouwhoogte van
het kookvlak in acht te nemen.
* Toestellen met glazen front
** Toestellen met metalen front
a Inbouwstoomoven
b Inbouwnis
c Aansluitkabel, plaats waar de aansluitkabel in het toestel binnenkomt
d Plaats waar de elektrische aansluiting (het stopcontact) bij voorkeur wordt aan
-
gebracht
e Aansluitkabel
Toestel- en inbouwafmetingen
107
Inbouw samen met een oven
* Toestellen met glazen front
** Toestellen met metalen front
a Inbouwstoomoven
b Inbouwnis
c Aansluitkabel, plaats waar de aansluitkabel in het toestel binnenkomt
d Plaats waar de elektrische aansluiting (het stopcontact) bij voorkeur wordt aan
-
gebracht
e Aansluitkabel
f Uitsparing voor ventilatie in combinatie met een oven met pyrolyse
g Oven
Toestel- en inbouwafmetingen
108
Detailafmetingen van het front van de stoomoven
* Toestellen met glazen front
** Toestellen met metalen front
Toestel- en inbouwafmetingen
109
^
Schuif het toestel in de inbouwnis en zet het waterpas.
Het toestel moet waterpas staan, zodat het stoomaggre
-
gaat zonder problemen kan werken.
De positie van het toestel mag maximaal 2° afwijken van
waterpas.
^ Schroef het toestel rechts en links vast aan de zijwanden
van de kast. Gebruik daarvoor de bijgeleverde houtschroe-
ven 3,5 x 25 mm.
Toestel plaatsen
110
Het is aan te bevelen het toestel via een stekker aan te sluiten
op het elektriciteitsnet. Daardoor worden onderhouds- en
herstellingswerken eenvoudiger.
Het stopcontact moet na het inbouwen van het toestel nog
vlot toegankelijk zijn.
Wordt de stekker van de aansluitkabel verwijderd of is de
aansluitkabel niet uitgerust met een stekker, dan moet de
stoomoven door een vakman of vakvrouw die op de hoogte is
van elektriciteitsaansluitingen, worden aangesloten op het
elektriciteitsnet.
Is het stopcontact niet meer toegankelijk of is er een vaste
aansluiting voorzien, dan moet de elektrische installatie voor
elke pool met een stroomonderbreker uitgerust zijn. Als
stroomonderbrekers kunnen schakelaars worden gebruikt
met een contactopening van minstens 3 mm. Denk hierbij bij-
voorbeeld aan installatieautomaten en zekeringen.
Als de aansluitkabel beschadigd is, moet deze worden
vervangen door een speciale aansluitkabel van het type
H 05 VV-F (pvc-isolatie). Deze is verkrijgbaar via de dienst
Onderdelen en toebehoren van Miele.
De vereiste aansluitgegevens vindt u op het typeplaatje.
Deze gegevens moeten overeenstemmen met de gegevens
van het elektriciteitsnet
De fabrikant kan niet aansprakelijk worden gesteld voor
rechtstreekse of onrechtstreekse schade als gevolg van
een ondeskundig uitgevoerde inbouw of door een ver
-
keerde aansluiting.
De fabrikant kan niet aansprakelijk worden gesteld voor
schade die werd veroorzaakt doordat de aardleiding on
-
derbroken was of gewoon ontbrak. Er bestaat in dat geval
onder andere gevaar voor elektrische schokken.
Na de montage moet worden gecontroleerd dat onder
spanning staande delen niet kunnen worden aangeraakt!
Elektrische aansluiting
111
Totaal vermogen
zie typeplaatje
Aansluiting en zekering
AC230V/50Hz
Overstroombeveiliging 16 A
Onderbrekingskarakteristiek: type B of C
Verliesstroomschakelaar
Om de veiligheid te verhogen, verdient het aanbeveling een
verliesstroomschakelaar met een uitschakelstroom van 30 mA
voor te schakelen voor het toestel.
Van het elektriciteitsnet loskoppelen
Als het stroomcircuit van het toestel van het elektriciteitsnet
dient te worden losgekoppeld, gaat u afhankelijk van de in-
stallatie als volgt te werk:
Smeltzekeringen
Neem de inzetstukken helemaal
uit de schroefkappen. of:
Automaat met schroefzekeringen
Druk op de testknop (rood) totdat de
middelste knop (zwart) uitspringt. of:
Inbouwzekeringsautomaat
(installatieautomaat, min.
type B of C!):
Zet de hendel van 1 (aan) op 0 (uit).
of:
Verliesstroomschakelaar
(aardlekschakelaar)
Zet de hoofdschakelaar van 1 (aan) op 0 (uit) of druk op
de testtoets.
Zorg dat de netspanning niet per ongeluk weer kan wor
-
den ingeschakeld.
Elektrische aansluiting
112
Neem bij storingen of problemen die u niet zelf kunt verhelpen, contact op met:
uw Miele-handelaar of
de dienst Herstellingen aan huis van Miele.
Het telefoonnummer van de dienst Herstellingen aan huis van Miele vindt u op
de achterzijde van deze gebruiksaanwijzing.
Neemt u contact op met de dienst Herstellingen aan huis van Miele, geef dan al
-
tijd het toesteltype en serienummer op. Beide gegevens vindt u op het typeplaat
-
je.
Kleef hier het meegeleverde typeplaatje. Let erop dat de typebenaming overeen
-
stemt met de gegevens op de voorpagina van deze gebruiksaanwijzing.
Duur en voorwaarden van de garantie
De duur van de garantie bedraagt 2 jaar. Meer informatie vindt u in de meegele
-
verde garantievoorwaarden.
Dienst Herstellingen aan huis, typeplaatje, garantie
113
114
115
Wijzigingen voorbehouden / 2013
M.-Nr. 09 649 630 / 00
68

Hulp nodig? Stel uw vraag in het forum

Spelregels
1

Forum

Miele-DG-6300

Misbruik melden

Gebruikershandleiding.com neemt misbruik van zijn services uitermate serieus. U kunt hieronder aangeven waarom deze vraag ongepast is. Wij controleren de vraag en zonodig wordt deze verwijderd.

Product:

Bijvoorbeeld antisemitische inhoud, racistische inhoud, of materiaal dat gewelddadige fysieke handelingen tot gevolg kan hebben.

Bijvoorbeeld een creditcardnummer, een persoonlijk identificatienummer, of een geheim adres. E-mailadressen en volledige namen worden niet als privégegevens beschouwd.

Spelregels forum

Om tot zinvolle vragen te komen hanteren wij de volgende spelregels:

Belangrijk! Als er een antwoord wordt gegeven op uw vraag, dan is het voor de gever van het antwoord nuttig om te weten als u er wel (of niet) mee geholpen bent! Wij vragen u dus ook te reageren op een antwoord.

Belangrijk! Antwoorden worden ook per e-mail naar abonnees gestuurd. Laat uw emailadres achter op deze site, zodat u op de hoogte blijft. U krijgt dan ook andere vragen en antwoorden te zien.

Abonneren

Abonneer u voor het ontvangen van emails voor uw Miele DG 6300 bij:


U ontvangt een email met instructies om u voor één of beide opties in te schrijven.


Ontvang uw handleiding per email

Vul uw emailadres in en ontvang de handleiding van Miele DG 6300 in de taal/talen: Nederlands als bijlage per email.

De handleiding is 1,71 mb groot.

 

U ontvangt de handleiding per email binnen enkele minuten. Als u geen email heeft ontvangen, dan heeft u waarschijnlijk een verkeerd emailadres ingevuld of is uw mailbox te vol. Daarnaast kan het zijn dat uw internetprovider een maximum heeft aan de grootte per email. Omdat hier een handleiding wordt meegestuurd, kan het voorkomen dat de email groter is dan toegestaan bij uw provider.

Stel vragen via chat aan uw handleiding

Stel uw vraag over deze PDF

Andere handleiding(en) van Miele DG 6300

Miele DG 6300 Gebruiksaanwijzing - Deutsch - 112 pagina's

Miele DG 6300 Gebruiksaanwijzing - English - 112 pagina's

Miele DG 6300 Gebruiksaanwijzing - Français - 124 pagina's


Uw handleiding is per email verstuurd. Controleer uw email

Als u niet binnen een kwartier uw email met handleiding ontvangen heeft, kan het zijn dat u een verkeerd emailadres heeft ingevuld of dat uw emailprovider een maximum grootte per email heeft ingesteld die kleiner is dan de grootte van de handleiding.

Er is een email naar u verstuurd om uw inschrijving definitief te maken.

Controleer uw email en volg de aanwijzingen op om uw inschrijving definitief te maken

U heeft geen emailadres opgegeven

Als u de handleiding per email wilt ontvangen, vul dan een geldig emailadres in.

Uw vraag is op deze pagina toegevoegd

Wilt u een email ontvangen bij een antwoord en/of nieuwe vragen? Vul dan hier uw emailadres in.



Info